Geschiedenis portfolio Kenmerkende Aspecten 5havo hstk 12 De Tweede Wereldoorlog 39. Het in praktijk brengen van de totalitaire ideologieën: communisme en fascisme/nationaalsocialisme Een totalitaire beweging is een staat waarin de overheid het leven van een burger beheerst en controleert. Het probeert het volk een beetje te hersenspoelen tot één soort denken. Wie daar tegen is, is vijand van het volk. Overal in een totalitaire samenleving zie je dan ook het symbool van ‘de beweging’: hamer en sikkel in de Sovjet Unie, en het hakenkruis is socialistisch Duitsland. Specifiek voor het nationaalsocialisme waren de rassenleer met een extreme Jodenhaat en het extreme nationalisme gericht op een veroveringsoorlog. Specifiek voor het communisme was de staatseconomie met vijfjarenplannen waaraan de gehele bevolking slaafs diende mee te werken, en het antigodsdienstige materialisme. Het fascisme was in oorsprong Italiaans, en staat voor verheerlijken van geweld, één leider, tegen alles wat niet bij hun hoorde en was nationalistisch. Hierdoor waren er ook totale oorlogen: een oorlog waarbij het hele land in dienst staat van de oorlog. 40. De rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van massaorganisatie Nadat in de 19e eeuw het aantal betrokkenen bij de politiek steeds meer was uitgebreid, werd in de 20e eeuw iedereen bij de politiek betrokken, vaak via het algemene kiesrecht. Om de massa voor zich te winnen, gebruikte politieke bewegingen propaganda: het verheerlijken van jezelf en/of het zwartmaken van de tegenstander. Moderne techniek bood daarvoor de mogelijkheden: elektrische versterker, film en radio maakten het mogelijk grote aantallen mensen te bereiken. Verschillende bewegingen streefden ernaar brede lagen van de bevolking van een gebied te mobiliseren: socialisten, communisten en fascisten. Iets wat veel verder ging was indoctrinatie: het systematisch en eenzijdig onderwijzen van aanvechtbare overtuigingen of opvattingen, met de bedoeling dat deze kritiekloos worden aanvaard. 37. Het voeren van twee wereldoorlogen De eerste helft van de 20e eeuw kende twee grote oorlogen: WOI (1914-1918) en WOII (1939-1945). WOI ontstond door een botsing van de grote landen in Europa. Dit kwam vooral door de nationalistische en imperialistische gevoelens van landen, en de bondgenootschappen. Duitsland, Turkije en Oostenrijk stonden tegenover Frankrijk, Engeland en Amerika, die er later bij kwam. De oorlog werd al een poos verwacht, maar de aanleiding was wanneer Frans Ferdinand werd vermoord. Von Schliefen (Duitsland) kwam met een plan om door België Frankrijk binnen te vallen, en dan snel terug gaan om tegen de Russen te strijden, die er 6 weken over zouden moeten doen om zich te mobiliseren. Dit mislukte: de Franse waren sterker en de Russen mobiliseerden sneller. De strijd werd vooral gestreden in loopgraven wat veel slachtoffers kostte. Frankrijk en Engeland wonnen uiteindelijk. WOII ontstond door antisemitisme (Jodenhaat), het verdrag van Versailles waar Hitler zich niet meer aan wou houden, en de Lebensraum die de Duitsers volgens Hitler nodig hadden. De Duitse nationaalsocialisten wouden de vernedering van WOI wreken, en ze veroverden een groot deel van Europa. In die gebieden ontplooiden zij een niets ontziend antisemitisme, waardoor zes miljoen joden systematisch werden vermoord. Na jarenlange harde strijd verloren de nationaalsocialisten en werd het Duitse gebied aanzienlijk verkleind en verdeelt