UITLEG JAVA UITLEG JAVA 1 INLEIDING HOE SCHRIJF JE EEN JAVA-KLASSE KLASSE DEFINIËREN ATTRIBUTEN DEFINIËREN METHODES DEFINIËREN METHODES OPROEPEN JAVA-INSTRUCTIES TYPE VAN EEN VARIABELE IF: EEN VOORWAARDE WHILE: EEN HERHALING COMMENTAAR BRONNEN 2 3 3 3 4 5 6 6 6 6 6 7 Inleiding Programmeren is… een computer vertellen wat hij moet doen. Je kunt hiervoor verschillende talen gebruiken: programmeertalen. Java is zo’n programmeertaal. Je kunt dus in Java bevelen, instructies geven aan je computer. Als je een beetje Engels kunt, kun je Java eigenlijk vrij goed begrijpen. De computer kan dat niet begrijpen. Daardoor moet een programma dat jij schrijft nog eens vertaald worden naar een soort computer taal. Dat heet compileren. Hoe schrijf je een Java-klasse Opmerking: Java is case sensitive. Dat betekent dat een hoofdletter en een kleine letter niet hetzelfde is voor Java. Een Robot is voor Java dus iets anders dan een robot. Klasse definiëren In Java zet je alle instructies die iets te maken hebben met één ding, één object, in een klasse. De Java-instructies worden ook javacode genoemd. Elke code in verband met een robot komt dus in een klasse Robot. Opmerking: De naam van een klasse begin je altijd met een hoofdletter! public betekent dat iedereen de klasse mag gebruiken class betekent dat je hier een klasse aan het maken bent Dit is de naam van je klasse public class Robot { … } Alle instructies voor deze klasse komen tussen 2 accolades Attributen definiëren In de klasse komen eerst de attributen. Attributen zijn de kenmerken van je object, zaken dat het object over zichzelf moet onthouden. Je robot kan bvb. als attribuut de naam van zijn eigenaar hebben. Opmerking: de naam van een attribuut begin je altijd met een kleine letter! public class Robot { private String naamEigenaar; … In java sluit je iedere instructie af met ; Dit is de naam van het attribuut } Dit is het type van je attribuut. String betekent dat je hier een stukje tekst gaat bewaren private betekent dat niemand dit zomaar mag aanpassen. Als je de inhoud van dit attribuut wilt veranderen (bvb. aan andere eigenaar geven) dan moet je hiervoor een methode gebruiken (zie verder) Methodes definiëren Methodes zijn functies van een object, zaken die het kan doen. Je kunt bvb. vragen aan een robot dat hij je de naam van zijn eigenaar geeft. public class Robot { private String naamEigenaar; } Dit is de naam van de methodes Na de naam van een methode komen altijd ronde haakjes public String geefNaamEigenaar(){ return naamEigenaar; } String betekent dat de methode als … antwoord een stukje tekst gaat teruggeven return zet je vóór datgene wat je gaat teruggeven als antwoord. In dit voorbeeld gaat de methode dus de naam van de eigenaar teruggeven. public betekent dat iedereen de methode mag gebruiken Er zijn ook methodes die wel iets doen, maar geen antwoord geven. public class Robot { private String naamEigenaar; public String geefNaamEigenaar(){ return naamEigenaar; } } Tussen de ronde haakjes kun je iets meegeven aan een methode. Hier geef je bvb. de naam van de nieuwe eigenaar mee. public void zetNaamEigenaar(String naam) { naamEigenaar = naam; } Door het woordje void geef je aan dat deze methode geen antwoord … geeft. Methodes oproepen Je hebt nu een paar methodes gemaakt. Hoe kun je deze nu gebruiken? In Java kun je een methode oproepen door zijn naam te typen, gevolgd door de ronde haakjes. Bvb.: geefNaamEigenaar() zetNaamEigenaar(“Bart”) public class Robot { private String naamEigenaar; public String geefNaamEigenaar(){ return naamEigenaar; } public void zetNaamEigenaar(String naam) { naamEigenaar = naam; } public String eenDommeMethodeDieAndereMethodesOproept(String naam) { zetNaamEigenaar(naam); Dit is een tijdelijke variabele. String tijdelijkeNaam; Een variabele lijkt op een tijdelijkeNaam = geefNaamEigenaar(); attribuut, maar staat in een return tijdelijkeNaam; methode. } … } Java-instructies Type van een variabele Ieder attribuut, iedere variabele heeft een type. Het type zegt wat er de variabele onthoudt. De meest gebruikte types zijn: - int: een geheel getal (= integer getal) bvb. int jaar = 2004; - double: voor kommagetallen worden doubles gebruikt. bvb. double temperatuur = 21,5; - String: een String is een aaneenschakeling van karakters, een stukje tekst. bvb. String isomo = "piepschuim"; - boolean: een boolean is altijd true (waar) of false (niet waar). Booleans worden gebruikt bij voorwaardes. bvb. jaarKleinerDan2000 = (jaar < 2000); If: een voorwaarde Voorwaarde Hier komen de instructies die if (jaar < 2000) uitgevoerd zullen worden als { de voorwaarde waar is System.out.println("jaar is in de 20ste eeuw"); } else { System.out.println("jaar is in de 21ste eeuw"); } Hier komen de instructies die uitgevoerd zullen worden als de voorwaarde niet waar is While: een herhaling Voorwaarde while (true) { schiet(); } Hier komen de instructies die herhaald zullen worden zolang de voorwaarde waar is Dit is een oneindige lus die zorgt dat de robot blijft schieten. Commentaar Je kan in een Java programma ook commentaar zetten. Als je ergens wat op een lijn '//' gebruikt, is alles wat er achter staat commentaar. Je kan ook meerdere lijnen als een blok commentaar definiëren door het blok te starten met '/*' en af te sluiten met '*/'. Bronnen - KHLeuven Handleiding Robocode, Gerben Dierick en Wim Bertels