Voorbede - Kerknet

advertisement
LITURGISCHE SUGGESTIES
BIJ DE ZONDAGSE
EUCHARISTIEVIERING
Tweemaandelijks tijdschrift Jaargang 46 - Nr. 6
Oktober 2016 – Jaar C
Van de 27ste tot en met de 34ste zondag door het jaar (C)
Van 2 oktober tot 20 november 2016
27ste ZONDAG DOOR HET JAAR
02.10.2016
Hab 1, 2-3; 2, 2-4: De rechtvaardige leeft door zijn trouw.
Psalm 95 (94), 1-2, 6-9: “Luistert heden naar Gods stem: weest niet halsstarrig.”
2 Tim 1, 6-8.13-14: Bewaar de u toevertrouwde schat met de hulp van de heilige Geest.
Lc 17, 5-10: “Indien gij een geloof had als een mosterdzaadje ...”
Openingswoord
Vertrouwen is het sleutelwoord in de lezingen vandaag.
We worden opgeroepen om in alle omstandigheden
te blijven vertrouwen op God,
in armoede en rijkdom, in ziekte en gezondheid,
in goede en kwade dagen.
Maar dat kunnen we niet alleen op eigen kracht.
Die opgave is veel te groot voor onze mogelijkheden.
De leerlingen in het evangelie vragen terecht:
“Heer, geef ons meer geloof.”
In deze eucharistieviering willen we die bede tot de onze maken.
Aan het slot van de Vlaamse Vredesweek
bidden we ook bijzonder om vrede,
voor onze wereld en voor ieder van ons.
Laten we ons nu eerst klaarmaken
voor de ontmoeting met de verrezen Heer.
Vragen we om zijn ontferming en barmhartigheid.
Kyrie-litanie
Heer, Gij schenkt mensen in nood
uw woord van belofte en trouw.
Heer, ontferm U over ons.
Christus, Gij geeft ons het grote geschenk
van uw nabijheid en liefde.
Christus, ontferm U over ons.
Heer, Gij geeft ons kansen
om te leven in hoop en vertrouwen.
Heer, ontferm U over ons.
C. Moge de barmhartige God zich over ons ontfermen.
Moge Hij ons zijn genade en liefde schenken
en ons geleiden tot nieuw en eeuwig leven.
Voorbede
C. Onze God is barmhartig en vol liefde.
Laten we onze vragen en bekommernissen aan Hem voorleggen.
L. Op deze internationale dag van de geweldloosheid bidden wij om vrede
voor allen die leven in oorlogsgebied,
voor allen die geweld wordt aangedaan,
voor allen die leven in ruzie en bedreiging.
Dat zij een weg vinden die hun menselijke waardigheid recht doet.
In de voorbije Vredesweek riep de organisatie Pax Christi op
tot solidariteit met het Congolese volk.
Wij bidden voor allen die in Congo geweldloos strijden voor verandering.
Dat de vrede van Christus hen de kracht geeft
om het kwade te overwinnen door het goede.
Voor al wie ontmoedigd of ontgoocheld zijn in het geloof.
Dat de respectvolle nabijheid van christenen
hen helpt om te groeien in geloof en vertrouwen.
Voor al wie het moeilijk heeft
om vertrouwen te stellen in medemensen.
Dat het geloof in God hen helpt
om open te komen voor het kostbare geschenk van het vertrouwen.
Voor de intenties van onze geloofsgemeenschap.
Voor de zieken die wij aan de Heer aanbevelen,
voor de mensen die eenzaam zijn
en wachten op een bemoedigend woord,
voor onze overleden broeders en zusters.
C. God van goedheid en trouw
luister naar de gebeden van uw volk.
Versterk onze hoop, verruim onze liefde
en schenk ons meer geloof
in Jezus Christus, uw Zoon en onze Broeder.
Inleiding tot de stilte na de communie
“Bewaar dan in uw hart de schat die u werd toevertrouwd.”
Zending en zegen
Vertrouwen. Het is een sleutelwoord in ons leven als mens.
Het is ook een kernwoord in ons geloof als christen.
Mogen de woorden die we hier gehoord hebben
en de ontmoeting met de verrezen Heer in brood en beker
ons helpen om te groeien in vertrouwen.
Zegene u daartoe ...
28ste ZONDAG DOOR HET JAAR
09.10.2016
2 Kon 5, 14-17: De Syriër Naäman vertrouwt op de profeet Elisa en wordt door God genezen.
Ps 98 (97), 1-4: “De Heer openbaarde zijn heil aan de volken.”
2 Tim 2, 8-13: Als wij ontrouw zijn blijft Christus trouw.
Lc 17, 11-19: God laat geen smeken om hulp onbetuigd. Dankbaarheid om die goedheid is
niet vanzelfsprekend; ze verdient aanmoediging.
Openingswoord
Ze zijn levend al dood verklaard,
uitgestoten en verbannen uit de samenleving.
Wij noemen ze melaatsen.
In het evangelie van vandaag beluistert Jezus hun kreet om hulp,
en Hij zet hen op weg.
Eén keert terug om Jezus te danken en God te loven.
Deze man wil leerling worden van Jezus
want hij is helemaal vernieuwd door Jezus’ helende aandacht.
Dat is wat Jezus ook vandaag met ieder van ons wil doen.
De eucharistie is een uitstekende gelegenheid
om God dank te zeggen
voor al wat wij van Hem ontvangen.
Eucharistie betekent immers wezenlijk ‘dankzegging’.
Wij zeggen dan ook volmondig:
“Hij is onze dankbaarheid waardig”.
Kyrie-litanie
Heer Jezus, Gij schenkt ons uw verlossend Woord.
Heer, ontferm U over ons.
Christus, Gij raakt ons door uw aandacht en goedheid.
Christus, ontferm U over ons.
Heer Jezus, Gij tilt mensen die zich tot U richten op.
Heer, ontferm U over ons
C. Moge de goede God zich over ons ontfermen,
ons zijn barmhartigheid betonen
en ons opwekken tot nieuw en eeuwig leven.
