Stichting Katholiek Onderwijs Enschede Stichting voor katholiek en interconfessioneel primair onderwijs Functieboek St. KOE Vastgesteld in januari 2010 1 Inhoudsopgave functieboek SKOE Versie 2.1 19 januari 2010 Inleiding Informatie over functiewaardering en functiedifferentiatie Het functiewaarderingssysteem voor het primair onderwijs 3 4 4 OOP Schoonmaker Medewerker met concierge taken (ID-er) Medewerker met administratieve taken (ID-er) Lokaalassistent (ID-er) Conciërge Klassenassistent Administratief medewerker Onderwijsassistent Secretaresse Leraarondersteuner Maatschappelijk medewerker Logopedist Beleidsmedewerker Bovenschools ICT coördinator Orthopedagoog/Psycholoog 7 8 9 11 12 14 16 18 20 22 24 27 29 31 34 OP Vakleraar LA Vakleraar LB Leraar basisonderwijs LA Excellente leraar basisonderwijs LB Leraar Speciaal (basis)onderwijs LB Gespecialiseerde leraar speciaal basisonderwijs LC 37 39 42 45 53 56 Management Middenmanager AB Middenmanager AC Directeur DB Directeur DC Algemeen adjunct directeur Algemeen directeur 61 64 67 70 73 75 2 Inleiding Voor u ligt het functieboek van de St. KOE. Het beschrijft alle bestaande en evt. in de toekomst wenselijke/mogelijke functies binnen onze stichting. Alle functies zijn beschreven en gewaardeerd door drs. R.W. Mentink, SPO gecertificeerd en geregistreerd Fuwasys adviseur. De st. KOE heeft er dus niet voor gekozen gebruik te maken van de voorbeeldfuncties, maar heeft alle functies opnieuw laten beschrijven en waarderen. In veel gevallen wijken de functies overigens niet veel af van de voorbeelfuncties, echter in een aantal gevallen hebben we echt voor een eigen beschrijving gekozen. Hierover is ook uitvoerig overleg met de achterban geweest. Het functieboek is in 2010 vastgesteld door het bestuur van de St. KOE en de PGMR heeft hierop instemming verleend. De St. KOE heeft ervoor gekozen een relatief eenvoudig model van functiegebouw te hanteren. Doel daarbij is behoud van flexibiliteit en ruimte voor maatwerk binnen de schoolorganisaties. Het organogram van de St. KOE ziet er als volgt uit: Algemeen directeur Adjunct algemeen directeur Directeur Middenmanager Leerkrachten en onderwijs ondersteunend personeel De functies hebben we gegroepeerd in 3 groepen: Onderwijsondersteunend Personeel (OOP) Onderwijsgevend Personeel (OP) Management Dit functieboek is tot stand gekomen met grote betrokkenheid van iedereen binnen de organisatie. Het speelt niet alleen in op de wens die werd uitgesproken in het strategisch beleidsplan 2006-2010 om ons functiebouwhuis te vernieuwen, maar past ook naadloos in een landelijke ontwikkeling die zich daarna voordeed: de functiemix. Wij denken dat we met dit functieboek de komende jaren op een goede wijze verder te kunnen werken op een wijze die past bij onze organisatie op stichtings- en op schoolniveau. Januari 2010 Rob van der Vegt Algemeen directeur 3 Informatie over functiewaardering en functiedifferentiatie Wat is functiewaarderen? Wel beschouwd is de term ‘functiewaarderen’ ongelukkig gekozen. Bij waardering denken we meestal aan persoonlijke appreciatie, individuele erkenning, een schouderklopje. Het gaat dan om de vraag of je wel of niet wordt gewaardeerd als mens, als collega. Functiewaarderen is een andere manier van waarderen. Het is een methode om op grond van objectieve criteria op een systematische manier functies te wegen en te ordenen. Dat gebeurt met behulp van een wegings- of meetinstrument. Het doel van functiewaarderen is om een evenwicht te bereiken tussen bezoldigingsverhoudingen volgens het principe ‘gelijkwaardig werk, gelijke beloning’. Maar ook om structuur aan te brengen in de organisatie en te komen tot rechtvaardig sociaal beleid. Door middel van functiewaarderen kan een bepaalde (maximum)salarisschaal gekoppeld worden aan een bepaalde functie. Om een functie te kunnen waarderen is een goede functiebeschrijving noodzakelijk. Wat is functiewaarderen niet? Functiewaarderen is niet een oordeel vellen over een functionaris: het zegt niets over het functioneren zelf. Het gaat om de activiteiten, taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden die bij een functie behoren en niet om de wijze waarop die taken worden uitgevoerd. Functiewaarderen gaat ook niet over de vraag of je het druk hebt. Heel veel dezelfde (eenvoudige) taken leiden niet tot een hoge(re) waardering van de functie en dus niet tot een hoger salaris. Functiedifferentiatie Functiedifferentiatie (het creëren van nieuwe/andere functies binnen de school) en functiewaardering zijn belangrijk voor een goed en integraal personeelsbeleid. Het biedt de mogelijkheid om naar eigen inzicht een functiebouwwerk te maken. Dat wil zeggen dat een instelling zelf kiest welke (soorten) functies ze ‘in huis wil hebben’, bijvoorbeeld: lerarenondersteuner, leraar, senior leraar, of bouw-coördinator, integraal directeur of bovenschools directeur. Dat veronderstelt dat de doelstellingen van de school duidelijk omschreven zijn. Zo kan vanuit de eigen doelstellingen (en natuurlijk rekening houdend met de besteedbare middelen) de ene school kiezen voor meer lerarenondersteuners, een ander voor een conciërge, een andere voor meer seniorleraren en weer een andere voor bouwcoördinatoren. Kortom: functiedifferentiatie is een beleidskeuze, terwijl functiewaarderen een instrument is om de bijpassende bezoldiging en bezoldigingsverhoudingen vast te stellen. De betrokkenheid van het personeel en de (Gemeenschappelijke) Medezeggenschapsraad (P(G)MR) bij functiedifferentiatie en de toepassing van het functiewaarderingssysteem is essentieel. Het functiewaarderingssysteem voor het primair onderwijs Aanleiding De basis van het functiegebouw in het primair onderwijs wordt gevormd door zogenaamde normfuncties. Deze functies waren vroeger te vinden in het Rechtspositiebesluit WPO/WEC. Het Rechtspositiebesluit is per 1 augustus 2006 afgeschaft. Sindsdien staan de normfuncties in een bijlage (VII) van de cao po. Het gaat dan om korte taakkarakteristieken en een bijbehorende salarisschaal. Daarnaast bestaan er in het primair onderwijs ook niet-normfuncties. Die zijn ontstaan omdat steeds meer scholen gebruik maken van de mogelijkheid om af te wijken van de normfuncties door op de eigen situatie toegesneden functiebeschrijvingen op te stellen: 4 functiedifferentiatie. Deze niet-normfuncties werden tot 1 augustus 2006 meestal gewaardeerd met behulp van een Fuwasys-variant, met name FUWA VO 2002. Omdat de behoefte om functiedifferentiatie in het primair onderwijs toe te passen toenam, is er een Fuwasys-variant speciaal voor het primair onderwijs ontwikkeld: FUWA PO. Vanaf 1 augustus 2006 moeten alle niet-normfuncties die ontwikkeld worden met behulp van het functiewaarderingssysteem FUWA PO beschreven en gewaardeerd worden. Wat is FUWA PO? FUWA PO is een geautomatiseerd functiewaarderingssysteem dat bestaat uit een meetsysteem en een set van ongeveer 25 voorbeeldfuncties die relevant zijn in het primair onderwijs. Geautomatiseerd wil overigens beslist niet zeggen dat we te maken hebben met een automaat waarmee je door op een paar knoppen te drukken het gewenste resultaat krijgt. Het systeem vraagt een behoorlijke deskundigheid van de gebruiker. Het meetsysteem bestaat uit 14 kenmerken waarop een functie wordt doorgemeten. Ieder kenmerk is uitgewerkt naar vijf niveaus van oplopende zwaarte (1 = eenvoudig, licht, 5 = moeilijk, zwaar). Door een functie op alle 14 kenmerken te scoren wordt de zwaarte van de functie gemeten. Het systeem komt op basis van de toegekende scores met een bij die functie passende (maximum) salarisschaal. In het systeem is ook een aantal voorbeeldfuncties opgenomen. Deze voorbeeldfuncties zijn met behulp van het systeem beschreven, gemeten (gewaardeerd) en van een (maximum) salarisschaal voorzien. De voorbeeldfuncties in FUWA PO zijn niet willekeurig gekozen: het zijn voorbeelden van functies die in het primair onderwijs regelmatig voorkomen. De voorbeelden zijn zoals gezegd gewaardeerd met het meetsysteem (14 kenmerken, 5puntsschaal). De status van zo’n waardering is: wanneer je de verzameling taken, verantwoordelijkheden, bevoegdheden, etc. onderbrengt in een functiebeschrijving zoals in de voorbeeldfunctie dan is dit scorepatroon en dus deze waardering op die functie van toepassing. De voorbeeldfuncties hebben tot doel: * het aanbieden van kant-en-klare functiebeschrijvingen die gebruikers rechtstreeks kunnen overnemen zonder zelf functiebeschrijvingen te hoeven maken en het systeem ‘er op los te laten’ om de bijpassende (maximum) salarisschaal uit te (laten) rekenen. * het aanreiken functiebeschrijvingen waarvan gebruikers onderdelen/ elementen kunnen verwerken in eigen functiebeschrijvingen c.q. aanpassen aan de eigen situatie. * het aanreiken van vergelijkingsmateriaal waaraan gebruikers de inschaling van zelfgemaakte functiebeschrijvingen en –waarderingen kunnen toetsen; Om misverstanden te voorkomen: de voorbeeldfuncties zijn beslist geen nieuwe normfuncties! De voorbeeldfuncties in FUWA PO vormen dan ook niet een lijst van functies waaruit scholen verplicht zijn hun keuze te maken en die daarmee een voorschrijvend karakter voor de functie-inhoud zouden hebben. (bron: website onderwijsbonden CNV 2010) 5 Onderwijs Ondersteunend Personeel (OOP) Schoonmaker Medewerker met concierge taken (ID-er) Medewerker met administratieve taken (ID-er) Lokaalassistent (ID-er) Conciërge Klassenassistent Administratief medewerker Onderwijsassistent Secretaresse Leraarondersteuner Maatschappelijk medewerker Logopedist Beleidsmedewerker Bovenschools ICT coördinator Orthopedagoog/Psycholoog 7 8 9 11 12 14 16 18 20 22 24 27 29 31 34 6 1. Functienaam Werkterrein Activiteiten Kenmerkscores Somscore Salarisschaal : Schoonmaker : Intern beheer -> Huishoudelijke verzorging -> Regeling huishoudelijke zaken, schoonmaakwerkzaamheden : Verlenen van hand- en spandiensten : 12111 11112 11 11 : 16 :1 2. Omgeving De werkzaamheden worden verricht binnen een school primair en (voortgezet) speciaal onderwijs. De schoonmaker houdt het gebouw schoon, houdt de toiletbenodigdheden op peil en signaleert wanneer de voorraad schoonmaakmiddelen en toiletartikelen opraakt. 3. Werkzaamheden 1.Houdt het afgesproken deel van het gebouw schoon conform het schoonmaakplan door o.a.: het zuigen, moppen, strippen en in de was zetten van vloeren; het afnemen van stof van randen, richels en buizen; het zemen van de ramen; het reinigen van meubilair en toiletten; het leegmaken van afvalbakken; het vervangen van de hand- en theedoeken. 2.Houdt de toiletbenodigdheden op peil en signaleert wanneer de voorraad schoonmaakmiddelen en toiletartikelen opraakt. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: (in beperkte mate) de volgorde van de werkzaamheden. Kader: gedetailleerde werkafspraken en huisregels. Verantwoording: aan de verantwoordelijk leidinggevende voor wat betreft de wijze waarop de schoonmaakwerkzaamheden worden verricht. 5. Kennis en vaardigheden Kennis van schoonmaaktechnieken en –middelen. Vaardigheid in het hanteren van schoonmaakapparatuur en -middelen. 6. Contacten Met de verantwoordelijk leidinggevende over praktische aangelegenheden om daarover informatie te verschaffen. 7 1. Functienaam Werkterrein Activiteiten Kenmerkscores Somscore Salarisschaal : Medewerker met conciërge taken (ID-er) : Bedrijfsvoering – Facilitaire zaken : Verlenen van hand- en spandiensten Invoeren en/of bewerken van gegevens : 22111 11122 12 21 : 20 : 2 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een school voor primair en (voortgezet) speciaal onderwijs. De medewerker verricht facilitaire en ondersteunende werkzaamheden die nauwelijks vakbekwaamheid vereisen. Het gaat hierbij om uitvoerende werkzaamheden die in een logisch gestructureerd verband staan. 3. Werkzaamheden 1.Verricht op aanwijzing van de leidinggevende kleine onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan gebouwen, terreinen en inventaris, rekening houdend met de afspraken o.a.: signaleert (ver)storingen; verhelpt eenvoudige gebreken; neemt, hoort klachten van technische aard aan; geeft klachten van technische aard door of meldt (ad hoc) situaties; verstrekt informatie aan personeelsleden over de voortgang van werkzaamheden. 2.Verricht routinematige ondersteunende werkzaamheden o.a: beheert audiovisueel materiaal en zet dit klaar; beheert het magazijn en bestelt schoonmaakartikelen en kantoorartikelen; maakt kopieën; zet en verzorgt koffie en thee e.d.; verricht eenvoudige schoonmaakwerkzaamheden; neemt meldingen van zieke kinderen, te laat komen e.d. aan; beantwoordt de telefoon en geeft boodschappen door. 4. Kader, bevoegdhede & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het op aanwijzing verhelpen van eenvoudige gebreken en het verrichten van routinematige ondersteunende werkzaamheden Kader: regels en werkafspraken. Verantwoording: aan de leidinggevende over de tijdigheid, juistheid en volledigheid van de werkzaamheden. 5. Kennis en vaardigheden Praktisch gerichte kennis in het omgaan met apparaten en de toepassingsmogelijkheden ervan. Inzicht in de relevante werkwijzen in de school. Nauwkeurige, zorgvuldige en communicatieve en klantvriendelijke vaardigheden. 6. Contacten met melders van klachten en/of gebruikers van het gebouw(en) om informatie uit te wisselen en dienstverlenend te zijn. Met personeelsleden over de uitvoering van werkzaamheden om feitelijke informatie te verstrekken. 8 1. Functienaam Werkterrein Activiteiten Kenmerkscores Somscore Salarisschaal : Medewerker met administratieve taken (ID-er) : Bedrijfsvoering - Managementondersteuning : Verlenen van hand- en spandiensten Invoeren en/of bewerken van gegevens gereedschap,instrumenten : 22111 11122 12 21 : 20 :2 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een school voor primair en (voortgezet) speciaal onderwijs. De medewerker verricht administratief en ondersteunende werkzaamheden die nauwelijks vakbekwaamheid vereisen. Het gaat hierbij om uitvoerende werkzaamheden die in een logisch gestructureerd verband staan. 3. Werkzaamheden 1.Verricht op aanwijzing van de leidinggevende administratieve werkzaamheden rekening houdend met de afspraken o.a.: behandelt (binnen gemaakte afspraken) ingekomen en uitgaande post; bereidt vergaderingen en besprekingen op aanwijzingen van de leidinggevende administratief voor (verzamelt en verzendt vergaderstukken doet op basis van inhoudelijke aanwijzingen schriftelijke mededelingen en/of vraagt informatie op; typt aangeleverde conceptteksten uit; notuleert vergaderingen en werkt de notulen (na controle) uit; legt naar onderwerp of project werkdossiers aan en houdt werkdossiers (verslagen, brieven, e.d.) bij; verwerkt op aanwijzing administratieve gegevens op formulieren en in diverse overzichten; verwerkt/muteert standaard gegevens in de administratie of geeft informatie door aan het administratiekantoor; verstrekt informatie aan personeelsleden over de voortgang van werkzaamheden. 2.Verricht routinematige ondersteunende werkzaamheden o.a: verwerkt de facturen; maakt kopieën; zet en verzorgt koffie en thee e.d.; neemt meldingen van zieke kinderen, te laat komen e.d. aan; beantwoordt de telefoon en geeft boodschappen door; verstrekt standaard informatie aan ouders/verzorgers en leerlingen. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het op aanwijzing verrichten van administratieve werkzaamheden en het verrichten van routinematig ondersteunende werkzaamheden. werkzaamheden Kader: regels en werkafspraken. Verantwoording: aan de leidinggevende over de tijdigheid, juistheid en volledigheid van de werkzaamheden. 5. Kennis en vaardigheden Praktisch gerichte administratieve kennis. Inzicht in de relevante werkwijzen in de school. 9 Nauwkeurige, zorgvuldige en communicatieve en klantvriendelijke vaardigheden. 6. Contacten met melders personeelsleden, ouders/verzorgers en leerlingen en derden om informatie uit te wisselen en dienstverlenend te zijn. Met personeelsleden over de uitvoering van werkzaamheden om feitelijke informatie te verstrekken. 10 1. Functienaam Werkterrein Activiteiten Kenmerkscores Somscore Salarisschaal : Lokaalassistent (ID-er) : Onderwijsproces- instructie en assistentie : Verlenen van hand- en spandiensten Invoeren en/of bewerken van gegevens : 22111 11122 12 21 : 20 :2 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een school voor primair en (voortgezet) speciaal onderwijs. De lokaalassistent verricht ondersteunende werkzaamheden voor de leerkracht die nauwelijks vakbekwaamheid vereisen. Het gaat hierbij om uitvoerende werkzaamheden die in een logisch gestructureerd verband staan. 3. Werkzaamheden 1. Ondersteuning van de leerkracht door o.a.: verricht eenvoudige routinematige, verzorgende taken, zoals bij het vastmaken van de veters, het omkleden van de kinderen bij gymnastiek, e.d.; houdt toezicht op gedrag van leerlingen tijdens de les binnen en buiten de school; geeft gedragsproblemen van leerlingen door aan de leerkracht; is behulpzaam bij hygiënische verzorging, e.d.; begeleidt op aanwijzing van de leerkracht leerlingen in en buiten school; surveilleert tijdens binnen- en buitenschoolse activiteiten; assisteert bij uitstapjes, vieringen, festiviteiten, e.d.. 2. Helpt bij het op orde houden van de lesruimte, op aanwijzing van de leraar (huishoudelijk) door o.a.: zet het onderwijsmateriaal klaar en ruimt het op; assisteert bij het vertonen van presentaties e.d. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het ondersteunen van de leerkracht en het op orde houden van de lesruimte. Kader: regels en werkafspraken. Verantwoording: aan de leidinggevende over de tijdigheid, juistheid en volledigheid van de werkzaamheden. 5. Kennis en vaardigheden Praktisch gerichte kennis in verzorgingstaken voor kinderen van de basisschoolleeftijd. Inzicht in de relevante werkwijzen in de school. Nauwkeurige, zorgvuldige en communicatieve en klantvriendelijke vaardigheden. 6. Contacten met ouders/verzorgers en leerlingen om informatie uit te wisselen en dienstverlenend te zijn. Met personeelsleden over de uitvoering van werkzaamheden om feitelijke informatie te verstrekken. 11 1. Functienaam Werkterrein Activiteiten Kenmerkscores Somscore Salarisschaal : Conciërge : Bedrijfsvoering - Facilitaire Zaken : Verlenen van hand- en spandiensten Bedienen van c.q. werken met apparaten, systemen, gereedschap, instrumenten : 22121 11122 12 21 : 21 :3 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een school voor primair en (voortgezet) speciaal onderwijs. De conciërge verricht onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan gebouwen, terreinen en inventaris, verricht ondersteunende werkzaamheden en verricht werkzaamheden op het gebied van leerling-zaken. 3. Werkzaamheden 1. Onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan gebouwen, terreinen en inventaris, rekening houdend met (technische) onderhoudsvoorschriften en –afspraken o.a.: signaleert (ver)storingen; verhelpt eenvoudige gebreken; neemt, hoort klachten van technische aard aan; geeft klachten van technische aard door of meldt (ad hoc) situaties (bijv. tijdens controle rondes); legt administratieve gegevens samenhangend met de te verrichten technische taken vast; verstrekt informatie aan personeelsleden over doel, doorlooptijden e.d. van werkzaamheden. houdt technische logboeken bij (bijv. zichtcontroles speeltoestellen) 2. Ondersteunende werkzaamheden. beheert audiovisueel materiaal en zet dit klaar; beheert het magazijn en bestelt op verzoek en na toestemming van een leidinggevende food, schoonmaakartikelen, materialen t.b.v. klein onderhoud en kantoorartikelen; maakt kopieën; zet koffie en thee; verricht eenvoudige schoonmaakwerkzaamheden. 