over twee staten: een kapitalistische en communistische staat. De Tweede Wereldoorlog 42. Verwoesting op niet eerder vertoonde schaal door massavernietigingswapens en de betrokkenheid van de burgerbevolking bij oorlogvoering De moderne bewapening als gevolg van de industrialisatie kon worden ontwikkeld, zorgde ervoor dat de wereldoorlogen verwoestender en dodelijker waren dan ooit. In de WOI zorgde dit voor massale slachting in de loopgraven. Vooral het inzetten van luchtbombardementen in deze oorlogen zorgde ervoor dat ook de bevolking in de oorlog betrokken raakten. De Duitsers zetten in het begin van de oorlos terreurbombardementen in op steden (Londen, Rotterdam, Warschau). In de 2e helft van de oorlog vernietigden de geallieerden systematisch de Duitse steden (Dresden). De massavernietiging werd compleet door de inzet van de atoombom in 1945, waardoor twee Japanse steden (Hiroshima en Nagasaki) door de Amerikanen geheel in de as worden gelegd. 41. Vormen van verzet tegen het West-Europese imperialisme In de periode tussen beide wereldoorlogen begon in sommige koloniale gebieden verzet tegen het Europese imperialisme, m.n. in India en Indonesië. Hierop was van invloed dat Europa tijdens WOI had laten zien dat ze niet zo beschaafd en onaantastbaar te zijn dan men dacht. Bovendien was het aan de macht komen van het communisme in de Sovjet-Unie van belang, wat voor een anti-westers anti-imperialisme zorgde, want volken moesten gelijk zijn. Het verzet tegen de Europese overheersers leidde tot het eind van WOII nog niet tot afhankelijkheid van de koloniale gebieden. 43. Racisme en discriminatie die leidden tot genocide, in het bijzonder op de joden Het Duitse nationaalsocialisme ging uit van biologische ongelijkheid tussen mensen. Sommigen ‘mensenrassen’ zouden superieur zijn, m.n. het Noordwest-Europese ‘Germaanse’ ras. Andere waren inferieur. Vooral de joden werden gezien als zeer minderwaardig en bedreigend. De nationaalsocialisten ontwikkelden een beleid dat gericht was op totale uitroeiing van alle joden. Daartoe werden joden geregistreerd en bijeengebracht, en vervolgens gedeporteerd naar doorvoer en vernietigingskampen. Daar werden ze systematisch vermoord in speciaal daarvoor gebouwde gaskamers met crematoria. 44. De Duitse bezetting van Nederland Nederland wou, net als in WOI, neutraal blijven. Maar dit lukte niet. In het kader van een groot Duits offensief tegen West-Europa werd Nederland op 10 mei 1940 overrompeld en in vijf dagen verslagen. Daarna volgde een Duitse bezetting die duurde tot 5 mei 1945. De bezetters trachtten de Nederlandse bevolking op te nemen in een groot Germaans rijk door haar vriendelijk te bejegenen en via propaganda voor het nationaalsocialisme te winnen. Mensen hadden verschillende houdingen tegenover de bezetters: collaboratie (NSB), aanpassen of verzet. De Duitsers vonden dat als je niet in verzet kwam je ook moest meewerken aan een misdaad tegen de mensheid. Van de Nederlandse joden zijn de meeste in vernietigingskampen omgekomen. De Tweede Wereldoorlog 39 Het in praktijk brengen van de totalitaire ideologieën communisme en fascisme/nationaalsocialisme Welke kritiek had men voor 1933 op de Duitse democratische regering Welke manieren gebruikte de NSDAP om hun ideeën aan de man te brengen Waarom was er, zowel in Duitsland als in Nederland, betrekkelijk weinig verzet Geef 2 voorbeelden of bronnen die bij dit Kenmerkend Aspect horen. Geef bij beide een argument waarom deze voorbeelden/bronnen bij dit KA horen. De Tweede Wereldoorlog 40. De rol van moderne propaganda en communicatiemiddelen en vormen van massaorganisaties -welke technische middelen gebruikte Hitler -hoe wist hij de bevolking te indoctrineren Waarom mhadden zijn methodes toen meer resultaat dan ze nu zouden hebben Geef 2 voorbeelden of bronnen die bij dit Kenmerkend Aspect horen. Geef bij beide een argument waarom deze voorbeelden/bronnen bij dit KA horen. 