Lappersfortbos opnieuw bezet Milieuactivisten van GroenFront! hebben op 20 september het Lappersfortbos nabij Brugge bezet. Onder andere met de bouw van boomhutten willen ze bereiken dat een aannemer afziet van de kap van het bos. De bomen aan de rand van het 18 hectare grote Lappersfortbos moeten wijken voor een bredere weg die de industriezone Ten Briele beter bereikbaar moet maken. De actievoerders van Groenfront! protesteren met deze actie niet alleen tegen de kap van het Lappersfortbos, maar beschouwen het gebied als symbool voor de 10 duizend andere hectare bedreigde bossen in Vlaanderen. Op 7 augustus 2001 richtten milieuactivisten het actiekamp in het Lappersfortbos voor de eerste maal in. Op 14 oktober 2002 werd het bos ontruimd. Er kwam veel kritiek op het gewelddadig handelen van de politie. Ruim vijfduizend inwoners van Brugge namen daarop deel aan een betoging. Minder capaciteit CO2-opslag Slechts 35 procent van alle gasvelden op het Nederlands Continentaal Plat lijkt geschikt voor de opslag van CO2. Dat blijkt uit onderzoek van de Nederlandse Olie en Gas Exploratie en Productie Associatie (NOGEPA). Bovendien is de verwachting dat er voor 2020 geen sprake zal zijn van CO2-opslag op grote schaal. Een van de redenen hiervoor is dat de techniek van CO2-afvang nog in de kinderschoenen staat. CO2-opslag moet een belangrijke bijdrage leveren aan het behalen van de Nederlandse klimaatdoelstellingen. Doel van het onderzoek was het in kaart brengen van de geschiktheid en capaciteit van bestaande gasvelden en infrastructuur (pijpleidingen en platforms) voor CO2-opslag. Daarbij is ook gekeken naar de snelheid waarmee CO2 in bestaande velden geïnjecteerd kan worden, de manier waarop vraag en aanbod op elkaar aansluiten en de randvoorwaarden voor CO2-transport. Uit eerder onderzoek is gebleken dat een groot deel van de gasreservoirs op het Nederlands Continentaal Plat vanuit technisch oogpunt en veiligheidsperspectief geschikt is voor CO2-opslag. Echter, gelet op de grootte van het reservoir en de haalbare injectiesnelheid, lijkt effectief slechts ca. 35 procent geschikt voor CO2-opslag. De overige velden zullen waarschijnlijk te duur zijn om ingezet te worden voor CO2-opslag, omdat ze te klein zijn of nu al zijn ingesloten. Aangezien productieplatforms aangesloten op uitgeproduceerde gasvelden in sommige gevallen zullen worden ontmanteld voordat er sprake kan zijn van CO2-opslag, zal de uiteindelijk beschikbare capaciteit naar verwachting lager uitvallen dan verondersteld. Blanke kalfjes Kalfsvlees moet mooi blank zijn. Om dit voor elkaar te krijgen worden volgens de stichting Wakker Dier kalfjes in de bio-industrie ziek gemaakt met bloedarmoede. Een dieet met kunstmelk zorgt voor bloedarmoede en kleurt het vlees blank. De dierenrechtenorganisatie gaat deze misstand middels een radiocampagne aan de orde stellen. Nederland is de grootste exporteur ter wereld van blank kalfsvlees. Het wordt hier in veel restaurants gegeten en in toenemende mate ook in supermarkten verkocht. De consumptie stijgt al jaren. Hiervoor worden volgens Waker Dier jaarlijks anderhalf miljoen kalfjes in Nederland vetgemest, waarvan driekwart bloedarmoede heeft. Omdat er in Nederland niet genoeg kalfjes worden geboren, worden 600 duizend pasgeboren kalfjes geïmporteerd. Groene stroom onder vuur Groene stroom is oplichting’ kopte De Telegraaf op dinsdag 23 september op de voorpagina. Het citaat werd toegeschreven aan Europarlementariër Dorette Corbey (PvdA). Corbey liet echter al snel weten dit niet gezegd te hebben. Wel heeft ze problemen met de manier waarop energiebedrijven nu, met garanties van oorsprong, groene stroom aan 2,5 miljoen huishoudens kunnen leveren. Maar van oplichting is volgens haar geen sprake. De discussie is nauwelijks nieuw en voor de kop van De Telegraaf is eigenlijk geen enkele aanleiding. Maar het leidde er wel toe dat minister Cramer, mede door haar eigen toedoen, weer eens in de problemen kwam omdat zij weigerde de Tweede Kamer uitleg te geven. Wat is het probleem? Nederlandse energiebedrijven hebben niet genoeg windmolens en andere duurzame energiebronnen om aan de vraag naar groene stroom te voldoen. Daarom kopen energiebedrijven groene stroomcertificaten in bij bijvoorbeeld eigenaren van waterkrachtcentrales uit Scandinavië of windmolens in Duitsland. In de Scandinavische landen wordt echter op een andere manier met groene stroomverkoop omgegaan, de garanties van oorsprong zijn daar niet voor nodig. De waterkrachtstroom wordt dus in Noorwegen als groene stroom verkocht en, via de garanties van oorsprong, wordt in Nederland nog eens zo’n hoeveelheid kilowatturen elektriciteit vergroend. Dubbeltelling, noemt Corbey dat, en hoewel niemand iets verkeerd doet heeft de Europarlementariër daar een punt. Het Europees Parlement wil daarom dat in de toekomst van elke kilowattuur groene stroom die door middel van groencertificaten aan consumenten wordt aangeboden minimaal éénderde afkomstig is uit nieuw gebouwde duurzame capaciteit. Hierdoor kunnen consumenten erop vertrouwen dat het inkopen van groene stroom echt leidt tot een vergroening van de energievoorziening. Minder olie, meer CO2 De productie van aardolie zit momenteel bijna op haar piek en zal daarna fors dalen. Toch zal de CO2uitstoot van aardolie nauwelijks afnemen door de productie van onconventionele aardolie uit teerzanden, olieschalies, kolen en zeer zware aardolie. Die aardolie levert zoveel extra CO2 op, dat een effectief klimaatbeleid een illusie wordt. Dit zegt de stichting Peak Oil Nederland in het rapport Minder olie, meer CO2? Vervuilender De productie van aardolie stagneert al enige tijd rond de 85 miljoen vaten per dag, terwijl de vraag nog steeds stijgt. Het dagelijkse tekort is momenteel ongeveer 1 miljoen vaten. Volgens Peak Oil Nederland is de productiecapaciteit van conventionele aardolie nauwelijks uit te breiden en zal binnenkort zelfs dramatisch gaan dalen. Een vlucht vooruit in onconventionele olie zal niet genoeg zijn om het tekort aan te vullen. Zelfs in het gunstigste scenario komt de productie van conventionele en onconventionele olie samen in 2030 niet uit boven de 84 miljoen vaten per dag, met een aandeel van 22 miljoen vaten voor onconventionele olie. Maar de verschuiving van conventionele naar onconventionele olie doorkruist wel een effectief klimaatbeleid. De CO2-uitstoot die wordt veroorzaakt door de productie van onconventionele olie is namelijk veel groter dan van de huidige aardolie. De productie van olie uit teerzanden levert driemaal zoveel CO2 op als conventionele aardolie. Productie van olie uit olieschalies, rotsgesteente dat het organische materiaal kerogeen bevat dat kan worden omgezet in aardolie, is nog vervuilender: de CO2-uitstoot hiervan is twee tot negen keer hoger dan bij conventionele olie. Orkanen De onderzoekers hebben ook gekeken naar de effecten van extreem weer op de olieproductie in de Golf van Mexico en de Noordpool. De verwachting is dat het aantal orkanen in de Golf zal toenemen door het opwarmende zeewater. De schade die ze aanrichten is niet te voorspellen, omdat die afhankelijk is van hun koers. De kostprijs van een vat ‘Golfolie’ is in korte tijd desalniettemin fors gestegen van 50 naar 70 dollar, onder meer door hogere kosten voor verzekeringen, personeel en materiaal (bijvoorbeeld zwaardere verankering van de boorplatforms). Rond de Noordpool blijkt de oliewinning erg tegen te vallen, ondanks de betere toegankelijkheid vanwege het smeltende ijs. Enerzijds vallen de voorraden tegen: de beste studie komt op een hoeveelheid van 50 miljard vaten, wat een productie van hooguit 2 tot 3 miljoen vaten per dag oplevert in 2030. Anderzijds is de winning gigantisch moeilijk en duur, met name door de grote afstand tot het land en door de moeilijke condities. Han van der Wiel Klimaatpolitiek: actie of lobby? Overtrokken kritiek op activisme en de milieubeweging overheerst in de politiek, ten koste van de brede discussie over klimaat die Duyvendak wilde. Hoog tijd om eens rond te vragen: kan activisme nog? En welk activisme helpt de strijd tegen de klimaatcrisis? Freek Kallenberg Terwijl elders in de wereld orkanen huishouden, steekt in de Nederlandse media en politiek de ene na de andere polderstorm de kop op. De klimaatverandering heeft blijkbaar ook gevolgen voor het Nederlandse politieke klimaat. GroenLinks kamerlid Wijnand Duyvendak deed, rond het verschijnen van zijn boek Klimaatactivist in de politiek, een achteloze bekentenis over een verjaarde inbraakactie bij het ministerie van Economische Zaken. In enkele dagen zwol dit briesje aan tot een storm vol lang opgekropte woede over alles en iedereen die in de jaren ‘80 actief is geweest in een van de vele sociale bewegingen. En deze storm was nog niet gaan liggen of de volgende diende zich aan. Dit keer moest de milieubeweging het ontgelden. Gefinancierd door een linkse minister met een dubieus verleden maakt de milieumaffia al jarenlang met “ondeugdelijke onderzoeken”, “technocratische obstructies” en “criminele acties” de hardwerkende Nederlandse burger het leven zuur, zo meende de vertegenwoordigers van de al veel te lang zwijgende meerderheid. Dat moet maar eens afgelopen zijn: de subsidiekraan naar Milieudefensie moet dicht, de activisten van Greenpeace achter slot en grendel en de Postcodeloterij, die deze organisaties financieel steunt, geboycot. Ondertussen schuift de vraag hoe de politiek en de milieubeweging om moeten gaan met klimaatverandering - dat brede debat dat Duyvendak juist wel graag wilde - stilletjes buiten de radar. Wat is er nu aan de hand? Is activisme achterhaald? En hoe krijgt de milieubeweging klimaatverandering alsnog op de agenda in dit veranderde politieke klimaat? Chagrijn Met stijgende verbazing volgde de Amsterdamse politicoloog Hein-Anton van der Heijden het debat in de media en politiek. “Natuurlijk past het in het huidige politieke klimaat. In Nederland overheerst een rechtsnationalistisch discours waarin nauwelijks aandacht is voor milieuvraagstukken en de activiteiten van buitenparlementaire organisaties en actiegroepen al snel gecriminaliseerd worden.” Toch was volgens Van der Heijden de ophef over het vermeende ondeugdelijke tuinmeubelenonderzoek van Milieudefensie en de actie van Greenpeace, waarbij steenblokken in de Noordzee werden gegooid als protest tegen het leegvissen van de zee, er niet gekomen zonder de ‘affaire’ Duyvendak: “De hele hetze is in de hand gewerkt door de manier waarop Duyvendak en GroenLinks reageerden. In plaats van de ruimte terug te winnen die de laatste jaren was afgeknabbeld van buitenparlementaire acties, zijn Duyvendak en Halsema meteen in de verdediging geschoten. Daardoor werd het voor veel activisten en opiniemakers moeilijk om Duyvendak te steunen en bleef het vanuit die hoek lange tijd stil.” Een groep mensen uit de milieu- en andersglobaliseringbeweging besloot deze stilte te verbreken en lanceerde de website Trots op acties. Tijdens een avond in de Balie in Amsterdam werden op 28 september uit talloze via de website ingezonden acties de beste en leukste acties van de afgelopen decennia gekozen. De beste toekomstige actie werd beloond met een geldbedrag van de fondsorganisatie XminY. “We merkten veel chagrijn in activistische kringen over het feit dat de acties uit het verleden bij het oud vuil gezet werden”, zegt een van de initiatiefnemers, WISE-directeur Peer de Rijk. “We wilden het initiatief weer naar ons toe trekken en duidelijk maken dat we ons de vele geslaagde acties niet laten afpakken. Niet vanuit nostalgische redenen, maar om te benadrukken dat er nog heel veel aan de wereld moet gebeuren en dat acties daar voor nodig zijn.” Mede-initiatiefnemer en campagneleider globalisering van Milieudefensie Anne van Schaik valt De Rijk bij. “We zijn nog lang niet klaar met onze strijd voor een beter milieu. Er zijn nog talloze problemen en de milieubeweging voert nog regelmatig acties. Op de momenten dat bedrijfsleven en politiek stelselmatig hun verantwoordelijkheden ontlopen zijn acties noodzakelijk.” Greenpeace-directeur Liesbeth van Tongeren nam mede om deze reden de uitnodiging aan om in de jury te gaan zitten die uit maar liefst meer dan 160 genomineerde acties de bezetting van de abortuskliniek Bloemhove in 1976 tot beste actie koos. “Ik heb zelf geen actieverleden, maar wel een actieheden”, motiveert Van Tongeren haar jurylidmaatschap. “Greenpeace heeft, als het moet, altijd acties gevoerd. Dat zullen we blijven doen, ondanks alle pogingen van media als de Telegraaf en Elsevier om ons te criminaliseren.” Champions League Ook volgens politicoloog Van der Heijden, auteur van het standaardwerk over de milieubeweging Tussen aanpassing en verzet, blijven acties noodzakelijk. Hij is het volstrekt niet eens met Wijnand Duyvendak, die vindt dat je ten aanzien van de klimaatstrijd al je pijlen op het parlement moet richten omdat alleen daar de politieke besluiten genomen kunnen worden om de uitstoot van broeikasgassen tegen te gaan. Op docerende toon: “Er zijn drie aangrijpingspunten om iets tegen klimaatverandering te doen. De eerste is het stimuleren van een ecologische modernisering door middel van schone technologie. Daarmee is heel veel uitstoot van broeikasgassen tegen te gaan. Daarnaast zijn internationale verdragen zoals het Kyoto-protocol van belang. Deze kunnen iets opleveren, maar bijna per definitie te weinig. Tenslotte zijn directe acties essentieel. Die hoeven niet gericht te zijn op de politiek, maar moeten in de samenleving een politiek debat op gang brengen.” En juist die maatschappelijke kant ontbreekt in het debat rond klimaatverandering. Van der Heijden: “De milieubeweging moet proberen een culturele omslag tot stand te brengen, door de normaliteit ter discussie te stellen. Waarom wordt er geen actie gevoerd tegen de energieslurpende terrasverwarmingen? Waarom voerde er dit voorjaar niemand actie tegen finale van de Champions League in Moskou? Die finale ging tussen twee Engelse clubs waardoor er een luchtbrug moest worden opgezet om tienduizenden voetbalsupporters naar Moskou te brengen. Dat is krankzinnig. Je kunt zo’n finale toch naar Engeland verplaatsen! Dit soort concrete aanleidingen spreken tot de verbeelding. Hiermee laat je zien hoe idioot het systeem is. Dan zien mensen de waanzin in.” Ook Anne van Schaik ziet niet in waarom de milieubeweging zich alleen maar zou richten op het beïnvloeden