Resultaat- en Impactmeting voor goede doelen Op weg naar beter evalueren, meten en verantwoorden van bestedingen Auteurs: drs. E.M. Ten Hoorn drs. W.M. Stubbe Resultaat- en Impactmeting voor goede doelen Op weg naar beter evalueren, meten en verantwoorden van bestedingen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Voorwoord In de afgelopen decennia is het belang voor goededoelen- verhoging van de administratieve lastendruk. Voor met name gen aan de hand van de strenge criteria, die ook betrekking organisaties om resultaten inzichtelijk te maken gegroeid. Dit kleinere en beginnende goededoelenorganisaties kan het hebben op de bestedingen. Het doel van deze publicatie is belang komt onder meer voort uit een aanhoudende vraag lastig zijn om investering in evaluaties te legitimeren bij hun om de kwaliteit van de bestedingen en de verantwoording van institutionele en private donateurs om transparantie en achterban. Dit mag echter geen reden zijn om helemaal niet daarvan door de goededoelenorganisaties te verhogen. een heldere verantwoording van de resultaten. De laatste te werken aan resultaat- en impactmeting en het communice- Het CBF-Keur gaat immers om zowel verantwoorde fondsen- tijd, en voor organisaties in de ontwikkelingssamenwerking ren van resultaten aan donateurs. Zoals Swanborn (2007) in werving als bestedingen. In het Register goede doelen op al langer, is daar de vraag bijgekomen hoe de resultaten het handboek Evalueren aangeeft is er geen enkele algeme- www.cbf.nl treft u daarover informatie aan. onderbouwd kunnen worden door metingen en welke ne methode voor een bepaalde situatie alleenzaligmakend. verdere effecten en impact goede doelen hebben op hun Elke evaluatie dient afgestemd te worden op de situatie en Het meten van resultaten en impact maakt soms al deel uit doelgroep en de maatschappij. Een klein gebaar kan een vaak is een meervoudige aanpak het beste om het evaluatie- van de evaluaties die goededoelenorganisaties uitvoeren. groot effect hebben. Dit symboliseert de vlinder op de onderzoek te verbeteren. Vanuit het donateursbelang bepleit Toch is er nog veel te winnen op dit gebied en geven voorkant van deze publicatie. Kleine vlinderslagen kunnen het CBF dat alle goededoelenorganisaties het evalueren seri- veel goededoelenorganisaties aan dat zij hierin willen meer impact hebben dan wij soms kunnen waarnemen. Het eus op blijven pakken en dit (blijven) ontwikkelen. doorontwikkelen. traditionele geven (doe goed en zie niet om) neemt bij som- Het CBF wil goededoelenorganisaties graag deze publica- mige donateurs af. Men geeft niet louter vanuit het hart. In Evaluaties zijn sinds 2001 een belangrijk aspect binnen tie aanbieden voor het verder stimuleren en ontwikkelen van toenemende mate worden vraagtekens gezet bij de effectivi- het CBF-Keur, bijvoorbeeld als onderdeel van goed bestuur, resultaat- en impactmeting. Hiermee wil het CBF een brug teit van schenkingen. Heeft al dat geven wel nut? De laatste de beleidscyclus en de verantwoording over bestedingen. slaan naar de praktijk. Vragen die veel goededoelenorgani- meting van het Nederlandse Donateurspanel laat zien dat Impactevaluaties zijn echter geen verplichting binnen het saties hebben, zijn bijvoorbeeld: mensen kiezen voor een goed doel op basis van het onder- CBF-Keur. Na de vervlechting van de Code Wijffels met werp, maar dat mensen overwegen om te stoppen met het CBF-Keur in 2008 zijn aan het keurmerk drie ‘principes’ geven als het goede doel niet laat zien dat het geld goed toegevoegd waarin goededoelenorganisaties uiting kunnen besteed is of wanneer het werk niet tot concrete resultaten geven aan hoe zij blijven werken aan goed intern bestuur, leidt. De