Wim Van Broeck [email protected] Tel. 02/629 22 11 Fax. 02/629 36 40 Commentaar verstuur je naar [email protected] Bezoek het museum via http://virtueelmuseum.vub.ac.be VRIJE UNIVERSITEIT BRUSSEL Research and Development, cel Wetenschapscommunicatie Wim Van Broeck -Vrije Universiteit Brussel, cel Wetenschapscommunicatie – Tel. +32 (0)2 629 22 11 Artikel tijdschrift Persoon en Gemeenschap LEAD : De voorbije twee schooljaren knutselden leerlingen van de laatste graad secundair onderwijs hun eigen website in elkaar. Samen met leraars, wetenschappers en multimediaspecialisten werkten zij een zelf gekozen thema, gekaderd in het schoolproject, in woord en beeld uit1. Dit multimediaal, interactief en multi-disciplinair project heeft als doel interesse en enthousiasme te wekken voor wetenschappelijk onderzoek en technologische ontwikkeling. Tevens wil het jongeren en leerkrachten laten ervaren dat ICT (Informatie- en CommunicatieTechnologie) ook buiten lessen informatica, dactylo en aanverwante interessante mogelijkheden biedt. De uitwerking van hun thema concentreerde zich rond een aantal workshops, georganiseerd door de Vrije Universiteit Brussel. Tijdens de eerste editie (2000) werkten wij in de klaslokalen van de school. Voor de tweede editie (2001) bouwden wij een stadsbus om tot mobiel computerlokaal. Tijdens de workshops beeldden jongeren vanuit hun belevingswereld hun onderwerp multimediaal uit. Aan bod kwamen ondermeer de platentektoniek, modeverschijnselen, de Belgische dioxinecrisis, de AIDSproblematiek en de vrouwenbeweging. Via contacten met onderzoekers werden zij gestimuleerd om hun omgeving te observeren, er gegevens te verzamelen en te interpreteren om die dan tenslotte, i.s.m. multimediaspecialisten, te presenteren in hun website. De resultaten van het eerste jaar werden op cd-rom gebrand. Deze waren zo positief dat we besloten voor de tweede en daaropvolgende edities een permanente virtuele ruimte te voorzien op het Internet: het Virtueel Museum. Een museum dat 24u/24u, 7 op 7 gratis toegankelijk is en ondertussen groeit naar een ICTplatform waar u verschillende projecten kan verkennen, geschikt voor tal van leeftijdscategorieën. In onderstaand artikel worden de doelstelling, werkwijze en resultaten van dit jongerenproject toegelicht. Vervolgens formuleren wij een aantal inzichten gebaseerd op praktijkervaring en op een deelnemersenquête. De epiloog biedt een vluchtige blik op onze toekomstplannen. 1 Het Virtueel Museum kwam tot stand danzij een cofinanciering van de Vlaamse Gemeenschap (AWI en IWT) en de Vrije Universiteit Brussel. Wim Van Broeck -Vrije Universiteit Brussel, cel Wetenschapscommunicatie – Tel. +32 (0)2 629 22 11 Artikel tijdschrift Persoon en Gemeenschap Van CD naar Internet Het Virtueel Museum werd als multimediapilootproject voor de eerste keer georganiseerd naar aanleiding van de activiteiten rond Brussel 2000. Het project liet jongeren enerzijds op een leuke manier kennismaken met de uitdagingen van wetenschappelijk onderzoek en technologische ontwikkeling. Anderzijds wou dit project jongeren via workshops vertrouwd maken met de mogelijkheden van de moderne multimediatoepassingen en het Internet als communicatie– en informatiekanaal. Tijdens de eerste editie schooljaar 1999-2000werden 8 projecten uitgewerkt rond het thema “kringlopen”. Het resultaat hiervan werd in 1000 exemplaren op Cd-rom (zie afbeelding) gebrand en verdeeld in de scholen. Met de positieve ervaringen van de eerste editie in het achterhoofd, werd het project met steun van de Vlaamse Gemeenschap (AWI) tijdens het schooljaar 2000-2001 