van de politiek. “Je kunt ook direct bedrijven confronteren met de milieuproblemen die zij hier en in het buitenland veroorzaken. Daar kun je ook heel veel milieuwinst mee boeken.” De Fout Houtcampagne rond tuinmeubelen, die de afgelopen weken onder vuur lag, is volgens Van Schaik een goed voorbeeld: “Europa overlegt al sinds 2003 over een wet om de handel in illegaal hout in Europa te stoppen. Het is nu 2008 en de Europese Commissie heeft nog steeds geen wet. Moeten we daar op wachten? Bedrijven willen zelf ook goede wetgeving, want zij hebben er ontzettend veel last van dat die er niet is. Ze kunnen niet zelf de hele keten controleren en als zij het wel goed doen hebben ze heel veel last van bedrijven die het niet doen.” Volgens Van Schaik bijten lobby en directe acties elkaar niet. “Wij hebben hele goede contacten met politici. Natuurlijk hebben ze wel een mening over het werk van Milieudefensie. Maar bijvoorbeeld onze onderzoeken naar bio-brandstoffen, die laten zien dat er heel veel problemen zijn in de productielanden, maken indruk bij Kamerleden.” Volgens Willem Verhaak, campagneleider Klimaat van Milieudefensie, is de volgorde waarin je dingen doet essentieel. “Milieudefensie heeft er vorig jaar voor gekozen om met een brede coalitie van maatschappelijke organisaties campagne te voeren voor de invoering van een Klimaatwet. Dan moet je niet direct radicale acties gaan voeren, maar eerst het debat aangaan met de politiek. Dat doen we door zelf een ontwerpwettekst te schrijven en daarvoor zo veel mogelijk draagvlak te zoeken. Maar als de komende tijd steeds duidelijker wordt dat het kabinet haar klimaatdoelen niet haalt en niet met aanvullende maatregelen komt, moet je natuurlijk de confrontatie gaan zoeken. Dan sta je in je recht.” Klimaatneutraal Volgens Peer de Rijk is het nu al tijd voor een confronterende koers. Deze zomer noemde hij de milieubeweging in een opinieartikel in de Volkskrant een “machteloze, bange kluwen van organisaties die zichzelf en het milieu voor de gek houden met bizarre acties.” Met dit laatste doelde hij vooral op de samenwerking tussen de Hier-klimaatcampagne, een coalitie van meer dan veertig van de grootste goede doelen, waaronder de milieuorganisaties, met de winkelketen BCC. De Rijk: “Het is vast niet zo bedoeld, maar de Hier-campagne geeft in mijn ogen heel Nederland het idee dat ze door apparaten bij BCC te kopen het klimaat kunnen redden. Terwijl het precies andersom is. Al je een apparaat koopt bij BCC, of waar dan ook, help je het klimaat naar de knoppen.” “Kolder”, zegt coördinator van de Hier-campagne Sible Schöne. Om de consument mee te krijgen moet je een positief verhaal brengen, vindt hij. “Wat De Rijk en veel anderen vergeten is dat veel mensen onder de veertig niet geïnteresseerd zijn in politieke campagnes, zoals die voor de Klimaatwet. Die willen zelf aan de slag. Daarom kiezen we nadrukkelijk voor een praktische consumentenbenadering. Doel hiervan is te komen tot een brede voorhoede van consumenten en organisaties die kiest voor een klimaatneutraal leven. De samenwerking met BCC maakt hier deel van uit. Maar ook onze campagne voor klimaatneutrale straten die dit najaar van start gaat moet hieraan bijdragen.” Bovendien richt de HIER-campagne zich wel degelijk op de politiek, zegt Schöne. “Maar wel anders dan vroeger, omdat de tijden zijn veranderd. Wij hebben onder meer Al Gore in 2006 naar Nederland gehaald. Dankzij de enorme media-aandacht voor zijn bezoek en een effectieve lobby zijn vervolgens vrijwel al onze klimaatdoelstellingen in het regeerakkoord terecht gekomen. Nu richten we ons, samen met onder meer Milieudefensie, op een effectieve Klimaatwet en de totstandkoming van een effectief klimaatverdrag in Kopenhagen.” Voor het voorstel van Wijnand Duyvendak om alle aandacht van de milieuorganisaties te richten op een brede campagne richting Kopenhagen voelt Schöne echter weinig. “Het is duidelijk dat er in Poznan en Kopenhagen cruciale besluiten moeten worden genomen. Het is ook belangrijk om daar als maatschappelijke organisaties zichtbaar te zijn en het kan zeker helpen als er buiten van alles gebeurt. Maar het grote publiek loopt echt niet warm voor een campagne gericht op zo’n internationaal evenement.” Bovendien nemen de Nederlandse regering en ook de andere Europese regeringsleiders daar volgens Schöne al goede standpunten in: “De Europese Unie heeft internationaal de lead waar het gaat om internationale doelstellingen voor emissiereductie. Het probleem ligt bij de VS en China. Die landen zijn echt niet onder de indruk als men in Europa massaal de straat op gaat”, aldus Schöne. Is Schöne niet al te positief over de Europese regeringsleiders? Europa en Nederland mogen dan voorop lopen bij het vaststellen van reductiedoelstellingen, van concrete maatregelen om die 20 of 30 procent reductie daadwerkelijk te realiseren, komt weinig terecht. Schöne: “Het is een spel dat gespeeld moet worden. Natuurlijk moet de milieubeweging regeringsleiders aanspreken op concreet beleid, tegelijkertijd hebben we mensen als Merkel, Sarkozy en Cramer nodig om in Kopenhagen tot goede afspraken te komen. Dat vraagt om een strategie op verschillende niveaus: naar de politiek, het bedrijfsleven én de consument.” Kolen Ook Willem Verhaak vindt dat een op consumenten gerichte campagne en een politieke campagne naast elkaar kunnen bestaan. “Het is niet erg als BCC en TNT laten zien dat je je als bedrijf met klimaat kunt profileren. Natuurlijk kan dat nooit het enige zijn. Daarom voeren wij campagne voor de Klimaatwet en gaan we op weg naar Kopenhagen campagne voeren voor een stevig klimaatverdrag. Maar ik zie niet waarom op de consumenten gerichte acties niet zouden kunnen.” Peer de Rijk blijft sceptisch: “Je kunt je best op de consument richten. Waar het mij om gaat is dat de milieuorganisaties denken dat de gemiddelde Nederlander niet zit te wachten op een kritisch en ingewikkeld praatje, maar vooral op een positieve en vrolijke manier wil zien hoe hij zijn steentje kan bijdragen aan een beter milieu, zonder daar wezenlijk iets voor te laten of te hoeven veranderen. Maar er is domweg niet altijd een win-win-situatie mogelijk. Wie denkt de milieucrisis te kunnen bezweren zonder dat er gehakt wordt, is rijkelijk naïef. Sommige bedrijven en productieprocessen zullen, en snel ook, gedwongen moeten worden anders te gaan functioneren. Juist de milieubeweging zou deze boodschap uit moeten dragen.” De Rijk vindt het een gemiste kans dat de milieubeweging met een gezamenlijke aanhang van een paar miljoen mensen, nog nooit een serieuze poging heeft gedaan die tot één burger- én consumentenkracht te ontwikkelen. “Als alle organisaties hun achterban nu eens oproepen weg te gaan bij Essent, E.On, of Nuon als die nieuwe kern- of kolencentrales willen bouwen. Dan moet het lukken van die paar miljoen mensen een honderdduizendtal bereid te vinden over te stappen naar andere bedrijven. Ik ben benieuwd hoe die energiebedrijven dan reageren?” De Rijk lijkt door Greenpeace op zijn wenken bediend te worden. Vorige maand legden actievoerders van de milieuorganisatie een grote berg kolen voor het kantoor van E.ON in Eindhoven. Uit onderzoek was gebleken dat E.ON van de energiebedrijven de grootse vervuiler van het klimaat is. E.ON heeft plannen voor acht nieuwe kolencentrales in Europa, waarvan één in Rotterdam. Greenpeace roept burgers nu op E.ON aan te spreken op zijn kolenhonger. Als de plannen voor acht kolencentrales in Europa doorgaan, roept Greenpeace E.ON klanten op een andere energieleverancier te kiezen. Is dit het begin van zo’n door De Rijk gewenste brede consumentenboycot? “Hopelijk hoeft het zover niet te komen”, zegt Greenpeace directeur Van Tongeren. “Maar voor een grote gezamenlijke campagne met alle milieuorganisaties voel ik niet veel. Dat leidt vooral tot veel interne discussies tussen de organisaties. Alle discussie en debat over het milieu vindt dan plaats binnen de milieubeweging in plaats van in de maatschappij. Het milieu schiet daar weinig mee op. De milieubeweging is een bonte verzameling organisaties, clubs en comités die in vele gedaanten druk uitoefent op politiek en samenleving. De één agendeert het onderwerp met een compromisloze actie, de ander weet met geduldig onderhandelen het bedrijfsleven tot kleine stapjes te bewegen. Een derde heeft de deskundigheid in huis voor het schrijven van een concept wettekst. Juist doordat er zulke verschillende clubs zijn is de gezamenlijke druk effectief en kan iedereen die het milieu een warm hart toedraagt een organisatie vinden waar die zich thuis voelt.” Over wat de juiste activistische insteek is om het klimaatprobleem aan te pakken zijn de milieuorganisaties het, hoe kan het ook anders, duidelijk niet eens. Maar dat is geen slechte zaak, als we Van Tongeren mogen geloven. “ Kippenstroom niet groen Verbranding van kippenmest levert groene stroom en lost het mestprobleem op. Mooier kan niet. Maar hoe duurzaam is deze kippenstroom? Peter de Jaeger Op 3 september is de eerste biomassacentrale in Moerdijk (BMC) geopend door landbouwminister Gerda Verburg. De BMC is de grootste kippenmestverbrandingsinstallatie ter wereld en wordt geëxploiteerd door energiebedrijf Delta. Dagelijks rijden er zestig volle trucks met kippenmest uit Brabant en Limburg richting Moerdijk. De opgewekte elektriciteit wordt als groene stroom verkocht. Daarom krijgt de mestcentrale subsidie via de regeling Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE). Per jaar is dat naar schattig 19 miljoen euro. “Dat is absoluut niet terecht”, zegt René Houkema, campagnemedewerker Landbouw en Voedsel van Milieudefensie. “Want het verbranden van kippenmest heeft helemaal niets met duurzame energie te maken. Kippenmest is geen duurzame grondstof. De kippen hebben een ellendig leven en grote hoeveelheden Amazonewoud worden gekapt voor veevoersoja. Kippenvoer bestaat voor de helft uit soja, waarvan het merendeel afkomstig uit Latijns-Amerika.” Bovendien stelt BMC Moerdijk dat de fabriek CO2-neutraal is. “Dat wil zeggen dat de CO2 uitstoot van de centrale gelijk is aan de uitstoot van CO2 bij het uitrijden van de mest op het land”, aldus het persbericht van Delta. Volgens diezelfde redenering kun je volgens Houkema vliegen van Amsterdam naar New York ook als CO2 neutraal aanmerken in vergelijking met de vliegreis NewYork-Amsterdam. Volgens hoogleraar milieukunde Lucas Reijnders kost de productie van energie uit kippenmest zelfs drie maal zoveel energie als het oplevert. Niet alleen stoten kippen zelf CO2 uit, er zijn ook fossiele brandstoffen nodig om het voer te produceren, voor de stallen en voor transport. De CO2-uitstoot van een kippenmestverbrandingsinstallatie is daarom volgens Reijnders vergelijkbaar met die van een kolencentrale. Er zijn nog meer milieubezwaren. Bij de productie van kippenmest komt ammoniak vrij, dat zich tot vele kilometers buiten de stal verspreidt. Ammoniak is schadelijk voor zuurgevoelige planten, waardoor de biodiversiteit op het platteland terugloopt. Verder zijn pluimveestallen, samen met varkensstallen, een grote bron van fijnstof, wat schadelijk kan zijn voor de volksgezondheid. Bij verbranding van kippenmest komt rookgas vrij, dat onder meer veel stof, zwavel- en stikstofoxiden en zware metalen bevat. De hoge kosten van rookgasreiniging zal de rentabiliteit van het verbrandingsproces van kippenmest sterk doen dalen. Mestoverschot Ondanks al die milieubezwaren is er toch een subsidie toegekend. Houkema: “De BMC is niet getoetst op duurzaamheid, omdat de criteria voor het certificeringsysteem nog niet helder zijn. Anders waren ze zeker tot de conclusie gekomen dat kippenmestverbranding geen positieve broeikasgasbalans oplevert en dat er geen sprake is van duurzame energiewinning”. De BMC promoot de centrale tevens als oplossing voor het mestprobleem. Er wordt in Moerdijk jaarlijks 440 duizend ton pluimveemest verwerkt tot elektriciteit, genoeg voor 90 duizend huishoudens. Hiermee wordt ruim een derde van het mestoverschot weggewerkt en levert de mestverbranding een goede bijdrage aan het oplossen van het mestprobleem, aldus Delta. “Wederom een scheve redenering”, zegt Houkema. “Zo kun je ook stellen dat verbranding van huisafval een duurzame bijdrage levert aan de oplossing van ons afvalprobleem. Het enige wat telt is minder afval produceren”. De initiatiefnemers van de kippenmestfabriek zeggen verder dat de verbrandingsas als kunstmest kan worden afgezet. Maar een studie van Wageningen Universiteit concludeert dat de koper- en zinkgehalten, in veevoer gebruikt als groeibevorderaar, te hoog zijn voor verwerking tot kunstmest. De as kan alleen worden afgezet in de cementindustrie of de wegenbouw. Houkema: ”De mest zal niet meer ten goede komen aan de landbouw, waardoor de mineralenkringloop verder wordt verstoord.” Meer kippen Het zijn de boeren zelf die het meeste profiteren van de mestcentrale. De pluimveeboeren moeten nu fors betalen voor de afzet van hun teveel aan mest naar de akkerbouwgebieden. Zij zijn de helft minder kwijt door de mest naar de BMC in Moerdijk te laten brengen. De overheid geeft daarnaast twee miljoen gratis dierrechten weg aan pluimveeveehouders die hun mest laten verbranden of verwerken. Op die manier kan de veestapel vijf procent verder groeien met ruim vier miljoen stuks pluimvee. “Het is wrang dat de huidige ministeriële regelingen zorgen voor een verdere groei van de veestapel”, zegt Houkema. “De verkapte miljoenensubsidie aan de bio-industrie is gewoon een truc van Den Haag en de boeren om te zorgen dat er meer vee kan worden gehouden terwijl zogenaamd het mestprobleem wordt aangepakt. De enige manier om Schuldig Ik was, ik zal het maar toegeven want ooit komt het uit, ik was, want het is toch vervelend als anderen er mee aan de haal gaan, dat leidt maar tot speculaties en misverstanden, ik was, in de jaren tachtig, van de vorige eeuw uiteraard, die jaren tachtig waar nu zoveel om te doen is, ik was dus, ik, Vincent Bijlo, in die jaren tachtig van die vorige eeuw, de twintigste dus, dit om misverstanden te voorkomen, ik was toen, in dat decennium dat zich kenmerkte door een zekere mate van anarchie die, gecombineerd met het zogenaamde doemdenken, een explosieve cocktail van ideeën opleverde, ik was toen, in die decade waarin de actiewereld zichzelf veel te serieus nam, was ik nergens. Nou, ja, ik was wel ergens natuurlijk, fysiek