tip 2.1a - Overbuur

advertisement
2.1A ONDERZOEK VAN DE VRAAG
Onderstaande vragen leiden niet tot cijfers die zeggen of je iets wel of niet moet doen. Ze zijn bedoeld
als vragen die je aan jezelf stelt ter overweging: een soort ‘denkhulp’, om er achter te komen of dit
project voldoet aan de criteria voor een leefbaarheidsproject.
1. Wat is, naar jou idee, het leefbaarheidsprobleem?
Het leefbaarheidsprobleem is:
2. Waaruit maak je op dat dit probleem er is?
2a. Eigen waarneming
Wat ik zie:
Realiseer dat je alles ziet door een gekleurde bril, namelijk die van jezelf. Zo kan het dat jij het ergens
een rommeltje vindt, terwijl de huurders zich er niet aan storen. En vice versa. Of dat jij het ergens
desolaat en treurig vindt en niet begrijpt hoe bewoners het er gezellig kunnen vinden (of andersom).
Kritische vragen om aan jezelf te stellen:

Welke van mijn eigen normen pas ik toe op wat ik zie?

Wat verwacht ik dat de normen van de bewoners hierover zijn? Dit mogen ook meerdere
gezichtspunten zijn van verschillende bewoners.

Is de situatie objectief gezien zorgwekkend? Is er iets daadwerkelijk gevaarlijk, onhygiënisch,
sterk vervuild of kapot?
Conclusie van mijn eigen waarnemingen:
1
2b. Signalen van huurders
De signalen van huurders zijn:
Signalen van huurders zijn de belangrijkste. Zijn die er niet of beperkt, dan zul je later in je project
problemen krijgen met het vinden van draagvlak. Het is dus van belang om eerst uit te zoeken of
(meerdere) huurders dit signaal daadwerkelijk als een probleem zien en of ze bereid zijn mee te
denken en werken aan een oplossing.
Kritische vragen om aan jezelf te stellen:

Gaat het om veel huurders? Hoeveel?

Gaat het om veel verschillende bewoners (in leeftijd, leefstijl, buurt)?

Gaat het om één duidelijk signaal of een duidelijke klacht?

Gaat het om een vaag signaal of een vage klacht?

Gaat het om verschillende signalen of klachten?

Hoe lang bestaat deze klacht of dit signaal al?

Heb je de klachten nagetrokken (bijvoorbeeld bij andere bewoners, collega’s, collegainstellingen)?

Heb je een idee welke wens er achter de klachten of het signaal verborgen zit?

Verwacht je dat je meerdere huurders en andere bewoners bereid kunt vinden om het
probleem mee op te lossen? In eerste instantie gaat het om een paar mensen die bereid zijn
mee te denken.
Conclusie uit de signalen van huurders:
2c. Signalen van collega-instellingen
De signalen van collega-instellingen zijn:
2
Signalen van collega instellingen kunnen belangrijk zijn; zij weten soms iets wat jij nog niet weet. Maar
wees kritisch, ook een ander kan te snel oordelen over hoe serieus (of niet) je een signaal moet
nemen.
Kritische vragen om aan jezelf (of aan de collega instelling) te stellen:

Waarop baseert de collega-instelling dit signaal? Eigen ondervinding? Verhalen van
bewoners? Gevoel of waarneming?

Is het een signaal of klacht waar de collega-instelling zelf mee aan de slag gaat of al mee
bezig is?

Wordt er op dit moment al gewerkt aan het oplossen van de klacht of het signaal?
Conclusie uit de signalen van collega-instellingen:
2d. Afnemende verhuurbaarheid woningen
De verhuurbaarheid neemt af: (cijfers)
Dit gebeurt sinds:
Vermoedelijke oorzaak:
Dit is een belangrijk signaal voor Talis om in actie te komen, maar afnemende verhuurbaarheid hoeft
niet perse verband te houden met ontevredenheid over de leerbaarheid. Zoek dat dus uit.
Kritische vragen om aan jezelf te stellen:

Neemt de verhuurbaarheid af vanwege de kwaliteit/ het onderhoud van de woning?

Neemt de verhuurbaarheid af vanwege trends in de woningmarkt?

Neemt de verhuurbaarheid af vanwege nieuw of gewijzigd woningtoewijzingsbeleid of
huurprijzen?

Neemt de verhuurbaarheid af vanwege veranderingen in de buurt, zoals sluiting van een
school of minder voorzieningen?

Neemt de verhuurbaarheid af vanwege de leefbaarheid in de buurt?
3
Conclusie uit de signalen van afnemende verhuurbaarheid woningen:
3. Het probleem in de context
De context van het probleem:

Staat dit probleem op zichzelf of is er sprake van een relatie met andere problemen?

Is dit probleem iets eenmaligs of is er sprake van een patroon?

Zijn er al eerder acties ondernomen om het probleem op te lossen? En zo ja, door wie en op
welke manier? Waarom hebben die acties niet (of onvoldoende) gewerkt?
Conclusie uit de context:
Samenvatting
Conclusie na het onderzoeken van de vraag:
Tot slot
Als je deze lijst hebt doorgelopen, kun je zelf of met behulp van een collega een afweging maken.
Ook kan het zijn dat je nader onderzoek moet doen. Het is heel normaal dat je in deze fase niet zeker
weet of het lukt om bewoners te betrekken en wat precies het probleem is.
4
Download