Te weinig borstvoeding - Streekziekenhuis Koningin Beatrix

advertisement
Kindergeneeskunde
Te weinig borstvoeding
Inleiding
Deze folder geeft u informatie over de oorzaken van te weinig borstvoeding en wat
u daar zelf aan kunt doen. De folder is zowel bedoeld voor moeders die de hele
dag hun kindje aan kunnen leggen, als voor de moeders waarvan de baby te klein
of te ziek is om elke voeding zelf uit de borst te drinken.
Algemeen
In elke borst liggen de melkklieren in trosjes rond een aantal melkkanaaltjes.
Deze monden in de tepel uit. Spiercellen die zich om de melkklieren heen bevinden
zorgen ervoor dat de melk naar voren gebracht worden.
Twee hormonen spelen een belangrijke rol bij de regulatie van de melkproductie:
prolactine en oxytocine. Prolactine zorgt voor de aanmaak van moedermelk,
oxytocine zorgt ervoor dat de opgeslagen melk naar voren wordt gestuwd.
De kwaliteit van moedermelk is altijd goed. In de loop van de voeding verandert de
melk enigszins van samenstelling. Het vetgehalte neemt toe naarmate de borst
leger raakt. De laatste beetjes voeding: de achtermelk, leveren dus een groot
aandeel in de energievoorziening.
Vraag en aanbod
De melkproductie wordt bepaald door vraag en aanbod: hoe meer de baby drinkt,
hoe meer melk er wordt gemaakt. Als de baby aan de borst drinkt, krijgen je
hersenen een seintje om prolactine en oxytocine aan te maken. Het kan een aantal
weken duren voordat vraag en aanbod op elkaar zijn afgestemd.
Twijfels
Bijna iedere voedende moeder denkt wel eens dat ze niet genoeg melk heeft.
Soms is dat zo, maar vaak blijkt deze twijfel ook onterecht. Er kunnen verschillende
aanleidingen zijn voor bezorgdheid over de melkproductie:
• Het gespannen gevoel in de borsten van de eerste dagen is weg. De borsten
voelen zachter aan, lekken minder en zijn kleiner. Dit is normaal. De borsten
hebben zich aangepast aan de vraag van de baby.
• De melk ziet er anders uit. Rijpe moedermelk ziet er wateriger en dunner uit
dan colostrum (de melk van de eerste dagen), maar is prima van kwaliteit.
• De zuigbehoefte van de baby is groter. Een baby die na de borstvoeding blijft
zoeken naar de borst of de vuistjes, heeft waarschijnlijk een grote zuigbehoefte.
• De baby drinkt sneller. Rond een maand of drie drinkt de baby vaak sneller en
korter dan daarvoor. Op deze leeftijd blijken baby’s veel efficiënter te kunnen
drinken, ze kunnen in vijf tot tien minuten een volledige voeding drinken.
• De baby is snel afgeleid. Baby’s zien rond de leeftijd van drie maanden
evenveel als een volwassene, zodat de aandacht voor de omgeving soms veel
groter is.
• De baby groeit minder hard dan voorheen. Na de (forse) groei van de eerste
drie maanden, ziet men daarna vaak een afvlakking van de groeicurve bij
borstgevoede baby’s.
1/5
Voldoende voeding?
Vanzelfsprekend is regelmatige controle door het consultatiebureau of andere arts
belangrijk. Waar kunt u zelf op letten om te beoordelen of de baby voldoende
voeding krijgt?
• De baby drinkt minstens 7 á 8 keer per dag. Meer mag wel, veel baby’s hebben
ook ‘s nachts behoefte aan voeding.
• Tijdens het drinken hoort u de baby ritmisch slikken of klokken.
• De borsten voelen na het voeden soepeler aan dan voor het voeden.
• Na de eerste week behoort een baby niet meer af te vallen. Bij frequent voeden
is een baby weer op zijn geboortegewicht na 2 weken.
• De eerste maanden komt een baby gemiddeld 100 tot 200 gram aan per week.
• De baby is alert en tevreden.
• De baby heeft regelmatig, ongeveer 5 maal per dag, een natte luier.
• De frequentie van de ontlasting kan erg variëren. Globaal genomen is 7 maal
per dag tot 1 maal per 7 dagen, en alles wat daar tussen zit, normaal.
De ontlasting is vaak geel van kleur en kan dun tot breiig zijn.