gesproken, maar niet waar ik had moeten zijn. Ik was voornamelijk thuis, of in het café of in de collegezalen. Ik zat nooit, het is met pijn in het hart dat ik dit opschrijf, ik zat nooit, zoals onze trotse Rita Verdonk, ik zat nooit te zitten in een zitblokkade. Ik stond nooit, zoals onze heldhaftige minister Cramer, of Kramer, zoals sommige mensen zeggen, ik stond nooit op een lijst met adhesiebetuigingen voor actieblaadjes. Mij zag je niet op de barricades. Ik was geen lid van het Maoisties Aktiefront, het MAF. Ik sneed geen slangen door bij tankstations. Ik tankte niet bij Shell, zo erg was het niet, ik had geen auto, maar toch, ik was nergens, ik gaf niet thuis. Ik heb het milieu in de kou laten staan. Ik ben mede schuldig aan, en dat spijt mij meer dan ik zeggen kan, ik ben mede schuldig aan het gat in de ozonlaag, de opwarming van de aarde, de hoge fijnstofconcentraties in de lucht, de vervuiling met zware metalen, de oprukkende blauwalg, het uitsterven van een groot aantal dieren plantensoorten, de verontreiniging van het grondwater alsmede van de bodem, de illegale houtkap, de bosbranden in Zuidoost-Azië, de verzilting, verdroging, vernatting, verpesting, verkwanseling, verkommering, verkwelling, verkwikking, verroeting, verpaupering, verwarming. De verdommenis waar wij op weg naar toe zijn, is volledig toe te schrijven aan mij. Want ik, en ik herhaal het nog maar eens, voordat de Volkskrant of een ander verzuurd cynisch medium ermee vandoor gaat, ik heb geen actieverleden. Mocht de redactie van Milieudefensie Magazine naar aanleiding van deze column besluiten om mij de wacht aan te zeggen, dan ben ik de eerste die daar alle begrip voor heeft. Mij rest niets anders dan de mensheid mijn excuses aan te bieden. Mensen, sorry! Zwart is het nieuwe groen Bij de presidentsverkiezingen in de VS is meer te kiezen dan Obama of McCain. De Green Party komt met een opvallende kandidaat, maar niet iedereen is daar blij mee. Annemarie Opmeer Spoilers worden ze genoemd, bedervers, verpesters, de kleine, zogenaamde ‘derde’ partijen die meedoen aan de presidentsverkiezingen van de Verenigde Staten. Naast de gigantische Democratische en Republikeinse Partij kan hun aanwezigheid ervoor zorgen dat kiezers van een bepaalde politieke richting verdeeld raken, waarna juist de grote partij die het minst op hen lijkt, wint. Precies dat werd de Green Party verweten na de dramatische presidentsverkiezingen in 2000, toen George Bush nipt van Al Gore won. In de cruciale staat Florida verloren de Democraten namelijk met maar 543 stemmen van de Republikeinen. Dat de Green Party daar met hun kandidaat Ralph Nader 97.488 stemmen had weggesnoept bij de Democraten, werd haar enorm aangerekend. Werkelijk elke van de zeven ‘derde’ partijen die daar destijds meededen, kreeg meer stemmen dan dat minieme verschil. Toch achtervolgt het spoiler-imago de Green Party het meest. Zij waren, althans in Florida, de grootste derde. Over heel de VS haalden ze 2,4 procent van de stemmen. Dit jaar is hun ambitie om de voor overheidssubsidie vereiste 5 procent van de stemmen te halen. Progressieven hopen dat zij falen. Sommige groenen pleiten voor de ‘impact’-strategie: stem Democratisch in cruciale staten, Green Party in andere. Eigenlijk, vinden ze, moet het kiesstelsel aangepast worden. Republikeinen zijn juist blij met dit spoiler-effect en storten dan ook geregeld geld in de kassen van ultraprogressieve partijtjes. Maar het is de vraag of de impact van de Green Party, die door heel de VS slechts 200 gekozen locale politici heeft, groot zal zijn. Weggegooid De Green Party heeft, op het eerste gezicht, de perfecte presidents- en vicepresidentskandidaten om de meest radicale kiezers bij de democraten weg te halen. Cynthia McKinney: een zwarte vrouw en een voormalige lid van het Huis van Afgevaardigden voor de Democratische Partij. Onlangs nam ze afscheid en stapte ze over naar de Green Party. Daar werd ze direct de presidentskandidaat. Als vice-president koos ze Rosa Clemente, een Latijns-Amerikaanse journaliste en hip-hop activist. McKinney/Clemente is de eerste combinatie president/vicepresident van gekleurde vrouwen ooit. Daarmee schrijven ze geschiedenis. Toch vermoedt Mark Maathuis, correspondent in de VS, dat dit helemaal niets uit gaat halen: “Uit de 43 voorafgaande presidentsverkiezingen blijkt nu eenmaal dat kiezen voor een derde partij een weggegooide stem is.” De media negeren de Green Party dan ook en milieuorganisaties steunen Democraat Obama. “Wil een derde kandidaat aandacht krijgen dan moet hij of zij of een door-de-wol-geverfde politicus zijn, of steenrijk zijn, of een bekende naam hebben.” Als voorbeelden noemt hij ex-president Teddy Roosevelt, die in 1912 met 27 procent van de stemmen de zittende president versloeg en bijna opnieuw won. In 1992 haalde miljardair Ross Perot zo’n 19 procent binnen. En Ralph Nader was als advocaat bekend van zijn strijd tegen de auto-industrie. McKinney heeft, volgens Maathuis, Naders allure bij lange na niet. “Zelfs Bob Barr van de Libertarian Party en de onafhankelijke Ron Paul, die beiden evenveel kans maken om te winnen als jij en ik, gaan het waarschijnlijk beter doen dan zij.” Joden Politiek en burgerrechten zijn rode draden in Cynthia McKinney’s leven. Ze werd in 1955 geboren in Atlanta Georgia, als dochter van Billy McKinney, een van Georgia’s eerste zwarte politieagenten en burgerrechtenactivist. Haar vader koos later een politieke koers. Cynthia studeerde Internationale Betrekkingen en Wet en Diplomatie en werd docent op een middelbare school en een universiteit. In 1988 werd ze verkozen voor het Huis van Afgevaardigden van Georgia, mede dankzij haar vader die ook afgevaardigde was. In 1996 werd ze dit op nationaal niveau. McKinney’s loopbaan kenmerkt zich door een combinatie van consciëntieuze politieke keuzes en controverse. Conservationist Voters, een organisatie die volksvertegenwoordigers op hun groene gehalte beoordeelt, was blij met afgevaardigde McKinney: ze steunde uiteenlopende milieubesluiten, meestal gerelateerd aan de volksgezondheid en ze schreef mee aan een wet voor het beschermen en herstellen van de nationale bossen. Maar er zijn ook controverses. Zo was er het incident waarbij ze een jonge beveiligingsbeambte op Capitol Hill een klap gegeven zou hebben, toen hij haar terughaalde, omdat hij haar niet herkende als afgevaardigde. Toen ze, in 2003, niet opnieuw herkozen werd als afgevaardigde, fulmineerde haar vader op de stadstelevisie van Atlanta dat dat kwam omdat “de joden iedereen gekocht hadden.” J-O-D-E-N, herhaalde hij nog even. Cynthia distantieerde zich hier niet van, maar weet het zelf aan “vijandige mediaconcerns”. Haar collega’s vermoeden een andere oorzaak. McKinney maakt zich namelijk druk om zaken op een manier die al snel onder complotdenken wordt weggezet. Zo tracht ze, onder andere, al tijden bewijzen boven tafel te krijgen dat de Amerikaanse overheid een rol speelde in de aanslagen van 11 september. Ook wil ze openbaarheid van de documenten rond de dood van Malcolm X, Martin Luther King én rapper Tupac Shakur. Daarnaast wordt ze bekritiseerd omdat ze ooit steun uitsprak aan Robert Mugabe en vaak in het gezelschap wordt gezien van Louis Farrakhan, de van racisme, anti-semitisme en haatzaaien betichte zwarte leider van Nation of Islam. Geen vlekkeloze kandidate dus, deze dame, maar dat wordt ook weer gewaardeerd. In 2004 kreeg ze de Backbone Award van een gelijknamige grassroots organisatie, voor haar ‘ruggegraat’ in haar kritiek rond 11 september. Rood Het grootste struikelblok van de Green Party zou evenwel iets anders kunnen zijn: hun groene gehalte. Zowel op Cynthia McKinney’s eigen website, als op die van de Green Party ontbreekt het aan gedegen standpunten over milieuonderwerpen. Haar energiebeleid is kortweg: “Leave the oil in the soil”, laat de olie in de grond. Journaliste Kate Sheppard van Grist, een Amerikaanse milieuactivistische nieuws- en opiniewebsite, had een gesprek met McKinney. Dat leverde weinig meer op dan het inzicht dat milieuproblemen voor haar verdelingskwesties zijn. Ze vindt het opruimen van allerlei gevaarlijk afval een van de urgentere milieuproblemen. Als eco-held noemt ze eigenlijk niemand, waarna ze naadloos overgaat op het prijzen van een aantal abolitionisten. En haar antwoord op de vraag of 80 procent CO2-besparing ooit kan lukken, bestaat geheel uit een pleidooi tegen onterechte uitsluiting van kiezers. Op Gristmill, het weblog van Grist, discussieert men dan ook heftig over de vraag of de partij te ‘rood’ is (dus socialistisch, niet Republikeins) en of een groenere koers zou helpen. Tegenstanders vinden dat diegenen die dat vinden juist anticommunisten zijn. Grist-redacteur David Roberts stelde dat de partij slachtoffer is van het feit dat onderwerpen van tafel verdwijnen zodra de twee grote partijen het erover eens zijn. Daardoor wordt de Green Party een soort vergaarbak van zinnige en onzinnige zaken; antimilitarisme, antiglobalisme, burgerrechten, de drugsoorlog, landrechten, slavernijbetalingen, maar ook een variëteit aan complottheorieën. “Dit vormt geen coherente kritiek”, vindt Roberts. VS correspondent Maathuis ziet het zo: “Een deel van hun agenda is mainstream geworden. De duidelijk verschillende groene agenda`s van Obama en McCain werken in het nadeel van de Green Party.” Maar, zegt het nieuwe deltaplan Veiligheid voor alles Nederland veilig achter onbreekbare dijken en brede duinenrijen. Volgens de Deltacommissie is dit toekomstbeeld van partijoverstijgend nationaal belang. “De geesten worden rijp gemaakt om veel geld uit te geven aan infrastructuur.” Han van de Wiel De klassieke waterbouwers versus de nieuwe. Het is verleidelijk het advies Samen werken met water van de Deltacommissie in die termen te beoordelen en de balans op te maken wie er gewonnen heeft: de ‘klassieke’ dijkenbouwers en baggeraars, die van Nederland een onneembare veste achter hoge en brede dijken en duinen willen maken, of de ‘nieuwe’ natuurbeschermers en andere ‘softies’, die het water de ruimte willen geven, zodat we kunnen meedeinen met de klimaatveranderingen. De Delftse hoogleraar waterbouwkunde Han Vrijling noemde dit onlangs een ‘discussie in kreten’. Vrijling, die samen met collega Marcel Stive aan de wieg staat van de Deltacommissie, was bij voorbaat niet erg gerust op de uitkomst. Hij vreesde een te soft advies. Uitspraken van een voormalige directeur-generaal Water van het ministerie van Verkeer en Waterstaat hadden die bezorgdheid gevoed. Die zette in 2006 vraagtekens bij “de beproefde ingenieursrationaliteit die op elke waterstand of golfaanval een technisch antwoord kent.” Commissievoorzitter Cees Veerman had daar nog eens een schepje bovenop gedaan toen hij bij de installatie van de commissie zei: “Wij kunnen niet als in het verleden eenvoudigweg de dijken verhogen en versterken.” Toch moet Vrijling nu toegeven dat de Deltacommissie het in haar rapport veel minder bont heeft gemaakt dan deze uitspraken vooraf deden vrezen. Alhoewel er volgens hem in het rapport nog “rudimenten van de nieuwe waterbouw te herkennen” zijn, staat veiligheid weer hoog op de agenda. Bouwen op metershoge terpen wordt afgeraden en Veerman c.s. adviseren geen tulpeneilanden voor de kust - hoewel premier Balkenende daar erg van is gecharmeerd. Baggeraars In NRC Handelsblad noemde hoogleraar Aquatische Microbiologie Jef Huisman de samenstelling van de commissie ‘opvallend’. Geen gerenommeerde klimatologen, oceanografen of aardwetenschappers, wel “inbreng vanuit andere hoeken van de samenleving”. Hij vervolgde met: “Verschillende leden zijn betrokken bij economische ontwikkelingen in Nederland, bij grootschalige baggerwerkzaamheden, of bij coastal engineering. En, heel opvallend, een groot deel van de commissieleden heeft een landbouwachtergrond.” Huisman heeft gedeeltelijk gelijk. Commissielid Koos van Oord is in het dagelijks leven directievoorzitter van een van de grootste baggermaatschappijen ter wereld. Samen met adviesbureau Royal Haskoning presenteerde zijn bedrijf in juli, nog geen twee maanden voordat de Deltacommissie haar advies uitbracht en zodoende iedere schijn van toeval vermijdend, een plan om de kuststrook van Hoek van Holland tot Den Helder drie kilometer te verbreden, een nieuwe duinenrij aan te leggen en Schiphol te verhuizen naar een eiland in zee. De Deltacommissie heeft er in haar advies voor gekozen de kust met enkele meters per jaar te laten groeien. “De commissie is niet ingesteld om baggeraars natte dromen te bezorgen”, zei de Delftse hoogleraar Marcel Stive bij de presentatie. Maar helemaal overtuigend is dat niet. Toch doet Huisman met zijn kwalificaties geen recht aan de rest van de commissie. Pavel Kabat is een gerenommeerde hoogleraar Aardsysteemkunde en Klimaatstudies. Marcel Stive een gerenommeerde waterbouwkundige. Ineke Bakker, Jaap van Duijn, Andries Heidema, Louise Fresco en Tracy Metz hebben voor zover bekend geen banden met baggeraars noch met coastal engineering. Het aantal (ex-)Wageningers in de commissie is inderdaad groot, maar niet voor één gat te vangen. Voorzitter Veerman bijvoorbeeld is niet alleen bijzonder hoogleraar duurzame plattelandsontwikkeling en boer, maar ook voorzitter van de Vereniging Natuurmonumenten. Het ‘complotdenken’ van Huisman gaat politicoloog Jeroen Warner te ver. Warner is deskundige op het gebied van water- en milieuconflicten aan de Radboud Universiteit en promoveerde op een proefschrift waarin hij aantoonde dat bestuurders en bedrijven de angst voor overstromingen gebruiken als breekijzer voor de financiering van grote waterbouwkundige projecten. “Ik moet de commissie juist een compliment geven: er komen geen tulpeneilanden voor de kust, geen nieuwe polders, geen terpen en de kust wordt langzaam opgespoten.” Ook Sible Schöne, programmadirecteur van het Klimaatbureau, vindt het rapport van de commissie “bepaald geen winst voor mensen die in harde oplossingen geloven. Het is en-en.” Zo luidt bijvoorbeeld aanbeveling negen van de commissie dat de programma’s Ruimte voor de Rivier en Maaswerken snel moeten worden uitgevoerd. Beide programma’s creëren meer ruimte voor water om het rivierengebied beter te beschermen tegen overstromingen, in combinatie met natuurontwikkeling. Schöne: “Als mensen van dit rapport zeggen dat het goed is voor de dijkenbouwers, dan is dat maar zo.” Zeespiegelstijging Schöne is vooral blij met de hernieuwde