Voorbede
C. Bidden wij tot God, die met een groot hart naar ons luistert.
L. Voor de mensen die niet meer geloven.
Dat God hen laat voelen dat Hij toch met hen begaan is
en met hen meegaat op hun levensweg.
Voor de Kerk, levend middenin een wereld die verdeeld is.
Dat zij een teken van barmhartigheid en eenvoudige dienstbaarheid is.
Voor de mensen die ziek zijn
en worstelen met eenzaamheid en aftakeling.
Dat ze biddend op God hun vertrouwen kunnen stellen
en door Hem opgetild worden.
Voor alle geloofsverkondigers.
Dat zij bereid zijn te lijden omwille van de Blijde boodschap.
Dat zij volharden, de Heer nooit verloochenen
en vertrouwen op zijn eeuwige trouw.
Voor onze geloofsgemeenschap.
Dat wij het vuur van het geloof aanwakkeren
en zonder schaamte getuigen
van ons vertrouwen in de helende kracht van Christus.
C. God, Gij die van mensen houdt,
blijf ons nabij.
Geef dat wij U altijd opnieuw met een dankbaar hart eer brengen,
door Christus onze Heer.
Inleiding tot de stilte na de communie
“Sta op en ga heen: uw geloof heeft u gered.”
Zending en zegen
Wij worden van hier weggezonden
met woorden die de weg wijzen naar echt leven:
“Vertrouw op Gods redding en zeg Hem dank in alle omstandigheden.”
Daartoe zegene u de Almachtige God,
Vader, Zoon en heilige Geest.
29ste ZONDAG DOOR HET JAAR
16.10.2016
Ex 17, 8-13: Mozes’ opgeheven armen - teken van gebed - bezorgen het volk de overwinning.
Ps 121 (120), 1-8: “Mijn hulp zal komen van God de Heer.”
2 Tim 3, 14 − 4, 2: Blijf bij de leer die gij gelovig hebt aanvaard: het geloof in Christus Jezus.
Lc 18, 1-8: Jezus leert zijn leerlingen altijd te bidden en daarin niet versagen.
Openingswoord
Jezus vraagt ons om te bidden tot God vanuit onze nood,
zonder ophouden!
We mogen aandringen bij God en Hem onze noden voorleggen.
God luistert naar ons gebed en doet recht aan wie bidt, zegt Jezus.
Hij blijft niet onbewogen, maar wordt geraakt door onze vragen.
Wij komen samen om eucharistie te vieren:
elk van ons heeft redenen om te smeken en te vragen;
dat mogen we hier doen.
Maar we hebben ook alle redenen om te danken.
Laat dit onze grondhouding zijn:
danken omwille van Jezus Christus.
Hij spreekt voor ons ten beste en leert ons bidden.
Kyrie-litanie
Heer Jezus, Gij vraagt van ons dat wij onze nood toevertrouwen
aan de aandacht van de Vader.
Heer, ontferm U over ons.
Christus, Gij verzekert ons ervan dat de Vader niet onbewogen blijft
wanneer wij onze nood klagen.
Christus, ontferm U over ons.
Heer Jezus, Gij vraagt van ons dat wij vertrouwen op Gods aanwezigheid.
Heer, ontferm U over ons.
C. Moge God in zijn machtige aandacht barmhartig zijn voor ons,
onze zonden vergeven
en ons leiden naar het volle leven.
Voorbede
C. Heer God, wij komen tot U met onze noden en vragen.
In de kracht van de Heer Jezus, bidden wij …
L. Voor mensen in nood.
Dat zij hun hart wijd open zetten en hun nood klagen bij God.
Voor wie twijfelen aan de zin van het smeekgebed.
Dat zij leren vertrouwen dat God er altijd is.
Voor de vele mensen die een kaarsje branden.
Dat hun vragen en klagen met de vlam van de kaars
Gods aandacht krijgen.
Voor wie niet meer kunnen bidden,
voor wie vastgelopen zijn in bitterheid
en zich afsluiten van God en medemens.
Dat zij zich opnieuw durven openen
en hun hart leren uitstorten.
Voor ons hier aanwezig.
Dat wij groeien in vertrouwen op Gods daadwerkelijke aanwezigheid.
C. Goede God,
in de kracht van de Heer Jezus
komen wij tot U met onze intenties.
Luister naar ons gebed
en zend uw Geest over ons,
vandaag en al onze dagen.
Inleiding tot de stilte na de communie
Wij raken soms verstrikt in onze verlangens en vragen. Hoe kunnen we zo bidden dat God ons
kan horen? Het gaat om het vertrouwen, zegt Jezus. Leer ons, Heer, dieper te vertrouwen.
Dat onze verlangens gericht worden op het ene, noodzakelijke: het verlangen van God over
onze wereld. Geef ons de heilige Geest!
Zending en zegen
Mozes bad met opgeheven armen
terwijl het volk aan het strijden was.
De Heer Jezus bidt met open armen,
terwijl wij, zijn mensen,
ons inzetten en soms problemen hebben.
Mogen de geopende armen van de Heer Jezus ons verenigen
en ons verbinden met de Vader.
Zegene u de Barmhartige God,
Vader, Zoon en heilige Geest.
30ste ZONDAG DOOR HET JAAR
23.10.2016
Sir 35, 15b-17.20-22a: God blijft niet onbewogen voor de smeekbeden van mensen: het gebed
van de arme dringt door de wolken heen, zegt Jezus Sirach.
Ps 34 (33), 2-3.17-19.23: “Die roepen in nood, naar hen luistert de Heer.”
2 Tim 4, 6-8.16-18: De enige verdienste die Paulus zichzelf toekent is dat hij het geloof heeft
bewaard. De kracht om het Evangelie te verkondigen heeft hij van de Heer gekregen.
Lc 18, 9-14: Wie voor God gaat staan en eigen zwakheid erkent, vindt genade; maar wie
gevangen zit in zelfrechtvaardiging krijgt geen gehoor.
Openingswoord
Jezus kon meesterlijk vertellen in parabels.
Parabels bevatten een rijke inhoud
voor ons leven en ons geloof.
Hoe staan wij tegenover God en tegenover elkaar?
