GEÏNTERESSEERD? Tussen nu en een week zal ik telefonisch contact met u opnemen over uw mogelijke deelname aan dit onderzoek. Natuurlijk kunt u ook telefonisch of via de e-mail contact met ons opnemen: - mw. drs. Petra Jellema, onderzoeker 020 - 4448395, [email protected] - mw. dr. Daniëlle A.W.M. van der Windt, projectleider 020 - 4448354, [email protected] RUGPIJN IN DE HUISARTSPRAKTIJK Is een behandeling gericht op psychosociale risicofactoren effectiever dan ‘usual care’? Wij hopen op uw deelname! Met vriendelijke groet, Petra Jellema √ √ Projectmedewerkers: Mw. Drs. P Jellema, bewegingswetenschapper Mw. Dr. DAWM van der Windt, epidemioloog Mw. J Velders, onderzoeksassistent Prof. Dr. LM Bouter, hoogleraar epidemiologie Prof. Dr. WAB Stalman, hoogleraar huisartsgeneeskunde Mw. Dr. AH Blankenstein, huisarts Mw. Dr. HE van der Horst, huisarts Dr. B Terluin, huisarts Dr. JWS Vlaeyen, klinisch psycholoog Dr. MW van Tulder, MTA-onderzoeker U weet dat rugpijn in stand kan worden gehouden door psychosociale factoren; U zou meer willen weten over het herkennen of het met de patiënt bespreken van deze factoren; Herkent u dit?! Lees dan deze folder! vrije Universiteit amsterdam TER INTRODUCTIE Zoals u waarschijnlijk uit eigen ervaring weet, ontwikkelt een behoorlijk percentage van mensen met acute aspecifieke lage rugpijn chronische klachten. Psychosociale factoren spelen hierbij een belangrijke rol. Er bestaan echter nog geen duidelijke richtlijnen voor het beoordelen van deze risicofactoren en de wijze waarop hierop kan worden geïntervenieerd. Omdat bij patiënten met chronische lage rugpijn een benadering gericht op psychosociale factoren reeds effectief is gebleken, denken wij dat een dergelijke benadering ook effectief kan zijn in het voorkómen van chronische rugklachten. Onze onderzoeksvraag is dan ook: ‘Is een behandeling gericht op psychosociale risicofactoren effectiever dan gebruikelijke beleid (volgens de NHG-Standaard Lage Rugpijn) in de preventie van chronische rugklachten?’ van familie en werk op de klachten. De huisarts zal vervolgens deze factoren met de patiënt bespreken en hem/haar gerichte adviezen en instructies voor oefeningen geven. √ Interventie op basis van de NHG-Standaard De huisarts behandelt zoals hij/zij tot nu toe gewend was te behandelen. ROL VAN DE HUISARTS HOE IS HET ONDERZOEK OPGEZET? √ Wat verwachten we van de huisarts? De werkzaamheden van de deelnemende huisartsen worden zoveel mogelijk beperkt. Concreet vragen wij van u om: 1) de eerste 10 patiënten te selecteren die u consulteren voor (sub)acute aspecifieke lage rugpijn en hen een informatiebrief mee te geven; 2) deze patiënten te behandelen (interventie gericht op psychosociale risicofactoren of gangbaar beleid); 3) enkele gegevens te registreren tijdens de behandeling (extra tijd ± 2 min). Alle klussen eromheen, zoals de definitieve selectie, voormeting en de volledige gegevensverzameling tijdens de follow-up periode worden door de onderzoekers verzorgd. Om onze onderzoeksvraag te kunnen beantwoorden, hebben we uw (!) medewerking nodig en van 400 patiënten met (sub)acute aspecifieke lage rugpijn. Door loting zal worden bepaald welke praktijken hun behandeling zullen richten op psychosociale risicofactoren en welke praktijken zullen behandelen volgens de NHG-standaard (het gangbare beleid). De praktijken die hun behandeling zullen richten op psychosociale risicofactoren, ontvangen hiervoor een korte cursus (2 dagdelen) waarvoor accreditatie wordt aangevraagd. Na afloop van de gegevensverzameling zal deze cursus natuurlijk ook aan de andere praktijken worden aangeboden! √ Wat levert het de huisarts op? De huisarts krijgt een korte cursus van 2 dagdelen aangeboden, waarvoor accreditatie wordt aangevraagd. Hierin leert de huisarts vaardigheden die hem/haar kunnen helpen in de begeleiding van patiënten met (sub)acute aspecifieke lage rugpijn en mogelijk ook bij patiënten met andere aspecifieke klachten. Tevens ontvangt u een bijdrage van € 20,00 per ingesloten patiënt en zult u regelmatig op de hoogte worden gehouden van de voortgang van het onderzoek. De uitvoering van het project is in handen van onderzoekers van de afdeling Huisartsgeneeskunde en het EMGO-Instituut van het Vrije Universiteit Medisch Centrum, Amsterdam. Subsidie is verleend door ZorgOnderzoek Nederland. HOE ZIET DE BEHANDELING ERUIT? √ Behandeling gericht op psychosociale risicofactoren Deze behandeling bestaat uit 1 consult van 20 minuten en maximaal 2 vervolgconsulten van 10 minuten in een periode van 6 weken. Tijdens het consult informeert de huisarts naar factoren die een rol kunnen spelen bij het instandhouden van de rugpijn, zoals zorgen en ideeën van de patiënt m.b.t. zijn/haar rugpijn, de wijze waarop de patiënt met de klachten omgaat, de invloed ROL VAN DE PATIËNT De voormeting zal bij de patiënt thuis plaatsvinden. Verder worden de patiënten gevraagd thuis vragenlijsten in te vullen (6 weken, 3, 6 en 12 maanden na de voormeting). Deelname aan het onderzoek zal voor de patiënt geen extra kosten met zich meebrengen en natuurlijk kan de patiënt zich ten allen tijde uit het onderzoek terugtrekken.