een tweede keer georganiseerd. Speciaal hiervoor werd een multimediabus op de baan gebracht. Zes jongerenteams gingen aan de slag, dit keer onder de noemer “Beweging”. Eén Cd-rom werd te klein om alle informatie te herbergen. Een permanente tentoonstellingsruimte moest gevonden worden om het groeiend aantal jongerenprojecten een plaats te geven. Zo een onbeperkte en altijd toegankelijke ruimte werd gevonden op het Internet. Wij besloten alle bestaande en komende projecten in een grafische aantrekkelijke website onder te brengen: het Virtueel Museum. Nu wij de stap gezet hebben naar een permanente tentoonstellingsruimte op het Internet ligt de weg open om in een tweede fase het Virtueel Museum uit te bouwen tot een ICT platform voor jongeren en leerkrachten van het secundair onderwijs. Op het eind van dit artikel stippelen wij kort onze visie voor de verdere ontwikkeling uit. Maar laten we beginnen bij het begin. Waarom wil de VUB een Virtueel Museum bouwen? Het project om jongeren de kans te bieden om zelf hun museum te bouwen, is gebaseerd op twee uitgangspunten : ten eerste wordt via de ontwikkeling van het Virtueel Museum de opgroeiende generatie vertrouwd gemaakt met de didactische en explorerende mogelijkheden van ICT. Zo krijgen ze vaardigheden onder de knie die leren boeiender maken en nuttig zijn voor de ontwikkeling van hun professionele en private leven. Wij zijn ervan overtuigd dat onze samenleving nood heeft aan mensen die zonder onderscheid technologie-geletterd zijn. Het is dus belangrijk kansen te creëren om op jonge leeftijd de mogelijkheden van ICT te ontdekken, weliswaar op hun maat en niveau. Wim Van Broeck -Vrije Universiteit Brussel, cel Wetenschapscommunicatie – Tel. +32 (0)2 629 22 11 Artikel tijdschrift Persoon en Gemeenschap Ten tweede verschuift de rol van de leerkracht van kennisoverdrager naar leerbegeleider, daarbij gesteund door de nodige computer- en informatietechnologie. De realisatie van het Virtueel Museum draagt bij tot de ontwikkeling van onderwijsvormen waarbij jongeren gecoachd worden door hun leerkracht, waarbij zij zelfstandig informatie verwerken en rechtstreeks communiceren met universitaire onderzoekers. Deze manier van werken verrijkt jongeren van het secundair onderwijs met de nieuwste ontwikkelingen op wetenschappelijk en technologisch vlak en verlaagt tegelijk ook de overstap naar de universitaire wereld. Deze twee doelstellingen worden ‘verpakt’ in een wedstrijd, zodat de elementen ’beloning’ en ‘competitie’ gemakkelijk ingebouwd kunnen worden. Uiteraard biedt multimedia in combinatie met Internet de mogelijkheid om hun resultaten op een visueel aantrekkelijke manier publiek te maken. De publicatie van deze schoolresultaten houdt niet enkel een beloning in. Het zet andere jongeren ook aan om het resultaat van hun leeftijdsgenoten bij een volgende editie te verbeteren. Op dit ogenblik hebben wij twee edities achter de rug die allebei in dit artikel worden behandeld. Wij verwijzen dan ook regelmatig naar ervaringen van beide edities. Hoewel ze verschillen in een aantal details, blijven doelstelling en werkwijze steeds dezelfde. Een en ander heeft te maken met het feit dat het Virtueel Museum een innovatief pilootproject is, dat na elke editie verder op punt gesteld wordt. Om leerkrachten en jongeren een structuur aan te bieden kiezen wij een centraal thema dat als 'kapstok' kan dienen voor de jongerenprojecten. Tijdens de eerste editie van het Virtueel Museum (schooljaar 1999-2000) exploreerden jongeren fenomenen rond het thema "kringlopen". Het resultaat van de wedstrijd was zeer divers: