Dieselmotoremissie een nieuwe grenswaarde Kankervrij werk Wereldwijd sterven Kanker is in Nederland de meest voorkomende doodsoorzaak. 666000 ongezond eten. De relatie met werk wordt – vreemd genoeg – vaak niet De oorzaak wordt vaak gezocht in slechte leefgewoonten zoals roken en gelegd. mensen Toch is blootstelling aan stoffen en ongezonde omstandigheden op het kanker op de Werkplek de feiten werk een forse oorzaak van kanker. Hoe zit dat en hoe is het te voorkomen? aan werk Daarover doen we een boekje open. gerelateerde kanker Zieke cijfers In Europa krijgen jaarlijks 2,5 miljoen mensen kanker. In Nederland circa 100.000. In 2011 ging het om 52.600 mannen en 48.000 vrouwen. In dat jaar Nederlandse Werkplekken Kankervrij In talloze bedrijven werken mensen dag in dag uit met kankerverwekkende stoffen. Om medewerkers te beschermen tegen de schadelijke effecten van deze stoffen zijn er normen in ontwikkeling. De minister van SZW stelt – na adviezen van de Gezondheidsraad en de SERsubcommissie grenswaarden stoffen op de werkplek (GSW) – grenswaarden vast waarmee ongezonde blootstelling aan stoffen kan worden voorkomen. In de SER-subcommissie zijn ook de vakbonden FNV en CNV stevig vertegenwoordigd. Als bonden brengen we graag de praktijkervaringen en –inzichten van onze leden in. Hoe kun je meedoen? Binnenkort behandelt de SER-commissie de kankerverwekkende stoffen Acrylamide, Chroom VI en Dieselmotorenemissie. Per stof willen we ervaringen en sug- 1 op de 3 Nederlanders krijgt kanker gesties uit bedrijven in kaart brengen. Hoe halen we ervaringen op? Dat gebeurt met de Checklijst Werkplek Kankervrij Help jezelf en de bonden. Vul de checklijst in voor een kankervrije werkplek! stierven er 23.000 mannen en 19.900 vrouwen aan kanker. Het totaal aantal kankergevallen blijkt nog steeds enigszins te stijgen: met zo’n 3% per jaar. Naar schatting krijgt één op de drie Nederlanders kanker. Opmerkelijk is dat in Nederland het aantal mensen dat kanker krijgt ongeveer 6% boven het Europees gemiddeld ligt. Het aantal mensen dat overlijdt aan deze ziekte was in 2012 in ons land 8,5% hoger dan het Europees gemiddelde. Kanker door werk 7% van de mensen met kanker zijn ziek van hun werk Bij de nieuwe gevallen van kanker is bij de mannen circa 8% en bij de vrouwen 2% werkgerelateerd. Een fors deel hiervan heeft te maken met de blootstelling aan kankerverwekkende chemische stoffen, met asbest als één van de belangrijkste. In de EU zijn ongeveer 2800 stoffen geclassificeerd als kankerverwekkend. Belangrijke werkgerelateerde kankers zijn long-, huid-, borst-, blaaskanker en mesothelioom. Longkanker komt het meeste voor bij mannen en borstkanker bij vrouwen. Sommige kankers zijn sterker werkgerelateerd dan andere. Neus- en bijholtekanker ontstaan bijvoorbeeld vooral door blootstelling aan houtstof bij houtbewerking. Huidkanker komt bij veel beroepen voor, maar meer bij asfalteerders en werknemers die aan dieselmotoruitstoot worden blootgesteld. 