De parabel van de farizeeër en de tollenaar
toont ons twee verschillende houdingen.
Hij leert ons dat God luistert naar een rouwmoedig gebed,
en dat zijn gerechtigheid helemaal gekleurd is
door zijn barmhartigheid.
Laten wij eerst oprecht onze zwakheid erkennen,
en een beroep doen op Gods vergeving.
Kyrie-litanie
Heer, die geen aanzien van persoon kent.
Heer, ontferm U over ons.
Christus, die ons aanspoort tot nederigheid.
Christus, ontferm U over ons.
Heer, die onze zwakheid voor lief neemt.
Heer, ontferm U over ons.
C. Moge de barmhartige God naar ons gebed luisteren,
onze hoogmoed vergeven
en ons leiden op de weg naar het eeuwige leven.
Voorbede
C. God wijst zwakke mensen niet af. Moge Hij ons horen en verhoren als wij tot Hem bidden.
L. Voor alle mensen die bereid zijn Jezus’ woorden en boodschap te aanhoren:
om een open en ontvankelijk hart dat zich richt op het Evangelie
en het concreet verlangt te beleven.
Laten wij bidden.
Voor mensen die verstrikt zitten in eigen gerechtigheid,
voor hen die vastgeroest geraakt zijn in fanatisme en eigen overtuiging:
om mildheid, nuancering en barmhartigheid.
Laten wij bidden.
Op deze missiezondag bidden wij bijzonder voor alle missionarissen,
voor allen die als catechist, opvoeder of leerkracht
het Evangelie in woord en daad verkondigen;
voor de Kerk in Nigeria die een teken wil zijn van Gods barmhartigheid:
om volharding, hoop en moed.
Laten wij bidden.
Voor zieken, eenzamen, ontheemden en ontmoedigden,
voor mensen die zich aan de kant gezet voelen:
om steun en bemoediging van medemensen.
Laten wij bidden.
C. God, Vader van alle mensen,
U vertrouwen we al onze beden toe.
Luister in uw goedheid naar ons gebed
Wij danken U door Christus onze Heer.
Inleiding tot de stilte na de communie
“Al wie zich verheft zal vernederd, maar wie zich vernedert zal verheven worden.”
Zending en zegen
Woorden en Brood ten leven hebben wij ontvangen.
Ze zetten ons aan tot nederigheid
en tot de vaste wil om in ons dagelijkse leven het goede te doen.
Daartoe worden wij gezonden.
Zegene u de almachtige God,
Vader, Zoon en heilige Geest.
31ste ZONDAG DOOR HET JAAR
30.10.2016
W 11, 22 – 12, 2: Uit liefde heeft God alles geschapen, en Hij blijft alles en iedereen met
goedheid en barmhartigheid tegemoet treden.
Ps 145, 1-2, 8-9, 10-11, 13cd-14: “Uw Naam, mijn God, wil ik verheerlijken voor altijd.”
2 Tess 1, 11 − 2, 2: Wij zijn geroepen om, dankzij de genade, een leven te leiden dat hier en nu
al deelt in de heerlijkheid van Jezus.
Lc 19, 1-10: Net als God gaat Jezus op zoek naar elke mens. Hij biedt Zacheüs zijn genegenheid
aan. Dit onverdiende aanbod vervult Zachëus met diepe vreugde en het verandert zijn leven.
Openingswoord
Er zijn zo van die ontmoetingen die je leven op zijn kop zetten.
Plots ervaar je bij een ander iets wat je doet nadenken;
je krijgt een nieuwe kijk op jezelf,
en op je relaties met anderen.
Het gesprek tussen Zacheüs en Jezus is zo’n onverwachte ontmoeting.
Jezus’ onverdiende aanbod van vriendschap
verandert het leven van Zacheüs volledig.
In antwoord op die liefde krijgt zijn leven een nieuwe wending,
die hem vervult met grote vreugde.
Zo wordt er heil en genezing mogelijk,
redding voor iedereen die verloren loopt.
Ook hier en nu, in deze viering, biedt Jezus ons zijn vriendschap aan.
Openen wij ons hart voor de redding die Hij ons wil brengen.
Kyrie-litanie
Heer, Gij ziet ons en roept ons bij onze naam.
Heer, ontferm U over ons.
Christus, Gij wilt ook in ons huis te gast zijn.
Christus, ontferm U over ons.
Heer, Gij zijt gekomen om te redden wat verloren is.
Heer, ontferm U over ons.
C. Moge de almachtige God zich over ons ontfermen en ons vergeven.
Moge Hij ons geleiden op de weg van het volle leven, nu en altijd.
Voorbede
C. Jezus heeft ons getoond hoe de Vader het heil wil voor al zijn mensenkinderen.
Daarom mogen wij - samen met Hem - vol vertrouwen tot de Vader bidden:
L. Voor de Kerk van Christus:
geef dat zij uw liefde en barmhartigheid,
uw verlangen naar genezing en redding weerspiegelt.
Voor mensen die gevangen zitten in schaamte en schuld:
kom hen tegemoet met uw bevrijding en redding.
Voor mensen die zich uitgesloten, geïsoleerd of ongewenst voelen:
help hen te groeien in de ervaring
door U gezien, gekend en bemind te zijn.
Voor hen die in deze herfstdagen treuren om hun geliefde overledenen:
schenk hen troost en bemoediging.
Voor ons die hier samen zijn:
verruim ons hart door uw vreugde
en laat ons toenemen in liefde voor heel uw schepping.
C. Goede God,
Gij weet wie wij zijn,
Gij kent ons verlangen naar het goede, naar vrede en geluk.
Schenk ons uw licht en uw vreugde
door Christus, uw Zoon en onze Heer.
Inleiding tot de stilte na de communie
“Vandaag moet ik uw huis te gast zijn.”
Zending en zegen
De ontmoeting met Jezus heeft het leven van Zacheüs veranderd:
met concrete daden en een verruimd hart
heeft hij een antwoord gegeven op de liefde die hem tegemoet kwam.
In deze eucharistie mochten wij Jezus ontmoeten
en zijn liefde ontvangen.