zo werden onder meer de geschiedenis van de mode, de mestproblematiek, de kringloop van het leven en de dioxinecrisis uitgewerkt. Gedurende het schooljaar 2000-2001 werd een nieuwe editie georganiseerd rond het thema “beweging”. Thema’s die uitgespit werden, zijn bijvoorbeeld : het uitdeinend heelal, spierbeweging, robotica en de vrouwenbeweging. Het is belangrijk dat jongeren zelf kunnen kiezen welk onderwerp ze willen uitwerken. We zijn ervan overtuigd dat men jongeren op die manier veel gemakkelijker kan enthousiasmeren voor wetenschap en technologie. In de meeste gevallen wordt het dan ook een stuk makkelijker om de onderwerpen te koppelen aan ervaringen uit hun dagelijks leven. Zo kwamen onder meer projecten tot stand over de vrouwenbeweging (een project over de puberteit en het schoonheidsideaal), werden verbanden gelegd tussen robotica en populaire Hollywood films, speurden jongeren naar de relatie tussen doping en sportinspanningen of onderzochten zij de gevolgen van overbemesting voor het leefmilieu. Het centraal thema moet breed genoeg zijn. Breed genoeg opdat leerkrachten manoeuvreerruimte hebben om hun onderwerp -tegen de achtergrond van de eindtermenbinnen het centraal thema te plaatsen. Het is expliciet de bedoeling om het Virtueel Museum te Wim Van Broeck -Vrije Universiteit Brussel, cel Wetenschapscommunicatie – Tel. +32 (0)2 629 22 11 Artikel tijdschrift Persoon en Gemeenschap kaderen binnen de eindtermen waardoor verplichte lesinhouden in het museum geschoven kunnen worden. Een breed thema garandeerd ook de mogelijkheid om een onderwerp vanuit verschillende invalshoeken te benaderen. Het Virtueel Museum wil zich niet louter beperken tot het domein van de exacte en toegepaste wetenschappen die sowieso vaak in allerhande educatieve projecten verwerkt worden. Ook andere takken van de wetenschap, zoals de sociale en biomedische wetenschappen, vinden in dit project hun plaats. Wie bouwt het museum ? Het Virtueel Museum richt zich naar jongeren tussen 15 en 18 jaar uit de derde graad van het secundair onderwijs in Vlaanderen en Brussel. Hoewel leerlingen uit zowel het ASO, KSO en TSO deelnemen, zien wij dat vooral de ASO-richtingen aangesproken worden om hun werkstuk aan het museum toe te voegen. Het Virtueel Museum is niet alleen bedoeld voor computerfreaks, ervaren internetgebruikers of techneuten. Integendeel, het project is evenzeer gericht naar leerlingen die weinig of geen ervaring hebben met het Internet en moderne multimedia-applicaties, of die zelfs technofoob zijn. Het is immers die groep van jongeren die niet uit de boot mag vallen in een samenleving waar internet & computer en ICT in het algemeen een steeds belangrijkere plaats in gaat nemen. De workshops zijn dan ook op maat gemaakt en staan aldus in de eerste plaats open voor jongeren zonder ICT-voorkennis. Aan de slag : Na een evaluatie van de ingestuurde voorstellen worden de coaches van de teams uitgenodigd op de VUB voor een uiteenzetting over het verdere verloop van het project. In de daaropvolgende maanden krijgen de voorstellen inhoud. Dit gebeurt in twee stappen. In een eerste stap zoeken en verwerken jongeren relevante informatie (zowel tekst, data als beeld). Deze informatie vergaren en evalueren zij via e-mail met wetenschappers. In een tweede stap leren jongeren tijdens workshops omgaan met het Internet en met multimediatoepassingen zoals Dreamweaver, Photoshop, e.d. E-mailcommunicatie tussen de jongeren en onderzoekers : Tijdens deze fase zoeken de teams naar relevante wetenschappelijke informatie omtrent hun gekozen thema. Om te garanderen dat