60% daarvan had voorkomen kunnen worden Minder bekend is dat 4% van alle borstkankers een relatie heeft met het werken in ploegendienst. Denk aan verpleegkundigen en piloten. . Cijfers zijn betrokken uit: Nationaal Kompas, Nederlands Centrum voor Beroepsziekten. meest voorkomende soorten kanker en waar je ze van krijgt 8% 8% 16% 22% 16% 12% 22% 12% 35% Blaas 1.5-6% 410 – 1130 70 - 240 230 - 920 780 - 1620 veroorzaakt door veroorzaakt door veroorzaakt door UV-zonlicht en andere straling, polycyclische aromatische koolwaterstoffen, teerproducten, oplosmiddelen. Werkgerelateerd nieuwe gevallen/jaar Werkgerelateerd nieuwe gevallen/jaar Oplosmiddelen, aromatische amines, polycyclische aromatische koolwaterstoffen (in koolteerproducten en dieselrook). Benzeen, formaldehyde, radioactieve straling, chloorhoudende oplosmiddelen, ethyleenoxide, butadieen, niet-arseen houdende insecticiden. risicoberoepen risicoberoepen (Ex)-werkers in de rubber-, metaal- en textielindustrie, ijzeren staalindustrie, autoproductie en autoschadeherstel. 35% Long 0.8-2.8% 7-19% 22% Leukemie, lymfeklier Huid Metaalbewerkers, meubelstoffeerders, rubberproductiemedewerkers, verfspuiters, sommige beroepen in de land- en tuinbouw, medische en veterinaire diensten, petroleum en gasindustrie. 22% Pleura/mesothelioom Borst Neus en -bijholtes Darm Werkgerelateerd Werkgerelateerd 22% 85-90% 2-4 % 35% 400-500 300 - 600 30 - 45 13000 veroorzaakt door veroorzaakt door veroorzaakt door veroorzaakt door Inademing van asbest. Ploegendienst, oplosmiddelen, hormoonverstoorders, ftalaten (weekmakers). veroorzaakt door Asbest, kristallijn silica, zware metalen, lasrook, straling, polycyclische aromatische koolwaterstoffen (o.a. in dieselrook). Houtstof, nikkel, leerstof, isopropylalcohol. Darmkanker ontstaat in 65 tot 90% van de gevallen spontaan. In 10 tot 35%van de gevallen is er sprake van een familiaire vorm. In ongeveer 5% van de gevallen van een erfelijke vorm. risicoberoepen risicoberoepen risicoberoepen risicoberoepen risicoberoepen risicoberoepen Buitenwerkers in de landbouw, de bouw en in de recreatiesfeer (zoals badmeesters), kappers, werkers in chemische wasserijen, asfaltbewerkers, meubel- en houtbewerkers, schoorsteenvegers Bouw- en constructiewerkers, asfaltwegenbouwers, lassers, dermatologische verpleegkundigen en beroepsgroepen die regelmatig dieselrook inademen.. In de constructiesector vooral sloopwerkers, (ex)-werkers in de asbest-cementfabricage, scheepsherstellers, hotel- en restaurant medewerkers. Meubelmakers en hout- en kurkbewerkers, werkers in de leer- en schoenenindustrie, machinaal houtbewerkers, interieur- en mallenbouwers, timmervaklieden in de bouw, parketleggers, werkers in de papierfabricage. Er zijn geen specifieke risicoberoepen bekend. Werkgerelateerd nieuwe gevallen/jaar 6.3-13% Werkgerelateerd nieuwe gevallen/jaar 35% Werkgerelateerd nieuwe gevallen/jaar Werkgerelateerd nieuwe gevallen/jaar Langdurig werkzaam in ploegendienst, vliegpersoneel. 33-46% nieuwe gevallen/jaar ?% nieuwe gevallen/jaar Bronnen: Montano 2014, van Tongeren 2012, NCvB, Beroepsziekten in cijfers 2014, van der Laan, NCvB 2010, Nationaal Kompas. 35% Dieselmotoremissie een nieuwe grenswaarde STO P s t r at e g i e Verbod Er zijn voor het gebruik van dieselmotoren in gebouwen al geruime tijd verboden en beperkende maatregelen. Op tal van industriële locaties is enkel het gebruik van schone motoren toegestaan en moeten moderne roetfilters worden toegepast. Op sommige Dieselmotoremissie (DME) is één van de kankerverwekkende stoffen die waar- plekken mogen überhaupt geen gemotoriseerde voertuigen worden ingezet. schijnlijk in 2016 op de agenda van de SER-commissie zal staan om te adviseren over een ‘veilige’ grenswaarde. De Gezondheidsraad is in 2015 bezig geweest