Huisstijlhandboek

advertisement
Huisstijlhandboek
Richtlijnen voor het gebruik van het logo en de opmaak van brochures, affiches en banners.
Den Haag, juni 2010
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek
Inhoud
Inleiding
Elementen NWO huisstijl
4
Logo 4
Lettertype 7
Stramien 9
Papier 9 Illustratiemateriaal 9
Brochures
10
Omslagen brochures 10
Binnenwerk brochures 11
Affiches en banners
14
Inleiding
In dit huisstijlhandboek zijn alle elementen opgenomen waaruit de huisstijl van NWO
bestaat. Aan de hand van een basisopmaak wordt uitgelegd hoe deze elementen worden
toegepast en wat de samenhang is. Van alle basisdocumenten zijn voorbeelden opgenomen.
Op de basisopmaak kan worden gevarieerd. Ook hiervan zijn voorbeelden opgenomen.
Duidelijke richtlijnen en een vast stramien maken het mogelijk dat er voldoende gevarieerd
kan worden en dat de herkenbaarheid blijft bestaan.
De digitale documenten (vervaardigd in InDesign 4.0.5) zijn verkrijgbaar bij NWO.
4
Huisstijlhandboek
Elementen NWO-huisstijl
Logo
Maatvoering
De combinatie van het NWO beeldmerk en de tekst Nederlandse Organisatie voor
Wetenschappelijk Onderzoek vormt het logo. De onderlinge verhouding van deze
elementen staat vast, evenals de plaatsing van de elementen ten opzichte van elkaar.
Van het logo zijn twee maten gedefinieerd (zie pagina 5 en 6).
Op de achterkant van de omslag van publicaties wordt ongeacht het formaat het
basislogo gebruikt.
Er bestaat ook een kleine versie van het logo. Het kleine logo wordt nooit op de
omslagen gebruikt.
Versies
Het logo is beschikbaar in drie kleurvarianten:
– Rood en zwart
– Diapositief (wit)
– Zwart
Voor de kleur rood in het logo is PMS 485 gekozen. Bij Full Colour uitgaven wordt PMS 485
omgezet in een samenstelling van 100% Geel en 100% Magenta.
Wanneer deze variant niet toepasbaar is, is een diapositieve (witte), of zwarte versie van het
logo beschikbaar.
Van het logo bestaat ook een Engelstalige versie.
Het logo is beschikbaar als JPG-, Illustrator / EPS- en PDF-bestand. Het JPG-bestand is voor
digitaal (beeldscherm)gebruik. Aan het JPG-bestand is een algemeen RGB-profiel toegekend.
Voor drukwerk kan er gekozen worden uit het EPS- en het PDF-bestand. Beide zijn vectorbestanden.
Logo als illustratie
Het logo wordt als illustratief element gebruikt op de omslagen van brochures, affiches en
banners. In dit geval is het beeldmerk sterk vergroot en de tekst Nederlanse Organisatie voor
Wetenschappelijk Onderzoek losgekoppeld. Ook voor deze elementen geldt een vaste positie
en maatvoering (zie pagina 10).
Hieronder staan de drie kleurvarianten van het Nederlandstalige logo afgebeeld, in het
basis- en kleinformaat.
5
Huisstijlhandboek
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek
Bestandsnaam: 1a_NWO_LogoBasis_PMS.eps
Kleurvariant: PMS 485 met zwart
Taal: Nederlands
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek
Bestandsnaam: 1c_NWO_LogoBasis_Diap.eps
Kleurvariant: Diapositief
Taal: Nederlands
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek
Bestandsnaam: 1d_NWO_LogoBasis_Zw.eps
Kleurvariant: zwart
Taal: Nederlands
Netherlands Organisation for Scientific Research
Bestandsnaam: 2a_NWO_LogoBasis_PMS.eps
Kleurvariant: PMS 485 met zwart
Taal: Engels
6
Huisstijlhandboek
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek
Bestandsnaam: 3a_NWO_LogoKlein_PMS.eps
Kleurvariant: PMS 485 met zwart
Taal: Nederlands
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek
Bestandsnaam: 3c_NWO_LogoKlein_Diap.eps
Kleurvariant: Diapositief
Taal: Nederlands
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek
Bestandsnaam: 3d_NWO_LogoKlein_Zw.eps
Kleurvariant: zwart
Taal: Nederlands
Netherlands Organisation for Scientific Research
Bestandsnaam: 4a_NWO_LogoKlein_PMS.eps
Kleurvariant: PMS 485 met zwart
Taal: Engels
7
Huisstijlhandboek
Lettertype
Voor alle uitingen binnen de NWO-huisstijl wordt gebruik gemaakt van het lettertype
Frutiger. Alleen bij kaders, citaten en streamers mag gebruik worden gemaakt van de
Georgia. Uitzondering hierop zijn de uitingen waar variabele tekst wordt ingeprint.