de informatie in de projecten wetenschappelijk onderbouwd is, krijgt elk team een onderzoeker van de universiteit toegewezen. Deze staat in voor de wetenschappelijke begeleiding en communiceert met de jongeren via e-mail. Deze begeleiding moet de jongeren vooral helpen om moeilijke wetenschappelijke principes beter te begrijpen. Tegelijk kregen de teams nuttige zoektips. Sommige teams worden zelfs uitgenodigd voor een bezoek aan het labo. Voor de meeste leerlingen is dit een eerste gelegenheid om rechtstreeks met een "professor” kennis te maken. Uit de reacties van de leerlingen konden we alvast afleiden dat dit bezoek een grote indruk nagelaten heeft. Workshops in de scholen : Het zwaartepunt van het project is gebouwd rond drie verschillende jongerenateliers. Voor beide edities samen werden iets meer dan 50 workshops georganiseerd. Een workshop neemt ongeveer een voor- of namiddag in beslag. Tijdens de workshops initieerden wij jongeren en leerkrachten in het gebruik van verschillende browsers, verkregen zij inzicht in het Internet (o.a. structuur van het World Wide Web) en werd hun geleerd hoe ze softwarepakketten konden gebruiken voor de bouw van websites. Workshop 1 : Inleiding over en evaluatie (conceptueel) van websites. Workshop 2 : Inleiding in het gebruik van Multimedia. Workshop 3 : Kennismaking met de technieken van het aanmaken van websites. Wim Van Broeck -Vrije Universiteit Brussel, cel Wetenschapscommunicatie – Tel. +32 (0)2 629 22 11 Artikel tijdschrift Persoon en Gemeenschap De eerste workshop moet jongeren inzicht geven in de wijze waarop informatie gestructureerd wordt. Er wordt hen ook getoond hoe zij tekstuele, visuele en auditieve elementen in een multimediaomgeving kunnen integreren. De twee volgende workshops behandelen meer "technische" aspecten met het oog op het bouwen van een eigen website en het leren gebruiken van softwarepakketten. Beide workshops worden, gezien hun intrinsieke samenhang, gecombineerd. Het voordeel hiervan is dat 2 begeleiders de workshops parallel kunnen geven. De workshops worden beperkt tot een 12-tal leerlingen. Indien nodig worden de klassen in meerdere groepen opgesplitst. Wim Van Broeck -Vrije Universiteit Brussel, cel Wetenschapscommunicatie – Tel. +32 (0)2 629 22 11 Artikel tijdschrift Persoon en Gemeenschap De mobiele computerbus.2 Na de eerste editie in 2000 was het duidelijk dat scholen vaak niet voldoende uitgerust zijn om een project zoals het Virtueel Museum op school te laten doorgaan. Vaak ontbreekt het aan de nodige apparatuur, is de programmatuur verouderd of is de computerklas enkel beschikbaar voor specifieke vakgebieden zoals informatica en dactylo. Daarom werd bij de tweede uitgave geopteerd om een mobiel computerlokaal in te richten. De Vrije Universiteit Brussel riep hiervoor de hulp in van een professioneel team om een oude stadsbus volledig om te bouwen tot een modern computerlokaal. 2 Foto's van de bus zijn te bekijken in het Virtueel Museum (http://virtueelmuseum.vub.ac.be en ook op de website van één van de coaches (http://www.dirkgeeroms3.yucom.be/fotomateriaal/20-04-2001/) Wim Van Broeck -Vrije Universiteit Brussel, cel Wetenschapscommunicatie – Tel. +32 (0)2 629 22 11 Artikel tijdschrift Persoon en Gemeenschap De basisuitrusting van de mobiele computerbus bestond uit 10 Acer Travel Mate draagbare PC’s (64 Mb RAM) inclusief software (Macromedia Dreamweaver 3 + Fireworks 3 Studio, Macromedia Flash 5.0). Bovendien werden een lokaal netwerk met server, een scanner en een cd-brander in de bus geïnstalleerd. Tijdens de workshops was ook een dataprojector