Van genotype tot fenotype • In DNA bepaalde genen die coderen voor eigenschappen • Genen coderen voor eiwitten die ervoor zorgen dat eigenschap tot uiting komt Eiwitten • Aan elkaar gekoppelde aminozuren • In je lichaam 20 verschillende soorten aminozuren • Eiwit specifiek door: – Lengte van de aminozuurketen – Volgorde van aminozuren DNA • Erfelijke materiaal – Twee nucleotiden ketens – Elke keten bestaat uit vele duizenden aan elkaar gekoppelde nucleotiden – Nucleotide bestaat uit: • Fosfaat groep • Desoxyribose • Stikstofbase: Adenine (A), Thymine (T), Guanine (G) en Cytosine (C) Stikstofbasen vormen vaste paren met elkaar: A met T en G met C Opbouw DNA • Desoxyribose is een monosacharide (enkelvoudige suiker). • Desoxyribose vormt samen met een fosfaatgroep en één base (Adenine, Thymine, Guanine of Cytosine) een nucleotide (vandaar ook de naam DNA: DesoxyriboNucleic Acid). • Nucleotide = Desoxyribose + Fosfaatgroep + Base • Verschillende volgorden van deze basen coderen voor verschillende eigenschappen. Genen • Een chromosoom bevat heel veel verschillende genen • Eén gen bestaat uit honderden nucleotiden • 1 gen 1 eigenschap – Volgorde van nucleotiden – Aantal nucleotiden TACCATACTTATATATGCTTTTGTGGGAATT