Borstvoeding aan een randpremature of dysmature baby

advertisement
PATIËNTEN
INFORMATIE
Borstvoeding aan
een randpremature
of dysmature baby
2
PATIËNTENINFORMATIE
De meeste informatie over het geven van borstvoeding is gericht op de
baby die na 37 weken geboren is met een normaal gewichtspatroon.
Borstvoeding geven aan een randpremature (te vroeg geboren) of
dysmature (met te laag geboortegewicht) baby gaat meestal anders dan
bij een baby die op tijd geboren is met een normaal gewichtspatroon.
In deze folder willen we u meer informatie geven over het geven van
borstvoeding aan een randpremature en/of dysmature baby.
Voor algemene informatie over borstvoeding raden we u aan de folder
‘Borstvoeding’ door te nemen.
De geboorte
Wanneer een baby geboren wordt tussen de 35 en 37 weken spreken we
van een randpremature baby.
Een dysmature baby is een baby die een te laag geboortegewicht heeft
voor het aantal zwangerschapsweken.
De verschillen bij deze baby’s zijn vaak groot. Een baby van 36 weken
met een goed gewicht kan soms meer, zoals effectiever of langer
drinken, dan een baby van 38 weken met een laag gewicht, en
omgekeerd. De ene baby kan op de Kraamafdeling blijven terwijl een
ander meer medische zorg nodig heeft en toch een tijdje op de afdeling
Neonatologie moet doorbrengen.
Wat zijn de verschillen?
De dingen die bij een randprematuur of dysmature baby anders kunnen
gaan hebben betrekking op het voeden, slapen, ademen of het
behouden van een goede temperatuur. Soms is er sprake van een
medische situatie, bijvoorbeeld een baby met te lage bloedsuikers,
infectie of geel zien. Dan is een opname op de afdeling Neonatologie
vaak nodig.
3
Voeden
Een te vroeg geboren baby of een baby met een laag gewicht kan wat
meer moeite hebben met het drinken aan de borst. Vaak is het wel
mogelijk om direct na de geboorte aan te leggen. Een dysmature baby
heeft hier vaak wel de kracht voor. Een randpremature baby laat hierbij
meer aanloopproblemen zien. De ene baby meldt zich vaak genoeg en
gaat goed groeien. De andere baby slaapt juist meer en komt daardoor
minder vaak voor een voeding en krijgt dan te weinig voeding binnen.
Belangrijk is om te kijken hoeveel kracht de baby heeft om goed aan de
borst te drinken.
Een voeding duurt gemiddeld langer dan bij op tijd geboren baby’s. Het
is daarom belangrijk om er op te letten dat de baby ‘effectief’ aan de
borst drinkt en geen energie verliest met alleen zuigen en sabbelen aan
de borst.
Een randpremature baby laat kortere zuigreeksen zien aan de borst en
neemt vaker en langere pauzes tussendoor.
Het kan zo zijn dat een dysmature of randpremature baby pas na enkele
dagen meer problemen laat zien. Ze gaan steeds meer slapen en
slechter drinken. Het is dan goed om een nieuw plan te maken, u kunt
de verpleegkundige of lactatiekundige om advies vragen.
Slapen
Over het algemeen slaapt een randpremature of dysmature baby meer
dan een op tijd geboren baby. Dat betekent dat ze gewekt moeten
worden voor een voeding. Dit gebeurt meestal om de drie uur. Het kan
nut hebben om deze baby’s eens een keer vier uur te laten slapen en te
kijken of zij zichzelf melden voor een voeding en dan actiever zijn.
4
PATIËNTENINFORMATIE
Ademen
In sommige gevallen heeft de randpremature baby meer moeite met
ademhalen. Dit kan komen door een verminderde spierspanning,
hierdoor is het zuigen lastiger. Wanneer een baby stresssignalen
(fronsen, neusvleugelen, snelle ademhaling, knoeien of opvallende
geluidjes maken) laat zien tijdens een voeding, zal de voeding
onderbroken moet worden.
Temperatuur
Een randprematuur of dysmatuur heeft minder lichaamsvet en kan
daarom moeite hebben om zichzelf op temperatuur te houden. Het is
belangrijk om de baby goed op temperatuur te houden door een
omslagdoek te gebruiken en kruikjes. Ook huid op huid contact bij de
moeder zorgt ervoor dat de temperatuur stabiel blijft. Wanneer het
minder energie kost voor een baby om zich zelf op temperatuur te
houden, houdt hij meer energie over om goed te kunnen drinken.