aanwezig. Een internetverbinding werd niet voorzien, enerzijds omdat dit extra logistieke en financiële inspanningen zou vragen en anderzijds om te vermijden dat jongeren zouden surfen of chatten los van het project waarmee ze bezig waren. Wim Van Broeck -Vrije Universiteit Brussel, cel Wetenschapscommunicatie – Tel. +32 (0)2 629 22 11 Artikel tijdschrift Persoon en Gemeenschap Deze multimediabus werd gedurende 1 week geparkeerd op de speelplaats en in beheer gegeven van de jongeren. Alle workshops werden in de bus op de school georganiseerd. Zo doorkruisten we in 2002 heel Vlaanderen en belandden we ook enkele keren aan de andere kant van de taalgrens. We parkeerden achtereenvolgens in Comines, Bredene, Dilsen-Stokkem, Elsene, Etterbeek, Leuven, Moerbeke-Waas en St. Niklaas-Waas. Wim Van Broeck -Vrije Universiteit Brussel, cel Wetenschapscommunicatie – Tel. +32 (0)2 629 22 11 Artikel tijdschrift Persoon en Gemeenschap De architecteur van het Virtueel Museum : Na afwerking op school worden alle afzonderlijke websites geïntegreerd in één site : het Virtueel Museum. De site is sinds 16 november 2001 gratis, 7 dagen op 7 toegankelijk via http://virtueelmuseum.vub.ac.be. Bij de ontwikkeling van de site is rekening gehouden met zowel PC- als Mac-gebruikers. Voor een museumbezoek heb je een internetverbinding, een webbrowser en Flash-ondersteunende software nodig. Deze software kan men overigens gratis downloaden3. Wanneer de intro is ingeladen “klik” je door het park tot aan de ingang en verder naar de inkomhal van het museum. Daar aangekomen kan je verder huppelen naar de infobali, de toilletten en liften gebruiken of de collecties op de verdiepingen verkennen. Wij bouwen één verdieping voor elke nieuwe editie. Het gebouw wordt dus periodiek verbouwd. Momenteel herbergen de verdiepingen 14 jongerenprojecten. Zij vormen in feite onze permanente collectie. Naast deze permanente collectie kan je ook de “the making of” bezoeken op de benedenverdieping : een kamer met foto- en videofragmenten tesamen met getuignissen van de makers. Wandelen doorheen het Virtueel Museum : De meest directe en meest eenvoudige manier om door het gebouw te navigeren is door ergens in het beeld te klikken. Zo ‘huppelt’ men als het ware van de ene kamer naar de andere. Wanneer de cursor op een aanklikbare plaats komt, verandert deze in een handje. Omwille van de beperkte bandbreedte van het internet is de bewegingsvrijheid van de bezoeker beperkt gehouden. Bezoekers wandelen momenteel doorheen het museum langs vooraf vastgelegde gezichtspunten. Er is een “hotspot” voorzien die aangeeft waar de klikbare plaatsen aangebracht zijn. Je kan nog op tal van andere manieren het gebouw verkennen. Via de optie “planview” kan je doorklikken naar voorafbepaalde plaatsen in het museum of kan je je favoriete plekjes “bookmarken”. 3 Idealiter lees je nu verder en surf je tegelijkertijd naar het museum. Wim Van Broeck -Vrije Universiteit Brussel, cel Wetenschapscommunicatie – Tel. +32 (0)2 629 22 11 Artikel tijdschrift Persoon en Gemeenschap De infobalie met de figuur Sabine werd centraal in de inkomhal opgesteld en vervult vier functies : Links, What's New, FAQ en E-mail-contactadres. In plaats van een lijstje met “links” verwijst Sabine je naar een aantal folders opgesteld in een rekje naast de infobalie. De folders worden interactief zodra de gebruiker erop klikt. Op deze manier worden bezoekers doorverwezen naar andere websites. Sabine is ook de bron van nieuwtjes. De “What’s New” functie. Als je haar 'aanspreekt' zal zij de bezoeker steeds voorzien van de meest recente nieuwtjes