Vocht en voeding: een historisch dilemma

advertisement
14/12/15
Vocht en voeding in
de palliatieve en
terminale fase
Jo Lisaerde
5e Limburgs Symposium voor CRA’s
21 november 2015
Vocht en voeding:
een historisch dilemma
›  Tot
›  >
› 
1950: traditie
1950: opkomst medische technologie
1970: Hospice beweging
›  Beeldvorming
publiek: symboolwaarde /ethiek
1
14/12/15
vocht en
voeding in de
palliatieve en
terminale fase
vocht en
voeding in de
palliatieve en
terminale fase
2
14/12/15
vocht en
voeding in de
palliatieve en
terminale fase
vocht en
voeding in de
palliatieve en
terminale fase
3
14/12/15
7
Voorkomen van symptomen in de palliatieve fase
(Oxford textbook of oncology)
›  Asthenie
›  Pijn
›  Anorexie
›  Constipatie
›  Dyspneu
›  Insomnia
›  Zweten
›  Oedemen
›  Droge
mond
›  Nausea
95%
90%
80%
65%
60%
60%
60%
60%
50%
50%
›  Braken
›  Angst
›  Hoest
›  Verwardheid
›  Decubitus
40%
40%
30%
30%
30%
›  Pleuravocht 20%
›  Ascites
›  Bloeding
›  Depressie
›  Jeuk
15%
15%
10%
5%
Comform behandeldoelen
VZP A: alles doen om het leven in
stand te houden
behalve reanimatie (DNR1)?
VZP B: alles doen om functiebehoud
te verzekeren
- functiebehoud, optimaliseren functies
- behoud van onafhankelijkheid
- herstel van functies
- behoud of verbetering levenskwaliteit
VZP C: alles doen om comfort te
geven
- comfortzorg
- psychosociaal en existentieel niveau
- palliatieve zorg
VZPCt: alles doen om stervensproces
te ondersteunen
- pijn- en symptoomcontrole
- stervensproces niet verlengen
4
14/12/15
Voedingethischbekeken
›  Behandeldoellevensverlenging:dezepa=ëntenstervenniet
omdatzenieteten,maaretennietmeeromdatzegaan
sterven.
›  Behandeldoelfunc=ebehoud:stoppenvangewichtsverlies
heeEgeeneffectopandereoutcomes
›  Behandeldoelcomfort:inlaatstestadiumenkelvoedinggeven
alscomfortbehandeling
Vanafeenbepaaldmomentisvoedinggeenbehandeldoelmeer!
Vocht en voeding in de
palliatieve en terminale fase
artificiële / geforceerde toediening = een medische handeling
›  er bestaat geen evidentie voor deze handeling bij het
levenseinde
›  artificiële toediening heeft zijn plaats bij een acuut event in
afwachting van herstel en/of wanneer genezing een optie is.
›  in de overgangsfase primeert de ‘plezier’-functie
›  bij voedselweigering is artificiële toediening niet aangewezen
›  voor de naasten heeft vocht en voeding een belangrijke
symbolische en emotionele waarde
›  stoppen of niet starten van artificiële toediening is ethisch
gelijkwaardig
› 
5
14/12/15
Vocht en voeding:
enkele ethische begrippen
› 
beneficiëntie: enkel het welzijn van de patiënt is belangrijk
à heeft de behandeling voordeel voor de patiënt?
› 
non maleficiëntie: behandeling overwegen wanneer de
positieve effecten duidelijk groter zijn dan de negatieve
à risico op schade beter aanvaard bij acute events
› 
autonomie: informed consent van patiënt of vertegenwoordiger.