aandacht voor zeespiegelstijging. In opdracht van de Deltacommissie hebben klimaatwetenschappers onder leiding van Pier Vellinga een nieuwe studie uitgevoerd. De uitkomst daarvan is dat de zeespiegel deze eeuw mogelijk 120 centimeter stijgt en de bodem tien centimeter daalt. De commissie houdt in haar advies deze – in totaal - 130 centimeter zeespiegelstijging aan als bovengrens. Schöne: “Tot nu toe zijn Nederlandse instituten als het KNMI veel voorzichtiger. Het hoogste KNMI-scenario voor zeespiegelstijging in 2100 is 85 centimeter, exclusief bodemdaling. Terwijl in bijvoorbeeld Duitsland en de Verenigde Staten al wordt gerekend met een zeespiegelstijging die veel sneller gaat.” De oorzaak daarvan is het afkalven van de randen van de poolkappen. Daardoor verdwijnt de tegendruk en glijdt het ijs sneller de zee in. Bovendien zijn er op Groenland ijsmeren ontstaan. Het smeltwater lekt door tot op de bodem van het ijs en werkt als glijmiddel voor de ijsmassa. Schöne: “Het KNMI vindt de discussie hierover nog speculatief. Vellinga ergert zich daaraan, dus is het interessant dat uitgerekend hij om advies werd gevraagd door de Deltacommissie. In het advies wordt precies gezegd hoe de commissie tot dit standpunt komt, zodat er discussie over mogelijk is. Het is goed dat dankzij de commissie de discussie opener is geworden en nu aansluit bij de internationale discussie.” Politicoloog Jeroen Warner heeft daarentegen bedenkingen bij de zeespiegelstijging van 130 centimeter. Hij acht het verdedigbaar dat Veerman en de zijnen uitgaan van het hoogste scenario, “dan hoef je daar niet steeds op terug te komen, maar de zeespiegel stijgt met slechts twee millimeter per jaar. Ik heb sterk de indruk dat de geesten rijp worden gemaakt om ons ervan te overtuigen dat er veel daadkracht nodig is en veel geld, bij voorkeur door een hoop infrastructuur aan te leggen.” Het pluspunt is dat er geen alles bepalende war on water komt, zegt Warner. “Maar wat me niet bevalt is de top-downbenadering. De burger mag rustig gaan slapen, de overheid waakt over uw veiligheid.” Nationale veiligheid Waar sommigen de hand van dijkenbouwers en baggeraars in het advies van de commissie vermoeden, ziet de politicoloog Warner een risicomijdende bèta-benadering. Veerman c.s. willen het veiligheidsniveau met een factor tien verhogen. Ofwel: de kans dat een zeedijk doorbreekt of overstroomt moet afnemen van één op tienduizend jaar naar één op de honderdduizend jaar. Warner: “Het mag dus eigenlijk nooit misgaan. Bèta’s kunnen niet met onzekerheden overweg, gamma’s zijn niet anders gewend. Een maatschappij zonder risico’s bestaat niet. Veiligheid is een waarde. Waarom zouden we de investeringen in de kustverdediging daarom niet afwegen tegen andere, bijvoorbeeld uitgaven in de gezondheidszorg?” De Deltacommissie denkt daar vermoedelijk anders over. Zij ziet waterveiligheid als een kwestie van nationaal belang. In mei zei Cees Veerman daarover in de Volkskrant: “Dit overstijgt alle politieke partijen en alle gedoe op de korte termijn.” Commissielid Louise Fresco verwoordde het in hetzelfde interview nog scherper: “Wat meer ambitie kan geen kwaad. Het gaat in de polder altijd om de vierkante centimeter, dat is belangrijk, maar er moet daarnaast ook een visie zijn. Wij pleiten voor meer bezieling. Dat is ook goed voor de economie. Het zou zelfs tot een soort cohesie kunnen leiden. In een samenleving die voortdurend gaat over tegenstellingen tussen groepen en subgroepen is het goed om ook eens te beseffen wat ons bindt.” Deltafonds Met een beroep op nationale veiligheid en cohesie is het advies van de Deltacommissie meer dan zomaar het volgende advies. Tekenend hiervoor is het voorstel om een Deltafonds op te richten en jaarlijks te vullen met meer dan een miljard euro. Om te voorkomen dat bij verandering van de politieke windrichting het geld anders wordt geïnvesteerd dan in de waterveiligheid, moet het fonds ‘op afstand’ van de rijksbegroting komen. Warner: “Dat fonds wordt net zoiets als de AIVD: de Tweede Kamer heeft er niks over te zeggen. Je ziet nu al nauwelijks kritische reacties van de politieke partijen op het advies van de Deltacommissie: men legt zich deemoedig neer bij de conclusies. Maar iemand moet toch een vraag kunnen stellen?” Sible Schöne is evenmin voorstander van het op slot doen van het debat. “Het idee van ‘veiligheid boven alles’ mag van mij bediscussieerd worden, maar het is een logische overweging als je kijkt hoeveel kapitaal er achter de dijken en duinen ligt. Bovendien is de redenering van de commissie transparant.” Ook Willem Verhaak, campagneleider Klimaat van Milieudefensie, moedigt discussie hierover aan. Hij vindt dat Nederland de neiging heeft zich te veel achter de eigen dijken te verschuilen. De Deltacommise versterkt dat door het veiligheidsniveau zo hoog op te schroeven. “Een kritisch geluid is welkom. Nederland is niet alleen verantwoordelijk voor het overstromingsrisico van de Randstad, maar ook voor de gevolgen van het wassende water in kwetsbare delta’s als Bangladesh.” Opvallend is in dit opzicht de morele vraag die Louise Fresco opwerpt. Niet in het advies van de commissie, maar in een column in NRC Handelsblad: “Moeten en kunnen we als mensheid streven naar het veiligheidsniveau dat wij, bevoorrecht als we zijn, ons in Nederland kunnen permitteren? Moet alles wat we nu, aan het begin van de 21e eeuw, in de wereld hebben opgebouwd, beschermd blijven, en tegen welke kosten? Heeft niet ieder mens recht op de geruststelling dat hij rustig kan slapen omdat de staat waa Klimaatwet Willem Verhaak, campagneleider Klimaat van Milieudefensie, zegt dat er in de politiek “opvallend veel eendracht” is om de gevolgen van klimaatverandering aan te pakken, maar dat de aanpak van de oorzaken “verzandt in vrijblijvende afspraken.” Die eendracht geldt ook over de oprichting van een Deltafonds, waarin jaarlijks meer dan 1 miljard euro wordt gestort. En dat verbaast hem. “CDA en PvdA hebben juist kritiek op de door ons voorgestelde Klimaatwet, omdat de politiek daarmee over haar graf zou regeren. Een Deltafonds doet niet anders.” Maar het bijna unanieme applaus voor het advies van de Deltacommissie biedt ook openingen, denkt Verhaak. “Als je een Deltawet zo belangrijk vindt, koppel daar dan direct een Klimaatwet aan.” Grasgroene Graffiti Rotterdam heeft 2008 uitgeroepen tot Groenjaar. Een groep jonge geëngageerde kunstenaars levert met graffiti commentaar op deze ‘hype’. Joanne Alting “Ik heb een hekel aan hypes”, zegt Truus Trendy met aanstekelijke stelligheid. “Wat heeft Rotterdam aan zo’n Groenjaar? We zitten al jaren te springen om meer groen in de stad en nu staat plotseling naast een betonnen veld een bord ‘Rotterdam Groenjaar’. Er worden wat bloembakken op de brug gezet en volgend jaar is het weer voorbij, dan is het opeens Jongerenjaar ofzo.” Achter Truus Trendy schuilt de conceptkunstenares Marieke van der Weiden. “Truus, omdat dit een oerHollandse naam is die in deze multiculti tijd nodig een boost moest krijgen.” Van der Weiden is alert op trends en hypes, die ze, onder andere op haar digitale dagboek, met humor becommentarieert. “Vroeger was ik een gemene gabber”, vertelt ze. Uit die tijd stammen ook de trainingspakken die ze maakt. Die trainingspakken zijn “tijdloos zwartwit” voorzien van logo, vaak met een gun erop. “Mijn underliner is Anti Mass War, dus een oorlog tegen de massa: tegen massaproductie, massaconsumptie en de massagedachte. Zo’n pak is daarbij een middel om te laten zien dat je een strijder bent in een massa.” Een paar keer per jaar werkt Van der Weiden samen met Eric den Hartigh van tentoonstellingsruimte Roodkapje in de Witte de Withstraat in Rotterdam. “Eric had al twee jaar het plan liggen om iets met guerrilla gardening te doen en Groenjaar2008 was daar natuurlijk dé gelegenheid voor.” Op de website van guerrilla gardening staat uitgelegd: “Zonder toestemming of vergunning planten we zaden en stekjes in alle vergeten hoeken van de publieke ruimte. Help ons mee de stad te vernielen met natuur.” Volgens Van der Weiden is guerilla gardening eigenlijk alweer zijn tijd voorbij: “Er zijn merken op gaan zitten. GroenLinks ging er mee aan de slag. Adidas heeft er gebruik van gemaakt. Uiteindelijk werd guerilla gardening een vies woord, een marketinginstrument.” Citeh Tagging Op 13 augustus startte ‘Rotterdams meest gedoogde duo’ zoals Roodkapje en Truus Trendy zichzelf noemen, het project The Land = Ours. Met uit grasmatten gesneden letters laten ze in het holst van de nacht hun handtekening achter, ‘citeh tagging’ noemen ze dit nieuwe fenomeen met groene graffiti. Voorafgaand aan het festival waarmee het Rotterdamse cultuurseizoen opende, pleegde het duo ‘s nachts in diverse steden hun groene aanslagen. Op de Amsterdamse Dam rolden ze de grasletters ‘Rotterdam’ uit, op het Binnenhof ‘Trut’ en op het Hofplein in hun eigen stad levensgroot ‘The Land = Ours’. Tijdens het festival in het tweede weekend van september riep het duo het publiek op om citeh tagging te ondervinden en verder te ontwikkelen. “Met cursussen groene graffiti, zaadbom kleien en grasmatkutten, hopen we op een eruptie aan stedelijk groen en stadstuinieren op zijn Hollands”, zegt curator van Roodkapje Den Hartigh, “maar we zijn geen antibeweging, we willen juist graag communiceren met het publiek.” “Ik prikkel en tease graag”, vult Van der Weiden aan. “maar Truus Trendy is altijd leuk, dus er komt media op af en dan kan ik weer mijn zegje doen. De factor humor is belangrijk, maar mensen moeten er wel over na kunnen denken.” www.roodkapje.org www.truustrendy.com Tasje stroom Een beetje duur zijn ze wel, maar in ieder geval zijn ze nu gewoon in Nederland verkrijgbaar: tassen met zonnepaneeltjes. Voltaic Systems ontwierp een rugzak en een schoudertas met waterbestendige, flexibele, krasvaste en bijna onbreekbare zonnepanelen aan de buitenzijde, die gebruikt kunnen worden om je mobiele telefoon, digitale camera, organizer of mp3-speler op te laden. De tas levert 4 watt energie bij 1 uur in direct zonlicht. Dat komt neer op 3 uur speeltijd voor een mp3-speler of 1,5 uur spreektijd voor een mobiel. Bij de tassen komt een uitgebreide set van adapters en snoeren voor verschillende apparaten, ook USB. Ze hebben een batterij die de extra opgewekte energie opslaat, daarbij hoort ook een AC-reislader en een gelijkstroom autolader om de batterij alsnog via het stroomnet of de autoaccu te laden, mocht de zon het niet voor elkaar krijgen. Met een schakelaar is het voltage van de batterij aan te passen van 3,5 naar 5 of 7,2 Volt. Op de batterij zit een klein, intens LED-zaklampje. De tas is gemaakt van gerecyclede PET-flessen. De stof lijkt op nylon, maar de productie kost veel minder energie en de stof is heel licht en waterbestendig. De rugzak bevat bovendien een zak voor water en kabeltunneltjes, bijvoorbeeld voor walkmandraadjes. Een van de grootste nadelen: je kunt er geen laptop mee laden. Afmetingen van de schoudertas: 37 bij 29 bij 14 centimeter, inhoud: 14 liter, gewicht: 1,5 kilogram. Afmetingen van de rugzak: 46 bij 30 bij 10 centimeter, inhoud: 10 liter, gewicht 1,3 kilogram. De rugzak kost €199,95 en de schoudertas €229,95. Alleen leverbaar in donkergrijs. Meer informatie www.voltaicsystems.com Te koop via www.fair21.com. Eigen tomaten eerst Opnieuw is het bedrijfsleven boos op Milieudefensie. Hoe kan een Nederlands initiatief om bestrijdingsmiddelen terug te dringen leiden tot kamervragen in het Andalusische parlement? Wouter van Eck, campagneleider Landbouw en Voedsel van Milieudefensie was bij het tv-programma Netwerk om te vertellen over de Weet Wat Je Eet-campagne, die residuen van gewasbeschermingsmiddelen op groenten en fruit wil terugdringen. Het nieuwe, daaraan gekoppelde logo is vanaf deze week te vinden op tomaten in de C1000. Milieudefensie, Natuur en Milieu en consumentenvereniging Goede Waar & Co werken hiervoor samen met glastuindersvereniging FrEsteem. Telers die het logo voeren, committeren zich aan afspraken over lichthinder en energie- en ruimtegebruik. En ze garanderen een lagere norm aan gewasbeschermingsmiddelen dan de overheidsnorm. Zijn overheidsnormen dan niet voldoende? De organisaties stellen dat deze niet werken met de meest recente inzichten, zoals de effecten op kinderen, of het combinatie-effect van middelen die afzonderlijk allemaal onder de norm blijven. Ook mogen er nog steeds middelen gebruikt worden waarover inmiddels grote zorgen zijn. Hiervan hebben milieuorganisaties een zwarte lijst gemaakt. Bovendien blijkt uit steekproeven dat ook de officiële normen van de Voedsel en Warenautoriteit (VWA) vaak overschreden worden. Vooral Spanje is berucht. En dat vertelde Van Eck in Netwerk van de EO, onderbouwd met cijfers van de VWA zelf. “Van de ruim veertig Nederlandse en Spaanse tomatenmonsters die de VWA testte, blijft Nederland overal onder de norm,” zegt Van Eck, “maar zeven van de vijfenveertig Spaanse monsters overschreden de normen. Een daarvan overschreed zelfs de norm die de Wereld Gezondheidsorganisatie hanteert voor acute gezondheidsschade.” En dan is er nog het stapeleffect van gifstoffen, waar de VWA niet op let. “Nederland scoort gemiddeld maar 0,5 gifstoffen per monster, tegenover 3,2 voor Spanje. Wij maken ons dus zorgen. De VWA is blijkbaar niet in staat om veiligheid te garanderen. Risicogroepen als zwangere vrouwen en baby’s zouden uit moeten kijken en kunnen beter biologische of Nederlandse groenten eten.” Volgens de koepelorganisatie van Andalusische groenten- en fruittelers, Hortyfruta, is hiermee het imago van hun tomaat beschadigd. Ze overweegt een rechtszaak tegen Milieudefensie en eist rectificatie van de EO. Het Andalusische parlement heeft zelfs om opheldering gevraagd aan de Nederlandse ambassade. De VWA wilde nog niet reageren, maar gaat waarschijnlijk in oktober in debat met Milieudefensie in het consumentenprogramma Kassa! Van Eck: “Het imago van de Spaanse tomaat wordt vooral door henzelf beschadigd. Ze vallen de boodschapper aan. Ik verheug me wel op een rechtszaak, maar we hebben nog niets gehoord.” Van Eck raadt de Spaanse telers aan om zich van rommelaars te onderscheiden en het Weet wat je eet-logo binnen te halen. Annemarie Opmeer GroenRijk pakt handschoen op Tuincentrum GroenRijk eindigde helemaal onderaan in het onderzoek van Milieudefensie naar tuinmeubelen van ‘fout hout’. Ze kregen daarom de Botte Bijl Award. Toch