Welke eisen gelden voor goede muziekjournalistiek? Muziekjournalistiek is een tak binnen de journalistiek die vaak over het hoofd wordt gezien in mediakritisch onderzoek. Toch is het de droom van veel journalisten om zich alleen maar met hun grote passie muziek bezig te mogen houden. Helaas gaat het niet erg goed met de muziekjournalistiek en zijn de banen schaars. De oplage van muziekblad OOR wordt steeds kleiner, in de krant heeft het onderwerp een zeer beperkt aantal pagina’s en er zijn een groot aantal (gratis te lezen) blogs over muziek te vinden. De muziekindustrie dreigt hierdoor meer invloed te krijgen op de inhoud van de stukken: zij geven bij de nieuwe albums die klaar staan om gerecenseerd te worden een persbericht mee aan de muziekjournalisten, die de verleiding moeten weerstaan hem te kopiëren. Hoe veel invloed heeft dat op het stuk als de journalist niet veel tijd heeft om de plaat fatsoenlijk te beluisteren? Hoe onafhankelijk is muziekjournalistiek? En hoe kun je eigenlijk kritisch schrijven over en muzikant die je zeer bewondert? En hoe kun je goede kritiek leveren als je maar weinig tijd hebt? Welke invloed heeft (amateuristische) online muziekjournalistiek? Kortom: welke eisen gelden voor goede muziekjournalistiek? “Nieuwe media zullen niet leiden tot de ondergang van de muziekkritiek, maar juist tot een toename van de vraag naar muziekkritiek. De nieuwe media zijn juist de plek voor jonge muziekjournalisten om zicht te kunnen bewijzen.” (Steve Jones, 2002) “De komst van blogs zorgt voor vervaging van de grens tussen professionele en amateurrecensies. Uit onderzoek blijkt dat er inderdaad machtsvermindering is voor de klassieke journalist.” (Sarah Boerhave, 2007) “De eeuwige druk om de adverteerder en de lezer te vriend te houden en een gebrek aan tijd en ruimte zorgen ervoor dat kwalitatieve, uitgebreide journalistiek over populaire, hedendaagse muziek zich verschoven heeft van traditionele media naar onlinemedia en dat steeds meer lezers de weg naar deze nieuwe media vinden.” (Kristof Vande Velde, 2006) “Als muziekjournalist moet je de fan van de journalist weten te scheiden.” (Bart Steenhaut, 2014) “Volgens de professionele recensenten blijft er een kwalitatief verschil tussen online en traditionele muziekjournalistiek doordat professionele muziekjournalisten meer referentiekader hebben, meer steunen op ervaring en een grotere beroepsernst ervaren en nastreven.” (Siep Mertens, 2010) “Muziekjournalisten zijn onafhankelijk van adverteerders. Dit geldt zowel voor kranten- als bladen- en internetjournalisten.” (Vincent Merckx, 2010) “Een persoonlijke opinie een noodzakelijk ingrediënt is om een goed gebalanceerde recensie te schrijven.” (Chris Jancelewicz, 2004) “Een journalist moet niet alleen over feiten berichten, maar ook de sfeer en entourage beschrijven. Dat laatste kan alleen met subjectiviteit. Ik denk dus persoonlijk dat er geen objectieve journalistiek bestaat, hooguit fatsoenlijke en bekwame.” (Wim Koesen, 2006) CONCLUSIE: Muziekjournalistiek is gekleurd. En dat is niet erg, want een persoonlijke opinie noodzakelijk is voor een gebalanceerde recensie. Trouwens, objectiviteit in de journalistiek bestaat niet eens. Een muziekrecensie zou maar saai zijn als alleen de feiten worden genoemd. Wel is het belangrijk dat je de fan en de journalist in je weet te scheiden. Over de toekomst van traditionele muziekjournalisten kan nog geen uitspraak worden gedaan. Vande Velde zegt dat online muziekjournalistiek kwalitatief beter is omdat het onafhankelijker is. Mertens zegt juist dat klassieke muziekjournalisten vakbekwamer zijn omdat ze meer ernst ervaren voor het vak en meer referentiekader hebben. Jones zegt dat er een toename is aan de vraag naar muziekjournalistiek door de komst van het internet. Muziekjournalistiek is zeer weinig kritisch onderzocht. Voor een volgend onderzoek zou het dus interessant zijn te onderzoeken hoe veel rekening muziekmedia houden met adverteerders en lezers.