› 
rechtvaardigheid: gelijke behandeling voor gelijke situaties
à ‘treat equals equally’
12
VOEDINGSPROBLEMEN BIJ GEÏNSTITUTIONALISEERDE
DEMENTERENDEN
› 
› 
› 
› 
› 
Zelf eten
Eten met hulp
Eten weigeren
Slikproblemen + weigeren
Permanente slikproblemen
24%
18%
26%
25%
7%
› 
50% kan niet meer zelfstandig eten 8 jaar
na diagnose
› 
85% heben al voeding geweigerd.
6
14/12/15
Vocht en voeding:
pathofysiologische begrippen
malnutritie
2.  dysfagie
3.  afweergedrag
4.  anorexie – cachexiesyndroom
5.  starvation
1. 
Malnutritie
› 
assessment ?
DEFINITIE:
toestand waarin deficiënt voedingspatroon negatieve
weerslag heeft op lichaamssamenstelling en/of
functionele of klinische weerlag heeft op de patiënt.
BMI <18.5 kg/m2
niet intentioneel gewichtsverlies >10% in laatste 3–6 maanden
›  BMI <20 kg/m2 en niet intentioneel gewichtsverlies >5% in laatste
3–6 maanden
RISICOGROEP: frailty (= WZC bewoner)
› 
› 
› 
› 
› 
› 
› 
gebrekkige intake ≥ 5 dagen
malabsorptie
cachexie
Nutrition support in adults: oral nutrition support, enteral tube feeding and parenteral nutrition. CG32. London: NICE, 2006.
7
14/12/15
Malnutritie
› 
interventie ?
ASSESSMENT:
Malnutritie
› 
INTERVENTIE:
› 
dieetmaatregelingen geven kleine consistente
gewichtstoename bij ouderen, maar verhogen
overlevingsduur niet
Cochrane Database System Rev 2011
› 
geen reductie hospitalisatieduur, geen verbetering van de
functionele status noch van de levenskwaliteit
Cochrane Database System Rev 2009
8
14/12/15
Dysfagie
slikmoeilijkheden van oropharyngeale of oesofagale
oorsprong
›  komt voor in diverse vormen van neurodegenratieve
aandoeningen
›  prevalentie: 7- 25% bij 65-plussers
tot 50% van WZC-bewoners
13% tot 57% bij dementie
›  GEVOLG:
› 
› 
› 
› 
gewichtsverlies, malnutritie, dehydratatie
aspiratie
Aanpak:
› 
› 
› 
dieetmaatregelen niet overtuigend
fysiotherapie / logopedie: onduidelijk
PEG-sondes: geen verbetering comfort / overleving
Evaluation and management of oropharyngeal dysphagia in different types of dementia: A systematic review
Kannayiram Alagiakrishnan a,*, Rahima A. Bhanji b, Mini Kurian c
Archives of Gerontology and Geriatrics 56 (2013) 1–9
Slikstoornissenbijpersonenmetdemen=e
›  CVA:
›  50%CVA-pa=ënten,80%bijhersenstamletsel
›  Vaakspontaneverbetering
›  CAVE:malnutri=e/aspira=epneumonie
›  Parkinson:
›  15à20%vertonenslikstoornissen
›  CAVEaspira=epneumonie
›  Demen=e:
›  Apraxie,bolusvorming,coördina=estoornissen
9
14/12/15
Dysfagie
› 
› 
› 
› 
slikmoeilijkheden van oropharyngeale of oesofagale oorsprong
komt voor in diverse vormen van neurodegenratieve
aandoeningen
prevalentie: 7- 25% bij 65-plussers
tot 50% van WZC-bewoners
13% tot 57% bij dementie
GEVOLG:
› 
› 
› 
gewichtsverlies, malnutritie, dehydratatie
aspiratie
Aanpak:
› 
› 
› 
dieetmaatregelen niet overtuigend
fysiotherapie / logopedie: onduidelijk
PEG-sondes: geen verbetering comfort / overleving
Dysfagie: oorzaken
› 
xerostomie
› 
CVA, centrale neurodegeneratieve aandoeningen (bv.
dementie), neuromotor diseases.