Voorbeelden hiervan zijn correspondentie-uitingen (briefpapier, faxpapier etc.) en platte
tekst van nieuwsbrieven. Hiervoor wordt het lettertype Verdana gebruikt.
De Frutiger wordt gebruikt in vier gewichten:
– Frutiger Light
– Frutiger Roman
– Frutiger Bold
– Frutiger Black
Hieronder staan voorbeelden van de gewichten van de Frutiger afgedrukt in corps 14.
Frutiger Light
abcdefghijklmnopqrstuvwxyz
abcdefghijklmnopqrstuvwxyz
ABCDEFGHIJKLMNOPQRSTUVWXYZ
1234567890
Frutiger Roman
abcdefghijklmnopqrstuvwxyz
abcdefghijklmnopqrstuvwxyz
ABCDEFGHIJKLMNOPQRSTUVWXYZ
1234567890
Frutiger Bold
abcdefghijklmnopqrstuvwxyz
abcdefghijklmnopqrstuvwxyz
ABCDEFGHIJKLMNOPQRSTUVWXYZ
1234567890
Frutiger Black
abcdefghijklmnopqrstuvwxyz
abcdefghijklmnopqrstuvwxyz
ABCDEFGHIJKLMNOPQRSTUVWXYZ
1234567890
8
Huisstijlhandboek
Er zijn vier corpsmaten vastgesteld. In de onderstaande tabel staan de typografische
specificaties.
Lettertype
Corps
Regeltransport
Letterspatie
Woordspatie
Frutiger
14
6 mm
+10
80/85/90
Frutiger
10,5
4,5 mm
+10
80/85/90
Frutiger
8,25
4,5 mm
+10
80/85/90
Frutiger 6,75
4,5 mm
+20
80/85/90
Frutiger 6,75
3 mm
+20
80/85/90
Hieronder staan voorbeelden van de gewichten van de Georgia afgedrukt in corps 14.
Georgia Regular
abcdefghijklmnopqrstuvwxyz
abcdefghijklmnopqrstuvwxyz
ABCDEFGHIJKLMNOPQRSTUVWXYZ
1234567890
Georgia Bold
abcdefghijklmnopqrstuvwxyz
abcdefghijklmnopqrstuvwxyz
ABCDEFGHIJKLMNOPQRSTUVWXYZ
1234567890
9
Huisstijlhandboek
Stramien
De opmaak van iedere uiting is gebaseerd op een stramien. Dit stramien kent een horizontale
indeling (regeltransport) en een verticale indeling (kolommen). De oorsprong van het
stramien is de nulcoördinaat in de linker bovenhoek.
De horizontale indeling is gebaseerd op het regeltransport van 4,5 mm. Bij bijvoorbeeld
koppen kan 4,5 mm worden opgedeeld in éénheden van 1,5 mm. De verticale indeling is
gebaseerd op kolommen van 12 mm met een kolomwit van 3 mm. De kolommen van 12 mm
kunnen worden onderverdeeld in vier eenheden van 3 mm. Daar waar behoefte is aan meer
fijnmazigheid (bijvoorbeeld bij tabellen en grafieken) kan 3 mm worden onder­verdeeld in
eenheden van 1,5 mm.
Papier
Voor het omslag en binnenwerk van brochures wordt gebruik gemaakt van wit houtvrij
opdikkend mat machinegestreken of wit houtvrij offset-papier (hvo). Voorbeelden van houtvrij
opdikkend mat mc zijn onder andere Arctic Mat van Grafisch Papier en G-Print van Proost en
Brandt. Voorbeelden van wit hvo zijn onder andere IJsselprint van BührmannUbbens, Profijt
van Proost en Brandt en Dito van Antalis.
Illustratiemateriaal
Het illustratiemateriaal (bij voorkeur fotografie) moet een duidelijke link hebben met
het onderwerp. Het beeld moet dusdanig helder zijn dat gebruiker de connectie met het
onderwerp moet kunnen leggen.