37. Het voeren van twee wereldoorlogen -Beschrijf kort oorzaken, verloop en afwikkeling van WO I De Tweede Wereldoorlog Beschrijf kort oorzaken, verloop en afwikkeling van WO II Noem 2 zaken waarin WO II zich onderscheidde van WO I Geef 2 voorbeelden of bronnen die bij dit Kenmerkend Aspect horen. Geef bij beide een argument waarom deze voorbeelden/bronnen bij dit KA horen. 42. Verwoestingen op niet eerder vertoonde schaal door massavernietigingswapens en de betrokkenheid van de burgerbevolking bij de oorlogvoering. -Waarom waren de verwoestingen erger dan in eerdere oorlogen De Tweede Wereldoorlog -Op welke manier was de burgerbevolking méér bij de oorlog betrokken in WO I dan in oorlogen ervoor ? -Op welke manier was de burgerbevolking méér bij de oorlog betrokken in WO II dan in de oorlogen ervoor Geef 2 voorbeelden of bronnen die bij dit Kenmerkend Aspect horen. Geef bij beide een argument waarom deze voorbeelden/bronnen bij dit KA horen. 41. Vormen van verzet tegen West-Europees imperialisme -Waarom kwam vanaf 1900 de bevolking van bijna alle kolonies in verzet tegen de Europese overheersers ? -welke twee manieren van bestuur voerden de kolonisatoren ? -welke gevolgen had deze bestuurswijze voor de conflicten rond de onafhankelijkheid ? De Tweede Wereldoorlog -Beschrijf de onafhankelijkheidsstrijd in India, Vietnam en Indonesië Geef 2 voorbeelden of bronnen die bij dit Kenmerkend Aspect horen. Geef bij beide een argument waarom deze voorbeelden/bronnen bij dit KA horen. 43. Racisme en discriminatie die leidden tot genocide, in het bijzonder op de joden. Hitler gebruikte de bestaande Jodenhaat en organiseerde het om 3 zaken voor elkaar te krijgen: 1e zijn eigen macht te vergroten 2e de aandacht af te leiden van zaken waarover het volk ontevreden kon zijn e 3 uitroeiing van het Joodse volk Leg bij de 1e en 2e uit hoe dit werkte. Bij de 3e volgde Hitler een doordacht stappenplan. Noem zoveel mogelijk stappen die Hitler hiervoor zette. Wat wordt bedoeld met de ‘Holocaust’ ? Geef 2 voorbeelden of bronnen die bij dit Kenmerkend Aspect horen. Geef bij beide een argument waarom deze voorbeelden/bronnen bij dit KA horen. 44. De Duitse bezetting van Nederland Noem de gevolgen voor Nederland van de Duitse bezetting op: -politiek -economisch -cultureel gebied. Kijk bij KA 43 1e vakje, 3e punt. Noem de overeenkomsten met Nederland. Beschrijf 5 vormen van verzet tegen de Duitsers en zeg bij ieder hoe succesvol dit was. Geef een oordeel over de houding van het Nederlandse volk tegenover de Duitsers. Gebruik daarin de term ‘accommodatie’. Geef 2 voorbeelden of bronnen die bij dit Kenmerkend Aspect horen. Geef bij beide een argument waarom deze voorbeelden/bronnen bij dit KA horen. Kenmerkende begrippen: nationaalsocialisme - antisemitsme - racisme - rassenleer - totalitaire staat fascisme - accommodatie - collaboratie - verzet - blitzkrieg - appeasementpolitiek massavernietigings-wapen - Holocaust - Shoa - natianalistische beweging zelfbeschikkingsrecht -