Laten ook wij, in de week die voor ons ligt,
zijn aanbod beantwoorden met concrete daden.
Zegene u daartoe de almachtige God,
Vader, Zoon en heilige Geest.
ALLERHEILIGEN
01.11.2016
Apk 7, 2-4.9-14: Allen zijn wij geroepen tot het leven in God.
Ps 24, 1-6: “Dit is het geslacht dat staat voor het aanschijn van God.”
1 Joh 3, 1-3: Christenen leven tussen het ‘reeds’ en het komende. Zij leven in het vertrouwen
eens helemaal op God te gelijken.
Mt 5, 1-12a: Jezus noemt allen die leven in zijn geest, ‘zalig’. God zelf zal hun zijn vreugde
schenken.
Openingswoord
Samen zijn wij het volk van God onderweg.
Het feest van Allerheiligen toont ons het einddoel: thuiskomen bij God.
De heiligen zijn al bij Hem, voorgoed met Hem verenigd.
Hier zijn zij met de Heer Jezus op weg gegaan.
Wij, die meegaan in hun spoor, mogen vandaag even vooruitkijken
en nu reeds God danken voor de toekomst
die Hij ook voor ons heeft weggelegd.
Openen wij ons hart voor de vreugde van dit feest.
Kyrie-litanie
Heer Jezus, Gij prijst ons zalig en gelukkig.
Laat ons leven in uw geest.
Heer, ontferm U over ons.
Christus, uw woord wijst ons de weg.
Vergeef ons onze eigenzinnigheid.
Christus, ontferm U over ons.
Heer Jezus, Gij nodigt ons aan uw tafel en schenkt Uzelf aan ons.
Open ons voor uw aanwezigheid.
Heer, ontferm U over ons.
C. Moge de barmhartige God zich over ons ontfermen
en ons zijn vergeving schenken.
Moge Hij ons samenbrengen als zijn volk
en ons leiden tot nieuw en eeuwig leven.
Voorbede
C. Laten wij nu bidden tot God die onze Vader is. Vandaag doen wij dit op voorspraak van
alle heiligen.
L. Voor alle mensen en voor heel deze wereld.
Dat mensen mogen groeien volgens de wil van God.
Dat onze aarde zo voor allen nu reeds een beetje hemel wordt.
Voor de hele Kerk:
voor onszelf en voor al onze medegelovigen.
Dat wij steeds het oog gericht houden
op Jezus, onze broeder en voorganger,
en in alles leven in de geest van de zaligsprekingen.
Voor de vele mensen zonder thuis,
voor wie arm zijn, voor wie ziek zijn,
en voor allen voor wie het leven helemaal niet gemakkelijk is.
Dat zij in de solidariteit van medemensen mogen ervaren
dat God hen niet loslaat.
Voor hen die ons in de dood zijn voorgegaan,
voor overleden familieleden
en voor al de overledenen uit ons midden.
Dat zij nu mogen delen in Gods leven.
C. God, bron van leven voor alle mensen,
toon uw kracht.
Overwin het kwaad en de dood
en laat uw toekomst in deze tijd al beginnen,
door Jezus Christus, uw Zoon en onze Heer.
Inleiding tot de stilte na de communie
“Vrienden, hoe groot is de liefde die de Vader ons betoond heeft!
Wij worden kinderen van God genoemd en we zijn het ook.”
Zending en zegen
Thuis zijn bij God: dat is onze toekomst.
De heiligen hebben die al bereikt, en wij volgen hen.
Laten wij voortgaan op de weg van Jezus,
in blijvend vertrouwen op de God van alle leven.
Zegene u de almachtige God,
Vader, Zoon en heilige Geest.
32ste ZONDAG DOOR HET JAAR
06.11.2016
2 Makk. 7,12.9-14: Zeven broers en hun moeder hebben geen angst voor de dood. Zij geloven
in een God die hen nieuw leven zal schenken.
Ps 17 (16), 1, 5-6, 8b.15: “Uw aanblik, Heer, verzadigt mij als ik ontwaak.”
2 Tes 2,16 − 3, 5: De Heer is trouw. Hij geeft kracht aan de christenen om trouw en standvastig
te zijn.
Lc 20, 27-38: De Sadduceeën dagen Jezus uit met een vraag over de verrijzenis.
Openingswoord
In de voorbije dagen herdachten we onze overledenen.
Misschien hebben wij ook nagedacht over onze eigen dood
of over het leven na dood.
Is er leven na de dood?
Christenen geloven daarin,
maar ook zij hebben geen bewijs.
Hier mogen wij ons laten onderrichten door Jezus.
Hij kan voor ons een gids zijn
in ons nadenken over de Vader
en over het eeuwig leven bij Hem.
Moge zijn woord voor ons weer een woord van leven zijn.
Begroeten wij de Heer in het ‘Heer ontferm U’.
Ontvangen wij Hem met een eerlijk en open hart.
Kyrie-litanie
Heer, Gij zult ons eens herscheppen.
Maak ook nu ons hart nieuw.
Heer, ontferm U over ons.
Heer, Gij ontvangt ons met grote liefde.
Vergeef het kwaad dat wij deden.
Christus, ontferm U over ons.
Heer, Gij wilt ons geleiden naar het eeuwig leven.
Neem ons onze twijfels niet kwalijk.
Heer, ontferm U over ons.
C. Moge de eeuwige God en Vader naar ons omzien in zijn barmhartigheid,
moge Hij onze zonden vergeven
en ons geleiden op al onze levensdagen, tot in zijn eeuwigheid.
Voorbede
C. Richten wij ons tot de God van liefde en van eeuwig leven.
Bidden wij om vertrouwen en geloof.
L. Voor alle christenen.
Dat de boodschap van het eeuwig leven
voor hen een blijde boodschap is.
Dat zij hun verder-leven na de dood
in de handen leggen van de Vader.
Voor hen die lijden onder een zwaar verlies.
Voor allen die een zware last te dragen hebben.
Voor hen die twijfelen aan de zin van het leven.
Dat God hen een nieuw levensperspectief schenkt.
