pag. 13 Geboorte van een vakgebied

advertisement
THEMA:
KLINISCHE CHEMIE
Fotografie: Levien Willemse
GEBOORTE VAN EEN VAKGEBIED
In het oude Egypte hadden priesters al een ‘zwangerschapstest’ ontwikkeld, waarbij ze een mengsel van
aarde en gerst gebruikten. De priesters besprenkelden
het mengsel deels met de urine van een vermoedelijk
zwangere vrouw. Op de rest goten ze hun eigen plas.
Als de gerstkorrels met de urine van de vrouw eerder
ontkiemden dan hun eigen korrels, concludeerden ze
dat er sprake was van een zwangerschap. De priesters
schreven de versnelde groei toe aan de ‘levenskracht’
in de urine van de zwangere vrouw. Gedachtekronkel
of geneeskunst? Het laatste. Wetenschappers hebben
aangetoond dat de gerstkorrels inderdaad sneller konden ontkiemen dankzij de groeistimulerende eigenschappen van de hormonen die met de urine van de
zwangere vrouw worden uitgescheiden. Met de faraotische zwangerschapstest was de Klinische Chemie als
vakgebied geboren.
Verrassend genoeg buigen klinisch chemici zich in
essentie nog over dezelfde vragen als hun gewijde
voorgangers: welke veranderingen in de samenstelling
van lichaamsvloeistoffen zijn kenmerkend voor bepaalde ziekten of afwijkingen? En, omgekeerd, wat zegt een
afwijking in de samenstelling van bloed of urine over
een aandoening?
Nog altijd wordt zwangerschap vastgesteld met een
urinetest. Alleen meten laboranten nu het humaan cho-
rion gonadotrofine (hCG). De gerstkorrels zijn vervangen door specifieke antistoffen die, dankzij een daaraan gemonteerd moleculair vlaggetje, voor het blote
oog zichtbaar worden.
Klinisch-chemisch onderzoek beperkt zich allang niet
meer tot urine. De samenstelling van vrijwel alle
lichaamsvloeistoffen is gedetailleerd bekend. Toch
worden nog steeds nieuwe eiwitten en stofwisselingsproducten getraceerd in de permanente speurtocht
naar nóg gevoeligere ‘boodschappers’ van zieke cellen.
Bijvoorbeeld troponinen, die beschadigde hartspiercellen aantonen bij een vermoeden van een hartinfarct. Of
homocysteïne, waarvan een teveel de kans op hart- en
vaatziekten vergroot. Ook analyseren klinische chemici
nierstenen, om urologen te helpen een behandelplan
op te stellen.
Het klinisch-chemisch lab voert dagelijks zo’n 14.000
tests uit. Van 80% is al binnen anderhalf uur het resultaat bekend. Het draait daarbij niet alleen om de analyse, maar ook om de betekenis van de geleverde getallen. Pas als de arts weet wat er aan de hand is, kan hij
of zij aan de slag. Dat was zo tijdens de farao’s aan de
Nijl, dat is zo tijdens Kok in het land van Maas en Waal.
13
Monitor okt/nov 2001
Download