hier Dieselmotoremissie risico een advies voor samen te stellen. De vakbonden willen de werknemers betrekken Het inademen van uitlaatgassen van dieselmotoren is erg ongezond. Gezamenlijk bij het beoordelen van de haalbaarheid van de grenswaarde. zorgen de grove en fijne stofdeeltjes en de vluchtige componenten in de DME voor een uiterst giftig mengsel, waarbij de kleine deeltjes bij inademing tot diep in de longen (de longblaasjes) terecht kunnen komen. Blootstelling aan DME kan leiden tot zowel Dieselmotoremissie gebruik directe (acute) effecten als ook effecten die pas optreden na jarenlange blootstelling DME wordt, zoals de naam al aangeeft, gevormd bij verbranding van dieselolie in (chronische effecten). In een drukke straat merk je de irriterende eigenschappen van de dieselmotoren. Dieselmotoren worden veel toegepast in vervoersmiddelen zoals DME direct. Veel mensen hebben last van de acute effecten: stank, geïrriteerde ogen vrachtauto’s, personenauto’s, vliegtuigen en legervoertuigen. Ook worden ze toege- en luchtwegen, hoofdpijn, vermoeidheid en misselijkheid. De acute effecten hebben past in veel ander bewegend en niet-bewegend materieel. Bewegend materieel zijn nog een enigszins waarschuwend karakter, maar dit waarschuwend karakter ontbreekt bijvoorbeeld mobiele kranen en vorkheftrucks, grondverzet- en wegenbouwmachi- grotendeels bij chronische effecten (die op lange termijn optreden) en die dus verra- nes. Bij niet-bewegend materieel gaat het bijvoorbeeld om pompen, aggregaten, derlijker zijn. Hoe vaker in de dieselrook wordt gewerkt en vooral als dit plaatsvindt in compressoren en hei-installaties. De belangrijkste sectoren waarbij DME vrijkomt, omsloten ruimtes (binnenshuis, in fabriekshallen), hoe groter de kans op longaandoe- en waar blootstelling kan optreden zijn de bouw, wegenbouw, havens, vliegvelden, ningen en longkanker. Bovendien vergroot blootstelling aan DME de kans op hart- en garages, huisvuilsector, vrachtwagenproductie, wegtransport, carrosseriebouw, land- vaatziekten en op de ontwikkeling van allergieën en andere chronische aandoeningen bouw en op- en overslagen (met name veilingen). aan de luchtwegen. DME wordt beschouwd als een mengsel van kankerverwekkende stoffen. Het wordt DME is een mengsel van alle mogelijke verbrandingsproducten die ontstaan bij de in verband gebracht met een verhoogd risico op longkanker en blaaskanker. De verbranding van dieselolie. De exacte samenstelling van de dieselolie en de condities longkanker wordt waarschijnlijk veroorzaakt door de aan de roetdeeltjes gebonden waaronder de verbranding plaatsvindt (het gebruik van katalysatoren, al dan niet verbindingen, waarbij vooral de PAKs-verbindingen en de nitro-PAK’s bekend zijn als optimale verbranding) bepalen in hoge mate welke schadelijke stoffen hierbij ont- kankerverwekkend voor de mens. staan. De ontwikkeling van nieuwe dieselmotoren is er in principe op gericht om de Er zijn schattingen dat er in Nederland tenminste 800.000 werknemers aan DME wor- uitstoot van schadelijke DME te verminderen, maar hoewel de techniek vooruitgaat den blootgesteld. zijn er nog geen echt schone (onschadelijke) dieselmotoren op de markt. DME bestaat uit dieselroetdeeltjes en diverse gasvormige verontreinigingen waaron- Er zijn voor DME nog geen wettelijke grenswaarden vastgesteld. De Gezondheids- der stikstofoxiden, koolmonoxide, zwaveldioxide