is de keten niet verbitterd. Zij is van plan korte metten te maken met hun aanbod van niet-FSC gecertificeerde tuinmeubelen. De keten zegt toe in 2009 honderd procent gecertificeerd hout aan te bieden aan hun franchisers. Deze mogen zelf nog ander hout inkopen, maar ook zij hebben zich in de onlangs gehouden jaarvergadering gecommitteerd aan de doelstelling van vijftig procent in 2009 en negentig procent in 2011. Ook wil GroenRijk zelf beter zicht krijgen op wat er daadwerkelijk op de winkelvloer staat. Boom-in-doos Vroeger was het traditie bij belangrijke gebeurtenissen, tegenwoordig is het klimaatneutraal: boompjes planten. Via www.geefeenboompje.nl kun je iemand in ieder geval blij maken met een groene groeier. Voor een paar belangrijke gebeurtenissen in het leven heeft initiatiefneemster Ester Slokkers symbolische boomsoorten geselecteerd. Een meidoorn voor een huwelijk, een berk voor een geboorte, een eik voor een nieuwe woning en een hazelaar voor andere felicitaties. Deze kun je bij de gelukkige laten bezorgen in een passende, beschermende kartonnen doos, met persoonlijke boodschap. Per boompje gaat vijftig cent naar stichting Nature for Kids, die in het kader van armoedebestrijding voorlichting geeft aan kinderen in ontwikkelingslanden over het belang van natuur en natuurbeheer. Het boompje wordt binnen drie dagen bezorgd en kost €19,95, daar komen €4,95 bezorgkosten bij. Ook mogelijk als relatiegeschenk. www.geefeenboompje.nl Hazelnoottaart zonder Rabobank Meer dan 800 miljoen mensen in de wereld hebben honger. Zoiets wil je eigenlijk niet lezen in een receptenrubriek. Maar het moet. Kijk maar eens op de hongerkaart van het Wereldvoedselprogramma van de Verenigde Naties (google op ‘Hunger Map’). “Elke vijf seconden gaat er een kind dood van de honger” staat er bovenaan, afgewisseld met de zin: “Er is genoeg voedsel om de wereld te voeden.” Een enorme morele vraag wordt ons daarmee toegeroepen. Kan ik er wat aan doen dan? Yes, you can. Minder vlees eten bijvoorbeeld, zegt ook onze minister Koenders van Ontwikkelingssamenwerking. Maar het kabinet waar deze minister deel van uitmaakt, vindt het goed dat er op heel veel plekken in Nederland nieuwe immense varkens- en kippenstallen komen. Die gaan goedkoop smakeloos vlees leveren, met als grondstof soja waarvoor het Amazonewoud wordt gekapt en als ‘restproduct’ kippenvleugels die op de Afrikaanse markt worden gedumpt. Betaald met geld van de Rabobank: de bank van de frisse Olympische hockeymeisjes houdt, van Amazonewoud tot kippenbout, een – laten we het zo maar eens noemen - immoreel veeteeltsysteem draaiende. Boycot de Rabobank! “Nou, nou, is dat niet wat kort door de bocht en het is verder toch een sympathieke bank met best een aardig klimaatbeleid? ”Kan zijn, maar met vrijblijvend braaf gepraat verandert er niks en de aard van de zaak – de honger in de wereld - vereist dat we het even scherp stellen. En hebt u ondertussen nog trek? De moslims vierden afgelopen maand Ramadan. Ze vastten onder andere om te voelen hoe het is om hongerig te zijn, zodat we “liefde en barmhartigheid voor elkaar ontwikkelen, voorwaarde voor een betere wereld.” Daarna werd er gegeten en uiteindelijk gefeest. Terecht, want van schuldgevoel wordt de wereld niet beter. De Turken herinneren ons, behalve aan de wijsheid van de Islam, aan hazelnoten. Fantastische plantaardige eiwitbron waarvan Turkije wereldwijd de grootste producent is. Wij vieren ons Suikerfeest met hazelnoottaart: zeef 200 gram bloem en 100 gram suiker met wat zout boven een kom. Snij 140 gram koude boter door de bloem in hele kleine stukjes. Doe er drie eetlepels ijskoud water bij. Kneed alle ingrediënten snel tot een samenhangende bal en laat het minstens een half uur in folie rusten in de koelkast. Verwarm de oven voor op 180ËšC. Maal 200 gram hazelnoten fijn in een foodprocessor of notenmolentje. Hak 50 gram hazelnoten grof. Roer 200 gram suiker, 2 deciliter slagroom en 2 eieren door de hazelnoten. Rol het deeg uit, druk het in een lage (22-24 cm) taartvorm en giet het hazelnootmengsel er in. Zet zo’n 45 minuten in de hete oven. Geniet en zeg de rekening bij de Rabobank op. Michiel Bussink www.michielbussink.nl PLUS gaat lokaal Streekproducten vind je op de lokale markt. En vanaf eind september in de vestigingen van supermarktketen PLUS door heel Nederland. Onder de naam GIJS liggen seizoengroenten en -fruit, vleeswaren, eieren, kazen en zuivel in de schappen, maar ook vruchtensappen, jams, koek en banket, soepen, chips en ijs. PLUS ging hiervoor een samenwerkingsverband aan met StreekSelecties. Eigenlijk zorgt StreekSelecties ervoor dat streekproducten niet meer alleen lokaal, maar ook nationaal verspreid gaan worden. “De meeste producenten verkopen hun typische producten aan huis, in de boerderij- of dorpswinkel en in enkele gevallen in de lokale supermarkten. StreekSelecties maakt al deze lokale en regionale lekkernijen beschikbaar voor de totale Nederlandse markt: van Brabant tot Friesland.” Gegarandeerd Nederlandse producten en zoveel mogelijk Nederlandse ingrediënten dus. Hoe er met grond, water, lucht of dierenwelzijn wordt omgesprongen, daarover garandeert GIJS uiteraard niets. Oude sari, nieuwe tas Ragbag kennen we van de Indiase lichte, langwerpige schoudertassen, portemonnees en organizers van restplastics, met het kenmerkende streepjespatroon. Naast deze collectie, Delhi, is er nu een nieuw type tas, Calcutta. Deze soepelere, brede schoudertas is gemaakt van oude katoenen sari’s en heeft, uiteraard, ook een vrolijk streepjespatroon. De tas kost €59,- En er is meer in aantocht! Schoudertassen Cameroon en Brazil, gemaakt van respectievelijk gerecyclede plastic tasjes en autstoelbekleding, zijn nog niet te koop, maar wel in productie. Tot slot, wel te koop (voor €29,-), maar niet overal verkrijgbaar: ronde tassen voor de scooter, type Bhopal, gemaakt van productieafval van zeil met commerciële prints door een rehabilitatieproject in het Indiase Bhopal. Online bestellen of verkopers zoeken: www.ragbag.com United States of Good De veilingwebsite e-bay was altijd al een goede plek om dingen een tweede leven te geven. Het bewijs dat duurzaamheid een blijvende trend is, is dat dit internationale bedrijf, ook eigenaar van marktplaats.nl, een duurzame webwinkel is begonnen. Op de website www.worldofgood.com, gevestigd in de Verenigde Staten, is een uiteenlopend aanbod te vinden aan producten die goed zijn voor mens, dier en milieu. De winkel is geen veilingsite, maar een gewone webwinkel. E-bay besteedt veel aandacht aan zoekopties voor verschillende types duurzaamheid en informatie over productieprocessen of werkomstandigheden, wie de makers en verkopers zijn en welke certificaten het product heeft. De webwinkel heet, heel ambitieus, ‘world of good’ en in principe kunnen verkopers ervoor kiezen producten over heel de wereld te verschepen, maar helaas worden de meeste producten nog slechts binnen de VS verstuurd. www.worldofgood.com Duurzaam kerstpakket Nadenken over het kerstpakket komt dichterbij voor werkgevers. Gelukkig is er steeds meer duurzaamheid in het aanbod. Zo is er het kerstpakket van Culinair Cadeau met, naar keus, Fair Trade biologische wijn en zalm met het MSC-keurmerk, vergezeld van een boek over duurzaam uit eten en een dinercheque, in een FSC-houten kistje. Prijzen uiteenlopend van €35,- tot €135,-. Groothandel in biologisch en biodynamische producten BD Totaal biedt op www.duurzaamkerstpakket.nl ook een aantal pakketten aan, waaronder de traditionele pakketten met wijn, toast en tapenade, maar ook een sappenpakket en diverse Weleda-pakketen. Prijzen beginnend tussen €30,- en €65,-. En natuurlijk zijn er ook kerstpakketten met energiebesparende inhoud. Op www.energieboxensite.nl is een pakket samen te stellen uit het assortiment van de verwante website www.energiebespaarshop.nl. Ook de aanbieder Eigenkeuzekado biedt een ‘milieupakket’ aan met onder andere een deurdranger, waterbespaarders voor kraan en douche, een spaarlamp en een standby-killer. Zie www.eigenkeuzekado.com/v2/info/milieupakket.aspx. Die werkgevers die hun werknemers vooral een eigen duurzame keuze willen laten maken, kunnen heel goed terecht bij Good for All, een geschenkenwinkel waaruit werknemers zelf kiezen voor producten die biologisch, cradle to cradle, milieubesparend, fair trade, gerecycled, goed voor de mensenrechten zijn, of voor een donatie aan een goed doel. Te vinden op www.goodforall.eu. Soms raap je een vogeltje op Midden op de weg, na een aanvlieging met een auto, hipt het roodborstje half blind tussen het voortrazende verkeer. Ik heb allebei de ogen nog en snel te hulp. Even later sta ik bij mijn huis een passend kooitje te zoeken met in mijn handen meer veren dan vlees. Alleen het hard pompende hartje verraadt leven. Ja, en dat ene oogje dat het nog wel doet kijkt me van tussen de vingers angstig aan. Ik denk ondertussen van alles. Misschien is deze stress erger dan wanneer een volgende auto het roodborstje in een vloeiende beweging had geplet. En wie ga ik hier nu mee lastig vallen? Zelf moet ik naar Den Haag, vergaderen, dineren, lobbyen. Als ik na twee dagen Den Haag terugkom bij mijn huis staat er een leeg kooitje met voer en water en een paar veertjes. Wat betekent zoiets? Je hebt als roodborstje twee ogen nodig, anders ben je zo gegrepen door een sperwer of auto. Later hoorde ik dat het diertje onverrichter zake weer was losgelaten. Ik sta vaker voor het dilemma ingrijpen of laten gaan. Misschien omdat ik een scherpere blik heb op alles dat beweegt, ook al is het op ongewone plekken. Dan denk ik ‘waarom ziet niemand anders dat beestje liggen, stuiptrekkend in die berm. Of die kerkuil, met zijn vleugels zwemmend over de middenstreep, in oplichtend koplamplicht. En die ineengedoken padden en egels’. Ik vraag me af of we werkelijk weet hebben, laat staan beseffen, hoeveel leven wij jaarlijks en passant beëindigen in een nonchalante beweging. Ik voel en beredeneer niet als verminkte dieren gewond of dodelijk gewond op m’n pad liggen. Ik handel instinctief. Soms versnel ik de dood, soms stel ik hem juist uit, uit onwetendheid. Maar heel zelden kun je zo’n dier weer loslaten in de onzekere vrijheid van ons mensenland. Je handelt uit mededogen en hoopt dat er zo ook met jou omgegaan wordt als het een keer mis mocht gaan. En die kans is best aanwezig. Ik ben nogal een dromer en kom steeds vaker in grote steden, vooral voor m’n werk, en ben al herhaalde malen voor een bus of tram weggesleurd. Ik denk dat dieren niet dromen, maar leven in hun eigen wereld, waar de onze bij voortduring doorheen dendert. Geen wonder dat die werelden botsen. Soms raap je een vogel op en weet je weer waar je zelf staat. Jaap Dirkmaat, Directeur Vereniging Nederlands Cultuurlandschap. Tijdelijke dorpen Deze zomer streken klimaatactivisten neer in een actiekamp in het Engelse stadje Kingsnorth uit protest tegen een nieuwe kolencentrale. Deze actiekampen passen in de Britse traditie van compromisloos actievoeren. Deel zes in een serie over groene ontwikkelingen in Europa. Dirk Janssen “Op zich vinden we het klimaatkamp een hele goede zaak”, zegt Emily Highmore van energiebedrijf E.ON. “Een dorp van een paar duizend mensen dat volledig op hernieuwbare energie draait is natuurlijk fantastisch. E.ON staat volledig achter hernieuwbare energie.” Nu verkoopt E.ON zelf windturbines voor persoonlijk gebruik. Dat het klimaatkamp deze gebruikt voor de stroomvoorzinieng komt Highmore dus commercieel goed uit. Maar, zo vervolgt ze: “het is ook een hele goede plek voor mensen om kennis te nemen van de klimaatproblematiek.” Minder te spreken is ze echter over de bestorming door de klimaatactivisten van de energiecentrale van E.ON en het doorknippen van de hoogspanningsleidingen. En over die twee treinkapingen eerder dit jaar, waarbij een deel van de kolen overboord werd gegooid, is ze evenmin enthousiast. Ook de recente vrijspraak van zes Greenpeace-activisten voor vernieling van diezelfde kolencentrale van Kingsnorth, baart haar zorgen. De uitspraak was ook wel opmerkelijk. Dat de actie 30 duizend pond schade aan de centrale had berokkend, stond buiten kijf. Maar de jury was het met Greenpeace eens dat dit bedrag niet opweegt tegen de enorme schade die de centrale dagelijks toebrengt aan het klimaat. Highmore: “Als er allerlei activisten ons terrein op komen rennen, zich lukraak aan allerlei hekken vastketenen en leidingen doorknippen, dan kan dat heel gevaarlijke situaties opleveren. En ik verwacht dat we, nu dit vonnis is gevallen, nog veel meer en veel hardere acties kunnen verwachten.” Actiekampen als die in Kingsnorth en de directe, compromisloze acties zijn kenmerkend voor de Britse milieubeweging. In de jaren ‘90 kon de overheid geen snelweg aanleggen of er kwamen honderden road protesters het beoogde bouwterrein bezetten. Tegenwoordig staat klimaatverandering centraal , maar verder is er veel hetzelfde gebleven. Klimaatkampen “Het is niet de naam die in mijn paspoort staat, maar iedereen in het klimaatkamp kent mij als Mini Mouse. Alleen de politie noemt me bij mijn echte naam.” Mini Mouse is geen leider, organisator of woordvoerder, want die zijn er niet. Mini Mouse is “de gast die de telefoon opneemt”. Verder gewoon een deelnemer aan het klimaatkamp, zoals ieder ander en hij spreekt alleen namens zichzelf. Als ik hem vraag of de vrees van Emily Highmore gegrond is, reageert hij een beetje geïrriteerd. Hij vindt het jammer dat de media zich altijd beperken tot aandacht voor de meest militante acties. De klimaatkampen gaan over zo veel meer: “Wetenschappers zeggen dat we nog maar honderd maanden hebben om te voorkomen dat klimaatverandering levensbedreigende vormen aanneemt. Dan kun je niet te verwachten dat iedereen daar kennis van neemt en vervolgens thuis op de bank naar Idols blijft kijken en wacht tot de regering het voor hen oplost of de wereld vergaat. Sommige mensen willen zelf in actie komen. Die mensen brengen we bij elkaar in de klimaatkampen. We spreken ergens af om bij elkaar te komen en daarna zien we wel. Binnen drie dagen staan er duizenden tenten, is er een werkend rioleringssysteem, hernieuwbare stroomvoorziening en heeft iedereen te eten.” Een terrein bezetten, geheimzinnig samenspannen om stiekem actie te voeren, problemen met de politie: kan het ook met wat minder testosteron? Bijvoorbeeld gewoon in een gebouw dat je van tevoren afhuurt. Misschien dat