onderzoekers pleiten ervoor dat goededoelenorga- effectiviteit en efficiency van bestedingen en de omgang met • Zijn er modellen of instrumenten die ik kan toepassen? nisaties in hun communicatie laten zien wat de impact is van de belangrijkste belanghebbenden. Deze publicatie sluit met • Kan ik extra fondsen werven voor evaluaties? donateursgiften en wat met dat geld bereikt wordt (WWAV, name aan bij het tweede principe, dat goededoelenorga- • Wat leveren resultaat- en impactmeting op? 2013). Voor goededoelenorganisaties is dit een moeilijk nisaties continu werken aan een optimale besteding van de • Wat kan ik doen met positieve en eventuele negatieve dilemma, want meer rationele overwegingen bij donateurs middelen, zodat effectief en doelmatig gewerkt wordt aan leiden waarschijnlijk niet tot een verhoging van het filantropi- het realiseren van de doelstelling. In het kader van het toe- sche schenkvolume. Daarnaast leiden de evaluatie- en rap- zicht visiteren de medewerkers van het CBF jaarlijks tiental- Op deze en andere vragen probeert deze publicatie een portage-eisen van de diverse institutionele donoren tot een len goededoelenorganisaties en beoordelen zij de instellin- antwoord te vinden vanuit het gezichtspunt van goede- • Waarom en in welke mate zijn resultaat- en impactmeting belangrijk voor mijn organisatie? • Hoe begin ik met resultaat- en impactmeting en hoe voer ik dit uit? uitkomsten? VOORWOORD |3 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 doelenorganisaties. Uiteraard zijn er allerlei manieren om Het CBF wil graag iedereen bedanken die heeft bijgedra- de sector): Fabio Poelhekke, senior beleidsmedewerker bij informatie over resultaat- en impactmeting te bundelen. Deze gen aan de totstandkoming van deze publicatie. Te begin- Wilde Ganzen; Mirjam Locadi, Evaluation Manager bij publicatie heeft dan ook geenszins het uitgangspunt om nen met de auteurs drs. Wendy Stubbe, senior consultant bij Partos; Marianne Gybels, Manager Program Development hierin volledig te zijn. Deze publicatie is bedoeld als aanvul- CSR Academy, en drs. Esther Ten Hoorn, senior controller bij 1%CLUB; Peter Schoof, directeur Hersenstichting en ling op en bundeling van bestaande publicaties. en beleidsmedewerker bij het CBF. Deze publicatie is onder bestuurslid Samenwerkende GezondheidsFondsen; Luuk verantwoordelijkheid van het CBF uitgegeven. Ook aan van Kempen en Lau Schulpen, Researchers/Lecturers ver- Het CBF richt zich met name op het toezicht op verant- de andere medewerkers van het CBF die hun input hebben bonden aan CIDIN; Kellie Liket, PhD-Student en Karen woorde fondsenwerving en verantwoorde besteding. De gegeven bij het schrijven en redigeren van de publicatie Maas, Assistant Professor verbonden aan het ECSP; Cecile voorliggende publicatie is vooral bestemd voor de directeu- wordt dank uitgesproken. Kusters, docent verbonden aan Wageningen UR Centre for ren, projectleiders en andere medewerkers van goededoe- Development Innovation. lenorganisaties die zich bezighouden met het evalueren en Hartelijk dank aan prof. dr. Ruerd Ruben, verbonden aan verantwoorden van bestedingen. Daarnaast is deze publica- het Centre for International Development Issues Nijmegen Drs. A.J.J. Kemps tie ook nuttig voor branche- of koepelorganisaties en andere (CIDIN) van de Radboud Universiteit Nijmegen en directeur Directeur CBF belanghebbenden. Hierin is de keuze gemaakt om alle Inspectie Ontwikkelingssamenwerking en Beleidsevaluatie keurmerkhouders aan te spreken, zowel kleine, middelgrote (IOB) van het ministerie van Buitenlandse Zaken, voor het als grotere goededoelenorganisaties en minder om volledig schrijven van een inleiding en het geven van