en (aromatische) koolwaterstoffen. raad is wel bezig met het opstellen van een streefwaarde. Zolang er geen wettelijke Ook treft men in DME tal van metaaloxiden aan, o.a. afkomstig uit de katalysator grenswaarde is, is de werkgever verplicht zelf een grenswaarde vast te stellen op een en uit de motor zelf. Dieselroetdeeltjes zijn een mengsel van grove en hele kleine zo laag mogelijk niveau. Drie branches hebben in hun arbocatalogi al normen voor stofdeeltjes. De deeltjes zelf kunnen ook nog eens tal van schadelijke verbrandings- Dieselmotoremissie opgenomen van 7 µg/m3. Dat zijn de banden- en wielenbranche, producten ‘met zich mee slepen’, zoals polycyclische aromatische koolwaterstoffen de carrosseriebranche en de motorvoertuigenbranche. (PAKs). Veel van de deeltjes zijn ook kankerverwekkend. Dieselmotoremissie Het is aan de bonden in de SER-subcommissie om te proberen een zo laag mogelijke (veilige) grenswaarde te adviseren. Daar moeten zij dan wel goede argumenten voor hebben. Daarom willen zij nagaan hoe er in de praktijk wordt omgegaan met dieselrook (of dieselmotoremissie DME) Worden er voldoende maatregelen genomen om blootstelling te voorkomen? Worden deze maatregelen ook werkelijk nageleefd? Die kennis is aanwezig bij werknemers die met deze stof werken. Aan de betrokken vakbondsbestuurders wordt gevraagd om contact te leggen met de werknemers die met DME in contact komen. Aan hen worden, met behulp van een checklijst, vragen gesteld om zicht te krijgen op de beschermende maatregelen die gebruikt worden om blootstelling aan dieselrook te voorkomen. Hiervan wordt een kort verslag gemaakt dat ingebracht wordt bij het door de SER te houden ‘haalbaarheidsonderzoek’. Waarom wordt de relatie tussen werk en kanker vaak niet gelegd? ➢ Soms zijn artsen onbekend met werkoorzaken van kanker. Bijvoorbeeld: werken in stof verhoogt het risico op longkan- Loop ik zelf gevaar? bloot stelling 8 meest voorkomende kankerverwekkende stoffen ker, maar longkanker wordt vooral in verband gebracht met roken. In de ‘Europese kankerverwekkende stoffen richtlijn’ staat dat Je loopt kans op kanker door je werk als er kan- Onderzoek naar werkgerelateerde kankers vindt vooral plaats kerverwekkende stoffen in je werkomgeving op industriële werkplekken. Daardoor komt maar een beperkt zijn. Helaas is dat niet altijd duidelijk. Hoe kun aantal werkgerelateerde kankers in beeld en worden typische je daar achter komen? risicoberoepen over het hoofd gezien. Ook banen waarin Elk bedrijf is verplicht een Risico Inventarisatie vooral vrouwen werken worden minder onderzocht en blijven & Evaluatie (RI&E) uit te voeren. Daarin moet zo buiten beeld. zorgvuldig worden nagegaan of, waar, wan- kankerverwekkende stoffen alleen maar op het werk aanwezig mogen zijn als er geen gezonder alternatief is. De richtlijn heeft tot nu toe nog weinig effect gehad. Op heel veel werkplekken kunnen kankerverwekkende stoffen prima vervangen worden door goede en gezondere alternatieven. En ook bedrijven die deze richtlijn wel goed toepassen zijn niet per definitie ‘kankervrij’. Want ook bij productieprocessen (als verbranden, verspanen, verzagen, schuren enzovoort) kunnen kankerverwekkende stoffen ontstaan en vrijkomen op de neer en hoe er blootstelling aan kankerverwekRelatie moeilijk te leggen. Heeft iemand eenmaal kanker, dan kende stof(fen) is. Het kan gaan om