Oorzaken van te weinig moedermelk
Er zijn verschillende oorzaken te noemen waardoor je mogelijk te weinig melk hebt.
Als de baby niet goed aangelegd wordt, kan hij niet effectief drinken, en daardoor
te weinig melk binnenkrijgen. De aanmaak van melk wordt dan ook minder
gestimuleerd.
De toeschietreflex kan minder goed werken. Dit kan zijn door stress en
vermoeidheid, door pijnlijke tepels of een (dreigende) borstontsteking. Ook door
roken of alcoholgebruik wordt de toeschietreflex beïnvloed.
Mogelijk wordt de aanmaak van melk te weinig gestimuleerd, doordat de baby niet
vaak genoeg wordt aangelegd, of doordat er niet vaak genoeg gekolfd wordt.
Stimuleren van de melkproductie
Als de melkproductie is teruggelopen zijn er mogelijkheden om deze opnieuw te
stimuleren:
• Vaker voeden. De baby vaker voeden is de belangrijkste manier om de
melkproductie op te voeren. Door de borsten vaak te legen worden de
melkklieren gestimuleerd om meer melk te produceren. Om de melkproductie
snel op te voeren kun je overdag de baby het beste om de 2 uur aanleggen en
‘s nachts op vraag.
• Vaker kolven. Mocht uw baby in het ziekenhuis verblijven, dan kan de
frequentie van het kolven opgevoerd worden. Houd wel rekening met de tijden
dat de baby eventueel in het ziekenhuis bij u aan de borst drinkt. Het is niet
verstandig om binnen twee uur voor de tijd dan te kolven. Vraag de
verpleegkundige ook om de folder “Afkolven van moedermelk”.
• Beide borsten geven per voeding. Het is beter om beide borsten per voeding
aan te bieden. Op deze manier worden beide borsten gestimuleerd.
• Wisselen van borst. Het kan helpen om de baby per voeding meerdere keren
uit dezelfde borst te laten drinken. Zodra de baby niet meer actief uit de ene
borst drinkt, bied dan de andere aan en wissel daarna nog een keer om. Soms
moet u de baby stimuleren door hem tussentijds te verschonen of enkele
kleertjes uit te doen.
• Zorg voor een rustige omgeving om te voeden of te kolven: leg de telefoon van
de haak, zorg dat u prettig en comfortabel zit. Neem wat te drinken.
Een warmtekompres en wat massage kunnen helpen. Eventueel kunt u een
neusspray met oxytocine gebruiken om de toeschietreflex te stimuleren.
Dit kunt u overleggen met de huisarts.
2/5
•
•
•
Zorg dat u voldoende drinkt. Per dag heeft u minimaal 1½ liter vocht nodig,
waarvan ongeveer 500 ml aan zuivelproducten, in de vorm van melk, yoghurt of
kwark.
Zorg voor voldoende rust. Het is bekend dat stress en vermoeidheid ook een
rol spelen bij de melkproductie.
Nakolven. Als de baby slecht gedronken heeft kan de melkproductie ook
gestimuleerd worden door na de borstvoeding te gaan kolven.
Andere oorzaken van te weinig melk
• Vaste voeding. Als borstgevoede kinderen vaste voeding krijgen vóór ze zes
maanden zijn, drinken ze minder borstvoeding. De vaste voeding neemt de
plaats in van de borstvoeding en daardoor loopt de melkproductie geleidelijk
terug. Als dit proces te snel gaat, kunt u tijdelijk een hapje vervangen door een
borstvoeding of eerst de borst geven en daarna pas vaste voeding.
• De gezondheid van de moeder. Als u ziek bent, vooral als u hoge koorts hebt
of moet braken, zult u meestal (tijdelijk) te weinig melk hebben. Zorg voor
voldoende drinken en rust en probeer vaker te voeden. De kwaliteit van de
moedermelk is nauwelijks afhankelijk van de voeding van de moeder.
Voor uw eigen conditie is het verstandig om goed en gevarieerd te eten en
voldoende te drinken.
• De pil. Anticonceptiemiddelen die zowel een oestrogeen als een progestageen
bevatten, zoals de combinatiepil, hebben nadelige invloed op de melkproductie.
Overleg met de huisarts welke pil het meest geschikt is in uw situatie.