› 
veranderingen in de oropharyngeale anatomie (kanker,
externe compressie, ...
› 
iatrogene origine; radiotherapie, oropharyngeale heelkunde,
na intubatie, tijdens sondevoeding, medicatie, ....
Dementia and Dysphagia
Caryn S. Easterling, PhD, CCC, BRS-S, and Elizabeth Robbins, MA
Geriatric Nursing, Volume 29, Number 4
10
14/12/15
Dysfagie: aanpak
›  goede
mondhygiene
›  goede positionering aan tafel en stipt bediening
›  aanbieden frequente kleine maaltijden met
voldoende vochtinname
›  calorierijk en visueel aantrekkelijk voedsel
›  keuzes aanbieden
›  aanmoedigen om zelf te voeden
›  permanente aanwezigheid van verzorgend team
›  fingerfood
Dementia and Dysphagia
Caryn S. Easterling, PhD, CCC, BRS-S, and Elizabeth Robbins, MA
Geriatric Nursing, Volume 29, Number 4
Voedingweigeren:afweergedrag
11
14/12/15
Afweergedrag:defini=e
›  Lepelwegslaan
›  Haaltetenuitdemond
›  Etenuitspugen
›  Looptwegvantafel
›  Monddichtknijpen
›  Weigertverbaal
›  Hoofdafwenden
›  Kokhalzen
›  Sliktniet
›  Agressie
›  Hamsterenindemond
›  Raaktetennietaan
Afweergedrag:oorzaken
›  Demen=e:
›  Houdingsprobleem
›  Apraxie
›  Nietaangepastestoel
›  Slikstoornissen
›  Bevuildepamper
›  Mondproblemen:
›  Angst
›  Tandwortelrest
›  Snelafgeleid
›  Droogte
›  Onaangepastestaatvanhet
›  Vermoeidheid
voedsel
›  pijnprobleem
wilsuiting ?
12
14/12/15
Afweergedrag:nietwillen!
Afweergedrag:nietwillen!
Overlegmetarts
›  Behandelbareoorzaak
›  Actuelewilsui=ng
Overlegmetfamilie
›  Opdehoogtebrengen
›  Infovanfamilie
›  Infoaanfamilie
›  Behandelingsdoel?
13
14/12/15
Anorexie – cachexie syndroom
› 
ANOREXIE: “an” (zonder) + “orexis” (eetlust)
oncontroleerbaar verlies van eetlust
(snel verzadigingsgevoel, smaakveranderingen, nausea)
› 
CACHEXIE: “kakos” (slecht) +”hexis” (toestand)
= onvrijwillige aanhoudende gewichtsvermindering
vaak samen met anorexie, spierzwakte, inflammatoir patroon
› 
Diagnose: Gewichtsverlies >5% over de laatste 6 maanden,
aanhoudend in laatste 2 maanden.
› 
>< Starvation: geen intake door bv. stomatitis, pijn, dyspnee, verwardheid,
weigering, terminale stadium, ..
Anorexie – cachexie syndroom
›  Hypocrates
(460-377 BC):
“Het vlees is verteerd en wordt water.... De buik vult zich met water,
voeten en benen zwellen.... De schouders, de sleutelbeenderen, de
borst en de billen smelten weg....
De ziekte is fataal.”
14
14/12/15
Anorexie – cachexie syndroom
KENMERKEN:
Verlies van eetlust, verminderde orale intake, stoornissen in geur en
smaak, snel verzadigingsgevoel.
›  Catabool mechanisme geactiveerd door tumorgroei en
ontstekingsmechanisme, gepaard met hypogonadisme (man) en
insulineresistentie.
›  Verminderde spiermassa, krachtsvermindering ledematen en diafragma.