3. Werkzaamheden op het gebied van leerling-zaken. roept leerlingen tot de orde tijdens pauzes e.d.of attendeert de leerkracht op ordeproblemen conform interne gedragsregels; neemt meldingen van ziekte, te laat komen e.d. aan; ziet toe op strafmaatregelen waarvoor de conciërge wordt ingeschakeld. 12 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het verhelpen van eenvoudige gebreken, het magazijnbeheer en het attenderen van de leerkracht op ordeproblemen. Kader: regels en werkafspraken, veiligheids- en inspectievoorschriften en technische voorschriften. Verantwoording: aan de leidinggevende over de tijdigheid, juistheid en volledigheid van onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan gebouwen, terreinen en inventaris, van ondersteunende werkzaamheden en van werkzaamheden op het gebied van leerling-zaken. 5. Kennis en vaardigheden Praktisch gerichte kennis in het omgaan met apparaten en de toepassingsmogelijkheden ervan. Inzicht in de organisatie en werkwijze van de school. Vaardigheid in het oplossen van problemen bij klachten, storingen en onderhoud. Vaardigheid in de omgang met leerlingen bij ordeverstoringen passend binnen de daartoe gemaakte afspraken en schoolregels. 6. Contacten Met melders van klachten en/of gebruikers van het gebouw(en) om informatie in te winnen bij het traceren en dienstverlenend te zijn bij het verhelpen van storingen en gebreken aan gebouwen en inventaris. Met personeelsleden over de uitvoering van werkzaamheden om feitelijke informatie te verstrekken. Met leerlingen over hun gedrag om hen tot de orde te roepen. 13 1. Functienaam Werkterrein Activiteiten Kenmerkscores Somscore Salarisschaal : Klassenassistent : Onderwijsproces -> Instructie en assistentie : Verlenen van hand- en spandiensten : 22122 11122 12 22 : 23 :3 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een school voor primair en (voortgezet) speciaal onderwijs. De klassenassistent verzorgt, op aanwijzing van leraar, individuele leerlingen, assisteert de leraar en brengt, op aanwijzing van de leraar, de lesruimte (huishoudelijk) op orde. 3. Werkzaamheden 1. Verzorging, op aanwijzing van de leraar/senior leraar, van de individuele leerlingen o.a.: verricht eenvoudige routinematige, verzorgende taken, zoals bij het vastmaken van de veters, het omkleden van de kinderen bij gymnastiek, e.d.; houdt toezicht op en begeleidt gedrag van leerlingen tijdens de les binnen en buiten de school (bijvoorbeeld bij gymnastiek buiten); rapporteert (periodiek) over het waargenomen gedrag bij de leerlingen aan de leraar en houdt dit zonodig in overleg met de leraar bij; is behulpzaam bij hygiënische verzorging, e.d.; begeleidt leerlingen bij (therapeutische) oefeningen; begeleidt leerlingen in en buiten school; surveilleert tijdens binnen- en buitenschoolse activiteiten; assisteert bij de organisatie van uitstapjes, vieringen, festiviteiten, e.d.. 2. Orde in de lesruimte, op aanwijzing van de leraar/senior leraar (huishoudelijk) o.a.: zet het onderwijsmateriaal klaar en ruimt het op; assisteert bij het vertonen van dia's of video-opnamen. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden -Beslist bij/over: het verrichten van eenvoudige routinematige, verzorgende taken, het klaarzetten van het onderwijsmateriaal en het opruimen ervan. -Kader: werkafspraken, regels en voorschriften. -Verantwoording: functioneel aan de leraar/senior leraar en hiërarchisch aan de leidinggevende over de juiste en correcte verzorging van de individuele leerlingen en van het op orde brengen van de lesruimte (huishoudelijk). 5.Kennis en vaardigheden Praktisch gerichte kennis van de aanpak van de verzorgingstaken. Bekend met hygiëne, voeding en gezondheid van kinderen. Vaardigheid in het uitvoeren van de gevraagde verzorgingstaken. Vaardigheid in het bewust reageren op gedrag van leerlingen en het hierover kunnen Rapporteren. Vaardigheid in het uitvoeren van eenvoudige huishoudelijke werkzaamheden. 6. Contacten Met de leerling(en) over de verzorging om hen te vertellen wat er gaat gebeuren en ter 14 voorbereiding op de verzorging om te weten te komen of er rekening gehouden moet worden met specifieke omstandigheden. Met de leraar om indrukken over de ontwikkeling van de leerling tijdens de lessituatie door te geven. Met ouders over het halen en brengen van de leerlingen en over het verloop van de dag en bijzonderheden om algemene informatie te geven. 15 1. Functienaam Werkterrein Activiteiten Kenmerkscores Somscore Salarisschaal : Administratief medewerker : Bedrijfsvoering - Managementondersteuning : Invoeren en/of bewerken van gegevens : 22122 22222 1222 : 26 :4 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een bestuursbureau van een onderwijsinstelling voor primair en (voortgezet) speciaal onderwijs of binnen een school voor primair en (voortgezet) speciaal onderwijs. De administratief medewerker verricht administratief ondersteunende werkzaamheden, financieel/cijfermatige werkzaamheden en balie- en loketactiviteiten. 3. Werkzaamheden 1. Administratieve ondersteuning o.a.: behandelt ingekomen en uitgaande post; bereidt vergaderingen en besprekingen administratief voor (verzamelt en verzendt vergaderstukken en regelt vergaderruimte); doet op basis van inhoudelijke aanwijzingen schriftelijke mededelingen en/of vraagt informatie op; typt en werkt aangeleverde (handgeschreven en/of onvolledige) conceptteksten uit en controleert daarbij de lay-out en het taalgebruik; notuleert vergaderingen en werkt de notulen uit; legt naar onderwerp of project werkdossiers aan en houdt werkdossiers (verslagen, brieven, e.d.) bij; verwerkt op aanwijzing administratieve gegevens op formulieren en in diverse overzichten; verwerkt/muteert diverse soorten van gegevens in de leerlingenadministratie; verwerkt aangeleverde gegevens en teksten tot het ouderbulletin; verwerkt aangeleverde gegevens en teksten tot het personeelsblad. 2. Financieel/cijfermatige werkzaamheden o.a.: stelt cijferoverzichten ten behoeve van statistische bewerkingen op; beheer het NAW-bestand van debiteuren en crediteuren; bereidt documenten die door het administratiekantoor moeten worden verwerkt voor. verwerkt de facturen. 3. Balie- en loketactiviteiten o.a.: verstrekt mondeling (telefonisch) inlichtingen aan ouders/verzorgers en leraren over algemene administratieve aangelegenheden; verstrekt informatie aan ouders/verzorgers en leerlingen over administratieve regelingen. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het behandelen van ingekomen en uitgaande post, het opstellen van cijferoverzichten ten behoeve van statistische bewerkingen, het verstrekken van mondelinge (telefonisch) inlichtingen aan ouders/verzorgers en leraren over algemene administratieve aangelegenheden. Kader: werkafspraken en administratieve voorschriften. 16 Verantwoording: aan de leidinggevende over de tijdigheid, juistheid en zorgvuldigheid van de administratief ondersteunende werkzaamheden, van financieel/cijfermatige werkzaamheden en van balie- en loketactiviteiten. 5. Kennis en vaardigheden Vaktechnische kennis van administratieve voorschriften en procedures. Kennis van de Nederlandse spelling en grammatica. Kennis van de interne administratieve en procedurele uitvoeringsvoorschriften. Inzicht in de mogelijkheden van tekstverwerkingsprogramma’s. Inzicht in de organisatie en werkwijze van de school. Vaardigheid in het uitwerken en opmaken van tekstmateriaal, overzichten, tabellen, schema's,grafieken, e.d.. Vaardigheid in het (telefonisch) te woord staan van derden. 6. Contacten Met medewerkers van de school om gegevens te vragen en om gestelde vragen te kunnen Beantwoorden. Met medewerkers over het aangeleverde/geproduceerde materiaal om informatie uit te wisselen. Met ouders/verzorgers en leerlingen om informatie te verstrekken. 17 1. Functienaam : Onderwijsassistent Werkterrein Activiteiten : Onderwijsproces -> Instructie en assistentie : Verlenen van hand- en spandiensten Bedienen van c.q. werken met apparaten, systemen, gereedschap, instrumenten : 22122 22122 22 22 : 26 :4 Kenmerkscores Somscore Salarisschaal 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een school voor primair en (voortgezet) speciaal onderwijs. De onderwijsassistent ondersteunt de leraar bij het verrichten van eenvoudige routinematige onderwijsinhoudelijke taken, levert een praktische/organisatorische bijdrage aan het klassenmanagement en neemt deel aan professionalisering. 3. Werkzaamheden 1. Ondersteuning van de leraar bij het verrichten van eenvoudige routinematige onderwijsinhoudelijke taken o.a.: begeleidt individuele leerlingen of kleine (sub)groepen van leerlingen die van de leraar instructie hebben ontvangen; begeleidt leerlingen bij de verwerving van vaardigheden, ziet toe op het handen wassen, tanden poetsen e.d.; inspireert leerlingen tot luisteren, op te ruimen, zich te concentreren, vragen te stellen, e.d.. houdt leerlingen in de gaten tijdens les, pauzes, spel en vervoer en corrigeert gedrag; helpt leerlingen bij expressie-activiteiten; assisteert bij het samenwerken van leerlingen, het groepswerk en het werken in hoeken; ziet toe op het zelfstandig werken van leerlingen; begeleidt individuele leerlingen bij niveaulezen; helpt leerlingen bij het uitdiepen van een onderwerp in het documentatiecentrum; begeleidt leerlingen met een aparte leertaak en het registreren van het ontwikkelingsen leerproces; surveilleert tijdens binnen- en buitenschoolse activiteiten en corrigeert gedrag van leerlingen; signaleert problemen en bespreekt deze met de leraar; helpt bij de uitvoering van handelingsplannen voor leerlingen; rapporteert (periodiek) over het waargenomen gedrag bij de leerlingen aan de leraar. 2. Praktische/organisatorische bijdrage aan het klassenmanagement o.a.: richt het leslokaal in en ruimt na afloop van de lessen op; vervaardigt illustraties, e.d. voor projecten; maakt het lesmateriaal gereed; controleert de staat van les- en ontwikkelingsmateriaal en bespreekt het met de leraar; levert een bijdrage aan de administratie van leerlingprestaties en andere leerlinggegevens; vult voorraden aan; assisteert bij de organisatie van uitstapjes, vieringen, festiviteiten, e.d.. 18 3. Professionalisering o.a.: houdt de voor het beroep vereiste bekwaamheden op peil en breidt deze zonodig uit. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het begeleiden van individuele leerlingen of kleine (sub)groepen van leerlingen die van de leraar/senior leraar een aparte leertaak hebben gekregen, het vervaardigen van illustraties e.d. voor projecten, het deelnemen aan professionaliseringsactiviteiten. Kader: werkafspraken over de ondersteunende taken. Verantwoording: functioneel aan de leraar en hiërarchisch aan de leidinggevende over juistheid en tijdigheid van ondersteuning van de leraar bij het verrichten van eenvoudige routinematige onderwijsinhoudelijke taken, van praktische/organisatorische bijdrage aan het klassenmanagement en van deelname aan professionalisering. 5. Kennis en vaardigheden Vaktechnische kennis van eenvoudige didactische en pedagogische toepassingen (bijvoorbeeld tellen bij rekenen). Bekendheid met groepsprocessen. Bekendheid met hygiëne, voeding en gezondheid van kinderen. Vaardigheid in het omgaan met en corrigeren van gedrag van leerlingen. Vaardigheid in het organiseren van groepjes in de klassensituatie en kinderopvang. Vaardigheid in het uitvoeren van praktische/organisatorische werkzaamheden. 6. Contacten Met leerlingen over hun gedrag om ze op de regels te wijzen en vragen te beantwoorden. Met de leraar/senior leraar om indrukken over de ontwikkeling van de leerling tijdens de lessituatie door te geven. Met andere onderwijsassistenten binnen de school om informatie uit te wisselen over het maken van afspraken voor uit te voeren gemeenschappelijke taken. Met ouders over halen en brengen van leerlingen en over het gedrag van de leerling om informatie te geven. 19 1. Functienaam : Secretaresse Werkterrein Activiteiten : Bedrijfsvoering -> Managementondersteuning : Bewerken van gegevens Beleids- en bedrijfsvoeringsondersteunende werkzaamheden : 32222 23222 22 22 : 30 :5 Kenmerkscores Somscore Salarisschaal 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een bestuursbureau van een onderwijsinstelling voor primair en (voortgezet) speciaal onderwijs of binnen een school voor primair en (voortgezet) speciaal onderwijs. De secretaresse verleent management- en secretariële ondersteuning, beheert het archief van het (bovenschools)management en stelt managementinformatie samen. 3. Werkzaamheden 1. Management- en secretariële ondersteuning o.a: verzorgt de correspondentie voor het (bovenschools) management aan de hand van concepten of volgens ontvangen, gedetailleerde aanwijzingen voor de opstelling van brieven, mededelingen e.d., voegt naar eigen inzicht voor de afhandeling benodigde bescheiden bij; bereidt in concept correspondentie van algemene aard voor, typt verlangde bescheiden, legt een en ander ter ondertekening voor en draagt zorg voor de verdere afhandeling van correspondentie (kopiëren, distribueren etc.); registreert en distribueert de post; deelt in overleg de agenda in, bewaakt de agenda, houdt daarbij rekening met het belang/vertrouwelijkheid van te maken afspraken, attendeert op afspraken; neemt telefoongesprekken bij afwezigheid van het (bovenschoolse) management aan, noteert of geeft boodschappen door, verstrekt eventueel informatie aan de hand van beschikbare gegevens; bereidt administratief/organisatorisch vergaderingen en andere bijeenkomsten voor; notuleert vergaderingen en besprekingen, werkt de notulen uit of maakt verslagen. 2. Archiefbeheer (bovenschools)management o.a.: stelt volgens aanwijzing informatiedossiers samen en houdt deze bij; verzamelt gegevens en overzichten ten behoeve van jaarverslagen; legt naar onderwerp of project werk- en vergaderdossiers aan en houdt deze bij; bergt bescheiden op, resp. verstrekt op aanvraag informatie daar uit; houdt het (werk)archief ordelijk en toegankelijk. 3. Samenstellen managementinformatie o.a.: verwerkt en verzamelt gegevens in/uit de diverse administratieve systemen en stelt periodieke overzichten op; stelt informatiedossiers samen en houdt deze bij. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het verzorgen van de correspondentie voor het (bovenschools) management, het verwerken en verzamelen van gegevens in/uit de diverse administratieve systemen en het opstellen van periodieke overzichten; Kader: administratieve en procedurele werkafspraken en voorschriften; Verantwoording: aan de leidinggevende over de tijdigheid, juistheid en zorgvuldigheid van verleende management- en secretariële ondersteuning, van archiefbeheer van het 20 (bovenschools)management en van samengestelde managementinformatie. 5. Kennis en vaardigheden Vaktechnische kennis van de procedurele en administratieve organisatie. Kennis van de Nederlandse taal en grammatica. Vaardigheid in het tekstverwerken met de computer, het notuleren van vergaderingen, het uitwerken van de notulen en het naar eigen inzicht concipiëren van brieven. Vaardigheid in het toegankelijk maken en bijhouden van archieven en werkdossiers. Vaardigheid in het te woord staan van derden voor het maken en afhouden van afspraken. 6. Contacten Met derden om (agenda)afspraken te maken. Met derden over de secretariële afhandeling van zaken, om informatie uit te wisselen over inhoud en voortgang van in behandeling zijnde onderwerpen. 21 1. Functienaam : Leraarondersteuner Werkterrein Activiteiten Kenmerkscores Somscore Salarisschaal : : : : : Onderwijsproces -> Instructie en assistentie Overdragen van informatie en vaardigheden 33232 23223 2332 35 7 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een school voor primair en (voortgezet) speciaal onderwijs. De lerarenondersteuner voert ondersteunende taken in onderwijs en leerlingbegeleiding uit onder de verantwoordelijkheid van een leraar, ondersteunt de onderwijsvoorbereiding en neemt deel aan professionalisering. Extra informatie: Deze functie is o.a. van toepassing op de laatste van oorsprong OALT-leerkracht en op LIO-ers die al wel voor de klas staan (als invaller), maar nog geen PABO-diploma hebben 3. Werkzaamheden 1. Ondersteuning onderwijs en leerlingbegeleiding o.a.:. voert mede repeterende en routinematige lestaken uit en begeleidt (groepen) leerlingen; draagt bij aan een pedagogisch klimaat waarin alle leerlingen zich veilig en gewaardeerd voelen; stimuleert en begeleidt mede de sociale vaardigheden van leerlingen; structureert, organiseert en plant de activiteiten van leerlingen in homogene en heterogene groepen, inclusief subgroepen; kijkt mede na en corrigeert onderwijsactiviteiten van leerlingen; houdt zich op de hoogte van de ontwikkelingen op terreinen als maatschappij en cultuur, natuur en techniek, gezondheid en milieu, politiek en levensbeschouwing en speelt er in de les op in; signaleert (sociaal) pedagogische problemen bij leerlingen en stelt deze aan de orde bij de leraar; begeleidt leerlingen op basis van instructie, aan de hand van handelingsplannen en zoals voorzien in het zorgplan; houdt de voortgang en ontwikkeling van leerlingen bij en bespreekt deze met de leraar; assisteert en participeert bij gesprekken van de leraar met de ouders tijdens de ouderavonden. 2. Ondersteuning van de onderwijsvoorbereiding o.a.: bereidt mede de dagelijkse onderwijsactiviteiten voor; kiest en hanteert, op aangeven van de leraar, verschillende didactische werkvormen en leeractiviteiten aansluitend op de leerdoelen; denkt mee over les- en opvoedingsdoelen; houdt zich op de hoogte van de ontwikkelingen op terreinen als maatschappij en cultuur, natuur en techniek, gezondheid en milieu, politiek en levensbeschouwing en denkt mee over de vertaling hiervan in werkvormen en leeractiviteiten; doet voorstellen voor de aanschaf van (leer)materiaal. 3. Professionalisering o.a.: houdt de voor het beroep vereiste bekwaamheden op peil en breidt deze zo nodig uit. 22 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het bijdragen aan een pedagogisch klimaat waarin alle leerlingen zich veilig en gewaardeerd voelen, bij het kiezen en hanteren van verschillende didactische werkvormen en leeractiviteiten aansluitend op de leerdoelen, het deelnemen aan professionaliseringsactiviteiten. Kader: werkafspraken, vastgestelde opdrachten binnen het lesplan, behandel- en zorgplannen. Verantwoording: functioneel aan de leraar en hiërarchisch aan de leidinggevende over de kwaliteit van de ondersteuning van onderwijs en leerlingbegeleiding, van ondersteuning van de onderwijsvoorbereiding en van deelname aan professionalisering. 5. Kennis en vaardigheden Theoretische en praktische didactische en pedagogische kennis en vaardigheden. Kennis van de leerstof. Inzicht in de taak, organisatie en werkwijze van de school. Invoelingsvermogen en sociale vaardigheden. Vaardigheid in het overdragen van kennis en vaardigheden. 6. Contacten Met leerlingen om de leerstof te bespreken en uit te leggen. Met leraren over de vorm en werkwijze van de lesondersteuning en leerlingbegeleiding om deze te bespreken en de leraren te informeren over de leerresultaten en leer- en gedragsproblemen. Met ouders over de ontwikkeling van de leerling tijdens ouderavonden ter assistentie van de leraar om informatie uit te wisselen. Met collega lerarenondersteuners over de eigen werkzaamheden in de vorm van collegiale besprekingen/consultatie. 23 1. Functienaam werkterrein Activiteiten Kenmerkscores Somscore Salarisschaal : Maatschappelijk medewerker : Onderwijsproces ->Onderwijsbegeleiding : Begeleiden, verzorgen en (therapeutisch) behandelen : 33332 33223 33 32 : 38 :8 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een school(scholen) voor primair en (voortgezet) speciaal onderwijs en/of in de thuissituatie van de leerlingen. De maatschappelijk medewerker verleent hulp aan leerlingen, ouders/verzorgers en leraren en neemt deel aan professionaliseringsactiviteiten. De maatschappelijk medewerker is verantwoordelijk voor het onderzoeken, oplossen en onderhouden van contacten met betrekking tot sociale relaties tussen leerlingen, ouders, leerkrachten en schoolmanagement. De maatschappelijke medewerker participeert vanuit het vakgebied in de commissie van onderzoek. 