1337

advertisement
Verboon Aannemings- en Verhuurbedrijf BV
Afdeling Uitvoering
T.a.v. de heer R. de Schrijver
Waterpas 124
2495 AT DEN HAAG
Den Haag, 30-01-2007
Ref:
mca/Wbm/7658/16789-13:45
Betreft: project Patentlaan 2 Rijswijk, ZH
Geachte heer De Schrijver,
Hierbij ontvangt u ons besluit op de aanvraag van 29-01-2007 zonder kenmerk om een
baggerspecieverklaring in het kader van de Wet belastingen op milieugrondslag voor een
partij die bij ons bekend is onder nummer 16789.
Onderhavige partij zal vrijkomen bij baggerwerkzaamheden ter plaatse van een watergang
op het perceel van het Europees Octrooibureau gelegen aan de Patentlaan 2 aan de zijde
van de Koopmansstraat te Rijswijk, zoals is aangegeven op bijgaande projectkaart.
De staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, voor deze:
SenterNovem
Opdrachtmanager Bodem+
drs. A.A. de Zeeuw
Bijlagen:
Besluit
Aanvullende informatie
Relatie-, project- en adviseursgegevens
Partijgegevens
Kaartmateriaal
mca/Wbm/7658/16789-13:45
Pagina 1 van 6
Wet belastingen op milieugrondslag
Besluit van 30-01-2007 op de aanvraag van Verboon Aannemings- en Verhuurbedrijf BV om
een baggerspecieverklaring als bedoeld in artikel 17, tweede lid, van de Wet belastingen op
milieugrondslag (Wbm).
De staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, voor deze
de opdrachtmanager SenterNovem Bodem+,
gezien:
 de aanvraag van Verboon Aannemings- en Verhuurbedrijf BV van 29-01-2007 zonder
kenmerk om een baggerspecieverklaring;
 de bij de aanvraag overgelegde stukken, waaronder:
 het formulier “Aanvraag baggerspecieverklaring” d.d. 26-01-2007;
 de briefrapportage “Waterbodemonderzoek Patentlaan 2 te Rijswijk” (Ingenieursbureau
Mol, kenmerk 07882, 10-01-2007);
 projecttekening van de locatie met de ligging van de partij (European Patent Office,
kenmerk CTER00_90100110, 11-12-2006);
 het e-mailbericht van Verboon Aannemings- en Verhuurbedrijf BV van 29-01-2007 met
betrekking tot het soortelijk gewicht van de partij;
 het e-mailbericht van Verboon Aannemings- en Verhuurbedrijf BV van 30-01-2007 met
betrekking tot de hoeveelheid bodemvreemd materiaal in de partij;
 de resultaten van het door SenterNovem Bodem+, namens de staatssecretaris van
Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, uitgevoerde onderzoek,
gelet op:
 art. 12, eerste lid, onder d en art. 17, tweede lid van de 'Wet belastingen op
milieugrondslag' (Wbm);
 de Beleidsregels baggerspecieverklaring Wet belastingen op milieugrondslag
(Stcrt. 2005, nr. 129);
 het besluit van de staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer en de Minister van Verkeer en Waterstaat aan de algemeen directeur
SenterNovem, van 14 december 2004, nr. LMV2004.126670, inhoudende het mandaat,
de machtiging en de volmacht SenterNovem Bodem+ (Stcrt. 2004, nr. 243),
overwegende:
 dat het de partij betreft van 20 m3 / 26 ton, bij SenterNovem Bodem+ bekend onder
nummer 16789, behorend bij project Patentlaan 2 Rijswijk zoals omschreven in de
bijlagen 'Projectgegevens' en 'Partijgegevens' bij dit besluit;
 dat de aanvraag dient te worden beoordeeld naar de definitie van het begrip
baggerspecie, opgenomen in artikel 12, eerste lid, onder d van de Wbm;
 dat, met betrekking tot de vraag of de partij baggerspecie betreft:
 de partij zal vrijkomen bij baggerwerkzaamheden ter plaatse een watergang op het
perceel aan de Patentlaan 2 aan de zijde van de Koopmansstraat te Rijswijk;
 dat bovengenoemde watergang onder de reikwijdte van de Wet verontreiniging
oppervlaktewateren (Wvo) valt;
mca/Wbm/7658/16789-13:45
Pagina 2 van 6


dat daaruit volgt dat de partij zal vrijkomen via het oppervlaktewater in de zin van
artikel 12, eerste lid, onder d van de Wbm;
 dat van de partij geen volledige fractiegrootteverdeling is bepaald, maar dat
SenterNovem Bodem+ desalniettemin ad-hoc een besluit kan nemen ten aanzien van
de status van de partij op basis van de bepaling van de organische stofgehalten,
calcietgehalten en fractieverdelingen van de minerale delen van de fracties < 2 m,
< 16 m, < 63 m, < 210 m, organische stof en calciet van het samengestelde
mengmonster van de partij;
 de partij circa 4 à 5% bodemvreemd materiaal bevat;
dat hieruit blijkt dat het gaat om baggerspecie.
