File - Danielle van der Steen

advertisement
Kennisportfolio blok 3
Management
Groeimodel Keuning
Het Groeimodel Keuning is bedacht door meneer Keuning.
Het model bestaat uit zeven stadia en vier fases.
Groeimodel Greiner
Greiner heeft aan het model van Keuning twee fasen toegevoegd. Elke fase wordt gekenmerkt door
een
geleidelijke ontwikkeling (evolutie). Elke fase wordt gekenmerkt door een
bepaalde managementstijl, die typerend is voor de fase waarin de organisatie
zich bevindt. Als een fase ten einde loopt, zal de organisatie geconfronteerd
worden met een crisis situatie. Na een crisis volgt er een trendbreuk in de
managementstijl. Elke overgang betekent veranderingen.
Groeimodel Lewin
In dit model zien we dat
veranderingen niet van de ene dag op de andere dag plaatsvinden. Veranderingen
verlopen door middel van een veranderingsproces, waarbij alle situaties in
meerdere of mindere mate sprake zal zijn van onderzekerheden.
3 Fases: Unfreezing (voorbereiden op..) Moving (bewegen) Freezing (veranderingen worden
vastgelegd)
Groeimodel Ezerman
Het doel van de veranderingsstrategie is de acceptatie van de verandering door de betrokken
medewerkers te vergroten. Er zijn 7 veranderingsstrategieën:
Ontwijken: personen zijn pas gemotiveerd, als ze de noodzaak van veranderingen zelf inzien.
Faciliteren:faciliteiten worden geschapen, waardoor de veranderingen tot stand komen.
Informeren: de medewerkers worden op de hoogte gebracht van komende veranderingen.
Educatieve strategieën: medewerkers worden opgeleid, opgevoed, gecoacht of begeleid met
betrekking tot
het veranderingsproces.
Onderhandelen: doen ze wanneer medewerkers niet meteen neerleggen bij verandering.
Overtuigen: medewerkers worden m.b.v. argumenten tot andere gedachten gebracht.
Macht-,dwang- en pressiestrategie: dit is het opleggen van de verandering.
Belastingrecht
Inkomstenbelasting
Eigenlijk drie belastingen in één wet:
Box 1: inkomen uit werk en woning (H3 IB).
Tarief: progressief Schijventarief (art 2.10 Wet IB)
Box 2: inkomen uit aanmerkelijk belang (H4 IB).
Aanmerkelijk belang: o.a. aandelenbezit van minstens 5% in een BV/NV.
Tarief: 25% (art 2.12 Wet IB)
Box 3: inkomen uit sparen en beleggen (H5 IB).
Er wordt geacht 4% rendement te zijn behaald (zélfs bij verlies!) van het vermogen op 1 januari
minus het heffingvrije vermogen. Tarief: 30% (art 2.13 Wet IB)
Algemene economie
Keynesiaanse visie:“Zij stelt dat de overheid verantwoordelijk is voor het bereiken van de
doelstellingen van de economische politiek en zich zeer met de economie, vooral de conjunctuur,
moet bemoeien. Zij zorgt voor volledige werkgelegenheid en groei.”
Klassieke visie: (leger, politie, rechtelijke macht)
“De overheid dient een zo klein mogelijke rol te spelen. Zij moet zich beperken tot het garanderen
van veiligheid van de burgers, het beschermen van bezit en zorgen dat burgers hun contract
naleven.”
Behoeftenhiërarchie van Maslow
1.
2.
4.
5.
Eten, huis
Verzekeringen, continuïteit van banen
Ergens bij horen, gaat niet om geld
Ik kan dingen doen die ik leuk vind.
Welvaart is wel te kopen, maar er is meer dan alleen geld.
Welzijn kun je niet kopen.
Bedrijfseconomie
Download