3. Werkzaamheden 1. Verricht werkzaamheden op het niveau van de individuele leerlingen, ouders en leerkrachten o.a.: het onderzoeken van aanleiding en mogelijke consequenties van conflicten van leerlingen met ouders, leerlingen met groepsleerkrachten, ouders met leerkrachten en leerlingen onderling; het onderzoeken van mogelijkheden om te komen tot acceptabele oplossingen voor (dreigende) confrontaties en/of conflicten; het adviseren en ondersteunen van directie en groepsleerkrachten bij de aanpak van het gedrag van leerlingen; het adviseren en ondersteunen van directie en groepsleerkrachten bij het voeren van leerling-besprekingen bij dreigende of reeds ontstane problemen en conflicten; het adviseren en ondersteunen van directie en groepsleerkrachten bij het voeren van ouderbesprekingen bij dreigende of reeds ontstane problemen en conflicten; het incidenteel op verzoek van een groepsleerkracht of de directie observeren en begeleiden van de interactie tussen een groepsleerkracht, een individuele leerling of een leerlingengroep met als doel de continuïteit van het sociaal gedrag te waarborgen en verbeteren; het adviseren van groepsleerkrachten bij het interpreteren van sociaal gedrag van individuele leerlingen en voor zover bekend de mogelijke achtergronden daarvan; het adviseren en/of begeleiden van groepsleerkrachten bij het opstellen, uitvoeren en evalueren van handelingsplannen voor sociaal-emotionele ontwikkeling; het begeleiden van de groepsleerkrachten bij de uitvoering van de taken; het monitoren van de uitvoering van deze handelingsplannen. 2. Verricht werkzaamheden op schoolniveau o.a.: het mede uitwerken van het schoolbeleid voor sociaal-emotionele ontwikkeling; het reflecteren van de geboden sociaal-emotionele ontwikkeling aan de in het schoolplan vast-gestelde kwaliteitscriteria; het mede borgen van de kwaliteit van de zorgverbreding; het verzorgen van de organisatie planning extra hulp en het coördineren van activiteiten van externe hulpverlenende instanties op de school; het controleren en evalueren van de gemaakte afspraken; 24 het participeren in de commissie van onderzoek; het mede voorbereiden van gesprekken voor de commissie van onderzoek en externe hulpverleners; het verwerven en verschaffen van inzicht in de kwaliteit en de voortgang van geboden en/of te bieden sociaal-emotionele ondersteuning; het op verzoek bepalen van de prioriteiten voor de aanpak en de voortgang van de sociaal-emotionele ontwikkeling; het evalueren van de sociaal-emotionele aanpak op schoolniveau en de opbrengst daarvan; het vastleggen van kwaliteits(bevorderende) afspraken; het deelnemen aan het overleg van het ‘zorgteam’ om de organisatie, planning en ontwikkeling van ‘zorgactiviteiten’ op elkaar af te stemmen; het fungeren als vraagbaak en gesprekspartner groepsleerkracht bij de uitvoering van extra ‘zorgactiviteiten’ ; het bijhouden van een actueel overzicht van de inzet van uren; het op verzoek van de directeur inzicht verschaffen in de kwaliteit en voortgang van de geboden ondersteuning; het deelnemen aan het structureel stafoverleg en de commissie van onderzoek met als inbreng de ontwikkelingen op het gebied van zorgverbreding; 3. Verricht werkzaamheden gericht op ontwikkelingen o.a.: het anticiperen op sociaal-emotionele ontwikkelingen en mogelijkheden voor het onderwijs; het bijhouden van landelijke en locale ontwikkelingen; het inbrengen van actuele ontwikkelingen in het schoolmanagementteam; het binnen de srs-kaders ontwikkelen van een plan van aanpak ten behoeve van kwaliteitsverbetering sociaal-emotionele ontwikkeling; het evalueren en bijstellen van het ontwikkelingsproces en de resultaten. 4. Professionalisering o.a.: houdt de voor het beroep vereiste bekwaamheden op peil en breidt deze zo nodig uit. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het verzamelen en beoordelen van de voor de hulpvraag benodigde informatie, het (mede) opstellen van handelingsplannen, de werkzaamheden op schoolniveau en de werkzaamheden gericht op ontwikkeling en het deelnemen aan professionaliseringsactiviteiten. Kader: de uitvoeringsafspraken binnen de school en de regels en voorschriften van de beroepscode maatschappelijk werkers. Verantwoording: aan de leidinggevende over de kwaliteit van hulpverlening aan leerlingen, ouders/verzorgers en personeel, de werkzaamheden op schoolniveau en de werkzaamheden gericht op ontwikkelingen. 5. Kennis en vaardigheden Theoretische en praktische kennis van het vakgebied (Maatschappelijk Werk en Dienstverlening, Jeugdhulpverlening) en methodische principes. Kennis van communicatie(technieken). Enige kennis van ontwikkelingspsychologie, orthopedagogiek en pedagogiek en van de sociale wetgeving. Inzicht in zorgstructuur, sociale kaart en problematiek "multiproblem"-gezinnen. inzicht in de taak, organisatie en werkwijze van de school. Praktische vaardigheden op het gebied van psychosociale- en gedragsproblematiek van Leerlingen. 25 Vaardigheid op het gebied van communicatie, gesprekstechnieken en conflicthantering. 6. Contacten Met ouders/verzorgers en/of leerlingen om de hulpvraag te formuleren van de leerling op school en/of in het gezin hen te begeleiden en te ondersteunen. Met leden uit management en/of multidisciplinaire teams over de begeleiding van leerlingen om afspraken te maken over de hulpverlening. Met collegae, vakgenoten, specialisten en andere deskundigen over gedragsvraagstukken, behaalde resultaten om tot evaluatie te komen. Met externe organisaties en/of deskundigen over probleemleerlingen en over de hulpverlening en/of doorverwijzing om afspraken te maken. 26 1. Functienaam : Logopedist Werkterrein Activiteiten : Onderwijsproces -> Onderwijsbegeleiding : Overdragen van informatie en vaardigheden Begeleiden, verzorgen en (therapeutisch) behandelen : 33333 33333 33 33 : 42 :9 Kenmerkscores Somscore Salarisschaal 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een school (scholen) voor primair en (voortgezet) speciaal onderwijs. De logopedist neemt deel aan multidisciplinaire (bestaande uit arts en andere specialisten/deskundigen) teamvergaderingen waarin handelingsplannen, methoden en voortgang van de leerling worden besproken. De logopedist draagt zorg voor het tot stand komen van de inbreng van het vak logopedie in het school-, zorg- en voorlichtingsplan van de onderwijsinstelling, verleent curatieve logopedie en neemt deel aan professionalisering. 3. Werkzaamheden 1. Inbreng van het vak logopedie in het school-, zorg- en voorlichtingsplan van de onderwijsinstelling o.a.: heeft overleg met het management van de school over het (te voeren) beleid ten aanzien van het eigen vakgebied; toetst school-, zorg- en voorlichtingsplannen op logopedische aspecten; draagt zorg voor preventiemaatregelen, zoals het verzorgen van voorlichting aan ouders, leerlingen en docenten en het uitvoeren van logopedische screening en onderzoek; adviseert de schoolleiding en docenten inzake te nemen maatregelen, te gebruiken methoden en technieken, e.d. en het begeleiden van docenten bij de toepassing; verricht mede toelatingsonderzoeken of onderzoeken op verzoek van ouders, docenten, deskundigen, e.d.; ontwerpt testen en oefenmaterialen die gericht zijn op de spraak- en taalontwikkeling van leerlingen. 2. Curatieve logopedie o.a.: voert logopedisch onderzoek uit en het stelt de diagnose; stelt het handelingsplan op en stelt dat tijdens de behandeling bij; behandelt de leerling op basis van het opgestelde handelingsplan en met behulp van de oefeningen en trainingen, zowel individueel als in groepsverband en legt de resultaten vast; instrueert de betrokken leerling over de uit te voeren oefeningen, methoden en/of het gebruik van hulpmiddelen; voert overleg met betrokkenen zoals ouders, leerlingen, andere deskundigen en docenten over de behandeling, de voortgang en de resultaten; consulteert en/of overlegt met andere deskundigen, behandelaars en begeleiders en verwijst (eventueel) door naar andere deskundigen; stelt de voorgeschreven rapportages op, de rapportages voor leerlingbesprekingen en rapporteert aan andere deskundigen; woont leerlingbesprekingen bij vanuit de eigen vakinhoudelijke expertise; neemt deel aan teamvergaderingen en woont ouderavonden bij; voert de administratie verbonden aan de eigen werkzaamheden. 27 3. Professionalisering o.a.: houdt de voor het beroep vereiste bekwaamheden op peil en breidt deze zo nodig uit; neemt deel aan scholings- en ontwikkelingsactiviteiten en o.a. collegiale consultatie; participeert in kwaliteitskringen om te komen tot intercollegiale toetsing; houdt zich op de hoogte van ontwikkelingen op het vakgebied, bestudeert relevante vakliteratuur. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het toetsen van school-, zorg- en voorlichtingsplannen op logopedische aspecten, het uitvoeren van logopedisch onderzoek en het stellen van de diagnose, het participeren in kwaliteitskringen om te komen tot intercollegiale toetsing. Kader: beleidslijnen van de directie, regels van de beroepscode voor logopedisten (BIG); Verantwoording: functioneel in het multidisciplinaire team en hiërarchisch aan de leidinggevende over de kwaliteit van de inbreng van het vak logopedie in het school-, zorgen voorlichtingsplan van de onderwijsinstelling, van de verleende curatieve logopedie en van deelname aan professionalisering 5. Kennis en vaardigheden Theoretische kennis en praktijkkennis op het vakgebied van logopedie. Kennis van didactische methoden en technieken en vaardigheid in de toepassing ervan. Inzicht in de taak, organisatie en werkwijze van de school. Vaardigheid in het opzetten en aanpassen van handelingsplannen. Vaardigheid in het ontwikkelen en samenstellen van oefenmateriaal. Vaardigheid in het hanteren van de betreffende instrumenten. 6. Contacten Met leidinggevenden, de IB-er, orthopedagoog/psycholoog en andere specialisten/deskundigen en docenten over behandelmethodes, behandeling, e.d. om informatie uit te wisselen en tot afstemming te komen. Met leerlingen in het kader van de begeleiding om te instrueren, te motiveren en te stimuleren. Met ouders om hen te informeren en de voortgang te bespreken. Met andere deskundigen om hen te consulteren, kennis uit te wisselen, door te verwijzen en af te stemmen. 28 1. Functienaam Werkterrein Activiteiten Kenmerkscores Somscore Salarisschaal : Beleidsmedewerker :Algemeen ondersteunend -> Beleid :Beleid voorbereiden, ontwikkelen, implementeren en evalueren Coördinatie van activiteiten en processen :43443 43333 33 33 :46 :10 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een bestuursbureau van een onderwijsinstelling voor primair en (voortgezet) speciaal onderwijs. De beleidsmedewerker ontwikkelt beleid op een aantal beleidsterreinen, verricht procesondersteuning en adviseert het management. De beleidsmedewerker krijgt een aandachtsgebied toegewezen, zoals bijvoorbeeld: personeel & organisatie, identiteit, public relations, organisatie en beheer. Hiervoor kan een specifiek taakprofiel worden opgesteld. Tevens kan er sprake zijn van voor het aandachtsgebied specifieke vereisten. 3. Werkzaamheden 1. Draagt zorg voor beleidsontwikkeling op een aantal beleidsterreinen o.a.: Analyseert relevante onderwijskundige en maatschappelijke ontwikkelingen en vertaalt deze naar consequenties voor beleid; formuleert alternatieven voor noodzakelijke maatregelen ter bijstelling van het beleid en stelt deeladviezen/deelrapportages op; beoordeelt beleidsvoornemens en stelt preadviezen op het ten behoeve van overlegsituaties van de algemene directie; voert vooroverleg voor het verkrijgen van nadere informatie dan wel het inventariseren en afstemmen van standpunten; adviseert de algemene directie bij het directeurenoverleg en het overleg met externe instanties; bereidt de beantwoording van vragen van medezeggenschapsorganen voor en voert desgevraagd overleg hierover met de (G)MR. 2. Geeft procesondersteuning o.a.: stelt beleidsstukken en -rapportages op; adviseert de scholen ten aanzien van specifieke (beleids)ontwikkelingen en - uitvoering; draagt zorg voor het opzetten en uitvoeren van projecten; begeleidt uitbestede onderzoeken en bewaakt de voortgang en kwaliteit, verzorgt de eindredactie van de projectrapportages; coördineert beleidsontwikkelings- en uitvoeringsactiviteiten; draagt zorg voor kennisoverdracht op de toegewezen beleidsvelden; treedt op als inhoudelijk klankbord; is verantwoordelijk voor het begeleiden en bewaken van procedures. 3. Advisering en begeleiding o.a.: adviseert het management van de aangesloten scholen bij de verdere vormgeving en uitvoering van beleid; begeleidt groepen van medewerkers op het beleidsgebied; organiseert thema en scholingsbijeenkomsten betreffende het beleidsgebied; onderhoudt contacten met relevante instanties. 29 4. Verricht desgevraagd door de leidinggevende tijdelijke werkzaamheden op hetzelfde functieniveau. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het formuleren van alternatieven voor noodzakelijke maatregelen ter bijstelling van het beleid (o.a. strategisch, onderwijs en zorg , kwaliteit), het adviseren van de scholen ten aanzien van specifieke (beleids)ontwikkelingen en -uitvoering. Kader: beleidslijnen van de algemene directie en relevante wet- en regelgeving. Verantwoording: aan de algemene directie over de beleidsontwikkeling op een aantal beleidsterreinen, de procesondersteuning en de advisering van het management. 5. Kennis en vaardigheden Kennis van het onderwijsveld en -beleid en van onderwijskundige ontwikkelingen. Kennis van de diverse deelgebieden van de beleidsterreinen binnen het primair onderwijs. Specifieke kennis wat betreft het met de leiding afgesproken aandachtgebied. Inzicht in het functioneren van de organisatie en de daarmee samenhangende besluitvormingscircuits. Goede communicatieve vaardigheden. Inzicht in relevante wet- en regelgeving binnen het betreffende onderwijsgebied. Vaardigheid in het vertalen van inzichten en informatie naar adviezen, onderwijsplannen en rapportages en in het beoordelen van de daaruit voortvloeiende financiële en beleidsmatige consequenties. 6. Contacten Met het management van scholen over beleidsmatige, organisatorische en procedurele aspecten om tot afstemming te komen en te adviseren. Met leden van projectgroepen over de voortgang van het project om tot afstemming te komen. Met vertegenwoordigers van het ministerie, andere relevante (overheids)organisaties en vakorganisaties over de nadere uitwerking van aspecten van het beleid en over de beleidsontwikkeling om informatie uit te wisselen. 30 1. Functienaam Activiteiten Kenmerkscores Somscore Salarisschaal :Bovenschools ICT Coördinator (BICT-er) :Beleids- en bedrijfsvoeringsondersteunende Werkzaamheden Coördinatie van activiteiten en processen : 43343 43333 33 33 : 45 : 10 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een bestuursbureau van een onderwijsinstelling voor primair en (voortgezet) speciaal onderwijs. De BICT-er adviseert de algemene directie op het gebied van informatievoorziening en automatisering en coördineert de organisatie en inrichting van het beheer van hard- en software en de te onderscheiden netwerken van de scholen in samenspraak met de ICTcoördinatoren van de scholen. 3. Werkzaamheden 1. Advisering algemene directie op het gebied van informatievoorziening en automatisering van de instelling door o.a.: inventariseert de informatiebehoefte van de organisatie en de wensen hiertoe en initieert mede ICT vernieuwingen binnen de stichting; stelt het bovenschools ICT-beleidsplan op; analyseert de bestaande informatievoorziening en het signaleert knelpunten daarin; adviseert omtrent aanpassingen c.q. verbeteringen; specificeert de systeemvereisten en adviseert over de organisatorische-, economischeen sociale aspecten die samenhangen met de informatievoorziening en automatisering; stemt de informatievoorziening af op organisatie - c.q. bedrijfsprocessen; beheert het budget ICT; draagt zorg voor de ontwikkeling van specifieke toepassingen; Organiseert het bovenschools ICT-platform. 2. Coördinatie van de organisatie en inrichting van het beheer van hard- en software en de te onderscheiden netwerken door o.a.: adviseert over en het inrichten van ICT; adviseert over standaards; voert het datamanagement uit; draagt zorg voor beveiliging, back-up procedures etc. 3. Begeleiding van de scholen en ICT coördinatoren door o.a.: leiden van vergaderingen van het ICT platform van de stichting/vereniging; begeleiden en coachen van ICT-coördinatoren; aansturen van extern ingehuurde deskundigen; optreden als stagebegeleider en –coördinator voor kandidaten ICT-opleidingen; deel uitmaken van de stuurgroep BOK: beoordelen van hulpvragen; monitoren van de werkhoeveelheid en het zorgdragen voor de werkverdeling; deelnemen aan relevante netwerken. 4. Voert aspecten uit van het financiële beleid die gerelateerd zijn aan het ICT-beleidsplan o.a.: 31 bieden van ondersteuning aan directies bij het voorbereiden en uitvoeren van de ICTbegrotingen; mede beheren van specifieke ICT-budgetten op bovenschools niveau; afsluiten van leverings- en onderhoudscontracten op bovenschools niveau; advisering over de aanschaf van hardware en software; mogelijkheden van sponsoring en subsidies onderzoeken; mogelijkheden gezamenlijke inkoop hardware en software onderzoeken 4. Draagt zorg voor advisering en applicatieontwikkeling en -beheer van de informatiesystemen van de scholen door o.a.: controleren of de operationele applicaties en apparatuur functioneren conform de daaraan gestelde eisen; signaleren en melden van storingen en afwijkingen in de software en het zonodig inschakelen van de leverancier; inventariseren en afstemmen van de wensen van gebruikers bij wijziging of uitbreiding van de applicaties en het beoordelen van de wensen op productietechnische uitvoeringsmogelijkheden, financiële en organisatorische randvoorwaarden, alsmede de vastgestelde automatiseringsstandaarden van de scholen en deze vertalen in op de gebruikerswensen afgestemde programmawijzigingen; het in geval van noodzakelijk geachte aanpassingen aan het informatiesysteem verzamelen van specifieke informatie voor het opstellen van een functioneel ontwerp; beoordelen van de programma-aanpassingen op gebruiksvriendelijkheid en toepassingsmogelijkheden, het daartoe uitvoeren van tests en het rapporteren ter zake; toezien op de naleving van voorschriften inzake de beveiliging van gegevens; beheren en onderhouden van de applicatiedocumentatie en het informeren en ondersteunen van (nieuwe) gebruikers. 5. Verzorgt projectbegeleiding op het gebied van ICT. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het adviseren van de algemene directie, het coördineren van de organisatie en inrichting, de begeleiding van de scholen en het uitvoeren van deelaspecten van het financiële beleid. Kader: het geformuleerde informatievoorzienings- en automatiseringsbeleid van de instelling en de beschikbaar gestelde budgetten. Verantwoording: aan de algemene directie voor wat betreft de kwaliteit van advisering van de algemene directie op het gebied van informatievoorziening en automatisering van de instelling en van coördinatie van de organisatie en inrichting van het beheer van hard- en software en de te onderscheiden netwerken. 