de media dan ook al dat andere moois zullen opmerken. Mini Mouse gelooft er niet in: “Als je jezelf kan organiseren en een kamp draaiend kan houden, terwijl de politie je op alle fronten tegenwerkt en de helft van je spullen in beslag neemt, beseffen mensen dat ze echt een verschil kunnen maken”, zegt Mini Mouse. “Toen afgelopen zomer de politie onze voedselvoorziening blokkeerde en de vrachtwagens dwong om een paar kilometer voor het kamp al het voedsel te lossen, was er niemand die met het parlement ging bellen om te klagen. We organiseerden een menselijke keten om het voedsel als nog het kamp in te krijgen. Die dynamiek heb je niet in een universitaire setting of op een Sociaal Forum.” Klimaatwet Politierepressie is volgens Mini Mouse dus een onontbeerlijke component van een succesvol actiekamp. En daar was de afgelopen zomer in Kingsnorth geen gebrek aan. Zonder spektakel werkt het niet, maar het gaat uiteindelijk heus wel over het klimaat. Mini Mouse: “Directe actie is een laatste redmiddel, waar je pas gebruik van maakt als de dialoog absoluut geen zin meer heeft. Ik wil me graag aan de regels van de democratische besluitvorming houden, maar dan moeten die regels wel werken. Terwijl het gros van de bevolking tegen de bouw van nieuwe centrales is en geen uitbreiding wil van de luchthaven Heathrow, loopt de regering gewoon aan de leiband van big business. Dan is directe actie het enige middel dat tegenwicht kan bieden. Het Greenpeace-vonnis betekent dat nu erkent wordt dat het huidige beleid gevaar oplevert voor de bevolking. Dat zouden we zonder directe actie nooit hebben bereikt.” Nog een voorbeeld: op initiatief van Friends of the Earth UK, de Britse zusterorganisatie van Milieudefensie, heeft de Britse regering inmiddels een klimaatwet aangenomen. In 2050 moet de Britse CO2-uitstoot met 60 procent zijn teruggedrongen. Maar tegelijkertijd heeft de Britse regering ook plannen voor twaalf nieuwe kolencentrales. De eerste centrale staat gepland op de plaats waar nu de centrale van Kingsnorth staat. De nieuwe centrale is relatief schoner, maar verwerkt wel een grotere hoeveelheid brandstof. En er is geen centrale die niet vervuilt. “Als die centrale in Kingsnorth er komt, volgen er nog elf van hetzelfde type en kun je je klimaatwet weggooien”, denkt Mini Mouse. “Groepen als Friends of the Earth zouden daarom geen poot hebben om op te staan als er geen directe actiebeweging achter hen stond.” Elaine Gilligan van Friends of the Earth UK, in de jaren negentig zelf actief als road protester, erkent het belang van de klimaatkampen. Natuurlijk zijn er verschillen in strategie, maar iedereen doet waar hij het beste in is. Voor de een is dat lobbyen, voor de ander actievoeren. “Het klimaatkamp is er als geen ander in geslaagd om de politiek wakker te schudden. Daar hebben wij als lobbygroep veel profijt van”, zegt Gilligan. “Tegenwoordig doen de klimaatkampen heel erg hun best om mensen in hun omgeving te activeren en bij hun acties te betrekken. In Kingsnorth was er bijvoorbeeld een groep die een voetbalwedstrijd organiseerde tegen de voetbalclub van het dorp. Ze proberen het heel open te houden. Dat was vroeger wel anders. De directe actiebeweging is er echt op vooruitgegaan.” Bezwaren De hoeksteen van de directe actiebeweging zijn de affinity groups: informele samenwerkingsverbanden die autonoom kunnen opereren. Je ontmoet ergens gelijkgestemden en je besluit samen iets te doen. Deze affiniteitsgroepen leggen de riolering aan, bouwen de douches, koken het eten, organiseren lezingen en debatten en vormen ook buiten het kamp aanspreekpunten voor nieuwe belangstellenden. Het vluchtige karakter van affiniteitsgroepen maakt de beweging divers en dynamisch, maar ook onvoorspelbaar. In de hoogtijdagen van de beweging tegen de aanleg van nieuwe snelwegen in de jaren ‘90 waren er zoveel actiekampen dat activisten als nomaden van het ene naar het andere kamp konden trekken. Zo’n bestaan was behelpen, maar de hardcore activisten zagen dat vooral als een voordeel. Voor ‘primitivistische’ groepen als de Donga Tribe, Earth First! en het Earth Liberation Front waren de kampen niet alleen een middel van protest, maar ook het begin van een nieuwe maatschappij. En die nieuwe maatschappij stond onder de voortdurende dreiging van de buitenwereld, die sommigen alleen nog maar kenden van verwoestende bouwprojecten en politierepressie. De slogan “no compromise in defense of our earth” verwoordde niet alleen de militante strijdlust van de primitivisten, maar ook het gesloten karakter en de wantrouwende houding naar de buitenwereld. Ook nu nog heeft het activisme in de kampen soms een radicaal tintje. Bij de protesten tegen de snelweg in Newbury in 1996 besloot een groep activisten om de machines op het bouwterrein in brand te steken. Die beruchte “Newbury Barbecue” bracht een groot aantal mensen in gevaar. De beelden van brandende machines toonden de wereld een actiebeweging zonder enig verantwoordelijkheidsgevoel. Daarna was het snel gedaan met de sympathie. “Dat is het probleem met directe actie”, zegt Gilligan, “99 procent van de actievoerders wil graag de dialoog openhouden met de buitenwereld. Maar er kunnen ook mensen zijn die zo’n somber wereldbeeld hebben dat ze denken dat zij de laatsten op aarde zijn. Zij vinden alles geoorloofd om hun doel te bereiken. Die mensen kun je nauwelijks tot de orde roepen.” Continuïteit Mini Mouse ziet het probleem ook. Daarom proberen hij en andere activisten van het klimaatkamp aansluiting te zoeken bij de lokale bevolking en houden ze hun kamp zo open mogelijk. “Bij binnenkomst worden mensen ontvangen in een speciale welkomsttent waar ze even op adem kunnen komen van alle politiecontrole en van waaruit ze een rondleiding kunnen krijgen. We doen er echt alles aan om een sfeer van onderling vertrouwen te creëren.” Ook als er geen klimaatkamp is proberen de activisten aanspreekbaar te zijn. Op het festival van Glastonbury stond bijvoorbeeld een speciale tent met een permanente tentoonstelling over het klimaatkamp. “En zo bezoeken we zo’n vijftig festivals waar het grote publiek kennis met ons kan maken”, zegt Mini Mouse. Een ander groot verschil met de jaren ‘90 is dat in het klimaatkamp de bezoekers zich eerder organiseren op basis van woonplaats dan ideologie. Dat houdt het kamp toegankelijk en de discussie open. In het kamp is er bijvoorbeeld een Londen-wijk, een Manchester-wijk en een Zuidoost Engeland-wijk. Leuke bijkomstigheid is dat kampbezoekers daardoor de rest van het jaar ook nog eens samen de pub in kunnen duiken. Op strategische vergaderingen en forumdiscussies lijkt er onder de activisten een brede consensus te bestaan dat deze regionale aanpak de juiste manier van handelen is. Ze zijn er zelfs zo enthousiast over, dat Mini Mouse denkt dat het klimaatkamp van afgelopen zomer de laatste was in zijn soort. “We hebben mooie dingen bereikt, maar we moeten ook verder. Het lijkt erop dat we naar een meer lokale vorm van actievoeren gaan die meer op continuïteit is gericht en minder op spektakel. Hoe dat er uit gaat zien, kan ik niet zeggen. Klimaatcafé ZA 11 OKTOBER 10:00 uur Leeuwarden. Klimaatcafé met eerlijke informatie over de leveranciers van groene stroom. Locatie nog onbekend. Info: www.groenestroomjagraag.nl Boergondisch feestmaal ZA 11, 12 OKTOBER Rondleiding en uniek culinair festijn met menu met de oogst van het land, geserveerd in de stal. Info: www.vaneigenerf.nl/actueel/boergondisch_feestmaal.php Wereldmaaltijd DO 16 OKTOBER 18.00 uur Hardenberg, Stoutenburg, Utrecht, Doornspijk, Eindhoven. Wereldvoedseldag. Wereldwijde dag ter bezinning op uitbanning van honger in de wereld en de ongelijke wereldvoedselverdeling. Uitgeroepen door de VN. Een uitgelezen dag voor het organiseren van een Wereldmaaltijd. Info: www.wereldvoedseldag.nl Vormgevers in Hout 18 en 19 OKTOBER 11.00 – 17.00 uur Bunnik. Tentoonstelling 10 jaar Vormgevers in Hout op Fort bij Vechten Nacht van de Nacht ZA 25 OKTober In heel Nederland worden tijdens de vierde Nacht van de Nacht ‘duistere’ activiteiten georganiseerd. Bedrijven en overheden worden gevraagd de lichten te doven. De Provinciale Milieufederaties en de Stichting Natuur en Milieu vragen hiermee aandacht voor de schoonheid en het nut van de donkere nacht. Zij willen dat gemeenten en bedrijven permanent beleid gaan voeren om lichtvervuiling tegen te gaan. Kijk voor activiteiten in jouw omgeving op: www.nachtvandenacht.nl Groene Bilderberg ZA 25 OKTOBER 10.00 – 18.00 uur Den Haag. Conferentie over duurzaam beleid en actiepunten; werkgroepen op deelonderwerpen (‘s ochtends), een gesprek met de politiek (’s middags). Info: www.cipww.com De Twaalf Ambachten ZA 25 OKT en VR 14 NOV Boxtel. Rondleiding met veel informatie over verwarming, isolatie, afvalwaterzuivering, regenwatergebruik en waterbesparing, zonne-energie en energiebesparing, enz. Info: www.de12ambachten.nl Lezing CO2 opslag MA 27 OKTOBER 13.00 - 14.00 uur Utrecht. CO2 in de grond: van de regen in de drup. In deze lezing wordt de omvang van het CO2 probleem besproken, de CO2 opslag in diepe aardlagen en of zo’n optie werkelijk een oplossing biedt. Boothzaal van de Universiteitsbibliotheek, Heidelberglaan 3, De Uithof, voertaal: Engels We feed the world VR 31 OKTOBER 20.00-22.00 uur Eindhoven. Elke laatste vrijdagavond van de maand draait Omslag een film. Dit keer We feed the world. Info: www.omslag.nl/bios.html De Refter ZO 2 NOVEMBER Beek-Ubbergen. Informatieve rondleiding door dit grote woon-werkpand met zelfbestuur en –beheer. Zo’n 100 mensen, verspreid over verschillende woongroepen wonen op democratische en milieuvriendelijke wijze. Neem vooraf ook eens een kijkje op de uitgebreid website!. Beek-Ubbergen. Iedere eerste zondag van de maand. Info: www.derefter.nl 23e Globaliseringslezing MA 3 NOVEMBER 20.30 uur Amsterdam. Lezing en debat met Kishore Mahbubani en Frans Timmermans over de eeuw van Azie: de onafwendbare mondiale machtsverschuiving. Voorafgaand film. Plaats Felix Meritis. Info: www.globaliseringslezing.nl JMA training ZA 8 of 15 NOVEMBER Lijkt het jou leuk om gastlessen te geven op een middelbare school of op het MBO over onderwerpen als klimaatverandering en biologische voeding, meld je dan aan voor de training. Info: [email protected], tel: 020-5507436 JMA in het land. 8 t/m 11 oktober Utrecht, infostand bij Studiebeurs 13 november Nijmegen, Jongerendebat 16 november Nijmegen, Zevenheuvelenloop 22 november Amsterdam, Ontpop Festival IJmeer debatavond di 18 november 20.00 – 22.00 Een debatavond met als thema bouwplannen in het IJmeer. Lokale politici, bewoners en belanghebbenden kunnen hun mening laten horen. Ook uitslag van een enquête onder bewoners van regio Muiden. Info: [email protected] Klimaatwet Help mee om de klimaatwet mogelijk te maken! Bestel nu een actiepakketje via: [email protected] of ga mee handtekeningen verzamelen bij concerten en de evenemententour met o.a. concerten van Stevie Ann. Info: www.klimaatwet.nu Stop veefabrieken Noord Holland. Gezamenlijk burgerinitiatief van de Dierenbescherming en Milieudefensie. Met minimaal 5.000 handtekeningen van stemgerechtigde inwoners van Noord-Holland verzoeken zij de provincie de vestiging voor megastallen voor veehouderij tegen te houden. Info: www.stopveefabrieken.nl, ook voor het downloaden van handtekeningenlijsten. Discussiebijeenkomsten over de verenigingstructuur za 25 oktober, Amsterdam za 22 november, Utrecht 14.00 - 16.30 uur, (aansluitend aan ALV) Krijgt Milieudefensie een Ledenraad en zo ja, hoe ziet die er uit? En blijft de ALV ook bestaan? De Commissie Structuur wil graag samen met de leden discussiëren over de verenigingsstructuur, en nodigt daarom iedereen van harte uit voor de komende discussiebijeenkomsten. Info en aanmelding: [email protected] ‘Olie en Onrecht in Nigeria’ Tot 31 NOVEMBER Amsterdam, Fototentoonstelling in de Openbare Bibliotheek. Fotograaf Kadir Van Lohuizen reisde drie weken door de Nigerdelta om de gevolgen van grootschalige oliewinning in de Nigerdelta in beeld te brengen. Info: www.olieonrecht.nl Regeladvertenties Ook een regeladvertentie plaatsen? € 5,50 per regel. Uitsluitend aanleveren via de website van Milieudefensie: www.milieudefensie.nl/publicaties/magazine/regeladvertenties OBILOT NATUURTEXTIEL Sinds 1982 in Zutphen, winkel voor mode en basics van biokatoen, Demeterwol, hennep, linnen etc. Biologische babyuitzet, goed advies. Groenmarkt 1, 0575-517091 www.obilot.nl Terug naar de basis Om de burger in beweging te krijgen voor een beter milieu moet je hem aanspreken in zijn eigen leefomgeving. Daarom moeten milieuorganisaties zich veel meer lokaal organiseren, betoogt: Frans van der Steen De mondiale milieucrisis dreigt onze planeet volkomen onleefbaar te maken. Alleen als we de komende twee decennia onze leefstijl in overeenstemming weten te brengen met de draagkracht van de aarde, kunnen we dat waarschijnlijk nog voorkomen. Dat vergt een aantal, soms pijnlijke, ingrepen. Goed nieuws is dat we daarvoor meer kwaliteit en bestaanszekerheid terugkrijgen. Bovendien beschikken we nu al over alle middelen om een hoog welvaartsniveau voor iedereen met duurzaamheid te combineren. Maar wie weet de burgers hiervan met een inspirerend verhaal te overtuigen? Dat is een cruciale vraag, want zonder draagvlak onder de bevolking durven politieke partijen en regeringen de noodzakelijke maatregelen niet te nemen. Maar heeft de milieubeweging de burger nog in het vizier? Gezien het gebrek aan groene daadkracht bij de overheid zou er op dit moment vanuit de samenleving een storm van kritiek moeten opwellen. Dat is niet zo en dat geeft te denken. Maar ook van de kant van natuuren milieuorganisaties blijft het te stil. Men laat zich in de verdediging drukken. De eigen besognes, zoals het behoud van subsidies, lijken voor veel organisaties belangrijker dan het volgen van een eigen, ook met anderen afgestemde, agenda. De angel is eruit. Het bewegen van burgers is daardoor vaak niet meer dan een vrome wens. Deze staat nog wel in de missie, maar als er al oprecht pogingen gedaan worden, slaagt men daar amper in. Dat moet en kan anders. Leefomgeving Burgers bereik je daar waar ze leven. In hun dorp of stad geven mensen hun leven concreet vorm. Daar ontstaat hun identiteit. Daar hebben zij hun netwerken en maken ze gebruik van allerlei voorzieningen. En daar worden ze heel direct geconfronteerd met de achteruitgang van hun leefomgeving. Op