inhoudelijke te zijn in de wetenschappelijke en meer complexe aspecten adviezen. van impactevaluaties voor grote projecten. In het bijzonder gaat dank uit naar Rian Fokker, directeur Deze publicatie sluit aan op de handleiding bij het van Heifer Nederland, Rien Timmer, directeur van Vereniging Reglement CBF-Keur en bevat een begrippenkader en Samenwerkingsverband Exodus Nederland en Riekje de beschrijving van instrumenten die als hulpmiddel gebruikt Vries, bestuursvoorzitter van Stichting Projecten Zuid-Afrika, kunnen worden bij de kwaliteitsverbeteringen zoals die omdat zij in interviews hun ervaringen met resultaat- en vereist worden in het CBF-Keur. Keurmerkhouders kunnen impactmeting wilden delen en zij voor de publicatie foto’s hiervan gebruik maken bij het schrijven van de periodieke beschikbaar hebben gesteld. verantwoordingsverklaring en de bespreking hiervan met het Daarnaast bedankt het CBF de wetenschappers, branche- CBF als onderdeel van de periodieke beoordeling door het organisaties en goededoelenorganisaties die een bijdrage CBF. hebben geleverd aan deze publicatie door hun inspirerende ervaringen en zienswijzen met betrekking tot dit onderwerp te geven (zie het hoofdstuk Visies en ervaringen uit 4 | VOORWOORD 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Samenvatting Het belang voor goededoelenorganisaties om resultaten en Beide uitgangspunten kunnen door goededoelenorganisaties In deze publicatie worden tien stappen voorgesteld als ‘impact’ te meten groeit. In deze publicatie wordt daarom worden gehanteerd. Belangrijk is dat goededoelenorganisa- leidraad voor goededoelenorganisaties om resultaat- en uitgebreid stilgestaan bij de verschillende achtergronden van ties in discussies en rapportages helder laten blijken wat zij impactmeten te ontwikkelen en uit te voeren. Deze tien stap- het ‘impactdenken’ en wat veelgebruikte begrippen, zoals onder impact verstaan. pen zijn verdeeld in drie fasen: voorbereiden, meten en resultaten, output, outcome en impact betekenen. Ook wor- verantwoorden. den vele tips en voorbeelden gegeven aan goede doelen STAP waar zij op kunnen letten bij het voorbereiden en uitvoeren van resultaat- en impactmeting. Na een introducerend hoofd- Hoofdstuk II Voorbereiden stuk met achtergrondinformatie, wordt in tien stappen uitgelegd hoe goededoelenorganisaties resultaat- en impactmeten kunnen ontwikkelen en uitvoeren. Impact kan op verschillende manieren worden gedefinieerd. In de wetenschappelijke literatuur zijn grofweg twee stromingen hierin (White, 2009): • Impact als de duurzame, langetermijnveranderingen als gevolg van een activiteit. In lijn met deze stroming is de DAC-definitie van impact: ‘positieve en negatieve, Hoofdstuk III Meten primaire en secundaire langetermijneffecten die het resultaat zijn van een interventie, direct of indirect, bedoeld of onbedoeld’ (OECD-DAC, 2002:24, vrij vertaald uit het Engels). • Impacteffecten als de verandering die tot stand is gebracht door de activiteit minus ‘wat er toch al aan veranderingen zou hebben plaatsgevonden’ (Clark et al., 2004). Het verschil met de eerder beschreven stroming is dat Hoofdstuk IV Verantwoorden 1 Keuze wat evalueren + wat wil ik bereiken (Theory of Change) 2 SMART-doelstellingen + prestatie-indicatoren 3 Nulmeting en betrekken belanghebbenden hierbij 4 Context en attributie: wat doen anderen en wat is mijn bijdrage 5 Meetmodel beschrijven 6 Meetinstrument kiezen 7 Gegevens verzamelen en analyseren 8 Evaluatie rapportage 9 Leren van evalueren 10 Communiceren van de bevindingen aan belanghebbenden met name het toewijzen van het effect aan een activiteit centraal staat. Dit wordt ook wel attributie genoemd. SAMENVATTING | 5 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Voorbereiden De eerste vijf stappen zijn voorbereidende stappen, die voor het meten van resultaten en impact van belang zijn nog vóór dat de activiteit wordt uitgevoerd. 