5. Kennis en vaardigheden Theoretische kennis van het vakgebied automatisering. Kennis van informatievoorzienings- en automatiseringsmethoden, - technieken en processen, alsmede van kwaliteits- en service level management. Kennis van en inzicht in de organisatie van de instelling. Inzicht in de toepassingsmogelijkheden van de beschikbare hard- en software. Vaardigheid in het analyseren van de bestaande informatievoorziening en in het adviseren omtrent aanpassingen c.q. verbeteringen. 6. Contacten Met interne gebruikers over gebruikerswensen om deze af te kunnen zetten tegen de mogelijkheden, randvoorwaarden en het organisatiebelang. 32 Met het management, specialisten en externen (o.a. ICT –platform BOK) over de inrichting van de informatievoorziening en automatisering om te komen tot afstemming en coördinatie. Met leveranciers van hard- en software over de aanschaf van producten en diensten om overleg te voeren over prijzen, leveringsvoorwaarden e.d. 33 1. Functienaam Werkterrein Activiteiten Kenmerkscores Somscore Salarisschaal : Orthopedagoog/Psycholoog : Onderwijsproces -> Onderwijsbegeleiding : Begeleiden, verzorgen en (therapeutisch) behandelen : 44343 43334 43 43 : 49 : 11 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen één of meer speciale scholen voor basisonderwijs of één of meer scholen voor speciaal onderwijs. De orthopedagoog neemt deel aan multidisciplinaire (bestaande uit een orthopedagoog/psycholoog en andere specialisten/deskundigen) teamvergaderingen waarin handelingsplannen, methoden en voortgang van de leerling worden besproken. Indien het een (V)SO school betreft neemt de orthopedagoog/psycholoog deel aan de wettelijk verplichte commissie van begeleiding. De orthopedagoog/psycholoog ontwikkelt het beleid met betrekking tot plaatsing van leerlingen, gericht verricht psychodiagnostisch en orthodidactisch onderzoek gericht op een verantwoorde plaatsing van de leerlingen in de school en neemt deel aan professionalisering. 3. Werkzaamheden 1. Beleidsontwikkeling met betrekking tot plaatsing van leerlingen o.a.: adviseert van het (bovenschools) management inzake de ontwikkeling van het beleid op het vakgebied en op het gebied van leerlingenzorg; verricht onderzoeken en ontwikkelt het beleid op schoolniveau; levert bijdragen aan het ontwikkelen en actualiseren van een visie omtrent de doelstellingen en functie van dit beleid binnen de school, rekening houdend met positie, functie en doelstelling van de diverse andere disciplines binnen de school; neemt deel aan teamvergaderingen en draagt vanuit de eigen invalshoek bij aan het totstandkomen van het schoolwerkplan en de pedagogische en/of didactische aanpak van de leerlingen; brengt het eigen specialisme in, in multidisciplinair verband. 2. Psychodiagnostisch en orthodidactisch onderzoek gericht op plaatsing van leerlingen in de school o.a.: analyseert gegevens van arts en/of gegevens van toeleveringsscholen, na toestemming ouders; onderhoudt contacten met de ouders/opvoeders ter verkrijging van een persoonbeeld van de leerling, de vorderingen en gedragingen van de leerling in de thuissituatie en adviseert over de behandeling van de leerling; observeert de leerlingen individueel en in groepsverband; verricht diagnostisch onderzoek, neemt tests af en analyseert de testresultaten ten behoeve van advisering, behandeling, begeleiding; maakt verslagen van het psychologisch onderzoek ten behoeve van de bespreking met de leden van de commissie van begeleiding alsmede voor de dossiervorming van de leerling; stelt een therapeutisch plan of handelingsplan voor begeleiding van probleemleerlingen op, bespreekt dit met de leraren en overige medewerkers en ziet toe op de uitvoering ervan; voert herhalingsonderzoeken uit bij problemen of ten behoeve van plaatsing in het reguliere onderwijs, een andere niveaugroep of overgang naar het (voortgezet) speciaal onderwijs; woont leerlingbesprekingen bij, verwijst en begeleidt probleemleerlingen naar externe 34 3. instellingen voor hulpverlening; adviseert het onderwijsteam over individueel of groepsgerichte aanpak van de leerlingen; geeft thematische voorlichting aan leerlingen en medewerkers over bepaalde probleemsituaties. Professionalisering o.a.: houdt de voor het beroep vereiste bekwaamheden op peil en breidt deze zo nodig uit; neemt deel aan scholings- en ontwikkelingsactiviteiten en o.a. collegiale consultatie; houdt zich op de hoogte van de ontwikkelingen op het vakgebied, bestudeert relevante vakliteratuur. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het ontwikkelen van beleid op schoolniveau, het verrichten van diagnostisch onderzoek, afnemen van tests en het analyseren van de testresultaten ten behoeve van advisering, behandeling, het deelnemen aan professionaliseringsactiviteiten. Kader: de onderwijs wet- en regelgeving, kerndoelen, leer- en opvoedingsdoelen en beleidslijnen van de school. Verantwoording: aan het management van de school over het ontwikkeld beleid met betrekking tot plaatsing van leerlingen, het psychodiagnostisch en orthodidactisch onderzoek gericht op plaatsing van leerlingen in de school en van deelname aan professionalisering 5. Kennis en vaardigheden Brede theoretische kennis van (de ontwikkelingen op) het vakgebied van orthopedagogiek/orthodidactiek en het algemene terrein van de leerlingbegeleiding. Kennis van de gedragspatronen (o.a. diverse culturele achtergronden) van de leerling(en). Kennis van het samenwerkingsverband, de zorgstructuur van het praktijkonderwijs en de sociale kaart in de regio. Inzicht in de taak, organisatie en werkwijze van de school. Vaardigheid in het analyseren van problemen en het zoeken naar passende oplossingen. Vaardigheid in het begeleiden van leerlingen. Vaardigheid in het adviseren van ouders/opvoeders, het onderwijsteam en het management. 6. Contacten Met leerlingen om diagnoses te stellen. Met ouders/verzorgers over de resultaten van onderzoeken, de daaruit voortvloeiende adviezen en de uitwerking ervan naar handelingsplannen, waarbij van emotionele weerstand sprake kan zijn. Met het onderwijsteam over de individueel of groepsgerichte aanpak van de leerlingen om af te stemmen en hen te adviseren. Met de leden van de commissie van indicatiestelling over de diagnose over de leerling om tot afspraken te komen. Met vertegenwoordigers van verwijzende scholen en scholen waarnaar verwezen wordt over gegevens, na toestemming ouders, met betrekking tot de leerling om af te stemmen en te adviseren. Met collegae, vakgenoten, specialisten en andere deskundigen over gedragsvraagstukken en/of de behaalde resultaten om tot evaluatie te komen. 35 Onderwijsgevend personeel (OP) Vakleraar LA Vakleraar LB Leraar basisonderwijs LA Excellente leraar basisonderwijs LB Leraar Speciaal (basis)onderwijs LB Gespecialiseerde leraar speciaal basisonderwijs LC 37 39 42 45 53 56 36 1. Functienaam : Vakleraar LA Werkterrein : Onderwijsproces -> Leraren Activiteiten : Beleids- en bedrijfsvoeringsondersteunende werkzaamheden Overdragen van informatie en vaardigheden Kenmerkscore : 33333 33333 33 33 Somscore : 42 Salarisschaal : LA 2. Context De werkzaamheden worden verricht op een school voor basisonderwijs. De leraar geeft onderwijs en begeleidt leerlingen voor een specifiek vak, bijvoorbeeld bewegingsonderwijs of muziek, levert een bijdrage aan de voorbereiding en ontwikkeling van het onderwijs, levert bijdragen aan de schoolorganisatie en is verantwoordelijk voor professionalisering. 3. Werkzaamheden 1. Onderwijs en leerlingbegeleiding o.a.: bereidt de dagelijkse onderwijsactiviteiten voor; geeft les aan en begeleidt leerlingen voor het betreffende vakgebied; hanteert verschillende didactische werkvormen en leeractiviteiten, aansluitend op de leer- en opvoedingsdoelen van de school; creëert een pedagogisch klimaat waarin alle leerlingen zich veilig en gewaardeerd voelen; stimuleert en begeleidt sociale vaardigheden bij leerlingen met verschillende sociaalculturele achtergronden; structureert en coördineert activiteiten van de leerlingen kijkt onderwijsactiviteiten van leerlingen na en corrigeert; speelt in de les in op ontwikkelingen op het terrein van het vakgebied of aanverwante terreinen; registreert en evalueert ontwikkelings- en leerprocessen van leerlingen en stelt op basis daarvan handelingsplannen op; signaleert (sociaal) pedagogische problemen bij leerlingen en stelt een diagnose; bespreekt probleemleerlingen met de seniorleraar of intern begeleider en/of de directeur; begeleidt leraren, onderwijsassistenten en/of stagiaires; bespreekt mede de voortgang en de ontwikkeling van leerlingen met ouders/verzorgers; houdt desgevraagd gegevens in het leerlingdossier bij; geeft voorlichting aan ouders/groepen ouders en verzorgers over het vakgebied in het kader van het bevorderen van hun deskundigheid; neemt deel aan teamvergaderingen; organiseert overige schoolactiviteiten en voert deze uit; onderhoudt desgevraagd contacten met ouders en de ouderraad. 2. Bijdrage onderwijsvoorbereiding en –ontwikkeling o.a.: draagt bij aan de formulering van leer- en opvoedingsdoelen van het eigen vakgebied, in onderlinge samenhang met andere vakgebieden; vertaalt ontwikkelingen in maatschappij naar didactische werkvormen en leeractiviteiten; doet voorstellen voor nieuwe lesmethoden en programma’s betreffende het vakgebied; zet mede, in teamverband, de pedagogische koers uit, voert hierover overleg met 37 betrokkenen en verwerkt de koers in didactische werkvormen en leeractiviteiten. 3. Professionalisering o.a.: houdt de voor het vakgebied vereiste bekwaamheden op peil en breidt deze zo nodig uit; neemt deel aan scholings- en ontwikkelingsactiviteiten en o.a. collegiale consultatie; houdt zich op de hoogte van de ontwikkelingen op het vakgebied, bestudeert relevante vakliteratuur. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het geven van les en leerlingbegeleiding voor het vak, het mede, in teamverband, uitzetten van de pedagogische koers, het voeren van overleg hierover met betrokkenen en het verwerken van de koers in didactische werkvormen en leeractiviteiten, het deelnemen aan professionaliseringsactiviteiten. Kader: de onderwijs wet- en regelgeving, kerndoelen, leer- en opvoedingsdoelen en beleidslijnen van de school. Verantwoording: aan de directeur over de kwaliteit van onderwijs en leerlingbegeleiding, de bijdrage aan de voorbereiding en ontwikkeling van het onderwijs op het vakgebied en van de professionalisering. 5. Kennis en vaardigheden Theoretische en praktische vakinhoudelijke, didactische en pedagogische kennis en vaardigheden. Kennis van ontwikkelingen binnen het vakgebied. Inzicht in de taak, organisatie en werkwijze van de eigen school. Izicht in en kennis van de organisatie en de mogelijkheden van hulpverlening(instanties). Invoelingsvermogen en sociale vaardigheden. Vaardigheid in het overdragen van kennis en vaardigheden. Communicatieve vaardigheden. 6. Contacten Met leerlingen om de leerstof en werkvormen te bespreken en uit te leggen en resultaten c.q. problemen te bespreken. Met ouders/verzorgers om de voortgang en ontwikkeling van de leerlingen te bespreken. Met collega’s over de eigen werkzaamheden in de vorm van collegiale besprekingen/consultatie. Met de directie over de begeleiding van personeel en stagiaires om tot nadere afspraken te komen. 38 1. Functienaam: Werkterrein Activiteiten Kenmerkscores Somscore Salarisschaal Vakleraar LB Onderwijsproces -> Leraren Beleids- en bedrijfsvoeringsondersteunende werkzaamheden Overdragen van informatie en vaardigheden 43343 43333 43 43 47 LB 2. Omgeving De werkzaamheden worden verricht op een school voor basisonderwijs. De leraar geeft onderwijs en begeleidt leerlingen voor een specifiek vak, bijvoorbeeld bewegingsonderwijs of muziek. De leraar levert een bijdrage onderwijsvoorbereiding en ontwikkeling op schoolniveau of op bovenschools niveau, coördineert uitvoering van onderdelen van beleid en coördineert en begeleidt OOP en leerkrachten. 3. Werkzaamheden 1. Onderwijs en leerlingbegeleiding o.a.: bereidt de dagelijkse onderwijsactiviteiten voor; geeft les aan en begeleidt leerlingen voor het betreffende vakgebied; hanteert verschillende didactische werkvormen en leeractiviteiten, aansluitend op de leer- en opvoedingsdoelen van de school; creëert een pedagogisch klimaat waarin alle leerlingen zich veilig en gewaardeerd voelen; stimuleert en begeleidt sociale vaardigheden bij leerlingen met verschillende sociaal-culturele achtergronden; structureert en coördineert activiteiten van de leerlingen; kijkt onderwijsactiviteiten van leerlingen na en corrigeert; speelt in de les in op ontwikkelingen op het terrein van het vakgebied of aanverwante terreinen; registreert en evalueert ontwikkelings- en leerprocessen van leerlingen en stelt op basis daarvan handelingsplannen op; signaleert (sociaal) pedagogische problemen bij leerlingen en stelt een diagnose; bespreekt probleemleerlingen met de seniorleraar of intern begeleider en/of de directeur; begeleidt leraren, onderwijsassistenten en/of stagiaires; bespreekt mede de voortgang en de ontwikkeling van leerlingen met ouders/verzorgers; houdt desgevraagd gegevens in het leerlingdossier bij; geeft voorlichting aan ouders/groepen ouders en verzorgers over het vakgebied in het kader van het bevorderen van hun deskundigheid; neemt deel aan teamvergaderingen; organiseert overige schoolactiviteiten en voert deze uit; onderhoudt desgevraagd contacten met de ouderraad. 2. Procesrol o.a.: registreert en evalueert ontwikkelings- en leerprocessen in de school/scholen op het betreffende vakgebied en aanverwante gebieden en doet voorstellen voor beleid en actieplannen; 39 vertaalt ontwikkelingen in de maatschappij naar voorstellen op schoolniveau of op bovenschools niveau; levert een bijdrage aan de ontwikkeling en vernieuwing van onderwijsprocessen in de school/scholen op het vakgebied en aanverwante vakgebieden en adviseert het management hierover; formuleert de kaders voor leer- en pedagogische doelen van de school/scholen, in onderlinge samenhang en voor één of meerdere leerjaren; analyseert data, zoals zorggegevens, en doet naar aanleiding daarvan voorstellen voor verbetering; draagt desgevraagd zorg voor de implementatie van verschillende beleidsonderdelen; bewaakt onderdelen van het beleid aan de hand van (zelf) opgestelde protocollen en aanpakken; vertegenwoordigt de school/de stichting desgevraagd in extern overleg. 3. Coördinatie en begeleiding o.a.: begeleidt en coacht leraren en OOP bij scholing en ontwikkeling op het eigen vakgebied en/of aanverwante vakgebieden; coördineert collega vakleerkrachten; coördineert onderdelen van beleid van de school of van het bovenschools beleid; treedt op als inhoudelijk klankbord voor collega's; signaleert (dreigende) problemen in de uitvoering en adviseert het management over te nemen maatregelen. 4. Professionalisering o.a.: houdt de voor het beroep vereiste bekwaamheden op peil en breidt deze zo nodig uit; neemt deel aan scholings- en ontwikkelingsactiviteiten en o.a. collegiale consultatie; houdt zich op de hoogte van de ontwikkelingen op het vakgebied, bestudeert relevante vakliteratuur. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het geven van les en leerlingbegeleiding voor het vak , het vervullen van de procesrol, het begeleiden en coördineren van collega's, het initiëren van beleid, het signaleren en analyseren van behoeften tot vernieuwing van beleidsonderdelen en het leveren van bijdragen aan de beleidsontwikkeling op deelgebieden. Kader: onderwijs wet- en regelgeving, kerndoelen, leer- en opvoedingsdoelen en beleidslijnen van de school. Verantwoording: aan de (algemeen) directeur over de kwaliteit van onderwijs en de begeleiding, de bijdrage aan het beleid , de coördinatie en begeleiding en de professionalisering. 5. Kennis en vaardigheden Brede theoretische en praktische vakinhoudelijke, didactische en pedagogische kennis en vaardigheden. Kennis van ontwikkelingen binnen het vakgebied. Inzicht in de taak, organisatie en werkwijze van de eigen school. Inzicht in en kennis van de organisatie en de mogelijkheden van hulpverlening(instanties). Invoelingsvermogen en sociale vaardigheden. Vaardigheid in het overdragen van kennis en vaardigheden. Communicatieve vaardigheden. 40 6. Contacten Met leerlingen om de leerstof en werkvormen te bespreken en uit te leggen en resultaten c.q. problemen te bespreken. Met ouders/verzorgers, hulpinstanties en/of specialisten over leer- en gedragsproblemen van leerlingen om moeilijk bespreekbare onderwerpen en knelpunten te bespreken en tot overleg en afstemming over oplossingsrichtingen te komen. Met ouders/verzorgers om de voortgang en ontwikkeling van de leerlingen te bespreken. Met leerkrachten over onderwijs en begeleiding om af te stemmen. Met externe organisaties om beleidsonderdelen en aanpakken af te stemmen. Met de ouders uit vertegenwoordigende organen over ontwikkelingen om deze toe te lichten. Met het management over de bijdrage aan de beleidsontwikkeling om te adviseren. 41 1. Functie-informatie Werkterrein Activiteiten Deelscores Score Salarisschaal : leraar basisonderwijs LA : Onderwijsproces – leraren : Overdragen van informatie en vaardigheden Beleids- en bedrijfsvoeringondersteunende werkzaamheden : 33333 33333 33 33 : 42 : LA 2. Context De werkzaamheden worden verricht op een (of meerdere) school (scholen) voor basisonderwijs. De leraar geeft onderwijs en begeleidt leerlingen, levert een bijdrage aan de voorbereiding en ontwikkeling van het onderwijs, levert bijdragen aan de schoolorganisatie en is verantwoordelijk voor professionalisering. 3. Werkzaamheden 1. Onderwijs en leerlingbegeleiding o.a.: speelt in op de leefwereld van leerlingen en begeleidt hen. bereidt de dagelijkse onderwijsactiviteiten voor; geeft les aan en begeleidt leerlingen; hanteert verschillende didactische werkvormen en leeractiviteiten, aansluitend op de leer- en opvoedingsdoelen van de school; ontwerpt en realiseert een pedagogisch klimaat waarin alle leerlingen zich veilig en gewaardeerd voelen; ontwikkelt bij leerlingen competentie (ervaren en geloven in eigen kunnen), autonomie (ervaren en weten dat je zelf een probleem aan kunt) en relatie (weten en voelen dat je gewaardeerd wordt); stimuleert en begeleidt sociale vaardigheden bij alle leerlingen; structureert en coördineert activiteiten van de leerlingen, organiseert en plant activiteiten in homogene en heterogene groepen; kijkt onderwijsactiviteiten van leerlingen na en corrigeert; speelt in de les in op ontwikkelingen op terreinen als maatschappij en cultuur, natuur en techniek, gezondheid en milieu, politiek en levensbeschouwing; registreert, diagnosticeert en evalueert ontwikkelings- en leerprocessen van leerlingen a.h.v. handelingsplannen waarmee de leerlingen begeleid worden, en bespreekt de voortgang in samenwerking met het begeleidingsteam; signaleert didactische en (sociaal) pedagogische problemen bij leerlingen en stelt een eerste diagnose; consulteert (interne en/of externe) specialisten (collega´s, intern begeleider, directeur, jeugdarts, orthopedagoog, logopedist, schoolmaatschappelijk werker etc.), biedt op grond daarvan hulp en/of verwerkt hun adviezen in het handelingsplan; coördineert de leerlingenzorg voor de eigen groep; realiseert leerlingenzorg op basis van het zorgplan; begeleidt de lerarenondersteuner, onderwijsassistenten en/of stagiaires in de eigen les/groep; bespreekt de voortgang en de ontwikkeling van leerlingen met ouders/verzorgers; houdt het leerling-dossier bij; neemt deel aan teamvergaderingen; organiseert overige schoolactiviteiten en voert deze uit; onderhoudt contacten met de ouders inzake schoolactiviteiten. 