lokaal niveau liggen dus, door met een wervend verhaal concrete alternatieven te bieden, de beste kansen hen te verleiden hun leefstijl aan te passen en hen in beweging te krijgen. Natuurlijk valt op landelijk en provinciaal niveau belangrijk werk te verrichten, maar op veel beleidsterreinen ligt de steeds verder gedecentraliseerde bestuurskracht en beslissingsmacht bij het lokale bestuur. Nationaal mogen regels worden vastgesteld, door colleges van B&W wordt beslist of het burgers gemakkelijker wordt gemaakt hun verantwoordelijkheid te nemen. Hoe duurzaam men bouwt. Of werk gemaakt wordt van energiebesparing en duurzame energie. Of een weg wordt aangelegd, of er wordt geïnvesteerd in fiets en openbaar vervoer. Over de hoeveelheid stadsnatuur en de kwaliteit daarvan. Wat met schaarse groene ruimte rond de stad wordt gedaan. Hoe bedrijventerreinen ingericht worden. Of afvalscheiding serieus wordt genomen, enzovoort. Brug Krachtige professionele organisaties op lokaal niveau die burgers en hun organisaties goed informeren en ondersteunen zijn dan ook onmisbaar. Zij kennen en spreken journalisten, lokale bestuurders, ambtenaren, politici en sleutelfiguren uit het bedrijfsleven en een reeks maatschappelijke organisaties. Zij kunnen een brug slaan tussen hen en betrokken burgers. Zij weten wat er op tal van terreinen in de stad speelt, want zowel die specifieke kennis als die netwerken zijn absolute voorwaarden tot succes. Lokale organisaties weten hoe de plaatselijke politiek werkt en door het aandragen van alternatieven het beleid te beïnvloeden. Zij kunnen projecten uitvoeren of met gerichte activiteiten aansluiten op landelijke campagnes. Landelijke en provinciale organisaties, met allemaal hun eigen belangen en campagnes, willen namelijk in steden en dorpen ook groepen burgers bereiken. Dat kunnen zij echter wel willen, maar zij beschikken simpelweg niet over de benodigde kennis en netwerken en die kunnen zij die ook niet opbouwen. Hoe is het dan in hemelsnaam mogelijk dat geprofessionaliseerde natuur- en milieuorganisaties op het lokale niveau vrijwel afwezig zijn? Natuurlijk, er zijn onder meer binnen lokale Milieudefensie-afdelingen tal van mensen actief. Zij doen meestal uitstekend werk en worden vanuit landelijke bureaus ondersteund. Het gaat daarbij vaak om betrokken en lokaal deskundige, maar druk bezette vrijwilligers, die ook zo weer kunnen verdwijnen. Bovendien is het aantal onderwerpen waar zij zich me bezig kunnen houden beperkt. Wil je lokaal daadwerkelijke invloed hebben dan kan dat tegenwoordig simpelweg niet zonder te kunnen beschikken over een stevige organisatie en dus over continuïteit. Over een lokaal gewortelde organisatie met medewerkers die naast kennis ook de tijd hebben om zich te verdiepen in en manifesteren op alle brede terreinen die wat duurzaamheid betreft van groot belang zijn: bouwen, energie, mobiliteit, natuur en water. Allemaal terreinen gekenmerkt door dynamische ontwikkelingen die vaak met elkaar samenhangen. Een dergelijke organisatie kan burgers die lokaal actief zijn de broodnodige ondersteuning geven en actief zijn op de vele onderwerpen die burgers raken maar die buiten landelijke campagnes vallen. Lokale schakel Om daadwerkelijk lokaal aanwezig te kunnen zijn, moet de milieubeweging weer ‘terug naar de basis’. Dat kan bijvoorbeeld door vanuit provinciale milieufederaties goed bemenste regionale steunpunten op te zetten en grootstedelijke milieucentra te regionaliseren. Uitgaande van zestig centra die alle regio’s bedienen, met ieder een budget van gemiddeld vijf ton, kost dat krap twee euro per inwoner. Dat is ‘peanuts’ vergeleken met het belang daarvan. De subsidies die nu, o.a. via SenterNovem, onterecht naar het bedrijfsleven gaan, kunnen dit bekostigen. Daarnaast kunnen medewerkers bij landelijke en provinciale natuur- en milieuorganisaties, aangesteld om burgers te bereiken en te ondersteunen, naar die steunpunten overgeheveld worden. Overheden plus een aantal fondsen kunnen tenslotte het tekort aan middelen aanvullen. Milieubeleid dat wérkt, kan niet zonder die onmisbare lokale schakel. Op lokaal niveau moet veel Europees en nationaal beleid handen en voeten krijgen en zonder beweging en draagvlak onder burgers zullen we er niet in slagen de wereldwijde milieucrisis in te dammen. De slagzin ‘Denk mondiaal, handel lokaal’ heeft nog niets aan waarde ingeboet. Maar andersom geldt net zo goed: denk vanuit de lokale situatie en schaal dat op naar regionaal, provinciaal, nationaal, Europees en mondiaal niveau. Daar is al een mooie term voor: Frans van der Steen is directeur van het Haags Milieucentrum. www.haagsmilieucentrum.nl De laatste dagen van Shishmaref Op Shishmaref, een klein eiland voor de westkust van Alaska, ondervinden de bewoners de gevolgen van klimaatverandering aan den lijve. Door stijgende temperaturen in het najaar bevriest de omringende zee pas na de jaarlijkse herfststormen. De sterke golfslag die deze stormen veroorzaken, beukt in op de kusten van het eiland. Elke herfst brokkelt er daardoor weer een stuk van het eiland af. De bodemstructuur van het eiland wordt aangetast doordat de permafrost smelt. Waarschijnlijk is het smalle eiland over tien jaar helemaal verdwenen. Een documentaire, tentoonstelling en fotoboek brengen de strijd en dilemma’s van de inwoners van Shishmaref in beeld. The last days of Shismaref van Jan Louter is een documentaire over drie Inupiaq families op het eiland waarvan de traditionele levenswijze ten einde loopt. De film laat het leven op het eiland zien in deze voor de gemeenschap moeilijke en spannende tijden. Ze hebben besloten om naar het vasteland te verhuizen, maar de verschillende generaties denken anders over hun nabije toekomst. De jongeren willen graag naar een locatie dichter in de buurt van de grote steden in Alaska, terwijl de ouderen de voorkeur geven aan een verlaten plek waar zij hun traditionele levenswijze kunnen voortzetten. Fotografe Dana Lixenberg reisde mee met de filmploeg en maakte portretten van de bewoners, het landschap en de interieurs van de huizen in Shishmaref. De foto’s worden in boekvorm en als tentoonstelling uitgebracht. In de tentoonstelling worden ook fragmenten uit de documentaire, actuele videologs door bewoners van Shishmaref en historisch beeldmateriaal verwerkt. De tentoonstelling is van 9 november tot en met 23 december te zien in LPII/Las Palmas in Rotterdam. Het boek wordt uitgegeven door Veenman Publishers. De film The last days of Shisfmaref is vanaf 9 oktober in de bioscopen te zien. Op de website www.shishmaref.nl worden de komende jaren videoboodschappen van de bewoners van Shishmaref toegevoegd, waarmee zij de geschiedenis van hun eiland en van hun verhuizing vastleggen. Televisie Energie in overvloed Elk halfuur valt er genoeg zonlicht op aarde om de wereld een jaar lang van energie te voorzien. Waar komt dan het dreigend energietekort vandaan, onze afhankelijkheid van schurkenstaten en het nijpende klimaatprobleem? En hoe komen we er weer van af? Waarom heeft de auto-industrie niets gedaan met de al decennia bestaande technologie om auto’s zuiniger te laten rijden? Hoe zonnig zien de Nederlandse energiescenario’s er uit? Deze vragen stelt het VPRO-programma Tegenlicht in een reeks over Energie in overvloed. Energie in overvloed, in oktober nog drie afleveringen op Nederland 2 bij de VPRO. Film Cinekid Cinekid, het jaarlijkse festival voor film, tv en nieuwe media voor kinderen vindt plaats van 19 tot en met 26 oktober in Amsterdam en van 11 tot en met 26 oktober in heel Nederland. Naast talloze andere films kun je er kijken naar Mia en de Migou, een spannende animatiefilm met een ‘ Al Gore achtige boodschap’ en vreemde wezens: de Migous. Of naar een Noorse thriller voor acht jaar en ouder, over zeehondjes en drugssmokkel: SOS kleine zeehond. www.cinekid.nl Luie meisjes “Wie wast er nu de modder van organisch, plaatselijk geteelde groenten en fruit, als je die ook keurig schoon en verpakt in de supermarkt kunt kopen?” De inleiding van Het Ecoboek voor Luie Meisjes is duidelijk: milieubewust leven is best wel een gedoe. De rest van het boek bestaat uit het bewijzen van het tegendeel. Auteur Anita Naik is niet de enige die deze benadering kiest. Ook Groen is het nieuwe zwart, voor de ‘groene’ modeliefhebber, gaat er van uit dat niemand op zijn shopgedrag wil letten en besteedt vervolgens een heel boek aan hoe dat wel te doen. Zelfs in Veggie in pumps staat dat de auteurs “geen depressief geitenwollensokkengezeur” willen. Ze vervolgen met een blij, kleurrijk verhaal voor een verantwoord en fabulous koopgedrag. Daarmee krijg je Luie Meisjes, fashionistas of glossy ladies in pumps blijkbaar wel om. Het is lastig, om als doorgewinterde groene lezer deze boeken niet zuchtend door te bladeren. Milieubewustzijn ‘light’, lekker blijven consumeren, daar hebben we een broertje aan dood. Toch valt iets op. Allemaal zeggen de auteurs dat het zo makkelijk is om groen te leven. Maar als je alles zou doen wat de auteurs je aanraden, ben je wel even bezig. Veggie in pumps en het Luie meisjesboek tellen meer dan tweehonderd pagina’s. Groen is het nieuwe zwart telt zelfs meer dan driehonderd pagina’s en bevat recepten en zelfmaakpatronen. Alledrie de boeken hebben hoofdstukken over wonen, reizen, cosmetica en zo meer. Veggie in pumps heeft recepten voor eten en cosmetica en een ouderwetse seizoensgroentenkalender. En juist het Luie meisjesboek is een diarree van tips en lijstjes, van grijswatergebruik tot duurzaam sparen, inclusief de terugkerende vraag of je alles wel zo nodig hebt. Al zijn ze steeds alomvattender, toch zijn ze niet allemaal even nuttig, die ecodamesboeken. In het modeboek, maar vooral het Luie meisjesboek staan weinig Nederlandse voorbeelden (Australische ekokeurmerken, Engelse kledingwinkels; daar hebben we niet veel aan). Het Luie meisjesboek is bovendien niet erg elegant vertaald. Termen als ‘organisch’ voor ecologisch, ‘zware gebruikers’ voor grootverbruikers, ‘ecovriendelijk’ voor milieuvriendelijk lijken een te letterlijke vertaling van het Engels (organic, heavy users, ecofriendly). Het fullcolor Veggie in pumps is het mooist en heeft de meeste Nederlandse adressen. Het boek over kleding is op modegebied wel een toevoeging; ‘vintage’ is tenslotte ook echt een stijl. Echt veel verder dan lifestyle en verantwoord consumeren gaan de boeken niet. Maar neem je de tips allemaal serieus, dan is geen van de boeken voor hele luie meisjes. Annemarie Opmeer Veggies in pumps, gids voor een ecofabulous leven. Lisette Kreischer en Merel van der Lande, Artemis &Co, 2008. ISBN 978 90 472 0046 8. 224 p, €17,95. Groen is het nieuwe zwart, verander de wereld met stijl. Tamsin Blanchard. Karakter, 2007/2008. ISBN 978 90 6112 896 0. 311 p, €17,95. Het ecoboek voor luie meisjes. Truth & Dare/FMB, 2008. ISBN 978 90 499 9890 5. 211 p, €14,95. Rara hoe kan het? Toeval? Dat kan haast niet. Nog geen maand na de val van Wijnand Duyvendak ligt een nieuwe editie van Rara wie ben ik? in de winkel. Dit boekje over ‘de verborgen jaren’ van Duyvendak verscheen voor het eerst in 2003. Middels een aaneenschakeling van halve waarheden, verdachtmakingen en vage beschuldigingen probeert ‘onderzoeksjournalist’ Peter Siebelt - hofleverancier van de Telegraaf – aan te tonen dat Duyvendak echt de grote man was achter Rara. En eigenlijk achter alle grote acties van de afgelopen dertig jaar. Wijnand Duyvendak – De verborgen jaren. Peter Siebelt. Contour 2008. ISBN 978-90-5911-789-1. Paperback, 154 pag. € 14,95. Economie en milieu Economische groei schadelijk voor het milieu? Volgens de econoom Ed Lof is dit een misverstand. Economie gaat net als ecologie over zorgvuldig gebruik van schaarse hulpbronnen. Waar dat niet gebeurt, is dat doorgaans te wijten aan de neiging van de politiek om speciale belangen te ontzien, waardoor de markt zijn werk niet kan doen en de vervuiler niet betaalt. Dat is onverstandig, meent Lof. Milieu- en klimaatbeleid kunnen alleen effectief zijn wanneer ze gebaseerd zijn op een nuchtere en realistische afweging van kosten en baten. Groei en bloei – Economie is goed voor het milieu. Ed Lof. Nieuw Amsterdam, 2008. ISBN 978-90-4680447-6, Paperback, 224 pagina’s, € 17,95. Duurzaam bouwen De bouwsector aarzelt nog teveel met duurzaam bouwen. Onterecht meent Anne-Marie Rakhorst, want met duurzaam bouwen valt snel en doeltreffend winst te behalen. In ecologisch en maatschappelijk, maar zeker ook in economisch opzicht. In De winst van duurzaam bouwen maakt ze aan de hand van voorbeelden van duurzame vastgoedontwikkelingen in binnen- en buitenland duidelijk dat de tijd van energieverslindende gebouwen voorbij is. De tijd is gekomen dat vastgoed zelf energie opwekt, lucht en water zuivert, en afval benut voor de opwekking van energie. De winst van duurzaam bouwen. Anne-Marie Rakhorst. Search, 2008. € 29,95. Brieven De redactie houdt zich het recht voor brieven te selecteren en in te korten. Het magazine verschijnt ook op internet. Reageren kan via e-mail: [email protected], of per post: postbus 19199, 1000 GD, Amsterdam. Wientjes Bernard Wientjes stelt in de vorige Milieudefensie Magazine (#9) dat er geen maatschappelijk draagvlak is voor Milieudefensie. Ik vind dat zijn veronderstelling kant nog wal raakt en daardoor zelf geen draagvlak heeft. Het is natuurlijk voorspelbaar dat als je een persoon interviewt die van nature niet in milieu, of iets wat er maar een beetje op lijkt, geïnteresseerd is, er niets zinnigs uitkomt. Hij spreekt zelfs nooit met milieumensen, onder het verweer dat zij dat ook niet willen. De door hem gekenschetste tweedeling is gelukkig niet stereotiep voor de vele wel goedwillende werkgevers. Ik maak het kort, want meer tijd aan deze meneer besteden is verspilling van energie en beschadigt het milieu. Nogmaals, ik ben blij dat er organisaties zijn die tegen de stroom in durven roeien, dit zonder winstbejag en met als enige doel een leefbare aarde voor iedereen…Ook voor Bernard Wientjes. Meeuwis Opmeer, Heinenoord. Regionalisering Ik ben erg blij met het opiniestuk Regionalisering als kans in de vorige Milieudefensie Magazine (#9). Het verheugt mij dat er een groep mensen met deze visie bezig is en ik hoop dat meer mensen zich hier in herkennen. Wanneer grenzen gerespecteerd worden is iedere regio, rijk of arm, in staat zijn eigen economie op te bouwen. Het kan niet zo zijn dat het economisch heil van het