in de vorm van dialoogtekst. Je kan haar vragen het vorige of het volgende nieuwtje te vertellen. Onze hostess kan je ook een vraag stellen door te kiezen uit een lijstje, de FAQ’s dus. Wie wil kan een e-mailbericht doorgeven. Het bericht wordt automatisch doorgezonden naar de dienst Wetenschapscommunicatie van de Vrije Universiteit Brussel. Tijdens de ontwikkeling van het museum werd aldus geopteerd om alle functionaliteiten van een website te combineren met elementen die je in een traditioneel museum kan aantreffen. Wim Van Broeck -Vrije Universiteit Brussel, cel Wetenschapscommunicatie – Tel. +32 (0)2 629 22 11 Artikel tijdschrift Persoon en Gemeenschap De permanente collectie van het museum : Op de eerste verdieping worden de multimediaprojecten van het schooljaar 1999-2000 tentoongesteld met als centraal thema "KRINGLOPEN". Voor de eerste editie werden scholen in Brussel en Vlaanderen gecontacteerd. Dat resulteerde in een aantal interessante samenwerkingsprojecten tussen Nederlandstalige en Franstalige leeftijdsgenoten. Op de eerste verdieping kan je ondermeer een grafisch zeer mooie site bekijken over “de levensloop”, leerlingen uit Moerbeke en Sint Niklaas hebben samen de mestproblematiek aangepakt, inclusief een quiz en videodocumentaire. Verder kom je zeer veel te weten over de levensloop van sterren, van nevel tot zwart gat. AIDS en AIDSpreventie werden zeer mooi en uitgebreid behandeld door scholen uit Brussel en Sint Niklaas. Nieuwsgierig naar het modebeeld doorheen de eeuwen, dan moet je zeker surfen naar het project van de Miniemeninstituut uit Leuven. En jongeren uit Etterbeek namen het Belgische spoorwegnet onder de loep, technisch sterk onderbouwd inclusief fotomontage. Een lijstje geeft een volledig overzicht van de projecten op de eerste verdieping. Titel project Thema Niets is nieuw, Niets gaat Geschiedenis van de verloren. mode Misery of Life De evolutie van peuter (samensmelting van Misery of life tot bejaarde en een videoproject van Academie van Comines.) de School Miniemeninstituut Leuven Technisch Berkenboominstituut, Sint-Niklaas Academie van Comines Kalfsfilet op een bedje van De dioxinecrisis dioxine De kringloop van een virus AIDS problematiek Technisch Berkenboominstituut, Sint-Niklaas Broederschool humaniora, StNiklaas Le cycle du virus du SIDA De gevaren van H.I.V. Institut Saint-André, Bruxelles "Beestige Boeren " De mestproblematiek Middenschool Gemeentelijk (samensmelting van "Beestige Onderwijs Moerbeke-Waas boeren en MAP/MEST") Broederschool humaniora,StNiklaas Van modeltrein tot HST De werking van wissels Koninklijk Atheneum Etterbeek en relais in het spoorwegnet Sterren van de Wetenschap Levensloop van sterren Broederschool Humaniora, StNiklaas Wim Van Broeck -Vrije Universiteit Brussel, cel Wetenschapscommunicatie – Tel. +32 (0)2 629 22 11 Artikel tijdschrift Persoon en Gemeenschap Op de tweede verdieping worden de meest recente projecten geëxposeerd (schooljaar 20002001) – centraal thema "BEWEGING". Zes teams, afkomstig uit vijf scholen, bouwden zes sites. Wil je controleren of je te kampen hebt met overgewicht dan wel ondergewicht, wandel dan naar de site van het KA Pitzemburg. In het project “vrouwenbeweging” zit ondermeer een BMI test gebaseerd op een schoolenquête, on-line consulteerbaar. Wil je meer weten over de platentektoniek, didactisch uitgelegd via een animatie, klik dan naar het tweede project van KA Pitzemburg. Jongeren uit Dilsen bestudeerden de verschillende theorieën met betrekking tot de structuur en ontstaansgeschiedenis van ons heelal. De middenschool uit Moerbeke ging aan