specifieke is de relatie met de blootstelling aan chemische stoffen in het stoffen die het bedrijf gebruikt in een proces of verleden vaak niet meer te leggen. De kankerverwekkende product. Maar ook om stoffen die bij processen stof is niet meer terug te vinden in het lichaam. Daardoor worden gevormd, bijvoorbeeld bij verhitting of worden veel kankers gediagnosticeerd zonder dat een bron verbranding. Soms komen de stoffen ook ‘on- kan worden aangewezen. verwacht’ vrij, zoals bijvoorbeeld bij verspanende werkzaamheden. Een zeer lage blootstelling Nog onbekende oorzaak. Ook nieuwe stoffen of processen kan al een kankerrisico zijn. De werkgever moet kunnen een kankerrisico introduceren. de risico’s zorgvuldig in beeld brengen, werknemers hierover informeren en maatregelen Onverwachte blootstelling. Kappers ontwikkelden kanker nemen om blootstelling te voorkomen. Een door asbest die in haardrogers verwerkt zat. Dat is één voor- werknemer heeft het recht om de RI&E voor beeld van een bron die lang over het hoofd is gezien. zijn werkplek in te zien, plus de maatregelen die er voor zorgen dat je veilig met de stof kunt Partijdig onderzoek. Industriebelangen kunnen het wetenschappelijk onderzoek kleuren en vertekenen. Sommige industrieën hebben er belang bij om kankerrisico’s van specifieke stoffen of processen te ontkennen. De tabaksindustrie is hier een duidelijk voorbeeld van. werken. Ga dit dus voor je eigen werkplek na. werkplek. “de beste aanpak om kanker te vermijden is te stoppen met de blootstelling.” In de EU geldt ook de verordening REACH om mens en milieu beter tegen stoffen te beschermen. REACH is een Europese wet over de productie van en handel in chemische stoffen. Het beschrijft waar bedrijven en overheden zich aan moeten houden. Reach staat voor: Registratie, Evaluatie, Autorisatie en restrictie van Chemische stoffen. De EU wil met REACH de meest kwalijke stoffen van de markt halen. Naar verwachting zullen er voor 2020 zo’n 400 van deze stoffen verdwenen zijn of in ieder geval aanzienlijk minder worden gebruikt. De 8 meest voorkomende kankerverwekkende stoffen op het werk zijn : • Asbest • Silica, kwarts • Dieselmotorenemissies • Mist van minerale oliën • Metalen en metaalverbindingen, vooral (van) arseen, chroom VI. Maar ook van lood, nikkel en cobalt. • PAK’s bij teerprocessen • Pesticiden • Radon Bronnen: Rushton et al: (2010, 2012) ; EU-OSHA (2014): ISSN 1831-9343. Onvolledig of ontoereikend wetenschappelijk onderzoek. wist u dat ? Het aantal doden door werkgerelateerde kanker neemt elk jaar toe. Het aantal dodelijke arbeidsongevallen daalt de laatste jaren juist. Veilige grenzen? “De beste aanpak om kanker op het werk te voorkomen is de blootstelling aan de kankerverwekkende stof te stoppen.” Een grenswaarde is de concentratie van een stof in de lucht op de werkplek waar een werknemer ge- Dit wordt een bron-oplossing genoemd. De oorzaak weghalen, is de beste – want meest een tijdsperiode van 15 minuten. effectieve – aanpak om kanker door het werk te voorkomen. Maar wat nu als de kankerverwekkende stof niet te vervangen is door een gezond alternatief? Dan mag de ongezonde stof volgens de Europese en Nederlandse wetgeving alleen onder strenge voorwaarden gebruikt worden. Regel is dat de blootstelling dan zo laag mogelijk gehouden moet worden. Laag betekent in ieder geval onder de vastgestelde grenswaarde. Er