42 2. Bijdrage onderwijsvoorbereiding en –ontwikkeling. draagt bij aan de pedagogische en didactische ontwikkeling van de school; doet voorstellen voor onderwijsverbetering op terreinen als maatschappij en cultuur,natuur en techniek, gezondheid en milieu, politiek en levensbeschouwing; doet voorstellen voor nieuwe lesmethoden en programma’s; houdt relevante dossiers m.b.t. de groep bij; draagt bij aan leerlijnen waarin aandacht is voor de specifieke problematiek van de leerlingen; ontwikkelt eigen lesmateriaal; formuleert les- en opvoedingsdoelen voor de dagelijkse onderwijsuitvoering; onderhoudt contacten met begeleidingsdiensten en andere betrokkenen. 3. Professionalisering. houdt de voor het beroep vereiste bekwaamheden op peil en breidt deze zo nodig uit; neemt deel aan scholings- en ontwikkelingsactiviteiten en o.a. collegiale consultatie; houdt zich op de hoogte van de ontwikkelingen op het vakgebied, bestudeert relevante vakliteratuur. 4. Bevoegdheden, kader & verantwoordelijkheden. Beslist bij/over: het geven van les- en leerlingbegeleiding, het mede, in teamverband uitzetten van de pedagogische koers, het voeren van overleg hierover met betrokkenen en het verwerken van de koers in werkvormen/ leeractiviteiten in de onderwijsprogramma’s. het deelnemen aan professionaliseringsactiviteiten. Verantwoordelijkheid: de leraar is verantwoordelijk voor de zorg voor alle leerlingen, het onderwijsproces en de resultaten van zijn/haar groep, en is medeverantwoordelijk voor de ontwikkeling van de school. Kader: de leraar handelt binnen het kader van onderwijs wet- en regelgeving, kerndoelen, leer- en opvoedingsdoelen en beleidslijnen van de school. Verantwoording: de leraar legt verantwoording af aan de directeur over de kwaliteit van onderwijs en leerlingbegeleiding, over de bijdrage aan de voorbereiding en ontwikkeling van het onderwijs en over de afgesproken professionalisering. 5. Kennis en vaardigheden. Theoretische en praktische vakinhoudelijke, didactische en pedagogische kennis en vaardigheden op het niveau van een afgeronde HBO-opleiding: de pedagogische academie voor het basisonderwijs. Kennis van de leerstof en van het ontwikkelen van specifieke leerstof. Kennis van vaardig in het overdragen van leerstof en vaardigheden aan leerlingen dan wel leerlingen hierin kunnen begeleiden. Inzicht in de taak, organisatie en werkwijze van de eigen school. Inzicht in en kennis van de organisatie en de mogelijkheden van hulpverlening(sinstanties). Kennis van verschillende culturele achtergronden en vaardigheid in het omgaan met leerlingen en ouders van verschillende culturele achtergronden. Kennis van en vaardig in het omgaan met leer- en gedragsproblemen. Vaardigheid in het samenwerken met andere disciplines. Invoelingsvermogen en sociale vaardigheden. Communicatieve vaardigheden. 43 6. Contacten. Met leerlingen om de leerstof te bespreken en uit te leggen en resultaten c.q. problemen te bespreken. Met ouders/verzorgers om de voortgang en ontwikkeling van de leerlingen te bespreken en medewerking te verwerven en te verlenen voor een actieve ondersteuning voor de ontwikkeling van de leerling. Met collega leraren en intern begeleider over de eigen werkzaamheden in de vorm van collegiale besprekingen/consultatie. Met, ouders/verzorgers, hulpinstanties en/of interne of externe specialisten om diagnoses te bespreken en door te verwijzen. Met de directie over de kwaliteit van het eigen functioneren. Met de leraar-in-opleiding en onderwijsassistent over wijze van en de voortgang in de ondersteuning die zij bieden, de taken zie zij uitvoeren, gericht op een goede verloop van het onderwijsproces. Met interne / externe specialisten om afspraken te evalueren / tot nieuwe afspraken te komen. 44 1. Functienaam Werkterrein Activiteiten Score Deelscores Salarisschaal : Excellente leraar basisonderwijs LB : Onderwijsproces –leraren : Overdragen van informatie en vaardigheden Beleids – en bedrijfsvoeringondersteunende werkzaamheden : 46 : 43343 43333 43 43 : LB 2. Context De werkzaamheden worden verricht op een (of meerdere) school (scholen) voor basisonderwijs. De excellente leraar heeft reeds meerdere jaren ervaring als leraar basisonderwijs. Hij/zij levert een belangrijke meerwaarde aan de school / de stichting / een samenwerkingsverband doordat hij/zij door een hoge graad van ervaring/kennis/expertise als deskundige functioneert voor collega’s, en/of inzetbaar is in één of meerdere specifieke domeinen, dan wel een beleidsondersteunende, -uitvoerende dan wel een aansturende taak op zich kan nemen waarbij sprake is van gemandateerde eindverantwoordelijkheid. In uitvoering ligt de nadruk op A. De groep B. Interne begeleiding C. Coördinatie. 3. Werkzaamheden: 3a. Excellent leraarschap in de groep 1. Onderwijs en leerlingbegeleiding Zie hiervoor de taakomschrijving "leraar basisonderwijs LA", aangevuld met: speelt in op de leefwereld van leerlingen uit verschillende leeftijdsgroepen en met meervoudige ontwikkelingsproblemen en begeleidt hen; maakt in moeilijke groepen de effecten van het gedrag van de leerlingen bespreekbaar en leert daarbij leerlingen het eigen groepsgedrag reguleren; geeft adequate sturing aan een groep die onvoldoende taakgericht is; hanteert bij moeilijke groepen, en/of bij leerlingen met meervoudige ontwikkelingsproblemen werkvormen waardoor leerlingen leren samen werken; stelt voor leerlingen met meervoudige ontwikkelingsproblemen – evt. na consultatie deskundigen – handelingsplannen op; onderhoudt contacten met collega leraren in verband met collegiale consultatie gericht op het signaleren van complexere problemen; begeleidt collega's bij het opstellen van les- en opvoedingsdoelen en bij het opstellen en bijstellen van complexe handelingsplannen; treedt op als inhoudelijk klankbord naar collega’s betreffende het omgaan met moeilijke groepen, leerlingen met meervoudige, complexe ontwikkelingsproblemen. 2. Bijdrage onderwijsvoorbereiding en -ontwikkeling. Zie hiervoor de taakomschrijving "leraar basisonderwijs LA", aangevuld met: signaleert en analyseert behoeften tot vernieuwing van het onderwijs en levert op basis hiervan bijdragen aan de ontwikkeling en de verzorging van nieuwe onderwijsprogramma's; formuleert mede de kaders voor leer- en opvoedingsdoelen van de school, in onderlinge samenhang en voor één of meerdere leerjaren; 45 vertaalt ontwikkelingen op terreinen als maatschappij en cultuur, natuur en techniek, gezondheid en milieu, politiek en levensbeschouwing naar didactische werkvormen en leeractiviteiten op het inhoudelijke specialisme(n) waar hij/zij taken in heeft; geeft vorm aan inhoudelijke ontwikkelingen binnen de school, maakt beleid en planning voor het specialisme waarin hij/zij functioneert, en draagt zorg voor de implementatie ervan; draagt bij aan de pedagogische koers, zet deze in teamverband uit en verwerkt de koers in onderwijsprogramma's; geeft het voorbeeld aan collega docenten daar waar het gaat om de beheersing, verdieping en verbreding van de (specifieke) kennis en vaardigheden; treedt op als inhoudelijk klankbord op het specialistische onderwerpen; begeleidt (aanstaande) leraren en collega’s bij (aspecten van) wat het onderwijs vraagt, en doet dit tevens bij scholing en ontwikkeling van medewerkers op specifieke thema’s; draagt zorg voor en geeft inhoud aan de ontwikkeling van het curriculum en de afstemming van de onderwijsactiviteiten binnen (een deel van) het eigen team; participeert in coördinerend overleg inzake het zorgen voor afstemming van inzichten, werkvormen en beleidsontwikkelingen tussen vakken. 3. Professionalisering Hij/zij professionaliseert zich voortdurend verder op hetgeen aan aanvullende kennis/specialisme is ontwikkeld 4. Kader, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Beslist bij/over: het geven van les- en leerlingbegeleiding, het initiëren en in teamverband uitzetten van de pedagogische koers, het voeren van overleg hierover met betrokkenen en het verwerken van de koers in werkvormen/ leeractiviteiten in de onderwijsprogramma’s, het signaleren en analyseren van behoeften tot vernieuwing van het onderwijs en het op basis hiervan leveren van bijdragen aan de ontwikkeling en verzorging van nieuwe onderwijsprogramma’s, het begeleiden van collega’s gericht op opstellen (les- en opvoedings)doelen en/of handelingsplannen, het deelnemen aan professionaliseringsactiviteiten. Verantwoordelijkheid: voor de kinderen van de groep, voor het onderwijsproces en de resultaten van de groep als geheel en van de individuele kinderen afzonderlijk, en is medeverantwoordelijk voor de ontwikkeling van de school. Kader: de onderwijs wet- en regelgeving, kerndoelen, leer- en opvoedingsdoelen en beleidslijnen van de school. Verantwoording: aan de directeur over het eigen functioneren, de kwaliteit van onderwijs en leerlingbegeleiding, de bijdrage aan de voorbereiding en ontwikkeling van het onderwijs, de bijdrage aan de schoolorganisatie en over de afgesproken professionalisering. 5. Kennis en vaardigheden. Brede theoretische en praktische vakinhoudelijke, didactische en pedagogische kennis en vaardigheden op het niveau van een afgeronde HBO+opleiding, bereikt door gevolgde relevante cursussen (master classes) dan wel een HBO Master opleiding. Inzicht in de taak, organisatie en werkwijze van de eigen school. Op basis van ervaring opgebouwd ruim inzicht in en vergaande kennis van de organisatie en de mogelijkheden van hulpverlening(instanties). Kennis van verschillende culturele achtergronden en vaardigheid in het omgaan met leerlingen en ouders van verschillende culturele achtergronden. Gespecificeerde kennis van en ruime ervaring in het omgaan met leer- en gedragsproblemen. Ruime ervaring in het samenwerken met andere disciplines. Invoelingsvermogen en sociale vaardigheden. 46 Communicatieve vaardigheden. 6. Contacten. Met leerlingen om de leerstof te bespreken en uit te leggen en resultaten c.q. problemen te bespreken. Met ouders/verzorgers en/of (intern-/externe) specialisten om de voortgang en ontwikkeling van de leerlingen te bespreken, tot afstemming te komen over de aanpak van voorkomende specifieke ontwikkelingsvragen, en /of medewerking te verwerven en te verlenen voor een actieve ondersteuning voor de ontwikkeling van de leerling. Met collega leraren en intern begeleider over de eigen werkzaamheden in de vorm van coaching, collegiale besprekingen/consultatie, waarbij een specifieke gerichtheid is op zaken die als gevolg van opgebouwde kennis en ervaring vergaand ontwikkeld zijn. Met ouders/verzorgers, hulpverlenende instanties en/of interne of externe specialisten om diagnoses te bespreken en door te verwijzen Met de leraar-in-opleiding en onderwijsassistent over wijze van en de voortgang in de ondersteuning die zij bieden, de taken die zij uitvoeren, gericht op een goede verloop van het onderwijsproces; Met interne / externe specialisten om afspraken te evalueren / tot nieuwe afspraken te komen. 3b. Gerichtheid op interne begeleiding De leraar is onder verantwoordelijkheid van de directeur belast met (het leveren van een bijdrage aan) de ontwikkeling van het interne en/of bovenschoolse zorgbeleid, verzorgt de afstemming tussen beide niveaus, is belast met de coördinatie en uitvoering van het zorgbeleid in de school, de begeleiding van leraren op het gebied van zorgbeleid, en is verantwoordelijk voor professionalisering van collega’s t.a.v. versterking zorg voor leerlingen binnen de school. 1. Lesgevende taak. Indien van toepassing dan geldt hiervoor hetgeen is opgenomen in de functieomschrijving leerkracht LA onder resultaatgebied 1 (Onderwijs en leerlingbegeleiding) 2. Administratieve en coördinerende werkzaamheden t.b.v. kinderen en/of leerkrachten observeren van leerlingen in klassensituaties, bespreken van de observatie met de leerkracht en adviseren ten aanzien van vervolgstappen; plannen, bespreken en evalueren van het handelingsplan met de leerkracht; coördineren van de aanmelding van een leerling voor interne zorg; bepalen welke kinderen in aanmerking komen voor interne hulp door remedial teacher, onderwijsassistent (en orthopedagoge) en het organiseren deze hulp; samen met de leerkracht de ouders wijzen op hulpverlenende instanties zoals logopedist, fysiotherapeut, Bureau Jeugdzorg, Maatschappelijk Werk, e.a.; bepalen of extra onderzoek, intern en/of extern, geïndiceerd is en het organiseren van dit onderzoek; coördineren van de verwijzing van een leerling voor externe zorg; coördineren van de activiteiten met betrekking tot schoolverlaters; mede de toelaatbaarheid van zij-instromers tot de school beoordelen en het coördineren van de toelating van deze leerlingen; het terugplaatsen van leerlingen van het speciaal basisonderwijs naar het basisonderwijs coördineren; 47 samen met de leerkracht, ouders, directie en eventueel ingeschakelde instantie bespreken, of aanmelding bij het speciaal (basis)onderwijs wenselijk, cq. noodzakelijk is; het proces van aanmelding voor plaatsing op het speciaal (basis)onderwijs, coördineren; de aanvraag van een leerlinggebonden financiering coördineren, waaronder het (laten) invullen van het onderwijskundig rapport; de contacten met de leerkracht, de ouders en de ambulant begeleider van het speciaal (basis)onderwijs coördineren en het bewaken van het opstellen van een begeleidings- en handelingsplan; bewaken van procedures en toezien op het naleven van de afspraken; coördineren en zorg dragen voor dossiervorming en -beheer van de zorgleerlingen; overleg voeren met de directie over leerlingen; toezien op goed contact tussen ouders en school als basis voor een goede samenwerking. 3. Begeleidende en coachende werkzaamheden a. Gericht op individuele leraren: collegiale consultatie verlenen, d.w.z. en advies geven aan leerkrachten met betrekking tot het pedagogisch en didactisch afstemmen op leerlingen; waarbij de leerkracht de verantwoordelijkheid houdt; groepsbesprekingen over toetsresultaten houden en nagaan of er adequate hulp wordt ingezet bij kinderen die opvallen; leerkrachten hulp bieden bij het opstellen van een groepsplan of individueel handelingsplan; leerkrachten ondersteunen bij het zoeken van remediërend materiaal en hen wegwijs maken in de orthotheek; systematisch klassenbezoeken afleggen en leerkrachten begeleiden ten aanzien van het klassenmanagement, wanneer daar behoefte aan is; leerkrachten ondersteunen bij gesprekken met ouders van zorgleerlingen; (mede)coachen van leerkrachten; b. 4. Gericht op het team: opstellen van een toetskalender; zorgdragen voor de opzet van de orthotheek en het up to date houden daarvan; procedures en richtlijnen opstellen ten aanzien van de signalering binnen de school en het leerlingvolgsysteem actueel houden; verzamelen van de toetsgegevens en /of groepsoverzichten; analyses en schooloverzichten maken aan de hand van toetsgegevens; deze met het team bespreken; voeren van groepsstaten besprekingen; leerlingbesprekingen, intervisiebijeenkomsten houden over (gedrags)problemen bij leerlingen; modellen voor individuele- en groepsoverzichten ontwerpen en het gebruik bewaken. Innoverende taken voor de school als organisatie in de schoolgids de paragrafen opstellen ten aanzien van de zorg voor leerlingen; de ontwikkelingen binnen de zorgverbreding analyseren; de zorgverbreding binnen de school als organisatie evalueren en ideeën tot ontwikkeling van beleid geven; alert blijven op hiaten in de didactische leerlijnen binnen de school en de mogelijkheden tot verbetering hiervan onderzoeken; initiatieven nemen tot verbetering van het didactisch en sociaal-emotioneel functioneren van de leerlingen binnen de school; 48 voorstellen doen en implementeren van keuzes voor nieuwe methoden en daarmee een bijdrage leveren aan de vernieuwing van het onderwijsaanbod; het schoolplan en het meerjarenbeleidsplan, mede, opstellen en deze jaarlijks uitwerken tot jaarplannen; voor kennisoverdracht zorgen bij inhoudelijke vergaderingen; een zorgplan voor de school opstellen en deze vertalen naar actieplannen; in het jaarverslag de leerlingenzorg en onderwijskundige ontwikkelingen verzorgen; het team op de hoogte stellen van de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van zorgverbreding, materialen, methodes, orthodidactische middelen en software; overleg voeren met de directeur en adviseren en meedenken ten aanzien van het (onderwijskundig) beleid van de school; voorstellen doen ten aanzien van de nascholing van het team met betrekking tot de didactische aanpak en pedagogische lijn. 5. Vertegenwoordigende taken contacten onderhouden met andere intern begeleiders onder meer uit het samenwerkingsverband; contacten onderhouden met externe instanties als schoolarts, schoollogopedist, Bureau Jeugdzorg, Maatschappelijk Werk, RIAGG; bovenschools overleg voeren met betrekking tot beleid op bijvoorbeeld het terrein van het samenwerkingsverband. 4. Kader, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Beslist bij/over: het analyseren van observaties van klassensituaties, van zorgactiviteiten, toetsresultaten en leerlingbesprekingen en het signaleren en analyseren van behoeften tot vernieuwing van het onderwijs, en het op basis daarvan uitwerken van didactische leerlijnen, het opstellen van het schoolspecifieke zorgplan, het zorgen voor afstemming van dit plan tot het bovenschoolse (regionaal) zorgbeleid, het adviseren van collega’s t.a.v. begeleiding van een leerling, en het zorg dragen voor opzet en uitwerking van het leerlingvolgsysteem, alsook het op basis hiervan leveren van bijdragen aan de ontwikkeling en verzorging van zorgbeleid, het begeleiden van collega’s gericht op opstellen van handelingsplannen, het deelnemen aan professionaliseringsactiviteiten. Kader: de onderwijs wet- en regelgeving, kerndoelen, leer- en opvoedingsdoelen, het zorgplan en de beleidslijnen van de school. Verantwoording: aan de directeur over het eigen functioneren, de kwaliteit van de leerlingbegeleiding en het zorgbeleid (ontwikkeling en uitvoering), de bijdrage aan het formuleren van integraal onderwijsbeleid, de begeleiding/coaching van leraren gericht op zorgbeleid, de bijdrage aan de schoolorganisatie en over de afgesproken professionalisering. 5. Kennis en vaardigheden. Brede theoretische en praktische vakinhoudelijke, didactische en pedagogische kennis en vaardigheden op het niveau van een afgeronde HBO+ opleiding, bereikt door gevolgde relevante cursussen (master classes) dan wel een HBO Master opleiding, gevolgde IB opleiding, en daarmee gecertificeerd IB-er zijn. Kennis van de leerstof en van het ontwikkelen van specifieke leerstof. Vaardig in het opstellen van plannen en het geven van adviezen. Vaardig in het begeleiden en coachen van leraren. Inzicht in de taak, organisatie en werkwijze van de eigen school. Op basis van ervaring opgebouwd ruim inzicht in en vergaande kennis van de organisatie en de mogelijkheden van hulpverlening(instanties). Kennis van verschillende culturele achtergronden en vaardigheid in het omgaan met leerlingen en ouders van verschillende culturele achtergronden. Gespecificeerde kennis van en ruime ervaring in het omgaan met leer- en gedragsproblemen. 49 Ruime ervaring in het samenwerken met andere disciplines. Invoelingsvermogen en sociale vaardigheden en vaardig in het motiveren van anderen. Communicatieve vaardigheden. 6. Contacten. Met leraren over de ondersteuningsvraag en de begeleiding van (zorg)leerlingen met als doel afspraken te maken en/of af te stemmen. Met ouders/verzorgers en/of (interne-/externe) specialisten om mede de voortgang en ontwikkeling van de leerlingen te bespreken, tot afstemming te komen over de aanpak van voorkomende specifieke ontwikkelingsvragen, en /of medewerking te verwerven voor een actieve ondersteuning voor de ontwikkeling van de leerling. Met collega leraren in de vorm van coaching, collegiale besprekingen/consultatie, waarbij een specifieke gerichtheid is op zorg voor leerlingen. Met hulpverlenende instanties en/of interne of externe specialisten om diagnoses te bespreken, begeleiding af te stemmen en om in gezamenlijkheid het zorgbeleid te ontwikkelen/bewaken. Met bovenschoolse organisaties en netwerken intern begeleiders om bovenschools (regionaal) zorgbeleid te ontwikkelen, te evalueren, te bewaken. Met interne / externe specialisten om afspraken te evalueren / tot nieuwe afspraken te komen. 