zuiden ligt in het ondersteunen van het noorden in zijn ongebreidelde consumptie. De zuidelijke landen moeten hun eigen regionale economie opbouwen, hun eigen kracht vinden en niet slechts de leverancier van het noorden spelen. Door haar natuurlijke bronnen te verkwisten aan het noorden verliest het zuiden alle kans om zelf tot ontwikkeling te komen. Ook het noorden moet regionale autonomie verkrijgen voor wat betreft de basisbehoeften. Tot die tijd zal de geo-economische realiteit bepaald worden door machtsmisbruik door de rijken ten koste van de armen. Regionalisering maakt een einde aan economisch imperialisme, het machtsmisbruik van onze tijd. Wat nodig is, is evenwicht, en dat wordt bereikt door het eigen ‘organisme’ zelfstandig en levensvatbaar te maken. Een gezond organisme is in dynamische interactie met de omgeving, maar ‘leunt’ niet op een ander voor steun. Ditzelfde geld voor regio’s en landen. Dat betekent wel dat enkele van de zakken met goud, die het noorden op zijn rug draagt, afgeworpen moeten worden. Bart Schouten, Purmerend. Nogmaals brandnetelkleding In het het zomernummer (#6/7) van Milieudefensie Magazine trekt Bob Crébas van leer tegen mijn kritiek op de column van Vincent Bijlo over brandnetelkleding (MDM # 5). Die kritiek betrof het op één hoop gooien van ecologisch en sociaal verantwoord ondernemen, temeer daar ze in het concrete geval van de brandnetelkleding geen van beiden gewaarborgd zijn. Het was niet mijn bedoeling de kleding als zodanig af te branden. Zoals ik al schreef: alle begin is moeilijk en Bob Crébas probéért tenminste iets. Mogelijk klopten mijn cijfers niet helemaal – als dat zo is: excuses; ik heb de cijfers die in het gesprek genoemd werden indertijd niet opgeschreven omdat het geen interview betrof – maar het blijft een feit dat momenteel noch ecologische, noch sociale criteria zijn gewaarborgd bij de productie van brandnetelkleding. Helderheid hierover komt naar mijn mening de geloofwaardigheid van het product, én van de poging uiteindelijk een verantwoord product te maken ten goede. Tot slot: de meisjes in China. Of in Indonesië, Bangladesh, Bulgarije, Madagascar, El Salvador. Dat zij een inkomen verdienen aan mijn camera of aan de spijkerbroek die ik draag is prima, het is alleen zo lullig dat ze zeven twaalf-uurse werkdagen per week moeten maken, omdat van de prijs die ik voor mijn broek betaal maar één tot vijf procent bij hen terecht komt. Dat hun pogingen zich te organiseren worden beantwoord met ontslag. Daarover heb ik het, als het gaat over ‘eerlijke verhoudingen in de globale economie’. Ik heb niet beweerd dat de brandnetelkleding wordt gemaakt in China. Mijn punt is dat vaagheid over maatschappelijk verantwoord ondernemen de slachtoffers van onrechtvaardige economische verhoudingen geen steek verder helpt. Liesbeth Sluiter, Amsterdam Klimaathelden in Arnhem Directe aanleiding voor Nicole Klein Middelink om lid van Milieudefensie te worden was, opvallend genoeg, een demonstratie van Greenpeace tegen de kernproeven op Mururoa. Inmiddels is zij al twaalf jaar actief lid van Milieudefensie Arnhem. “Onze groep is nogal wisselend in grootte”, vertelt zij, “maar bij de meeste acties werken we sowieso samen met andere groepen.” Momenteel voeren ze samen met de Vogelwerkgroep Arnhem actie voor Meinerswijk-Stadsblokken. Het unieke groene hart van Arnhem moet behouden blijven en een aaneengesloten natuurgebied worden. De samenwerking zet zich voort in de Arnhemse klankbordgroep Natuur en Milieu. In deze klankbordgroep zitten de groene organisaties van Arnhem. Ze wisselen kennis uit en schrijven vaak een gezamenlijke reactie naar de gemeente. “We hebben gemerkt dat snelle en duidelijke communicatie naar de mensen heel belangrijk is”, vertelt Riemer Broekhuisen, de vriend van Nicole en sinds vier jaar actief bij Milieudefensie Arnhem. “Als iemand een mailtje stuurt, reageren we snel. Toen we een mailtje kregen over bomenkap hebben we dat direct naar onze klankbordgroepleden gestuurd. Twee dagen later had de voorzitter van de klankbordgroep al actie richting gemeente ondernomen.” Onder de afwas Eind vorig jaar liep het aantal actieve leden terug. Nicole en Riemer bleven met zijn tweeën over.“We konden vergaderen onder het afwassen.” En dat terwijl ze in november waren genomineerd voor de vrijwilligersprijs. Ze lieten zich niet kisten, sloten zich aan bij de landelijke klimaatkaartactie van Milieudefensie en plaatsten een bord ‘CO2 te hoog’ bij een drukke verkeersweg. De Gelderlander schreef er een artikel over.“Dat was stimulerend om nieuwe leden te vinden.” Februari jl. organiseerden ze een ledenwerf-actie. Met een bijdrage uit de landelijke Milieudefensie actiepot werd een middag georganiseerd in het Focus Filmtheater. Er kwamen veel mensen op af én de middag leverde de gewenste nieuwe leden op. “Wij proberen er op te letten dat het een positieve groep blijft. Bij nieuwe leden is het belangrijk om op dezelfde golflengte te zitten, daarom komen nieuwe leden eerst in de hand en spandiensten groep.” Enkele groepsleden wonen in de Arnhemse ecowijk Sint Marten-Sonsbeekkwartier. Deze wijk had een jaar geleden een weddenschap met de gemeente afgesloten dat ze in een jaar tijd 12 duizend kilo plastic en blikken verpakkingsafval zou verzamelen. Met 14.266 kilo won de wijk, stichting Nedvang schonk een wijkfeest voor deze prestatie. “Voor ons was dat de ideale plek om met een Milieudefensie stand te gaan staan. Verkleed als klimaatheld hebben we 135 handtekeningen opgehaald. Het werkte heel erg goed. We zijn met heel veel mensen op de foto gegaan. Eén ervan was minister Cramer. Ze staat niet achter de Klimaatwet maar ging wel met onze klimaatheld op de foto!” Op verschillende plaatsen heeft de groep klimaatkaartjes verspreid, waaronder de bibliotheek. “Gewoonlijk staan we daar eens per maand voor Earth Alarm. We hebben dan echt tijd voor een gesprek en mensen kunnen ons hier op een vaste plek vinden.” Deze maand staan ze er als klimaathelden. “De DRENTHE Milieudefensie Oosterhesselen Kina Mekkes 0524 552 317 Milieudefensie Westerveld Martje Verf 0521 342 814 FLEVOLAND Milieudefensie Dronten Bram van Veelen 0321 332 108 Milieudefensie Lelystad Lucia Kreuger 0320 227 164 FRIESLAND Milieudefensie Damwoude Hanneke Scheper 058 2651 644 Milieudefensie Leeuwarden Jelly van der Meer 058 2128 874 Milieudefensie Opsterland Zwana de Vries Milieudefensie Sneek Jildou Verhoeff Milieudefensie Terschelling Fred van Elburg 0562 449 338 GELDERLAND Milieudefensie Arnhem Nicole Klein Middelink www.arnhem.milieudefensie.nl 026 3790 194 Milieudefensie Barneveld Lia Emous 0342 422 383 Milieudefensie Bommelerwaard Wies Jongsma 0418 552 225 Milieudefensie Culemborg Han Horstink www.culemborg.milieudefensie.nl 0345 533 097 Milieudefensie Duiven Rennie en Jan Verhagen 0316 263 177 Milieudefensie Heumen Betty Jansen-Osborne 024 3580 197 Milieudefensie Nijmegen Alex de Meijer 024 3561 778 Milieudefensie Tiel Gerard Klein Poelhuis 06 1083 1321 Milieudefensie Wageningen Lenny Putman Milieudefensie Zutphen Rob Gort 0575 513 346 GRONINGEN Milieudefensie Eemsdelta Henk Dorrestijn http://www.groningen.milieudefensie.nl/eemsdelta/ 0596 680 363 Milieudefensie Groningen Ton Bötticher www.groningen.milieudefensie.nl 050 3144 588 Milieudefensie Hoogezand-Sappemeer Bert Lesterhuis 0598 391 868 Milieudefensie Heerlen Alex Mans 045 5714 291 Milieudefensie Maastricht Jelle Vegt www.maastricht.milieudefensie.nl 043 3618 508 Milieudefensie Meerssen Els Derks-van der Wiel 043 3643 740 Milieudefensie Mook Peter Giesberts 024 6962 4 51 Milieudefensie Roermond Huug Stam 0475 325 816 Milieudefensie Sittard-Geleen Pascal Frissen 046 4744 175 Milieudefensie Swalmen Peter Schouten 0475 504 731 Milieudefensie Venlo Margreet van der Hel 077 3545 282 Milieudefensie Venray e.o. Paul Zwitserlood 0478 548 011 Milieudefensie Weert Hilda Helsdingen-Mulder 0495 561 982 Milieudefensie Amsterdam-West F.J. Borias www.bpnee.nl NOORD-BRABANT Bossche Milieugroep Gideon van Eggelen www.bosschemilieugroep.nl 073 6141 047 Markkant/Milieudefensie Breda-Ulvenhout Rinus Wisse 076 5613 128 Milieudefensie Bergen op Zoom Jolanda de Krom 0164 245 889 Milieudefensie Bergeyk Paula Heesterbeek 0497 575 207 Milieudefensie Geldrop-Mierlo Henk Heijns www.geldrop.milieudefensie.nl 040 2863 034 Milieudefensie Oosterhout Ronald Kalwij 0162 435 769 Milieudefensie Son en Breugel Karel Westerling www.dse.nl/mdson 0499 472 174 Milieudefensie Uden Theo van den Heuvel 0413 365 680 Milieudefensie Vught Elly Vermaat www.nmvught.nl 073 6566 402 Milieudefensie Woensdrecht Dick Maat 0164 610 599 NOORD-HOLLAND Milieudefensie Amstelveen Gabriël de Vré 020 6433616 Milieudefensie Haarlem Theo Vermeij www.haarlem.milieudefensie.nl 023 5357 480 Milieudefensie Haarlemmermeer Gerda Roset 023 5613 610 Milieudefensie Heemskerk Joke Hoobroeckx 0251 232 155 Milieudefensie Heerhugowaard Afra Stoop 072 5741 248 Milieudefensie Heiloo Harry Elzinga 072 5331 264 Milieudefensie Uitgeest Janet van Braam 0251 315 594 Milieudefensie Waterland Peter van der Stelt 0299 439 527 Milieudefensie Zaanstreek Hans Mandjes 06 4836 3237 Milieudefensie Zwaagdijk Theo Weppner 0229 572 529 OVERIJSSEL Milieudefensie Deventer Martin Hoek 0570 616141 Milieudefensie Elburg Annie Groothuis 0525 651 892 Milieudefensie Enschede Marita Leeuwerink www.twente.milieudefensie.nl 053 4331 500 Milieudefensie Hardenberg Bert Bakker 0523 266 106 UTRECHT Milieudefensie Abcoude Moon Wolters 0294 285 736 Milieudefensie Bunnik Fekko Snater 030 6561 809 Milieudefensie De Bilt Theo Fijn 030 2287 913 Milieudefensie Nieuwegein Rene Verbrugge 030 6031 679 Milieudefensie Rijsenburg Fons Dekkers 0343 533 076 Milieudefensie Soest Bam van Bartheld-Nijst 035 6021 465 Milieudefensie Utrecht Ron Zeefat Milieudefensie Veenendaal Johan Overvest www.veenendaal.milieudefensie.nl 0318 543 186 Milieudefensie Vianen Johan Neve 06 1020 2900 Milieudefensie Zeist Paula Stoelinga 030 2286 351 ZEELAND Milieudefensie Haamstede Jozefien van Tonkeren 0111 653 854 Milieudefensie Alphen a/d Rijn Wil Klaassen 0172 426 130 ZUID-HOLLAND Milieudefensie Capelle a/d IJssel Bart van der Waal 010 4504 146 Milieudefensie Delft Marit van Lieshout 015 2569 396 Milieudefensie Den Haag Bob Molenaar 070 3621 542 Milieudefensie Dordrecht Suzan Munning 078 6170 758 Milieudefensie Gouda Wim Vasbinder www.gouda.milieudefensie.nl 0182 522823 Milieudefensie Hellevoetsluis Andra van der Loos 0181 325 211 Milieudefensie Hoeksewaard Ellen van der Hoek www.hetgroenecentrum.nl 0186 619 265 Milieudefensie Krimpen a/d Ijssel Ite Beerda 0180 519 335 Milieudefensie Leiden Willem van Leenhoff 071 5232 596 Milieudefensie Leiderdorp Edwin Brussee 071 5424 511 Milieudefensie Reeuwijk Mieke Groenendijk 0182 395 864 Milieudefensie Rotterdam Marco van Zelderen www.rotterdam.milieudefensie.nl 010 8403 453 Milieudefensie Scheveningen Ad van Hal 06 4612 1133 Milieudefensie Schiedam Fred van der Drift 010 4737 493 Milieudefensie Spijkenisse Maarten Alleblas www.milieugroepspijkenisse.nl 0181 621 084 Milieudefensie Voorschoten Gery van Nieuwkoop 071 5613 039 Milieudefensie Zoetermeer Mary Louw-Lalleman 079 3210 208 Milieudefensie Zoeterwoude Ruud Bouter www.geenzwethof.nl 071 5802 276 Milieudefensie Zwijndrecht Gerard Los 078 6192 681 De nop moet rollen Het Amsterdamse ruilnetwerk Noppes bestaat vijftien jaar. “Onze rol is nog lang niet uitgespeeld.” Joanne Alting “Ik rij een paar keer per week naar Utrecht en kan een passagier meenemen.” Maar ook zelfverklaarde kappers, of geestelijke én lichamelijke knijpers bieden op de Noppes-site hun diensten aan. Afrekenen kan met de 'noppes' die jij misschien vorige week verdiend hebt met het uitlaten van een hond of de verkoop van een buikspreekpop. “Een mens kan veel meer dan dat waar hij dagelijks zijn geld mee verdient”, is de overtuiging van Udgosh Hessel, coördinator en enige betaalde kracht van het ruilsysteem Noppes. Zes jaar geleden moest Noppes de digitale stap maken van krant naar internet. Hessel werd aangenomen om een automatiseringssysteem op te zetten. “Het had wat voeten in aarde om de oude Noppers, die met pijn de vertrouwde krant zagen verdwijnen, op internet te krijgen.” Maar de oude werkwijze was te arbeidsintensief. Voor elke transactie werd een check uitgeschreven, die vervolgens naar kantoor werd gebracht en daar verwerkt in een persoonlijk rekening- overzicht. Leuke contacten Na een hoogtepunt van ruim duizend leden in 2000 is Noppes op dit moment zeshonderd leden rijk. “Soms zijn het mensen die nieuw in de stad komen wonen. Dan is het een leuke manier om mensen te leren kennen. Of mensen die een poosje veel tijd over hebben”, vertelt Hessel. Een derde van de leden handelt heel actief, minimaal één transactie per maand. De laatste vrijdag van de maand is er altijd een borrel, geïnteresseerden kunnen dan sfeer komen proeven. Naast het kleine economische voordeel vinden leden het vooral ook gezellig en leuk om Noppes handeltjes af te spreken. “We zijn zo geconditioneerd in deze maatschappij dat je met één beroep je geld verdient. Dat je alleen daar produceert en verder alleen maar consumeert”, meent Hessel. “Maar er zijn heel veel diensten die in het reguliere circuit geen waarde vertegenwoordigen en binnen Noppes verhandelbaar zijn. We hebben er zelfs een woord voor ‘prosument’.” Lets Geld is volgens Hessel een vergaarmiddel geworden: hoe meer je oppot, hoe meer rente je krijgt en hoe rijker je wordt. Hij ziet meer in de oorspronkelijke functie van geld als ruilmiddel. De Local Exchange and Trade Systems, afgekort Lets, grijpen daarop terug. “Een ruilmiddelensysteem versterkt de lokale economie maar ook de lokale sociale verbanden, en de handeltjes die plaatsvinden vergen nauwelijks transport.” Lets is ooit begonnen in Canada in een stadje waar de bewoners hun inkomsten zagen verdwijnen nadat de mijnen werden gesloten. Een lokaal ruilsysteem kan economisch van vitale waarde zijn. Zodra mensen elkaar weer van dienst kunnen zijn gaat de economie weer draaien. Toen in Argentinië de economie instortte, hebben miljoenen mensen via eigen Let-systemen gehandeld en zo het hoofd boven water gehouden. Het ging om zulke grote stromen dat zelfs de maffia geïnteresseerd raakte en - hoe kan het ook anders - vervalste Lets in omloop bracht. Met vijftien jaar is Noppes klaar voor een toekomst met nieuwe leden, niet gek nu de Amerikaanse banken als dominostenen omvallen. www.noppes.nl