Herfsttij der Middeleeuwen, laat-gotiek • VWO-boek blz. 8 en 9 • Par. 2.1, blz.6: Oriëntatie 13e en 14e eeuw • • Invloed van de steden groeit Gesloten plattelandseconomie bezig te verdwijnen • Positie kerk onder druk tgv: 1. Opkomst steden 2. Verwereldlijking van geloof 3. Wetenschappelijke belangstelling voor de klassieken Filips de Goede (koning van Bourgondische rijk) Late gotiek tegenover vroege renaissance 15e eeuw • Frankrijk • Engeland • Vlaanderen Blijven vernieuwingen baseren op gotische principes “Herfsttij der M.E.” • Italië Ontwikkelt eigen stijl geënt op klassieke voorbeelden: De renaissance = wedergeboorte Twee belangrijke culturele centra in de 15e eeuw • Vlaanderen = onderdeel van Bourgondische Rijk • Hof van Filips de Goede geeft opdrachten aan kunstenaars: o.a. Jan van Eyck • Doel: machtsverheerlijking • Florence • Ontstaan van humanisme en renaissance • Humanisten bestuderen bronnen uit klassieke oudheid De Nederlandse/Vlaamse school • Muziek speelt grote rol aan Bourgondische hoven • Componisten krijgen opdrachten van hof • Meesten niet vast verbonden aan hof • Velen hebben in Italië gewerkt • G. Dufay is grondlegger van de Nederlandse school: polyfonie Kenmerken Nederlandse Scholen • Gebruik van cantus firmus dwz. Men gebruikt een bestaande melodie die als basis dient voor een meerstemmige compositie * Cantus firmus vaak ontleend aan gregoriaans L’homme armé (1) • In loop van 15e eeuw steeds meer wereldlijke melodieën als cantus firmus. • Ook als cantus firmus voor een mis • In alle delen van de mis wordt dezelfde c.f. gebruikt • Hierdoor ontstaat meer eenheid tussen verschillende delen L’homme armé (2) • Soldatenliedje uit de 14e eeuw • In de ME kende iedereen de ‘gewapende man’ • Ridder te paard of arme voetknecht • Deze heb je te vrezen: wapen je als hij voorbij komt • Weggehoond bij verlies • Toegejuicht bij winst L’homme armé (3) • Johannes Ockeghem • (Nederlandse School) • Gebruikt ook L’homme armé als uitgangspunt (cantus firmus) voor een mis • Na hem nog vele andere componisten. relatie tekst en muziek • Josquin des Préz (Nederlandse School) • Brengt meer verband aan tussen de tekst en de muziek • Emoties worden hoorbaar in de muziek en dat is vernieuwend aan einde 15e eeuw HOFFEESTEN • Hofhouding en hofkapel vergezellen Bourgondische hertogen op reizen door hun rijk • doel: 1. Aanzien - en dus macht - van de hertog benadrukken 2. Opluisteren van enorme feestbanketten feestbanketten • • • • Non-stop show door acteurs en musici gasten moeten worden vermaakt eten en drinken bijzaak Dans belangrijk onderdeel Basse danse • populaire hofdans 14e en 15e eeuw • voorname statige dans • zeer langzame dans • deftige dans • voeten schuiven • komen nauwelijks van de grond • geliefd aan Italiaanse en Bourgondische hoven saltarello • Oude Italiaanse springdans • driedelige maatsoort • Ook populair in Frankrijk in de 15e en 16e eeuw • snelle dans • losbandiger dan basse danse Moresque • • • • • Snelle beweeglijke dans nog sneller dan saltarello 2- of 3-delige maat oorspronkelijk zwaarddans hoge sprongen en veel gestamp van voet = verwijzing naar strijd tussen mohammedanen en christenen • mannelijke dansers vaak verkleed als Moren, met belletjes aan het kostuum • zeer populair in 15e en 16e eeuw.