›  Bepalend voor QOL: Functieverlies (fysiek, psychosociaal)
›  Progressie ACS is bepalend voor ziekteverloop en prognose
›  50% kankerpatiënten hebben al ACS bij diagnose
›  Antitumorale therapieën bevorderen gewichtsverlies
› 
ook bij gevorderde COPD,
hartfalen, nierfalen, frailty
en dementie
Cachexie vs. starvation
•  gewichtsvermindering
•  negatieve stikstof balans
bij beide aanwezig
•  verhoogd rustmetabolisme
•  verhoogd metabolisme van KH, vet, proteïne
•  catabolisme van spier- en botweefsel
•  artificiële voeding zorgt niet voor herstel maar voor schade
•  glucose: hyperglycemie, acidose, hyponatremie,
hersenoedeem, .....
•  proteïne: ecephalopatie, chlooracidose, amoniakverhoging, ....
•  Vet: vetdepositie (lever, perifeer), pancreatitis, ......
15
14/12/15
Cachexie
• 
Cachexie bij dementie
primaire factoren
secundaire factoren
geur- en smaakverlies
cytokinines
gedragsstoornissen
voedingsapraxie
dysphagie
aanbod van voeding
acute/chronische ziekten
medicatie
mondproblemen
GEWICHTSVERLIES
16
14/12/15
Besluitvorming vocht en voeding
partners:
-  patiënt: indien nog wilsuitingen
-  verbaal
-  non verbaal
-  VZP
-  naasten: moeilijke rol van vertegenwoordiger
-  emotionele hardnekkigheid
-  burn out
-  aansturen op stop
-  verpleegkundigen / verzorgenden:
-  kennen de patiënt meestal best in laatste fase
-  worden slechts zijdelings betrokken
-  arts(-en): eindverantwoordelijkheid over medische handeling
Emo=oneleimpactopfamilie
›  familie
hecht meer belang aan voeding dan pt
›  belang groter als familie niet klaar is met de dood
›  angst dat behandelend team te weinig belang
hecht aan vocht en voeding
›  te laat starten met integratie van visieverschillen
tussen team en familie
›  aandacht voor culturele en religieuze verschillen
›  arts is eindverantwoordelijk en stabiliserende
factor
M.I. del Rio et.al. Psycho-oncology 21: 913-921 (2012)
17
14/12/15
Palliatief (3-6 maanden) à terminaal (4 weken)
›  voeding
kan aangeboden worden onder natuurlijke vorm en
peroraal: geen parenterale voeding, wel verfrissend en
smakelijk gepresenteerd
›  de calorie-inhoud is niet belangrijk:
energiebalans telt niet meer – niks moet
›  er wordt niet aangedrongen: verbale of non-verbale weigering
door de patiënt wordt gerespecteerd, >geforceerd peroraal
voeden is ook kunstvoeding !
›  er bestaan geen maaltijdmomenten meer: patiënt eet op eigen
ritme
Palliatief stadium
COMFORTVOEDING:
-  vocht en voeding aanbieden zolang het niet nog alleen een
belasting is
-  via minst invasieve en meest voldoening gevende weg
-  zorg voor continue interactie met patiënt:
-  mondzorg voor èn na de voeding
-  tracht voorkeur / voldoening pt in te schatten
-  wees bewust van het behandeldoel dat evolueert
18
14/12/15
Als de intake faalt .....
geforceerde voeding
(handvoeding, PEGsonde, ...)
= sterven verhinderen
geïndiceerd bij nietterminale pt in acute
fase
geen vocht / voeding
= sterven niet uitstellen
enkel mondzorg
renale insufficiëntie
logische beslissing om
therapeutische
hardnekkigheid te
vermijden
enkel hydratatie
= sterven rekken
pt wordt cachectisch
lang stervensproces is
oncomfortabel
behoud nierfunctie
Nutrition and hydration at the end of life Bernard Devalois 1,∗, MarionBroucke 2
Nutrition clinique et métabolisme 29 (2015) 152–158
Overlevingsduur na stop
vocht en voeding
-  eindstadium dementie: gemiddeld één week
-  co-morbiditeit: minder dan één week
-  nog kleine slokjes: meer dan één week
vaststelling:
discomfort lijkt af te nemen na stop
vocht en voeding
Discomfort in nursing home patients with severe dementiain whom artificial nutrition and hydration is forgone.