BESLUIT:
Dat de baggerspecieverklaring voor bovengenoemde partij wordt verleend.
Indien u zich niet met dit besluit kunt verenigen, dan kunt u binnen zes weken na verzending
van deze beschikking een bezwaarschrift richten aan:
SenterNovem, t.a.v. Juridische Zaken, Postbus 10073, 8000 GB Zwolle, onder uitdrukkelijke
vermelding van "Bezwaarschrift Bodem+" op de envelop en op het bezwaarschrift zelf.
Het bezwaar bevat tenminste:
1. De naam en adres van de indiener.
2. De dagtekening.
3. Een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht.
4. De gronden van het bezwaar.
Na het bezwaar is vervolgens beroep mogelijk. Dit beroep dient bij de Afdeling
Bestuursrechtspraak van de Raad van State te worden aangetekend.
De staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, voor deze:
SenterNovem
Opdrachtmanager Bodem+
drs. A.A. de Zeeuw
mca/Wbm/7658/16789-13:45
Pagina 3 van 6
Aanvullende Informatie
Dit besluit is een verklaring als bedoeld in artikel 17, tweede lid, van de Wet belastingen op
milieugrondslag op grond waarvan baggerspecie, wanneer deze ter verwerking aan een inrichting
wordt afgegeven, is vrijgesteld van de afvalstoffenbelasting.
Deze baggerspecieverklaring is nodig als baggerspecie ter verwijdering wordt afgegeven aan een
stortplaats waar ingevolge de milieuvergunning voor die stortplaats ook andere afvalstoffen mogen
worden gestort.
Wij wijzen u erop dat dit besluit betrekking heeft op de partij zoals deze aan ons is gemeld. Deze
beslissing kan zijn geldigheid verliezen als zich veranderingen voordoen in de gegevens die met
betrekking tot de partij zijn verstrekt. In een zodanig geval verdient het aanbeveling met ons overleg te
plegen.
Aanbieden van baggerspecie met een baggerspecieverklaring van SenterNovem Bodem+ in het
kader van de Wbm
SenterNovem Bodem+ verstrekt baggerspecieverklaringen in het kader van de Wet belastingen op
milieugrondslag.
Deze verklaringen hebben betrekking op een bepaald begrensd gedeelte van de waterbodem. In de
verklaring neemt Bodem+ een indicatieve hoeveelheid op die is gebaseerd op het beoogd te
ontgraven volume aan baggerspecie in een bepaald baggervak. Voor baggerspecie is in de verklaring
geen begrenzing opgenomen ten aanzien van de hoeveelheid die bij de stortplaats wordt aangevoerd
onder de verklaring. Dit betekent echter niet dat ongelimiteerd baggerspecie mag worden aangeleverd
onder de verklaring.
Door de ontdoener moet worden aangetoond dat de aangeboden baggerspecie afkomstig is uit de
beoogd te baggeren watergang, immers dat betreft de baggerspecie waarop de verklaring betrekking
heeft.
