Leerdicht De Homerische epen ontstonden wellicht in de 9de (of 8ste ?) eeuw v.C. net voor, of aan het begin van de opkomst van de steden. Het waren heldendichten die voorgedragen werden door professionele dichter-zangers aan het hof van een vorst, die heerste in een feodaal geordende maatschappij. Met de opkomst van de steden veranderde ook de manier waarop de gemeenschap georganiseerd was. Het wereldbeeld van de bewoners van de steden veranderde mee, en de poëzie evolueerde mee met het veranderde wereldbeeld. Zo ontstond gaandeweg uit het epos het leerdicht. Het hield van het epos enkele formele kenmerken over (o.a. het gebruik van de hexameter) maar in tegenstelling tot het epos verschuilt de dichter zich niet langer achter de boodschap die hij verkondigt. De dichter treedt naar voor en zijn verhaal wordt persoonlijk. Daarmee heeft het al het belangrijkste kenmerk gemeen met de lyriek, de poëzievorm bij uitstek van de burgergemeenschap van de polis. Het leerdicht of didactische poëzie duidt op een aantal poëtische werken uit de GrieksRomeinse Oudheid die tot doel hebben de lezer in een bepaald onderwerp te instrueren. Ontstaan Na de bloeitijd van de Epiek in 9e/8e eeuw v.Chr. werden dichters zich steeds vaker bewust van hun roeping hun toehoorders iets te leren, veeleer dan ze te vermaken. De gedichten die zij ten gehore brachten, waren in dezelfde stijl en metriek als het epos (dactylische hexameter), maar de behandelde stof was veranderd. In de oudheid werd er echter, mede door het gebruik van hetzelfde metrum, geen onderscheid gemaakt tussen epos en leerdicht - leerdicht werd dus niet als een afzonderlijk genre gezien. Omdat de veelvuldige reproductie en verspreiding van literaire werken nog niet tot de mogelijkheden behoorden, goten de dichters van het leerdicht, die zichzelf als volksleraren zagen, hun wijze raadgevingen in versvorm, om ze aldus gemakkelijker te laten memoriseren. Oudste voorbeelden Hesiodus' Erga kai Hèmerai (Werken en Dagen) bleven integraal bewaard Parmenides' Peri Phuseos (Over de Natuur) alleen fragmenten bewaard Empedocles' Peri Phuseos (Over de Natuur) alleen fragmenten bewaard Verdere evolutie Tijdens de Klassieke periode van de Griekse literatuur kende het genre vrijwel geen beoefenaars en belangstelling meer. Maar in de Hellenistische periode leefde het leerdicht weer op. In Rome viel de didactische poëzie snel in de smaak: oorspronkelijk Griekse werken werden eerst in het Latijn vertaald en bewerkt, maar al gauw werden in het Latijn belangrijke nieuwe werken geschreven. Voorbeelden: Lucretius' De Rerum Natura Vergilius' Georgica Ovidius' Fasti en Ars Amatoria (eerder parodiërend)