Pasman HR et.al. Arch Intern Med 2005;165(15):1729-35.
19
14/12/15
Naderende dood
starvation
ketonemie
+
+
+
semi-starvation
+
ketonemie hongergevoel
+
euforiserend
analgetisch
somnolentie
-
dehydratatie
endorfines à analgetisch effect
hypernatremie à verminderd nociceptie
Artificial nutrition and hydration in the last week of life in cancer
patients. A systematic literature review of practices and effects
N. J. H. Raijmakers et.al.
› 
artificiële voeding + hydratatie: één studie
› 
› 
› 
› 
75% geen verschil
6% meer discomfort
18% meer comfort
geen effect op overleving
› 
artificiële voeding alleen: geen studies die voordeel
aantoonden.
› 
hydratatie alleen :
› 
› 
› 
geen verbetering comfort, behalve voor nausea
meer ascites
geen verschil in voorkomen delirium
20
14/12/15
Sondevoeding:
argumenten m.b.t. de overlevingsduur
Bij patiënten die een PEG-sonde kregen omwille van slikstoornissen door bv.
CVA of orofaryngeale kanker bedroeg de mortaliteit 28% na 30 dagen.
Indien de reden dementie was liep de mortaliteit op tot 54% na één maand.
Rusthuisbewoneres met gevorderde dementering en sondevoeding hebben de
zelfde overlevingsduur dan met de hand gevoede bewoners.
Sommige vergelijkende studies stellen een hogere mortaliteit in de PEG-groep
vast
Sondevoeding:
argumenten m.b.t. het levenscomfort
PEG-sonde veroorzaakt complicaties zoals bv. huidinfecties en perforatie, en
zorgt voor discomfort als gevolg van de obligatie fixatie.
Sondevoeding vermindert het risico op aspiratiepneumonie niet. (aangetoond
in drie retrospectieve studies).
Er zijn geen argumenten dat sondevoeding bijdraagt tot preventie van
decubitusproblemen.
Er is geen verbetering van de functionele status met sondevoeding.
Er zijn geen argumenten dat sondevoeding het levenscomfort verbetert.
21
14/12/15
Toepassing bij dementie
Er is voldoende evidentie dat PEG-sonde bij gevorderde
dementie geen benefiet brengt (geen levensverlenging, geen
comfort, geen decubituspreventie, ...)
›  Er is voldoende evidentie dat PEG-sonde in deze gevallen
morbiditeit en mortaliteit doet toenemen (maleficiëntie)
›  Deze medische behandeling ontkent vaak de autonomie van
de patiënt.
›  Artificiële voeding ontneemt middelen aan gezondheidszorg.
› 
Een zinloze behandeling is onetisch en niet in het belang van de
patiënt.
22
14/12/15
(de-) hydratatie in het terminale stdium
o 
o 
o 
o 
o 
o 
o 
o 
o 
o 
o 
Comapatiënten voelen geen pijn of dorst
Vocht verlengt het stervensproces
Parenterale voeding is belastend
Wat met het dorstgevoel?
Wat met decubitus?
Minder urineproductie
Minder secreties (luchtwegen, gastro-intestinaal)
Minder oedeem / ascites
Centraal anesthaeticum
Apathie en verwardheid
Sociale benefits
Vocht en voeding bij de terminale patiënt
1. Behalve een voorbijgaand hongergevoel
geeft vasten geen discomfort.
2. Symptomen van dehydratatie zijn miniem:
droge mond en slijmvliezen zijn de enige.
zij kunnen met eenvoudige hulpmiddelen
verholpen worden.
23
Download