1. Impact meten begint met het maken van de keuze of er gegeven van goede en minder goed geformuleerde SMART-doelstellingen en prestatie-indicatoren. 3. De derde stap bestaat uit het bepalen van de beginsitu- De vergelijking in de tijd kan door gegevens uit de nulmeting te vergelijken met de situatie na afloop van het project. Het vergelijken van de uitkomsten met of zonder atie (nulmeting) en het betrekken van belanghebbenden activiteit doet men door dezelfde gegevens te verzame- wordt geëvalueerd op project-, programma- of organi- daarbij. Op basis van de beginsituatie kan achteraf len onder een groep/populatie die geen deel uitmaakt satieniveau, gevolgd door het beschrijven van het denk- beter worden bepaald welke veranderingen als gevolg model hoe de beoogde veranderingen tot stand gaan van de activiteit hebben plaatsgevonden bij de doel- worden gebracht. Dit heet ook wel de verandertheorie, groep of in de maatschappij. Dit kan een behoeftepei- en impact worden gemeten in een meetmodel. Het veranderboom of ‘Theory of Change’. In dit denkmodel ling onder de doelgroep zijn, het verzamelen van basis- meetmodel geeft meer duidelijkheid in hoe de organi- wordt de waardeketen van de beoogde veranderingen van het project (de controlegroep). 5. De vijfde stap is het beschrijven van hoe de resultaten gegevens over de doelgroep of een omgevingsanalyse. satie wil meten of resultaat- en impactmeting haalbaar uitgeschreven: benodigde middelen (inputs), beoogde 4. De vierde stap bestaat uit het omschrijven van de context is en waarover de organisatie wil communiceren. Een resultaten (outputs), beoogde effecten van die resultaten waarin de meting wordt verricht. Het is raadzaam om belangrijk onderdeel van het meetmodel is het bepa- (outcomes) en het beoogde mogelijke langetermijn-netto- na te gaan wat andere organisaties die vergelijkbare len of de gegevens die nodig zijn voor de evaluatie effect van positieve, negatieve, bedoelde, onbedoelde, activiteiten uitvoeren al hebben gedaan en gemeten op bereikbaar of beschikbaar zijn of hoe en wanneer deze directe en indirecte effecten en in hoeverre deze zou- dit gebied. Door gebruik te maken van informatie die al kunnen worden verzameld. Voor het verzamelen van den kunnen worden toegeschreven aan de activiteiten voorhanden is, kunnen tijd en kosten bespaard worden. gegevens zijn diverse methoden beschikbaar, zoals (impact). Ook is het goed om van tevoren al na te denken over interviews, focusgroepen, vragenlijsten en dossieronder- 2. De tweede stap is het formuleren van SMART-doelstel- hoe aannemelijk kan worden gemaakt dat de beoogde zoek. Het kan ook wenselijk zijn om te beschrijven of er lingen en het benoemen van prestatie-indicatoren. De impact het gevolg is geweest van de geïmplementeerde additionele fondsen dienen te worden geworven voor letters van SMART staan voor: Specifiek, Meetbaar, activiteit of welk aandeel in de verandering kan worden de evaluatie en welke mogelijkheden en verwachtingen Acceptabel, Realistisch en Tijdgebonden. toegeschreven aan de activiteit (attributie). Dit kan wor- hiervoor zijn. Met behulp van prestatie-indicatoren kan de organisatie den gedaan door beschrijving van het speelveld waarin de voortgang van haar prestaties meten en beoordelen. wordt gewerkt, welke andere organisaties actief zijn op Prestatie-indicatoren zijn variabelen om prestaties van hetzelfde terrein, hun invloed op de doelgroep en door organisaties, beleid, programma’s, projecten of activitei- te meten: ten te analyseren. Een prestatie-indicator is een meetbaar getal dat aangeeft of de doelstellingen worden behaald, vaak een bedrag, een percentage, een aantal of een tijdseenheid. In deze publicatie worden diverse voorbeelden 6 | SAMENVATTING 1.Vergelijking van de situatie vóór en na de activiteit (analyse in de tijd). 