Voor hen die gestorven zijn:
voor de doden uit onze familie en uit onze omgeving,
voor de slachtoffers van geweld en van terreur,
voor allen die wij willen gedenken.
Dat zij mogen delen in het nieuwe leven van God.
Bidden wij voor deze gemeenschap.
Dat wij om elkaar bekommerd zijn,
zoals God om ons bekommerd is.
Dat wij een open gemeenschap zijn,
die de liefde van God uitdraagt.
C. God van liefde,
Gij blijft bekommerd om al uw mensen,
in leven en in dood.
Houd in ons het geloof levend,
dat wij op weg zijn naar uw eeuwigheid.
Inleiding tot de stilte na de communie
“Gij zijt zonen en dochters van de Heer van het leven, kinderen van de verrijzenis.”
Zending en zegen
Onze God is een God van eeuwig leven.
Naar Hem zijn wij onderweg.
Laten wij vanuit dat perspectief leven.
Zegene u daartoe de eeuwige God,
Vader, Zoon en heilige Geest.
33ste ZONDAG DOOR HET JAAR
13.11.2016
Mal 3, 19-20a: Voor wie de Naam van God eerbiedigt, gaat de zon van de gerechtigheid op.
Ps 98 (97), 5-6, 7-8, 9: “De Heer komt als rechter van de volken.”
2 Tes 3, 7-12: Paulus roept op hem na te volgen in zijn arbeid voor het eigen
levensonderhoud.
Lc 21, 5-19: Jezus bereidt zijn leerlingen voor: “Het zal voor u uitlopen op het geven van
getuigenis.”
Openingswoord
Vandaag wordt in de kathedralen
en in de kerken waar tijdens het voorbije jaar
een poort van de barmhartigheid werd geopend,
het jubeljaar afgesloten.
In Rome zal paus Franciscus volgende zondag het jubeljaar plechtig afsluiten.
Wij horen vandaag sterke beelden
over wat komt, over de dag van de Heer,
een dag van barmhartigheid en gerechtigheid,
een dag die ons in duidelijke taal
oproept tot bekering en standvastigheid.
Want de onrust en verwarring in de wereld,
die ons niet onberoerd laten,
mogen ons niet afbrengen van onze fundamentele hoop
dat Gods barmhartigheid onze redding is,
en dat zijn liefde uiteindelijk sterker is dan alle kwaad.
Kyrie-litanie
Heer, sterk ons hart,
als wij ons laten verlammen door angst en onrust.
Heer, ontferm U over ons.
Christus, maak ons geduldig en standvastig,
als onze hoop en ons vertrouwen beproefd worden.
Christus, ontferm U over ons.
Heer, leer ons de barmhartigheid van uw Vader,
als wij hard en streng zijn voor de mensen rondom ons.
Heer, ontferm U over ons.
C. Moge de algoede God zich over ons ontfermen
onze zonden vergeven,
en ons geleiden tot het eeuwig leven.
Voorbede
C. We zijn geroepen om de voorsprekers te zijn van alle mensen bij God, de barmhartige
Vader. Bidden wij dan met vertrouwen:
L. Voor alle mensen die zich soms machteloos voelen
tegenover het kwaad in onze wereld.
Heer, sterk hen met uw Geest,
en help hen om menselijkheid en goedheid tot stand te brengen.
Voor hen die getroffen worden door rampen en onheil.
Heer, geef dat zij kracht vinden in het geloof
dat Gij niet onverschillig blijft voor hun lijden.
Voor hen die omwille van het geloof bespot of vervolgd worden.
Heer, laat hen moed vinden
in de steun en het gebed van medechristenen.
Voor allen die zich inzetten voor vluchtelingen, gevangenen,
mensen zonder werk.
Heer, geef dat zij in ieder van hen
het gelaat van uw Zoon ontdekken.
Voor allen die tijdens het voorbije jubeljaar
door één van de poorten van barmhartigheid zijn gestapt
en Gods vergeving hebben ervaren.
Heer, maak hen tot levende getuigen van uw liefde.
C. Heer God, luister naar ons bidden.
Sterk ons vertrouwen op U,
dan zal ook onze standvastigheid groeien.
Wij vragen het door Christus, onze Heer.
Inleiding tot de stilte na de communie
“Door standvastig te zijn, zult ge uw leven winnen.”
Zending en zegen
De Heer brengt genezing voor wie zijn Naam eerbiedigt.
Hij geeft ons de taal en de wijsheid
om met tegenstand en tegenspoed om te gaan.
Tegelijkertijd roept Hij ons op om waakzaam te blijven,
en ons leven helemaal te richten op de stem van Jezus Christus.
Gaat dan in vrede van hier heen,
met de zegen van de Barmhartige God:
Vader, Zoon en Heilige Geest.
34ste ZONDAG DOOR HET JAAR
CHRISTUS, KONING VAN HET HEELAL
20.11.2016
2 S 5, 1-3: De stammen van Israël erkennen de belofte van God aan David en zij zalven hem
tot koning.
Ps 122 (121), 1-5: “Vol vreugde gaan wij naar Gods huis.”
Kol 1, 12-20: Paulus bezingt plechtig de unieke plaats van Christus: in Hem heeft God het
heelal met zich verzoend en heeft Hij de mensen laten delen in zijn goddelijk leven.
Lc 23, 35-43: De goede moordenaar erkent op het kruis Jezus als de Gezalfde. Jezus
beantwoordt zijn geloof met een belofte.
Openingswoord
Morgen/Vandaag sluit paus van Franciscus
in de Sint-Pietersbasiliek te Rome de heilige deur.
Het bijzondere jubeljaar van de barmhartigheid wordt afgerond
op dit hoogfeest van Christus Koning,
die we ‘koning van de barmhartigheid’ mogen noemen.
Want Hij is onze koning
omdat Hij de zondaar niet laat vallen,
omdat Hij armen omhelst en zieken opzoekt;
omdat Hij voeten wast en op een ezel rijdt.
In deze koning begint de nieuwe schepping
In Hem heeft God alles en allen met zich verzoend.
Dat is de kern van ons geloof.