NWO beschikt over een beknopte beeldbank. Deze foto’s, die speciaal voor NWO zijn
gemaakt, kunnen rechtenvrij worden geplaatst op het omslag of in het binnenwerk van
brochures en nieuwsbrieven. Als stockfotografie wordt gebruikt, wordt de bron vermeld.
10
Huisstijlhandboek
Brochures
Formaat
Er zijn vier standaardformaten bepaald:
– A4 (210 x 297 mm)
– A4 oblong (297 x 210 mm)
– 170 x 240 mm
– A5 (148,5 x 210 mm)
Voor ieder formaat is een basis­opmaak vervaardigd. Voor het staande A4 formaat is buiten de
éénkoloms-, ook een tweekoloms­versie ontwikkeld.
Omslag
Op de voorzijde van omslagen wordt het NWO logo als illustratief element gebruikt.
Het beeldmerk wordt in dit geval losgekoppeld van de naam en sterk vergroot. Per formaat
hebben beide elementen een vaste maat en positie op het omslag.
Variëren met onder andere beeldgebruik, maat en positie van de titels mag, mits dit gebeurt
volgens het onderliggend stramien. De positie van de logo’s blijft altijd gehandhaafd.
Het NWO beeldmerk wordt doorsneden door een horizontale scheidslijn die ontstaat door
twee kleurvlakken of een combinatie van een kleurvlak en een foto tegen elkaar aan te
zetten. De positie van de scheidslijn ligt per formaat vast. Het onderste vlak loopt door in de
‘o‘ en de boog van het beeldmerk.
Als er voor de invulling van het onderste vlak wordt gekozen voor fotografie, is het gedeelte
dat doorloopt in het beeldmerk altijd egaal van kleur en tekening. Het is belangrijk dat het
beeldmerk goed contrasteert met de achtergrond.
Bij de omslagen van de brochures onderscheiden we uitingen van NWO algemeen en
uitingen van NWO toegepast op een thema of wetenschapsgebied.
Omslag algemeen
Omslagen die niet gekoppeld zijn aan een specifiek thema of wetenschapsgebied vallen
onder NWO algemeen. In dit geval staat het beeldmerk met de scheidslijn onderaan de
pagina. De maat en positie van deze elementen staan per formaat vast.
De kleur van het onderste vlak is altijd rood (PMS 485). Wanneer het een Full Colour productie
betreft is de kleur rood opgebouwd uit 100% Geel en 100% Magenta.
Omslag thema of wetenschapsgebied
Bij omslagen die gekoppeld zijn aan een specifiek thema of wetenschapsgebied staat het
beeldmerk met de scheidslijn bovenaan de pagina. De maat en positie van deze elementen
staan per formaat vast.
De kleur van het onderste vlak is in het aangeleverde digitale basisdocument 100% Cyaan.
Zowel de kleur als de invulling zijn vrij.
Het thema of wetenschapsgebied onder het beeldmerk, wordt (in InDesign) gezet uit de
Frutiger Bold in corps 14. Het programma wordt gezet uit de Frutiger Bold in corps 10,5.
De maat en positie van deze teksten staan per formaat vast.
Logo achterzijde omslag
Het logo van NWO (de combinatie van het NWO beeldmerk en de tekst Nederlandse
Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek) staat altijd volgens vaste maat en positie
op de achterzijde van het omslag.
Bij omslagen die gekoppeld zijn aan een specifiek thema of wetenschapsgebied wordt op
een vaste positie onder het basislogo de naam van dit thema of wetenschapsgebied
vermeld, gezet uit de Frutiger Bold in corps 8,25. In de basisopmaak is deze regel gezet
in InDesign. Het logo wordt in de kleurvariant zwart/rood of diapositief gebruikt (zie pagina 5).
11
Huisstijlhandboek
Titel en ondertitel
Titels en ondertitels worden gezet uit de Frutiger. Gewicht, stijl en corpsgrootte van titels
en ondertitels zijn vrij (zie pagina 7). Ook de positionering is vrij, maar dient wel te passen
binnen het stramien.
Tekst achterzijde omslag
De tekst op de achterzijde van de publicatie wordt gezet uit de Frutiger Roman in corps 8,25.
Het regeltranport van deze tekst is 4,5 mm. De positie van deze tekst staat vast, de kleur
is vrij.
Colofon
Het colofon op de achterzijde van het omslag worden gezet uit de Frutiger Roman in
corps 6,75. Het regeltransport van het colofon is 3 mm. De positie van deze tekst staat vast,
de kleur is vrij.