zijn twee soorten grenswaarden voor kankerverwekkende stoffen: 1. Grenswaarde voor de stof op de werkplek. Dit is de wettelijke grenswaarde die in Nederland wordt vastgesteld door de minister van Sociale Zaken. In Europa wordt die waarde ook wel Occupational Exposure Limit (OEL) genoemd. De manier waarop de grenswaarde wordt vastgesteld is betrouwbaar en transparant, maar het vaststellingsproces duurt vaak lang. Als er geen wettelijke grenswaarde voor een stof is vastgesteld, is de werkgever verplicht om een eigen bedrijfsgrenswaarde vast te stellen. 2. DMEL (Derived Minimal Effect Level). Dit is de concentratie die REACH voor kankerverwekkende stoffen hanteert. Deze grenswaarde geeft aan bij welke blootstelling het eerste gezondheidseffect optreedt. De DMEL wordt bepaald door de industrie volgens een vastgestelde methodiek. De gebruikte data waarmee de DMEL wordt vastgesteld zijn niet openbaar. Er is dus niet na te gaan op welke aannames de limiet is gebaseerd. De DMEL mag alleen als blootstellingslimiet worden gebruikt als er nog geen officiële (Nederlandse of in Europese) geen grenswaarde voor de stof is vastgesteld. Een Europese of Nederlandse grenswaarde gaat dus altijd voor. durende een 8-urige werkdag maximaal aan mag worden blootgesteld. Uitgangspunt daarbij is dat de gezondheid van de werknemer bij een blootstelling onder dat niveau niet wordt geschaad. Voor sommige stoffen is tevens een grenswaarde vastgesteld voor een kortdurende hoge piekblootstelling voor Omdat er voor kankerverwekkende stoffen feitelijk geen veilige grens bestaat (zelfs het kleinste beetje kan al kanker veroorzaken) bepaalt de Gezondheidsraad voor deze stoffen, op basis van gezondheidskundig onderzoek, een verbodswaarde en een streefwaarde. De streefwaarde is de laagste waarde: bij blootstelling aan deze waarde loopt maximaal één van elke miljoen werknemers per jaar de kans om kanker te krijgen. De verbodswaarde ligt hoger: daar is de kans op kanker één op de tienduizend blootgestelden per jaar. De verbodswaarde mag dan ook beslist niet overschreden worden. De SER, d.w.z. de subcommissie Grenswaarden voor Stoffen op de Werkplek (subcie GSW), beoordeelt of de streefwaarde haalbaar is. Inzet is om de grenswaarde zo laag mogelijk vast te stellen. Daarom voert de subcie GSW een haalbaarheidsonderzoek uit om te bepalen wat de laagste concentratie is die op de gangbare werkplek haalbaar is. De subcommissie adviseert de minister van SZW dan dit niveau als wettelijke grenswaarde in te voeren. De haalbaarheidstoetsen die momenteel worden uitgevoerd bij bedrijven geven niet altijd voldoende informatie. Daarom willen de vakbonden zelf, via hun leden in de bedrijven, meer informatie verzamelen, om vervolgens te gebruiken bij de haalbaarheidstoets. Het doel is om met meer werkplekinformatie zo laag mogelijke grenswaarden te realiseren. De vakbonden willen met checklijsten onder werknemers in de bedrijven de volgende informatie verzamelen: 1. Welke maatregelen zijn er getroffen op deze werkplek? 2. Vinden de werknemers de maatregelen voldoende? 3. Zijn er metingen uitgevoerd en wat was het resultaat? 