college Beleid en Organisatie van Onderwijs en Opvoeding Opvoeden en behandelen tegen wil en dank: misschien wel het moeilijkste werk ter wereld Hogeschool Leiden & UvA: dr.Peer van der Helm ism. prof.Dr. Geert- Jan Stams Contact? Peer van der Helm: [email protected] 0648133745 Met medewerking van 11 managers van: • Transferium • De Vaart • Inforsa/LIZ • Teylingereind • De Koppeling • Wilster • Amsterbaken • De Hunnerberg en Den Hey-Acker De doelgroep • ‘Ik heb gemoord, maar hoe moet het nu verder met mij?’ (jongen 15 jaar) • ‘Ik prikte die agent omdat ie mij vies aankeek’ (jongen 16 jaar) • ‘Na twee joints maakt het mij niet meer uit wie er over mij heen gaat’ (meisje 15 jaar) • ‘Na negen pleeggezinnen en 16 instellingen vertrouw ik niemand meer’ (meisje 17 jaar) • ’Niemand houdt van mij, ik ook niet’ (12 jaar) • ‘s nachts in mijn cel hoor ik mijn moeder schreeuwen: rotjoch! Ik wou dat je er niet was!En dan voel ik de klappen weer’ (jongen, 14 jaar) Stel je voor een leefgroep • De nieuwe gordijnen zijn gescheurd, overal vlekken zelfs op het plafond, het is er vies en er zitten grote sterren in de pantserruiten • Als je binnenkomt steekt een jongen zijn middelvinger op • Als er op alarm wordt gedrukt weigeren collega’s te komen en als ze moeten invallen melden ze zich ziek Wat de meeste mensen denken: • Tuckmann 1965: Storming Norming Performing stadiamodel houdt geen rekening met transactionele processen op de groep (Sameroff, 2009). • Soms blijft het stormen hoe komt dat? • Organisatiecultuur Functie organisatiecultuur • Houvast bij veranderingen • Zekerheid bij problemen van externe aanpassingen en interne integratie (Quinn in: Furnham, A., 1997, The psychology of behaviour at work. Sussex: psychology press ) Elementen organisatiecultuur (Schein 1994) • Uiterlijke kenmerken:het gebouw • Aangehangen waarden: zorg voor de jongere en de objectieve ‘wetenschap’ • Basisaannames: 1. 2. 3. 4. Waarheid en werkelijkheid Menselijke relaties Menselijke omgeving Menselijke natuur De ‘ui’ van Schein: Basis-aannames: theory in use versus theory in action • Het zijn de aangehangen waarden die men elkaar vertelt (Theory in use) • Maar het zijn de basis-aannames die meestal bepalen wat er werkelijk gebeurt (Theory in action) (Argyris, C. & Schon, D.A. (1996). Organisational Learning. NY, Addison Wesley) Welke basisaannames kenmerken uw organisatie? 1. Waarheid en werkelijkheid: wie krijgt gelijk? 2. Menselijke relaties: wie is meer gelijk? (George Orwell: alle varkens zijn gelijk, maar sommige varkens zijn meer gelijk dan andere varkens) 3. Menselijke omgeving: naar binnen (organisatie) of naar buiten (jongere, wetenschap) gericht? 4. Menselijke natuur: goed, slecht of neutraal (theorie X en Y) Mc Gregor, 1960 • Theorie X de mens is slecht en moet worden gestraft • Theorie Y de mens is goed en kan leren Helpt straf? • Leerexperiumenten slakje Aplisya 1991: • Kandel, E.R., Schwartz, J.H. & Jessel, T.M (1991). Principles of Neural Science.Third Edition. Elsevier, New York. Meta-analyse Lipsey et al., 2009 • Effectiviteit van behandeling hangt af van de orientatie van de instelling: instellingen die meer op behandeling dan op straf zijn georienteerd hebben grotere effectiviteit, organisaties die op straf zijn gericht negatieve effectiviteit Meta-analyse Parhar et al. 2009 • Hoe groter de dwangcomponent van een behandeling hoe minder de effectiviteit Gevolgen straf voor gedrag: • Submissieve (vermijdend = aplysia!)maar vaker agressieve probleemoplossingstijl, ook op de afdeling – bij sociale nadeelsituaties, autoriteitsproblemen, competitie en hulp vragen/geven (vd Helm, Matthys & Stams 2013), gevolg: postioneringsgedrag (vd Helm & Stams, 2012) – (Nieuwe gevalideerde vragenlijst sociale probleemsituaties op de groep: TOPS-A = Diagnostisch instrument) Onderzoek Schubert et al. 2011 • residentiële behandeling kan gedragsproblemen en recidive significant verminderen wanneer jongeren een positief leefklimaat ervaren. • Marshall & Burton 2010: dringend onderzoek nodig naar behandeling op de groep Onderzoek naar eigenschappen behandelmilieu 2007 1. responsiviteit pm’er 2. Leren en zingeving (perspectief) 3. Repressiviteit (-): zo min mogelijk dwang! 