Rugtitel
De rugtitel wordt gezet uit de Frutiger Roman in corps 6,75, en staat gecentreerd in de
rugdikte. Voor dikke uitgaven kan er van de grotere corpsmaten voor tekst gebruik worden
gemaakt. De rugtitel loopt van boven naar onder en lijnt met de bovenkant van de x-hoogte
van de eerste regel van het colofon. De kleur van de rugtitel is vrij.
Binnenwerk
Variëren mag mits het corps en regeltransport van platte tekst gehandhaafd blijft (8,25
punt). Ook dient er niet te worden afgeweken van de minimum corpsgrootte (6,75 punt).
Deze wordt gebruikt voor onder andere sprekende hoofdregels, voetnoten en bijschriften.
Tekst
Alle teksten voor het binnenwerk van de brochures, worden gezet uit de Frutiger. Er zijn
enkele standaardmaten en -gewichten gedefinieerd. De woordspatie (Justification) in
InDesign is 85%. Regeltransport en letterspatie variëren per corpsgrootte (zie pagina 8).
Hieronder volgt een korte omschrijving van de tekstuele elementen van de basisopmaak
alsmede enkele typografische stelregels.
Inhoudsopgave
De inhoudsopgave wordt gezet uit de Frutiger Bold in corps 10,5 (hoofstukken) en de
Frutiger Roman in corps 8,25 (tussenkoppen). Na de hoofdstuk- of tussenkopaanduiding
volgen twee spaties, waarna het paginacijfer wordt vermeld. Het paginacijfer is gezet uit de
Frutiger Roman in corps 8,25.
Daar waar de hiërarchie van de hoofdstukindeling tot uitdrukking moet komen, kan worden
ingesprongen. De positie van de inhoudsopgave staat vast. Indien er geen paragraafcijfers
worden gebruikt verandert de positie niet.
Hoofdkop
De hoofdkoppen worden gezet uit de Frutiger Bold. Omdat het regeltransport afhankelijk is
van de corpsgrootte, wijkt deze soms af van het basislijnstramien. Het regeltransport is
echter altijd een veelvoud van 4,5 m. Deze 4,5 mm kan worden opgedeeld in eenheden van
1,5 mm. De positie van de hoofdkoppen staat vast. Indien het hoofdstukcijfer vervalt blijft de
positie van de hoofdkoppen gelijk.
Tussenkoppen
Er worden vier soorten tussenkoppen gebruikt, aangegeven als tussenkop 1, tussenkop 2,
tussenkop 3 en tussenkop 4. De cijfers geven de onderlinge hiërachie aan. Afhankelijk van
de tekst en het onderwerp kan bij een publicatie met bijvoorbeeld twee tussenkoppen
gekozen worden voor tussenkop 2 en tussenkop 3, in plaats van tussenkop 1 en tussenkop 2.
12
Huisstijlhandboek
De tussenkoppen staan op een vaste positie. Indien het hoofdstuk- en/of paragraafcijfer
vervalt blijft de positie van de kop gelijk.
Bij de oblong (liggende) en tweekoloms opmaak wordt geen gebruik gemaakt van paragraaf­
cijfers.
Inleiding
De inleiding wordt gezet uit de Frutiger Bold in corps 8,25. Deze tekst staat op een vaste
positie, springt uit ten opzichte van de platte tekst en lijnt met de hoofdkop.
Platte tekst
De platte tekst wordt gezet uit de Frutiger Roman in corps 8,25. De positie en zetbreedte zijn
afhankelijk van het formaat van de publicatie.
Kadertekst
De kaderteksten worden gezet uit de Frutiger in corps 8,25. Het gewicht van de Frutiger in de
kaderteksten is vrij (zie pagina 7). Ook is het mogelijk de kaderteksten te voorzien van een
onder­liggend kleurvlak. In dit geval dient er goed te worden gelet op de leesbaarheid van de
tekst .
Kaderteksten springen uit ten opzichte van de platte tekst en lijnen met de hoofdkop.
Bijschrift
De bijschriften worden gezet uit de Frutiger Roman in corps 6,75. Het regeltransport van
bijschriften is 3 mm.
Tabellen en grafieken
Tabellen en grafieken worden gezet uit de Frutiger in corps 6,75. Het gewicht en stijl van
de Frutiger in de tabellen en grafieken is vrij (zie pagina 7). Het regeltransport van tabellen
en grafieken is 3 mm.