3c. Gerichtheid op het coördineren van een eenheid (bouw/ locatie) De leraar is onder verantwoordelijkheid van de directeur belast met de coördinatie van het onderwijs en de begeleiding van leerlingen binnen een deel van de school, coördineert de werkzaamheden van de medewerkers van dat deel van de school en is verantwoordelijk voor de kwaliteit van de onderwijskundige ontwikkeling van de eenheid in relatie tot de onderwijskundige ontwikkeling van de totale school. 1. Lesgevende taak. Indien van toepassing dan geldt hiervoor hetgeen is opgenomen in de functieomschrijving leerkracht LA onder resultaatgebied 1 (Onderwijs en leerlingbegeleiding) 2. Initieert en coördineert de invulling en uitvoering van de voor de locatie vastgestelde onderwijskundige beleidskaders door: het vertalen van ontwikkelingen binnen de bouw/locatie en diens omgeving naar voorstellen voor de directeur en uitvoeringsprogramma's voor de school; het coördineren van de ontwikkeling van leermiddelen, lesmateriaal en andere delen van het curriculum en de ontwikkeling van nieuwe onderwijsprogramma's; het initiëren en stimuleren van scholing/bijscholing van aan de bouw/locatie verbonden personeel. 3. Geeft leiding aan de bouw/locatie door: het coördineren van de werkzaamheden van medewerkers binnen de eenheid; het voeren van coachingsgesprekken met het personeel in het kader van professionele ontwikkeling; het voorzitten van bouw/locatievergaderingen; het afhandelen/behandelen van klachten betreffende de bouw/locatie; het stimuleren en coachen van het personeel; het toezien op naleving van de regels die gelden voor de bouw/locatie en ingrijpen bij overtredingen. 50 4. Draagt mede zorg voor de uitvoering van het onderwijs binnen de bouw/locatie door: levert een bijdrage aan de ontwikkeling en vernieuwing van het onderwijsbeleid van de school als totaal, vertaalt deze in leer- en opvoedingsdoelen voor de bouw/locatie en adviseert de directeur op basis van uitgevoerde evaluaties binnen de bouw/locatie; optimaliseert leerprocessen en werkmethoden binnen de bouw/locatie, en doet aan de directeur voorstellen voor nieuwe lesmethoden en programma’s; zet mede de pedagogische koers van de school uit, voert hierover overleg met de leraren binnen de bouw/locatie, en verwerkt samen met het team van de bouw/locatie de koers in didactische werkvormen en leeractiviteiten uit; bewaakt programma's voor toetsing binnen de bouw/locatie; neemt deel aan de professionaliseringactiviteiten van het onderwijsteam; verzorgt informatie en/of faciliteert de informatievoorziening binnen en buiten de bouw/locatie; geeft (in voorkomende gevallen) gedurende een deel van de week les en het begeleiden van individuele- en groepen leerlingen (zie functie groepsleraar). 5. Levert een bijdrage aan de ontwikkeling van het beleid van de onderwijsinstelling door: het gevraagd en ongevraagd geven van adviezen aan de directeur; het deelnemen aan de vergaderingen van het managementteam (bouw/locatieleiders en directeur); het deelnemen (als voorzitter of als lid) aan commissies op onderwijsinstellingniveau; het uitvoeren van één of meerdere taken op onderwijsinstellingniveau en/of invulling uitvoering geven aan één of meerdere door de directeur toegewezen beleidsterreinen. 6. Bijdrage schoolorganisatie door: neemt deel aan netwerken ten behoeve van aangegeven beleids- en uitvoeringskwesties; verzorgt mede communicatieve zaken (intern en extern); organiseert huishoudelijke zaken. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: de vertaling van de onderwijsprogrammering van de school naar ontwikkelings-/jaarplannen voor de bouw/locatie, waarin de benodigde aanpak en werkwijze voor de bouw/locatie beschreven staan, bij het opstellen van een ontwikkelingsplan voor de bouw/locatie, over de inhoud van adviezen aan de directeur en bij de coördinatie van zaken de eenheid betreffende; Kader: De onderwijs- wet- en regelgeving, de kerndoelen, de (voor alle beleidsterreinen geldende) doelen en beleidslijnen van de school, en de kaders beleid van het bestuur; Verantwoording: verschuldigd aan de directeur voor wat betreft het eigen functioneren, de coördinatie en de realisatie van het beleid binnen de bouw/locatie, de coördinatie van organisatorische zaken binnen de eenheid, de bijdrage aan de uitvoering van het onderwijs binnen de bouw/locatie en de adviezen betreffende de ontwikkeling en uitvoering van het beleid van de onderwijsinstelling, de bijdrage aan de schoolorganisatie en over de afgesproken professionalisering. 5. Kennis en vaardigheden. Brede theoretische en praktische vakinhoudelijke, didactische en pedagogische kennis en vaardigheden op het niveau van een HBO+ opleiding (zie opleidingsnorm van de stichting). Opleiding gericht op het coördineren en aansturen van processen. Inzicht in de taak, organisatie en werkwijze van de eigen school. Op basis van ervaring opgebouwd ruim inzicht in en vergaande kennis van de organisatie en 51 de mogelijkheden van hulpverlening(instanties). Kennis van verschillende culturele achtergronden en vaardigheid in het omgaan met leerlingen en ouders van verschillende culturele achtergronden. Gespecificeerde kennis van en ruime ervaring in het omgaan met leer- en gedragsproblemen. Ruime ervaring in het samenwerken met andere disciplines. Invoelingsvermogen en sociale/communicatieve vaardigheden en vaardig in het motiveren van anderen. Vaardig in het begeleiden van professionals. Vaardig in het organiseren en begeleiden van werkprocessen. 6. Contacten. Met leraren over de uitvoering van het onderwijs met als doel tot afspraken te komen dan wel afstemming te bewerkstelligen. Met ouders/verzorgers en/of (interne-/externe) specialisten om mede de voortgang en ontwikkeling van de leerlingen te bespreken, tot afstemming te komen over de aanpak van voorkomende specifieke ontwikkelingsvragen, en /of medewerking te verwerven voor een actieve ondersteuning voor de ontwikkeling van de leerling. Met leraren in de vorm van coaching, collegiale besprekingen/consultatie alsook aansturing. Met hulpverlenende instanties en/of interne of externe specialisten/instanties om begeleiding en beleid af te stemmen/te bewaken. Met vertegenwoordigers intern/extern over beleid om af te stemmen. Met interne / externe specialisten/instanties om afspraken te evalueren / tot nieuwe afspraken te komen. 52 1. Functienaam Werkterrein Activiteiten Deelscores Score Salarisschaal :Leraar Speciaal (Basis)onderwijs LB :Onderwijsproces -> Leraren :Beleids- en bedrijfsvoeringsondersteunende werkzaamheden Overdragen van informatie en vaardigheden :43343 43333 43 43 :46 : LB 2. Context De werkzaamheden worden verricht op een school voor speciaal basisonderwijs of een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs. De school biedt opleiding en vorming aan leerlingen van 3 tot en met 12 of tot 20 jaar. Het betreft leerlingen met lichamelijke en/of verstandelijke handicaps en/of leerlingen die (zeer) moeilijk opvoedbaar zijn en/of (zeer) moeilijk kunnen leren. De school bereidt leerlingen voor op het vervolgonderwijs of is eindonderwijs. Functies: directeur, leraren, (para)medici en overig ondersteunend personeel. De leraar Speciaal (Basis)onderwijs LB geeft onderwijs en begeleidt leerlingen, levert een bijdrage aan de voorbereiding en ontwikkeling van het onderwijs en is verantwoordelijk voor professionalisering. 3. Werkzaamheden 1. Onderwijs en leerlingbegeleiding. bereidt de dagelijkse onderwijsactiviteiten voor; geeft les en begeleidt leerlingen in speciaal gevormde groepen op basis van groepsplannen; hanteert verschillende didactische werkvormen en leeractiviteiten, aansluitend op de leer- en opvoedingsdoelen; creëert een pedagogisch klimaat waarin alle leerlingen zich veilig en gewaardeerd voelen; ontwikkelt bij leerlingen competentie (ervaren en geloven in eigen kunnen), autonomie (ervaren en weten dat jezelf een probleem aan kunt) en relatie (weten en voelen dat je gewaardeerd wordt); stimuleert en begeleidt sociale vaardigheden bij leerlingen met verschillende sociaalculturele achtergronden; structureert en coördineert activiteiten van leerlingen en organiseert en plant activiteiten in homogene en heterogene groepen, inclusief subgroepen; kijkt onderwijsactiviteiten van leerlingen na en corrigeert; speelt in de les in op ontwikkelingen op terreinen als maatschappij en cultuur, natuur en techniek, gezondheid en milieu, politiek en levensbeschouwing; diagnosticeert en evalueert ontwikkelings- en leerprocessen van leerlingen, stelt complexe handelingsplannen op en bespreekt de voortgang in het begeleidingsteam; consulteert deskundigen zoals de jeugdarts, orthopedagoog, intern begeleider, logopedist, schoolmaatschappelijk werker en verwerkt hun adviezen in het handelingsplan; begeleidt de lerarenondersteuner, onderwijs- en/of klassenassistent; 53 bespreekt de voortgang, de ontwikkeling en de gedragsproblemen van leerlingen met ouders/verzorgers en bezoekt ouders/verzorgers; houdt het leerlingdossier bij; onderhoudt contacten met de ouderraad. 2. Bijdrage onderwijsvoorbereiding en –ontwikkeling. draagt bij aan de pedagogische en didactische ontwikkeling van de school; doet voorstellen voor ondewijsverbetering op terreinen als maatschappij en cultuur,natuur en techniek, gezondheid en milieu, politiek en levensbeschouwing; doet voorstellen voor nieuwe lesmethoden en programma’s; houdt een groepsdossier bij; draagt bij aan leerlijnen waarin aandacht is voor de specifieke problematiek van de leerlingen; ontwikkelt eigen lesmateriaal; formuleert les- en opvoedingsdoelen voor de dagelijkse onderwijsuitvoering; onderhoudt contacten met begeleidingsdiensten en andere betrokkenen. 3. Professionalisering: houdt de voor het beroep vereiste bekwaamheden op peil en breidt deze zo nodig uit; neemt deel aan scholings- en ontwikkelingsactiviteiten en o.a. collegiale consultatie; bestudeert relevante vakliteratuur. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het geven van les en begeleiden van leerlingen in speciaal gevormde groepen op basis van groepsplannen, het bijdragen aan de pedagogische koers, resulterend in onderwijsprogramma's, het deelnemen aan professionaliseringsactiviteiten. Kader: de onderwijs wet- en regelgeving, kerndoelen, leer- en opvoedingsdoelen en beleidslijnen van de school. Verantwoording: aan de directeur over de kwaliteit van onderwijs en leerlingbegeleiding, van de bijdrage aan de voorbereiding en ontwikkeling van het onderwijs en van de professionalisering. 5. Kennis en vaardigheden Brede theoretische en praktische didactische en pedagogische kennis en vaardigheden. kennis van de leerstof en van het ontwikkelen van specifieke leerstof. Inzicht in de organisatie en werkwijze van de eigen school en de basisscholen in de regio. Inzicht in en kennis van de organisatie en de mogelijkheden van hulpverlening(sinstanties). Kennis van verschillende culturele achtergronden en vaardigheid in het omgaan met leerlingen en ouders van verschillende culturele achtergronden. Invoelingsvermogen en sociale vaardigheden. Vaardigheid in het omgaan met gedragsproblemen. Vaardigheid in het overdragen van kennis en vaardigheden. Vaardig in het samenwerken met andere disciplines. 54 6. Contacten Met leerlingen om de leerstof te bespreken en uit te leggen en resultaten c.q. problemen te Bespreken. Met hulpverleners/specialisten over de problematiek van leerlingen om af te stemmen en tot oplossingen c.q. verbeterde didactische aanpak te komen. Met ouders/verzorgers om de voortgang en ontwikkeling van de leerlingen te bespreken en moeilijk bespreekbare onderwerpen ter sprake te brengen en medewerking te verwerven voor een actieve ondersteuning voor het gedrag van de leerling; Met collega's, ouders/verzorgers, hulpinstanties en/of specialisten om diagnoses te bespreken en door te verwijzen. Met de directie over de begeleiding van de lerarenondersteuner(s), onderwijs- en klassenassistent(en) en over de voortgang in de contacten met hulpinstanties/hulpverleners om tot nadere afspraken te komen. 55 1. Functienaam Werkterrein Activiteiten Deelscores Score Salarisschaal : Gespecialiseerde leraar speciaal (basis)onderwijs : Onderwijsproces - Leraren : Overdragen van informatie en vaardigheden Beleids- en bedrijfsvoeringondersteunende werkzaamheden : 43443 43334 4343 : 49 : LC 2. Context De werkzaamheden worden uitgevoerd binnen een regionaal netwerk met een school voor speciaal basisonderwijs. Deze school biedt opleiding en vorming aan leerlingen met lichamelijke en/of verstandelijke handicaps en/of aan leerlingen die (zeer) moeilijk opvoedbaar zijn en/of (zeer) moeilijk kunnen leren en bereidt deze leerlingen voor op het vervolgonderwijs. De gespecialiseerde leraar draagt zorg voor de opvang van de meest complexe risicoleerlingen binnen het regionaal netwerk, draagt zorg voor de gedragsbeïnvloeding van de risicoleerling, levert bijdragen aan de onderwijsvoorbereiding en de onderwijsontwikkeling, neemt initiatieven die structureel bijdragen aan de samenwerking binnen en buiten het regionaal netwerk, geeft mede richting aan de professionaliseringactiviteiten van leraren en is verantwoordelijk voor professionalisering. 3. Resultaatgebieden 1. Opvang van de meest complexe risicoleerlingen in het regionaal netwerk: bereidt de dagelijkse onderwijsactiviteiten voor, ontwikkelt een leerlijn waarin aandacht is voor de specifieke problematiek van de leerling, ontwikkelt eigen lesmateriaal; geeft les en begeleidt (groepen) leerlingen in speciaal gevormde groepen op basis van een planmatige, specialistische manier van begeleiden; brengt bij genoemde groep leerlingen competentie (ervaren en geloven in eigen kunnen), autonomie (ervaren en weten dat jezelf een probleem aan kunt) en relatie (weten en voelen dat je gewaardeerd wordt) tot ontwikkeling; creëert een pedagogisch klimaat waarin de complexe groep leerlingen zich veilig en gewaardeerd voelen; stimuleert en begeleidt sociale vaardigheden bij deze leerlingen; structureert en coördineert activiteiten van leerlingen en organiseert en plant activiteiten in homogene en heterogene groepen, inclusief subgroepen; kijkt de onderwijsactiviteiten van leerlingen na en corrigeert; speelt in de les in op ontwikkelingen op terreinen als maatschappij en cultuur, natuur en techniek, gezondheid en milieu, politiek en levensbeschouwing; signaleert (sociaal) pedagogische problemen, evalueert ontwikkelings- en leerprocessen bij leerlingen, stelt een diagnose en complexe handelingsplannen op; biedt zelf hulp, bespreekt de voortgang in een begeleidingsteam of treedt in contact met de desbetreffende specialisten waarna begeleiding plaatsvindt van individuele leerlingen met specifieke meervoudige onderwijsbehoeften; 56 begeleidt leerlingen zoals voorzien in het zorgplan; onderhoudt contacten met begeleidingsdiensten en andere betrokkenen; consulteert deskundigen zoals de jeugdarts, orthopedagoog, intern begeleider, logopedist, schoolmaatschappelijk werker en verwerkt hun adviezen in het handelingsplan; coördineert de leerlingenzorg in de school; bespreekt de voortgang, de ontwikkeling en de gedragsproblemen van leerlingen met ouders/verzorgers en bezoekt ouders/verzorgers; houdt het leerling-dossier bij; geeft voorlichting aan ouders/groepen ouders en verzorgers over de situatie van het kind in het kader van het bevorderen van hun deskundigheid; neemt deel aan teamvergaderingen; organiseert schoolactiviteiten en voert deze uit; onderhoudt contacten met de ouderraad inzake schoolactiviteiten. 2. Gedragsbeïnvloeding van de risicoleerling. ontwikkelt beleidsvoorstellen met betrekking tot de zorgtraject bemiddeling waaronder activiteiten als signalering, onderzoek, advisering, begeleiding, handelingsplanning en PCL (permanente commissie leerlingenzorg) bespreking; adviseert over de beleidsmatige aanpak van de begeleiding van risicoleerlingen; begeleidt collega's bij de bespreking van de ontwikkeling van de leerling met de ouders/verzorgers; zet een coachingstraject op voor collega-leraren; bespreekt in het begeleidingsteam de (gedrags)ontwikkeling van de leerlingen. 3. Bijdrage onderwijsvoorbereiding en de onderwijsontwikkeling. levert een bijdrage aan de ontwikkeling en vernieuwing van onderwijsprocessen in het regionaal netwerk en adviseert de directeur hierover; signaleert en analyseert behoeften tot vernieuwing van het onderwijs en levert op basis hiervan bijdragen aan de structurele ontwikkeling en de verzorging van nieuwe onderwijsprogramma's; formuleert de kaders voor leer- en opvoedingsdoelen van het regionaal netwerk, in onderlinge samenhang, bereidt de jaarlijkse en meerjarenplanning voor en adviseert de directeur hierover; ontwikkelt de pedagogische koers resulterend in onderwijsprogramma's; bereidt evaluaties voor van (onderwijskundige)beleidskeuzes; vertaalt ontwikkelingen op terreinen als maatschappij en cultuur, natuur en techniek, gezondheid en milieu, politiek en levensbeschouwing naar didactische werkvormen en leeractiviteiten en inhoudelijke specialisme(n); geeft vorm aan inhoudelijke ontwikkelingen binnen het regionaal netwerk, doet voorstellen voor nieuwe lesmethoden en programma’s en draagt zorg voor de implementatie ervan; draagt bij aan de pedagogische koers, zet deze in teamverband uit en verwerkt de koers in onderwijsprogramma's. 57 4. Initiatieven die structureel bijdragen aan de samenwerking binnen het regionaal netwerk en aan de samenwerking met andere instellingen. initieert overleg en samenwerking tussen leraren binnen het regionaal netwerk; treedt op als projectleider van onderwijskundige projecten (voorbereiding, ontwikkeling, implementatie en/of evaluatie); leidt en/of participeert actief in vergaderingen; ontwikkelt (inhoudelijke) kaders ter ondersteuning van de externe relaties met instellingen voor jeugdhulpverlening, jeugdgezondheidszorg, overige speciaal en speciaal voortgezet onderwijs waarbij het gaat om afstemming en samenwerking; analyseert knelpunten in de hulpverlening en komt met oplossingsvoorstellen. 5. Mede richting geven aan de professionaliseringactiviteiten van leraren. ontwikkelt beleidsmatige voorstellen met betrekking tot het planmatig ondersteunen van collega's uit het regulier onderwijs bij een (meer) structurele opvang van risicoleerlingen; adviseert en ondersteunt collega's uit basisscholen in de regio over de specifieke aanpak, handelingsplannen en problemen van leerlingen die een specifieke benadering vragen. 6. Professionalisering: houdt de voor het beroep vereiste bekwaamheden op peil en breidt deze zo nodig uit; neemt deel aan scholings- en ontwikkelingsactiviteiten en o.a. collegiale consultatie; houdt zich op de hoogte van de ontwikkelingen op het vakgebied, bestudeert relevante vakliteratuur. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het voorbereiden van de dagelijkse onderwijsactiviteiten, het ontwikkelen van een leerlijn waarin aandacht is voor de specifieke problematiek van de leerling, het ontwikkelen van eigen lesmateriaal, het ontwikkelen van beleidsvoorstellen met betrekking tot de zorgtrajectbemiddeling, het formuleren van de kaders voor leeren opvoedingsdoelen van het samenwerkingsverband, in onderlinge samenhang, het voorbereiden van de jaarlijkse en meerjaren-planning, het ontwikkelen van (inhoudelijke) kaders ter ondersteuning van de externe relaties met instellingen, het ontwikkelen van beleidsmatige voorstellen. Kader: de onderwijs wet- en regelgeving, kerndoelen, leer- en opvoedingsdoelen en beleidslijnen van de school. Verantwoording: aan de directeur over de opvang van de meest complexe risicoleerlingen in het regionaal netwerk, de gedragsbeïnvloeding van de risicoleerling, de bruikbaarheid van bijdragen aan de onderwijsvoorbereiding en de onderwijsontwikkeling, de bruikbaarheid van initiatieven die structureel bijdragen aan de samenwerking binnen het regionaal netwerk en daarbuiten, het mede richting geven aan de professionaliseringactiviteiten van leraren en de professionalisering. 