2.Vergelijking van de situatie met en zonder activiteit (counterfactual analysis). 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Meten 6. Het kiezen van een meetinstrument. Er zijn talloze instrumenten voorhanden om de prestaties en resultaten van een organisatie inzichtelijk te maken. Het is niet verplicht om gebruik te maken van instrumen- Stap 1: Stap 2: Stap 3: Stap 4: Stap 5: Theory of Change SMART/ Beginsituatie Context/Attributie Meetmodel indicatoren ten, alhoewel sommige financiers wel een model kun- SROI +++ +++ + +++ ++ nen voorschrijven. In deze publicatie is ervoor gekozen SIA +++ ++ ++ +++ + PVS ++ +++ + + ++ PIA +++ +++ ++ +++ +++ BoP ++ +++ + + +++ Logframe +++ +++ +++ ++ +++ om slechts een aantal veelgebruikte meetinstrumenten te laten zien. Genoemd worden: de Most Significant Change Method, Timeline Analysis, Participatory Assessment of Development, Result Chain Analysis, Outcome Mapping, Theory Based Evaluation, Benchmarking, Randomized Controlled Trial en Quasi-experimentele Methoden. Op zes methoden wordt dieper ingegaan, namelijk Social Return on Investment (SROI), Kenmerken van meetinstrumenten Social Impact Assessment (SIA), Public Value Scorecard (PVS), Participatory Impact Assessment (PIA), Base of the Pyramid Impact Assessment Framework (BoP) en het Logical Framework (Logframe). Een belangrijke vraag is welk instrument het meest geschikt is voor de evaluatie die gaat worden uitgevoerd. Hiervoor is gekeken naar in hoeverre de meetinstrumenten aandacht geven aan de vijf voorbereidende stappen in deze publicatie. Dit resulteert in het overzicht hiernaast. 7. H et verzamelen en analyseren van gegevens. Bij meten wordt al gauw in getallen gedacht, maar het meten van resultaat en impact beperkt zich hier niet toe. De gegevens die gebruikt worden in een evaluatie kunnen zowel kwalitatief als kwantitatief van aard zijn of een combinatie van beide. SAMENVATTING | 7 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Verantwoorden 8. Rapporteren. Kwalitatieve onderzoeksmethoden Kwantitatieve onderzoeksmethoden Storytelling Vragenlijsten per post, e-mail, internet of telefoon Bijeenkomsten en workshops Door de onderzoeker afgenomen enquêtes Informele gesprekken Informatie uit registratie voorbeelden en suggesties gegeven voor het opstellen Visitaties Informatie uit dossiers en documenten is onder meer voor welke doelgroep de rapportage Observaties, beschrijvend Observaties, tellend Eén-op-één interviews, gestructureerd of semi-gestructureerd Vertalen van verhalen naar scores, cijfers, percentages Focusgroepen Indexen, ranglijsten Nadat de evaluatie is uitgevoerd en de uitkomsten bekend zijn, komt de vraag op wat kan worden gedaan met alle bevindingen. Er is geen eenduidige manier om te rapporteren over evaluaties. Er worden enkele van interne en externe rapportages. Belangrijk hierbij wordt geschreven, dat aandacht wordt gegeven aan zowel cijfermatige als verhalende bevindingen, dat aandacht wordt gegeven aan in hoeverre de vooraf bedachte Theory of Change in de praktijk is waargemaakt met referentie aan de van tevoren opgestelde prestatie-indicatoren. Om maatschappelijk draagvlak te Participatieve methoden creëren kan belanghebbenden de mogelijkheid worden Kwalitatieve en kwantitatieve onderzoeksmethoden geboden opmerkingen te maken over de bevindingen, de conclusies en de