Voetnoten
Voetnoten worden gezet uit de Frutiger in corps 6,75. Het regeltranport van voetnoten is
3 mm. De nootcijfers in de platte tekst worden gezet in corps 6,75 en verschuiven +2,75 punt
ten opzichte van het basisregelstramien. Bij teksten die gezet zijn in corps 6,75 (bijvoorbeeld
bijschriften, tabellen en grafieken), worden nootcijfers gezet in corps 5,5 en verschuiven
+2,25 punt ten opzichte van het basislijnstramien.
Paginacijfer en sprekende hoofdregel
Het paginacijfer en de sprekende hoofdregel worden gezet uit de Frutiger in corps 6,75.
Het regeltransport van het paginacijfer en de sprekende hoofdregel is 3 mm.
De positie van deze elementen staat vast. Het paginacijfer springt in ten opzichte van
de sprekende hoofdregel, en lijnt met met de platte tekst.
Tekstbehandeling
Afbreken
Alle teksten worden in vrije (Engelse) regelval gezet, uitvullen komt niet voor. Afbreken
wordt zoveel mogelijk vermeden. Indien dit toch noodzakelijk is, bij voorkeur afbreken op
samengestelde woorden. In een tekst bevinden zich nooit meer dan twee afbrekingen onder
elkaar. Woorden van twee lettergrepen, getallen, eigennamen en plaatsnamen worden niet
afgebroken, maar verplaatst naar de volgende regel.
Aanhalen
Er wordt aangehaald volgens het ‘Engels systeem’; enkelvoudig boven, de eerste ‘komma’ op
z‘n kop. Dubbele aanhalingstekens worden niet gebruikt.
13
Huisstijlhandboek
Gedachtenstreepjes
Voor gedachtenstreepjes worden halve kastlijntjes (lange streepjes) gebruikt.
Accentueren
Accenten kunnen in de tekst worden aangebracht door middel van cursief (Frutiger Italic),
of door de tekst in een ander gewicht te zetten (zie pagina 7).
Opsommen
Een opsomming sluit aan op de voorafgaande tekst. Er staat geen witregel boven. Voor de
opsommingsstreepjes worden halve kastlijntjes (‘lange streepjes’) gebruikt. Een opsomming
springt in (mét streepjes) ten opzichte van de platte tekst. Er staat altijd een witregel onder
de opsomming.
Of een opsomming begint met kapitalen of met onderkast is vrij, evenals de keuze voor interpunctie aan het eind van de opsomming. Belangrijk is wel dat dit consequent gebeurt, zowel
binnen de opsomming, als tussen de opsommingen onderling.
Illustraties
In het binnenwerk kunnen illustraties naar eigen inzicht worden geplaatst, mits dit gebeurt
volgens onderliggend stramien.
14
Huisstijlhandboek
Affiches en banners
Er zijn drie standaardformaten bepaald:
– A2 (420 x 594 mm)
– A1 (594 x 840 mm)
Variëren met onder andere beeldgebruik, maat en positie van de titels en tekst mag, mits dit
gebeurt volgens het onderliggend stramien.
Op de affiches en banners wordt het NWO logo als illustratief element gebruikt. Het beeldmerk
wordt in dit geval losgekoppeld van de naam en sterk vergroot. De naam Nederlandse
Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek staat onderaan de pagina. Bij posters of
­affiches groter dan A1, wordt uitgegaan van maat en positie van A1.
Het NWO beeldmerk wordt doorsneden door een horizontale scheidslijn die ontstaat door
twee kleurvlakken of een combinatie van een kleurvlak en een foto tegen elkaar aan te
zetten. De positie van de scheidslijn ligt per formaat vast. Het onderste vlak loopt door in de
‘o‘ en de boog van het beeldmerk.
Als er voor de invulling van het onderste vlak wordt gekozen voor fotografie, is het gedeelte
dat doorloopt in het beeldmerk altijd egaal van kleur en tekening. Het is belangrijk dat het
beeldmerk goed contrasteert met de achtergrond.
Bij alle affiches en banners staat het NWO-beeldmerk met de scheidslijn bovenaan. Bij de
affiches en banners NWO algemeen is de kleur van het bovenste vlak altijd rood (PMS 485).
In geval van Full Color wordt de kleur rood opgebouwd uit 100% Geel en 100% Magenta.
Bij de affiches en banners die gekoppeld zijn aan een specifiek thema of wetenschapsgebied
is de kleur vrij.
Het thema of wetenschapsgebied en het programma staan volgens vaste maat en stand
onder het logo.
Download