Klinische les uitscheiding TvV 6 2003 p. 16-18 Klinische les Uitscheiding Tekst Corine de Goede Zie je alarmerende verschillen in iemands urine of ontlasting, dan kun je daar soms conclusies uit trekken over iemands gezondheid. Een overzicht van de meest voorkomende afwijkingen. Verzorgenden hebben soms te maken met heel intieme zaken van hun cliënten of patiënten. Een interessant, maar niet altijd prettig onderdeel zijn faeces en urine. Aan de aspecten van deze uitscheiding kun je veel aflezen over iemands lichamelijke toestand. De verzorgende is vaak de eerste die afwijkingen constateert. Talloze ziektes zijn te signaleren door afwijkingen in de uitscheiding. Een bekende is de ‘appeltjeslucht’ van urine bij diabetes. Extreme voorbeelden van - in Nederland zelden voorkomende - afwijkingen zijn de erwtensoepachtige ontlasting bij tyfus en de vele liters rijstwaterachtige faeces die cholerapatiënten per dag produceren. Urine Gemiddeld plassen (mictie) mensen vier à vijf maal per dag. De urine is helder van kleur. ’s Nachts maken de nieren geconcentreerde urine en kan het er oranjegelig uitzien. Donkere of roodkleurige urine kan ontstaan door het nemen van bepaalde medicijnen, of na het eten van bietjes. Soms heeft urine een afwijkende kleur die duidt op ziekte. Mahoniehoutkleurige urine komt voor bij hemolytische icterus, een vorm van geelzucht. Donkerbruine, schuimende urine wijst op de aanwezigheid van de galkleurstof bilirubine. We spreken van hematurie wanneer er bloed in de urine zit. Er kunnen ook slierten bloed in voorkomen. Hematurie kan vele oorzaken hebben, maar meestal gaat het om blaasontsteking of nierstenen. Wanneer de nieren zelf bloed verliezen, lijkt de urine meer op vleesnat. Van veel witte bloedcellen in de urine kan de plas wittig troebel worden. Incontinentie Een veelvoorkomend probleem bij het ouder worden is het verslappen van de bekkenbodemspier. Dat kan op den duur incontinentie veroorzaken, zowel urine-incontinentie als fecale incontinentie. Urine-incontinentie ontstaat doorgaans niet van de ene op de andere dag. Meestal begint het met druppelen (druppel-incontinentie) tussen vele kleine plasjes door. Dit kan zich ontwikkelen in incontinentie waarbij de cliënt zijn of haar plas helemaal niet meer kan ophouden, maar dat hoeft niet per se. De plasjes zijn klein omdat de cliënt de blaas niet helemaal kan ledigen. Dit kan op den duur blaasontsteking veroorzaken. Door een echo van de blaas kan een arts eenvoudig zien of er inderdaad urine achterblijft na het plassen. Blaasontsteking komt vaak voor bij patiënten met een katheter. Klinische les uitscheiding TvV 6 2003 p. 16-18 1 Klinische les uitscheiding TvV 6 2003 p. 16-18 Overloopblaas Een incontinentievorm die veel op druppelincontinentie lijkt, is de overloopblaas. Het verschil is dat de druppels niet af en toe, maar continu naar buiten komen. De blaas loopt letterlijk ‘over’. Ook bij overlopen worden maar kleine beetjes geplast en kan een echo uitwijzen of er urine achterblijft in de blaas. Stress- en urge-incontinentie Een slappe bekkenbodemspier kan ook stress- en urge-incontinentie veroorzaken. Bij de stress-variant vormen hoesten, lachen of bepaalde vormen van inspanningen de boosdoener. Bij urge-incontinentie kan de cliënt zijn of haar plas niet goed ophouden. Wanneer hij of zij langzaam of moeilijk bij het toilet kan komen, kan de blaas voortijdig een deel van de urine loslaten. Een goede fysiotherapeut kan oefeningen voorschrijven die de bekkenbodemspieren weer sterker maken. Dagelijks oefenen leidt veelal tot verbetering. Voldoende drinken Wie incontinent wordt, is geneigd om minder te drinken. Maar dat kan de zaken juist verergeren. Bij slappe bekkenbodemspieren kan dit leiden tot faecale incontinentie. Een deel van de ontlasting blijft dan als een harde prop in de endeldarm steken, waardoor de overige ontlasting er rechtstreeks vanuit de dunne darm langs vloeit. Keiharde en ingedroogde ontlasting wijst op obstipatie; weer een teken dat iemand waarschijnlijk te weinig drinkt. Twee liter per dag is het minimum voor een goede spijsvertering. Koffie kan beter met mate gedronken worden, omdat koffie meer en frequenter plassen veroorzaakt. Zeker vijftien procent van de volwassenen zou wel eens last hebben van obstipatie, maar de één bedoelt daar een moeilijke of pijnlijke defecatie mee, de ander minder vaak defeceren. Bij klachten is het dus belangrijk om te vragen wat iemand precies bedoelt. Ook het in bed