4. Sfeer, structuur, veiligheid en onderlinge verhoudingen op de groep Nieuw: gevalideerde vragenlijst (PGCI, van der Helm, Stams & van der Laan, 2011, 36 items) Longitudinaal onderzoek n450 vd Helm20072012, 42 instellingen • Een positief behandelmilieu bepaalt behandelmotivatie/ILOC/criminele cognities/denkfouten/empathie/actie ve coping/ stabilisatie & agressie/sociale informatieverwerking 2008 onderzoek: het werkklimaat=de sleutel! • De sociotherapeut als sleutel van de behandeling: moeten kijken naar de wisselwerking (Sameroff 2009; voortschrijdend inzicht: het veld zegt: ‘dat had ik je wel kunnen vertellen’). • Een van de moeilijkste taakopgaven is therapeutisch te blijven handelen in weerwil van akelige delicten, gebrek aan motivatie en agressie • Structuur en veiligheid bieden en tegelijkertijd flexibel blijven (individuele behoeften jongere = RNR beginselen) Belangrijk: iets werkt, een positief leefklimaat met voldoende responsieve mw, uitdaging en perspectief • Maar: de wisselwerking tussen medewerkers en patienten verloopt vaak in een negatieve spiraal wat ging er mis? Uitkomsten werkklimaat om. van Iris Boekee, Teylingereind 2011 • Angst – Meer angst betekent minder flexibiliteit en minder gevoel van controle • Leiderschap – Passief leiderschap betekent minder flexibiliteit en minder gevoel van controle – inspirerend leiderschap betekent meer flexibiliteit en meer structuur Lambert (2011): meer ziekteverzuim en burn-out bij beheersmatig werken (it spills over’)’ Van der Helm, Boekee, Stams & van der Laan 2011: ‘Fear is the Key’ JOURNAL OF CHILDREN’S SERVICESj 2011, pp. 248-263 In de praktijk, Fase 1: de opstart • Nieuw gebouw, enthousiaste mw, jongeren/patienten kijken de kat uit de boom • Duur ca. 1 week • Maar: de organisatie heeft vaak wel een visie op papier maar geen mensvisie: wie heb je binnen gehaald? Denk je dat mensen nog te veranderen zijn? Wat is je visie op straf? Egidia Jetten: • Een visie hebben en deze goed uitwerken op alle niveaus is dus een belangrijke voorwaarde als je een nieuwe organisatie begint. Dat betekent visie op inroostering , kernwaarden van medewerkers , dagprogramma, huisregels en groepsregels en incidenten.. In fase 1 • Taken en verantwoordelijkheden zijn vaak nog niet duidelijk • Wie neemt de beslissingen? • Behandelaars zonder lijnverantwoordelijkheid =weeffout in de organisatie Fase 2: aanloop • Verschillen in visie tussen nieuwe medewerkers en gebrek aan onderlinge afstemming medewerkers • Verschillen in professioneel handelen worden zichtbaar • Gevolg: onduidelijkheid en onzekerheid en angst bij jongeren leidt tot positioneringsgedrag (apenrots ontstaat) Fase 3 conflicten • Positioneringsgedrag leidt tot conflicten onderling en tussen jo. En mw. • Conflicten: afglijden van taakconflicten (wie doet de afwas?) tot sociaal emotionele conflicten (‘jij doet nooit de afwas’) Gevolg groepsdynamica: disfunctionele conflicthanteringsstijlen • In plaats van probleemoplossen: – Vermijden (afwas blijft staan) – Toegeven (mw gaan zelf afwassen om geen conflict te hebben) – Forceren (nu afwassen, anders ga je naar kamer) – Van der Helm, G.H.P. & Stams, G.J.J. M. (2012). Conflict and Coping by Clients and Group Workers in Secure Residential Facilities. In: Oei, K & Groenhuizen, M. Progression