de slag met twee teams. Een groep werkte rond de slingerbeweging, de andere bedacht ondermeer een quiz en rebus over sport en dopinggebruik. Leerlingen van het KA Denderleeuw, tenslotte, maakten een site over robotica en de toepassingen ervan in het dagelijks leven. Project De vrouwenbeweging De platentektoniek Uitdijend heelal Sport & beweging Slingerbeweging De ultieme robot Thema Puberteit, schoonheidsideaal eetstoornissen Platentektoniek School Koninklijk Atheneum Pitzemburg en Mechelen Koninklijk Atheneum Pitzemburg Mechelen de Stedelijk Humaniora Dilsen Theorieën over evolutie van het heelal Spieren, sportinspanningen en doping. De slinger van Faucoult : principe Artificiële intelligentie, robots en toepassingen Middenschool Gemeentelijk Onderwijs Moerbeke-Waas Middenschool Gemeentelijk Onderwijs Moerbeke-Waas Koninklijk Atheneum Denderleeuw Wim Van Broeck -Vrije Universiteit Brussel, cel Wetenschapscommunicatie – Tel. +32 (0)2 629 22 11 Artikel tijdschrift Persoon en Gemeenschap Bevindingen : Het Virtueel museum is een project dat zich specifiek naar het secundair onderwijs richt. Met een unieke aanpak wil de Vrije Universiteit Brussel dan ook een aanzet geven tot nieuwe onderwijsvormen waarbij jongeren veel meer (cre)actief aan het leerproces deelnemen. Niettegenstaande het feit dat computer en Internet stilaan beschouwd worden als leermiddelen, naast alle andere behorende tot de basisuitrusting van een school, ontbreekt vaak de schakel naar zinvolle klasprojecten. Het "Virtueel Museum" wil een aanzet geven om deze leemte op te vullen. De ervaring leert immers dat soft- en hardware nog te vaak een exclusief terrein blijft voor de lessen informatica of aanverwante, en hun toepassing overstijgt dan ook zelden de ‘computerklas’. Hierdoor kan de infrastructuur moeilijk ad hoc ingepast worden voor andere leeropdrachten. Het is vanuit deze vaststelling dat we gekozen hebben voor de mobiele computerbus als alternatief voor het gewone klaslokaal. Anderzijds blijken de coaches van het Virtueel Museum eerder de witte raven van het ICTgebruik. Zij bevestigen het beeld van de creatieve leerkracht die via kleinschalige initiatieven ICT in de lessen integreert. De introductie van op maat gesneden workshops op school moet ook niet ICT geschoolde leerkrachten de kans geven samen met de leerlingen deel te nemen aan ICT projecten. Zoals ik heb aangegeven verschuift de rol van de leerkracht van kennisoverdrager naar leerbegeleider. Onder meer omdat ICT het informatiemonopolie van de leerkracht doorbreekt. Door de beperkte ervaring van beide doelgroepen, leerkrachten en leerlingen, zijn zij genoodzaakt om samen de technologische mogelijkheden te ontdekken en leerprocessen te verkennen. De intensieve workshops moesten hierop een antwoord bieden. De leerling tenslotte krijgt meer verantwoordelijkheid bij het uitvoeren van de opdracht en er wordt meer zelfstandigheid verwacht bij de uitwerking. Bij de bouw leren jongeren zelfstandig en op een systematische wijze informatiebronnen (zowel klassieke als nieuwe media) gebruiken. Kennis wordt hierbij niet passief opgenomen maar (cre)actief geconstrueerd. Tijdens het ontwikkelingsproces werken jongeren in teamverband wat enerzijds het individueel leerproces positief beïnvloedt via de uitwisseling van ideeën en anderzijds het kritisch denken bevordert omdat jongeren hun eigen visie leren verantwoorden. Mede dankzij ondescheidingen van PC Magazine en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, heeft het project nu een grote uitstraling. Toch blijft de inpassing in het leerplan de grote hinderpaal. Uit