De eerste dagen
Na de geboorte is het goed om te blijven observeren hoe de baby aan
de borst drinkt. Daarnaast kunt u extra aandacht hebben voor:
−− Veel huid op huid contact na de bevalling. Dit zorgt voor een hoger
hartritme, hogere temperatuur, hogere bloedsuiker, hogere saturatie
(zuurstofvoorziening van het bloed) en meer kans op een goede
poging op de eerste keer aanleggen.
−− De lichamelijke conditie zoals: vaker temperaturen, alert zijn op geel
zien, op slaperigheid of sufheid van de baby.
−− Het wakker maken van de baby voor voedingen.
−− Het op gang brengen van de melkproductie als de baby niet effectief
genoeg drinkt.
−− Wanneer nodig, start tijdig met kolven. Er wordt soms gestart met
bijvoeding geven in de vorm van afgekolfde moedermelk.
5
Bijvoeding
Het kan zo zijn dat de baby na enkele dagen toch onvoldoende melk
binnenkrijgt uit de borst en teveel af valt. Het geven van extra melk,
naast de voedingen aan de borst, kan dan een tijdelijke oplossing zijn.
Dit kan gegeven worden door middel van cupvoeden of de fles.
Hulp
Wanneer u nog in het ziekenhuis verblijft, wordt u begeleidt bij de
verzorging van uw baby door de verpleegkundigen. Op werkdagen is
het ook altijd mogelijk om de lactatiekundige te spreken. Vraag de
verpleegkundige voor een afspraak.
Het ontslag uit het ziekenhuis
Bij het ontslag vanuit het ziekenhuis is een duidelijke overdracht naar de
kraamverzorgende van belang. U ontvangt een ‘plan van aanpak’ zodat u
weet hoe u verder kunt gaan na het ziekenhuisverblijf. Bedenkt u wel dat
bij een premature of dysmature baby het plan per dag kan veranderen.
Als u geen kraamzorg meer hebt, kunt u voor vragen contact opnemen
met een lactatiekundige, een vrijwilliger van Vereniging Borstvoeding
Natuurlijk of La Leche Leaque (zie voor contactgegevens hieronder).
Hoe gaat het vaak verder?
Of het geven van borstvoeding lukt heeft met meerdere zaken te maken.
Een goede begeleiding is belangrijk. Vraag om hulp aan de
verloskundige, verpleegkundige/kraamverzorgende of de
lactatiekundige. Het geven van borstvoeding aan een randpremature/
dysmature baby kan behoorlijk wat doorzettingsvermogen van de ouders
vragen.
De randpremature baby heeft soms enkele weken nodig voor hij de
techniek van het drinken aan de borst voldoende onder de knie heeft.
De dysmature baby heeft soms vooral meer grammen nodig!
6
PATIËNTENINFORMATIE
Ook na enkele weken oefenen kan het nog prima lukken om moeder en
kind van volledige borstvoeding te laten genieten.
Tot slot
In Nederland zijn verschillende borstvoedingsorganisaties actief. U kunt
bij hen terecht voor meer informatie, het bestellen van een folder of het
volgen van een cursus. Ook worden er ontmoetingsavonden en
borstvoeding- en mamacafés georganiseerd waar u met andere moeders
ervaringen kunt uitwisselen.
Nederlandse Vereniging van Lactatiekundigen
Postbus 1444, 1300 BK Almere
www.nvlborstvoeding.nl
Vereniging Borstvoeding Natuurlijk
Postbus 119, 3960 BC Wijk bij Duurstede
T: (0343) 57 66 26
Telefoonnummers van contactpersonen in de regio kunt u vinden op
www.borstvoedingnatuurlijk.nl
La Leche League
Postbus 212, 4300 AE Zierikzee
T: (0111) 41 31 89
www.lalecheleaque.nl
7
De informatie in deze folder is belangrijk voor u. Als u moeite heeft met de Nederlandse taal, zorg dan dat u
deze folder samen met iemand leest die de informatie voor u vertaalt of uitlegt.
The information in this brochure is important for you. If you have any difficulties understanding Dutch, please
read this brochure together with somebody who can translate or explain the information to you.
Bu broşürdeki bilgi sizin için önemlidir. Hollandaca dilde zorlanıyorsanız, bu broşürü size tercüme edecek ya da
açıklayacak biriyle birlikte okuyun.
Informacje zawarte w tym folderze są ważne dla Państwa. Jeśli język niderlandzki sprawia Państwu trudność,
postarajcie się przeczytać informacje zawarte w tym folderze z kimś, kto może Państwu je przetłumaczyć lub objaśnić.
Maasstad Ziekenhuis
3079 DZ Rotterdam
T: (010) 291 19 11
E: [email protected]
I: www.maasstadziekenhuis.nl
I: www.maasenik.nl (kinderwebsite)
mzp2855 september 2016
Maasstadweg 21
Download