Top-5 misverstanden over het LSP 1. Medische gegevens uitwisselen via het LSP is onveilig. Het LSP is een beveiligd netwerk, speciaal ontwikkeld voor de uitwisseling van medische gegevens. Op het LSP zelf worden, behalve uw burgerservicenummer (BSN) en de code van de zorgverlener die gegevens van u beschikbaar stelt, geen gegevens opgeslagen. Deze blijven gewoon staan in de computersystemen van de huisarts en apotheek. Zowel het LSP als de systemen van de zorgverleners voldoen aan alle (strenge) beveiligings- en toegangseisen. Voordat zorgverleners hun systemen op het LSP mogen aansluiten, worden deze streng gecontroleerd. Ook krijgen zorgverleners alleen toegang tot het LSP met een UZI-pas en een bijbehorende pincode. Verder mogen zij alleen gegevens beschikbaar stellen via het LSP, als de patiënt daar uitdrukkelijk toestemming voor heeft gegeven. Andere zorgverleners mogen deze gegevens alleen raadplegen als dit nodig is voor de behandeling van de patiënt en als zij een behandelrelatie met die patiënt hebben. 2. Er wordt geen toezicht gehouden op de uitwisseling van medische gegevens via het LSP. Op de uitwisseling van medische gegevens via het LSP vindt nauwlettend toezicht plaats. VZVZ houdt voortdurend in de gaten of er geen onbevoegd, verkeerd of afwijkend gebruik plaatsvindt, waarbij sprake zou kunnen zijn van misbruik. Ook legt het LSP vast welke zorgverleners op welk moment gegevens opvragen. Zo is altijd te controleren of zorgverleners rechtmatig gegevens hebben opgevraagd. Ook de patiënt zelf kan dit controleren door een (online) inzage-overzicht op te vragen. De toezichthouders College bescherming persoonsgegevens (CBP) en de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) houden toezicht op de verwerking van persoonsgegevens via het LSP. Als gegevens onrechtmatig worden gebruikt, kunnen zij hiertegen optreden. 3. Het LSP is een centrale database waarin medische gegevens van patiënten worden opgeslagen. In het LSP worden geen medische gegevens opgeslagen. Het LSP is dan ook geen centrale database, maar een netwerk waarmee zorgverleners elektronisch gegevens kunnen uitwisselen. Na toestemming van de patiënt meldt de eigen huisarts en/of apotheek het burgerservicenummer (BSN) van de patiënt aan bij dit netwerk. Als het nodig is voor zijn behandeling, kunnen andere zorgverleners aan de hand van dit BSN de medische gegevens van de patiënt inzien bij zijn eigen huisarts en/of apotheek. De gegevens zelf worden dus niet opgeslagen in het LSP, maar blijven staan in het computersysteem van de eigen huisarts en apotheek. Omdat het LSP geen medische gegevens bevat, kunnen patiënten hun gegevens ook niet inzien via het LSP. Als patiënten hun medische gegevens willen inzien, kunnen zij inzage in hun dossier vragen bij hun huisarts en/of hun apotheek. Daar hebben zij als patiënt recht op. 4. Zorgverzekeraars hebben toegang tot de medische gegevens van patiënten via het LSP. Zorgverzekeraars hebben geen toegang tot het LSP en zullen die ook in de toekomst niet krijgen. Zij kunnen dan ook geen medische gegevens van patiënten inzien via het LSP. Alleen zorgverleners hebben toegang tot het LSP. 5. Het LSP is hetzelfde als het landelijk EPD. Het landelijk EPD (Elektronisch Patiënten Dossier) was tot 1 januari 2012 het systeem om landelijk elektronisch medische gegevens uit te wisselen. Dat gebeurde onder verantwoordelijkheid van het Ministerie van VWS. Toen de Eerste Kamer bezwaren tegen de EPD-wet had, moest de minister haar betrokkenheid bij het landelijk EPD beëindigen. Top-5 misverstanden_v1.0 - dec 2014 Daarop namen de zorgverleners zelf het initiatief om elektronische gegevensuitwisseling volgens de wettelijke voorschriften in te richten. Met steun van de koepelorganisaties van apotheken (KNMP), huisartsen (LHV), huisartsenposten (VHN, nu InEen) en ziekenhuizen (NVZ) en patiëntenfederatie NPCF werd hiervoor de Vereniging van Zorgaanbieders voor Zorgcommunicatie (VZVZ) opgericht. VZVZ is verantwoordelijk voor de elektronische uitwisseling van medische gegevens via het nieuwe LSP (Landelijk Schakelpunt). Het LSP is opgezet met de wet- en regelgeving in de hand. Het uitwisselen van medische gegevens via het LSP voldoet aan de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) en de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO): - Patiënten moeten vooraf uitdrukkelijk toestemming geven voordat hun huisarts en apotheek hun dossiers mogen aanmelden bij het LSP (opt-in). Deelname aan het LSP is dus volledig vrijwillig. De toestemming van patiënten voor het uitwisselen van hun medische gegevens verloopt dus niet meer automatisch (opt-out). - Het uitwisselen van gegevens gebeurt nu regionaal. Binnen het LSP zijn 'schotten' geplaatst, zodat zorgverleners alleen in hun eigen omgeving (regio's) gegevens met elkaar uitwisselen. Alleen bepaalde ziekenhuizen kunnen nu landelijk gegevens inzien, omdat hun patiënten vaak uit meerdere regio's komen. - Patiënten kunnen via het VZVZ Informatiepunt Online zien welke zorgverleners hun medische gegevens beschikbaar hebben gesteld en hebben opgevraagd. Zij kunnen er zelfs voor kiezen om een e-mail te ontvangen als dit gebeurt (LSPmelding). Top-5 misverstanden_v1.0 - dec 2014