4. Wordt er in het bedrijf gewerkt aan een veiliger werkplek en dus ingezet op het vervangen van de kankerverwekkende stof? Bron: CBS Statline hoe voorkomen? STOP het gebruik van kankerverwekkkende stoffen STOP strategie: Checklijst Werk Voorkomen is 100% beter dan Genezen plek Kankervrij Praktische ondersteuning bij dit Help jezelf en de bonden. Vul de checklijst in voor een kankervrije werkplek! zoeksteam. Werkgevers moeten (wettelijk verplicht) zorgen voor veilige en gezonde arbeidsomstandigheden van werknemers. Om dit te bereiken moeten er vaak vele maatregelen worden getroffen. De Arbowet verlangt dat bij het gebruik van gevaarlijke stoffen allereerst brongerichte maatregelen worden genomen. Dat betekent: 1 2 zorgen dat het risico (zoals kankerverwekkende stoffen) wordt verwijderd. Pas in allerlaatste instantie, als alle andere maatregelen falen, mogen persoonlijke beschermingsmiddelen worden ingezet. Dit heet in de wet ‘de arbeidshygiënische strategie’ (STOP strategie). Voor kankerverwekkende stoffen geldt deze strategie extra zwaar. Economische overwegingen mogen hier géén rol spelen bij het treffen van de maatregelen. 3 vakbonden FNV en CNV de onderhandelingen in de SER over de grenswaarden voor het werken met kankerverwekkende stoffen goed onderbouwd voeren. Voor de bonden is het relevant om informatie van werknemers te krijgen over hoe er in de praktijk met de kankerverwekkende stoffen (en producten) wordt gewerkt en of alle blootstellingsbeperkende maatregelen beschikbaar zijn en worden nageleefd. 1.Substitutie - bronmaatregelen willen FNV en CNV goed zicht op krijgen met behulp van de ingevulde kennis beter in huis dan de medewerkers die er zelf mee werken. Dáár vragenlijsten. • Substitutie (vervanging) van de stof De bonden leggen daartoe contact met deze werknemers en vragen hen 2.Technische maatregelen gangbare beheersmaatregelen aan te geven. Deze gegevens worden ver- • Afzuiginstallatie • Afscherming van de bron 4 Met zorgvuldig ingevulde Checklijsten “Werkplek Kankervrij” kunnen de Hoe wordt er in de praktijk met deze stof gewerkt? Niemand heeft die • Omkasting van de bron • Lokale ventilatie 3.Organisatorische maatregelen • Beperking aantal blootgestelde werknemers • Taakroulatie om met behulp van een checklijst, het praktijkgebruik van de stof en de volgens gebruikt als onderdeel van het ‘haalbaarheidsonderzoek’. De uitkomsten uit de vragenlijsten kunnen worden ingebracht bij het door de SER te houden ‘haalbaarheidsonderzoek’. Lijkt zo’n lage waarde niet haalbaar, dan is de consequentie dat een hogere, minder beschermende Brenda de Jong FNV Bouw Mireille van Gelderen CNV Vakcentrale Arie Woltmeijer Projectondersteuning en informatie Salentijn Consult Josje Salentijn 06-18337393 [email protected] IVAM Hildo Krop 020 525 5080/6569 [email protected] Ondernemingsraad of VWGM-leden aan de slag zal vanwege de door de SER subcie De checklijst wordt bij voorkeur ingevuld door de OR of VGWM-leden in 4.Persoonlijke beschermingsmiddelen een kaderlid de checklijst invullen. • Werkkleding FNV Metaal Planning samenspraak met de werknemers die direct met of in de buurt van de kan- • Handschoenen / veiligheidsbril geleverd door het vakbondsonder- waarde aan de minister wordt geadviseerd. • Beperking blootstellingstijd • Ademhalingsbescherming haalbaarheidsonderzoek wordt Contactpersonen arbeidshygiënische strategie voor kankerverwekkende stoffen • Eliminatie van de bron Ondersteuning kerverwekkende stof werken. Is er geen OR of VGWM-commissie dan kan Het onderzoek onder werknemers GSW te houden haalbaarheidstoetsen bij voorkeur worden afgerond voor het eind van 2015.