Baggerspecie mag dus onder de verklaring vrijgesteld van Wbm worden gestort indien de ontdoener
aannemelijk maakt dat de aangeboden specie afkomstig is uit het beoogd te baggeren vak. De
ontdoener van de baggerspecie verstrekt gegevens waaruit blijkt dat de baggerspecie daadwerkelijk
uit het beoogd te baggeren vak komt aan zowel de stortplaats als Bodem+.
De volgende gegevens per partij moeten worden overgelegd:
 een tekening van het beoogd te baggeren vak inclusief het te bereiken profiel;
 een berekening op basis van het te bereiken profiel van de hoeveelheid te verwijderen kubieke
meters baggerspecie
 inmeting van de ligging van de waterbodem voorafgaand aan het baggeren
 inmeting van de ligging van de waterbodem na het baggeren
 een berekening van de hoeveelheid verwijderde baggerspecie op basis van de metingen van de
ligging van de waterbodem voorafgaand aan en na het baggeren
 in geval van een overschrijding van de indicatieve hoeveelheid: de motivatie daarvoor.
mca/Wbm/7658/16789-13:45
Pagina 4 van 6
Overschrijdingen van de indicatieve hoeveelheid
Indien de specie afkomstig is van buiten het beoogd te baggeren vak mag deze specie niet onder de
verklaring vrijgesteld van Wbm worden aangeleverd. Niet altijd zal echter duidelijk zijn of niet meer
sprake is van dezelfde partij of dat de partij moet worden gezien als een andere partij. Intrekking kan
dan uitsluitsel bieden. De betrokkene kan uiteraard een verklaring aanvragen voor de partij in haar
nieuwe omvang en samenstelling.
Indien binnen het te baggeren vak is gebaggerd, maar er vindt desondanks een overschrijding van de
indicatieve hoeveelheid plaats, dient door de ontdoener te zijn aangegeven wat de reden van deze
overschrijding is. Deze motivatie dient eveneens aan Bodem+ en de stortplaats te worden verstrekt.
Voor alle duidelijkheid, de overschrijding mag vooralsnog wel onder de verklaring vrijgesteld van Wbm
worden gestort.
mca/Wbm/7658/16789-13:45
Pagina 5 van 6
Bijlage bij brief mca/Wbm/7658/16789-6-13:45 d.d. 30-01-2007.
Relatiegegevens
Nummer
Naam
Afdeling
Postadres
23927
Verboon Aannemings- en Verhuurbedrijf BV
Uitvoering
Waterpas 124
2495 AT DEN HAAG
Waterpas 124
2495 AT DEN HAAG
070-3073060
070-3073061
de heer R. de Schrijver
Bezoekadres
Telefoon
Fax
Contactpersoon
Projectgegevens
Nummer
Naam
Adres
7658
Patentlaan 2 Rijswijk
Patentlaan 2
2288 EE RIJSWIJK
de heer R. de Schrijver
070-3073060
070-3073061
Contactpersoon
Telefoon
Fax
Projectadviseur
Nummer
Naam
Afdeling
Postadres
23927
Verboon Aannemings- en Verhuurbedrijf BV
Uitvoering
Waterpas 124
2495 AT DEN HAAG
Waterpas 124
2495 AT DEN HAAG
070-3073060
070-3073061
de heer R. de Schrijver
Bezoekadres
Telefoon
Fax
Contactpersoon
Partijgegevens
Partijnummer
Oppervlakte
Dikte
Geraamde omvang
Geraamde hoeveelheid
Aanmeldingsdatum
Vermoedelijke leverdatum
Puingehalte
Overig bodemvreemd materiaal
Geografische ligging
Status
mca/Wbm/7658/16789-13:45
16789
121 m2
variërend van 0,0 tot 0,3 m
20 m3 (in-situ volume)
26 ton
26-01-2007
05-02-2007
4 à 5%
<1%
zie bijgevoegd kaartmateriaal
baggerspecie
Pagina 6 van 6
Download