• Medicijnen. Het gebruik van sommige medicijnen kan de melkproductie
verminderen. Het is daarom belangrijk dat uw art en/of apotheker weet dat u
borstvoeding geeft, zodat er rekening kan worden gehouden met het
voorschrijven van medicijnen.
Huismiddeltjes
Vaak worden er allerlei huismiddeltjes aangeraden om de melkproductie te
stimuleren. Men adviseert bijvoorbeeld het drinken van donker bier of bepaalde
kruidenthee, of het eten van noten (cashewnoten, paranoten), havermout,
anijszaad, boekweitzaad, dille, marjolein, oregano, basilicum en komijnzaad.
Salie en selderij zouden juist een verlaging van de melkproductie tot gevolg
hebben. De effectiviteit van al deze middelen is echter nooit wetenschappelijk
aangetoond. Houd rekening met het feit dat van alles wat u eet of drinkt uiteindelijk
sporen in de melk terecht kunnen komen. Zo bevat donker bier alcohol, wat ook in
de borstvoeding terecht komt.
Volwaardige voeding, voldoende drinken, voldoende rust, en vaker aanleggen of
kolven zijn de belangrijkste aandachtspunten om de melkproductie te stimuleren!
3/5
Goed voor uzelf zorgen
Nog wat tips om ervoor te zorgen dat u zelf voldoende rust en voeding krijgt:
•
U kunt een rusttijd vermelden op het geboortekaartje
•
Een kraamfeest organiseren: voordeel: alle visite in één keer
•
Geniet van het voeden. Probeer het een rustpunt voor uzelf te laten zijn.
•
Neem de tijd om zelf even rustig te liggen of te zitten als de baby slaapt.
•
Eet regelmatig.
•
Drink voldoende, twee à drie liter per dag. U drinkt te weinig als uw urine
donker van kleur is en sterk ruikt.
•
Maak er een gewoonte van om tijdens elke voeding of het kolven wat te drinken
en/of te eten.
•
Maak gebruik van alle hulp die u wordt aangeboden zoals boodschappen doen,
stofzuigen, strijken.
Adressen
• Thuiszorgwinkel van Sensire, Beatrixpark 1, Winterswijk
• Medela Benelux BV, Leverancier kolfapparaten, 0492 - 36 24 23
www.medela.nl
• Avent borstkolven, www.aventbaby.com/nl (leverancier borstkolven)
• Borstvoedingspraktijk, Marjo Stapelbroek, Scholeksterstraat 4, 7132 DH
Lichtenvoorde. T 06 – 151 314 12. Bereikbaar op dinsdag en donderdag van
11.00 tot 11.30 uur
• La Leche Leaque, Lactatiekundige, www.lll.borstvoeding.nl
• Belangenvereniging Borstvoeding Natuurlijk, www.vbn.borstvoeding.nl
• www.borstvoeding.nl
Tot slot
Mocht u na het lezen van deze informatie nog vragen of opmerkingen hebben, dan
kun u zich wenden tot de verpleegkundigen van de vrouw-kind-eenheid en de
afdeling Neonatologie. T 0543 54 44 98 of 0543 54 44 95.
Geheimhouding en recht op privacy
Alle medewerkers van ons ziekenhuis, dus ook artsen en verpleegkundigen,
hebben een geheimhoudingsplicht. Alleen als u toestemming geeft, mogen zij
gegevens aan derden verstrekken. Degenen die bij de behandeling van uw kind
betrokken zijn, mogen onderling gegevens opvragen en uitwisselen als dat voor de
behandeling van uw kind nodig is.
Het recht op privacy houdt nog meer in. Alle (para)medische, verpleegkundige en
verzorgende handelingen moeten worden uitgevoerd zonder dat anderen dat
kunnen zien. Een vertrouwelijk gesprek met een zorgverlener dient in een aparte
ruimte gevoerd te worden. Wij doen ons best om deze afspraken na te komen.
Meer informatie staat in de folder ‘De rechten en plichten van de patiënt’
verkrijgbaar op de afdeling.
4/5
Adresgegevens SKB
Streekziekenhuis koningin Beatrix
Bezoekadres:
Beatrixpark 1
7101 BN Winterswijk
Postadres:
Postbus 9005
7100 GG Winterswijk
T 0543 54 44 44
F 0543 52 23 95
E-mail [email protected]
Website www.skbwinterswijk.nl
_________________________________________
foldernummer: kin 485 versie februari 2012
5/5
Download