Laten wij biddend en zingend zijn komst vieren.
Kyrie-litanie
Heer, koning met een kroon van doornen
en met een kruis als troon,
Heer, ontferm U over ons.
Christus, dienaar die ons kracht schenkt
om alles uit te houden en alles te verdragen,
Christus, ontferm U over ons.
Heer, alles en allen hebt Gij verzoend
in de hemel en op aarde,
Heer, ontferm U over ons.
Voorbede
C. Op het kruis heeft Jezus voor ons gebeden.
Ook nu bidt Hij met ons, en legt Hij onze zorgen neer bij zijn Vader.
L. Om een Kerk die Gods barmhartigheid tastbaar maakt;
om gelovigen die blijven groeien
in nederige dienstbaarheid.
Laten wij bidden.
Om een wereld waarin mensen luisteren naar elkaar;
om maatschappelijke structuren
die de onderlinge dienstbaarheid bevorderen.
Laten wij bidden.
Om een samenleving waarin plaats is
voor vergeving en nieuwe kansen,
voor toekomst en nieuwe ontwikkelingen,
voor dialoog en mensenrechten,
voor bekering en Godsvrede.
Laten wij bidden.
Om een toekomst die alle mensen verenigt in Gods liefde:
degenen die hongeren en dorsten naar Gods Rijk;
de zondaars en de uitgestotenen;
de verdrietige en de lijdende mens;
de kwetsbare kinderen en de onaanzienlijke arme;
de vijand en de vredebrenger;
de onschuldige en de nederige.
Laten wij bidden.
C. Goede Vader,
wij danken U voor al het goede dat uw werk is.
Maak ons tot trouwe dienaars
die verwijzen naar uw Rijk van barmhartigheid en vrede,
door Jezus Christus, onze koning en verlosser.
Inleiding tot de stilte na de communie
“In Hem heeft God in heel zijn volheid willen wonen om door Hem alles met zich te
verzoenen.”
Zending en zegen
‘Barmhartig zijn zoals de Vader’,
dat was het devies van het voorbije jubeljaar.
Jezus Christus heeft deze barmhartigheid zichtbaar gemaakt.
Als wij Jezus, onze koning, volgen,
wordt Gods barmhartigheid ook zichtbaar in ons.
Zegene u daartoe de almachtige God …
KERKMUZIKALE SUGGESTIES
ZEVENENTWINTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR (2 oktober 2016)
We stellen een typische intredezang voor die eigenlijk toch al een band heeft met de
woorddienst. Daar is sprake van de trouw en de volharding van de rechtvaardige (eerste lezing)
en van de trouwe knecht (evangelie) voor wie de dienst voor zijn Heer vanzelfsprekend is: Gij,
dienaars, aan de Heer gewijd, zegent zijn naam te allen tijd … zingt tot zijn eer met luider stem
en heft uw handen op naar Hem (529).
De antwoordpsalm 95 keert de openingszin van de eerste lezing radicaal om, met de oproep:
Luistert heden naar Gods stem (P 123, P 124 of P 125). Een alternatief biedt lied 925: daar
spreekt het vertrouwen uit waar de Heer bij monde van zijn profeet om vraagt: Nu geef ik U
mijn ziel uit handen … Op U vertrouw ik. Het Alleluia-vers 4 h sluit dicht aan bij de tekst uit
het lectionarium.
Zoals vaak kan de communiezang een mooie echo vormen op het evangelie: Weet gij waarmee
het koninkrijk zich vergelijken laat? Een zaadje, klein, onooglijk, een mosterdzaad (714). Een
andere mogelijkheid is het nieuwe lied 768 Wij reizen rusteloos. Het bereidt de zending voor
en maakt de overgang van de ‘onrust’ uit de eerste lezing naar het diepe vertrouwen dat er “een
eind komt aan de moeiten van weleer”. Ook lied 775 Die licht is, bron van leven is past bij het
thema van het vertrouwen: “Wij houden vast aan Hem die kwam”.
ACHTENTWINTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR (9 oktober 2016)
Vandaag komt het thema van de dankbaarheid sterk naar voren. Zijn wij als zondagse
kerkgangers niet zoals die ene melaatse die op zijn stappen terugkwam om onze dankbaarheid
te tonen en God eer te brengen? De viering mag daarom vandaag beginnen met een typisch
danklied als intredezang. Enkele voorbeelden: 585 Dankt, dankt nu allen God … die grote
dingen doet; 523 O goddelijk alvermogen. Als er veel kinderen aanwezig zijn, is ook 765 Laten
wij met vreugde een goed intredelied vandaag.
Ook de antwoordpsalm 98 roept op tot lofprijzing om Gods weldaden. Passende keerverzen
zijn P 132 Zijn weldaden deed Hij ons kennen en P 133 De Heer openbaarde zijn heil.
Bewerkingen van deze psalm vinden we onder de nummers 503 en 519 Zingt een nieuw lied.
De communiezang is voor het evangelie van deze zondag geschreven en gecomponeerd: Jezus,
wand’lend langs de wegen kwam eens tien melaatsen tegen die van verre bleven staan (712).
Dit lied moet volledig worden gezongen: de tweede strofe handelt precies over de dankbaarheid
van de éne die op zijn stappen terugkeert, terwijl de derde strofe de brug slaat naar onze eigen
situatie. Ze wordt een bede opdat ook wij altijd dankbare mensen mogen blijven en in de liturgie
woorden (en tonen!) vinden om lovend tot God te gaan.
Een alternatief vormt het lied 764 Dank U Vader, waarvan de drie strofen respectievelijk de
Vader, de Zoon en de Geest danken.
NEGENENTWINTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR (16 oktober 2016)
De intredezang bezingt eenvoudig de vreugde van onze zondagse opgang naar de tempel en
naar het altaar van de Heer, aan de hand van een psalm die vroeger werd gebeden aan de voet
van het altaar: Heer, laat mij voor uw altaar komen (522).
