Studiefiche - studiegids UGent

advertisement
Studiefiche
Vanaf academiejaar 2015-2016
Ecologische archeologie (A003308)
Cursusomvang
(nominale waarden; effectieve waarden kunnen verschillen per opleiding)
Studiepunten 5.0
Studietijd 135 u
Contacturen
45.0 u
Aanbodsessies en werkvormen in academiejaar 2016-2017
A (semester 2)
hoorcollege
20.0 u
zelfstandig werk
10.0 u
practicum
15.0 u
Lesgevers in academiejaar 2016-2017
Verschuren, Dirk
Verleyen, Elie
WE11
WE11
Aangeboden in onderstaande opleidingen in 2016-2017
Bachelor of Arts in de archeologie
Verkort bachelorprogramma archeologie voor academische en
professionele bachelors en gegradueerden
Voorbereidingsprogramma tot Master of Arts in de archeologie
Verantwoordelijk lesgever
Medelesgever
stptn
5
5
aanbodsessie
A
A
5
A
Onderwijstalen
Nederlands
Trefwoorden
paleoecologie, Kwartair, Holoceen, landschapsevolutie, klimaatgeschiedenis,
antropogene klimaatwijziging, wisselwerking klimaat-mens-natuur
Situering
Het vak ‘Ecologische Archeologie’ wordt gedoceerd aan alle Ba2 studenten in de
Archeologie, alsook als keuzevak aan studenten uit andere afstudeerrichtingen. Het
behandelt de relatie tussen de klimaat- en ecologische geschiedenis op alle tijdschalen,
en de invloed daarvan op de evolutie van de mens en op de ontwikkeling en verval van
(klassieke) beschavingen. Dit historisch perspectief voedt een inleidende discussie van
de problematiek van antropogene klimaatverandering en de huidige interactie tussen
klimaat, mens en natuur. Het doel van ‘Ecologische Archeologie’ is studenten inzicht
bijbrengen in de lange-termijndynamiek van het aards milieu waarin de menselijke
geschiedenis zich heeft ontwikkeld, en in het belang van tijdschaal in de oorzaken en
grootte-orde van klimaatvariatie en de historische wisselwerking tussen mens en
natuur.
Inhoud
1) Het lange-termijnperspectief: paleoecologie en klimaatgeschiedenis vòòr het
Kwartair, met evolutie van de biosfeer en biosfeer-geosfeer interacties sinds het
ontstaan van de Aarde, en het ontstaan van de zuurstofatmosfeer.
2) Kwartaire klimaatgeschiedenis en lange-termijndynamiek van organismen en
ecosystemen als achtergrond voor studies over ecologische processen met een
belangrijk tijdsaspect, vb. primaire successie, opbouw van gemeenschappen, en
stabiliteit van ecosystemen.
3) Klimaatvariatie op korte tijdschalen (El Niño, vulkanen) en hun impact op de
biosfeer.
4) Interacties tussen de mens, zijn leefomgeving, en het klimaat op lange en kortere
tijdschalen: evolutie menselijke voorouders, Out-of-Africa II, uitsterven van de
Neanderthalers, rol van mens en klimaat in megafauna-extincties wereldwijd, de
Holocene uitdroging van de Sahara, impact van langdurige droogte in het verval van
het Akkadische rijk, de Maya, culturele geschiedenis in Oost-Afrika; impact van de
(Goedgekeurd)
1
Kleine Ijstijd o.a. op de Norse in Groenland, etc.
5) Wetenschappelijke basis en geschiedenis van antropogene klimaatverandering.
6) Methodologie van paleoecologisch onderzoek: i) het actualistisch paradigma in
paleoecologische reconstructie; ii) paleoecologische archieven; iii) overzicht van
belangrijke reconstructietechnieken: palynologie, analyse van houtskool, aquatische
biota en stabiele isotopen, radiometrische datering; iv) dataverwerking in quantitatieve
paleoecologie: chronologische modellen, vak-specifieke multivariate statistiek en
clustering analyses.
Begincompetenties
Met succes gevolgd hebben van het inleidend vak Ba1 Ecologie in de Biologie of de
relevante kennis door zelfstudie of een andere manier te hebben verworven.
Remediatie is ook mogelijk door het bijwonen van selecte hoorcolleges van Ba1
Ecologie als addendum aan het lesprogramma, en studie van die betreffende
onderdelen van die cursus.
