MODY

advertisement
MODY
Symposium 17 januari 2014
It's not type 1 and it's not type 2, but something else
MODY
•
•
•
•
Maturity
Onset
Diabetes of the
Young
Ander type patient
• Al voor de ontdekking van insuline werden jonge
diabetespatiënten beschreven, die met alleen
dieetmaatregelen langere tijd overleefden.
• Joslin (in zijn tekstboek uit 1924): ‘I always look upon a strong
family history as a favourable omen’.
• Tattersall (1974) suggereerde een ander type dan DM I,
autosomaal dominant overervend. Tattersall RB. Mild familial diabetes with dominant
inheritance. Q J Med 1974;43:339-57.
Maar ook veel onderlinge verschillen..
Sterk heterogene groep;
– milde hyperglykemie zonder complicaties
– ook families met ernstigere hyperglykemie met
complicaties
– insuline en niet-insuline afhankelijk.
Cave; niet alles is MODY
Er zijn extreem zeldzame genetische syndromen die
samengaan met het op jonge leeftijd voorkomen van
type II-diabetes
–
–
–
–
–
syndroom van Alstrom
syndroom van Laurence-Moon-Biedl = Bardet-Biedl
syndroom van Werner
syndroom van Turner
MIDD
Huidige definitie MODY
• Heterogene ziekte door een heterozygote
monogene mutatie
• Vroege diabetes ( meestal voor het 25e jaar)
• Autosomaal dominant overerfbaar
• Defect in insuline secretie
Ook type II DM is erfelijk
• Echter dit is een polygenetische aandoening;
er zijn meerdere genen bij betrokken.
MODY - incidentie
• NL:
5% van de diabeten (C. Tack 1995)
• Belgie: 1% van de type II diabeten (Diabetes, Huidige
toestand en elementen voor een gezondheidsbeleid, Francis Capet - Debaillie et al.
, 1999)
• US:
2% van alle diabeten (Klupa studie)
• Duitsland:2.4% van kinderen <15 jr
In Nederland....
NHG standaard....
in Nederland – NHG standaard
Monogenetische Diabetes
• Er zijn minimaal 9 verschillende genen die bij
een defect MODY kunnen veroorzaken.
• Deze genen werden pas rond de jaren '90
ontdekt en er zijn er waarschijnlijk nog meer.
MODY 7:
KLF 11
MODY 8:
CEL
MODY 9:
PAX4
MODY 10:
INS
MODY 11:
BLK
1
3
5
4
6
Neonatal DM
ABCC8
2
Welke MODY zien we 't meest?
MODY 3
HNF1A gendefect
•
•
•
•
Voornamelijk hoge postprandiale waarden
Vaak gevoelig voor SU preparaten
Lage renale glucosedrempel (bij 7.8 mmol/l)
Vaker renale complicaties
Welke MODY zien we 't meest?
MODY 2
Glucokinase gendefect
• Meest voorkomende MODY bij kinderen.
• Licht verhoogde glucosewaarden, vaak bij
toeval gevonden.
• Vaak geen behandeling nodig !
Welke MODY zien we 't meest?
MODY 1
HNF4A gendefect
• Reageert vaak goed op SU derivaten.
Welke MODY zien we 't meest?
MODY 5
HNF1B gendefect
• Gaat vaak smaen met niercystes en
nierinsufficientie. Familiair kan ook alleen DM
of alleen nierproblematiek voorkomen.
Overige MODY
• MODY 4
zeer zeldzaam
ook exocriene pancreasinsuff.
• MODY 10 Neonatale diabetes. DM1 zonder
antistoffen.
Wanneer moet men aan MODY denken?
• Neonatale diabetes
• DM in 3 generaties
• Hoge postprandiale waarde, normale nuchtere
waarde
• bij DM 1 zonder antistoffen
• Bij DM 2 zonder overgewicht en zonder insuline
resistentie
• Diabetes met exocriene p-insufficientie
• Diabetes met nierproblemen (cysten)
Behandeling
• In principe dus voor elk type anders...
• Meest voorkomende MODY (3, maar ook 1):
sulfonylurea, maar in lage dosering!
• Voor de andere typen vaak wel insuline nodig.
Wie moet worden getest?
• ?
• Wordt de behandeling anders? dan
overwegen.
Beslisboom
Nog dit..hs-CRP
• People with MODY-3 have been found to have very low
Cardiac Specific C-Reactive Protein. (hs-CRP) with the mean of
0.20 mg/l and a range of 0.03 to 1.14 mg/l. This may actually
be a cheap and effective screening test for this specific form
of MODY as it appears to identify 80% of people with diabetes
who actually have MODY. Hs-CRP in people with MODY 2,
however, is very close to that of people with regular Type 2
diabetes.
Assessment of High-Sensitivity C-Reactive Protein Levels as Diagnostic
Discriminator of Maturity-Onset Diabetes of the Young Due to HNF1A Mutations.
Katharine R. Owen, et al. Diabetes Care September 2010 vol. 33 no. 9 1919-1924
doi: 10.2337/dc10-0288
Referenties
• C. Tack, Recente ontwikkelingen op het gebied van diabetes mellitus type
II op jonge leeftijd (MODY). Ned Tijdschr Geneeskd. 1995;139:2127-9
• ISPAD Consensus Guidelines, International Society for Pediatric and
Adolescent Diabetes, 2004
• http://monogenicdiabetes.uchicago.edu/
• Determinants of the Development of Diabetes (Maturity-Onset Diabetes
of the Young-3) in Carriers of HNF-1{alpha} Mutations Evidence for parentof-origin effect Tomasz Klupa, et. al. Diabetes Care 25:2292-2301, 2002
Download