5. Kennis en vaardigheden 58 Brede of gespecialiseerde theoretische kennis van het vakgebied. Specialistische didactische en pedagogische kennis en vaardigheden op uiteenlopende Leerstofgebieden. Kennis van de leerstof en van het ontwikkelen van specifieke leerstof. Kennis van beleidsontwikkelingen op de toegewezen aandachtsgebieden. Inzicht in de organisatie en werkwijze van de eigen scholen in het regionaal netwerk en Daarbuiten. Inzicht in en kennis van de organisatie en de mogelijkheden van hulpverlening (sinstanties); Kennis van verschillende culturele achtergronden en vaardigheid in het omgaan met leerlingen en ouders van verschillende culturele achtergronden. Invoelingsvermogen en sociale vaardigheden. Vaardigheid in het omgaan met gedragsproblemen. Specialistische communicatieve vaardigheden. Vaardigheid in het overdragen van kennis en vaardigheden. Vaardig in het samenwerken met andere disciplines. 6. Contacten Met leerlingen om de leerstof te bespreken en uit te leggen en resultaten c.q. problemen te bespreken. Met hulpverleners/specialisten over de problematiek van leerlingen om af te stemmen en tot oplossingen c.q. verbeterde didactische aanpak te komen. Met ouders/verzorgers om de voortgang en ontwikkeling van de leerlingen te bespreken en moeilijk bespreekbare onderwerpen ter sprake te brengen en medewerking te verwerven voor een actieve ondersteuning voor het gedrag van de leerling. Met collega's, ouders/verzorgers, hulpinstanties en/of specialisten om diagnoses te bespreken en door te verwijzen. Met de directeur over beleidsontwikkelingen om af te stemmen en te adviseren. Met de directeur over de begeleiding van de lerarenondersteuner(s), onderwijs- en klassenassistent(en) en over de voortgang in de contacten met hulpinstanties/ hulpverleners om tot nadere afspraken te komen. 59 Management Middenmanager AB Middenmanager AC Directeur DB Directeur DC Algemeen adjunct directeur Algemeen directeur 61 64 67 70 73 75 60 1. Functienaam Werkterrein Activiteiten Kenmerkscores Somscore Salarisschaal : Middenmanager AB : Management -> Schoolmanagement : Beleids- en bedrijfsvoeringsondersteunende werkzaamheden Coördinatie van activiteiten en processen : 43343 43334 33 43 : 47 : AB 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een school voor primair onderwijs , soms met meerdere locaties. De directeur geeft leiding aan de onderwijsprocessen in de school, draagt zorg voor de uitvoering van het onderwijsproces en is verantwoordelijk voor het personeelsmanagement. De middenmanager is onder verantwoordelijkheid van de directeur belast met onderdelen van het management van de school en geeft leiding aan een organisatorische eenheid. Hiervoor kan een specifiek taakprofiel worden opgesteld. Tevens kan er sprake zijn van voor het aandachtsgebied specifieke vereisten. 3. Werkzaamheden 1. Verzorgt onderwijs en leerlingbegeleiding door o.a.: het voorbereiden van de dagelijkse onderwijsactiviteiten en het lesgeven aan en begeleiden van leerlingen en het analyseren van resultaten; het hanteren van verschillende didactische werkvormen en leeractiviteiten, aansluitend op de leer- en opvoedingsdoelen van de school; het creëren van een pedagogisch klimaat waarin alle leerlingen zich veilig en gewaardeerd voelen; het stimuleren van en het begeleiden van de ontwikkeling van sociale vaardigheden bij leerlingen met verschillende sociaal-culturele achtergronden; het inspelen op ontwikkelingen op terreinen als maatschappij en cultuur, natuur en techniek, gezondheid en milieu, politiek en levensbeschouwing; het registreren en evalueren van ontwikkelings- en leerprocessen van leerlingen en het op basis daarvan opstellen van handelingsplannen en het uitvoeren van deze plannen; het signaleren van (sociaal) pedagogische problemen bij leerlingen en het stellen van een eerste diagnose; het deelnemen aan leerlingenbesprekingen en het leveren van een bijdrage daaraan vanuit de eigen deskundigheid; het zo mogelijk begeleiden van ander personeel, zoals de lerarenondersteuner,de onderwijsassistent en/of stagiaires; het bespreken van de voortgang en de ontwikkeling van leerlingen met ouders/verzorgers; 2. Geeft mede leiding en sturing onderwijs en organisatie van de school door o.a.: het vervangen van de directeur bij diens afwezigheid; het mede ontwikkelen en vervolgens bewaken van de missie, identiteit en het gewenste pedagogisch-didactisch klimaat van de school; het mede uitvoeren van alle gemandateerde taken . het mede organiseren van het onderwijs en de begeleiding van de leerlingen van de school; het mede ontwikkelen van kwaliteitsbeleid en het bewaken van de kwaliteit van de werkzaamheden (kwaliteitszorg); 61 het mede pro-actief zorgen voor passende oplossingen voor (dreigende) problemen in de onderwijsuitvoering; het deelnemen aan schooloverstijgende overlegsituaties; het onderhouden van contacten met relevante scholen/instellingen; het onderhouden van contacten met ouders/verzorgers van leerlingen van de school; het mede leiding geven aan het personeel van de school o.a. door het voeren van personeelsgesprekken. 3. Draagt mede zorg voor (beleids)ontwikkeling van de school door o.a.: het mede zorgen voor het voorbereiden, ontwikkelen, implementeren en evalueren van het strategisch beleid van de school; het mede verantwoordelijk zijn voor het voorbereiden, ontwikkelen, implementeren en evalueren van het onderwijskundig beleid van de eenheid; het mede analyseren van ontwikkelingen in de omgeving van de school (onderwijs,welzijn, jeugdzorg) en in de school en het vertalen van deze ontwikkelingen naar beleid en activiteiten voor de school en de Stichting KOE; het mede realiseren van multidisciplinaire projecten; het adviseren en informeren van de directeur over de jaarlijkse- en meerjarenplannen en programma's; het mede representeren van de school naar overige instanties. 4. Geeft leiding aan een organisatorische eenheid door o.a.: het leveren van een bijdrage in het managementoverleg; het fungeren als aanspreekpunt van de eenheid; het signaleren van knelpunten en ontwikkelingen in de eenheid; het bewaken van de inhoudelijke en organisatorische lijn in de eenheid; het maken van een jaarplanning voor de eenheid; het organiseren en voorzitten van vergaderingen; het zorgen voor de inval en de begeleiding van deze leerkrachten; het maken van deelbegrotingen en het beheren van het budget van de eenheid. 5. Draagt (mede)zorg voor personeelsmanagement van de eenheid door o.a.: het stimuleren en creëren van mogelijkheden voor de ontwikkeling en begeleiding van medewerkers; het voeren van functionerings- en beoordelingsgesprekken met de medewerkers van de eenheid; het verantwoordelijk zijn voor de personele zorg en het personeelsbeheer van de eenheid; het adviseren van de directeur over personele vraagstukken van de eenheid; het leveren van een bijdrage aan de ontwikkeling van het personeelsbeleid van de school. 6. Het blijvend ontwikkelen van de voor het beroep vereiste bekwaamheden. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het verzorgen van onderwijs en de leerlingbegeleiding, het leiding en sturing geven aan het onderwijs, het leiding geven aan de medewerkers van de organisatorische eenheid. Kader: de onderwijswet- en regelgeving, het voor de school beschikbare budget en de specifieke beleidskaders van het bestuur en directeur. Verantwoording: aan de directeur over het leiding en sturing geven aan onderwijsprocessen in de school, de uitvoering van het onderwijsproces, het 62 personeelsmanagement en de kwaliteit van onderwijs en leerlingbegeleiding in de organisatorische eenheid. 5. Kennis en vaardigheden Theoretische kennis van (de ontwikkelingen in) het primair onderwijs. Inzicht in het functioneren van de organisatie. Inzicht in vraagstukken en problemen die zich op andere terreinen in het onderwijs en de jeugdzorg afspelen. Adviesvaardigheden. Vaardig in het organiseren en begeleiden van werkprocessen. Vaardig in het onderhouden van contacten en omgaan met conflictsituaties. Vaardig in het aansturen van professionals. 6. Contacten Met ouders en vertegenwoordigende organen over te nemen of genomen beslissingen om relevante aangelegenheden met hen af te stemmen. Met vertegenwoordigers uit het lokale onderwijsveld (o.a. scholen/(scholings)instellingen) over onderwijskundige ontwikkelingen om overleg te voeren en af te stemmen. Met leerlingen om de leerstof te bespreken en uit te leggen en resultaten c.q. problemen te bespreken. Met hulpverleners/specialisten (bijv. SBO/SO) over de problematiek van leerlingen om af te stemmen en tot oplossingen c.q. verbeterde didactische aanpak te komen. Met ouders/verzorgers om de voortgang en ontwikkeling van de leerlingen te bespreken. 63 1. Functienaam Werkterrein Activiteiten Kenmerkscores Somscore Salarisschaal : Middenmanager AC : Management -> Schoolmanagement : Beleids- en bedrijfsvoeringsondersteunende werkzaamheden Coördinatie van activiteiten en processen : 44343 43334 43 43 : 49 : AC 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een grote school voor primair onderwijs (> 400), soms met meerdere locaties en/of een SBO school. De directeur geeft leiding aan de onderwijsprocessen in de school, draagt zorg voor de uitvoering van het onderwijsproces en is verantwoordelijk voor het personeelsmanagement. De middenmanager is onder verantwoordelijkheid van de directeur belast met onderdelen van het management van de school en geeft leiding aan een grote organisatorische eenheid. Hiervoor kan een specifiek taakprofiel worden opgesteld. Tevens kan er sprake zijn van voor het aandachtsgebied specifieke vereisten. 3. Werkzaamheden 1. Verzorgt onderwijs en leerlingbegeleiding door o.a.: het voorbereiden van de dagelijkse onderwijsactiviteiten en het lesgeven aan en begeleiden van leerlingen en het analyseren van resultaten; het hanteren van verschillende didactische werkvormen en leeractiviteiten, aansluitend op de leer- en opvoedingsdoelen van de school; het creëren van een pedagogisch klimaat waarin alle leerlingen zich veilig en gewaardeerd voelen; het stimuleren van en het begeleiden van de ontwikkeling van sociale vaardigheden bij leerlingen met verschillende sociaal-culturele achtergronden; het inspelen op ontwikkelingen op terreinen als maatschappij en cultuur, natuur en techniek, gezondheid en milieu, politiek en levensbeschouwing; het registreren en evalueren van ontwikkelings- en leerprocessen van leerlingen en het op basis daarvan opstellen van handelingsplannen en het uitvoeren van deze plannen; het signaleren van (sociaal) pedagogische problemen bij leerlingen en het stellen van een eerste diagnose; het deelnemen aan leerlingenbesprekingen en het leveren van een bijdrage daaraan vanuit de eigen deskundigheid; het zo mogelijk begeleiden van ander personeel, zoals de lerarenondersteuner,de onderwijsassistent en/of stagiaires; het bespreken van de voortgang en de ontwikkeling van leerlingen met ouders/verzorgers; 2. Geeft mede leiding en sturing onderwijs en organisatie van de school door o.a.: het vervangen van de directeur bij diens afwezigheid; het mede ontwikkelen en vervolgens bewaken van de missie, identiteit en het gewenste pedagogisch-didactisch klimaat van de school; het mede uitvoeren van alle gemandateerde taken . het mede organiseren van het onderwijs en de begeleiding van de leerlingen van de school; het mede ontwikkelen van kwaliteitsbeleid en het bewaken van de kwaliteit van de werkzaamheden (kwaliteitszorg); 64 het mede pro-actief zorgen voor passende oplossingen voor (dreigende) problemen in de onderwijsuitvoering; het deelnemen aan schooloverstijgende overlegsituaties; het onderhouden van contacten met relevante scholen/instellingen; het onderhouden van contacten met ouders/verzorgers van leerlingen van de school; het mede leiding geven aan het personeel van de school o.a. door het voeren van personeelsgesprekken. 3. Draagt mede zorg voor (beleids)ontwikkeling van de school door o.a.: het mede zorgen voor het voorbereiden, ontwikkelen, implementeren en evalueren van het strategisch beleid van de school; het mede verantwoordelijk zijn voor het voorbereiden, ontwikkelen, implementeren en evalueren van het onderwijskundig beleid van de eenheid; het mede analyseren van ontwikkelingen in de omgeving van de school (onderwijs,welzijn, jeugdzorg) en in de school en het vertalen van deze ontwikkelingen naar beleid en activiteiten voor de school en de stichting; het mede realiseren van multidisciplinaire projecten; het adviseren en informeren van de directeur over de jaarlijkse- en meerjarenplannen en programma's; het mede representeren van de school naar externe instanties. 4. Geeft leiding aan een organisatorische eenheid door o.a.: het leveren van een bijdrage in het managementoverleg; het fungeren als aanspreekpunt van de eenheid; het signaleren van knelpunten en ontwikkelingen in de eenheid; het bewaken van de inhoudelijke en organisatorische lijn in de eenheid; het maken van een jaarplanning voor de eenheid; het organiseren en voorzitten van vergaderingen; het zorgen voor de inval en de begeleiding van deze leerkrachten; het maken van deelbegrotingen en het beheren van het budget van de eenheid. 5. Draagt (mede)zorg voor personeelsmanagement van de eenheid door o.a.: het stimuleren en creëren van mogelijkheden voor de ontwikkeling en begeleiding van medewerkers; het voeren van functionerings- en beoordelingsgesprekken met de medewerkers van de eenheid; het verantwoordelijk zijn voor de personele zorg en het personeelsbeheer van de eenheid; het adviseren van de directeur over personele vraagstukken van de eenheid; het leveren van een bijdrage aan de ontwikkeling van het personeelsbeleid van de school. 6. Geeft leiding aan multidisciplinaire projecten binnen de school en/of in samenwerking met externe partners 7. Het blijvend ontwikkelen van de voor het beroep vereiste bekwaamheden. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het verzorgen van onderwijs en de leerlingbegeleiding, het leiding en sturing geven aan het onderwijs en de multidisciplinaire projecten, het leiding geven aan de medewerkers van de organisatorische eenheid. 65 Kader: de onderwijswet- en regelgeving, het voor de school beschikbare budget en de specifieke beleidskaders van het bestuur en directeur. Verantwoording: aan de directeur over het leiding en sturing geven aan onderwijsprocessen in de school, de uitvoering van het onderwijsproces, het personeelsmanagement en de kwaliteit van onderwijs en leerlingbegeleiding in de organisatorische eenheid en het leiding geven aan multidisciplinaire projecten. 5. Kennis en vaardigheden Brede kennis van ontwikkelingen in het onderwijs en specialistische vakinhoudelijke kennis. Inzicht in het functioneren van de organisatie. Inzicht in vraagstukken en problemen die zich op andere terreinen in het onderwijs en de jeugdzorg afspelen. Adviesvaardigheden. Vaardig in het organiseren en begeleiden van werkprocessen. Vaardig in het onderhouden van contacten en omgaan met conflictsituaties. Vaardig in het aansturen van professionals. 6. Contacten Met ouders en vertegenwoordigende organen over te nemen of genomen beslissingen om relevante aangelegenheden met hen af te stemmen. Met vertegenwoordigers uit het lokale onderwijsveld (o.a. scholen/(scholings)instellingen) over onderwijskundige ontwikkelingen om overleg te voeren en af te stemmen. Met leerlingen om de leerstof te bespreken en uit te leggen en resultaten c.q. problemen te bespreken. Met hulpverleners/specialisten over de problematiek van leerlingen om af te stemmen en tot oplossingen c.q. verbeterde didactische aanpak te komen. Met ouders/verzorgers om de voortgang en ontwikkeling van de leerlingen te bespreken. 66 1. Functienaam Werkterrein Activiteiten Scoreprofiel Somscore Salarisschaal :Directeur DB :Management -> Schoolmanagement Beleid voorbereiden, ontwikkelen, implementeren en evalueren Coördinatie van activiteiten en processen : 44343 43334 43 43 : 49 : DB 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een school voor primair onderwijs. In het managementstatuut zijn de taken en bevoegdheden van de directeur beschreven. De directeur geeft leiding en sturing aan het onderwijs en de organisatie van de school, ontwikkelt het beleid van de school, verzorgt de uitvoering van het onderwijsproces en is belast met het personeelsmanagement. 3. Werkzaamheden 1. Verzorgt onderwijs en leerlingbegeleiding door o.a.: het voorbereiden van de dagelijkse onderwijsactiviteiten en het lesgeven aan en begeleiden van leerlingen en het analyseren van resultaten; het hanteren van verschillende didactische werkvormen en leeractiviteiten, aansluitend op de leer- en opvoedingsdoelen van de school; het creëren van een pedagogisch klimaat waarin alle leerlingen zich veilig en gewaardeerd voelen; het stimuleren van en het begeleiden van de ontwikkeling van sociale vaardigheden bij leerlingen met verschillende sociaal-culturele achtergronden; het inspelen op ontwikkelingen op terreinen als maatschappij en cultuur, natuur en techniek, gezondheid en milieu, politiek en levensbeschouwing; het registreren en evalueren van ontwikkelings- en leerprocessen van leerlingen en het op basis daarvan opstellen van handelingsplannen en het uitvoeren van deze plannen; het signaleren van (sociaal) pedagogische problemen bij leerlingen en het stellen van een eerste diagnose; het deelnemen aan leerlingenbesprekingen en het leveren van een bijdrage daaraan vanuit de eigen deskundigheid; het zo mogelijk begeleiden van ander personeel, zoals de lerarenondersteuner,de onderwijsassistent en/of stagiaires; het bespreken van de voortgang en de ontwikkeling van leerlingen met ouders/verzorgers; 2. Geeft leiding en sturing aan onderwijs en organisatie van de school door o.a.: organiseert het onderwijs en de leerlingenzorg op de school; bewaakt de kwaliteit van de werkzaamheden (kwaliteitszorg); bewaakt de doelstelling, identiteit en het gewenste pedagogisch-didactisch klimaat van de school; organiseert passende oplossingen voor (dreigende) problemen in de onderwijsuitvoering; neemt deel aan schooloverstijgende overlegsituaties, gericht op afstemming van onderwijs- en werkprocessen; onderhoudt de contacten met relevante scholen/instellingen gericht op afstemming van onderwijs en leerlingenzorg, o.a. in het samenwerkingsverband; onderhoudt de contacten met ouders/verzorgers van leerlingen van de school; voert het overleg met de medezeggenschapsraad; 67 3. Draagt zorg voor beleidsontwikkeling door o.a.: volgt en analyseert interne en externe ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op het functioneren van de school; vertaalt de door het bestuur en algemeen directeur vastgestelde strategische beleidslijnen in onderwijsprogrammering en jaarplannen voor de school; is verantwoordelijk voor het voorbereiden, ontwikkelen, implementeren en evalueren van het onderwijsbeleid binnen de school; adviseert de algemeen directeur in het overleg met de gemeente over de totstandkoming van de educatieve agenda van de lokale overheid; adviseert en informeert de algemeen directeur over de jaarlijkse en meerjarenplannen en programma’s van de school en legt beleidsvoorstellen voor aan de algemeen directeur; realiseert projecten; participeert in de meningsvorming in de vergaderingen van de organisatie; neemt deel aan schooloverstijgende beleidscommissies. 