Eindcompetenties
1 Degelijke kennis demonstreren van de oorzaken en tijdschalen van Kwartaire en
1 recente (natuurlijke en antropogene) klimaatvariatie in relatie tot de lange-termijn
1 geschiedenis van de biosfeer.
2 Inzicht demonstreren in de relatie tussen klimaatvariatie, de dynamiek van natuurlijke
1 ecosystemen, en historische interacties tussen mens en klimaat in de context van de
1 beschavingsgeschiedenis.
3 Basiskennis demonstreren van het potentieel en de beperkingen van belangrijke
1 natuurlijke archieven en technieken in paleoecologische reconstructie.
4 Een objectieve, kritisch-wetenschappelijke attitude demonstreren tegenover nieuwe
1 data, interpretaties, theorieën en modellen van antropogene klimaatwijziging en de
1 historische interactie tussen mens, klimaat en natuur.
5 Op een gestructureerde manier informatie uit de wetenschappelijke literatuur van
1 meerdere relevante subdisciplines verwerken, combineren, evalueren en
1 synthetiseren.
Creditcontractvoorwaarde
Toelating tot dit opleidingsonderdeel via creditcontract is mogelijk mits gunstige beoordeling
van de competenties
Examencontractvoorwaarde
De toegang tot dit opleidingsonderdeel via examencontract is open
Didactische werkvormen
Hoorcollege, practicum, zelfstandig werk
Toelichtingen bij de didactische werkvormen
Hoorcolleges: PowerPoint presentaties met figuren en tekst, op voorhand beschikbaar
via Minerva.
Practicum: Begeleide oefeningen in paleoecologische technieken
Zelfstandig werk: Literatuurstudie met schriftelijk verslag
Leermateriaal
PowerPoint-presentaties, ter beschikking gesteld via het Minerva-leerplatform, worden
als hardcopy meegebracht naar de les voor aanvulling met eigen nota's. Geraamde
totaalprijs van het printen: 10 EUR
Referenties
IPCC (2007). 4th Assessment Report on Climate Change: summary for policymakers.
Neil Roberts (1998). The Holocene: an environmental history, 2nd Ed. Blackwell (ISBN
0-631-18638-7).
Vakinhoudelijke studiebegeleiding
Begeleiding van practica in paleoecologische technieken en dataverwerking. Advies
voor zelfstandig werk (persoonlijke literatuurstudie, synthese en schriftelijk verslag)
over historische interactie tussen mens en klimaat in de context van een specifieke
beschaving. Persoonlijk contact met de titularissen na afspraak.
Evaluatiemomenten
periodegebonden en niet-periodegebonden evaluatie
Evaluatievormen bij periodegebonden evaluatie in de eerste examenperiode
Schriftelijk examen met open vragen
Evaluatievormen bij periodegebonden evaluatie in de tweede examenperiode
Schriftelijk examen met open vragen
Evaluatievormen bij niet-periodegebonden evaluatie
(Goedgekeurd)
2
Verslag
Tweede examenkans in geval van niet-periodegebonden evaluatie
Examen in de tweede examenperiode is mogelijk
Toelichtingen bij de evaluatievormen
Kennisvragen over materie behandeld in de hoorcolleges; inzichtvragen over de
invloed van beschikbare archieven en methodologie op paleoecologische data
interpretatie
Eindscoreberekening
Periodegebonden theorie examen 75%; verslagen practica 10%; persoonlijk werk
(literatuurstudie met rapport): 15%. Ongegronde afwezigheid op een practicum (een
moment van niet-periodieke evaluatie) leidt tot niet-slagen voor dit evaluatiemoment, en
kan dus bijdragen tot niet-slagen voor het ganse opleidingsonderdeel.
Faciliteiten voor werkstudenten
1. Mogelijkheid tot vrijstelling van aanwezigheid
2. Mogelijkheid tot examen op ander tijdstip doorheen het academiejaar
3. Mogelijkheid tot feedback op alternatief tijdstip
Voor meer informatie omtrent flexibel studeren: http: //www.flw.ugent.
be/flexibelstuderen
Addendum
toegang via credco werd op 28/2/2012 van 'niet' gewijzigd in 'toetsing' (cf. OER 20112012 Art 30§1)
(Goedgekeurd)
3
Download