Elisa Veronesi

advertisement
Elisa Veronesi
Doctoraatsstudent UHasselt
Redelijke aanpassingen in het hoger onderwijs
Studiedag SIHO, 2 juli 2015
Structuur
1. Wat zijn redelijke aanpassingen?
2. Voor wie zijn redelijke aanpassingen?
3. Wanneer zijn aanpassingen (on)redelijk?
4. Welke aanpassingen zijn mogelijk?
 Voorbeelden en cijfers uit de praktijk
Doctoraat Elisa Veronesi
2
1. Wat zijn redelijke aanpassingen?
Recht op onderwijs
Art. 26 UVRM
Art. 18 BUPO
Art. 13, 14 ECOSOC
Art. 28, 29 IVRK
Art. 2 EVRM 1e protocol
…
Gelijkheidsbeginsel
Art. 1 UVRM
Art. 26 BUPO
Art. 10, 11 GW
Art. 23 IVRK
Art. 14 EVRM
…
1. Wat zijn redelijke aanpassingen?
Redelijke
aanpassingen
(faciliteiten)
Gelijkheids
Inclusie
Beginsel
Gelijke
kansen
Nondiscriminatie
1. Wat zijn redelijke aanpassingen?
Nationale
regelgeving
Federaal:
Internationale
regelgeving
Europese Unie:
Wet 10 mei 2007 ter
bestrijding van bepaalde
vormen van
discriminatie
Kaderrichtlijn 2000/78
inz. Gelijke Behandeling
in arbeid & beroep
Vlaams:
Verenigde Naties:
Decr. 10 juli 2008 inz. een
kader voor het Vlaamse
gelijkekansen- en
gelijkebehandelingsbeleid
Verdrag inz. Rechten van
Personen met een
Handicap
1. Wat zijn redelijke aanpassingen?
INCLUSIE
1. Wat zijn redelijke aanpassingen?
 Decreet 10 juli 2008:
Concrete maatregelen (…) die de beperkende
invloed van een onaangepaste omgeving op de
participatie van een persoon met een handicap
neutraliseren
Ruim
opgevat
 Protocol 19 juli 2007:
Ze doeltreffend zijn, en een evenwaardige en
zelfstandige participatie mogelijk maken
2. Voor wie zijn redelijke aanpassingen?
 Vl. Agentschap voor personen met een handicap:
Elk langdurig en belangrijk participatieprobleem
van een persoon dat te wijten is aan het samenspel
tussen functiestoornissen van mentale, psychische,
lichamelijke of zintuiglijke aard, beperkingen bij het
uitvoeren van activiteiten en persoonlijke en
externe factoren.
 Verdrag inz. rechten van personen met een handicap:
Langdurige fysieke, mentale, intellectuele of
zintuiglijke beperkingen die hen in wisselwerking
met diverse drempels kunnen beletten volledig,
effectief en op voet van gelijkheid met anderen te
participeren in de samenleving.
3. Welke aanpassingen zijn mogelijk?
Soorten aanpassingen
 Materieel: klassen, gebouwen en
communicatie toegankelijk maken
 Immaterieel: onderwijsmethode, curriculum
of evaluatiemethode aanpassen.
Wat is redelijk? Wanneer gaan we te ver?
Wanneer doen we af aan de eindcompetenties van een
opleiding?
Rechter: proportionaliteitstoets
4. Wanneer zijn aanpassingen (on)redelijk?
 Afhankelijk van een complex samenspel van factoren:
 Financiële impact
 Organisatorische impact
 Draagkracht van de instelling
 Frequentie en duur van de aanpassing
 Impact op de gebruiker
 Impact op de omgeving
 Gebrek aan alternatieven
…
Doel en middelen moeten tegen elkaar worden afgewogen
4. Wanneer zijn aanpassingen (on)redelijk?
 Doventolkarrest Hof van Beroep Gent (2011)
 Rechterlijk activisme:
Discriminatie door de Vlaamse overheid
vastgesteld wegens te weinig tolkuren voor dove
jongeren.
“discretionaire bevoegdheid van de Vlaamse
overheid begint waar de discriminatie eindigt”
“louter budgettaire beperkingen in hoofde van de
overheid zijn geen doorslaggevend argument bij
het beoordelen van de redelijkheid van een
aanpassing”
In de praktijk
Academiejaar 2014-2015
 Totaal: 5500 studenten
 Waarvan 319 studenten met faciliteiten
• 67 topsporters,
• 25 werkstudenten,
• 227 functiebeperkingen (4%)
-
140 dyslexie
42 aandacht– en gedragsstoornissen (o.a. ADHD)
22 persuasieve ontwikkelingsstoornis (o.a. ASS)
16 chronische ziekte
…
Vragen of opmerkingen?
Elisa Veronesi
Doctoraatsstudent Universiteit Hasselt
Faculteit Rechten
[email protected]
Download