in Forensic Psychiatry: About Boundaries. Amsterdam: Kluwer In fase 3: ANGST regeert (vd helm, Boekee, Stams & van der Laan, 2011) • Leefklimaat op dieptepunt • Veel incidenten en jo. lopen weg (voelen zich niet veilig) • Veel medewerkers vertrekken (zijn bang) • Pedagogisch gezag verdwijnt • Burn-out achtige verschijnselen • Negatieve reacties buitenwereld Angst slaat door bij management • Wisselingen in teams (vaak) • Wisselingen van teamleiders (vaak) • Wisselende teams • Wisselende managers Kernwaarden medewerkers veranderen (organisatiecultuur): • ‘als de instelling hem niet aanpakt doen wij dat wel’ • ‘Voordat je kan behandelen moet je ze eerst breken’ • ‘Hij verdient het niet om ooit vrij te komen’ • Gevolg: jongeren veranderen ook: negatieve sociale informatieverwerking Veel gehoorde ‘oplossingen’ Niets meer pikken en er bovenop gaan zitten: flexibiliteit< • Vaker alarm drukken • Jongeren op kamer (geeft rust) • strafoverplaatsingen • Pakken en schilden • Stoelen aan de grond schroeven • Ervaring uit de praktijk: helpt allemaal niet Echte oplossing: leiding geven • Medewerkers troosten en inspireren • Voorbeeld geven • Medewerkers ondersteunen door er vaak te zijn • Optimistisch over de toekomst, realistisch over vandaag • Visie vasthouden, ook al vliegt alles door het gebouw Belangrijk volgens ervaringsdeskundigen • Petra Schaftenaar: medewerkers steunen maar ook vasthouden aan gezamenlijke lijn. • Eline Schouten: flexibel blijven • Liesbeth Postma: niet te vaak op alarm drukken, eerst overleg • Joop van Velzen: overzicht houden en voorbeeld geven dat het anders kan • Job Laghuwitz: niet gaan beheersen, contact houden, met jongens gaan lopen in plaats van opsluiten • Jenine Timmers: Middenkader moet elkaar steunen en elkaars visie delen! vervolg • Egidia Jetten: Integrale visie op veiligheid en orthopedagogiek. Nog even een belangrijke, als het middenkader of het management qua integrale veiligheid niet op een lijn zit dan zijn er vele fricties tussen beveiliging, facilitair, technische dienst en de teams van de afdelingen. • Wat ik ook zie is dat bij een organisatie in de problemen , het middenkader juist weinigq op de afdelingen' is ; er worden overleggen gepland tijdens de overdracht, juist de overdracht is noodzakelijk voor de benodigde steun van het team.En goede nazorg bij incidenten; juist van het mt en directie. Een telefoontje en bloemetje doet wonderen. Fase 4: stabilisatie conflicten, leefklimaat verbetert • Langzame stabilisatie door: contact, probleemoplossen en dagstructuur handhaven • Conflicten worden minder en minder heftig • Medewerkers die overblijven raken beter op elkaar ingespeeld en worden niet meer uitgespeeld • Minder toegeven/vermijden/forceren Leefklimaat: twee klinieken vergeleken reeks 1: een maand gestart reeks 2: 5 jaar draaiend Onderzoek HL & UvA: het werkklimaat • Onderzoek om het professionele handelen met zeer moeilijke jongeren te verbeteren • En het werk voor medewerkers mogelijk te maken onderzoek HL & UvA (Nienke Ros, 2012) Onderzoekers Veronique van Miert en Anna Dekker Het werkklimaat: onderzoek 18 instellingen 2012-2016 • • • • • Veiligheid en structuur Organisatiecultuur en Leiderschap Conflicthantering Teamfunctioneren (Pantrix) Motivatie (ook tov organisatie) dus niet alleen dingen goed doen maar ook goede dingen • Disfunctionele cognities • Psychologisch contract Nieuw 2013: ‘ik ga toch weer naar school’: het leerklimaat in het speciaal onderwijs • HL expertisecentrum jeugd ism UvA FO en Windesheim • Hoe motiveer je deze jongeren om weer naar school te gaan? • Hoe voorkom je uitsluitend onderwijs? Nieuw boek voor instellingen, WO en HBO Samenwerking onderzoek-praktijk = Praktijkgericht onderzoek bij de HL en FO