de contacten met de coaches werd duidelijk dat een project zoals het Virtueel Museum gemakkelijk ingepast zou kunnen worden in de vakoverschrijdende eindtermen waarin men toch de nadruk legt op leren verwerven en verwerken van informatie en doelgericht communiceren. Ons inziens zijn er, afhankelijk van het gekozen thema, ook mogelijkheden om het project te koppelen aan vakgebonden eindtermen of in te schrijven in de GP (Geïntegreerde Proef). Uit de reacties van de deelnemers is gebleken dat het project Virtueel Museum in ieder geval een geslaagd experiment was. De kracht ervan schuilt in de actieve participatie van jongeren tijdens het productieproces. Scholieren bepalen via workshops en d.m.v contacten met de wetenschappers immers zelf de inhoud van het eindproduct. Bovendien leren de jongeren gedurende de uitwerking van hun projecten een aantal belangrijke ICT -vaardigheden aan. Het Virtueel Museum heeft bijgevolg een bijzonder hoge educatieve waarde voor de jongeren en leerkrachten die het gemaakt hebben. Meer algemeen biedt het project het voordeel dat het eindresultaat via publicatie op het Internet een openbaar karakter verkrijgt. Op die manier geldt de website als een goed praktijkvoorbeeld over hoe ICT in een klassituatie geïntegreerd kan worden. Bovendien kunnen de uitgewerkte thema's die in het museum ondergebracht werden, gebruikt worden bij de voorbereiding of ter aanvulling van lessen op school. Wim Van Broeck -Vrije Universiteit Brussel, cel Wetenschapscommunicatie – Tel. +32 (0)2 629 22 11 Artikel tijdschrift Persoon en Gemeenschap De uitstraling van het project overstijgt aldus de schoolmuren. Het spreekt voor zich dat dit de motivatie verhoogt van toekomstige deelnemers om een duidelijk en origineel verhaal uit te bouwen. Epiloog : Het Virtueel Museum is, niet in het minst dankzij het unieke eindresultaat, een opmerkelijk jongerenproject. De VUB heeft er dan ook voor gekozen om dit jongerenproject voor de derde graad verder te ontwikkelen. Jaarlijks willen wij een verdieping bijbouwen, maar daar blijft het niet bij. Met bijkomende multimediaprojecten moet het Virtueel Museum evolueren naar een volwaardig ICT platform voor het secundair onderwijs in Vlaanderen en Brussel. Momenteel vind je in het museum doorgangen naar andere jongerenprojecten zoals de ComiX-Files - een project rond strips en wetenschap geschikt voor de eerste graad SO. Eind 2003 stellen we het sluitstuk –het Stimulus project- aan alle leerkrachten voor. Stimulus wordt ontwikkeld voor de tweede graad. Dankzij het Stimulus project zal de VUB vanaf het volgende schooljaar beschikken over educatieve jongerenprojecten die de volledige cyclus van het SO overspannen. Met andere woorden, de VUB zal aan jongeren van 12 tot en met 18 en hun leerkrachten drie specifieke projecten kunnen voorstellen. Het zal de bezoekers ook opvallen dat het museum elementen bevat van een “adventure game”. Hier en daar zitten verrassende ruimtes verborgen en in de komende maanden zal de bezoeker op een zeer interactieve manier een aantal VUB onderzoeken kunnen verkennen. We zijn er immers van overtuigd dat we in samenwerking met geschikte privé-partners en overheden het museum jaar na jaar kunnen laten groeien tot een interessant platform waar jongeren op een leuke en leerrijke manier in contact komen met wetenschap enerzijds en met de mogelijkheden van multimediatoepassingen anderzijds.---------------------------------------------- Wim Van Broeck -Vrije Universiteit Brussel, cel Wetenschapscommunicatie – Tel. +32 (0)2 629 22 11 Artikel tijdschrift Persoon en Gemeenschap