De woorddienst draait rond één grote gedachte: het smeekgebed. Dit vraaggebed is dan geen
blijk van twijfel of ongeloof, alsof God anders niet naar ons zou omzien. Integendeel, het is ons
vertrouwen uitspreken dat Hij beter dan wijzelf weet wat wij nodig hebben. Na het verhaal over
het bemiddelend gebed van Mozes volgt als antwoordzang de vertrouwenspalm 121, met als
keervers “Mijn hulp zal komen van God de Heer” (P165 en P 166). Een alternatief is lied 564
dat meteen ook het evangelie al voorbereidt: Weest niet bezorgd voor uw leven: uw God en
Vader … Hij weet wel wat gij nodig hebt.
Ook de communiezang blijft op dezelfde golflengte. Lied 526 spitst ons christelijk vraaggebed
toe op het éne en noodzakelijke: het brood en de wijn van de eucharistie, de Heer Jezus zelf: Al
wat er nodig is om te bestaan, vraag dat in Jezus’ naam: brood om te eten en wijn van vreugde.
Lied 734 Wij bidden U om vrede richt ons gebed op een aantal andere wezenlijke gaven van
godswege: vrede, wijsheid, zegen, de Geest.
DERTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR (23 oktober 2016)
De lezingen van vandaag sluiten aan bij die van vorige week, maar richten de aandacht nog
meer op het gebed van de mens die zich arm en klein weet. We stellen een typische intredezang
voor waarmee ons vertrouwen uitgesproken wordt in de aanwezigheid van de Heer. Wij zoeken
Hem, plaatsen ons in zijn tegenwoordigheid, bestormen Hem met onze vragen: Zo vriendelijk
en veilig als het licht, zoals een mantel om mij heen geslagen, zo is mijn God (530). Lied 567
heeft dezelfde melodie maar een andere tekst, die ook bij de lezingen van vandaag past: “Een
smekeling, zo kom ik tot uw troon … laat niet vergeefs mij op uw bijstand wachten.”
De antwoordpsalm 34 sluit heel goed aan bij de eerste lezing. Het keervers luidt: “Die roepen
in nood, naar hen luistert de Heer” (P 59 en P 60). Men kan als antwoordzang ook lied 752
kiezen, dat het dringende smeken verwoordt van een arme: “Verborgene, naar wie ik tast, roep
om gehoor te krijgen, niemand heeft oor voor mijn beklag maar toch zal ik niet zwijgen.”
Alleluia-vers 4j herneemt letterlijk de tekst uit het lectionarium.
In de parabel van het evangelie gaat niet de farizeeër maar de tollenaar gerechtvaardigd naar
huis. God heeft vooral oog voor wie klein en onaanzienlijk is. De communiezang 589 bezingt
deze evangelische waarheid: De laatsten worden de eersten … Wie zelf zich hoog verheffen, die
slaat zijn oordeel neer … Maar wie zich heeft gebogen … die zal Hij ook verhogen.
EENENDERTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR (30 oktober 2016)
Wij zingen deze zondagsliturgie in met het lied van Gods aanwezigheid. Heel de schepping
draagt de vingerafdrukken van zijn scheppende hand. Hij is aanwezig in al wat bestaat. Daarom
is onze intredezang: Heer, onze Heer, hoe zijt Gij aanwezig (540).
De antwoordpsalm 145 verlengt de belijdenis – vol blijde verwondering – van een God die
zich ontfermt over al wat Hij gemaakt heeft en die vol liefde heerst over al wat leeft. Passende
keerverzen zijn P 192, P 193, P 194 en P 195. Een andere mogelijkheid voor de antwoordzang
is lied 520, gebaseerd op psalm 8: Heer, onze Heer, hoe heerlijk en verheven hebt Gij uw Naam
op aarde uitgeschreven.
Zacheüs klimt in de boom om Jezus te zien, maar wie had het ooit kunnen denken: Jezus ziet
Zacheüs en dat is het ingrijpende gebeuren dat heel het bestaan van Zacheüs overhoop gooit …
Jezus heeft hem gezien en het is voor hem als een nieuwe geboorte. Ja, als Jezus ons ziet en
wenkt, wordt alles, álles anders. Bij het te communie gaan – uitgenodigd door Jezus die met
ons zijn gastmaal neemt – kunnen wij niet mooier zingen dan De Heer heeft mij gezien en
onverwacht ben ik opnieuw geboren en getogen (559). Een alternatief vormt lied 738 Wat
vrolijk over U geschreven staat, dat in de tweede strofe de slotzin van het evangelie aanhaalt:
“dat Gij komt redden wat verloren is”.
ALLERHEILIGEN (1 november 2016)
Als intredezang stellen wij lied 551 voor: De heiligen ons voorgegaan. Het vat in drie strofen
de boodschap van dit hoogfeest samen. Ook lied 552 Voor de toegewijden is helemaal voor
vandaag geschreven.
Aansluitend bij het visioen uit Apokalyps stelt antwoordpsalm 24 stelt de vraag wie in Gods
heiligdom zal toegelaten worden. Het keervers P 31 luidt: “Zo doet het geslacht dat zich richt
tot U, dat staat voor uw aanschijn, Heer”. Echo’s op de eerste lezing zijn ook te vinden in de
liederen 718 Een schare die niemand kan tellen, 751 Ik zie de hemel opengaan en 717 Wie ons
zijn voorgegaan.
Het evangelie van Allerheiligen is de passage van de zaligsprekingen. De heiligen hebben
daarvan hun levensprogramma gemaakt: zij waren er de levende illustratie van. De
communiezang slaat de brug met het evangelie. Het is eerder nog een gezongen herhaling van
het evangelie met lied 560: Zalig zij die Jezus’ naam belijden. Varianten hierop vormen de
liederen 723: Zalig zij die zich op de Heer verlaten en 724: Om eenvoudigen van geest … om
wie Gij zalig hebt geprezen, Heer, wil ons van het kwaad genezen.
Ofwel kan het communielied vooral de verwachting naar de toekomst vertolken, bijvoorbeeld
met het lied 918: Eens komt de grote zomer. Strofe 2 zegt: “Als God zich openbaren zal op de
jongste dag dan zullen wij ervaren wat Hij met ons vermag”. Dit is een mooie echo op de tweede
lezing.
TWEEËNDERTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR (6 november2016)
De liturgie van deze zondag herneemt de sfeer van Allerheiligen en Allerzielen. Het is eigenlijk
één grote belijdenis van verrijzenis en eeuwig leven. Als intredezang past lied 918: Eens komt
de grote zomer … God zal op aarde komen … God zal zich openbaren in heel zijn creatuur of
lied 756 Wij komen als geroepen. Dit laatste lied belijdt reeds duidelijk dat wij, als kinderen
van het licht, geroepen zijn om te leven.
Het ontroerend getuigenis van de zeven broeders die met hun bloed getuigen van Gods belofte
op verrijzenis moge ons uitnodigen om ook onszelf aan de Heer toe te vertrouwen. De woorden
van de antwoordpsalm 17 alluderen op het geloof in de verrijzenis: “Uw aanblik, Heer,
verzadigt mij als ik ontwaak” (P 14 en P 15). Een lied dat helemaal past bij het verhaal uit
Makkabeeën (vooral strofes 1 en 2) is 925: Nu geef ik U mijn ziel in handen, Gij zijt mijn
Meester en mijn God.
Na de evangelielezing, waarin wij de belijdenis hoorden dat God geen God van doden is maar
van levenden, zegt de communiezang dat wij leven en sterven met Christus. Hij is ons in dood
en nieuw leven voorgegaan: 928 Niemand van ons leeft voor zichzelf alleen, of sterft zichzelf,
wij zijn met Christus één. Wanneer wij leven, leven wij voor Hem, wanneer wij sterven, horen
wij zijn stem.
Andere mogelijkheden zijn de liederen 717 Wie ons zijn voorgegaan, 718 Een schare die
niemand kan tellen of 719 Zij zullen de wereld bewonen.
DRIEËNDERTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR (13 november 2016)
Deze zondagsliturgie is helemaal doordrongen van de gedachte aan de eindtijd: de ‘dag van de
Heer’. De grote vraag die de liturgie ons stelt, is: “hoe zullen wij voor de Heer staan bij zijn
komst?” De intredezang wil op deze vraag al een antwoord geven. Het is een antwoord van
vertrouwen in God, zelfs te midden van de beproeving: Ik sta voor U in leegte en gemis, vreemd
is uw Naam, onvindbaar zijn uw wegen … Zijt Gij de God bij wie mijn toekomst ligt? Heer, ik
geloof, waarom staat Gij mij tegen (924). Een alternatief voor de intrede is lied 929 Het einde
aller dingen is nabij, dat reeds de oproep tot waakzaamheid vertolkt: “zo weest dan nuchter,
waakt in de gebeden”.
Na de lezing uit de profeet Maleachi, waarin het verschroeiend vuur wordt voorspeld voor de
hoogmoedigen en de zon der gerechtigheid voor de vromen, volgt antwoordpsalm 98, die de
komst van de koning en rechter van de aarde aankondigt. Passende keerverzen zijn: P 136
Rechtvaardig bestuurt de Heer de wereld of P 137 De Heer komt als rechter der volken.
Als men na de eerste lezing een lied wil zingen, kan men 519 kiezen (een berijming van psalm
98), 927 De Heer verschijnt te middernacht of nog lied 907 Eens als de bazuinen klinken (vooral
dan strofes 1, 5 en 6).
Als communiezang stellen wij volgende mogelijkheden voor: lied 721 Wees niet verbaasd
wijst een weg om met de in het evangelie aangekondigde vervolging en vijandigheid om te
gaan. Het laat zien hoe de “waakzaamheid” van de christenen zich vertaalt in concrete ethische
houdingen. Lied 909 O Christus, Heer der heerlijkheid roept de verrezen Heer biddend aan en
vertolkt het verlangen van heel de schepping naar de openbaring van zijn heerlijkheid.
Omdat in dit weekend het buitengewoon jubeljaar van de barmhartigheid in de lokale kerken
wordt afgesloten, kan men ook het themalied voorzien: Misericordes sicut Pater (zie:
www.liturgie.be voor de partituur).
VIERENDERTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR
CHRISTUS, KONING VAN HET HEELAL (20 november 2016)
Op het feest van Christus Koning kan de viering niet beter worden ingezet dan met het mooie
en melodieuze lied 579: Uw koninkrijk komt. De viering staat aldus van bij de intredezang
gericht op de komst van Jezus’ koninkrijk en bezingt er de inhoud van.
De eerste lezing vertelt hoe David tot koning wordt gezalfd. Jeruzalem, met zijn tempel, zal hét
centrum worden van zijn koninkrijk. Vandaar de keuze van de antwoordpsalm 122, met als
keervers: “Hoe blij was ik toen men mij riep: wij trekken naar Gods huis” (P 167 – P 170).
Heel passend is anders ook lied 544, gebaseerd op psalm 89 (88): Ik zal zolang ik leef, bezingen
in mijn lied des Heren milde gunst. De tweede strofe luidt: “Mijn uitverkoren knecht … is David
die Mij dient, hem gaf ik mijn verbond, aan hem en aan zijn huis heb Ik mijn eed gezworen”.
Het koningschap van Christus is van een heel eigen aard. Het is geen koningschap naar aardse
normen. Hij werd koning aan het kruis. Het evangelie verhaalt over het opschrift dat men
aanbracht bovenop het kruis: “Dit is de koning der joden”. Het zal dus niet verwonderen dat
wij voor de communiezang bij voorkeur teruggrijpen naar gezangen uit de Goede Week en uit
de liturgie van Goede Vrijdag: Naam van Jezus die ten dode op het hout geschreven zijt (352).
Het directe verband met het evangelieverhaal ligt voor de hand. Een andere keuze kan lied 377
zijn: Aan uw stam, o Kruis. Of nog: 508 Die rechtens God gelijk komt van de Vader voort, de
Koning van zijn Rijk, Gods beeld en scheppend woord.
Bij de afsluiting van het bijzondere jubeljaar van de barmhartigheid (in Rome) kan men ook het
themalied hernemen: Misericordes sicut Pater.
Download