Vesalius (1514-1564) Mijn verhaal is gebaseerd op de volgende websites: http://www.nlm.nih.gov/dreamanatomy/da_g_I-B-1-01.html http://vitrine.library.uu.nl/wwwroot/nl/teksten/Mfol92rar.htm http://www.digischool.nl/ckv2/ckv3/kunstentechniek/vesalius/ andreas_vesalius.htm [van http://vitrine.library.uu.nl/wwwroot/nl/teksten/Mfol92rar.htm] Van groot belang voor de wetenschappelijke bestudering van de menselijke anatomie was de verschijning in 1543 van de De humani corporis fabrica. Libri septem, het hoofdwerk van de Vlaamse arts en anatoom Andries van Wesel (1515-1564), beter bekend onder zijn verlatiniseerde naam Andreas Vesalius. Zijn vader was hofapotheker van achtereenvolgens Maximiliaan van Oostenrijk en Karel V. Zelf studeerde hij anatomie in Leuven, Montpellier en Parijs. Op een aantal punten distantieerde hij zich nadrukkelijk van de laatantieke theorieën van Claudius Galenus (130-ca. 201), aan de juistheid waarvan tot ver in de zestiende eeuw niet werd getwijfeld. Vesalius' op autopsie gebaseerde, afwijkende opvattingen, die hij hier voor het eerst publiceerde, lokten niet alleen op medisch maar ook op theologisch terrein felle controversen uit. Zo werd Vesalius onder meer beschuldigd van vivisectie en godslastering. Om uit de handen van de Inquisitie te blijven staakte hij zijn anatomische lessen aan de universiteit van Padua, waar hij hoogleraar was, en werd hij lijfarts van Karel V en Philips II, die hij naar Madrid volgde. Tijdens de terugreis van een in opdracht van Philips II gemaakte reis naar Jerusalem stierf hij, na schipbreuk geleden te hebben, op het Griekse eiland Zakinthos. Ik ben de schrijver van de wereldberoemde Zeven boeken over de bouw van het menselijk lichaam. De eerste echt betrouwbare weergave van het menselijk lichaam. Ik ben er beroemd mee geworden onder tijdgenoten maar ik ben ook verguisd. Men vond en vind het nog steeds heiligschennis. Maar dat is het niet – het komt gewoon voort uit mijn belangstelling van het menselijk lichaam. Dat begon al toen ik als student medicijnen in Parijs les kreeg van Sylvius en Andernacus. Ik bezocht toen de executieplaats van Montfaucon en de Cimetière des Saints Innocents. Ik zag voor het eerst dat wat Galenus schreef niet klopte (de menselijke onderkaak bestaat uit één enkel stuk bot). Ik kwam er vaak en kon na verloop van tijd zelfs geblinddoekt alle knekels thuisbrengen. Kijk, dit is mijn werk [zie de drie volgende afbeeldingen]… Op de eerste plaat – die ik ook gepubliceerd heb als schutblad van mijn Zeven Boeken zie je hoe ik sectie verricht op een kadaver. Het theater was afgeladen vol. Het was doodstil. Je ziet dat ik het vuile werk niet doe. Maar dat was alleen maar om de uitgever een plezier te doen. Niets is natuurlijk leuker dan zelf het scalpel te hanteren. Ik zal ooit beroemd zijn omdat ik het werk van die oude Romein, Galenus, naar het rijk der fabelen heb verwezen. In 1543 schreef ik het al: “Iedereen is zo verstrikt in geloof en gezag en onze tijd telt zo weinig vrienden der waarheid - die zich bovendien nog slechts door middel van leerboeken op de studie toeleggen - dat velen mij vijandig gezind zijn omdat ik, naar hun mening, in mijn geschriften het gezag van Galenus, de vorst der geneesheren en onze gemeenschappelijke leraar, heb aangetast en niet geheel en al in zijn leer heb berust, ja zelfs beweerd heb, dat er hier en daar in zijn geschriften fouten te vinden zijn. Zij moeten er toch dankbaar voor zijn, dat ik het het eerst gewaagd heb een verkeerde indruk weg te nemen, een buitengewone gelegenheid heb geboden om de waarheid op het spoor te komen.”