4. Draagt zorg voor de uitvoering van het onderwijsproces door o.a.: draagt zorg voor de opstelling van de begroting en het jaarverslag van de school; draagt zorg voor de uitvoering van besluiten van het bestuur en de algemeen directeur; beslist binnen vastgestelde kaders en afspraken over toelating en verwijdering van leerlingen; beslist op advies van specialisten over het doorverwijzen van leerlingen naar hulpinstanties en specialisten. 5. Draagt zorg voor personeelsmanagement door o.a.: geeft leiding aan de medewerkers op de school; stimuleert en creëert mogelijkheden voor de ontwikkeling en begeleiding van medewerkers; voert functionerings- en beoordelingsgesprekken met de medewerkers; is verantwoordelijk voor de personele zorg en het personeelsbeheer op de school; is verantwoordelijk voor de werving en selectie van personeel voor de school; adviseert het de algemeen directeur over personele vraagstukken op de school; levert een bijdrage aan de ontwikkeling van het personeelsbeleid van de organisatie. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het organiseren van het onderwijs en de leerlingenzorg op de school, het vertalen van ontwikkelingen binnen de schoolorganisatie en de omgeving van de school (onderwijs, welzijn, jeugdzorg) naar beleidsvorming en uitvoeringsprogramma's voor de school, het opstellen van de begroting en het jaarverslag van de school, het leiding geven aan de medewerkers op de school. Kader: de onderwijswet- en regelgeving, het voor de school beschikbare budget en de beleidskaders van het bestuur en de algemeen directeur. Verantwoording: aan de algemeen directeur over de leiding en sturing aan het onderwijs en de organisatie van de school, het ontwikkeld beleid van de school, de uitvoering van het onderwijsproces en het personeelsmanagement. 5. Kennis en vaardigheden Brede theoretische kennis van (de ontwikkelingen in) het primair onderwijs. Kennis van de organisatie van onderwijskundige en bedrijfsvoeringprocessen. Inzicht in het functioneren van de organisatie en de daarmee samenhangende besluitvormingscircuits. Inzicht in vraagstukken en problemen die zich op andere terreinen in het onderwijs en de jeugdzorg afspelen. 68 Inzicht in samenhangen tussen het eigen werkterrein en de daarop van invloed zijnde werkprocessen. Adviesvaardigheden. Vaardig in het organiseren en begeleiden van werkprocessen. Vaardig in het onderhouden van contacten en omgaan met conflictsituaties. Vaardig in het aansturen van professionals. 6. Contacten Met ouders en medezeggenschap over te nemen of genomen beslissingen om relevante aangelegenheden met hen af te stemmen en/of hierover te onderhandelen. Met vertegenwoordigers uit het lokale onderwijsveld (o.a. scholen/(scholings)instellingen) over politiek-onderwijskundige ontwikkelingen om af te stemmen en tot positiebepaling te komen. Met vertegenwoordigers bij gemeenten over lokaal onderwijsbeleid om tot nadere afspraken te komen. Met hulpinstanties/specialisten over problemen om tot oplossingen of oplossingsrichtingen voor leerlingen te komen. 69 1. Functienaam Werkterrein Activiteiten Scoreprofiel Somscore Salarisschaal :Directeur DC :Management -> Schoolmanagement Beleid voorbereiden, ontwikkelen, implementeren en evalueren Coördinatie van activiteiten en processen : 44443 44434 43 43 : 52 : DC(+) 2. Context De werkzaamheden worden verricht binnen een grote school voor primair onderwijs, soms met meerdere, grote locaties en binnen een SBO school. In het managementstatuut zijn de taken en bevoegdheden van de directeur beschreven. De directeur geeft leiding en sturing aan het onderwijs en de organisatie van de school, ontwikkelt het beleid van de school, verzorgt de uitvoering van het onderwijsproces en is belast met het personeelsmanagement. Inschaling DC+ is mogelijk in bijzondere situaties. Dit ter beoordeling van het bevoegd gezag. 3. Werkzaamheden 1. Geeft leiding aan het onderwijs en de organisatie van de school door o.a.: organiseert het onderwijs en de leerlingenzorg op de school; bewaakt de kwaliteit van de werkzaamheden (kwaliteitszorg); bewaakt de doelstelling, identiteit en het gewenste pedagogisch-didactisch klimaat van de school; organiseert passende oplossingen voor (dreigende) problemen in de onderwijsuitvoering; neemt deel aan schooloverstijgende overlegsituaties, gericht op afstemming van onderwijs- en werkprocessen; onderhoudt de contacten met relevante scholen/instellingen gericht op afstemming van onderwijs en leerlingenzorg, o.a. in het samenwerkingsverband; onderhoudt de contacten met ouders/verzorgers van leerlingen van de school; voert het overleg met de medezeggenschapsraad; 2. Draagt zorg voor beleidsontwikkeling door o.a.: volgt en analyseert interne en externe ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op het functioneren van de school en de stichting; vertaalt de door het bestuur en algemeen directeur vastgestelde strategische beleidslijnen in meerjaren onderwijsprogrammering en jaarplannen voor de school; is verantwoordelijk voor het voorbereiden, ontwikkelen, implementeren en evalueren van het onderwijsbeleid binnen de school /c.q. de locaties; adviseert de algemeen directeur over te ontwikkelen beleidsdoelen voor de stichting, de vernieuwing van het onderwijsbeleid en de onderwijsprogrammering; adviseert de algemeen directeur in het overleg met de gemeente over de totstandkoming van de educatieve agenda van de lokale overheid; adviseert en informeert de algemeen directeur over de jaarlijkse en meerjarenplannen en programma’s van de school en legt desgevraagd (stichtingsbrede)beleidsvoorstellen voor aan de algemeen directeur; realiseert schooloverstijgende multidisciplinaire meerjaren beleidsprojecten; participeert in de meningsvorming in de vergaderingen van de organisatie; neemt deel aan schooloverstijgende beleidscommissies en vertegenwoordigt de organisatie naar externe overlegpartners. 70 3. Draagt zorg voor de uitvoering van het onderwijsproces door o.a.: draagt zorg voor de opstelling van de begroting en het jaarverslag van de school; draagt zorg voor de uitvoering van besluiten van het bestuur en de algemeen directeur; beslist binnen vastgestelde kaders en afspraken over toelating en verwijdering van leerlingen; beslist op advies van specialisten over het doorverwijzen van leerlingen naar hulpinstanties en specialisten. 4. Draagt zorg voor het personeelsmanagement door o.a.: geeft leiding aan de medewerkers op de school; stimuleert en creëert mogelijkheden voor de ontwikkeling en begeleiding van medewerkers; voert functionerings- en beoordelingsgesprekken met de medewerkers; is verantwoordelijk voor de personele zorg en het personeelsbeheer op de school; is verantwoordelijk voor de werving en selectie van personeel voor de school; adviseert de algemeen directeur over personele vraagstukken op de school; levert een bijdrage aan de ontwikkeling van het personeelsbeleid van de organisatie. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het organiseren van het onderwijs en de leerlingenzorg op de school, het vertalen van de door het bestuur en algemeen directeur vastgestelde strategische beleidslijnen in meerjaren onderwijsprogrammering en jaarplannen voor de school, het opstellen van de begroting en het jaarverslag van de school, het leiding geven aan de medewerkers op de school en het bijdragen aan de algemene organisatieontwikkeling o.a. door het realiseren van multidisciplinaire meerjaren beleidsprojecten. Kader: de onderwijswet- en regelgeving, het voor de school beschikbare budget en de beleidskaders van het bestuur en de algemeen directeur. Verantwoording: aan de algemeen directeur over de leiding en sturing aan het onderwijs en de organisatie van de school, het ontwikkeld beleid van de school en de beleidsadvisering, de uitvoering van het onderwijsproces en het personeelsmanagement. 5. Kennis en vaardigheden Brede theoretische kennis van (de ontwikkelingen in) het primair onderwijs. Kennis van de organisatie van onderwijskundige en bedrijfsvoeringprocessen. Inzicht in het functioneren van de organisatie en de daarmee samenhangende Besluitvormingscircuits. Inzicht in vraagstukken en problemen die zich op andere terreinen in het onderwijs en de jeugdzorg afspelen. Inzicht in samenhangen tussen het eigen werkterrein en de daarop van invloed zijnde Werkprocessen. Adviesvaardigheden. Vaardig in het organiseren en begeleiden van werkprocessen. Vaardig in het onderhouden van contacten en omgaan met conflictsituaties. Vaardig in het aansturen van professionals. 6. Contacten Met ouders en medezeggenschap over te nemen of genomen beslissingen om relevante aangelegenheden met hen af te stemmen en/of hierover te onderhandelen. Met vertegenwoordigers uit het lokale onderwijsveld (o.a. scholen/(scholings)instellingen) over politiek-onderwijskundige ontwikkelingen om af te stemmen en tot positiebepaling te komen. 71 Met vertegenwoordigers bij gemeenten over lokaal onderwijsbeleid om tot nadere afspraken te komen. Met hulpinstanties/specialisten over problemen om tot oplossingen of oplossingsrichtingen voor leerlingen te komen. 72 1.Functienaam Werkterrein Activiteiten Kenmerkscores Somscore : Algemeen adjunct directeur : Management -> Directie/bestuur : Beleid voorbereiden, ontwikkelen, implementeren en evalueren Verrichten van integrale managementtaken : 44444 44444 44 44 : 56 Salarisschaal : DD 2. Context Het bestuur van de stichting vervult in beleidsmatige en beheersmatig zin een bestuur op hoofdlijnen rol, waardoor de algemene directie beleidsmatig verantwoordelijk is voor de ontwikkeling van de strategische beleidsdoelstellingen voor het bestuur van de stichting. Er is sprake van een verregaande mandatering van bestuurstaken. De algemene directie vormt de schakel tussen schoolleiding en het bestuur en onderhoudt de contacten met o.a. gemeenten. De algemene directie draagt zorg voor de strategische beleidsvorming en -advisering aan het bestuur, de beleidsvoorbereiding- en uitvoering op de diverse beleidsterreinen ten behoeve van de scholen, geeft leiding en sturing aan onderwijsen bedrijfsvoeringprocessen en geeft leiding aan de medewerkers van het bestuursbureau. De algemeen directeur en de algemeen adjunct directeur verdelen portefeuilles. De algemeen adjunct directeur vervangt desgevraagd de algemeen directeur op alle beleidsterreinen. 3. Werkzaamheden 1. Het mede zorgdragen voor strategische beleidsvorming en -advisering aan het bestuur o.a.: ontwikkelt mede organisatiebrede strategische doelen en adviseert het bestuur hierover; draagt mede ideeën, concepten en beleidsvoorstellen aan over de ontwikkeling en vernieuwing van het onderwijs en de onderwijsorganisatie; draagt mede zorg voor de voorbereiding, ontwikkeling, implementatie en evaluatie van het organisatiebrede onderwijsbeleid en de bedrijfsvoering; leidt multidisciplinaire projecten en/of is voorzitter van commissies en neemt deel aan strategische beleidsontwikkeling van het bestuur; adviseert mede het bestuur over het scheppen van de benodigde randvoorwaarden; levert mede managementinformatie aan het bestuur; vertegenwoordigt mede het bestuur naar externe overlegpartners; 2. Het mede zorgdragen voor beleidsvoorbereiding en -uitvoering voor scholen o.a.: vertaalt mede het strategisch bestuursbeleid naar algemene beleidsuitgangspunten en kaders voor de scholen; vertaalt mede het strategisch bestuursbeleid naar meerjarenbeleid voor onderwijsprogrammering en organisatieontwerp op de scholen; vertaalt mede het strategische bestuursbeleid naar een inbreng in de totstandkoming van de educatieve agenda van lokale overheden; initieert en stimuleert vernieuwing van het onderwijsbeleid; zorgt mede voor de totstandkoming van jaarplannen op de scholen en de afstemming tussen die plannen; 73 3. Mede leiding en sturing organisatie o.a.: geeft mede leiding aan de directeuren van de scholen; geeft mede leiding aan het personeel van het bestuursbureau door o.a. het maken van afspraken en het houden van functionerings- en beoordelingsgesprekken; is mede verantwoordelijk voor de opstelling van een organisatiebrede meerjarenbeleidsplan, de meerjarenbegroting en de jaarlijkse begroting; is mede verantwoordelijk voor de opstelling van het (sociaal) jaarverslag en de jaarrekening; vertegenwoordigt mede de organisatie in interne en externe overlegsituaties o,a. de GMR, de vakcentrales en het overleg met de lokale overheden; legt en onderhoudt mede politiek/bestuurlijke contacten, contacten met de lerarenopleidingen en met relevante instellingen voor onderwijs (begeleiding), welzijn en jeugdzorg; zorgt mede voor coördinatie en afstemming van de contacten en het opbouwen van netwerken. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het mede ontwikkelen van organisatiebrede strategische doelen en advisering van het bestuur hierover, het mede vertalen van het strategisch bestuursbeleid naar algemene beleidsuitgangspunten en kaders voor de scholen, het mede leiding geven aan de directeuren van de scholen en het personeel van het bestuursbureau. Kader: algemeen geformuleerde strategische beleidskaders van het bestuur. Verantwoording: aan het bestuur over de strategische beleidsvorming en - advisering aan het bestuur vanuit de algemene directie, de bijdrage in de beleidsvoorbereiding- en uitvoering op de diverse beleidsterreinen van de scholen, het mede leiding en sturing geven aan de schoolorganisatie. 5. Kennis en vaardigheden Brede kennis en inzicht in de maatschappelijke ontwikkelingen in relatie tot het funderend onderwijs. Inzicht in de organisatie en bedrijfsvoering van het primair onderwijs. Vaardigheid in het leidinggeven aan professionals. Vaardigheid in het omgaan met tegengestelde belangen en in het ontwikkelen van draagvlak voor nieuwe ideeën en concepten. Vaardigheid in het ontwikkelen, uitdragen en verdedigingen van standpunten, nieuw ideeën, onderwijsprogrammering etc. 6. Contacten Met directeuren van scholen over beleidsaangelegenheden om adviezen te formuleren en om afstemming en draagvlak te creëren voor het relevante beleid van de organisatie. Met lokale overheden om deel te nemen aan het overleg en daarbij de standpunten van de organisatie in te brengen en te verdedigen. Met andere onderwijsorganisaties,onderwijsgerichte instellingen en andere relevante organisaties om het beleid en de belangen van de organisatie uit te dragen, te verdedigen en te behartigen. Met vertegenwoordigers bij gemeenten over lokaal onderwijsbeleid om tot nadere afspraken te komen. 74 1.Functienaam Werkterrein Activiteiten Kenmerkscores Somscore : Algemeen directeur : Management -> Directie/bestuur Beleid voorbereiden, ontwikkelen, implementeren en evalueren Verrichten van integrale managementtaken : 45444 45544 44 44 : 59 Salarisschaal : DE 2. Context Het bestuur van de stichting vervult in beleidsmatige en beheersmatig zin een bestuur op hoofdlijnen rol, waardoor de algemene directie beleidsmatig verantwoordelijk is voor de ontwikkeling van de strategische beleidsdoelstellingen voor het bestuur van de stichting. Er is sprake van een verregaande mandatering van bestuurstaken. De algemene directie vormt de schakel tussen schoolleiding en het bestuur en onderhoudt o.a. de contacten met gemeenten. De algemene directie draagt zorg voor de strategische beleidsvorming en -advisering aan het bestuur, de beleidsvoorbereiding- en uitvoering op de diverse beleidsterreinen ten behoeve van de scholen, geeft leiding en sturing aan onderwijsen bedrijfsvoeringprocessen en geeft leiding aan de staf van het bestuursbureau. De algemeen directeur en de algemeen adjunct directeur verdelen portefeuilles. 3. 1. Werkzaamheden Strategische beleidsvorming en -advisering aan het bestuur o.a.: ontwikkelt organisatiebrede strategische doelen en adviseert het bestuur hierover; stelt de algemene beleidskaders vast; draagt ideeën, concepten en beleidsvoorstellen aan over de ontwikkeling en vernieuwing van het onderwijs en de onderwijsorganisatie; draagt zorg voor de voorbereiding, ontwikkeling, implementatie en evaluatie van het organisatiebrede onderwijsbeleid en de bedrijfsvoering; leidt multidisciplinaire projecten en/of is voorzitter van commissies en neemt deel aan strategische beleidsontwikkeling van het bestuur; adviseert het bestuur over het scheppen van de benodigde randvoorwaarden; levert managementinformatie aan het bestuur; vertegenwoordigt het bestuur naar externe overlegpartners; voert overleg met de GMR namens het bestuur; 2. Beleidsvoorbereiding en -uitvoering voor scholen o.a.: vertaalt het strategisch bestuursbeleid naar algemene beleidsuitgangspunten en kaders voor de scholen; vertaalt het strategisch bestuursbeleid naar meerjarenbeleid voor onderwijsprogrammering en organisatieontwerp op de scholen; vertaalt het strategische bestuursbeleid naar een inbreng in de totstandkoming van de educatieve agenda van lokale overheden; initieert en stimuleert vernieuwing van het onderwijsbeleid; zorgt voor de totstandkoming van jaarplannen op de scholen en de afstemming tussen die plannen. 3. Leiding en sturing organisatie o.a.: 75 Geeft leiding aan de directeuren van de scholen en de staf van het bestuursbureau door o.a. het maken van afspraken, het houden van functionerings- en beoordelingsgesprekken; is verantwoordelijk voor de opstelling van een organisatiebrede meerjarenbeleidsplan, de meerjarenbegroting en de jaarlijkse begroting; is verantwoordelijk voor de opstelling van het (sociaal) jaarverslag en de jaarrekening; vertegenwoordigt de organisatie in interne en externe overlegsituaties o,a. de GMR, de vakcentrales en het overleg met de lokale overheden; legt en onderhoudt politiek/bestuurlijke contacten, contacten met de lerarenopleidingen en met relevante instellingen voor onderwijs (begeleiding), welzijn en jeugdzorg; zorgt voor coördinatie en afstemming van de contacten en het opbouwen van netwerken. 4. Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het ontwikkelen van organisatiebrede strategische doelen en advisering van het bestuur hierover, het vertalen van het strategisch bestuursbeleid naar algemene beleidsuitgangspunten en kaders voor de scholen, het leiding geven aan de directeuren van de scholen en de staf van het bestuursbureau. Kader: algemeen geformuleerde strategische beleidskaders van het bestuur. Verantwoording: aan het bestuur over de strategische beleidsvorming en - advisering aan het bestuur, de beleidsvoorbereiding- en uitvoering op de diverse beleidsterreinen van de scholen, het leiding en sturing geven aan de schoolorganisatie. 5. Kennis en vaardigheden Brede kennis en inzicht in de maatschappelijke ontwikkelingen in relatie tot het funderend onderwijs. Inzicht in de organisatie en bedrijfsvoering van het primair onderwijs. Vaardigheid in het leidinggeven aan professionals. Vaardigheid in het omgaan met tegengestelde belangen en in het ontwikkelen van draagvlak voor nieuwe ideeën en concepten. Vaardigheid in het ontwikkelen, uitdragen en verdedigingen van standpunten, nieuw ideeën, onderwijsprogrammering etc. 6. Contacten Met directeuren van scholen over beleidsaangelegenheden om adviezen te formuleren en om afstemming en draagvlak te creëren voor het relevante beleid van de organisatie. Met lokale overheden om deel te nemen aan het overleg en daarbij de standpunten van de organisatie in te brengen en te verdedigen. Met andere onderwijsorganisaties,onderwijsgerichte instellingen en andere relevante organisaties om het beleid en de belangen van de organisatie uit te dragen, te verdedigen en te behartigen. Met vertegenwoordigers bij gemeenten over lokaal onderwijsbeleid om tot nadere afspraken te komen. 76