uitsmeren van faeces – door dementerenden – kan verminderen door voldoende vocht toe te dienen zodat de faeces in vastere vorm uitgescheiden worden. Faeces Gemiddeld gesproken defeceren volwassenen dagelijks, maar een gewoonte van tweemaal per week hoeft niet verontrustend te zijn. Normale faeces zijn vast, worstvormig en wegen maximaal 200 gram. De kleur kan verschillend zijn: bruinrood (veel vlees gegeten), donkerbruin (bij vezelrijke voeding of veel bladgroente), lichtbruin (bij vezelarme voeding), lichtgeel (bij baby’s die alleen melk drinken), bruin met rode bijkleuring (bietjes gegeten), bruin met donkergroene bijkleuring (spinazie gegeten). Net als bij urine kan ook een afwijkende kleur of samenstelling van de faeces wijzen op een storing in iemands gezondheid. Klinische les uitscheiding TvV 6 2003 p. 16-18 2 Klinische les uitscheiding TvV 6 2003 p. 16-18 Afwijkingen in de faeces Zwarte of rode kleur: bloed in de ontlasting Grauwwittte of grijze kleur: vet in de ontlasting Brijige substantie: verteringstoornis of overactieve darmen Slijmerige substantie: irritable bowel of spanningen Rottingsgeur, kleine belletjes: verteringstoornis Bloedontlasting Zwarte faeces zijn een belangrijke aanwijzing voor bloed in de ontlasting. Toch kan het onschuldig zijn: ijzerpreparaten en Norit kunnen de faeces ook een zwarte kleur geven. Bij kleine bloedingen in het maagdarmkanaal kunnen de faeces heel vast en donker worden. Bij grote bloedingen is er juist sprake van een volumineuze hoeveelheid met een weeïge geur. Rood bloed bij de ontlasting ontstaat pas in het laatste deel van de colon, endeldarm of anus, bijvoorbeeld bij een laagzittende tumor of aambeien. Stopverfontlasting De faeces zijn grauwwit van kleur. Dit komt voor wanneer gal niet goed bij de darmen kan komen of bij een leverontsteking. Soms zijn de faeces grijzig, brijig-volumineus en vettig om te zien: vetontlasting. Het komt voor bij verteringsstoornissen in de ingewanden doordat de alvleesklier of de darmen ziek zijn of door de afwezigheid van gal. Diarree Diarree betekent meerdere keren per dag weke, brijachtige of waterige ontlasting produceren. Dat kan acuut of chronisch zijn. Bij chronische diarree is de ontlasting eerder brijig dan dun. Vaak heeft de patiënt buikpijn en er kan bloed, slijm of pus bij de ontlasting zitten. Oorzaken zijn verterings- en resorptiestoornissen (bijvoorbeeld bij spruw), misbruik van laxeermiddelen of een overactieve darm (bij hyperthyroïdie). Chronische diarree veroorzaakt niet zozeer uitdroging, maar vooral een gebrek aan voedingsstoffen en vitamines. Slijm Slijm bij de faeces kan optreden bij allerlei ziekteprocessen. Het kan ook duiden op het (onschuldige) ‘irritable bowel’-syndroom of ‘zenuwen’ op de dikke darm als gevolg van spanningen. Etter, rotting en gisting Etter bij de faeces wijst vrijwel altijd op een ziekteproces in het laatste deel van het maag-darmkanaal. Gisting en rotting duiden meestal op verteringsstoornissen waardoor bepaalde bacteriën in de ingewanden zijn toegenomen. Een geur van rotte eieren wijst op rotting. Bij gisting is de geur zurig en er kunnen na een tijdje kleine belletjes in verschijnen. Klinische les uitscheiding TvV 6 2003 p. 16-18 3 Klinische les uitscheiding TvV 6 2003 p. 16-18 Literatuur Basisboek Ziektenkunde: gezondheidsproblematiek. Dr. M.J. Zaagman - van Buuren, drs. J.T.E. de Jong, Bohn Stafleu Van Loghum, Houten/Antwerpen 1992, ISBN 90 313 1434 x. Informatie en voorlichting Vereniging Nederlandse Incontinentie Verpleegkundigen. Deze bevordert de deskundigheid op het gebied van incontinentie. Adres Basalt 57, 2719 TW, Zoetermeer, tel. 06 – 165 525 50. E-mail: [email protected]. Website: www.vniv.nl Incontinentie Nieuwsbureau, Postbus 18806, 2502 ER Den Haag. Tel. 070 – 364 04 50. Hoe ontlastingsproblemen ontstaan Afwijkingen in het onderste gedeelte van het ruggenmerg kan leiden tot problemen met de ontlasting. Hier wordt de functie van de endeldarm inclusief de sluitspier van de anus geregeld. Ook kan men geen controle meer hebben over het ophouden van de ontlasting of het kwijtraken daarvan als het vullingsgevoel van de endeldarm verminderd is. Hierdoor ontstaat incontinentie waarbij de ontlasting er gewoon uit komt, of verstopping (obstipatie). Als een verstopping lang duurt kan dat een continu verlies van dunne ontlasting, die langs de vastzittende ontlasting loopt, tot gevolg hebben (overloopdiarree). Klinische les uitscheiding TvV 6 2003 p. 16-18 4