Bolvormig moeten ze zijn door hun eigen gewicht

advertisement
Bolvormig moeten ze zijn, door hun eigen gewicht
Volkskrant, 16 augustus 2006
Amerikaanse sterrenkundigen kunnen opgelucht ademhalen. Als het nieuwe voorstel voor de definitie van een
planeet volgende week door de Internationale Astronomische Unie (IAU) wordt aangenomen, voeren de
Verenigde Staten straks de lijst van planeetontdekkingen aan.
Mercurius, Venus, de aarde, Mars, Jupiter en Saturnus zijn al sinds de prehistorie bekend. Uranus werd in 1781 ontdekt door de
Engelsman William Herschel; Neptunus in 1846 door de Duitser Johann Gottfried Galle, en Pluto in 1930 door de Amerikaan
Clyde Tombaugh.
De drie nieuwe planeten, met rechts de aarde op dezelfde schaal.
Als sterrenkundigen zouden besluiten dat er maar acht echte planeten in het zonnestelsel zijn, en dat buitenbeentje Pluto niet
meetelt, zou Amerika zijn enige ‘eigen’ planeet kwijtraken. In plaats daarvan komt een speciale IAU-commissie nu met een
voorstel waarin ook Charon en ‘Xena’ de planeetstatus krijgen. Charon – de relatief grote begeleider van Pluto – is in 1978
ontdekt door de Amerikaan Jim Christy; ‘Xena’ (een grote ‘ijsdwerg’ buiten de baan van Pluto die nog een definitieve naam moet
krijgen) is anderhalf jaar geleden gevonden door de Californische astronoom Mike Brown.
Daarnaast is ook de planetoïde Ceres voortaan een planeet. Ceres – een hemellichaam tussen de banen van Mars en Jupiter in –
werd in 1801 ontdekt door de Italiaan Giuseppe Piazzi. ‘Het is grappig dat Ceres er nu weer wél bijhoort,’ zegt de Nederlandse
planeetonderzoekster Daphne Stam van het SRON Netherlands Institute for Space Research in Utrecht. ‘Na zijn ontdekking
werd hij ook enkele tientallen jaren als volwaardige planeet beschouwd.’
Met het nieuwe voorstel, waarover volgende week donderdag in Praag gestemd moet worden, hoopt de IAU een einde te maken
aan de verwarring rond de vraag wanneer je een hemellichaam een planeet mag noemen. De keuze is daarbij gevallen op een
eigenschap die door de natuur zélf wordt bepaald: of een hemellichaam onder zijn eigen gewicht een bolvorm heeft. Minstens
twaalf objecten voldoen aan dat criterium.
‘Op zich een heel mooie definitie,’ vindt Stam, ‘hoewel je dan natuurlijk wel erg veel planeten krijgt.’ Momenteel staan er al
twaalf andere hemellichamen op de ‘wachtlijst’: ze zijn nog niet nauwkeurig genoeg onderzocht, en er is niet bekend of ze uit
zichzelf bolvormig zijn. In de toekomst worden ver buiten de baan van Pluto ongetwijfeld nog meer van dit soort objecten
gevonden.
De IAU-commissie die zich de afgelopen maanden over de kwestie heeft gebogen, is zich terdege bewust geweest van de
emotionele aspecten van de discussie. Een voorstel waarin Pluto niet langer te boek zou staan als planeet, zou op zeer veel
weerstand zijn gestuit, zowel bij veel planeetonderzoekers als bij het grote publiek.
Ronduit verrasssend is het voorstel om Pluto en Charon te bestempelen als dubbelplaneet, waardoor ook Charon nu officieel een
planeet is. Met een middellijn van 1172 kilometer is Charon veel kleiner dan onze eigen maan.
Met dubbelplaneten en plutonen (‘dwergplaneten’ buiten de baan van Neptunus) is het zonnestelsel er misschien niet
overzichtelijker op geworden, maar in elk geval is met het IAU-voorstel een stap gezet op weg naar een eenduidige classificatie.
Hoe de verschillende onderdelen van de ontwerpresolutie zullen vallen bij de internationale sterrenkundige gemeenschap – en
bij de man in de straat – moet echter nog blijken.
Download