Romeinse namen Natuurlijk hadden de Romeinen ook namen... Maar de namen waren niet zo uitbundig zoals nu... Er waren wel namen die zoals we dat nu noemen “Populair” waren... In die tijd werd iedereen naar de “Populaire” namen genoemd er waren zeker 25 Marcussen in Rome... Nu hoe noemen we we de voornamen... We noemen ze de praenomen... De familie naam waaraan het meisje ook werd genoemd (natuurlijk vrouwelijke vorm) heette nomen gentile.. Dan had de Romeinse man ook nog een bijnaam en die werd “Cognomen” genoemd.... Een klein overzicht Voornaam (Preanomen) man vrouw(dochter) vrouw(2de dochter) Albius Achternaam (Nomen gentile) Claudius Bijnaam (Cognomen) Pulcher Claudia Prima Claudia Secunda Zoals je ziet kreeg de vrouw maar één naam... Geen bijnaam eigenlijk, haar voornaam was afgeleid van de nomen gintile (achternaam)... Eigenlijk was dit oneerlijk maar in die tijd was de vrouw diegene die het huishouden moest doen.. Tja spijtig..... We gaan even de meest genomen Romeinse namen overlopen.. Natuurlijk spreek ik hier van de praenomen(voornaam)... • Gaius • ecimus • Lucius • Marcus • Publlius • Quintus • Sextus • Titus Dit zijn de typische Romeinse namen... Als je dit kent zul je al veel beter je toets kennen... Maar zoals nu in het middelbaar toch staat er op de lijst van leerkrachten. M. Vandenborre(voorbeeld) Dat beteken dan Michel Vandenborre.... Wel bij de Romeinse namen hadden ze dat ook maar niet zo vrij als wij het nu gebruiken C = Gaius (Dit is anders dan het normale) D. = Decimus L. = Lucius M. = Marcus P. = Publius Q. = Quintus S. = Sextus T. = Titus A. = Albius Dan stond er bijvoorbeeld A. Claudius Pulcher In de plaats van Albus Claudius Pulcher Die Pulcher is een bijnaam... Ik geef een lijst van de overige bijnamen... Hier komt ie... • Agricola: de boer • Asinius: de ezeldrijver • Brutus: de slome • Caepio: de wienverkoper • Calbus: de kale • Cato: de lepe • Crassus: de dikke • Crispus: de krullenbol • Flaccus: de flapoor • Flavus: de blonde • Naso: de neus • Pulcher: de knappe • Strabo: de schele • Tubero: de bult • Caesar: keizer