aanbevelingen. Het proces van data-analyse is een ingewikkeld proces, dat 9. Leren van evalueren. dient te worden uitgevoerd door iemand die bekend is met Naast de verantwoording aan bijvoorbeeld financiers het construeren van verhaallijnen, grafieken en tabellen en kan een andere waardevolle doelstelling van evalueren het analyseren van gegevens, of er sprake is van samen- ook zijn om te leren wat goed en wat minder goed werkt hang tussen gegevens. Het is hierbij van groot belang om in de praktijk. Deze laatste stap, het leren van evalueren, aandacht te geven aan zowel positieve als negatieve uit- wordt vaak overgeslagen in evaluatietrajecten, terwijl komsten en bedoelde en onbedoelde resultaten en effecten. het leren van evaluaties juist kan helpen om te komen tot een betere of vernieuwde uitvoering van activiteiten en projecten in de toekomst en efficiënter gebruik van beschikbare middelen. Leren van evalueren kan vorm krijgen door brainstormsessies te organiseren, discussiebijeenkomsten of workshops met medewerkers en belanghebbenden van de organisatie. 8 | SAMENVATTING 1 10. C ommuniceren van de uitkomsten aan belanghebben- 2 3 4 5 6 7 8 9 10 proportie dienen te zijn met de omvang van de te evalueren den en donateurs. activiteit. Voor grote projecten met veel begunstigden kan het Goededoelenorganisaties dienen zelf de afweging relevant en haalbaar zijn om de attributie (toewijzing) van te maken of en op welke wijze over de resultaten van effecten en impact aan de activiteiten te meten. Activiteiten impact wordt gecommuniceerd. Veel goededoelenor- van kleine omvang kunnen vaak volstaan met eenvoudiger ganisaties houden de uitkomsten van hun evaluaties methoden om hun maatschappelijke bijdrage inzichtelijk en liever intern. Echter, de uitkomsten van evaluaties aannemelijk te maken op output- of outcome-niveau. Het is kunnen een goede aanvulling zijn in het afleggen van van belang dat goededoelenorganisaties hier op de voor verantwoording over bestedingen aan belanghebben- hen gepaste wijze aan blijven werken. den, zoals donateurs, de overheid en de doelgroep. Door externen inzicht te geven in de uitkomsten van evaluaties, kunnen zij beter geïnformeerde keuzen ma- Het CBF heeft de volgende aanbevelingen ken. Daarnaast zou het communiceren van uitkomsten voor de sector: bij kunnen dragen aan het verzamelen van ‘bewijs’ Aanbeveling 1:Veranker resultaat- en impactmeting in welke activiteiten beter of minder goed werken, waardoor binnen de sector betere keuzen gemaakt kunnen de organisatiecultuur. Aanbeveling 2:Maak budget vrij voor resultaat- en worden in welke activiteiten te investeren en kunnen impactmeting besparingen gerealiseerd worden. De informatie die Aanbeveling 3:Zet ook eenvoudige instrumen- gecommuniceerd wordt, dient volledig, begrijpelijk, ten en best-practices op de accuraat en toegankelijk te zijn en toegespitst op de onderzoeksagenda doelgroep en hun informatiebehoefte. Hierbij is op te Aanbeveling 4:Leer van elkaars ervaringen en werk merken dat er diverse typen donoren zijn, waarbij de samen traditionele donoren meer op basis van vertrouwen doneren en sturende donoren meer waarde hechten aan aangetoonde resultaten en impact. Voor het toepassen van de genoemde tien stappen voor resultaat- en impactmeten is het belangrijk om deze in de juiste context te plaatsen. Een belangrijke notie is dat de omvang en complexiteit van resultaat- en impactmeting in SAMENVATTING | 9 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Inhoudsopgave Voorwoord3 Samenvatting 5 Inhoudsopgave10 Inleiding13 Hoofdstuk I Achtergrond van resultaat- en impactmeting15 1.1. Achtergrond van het ‘impactdenken’ 15 1.2. Van input naar impact 16 1.3. Wat is impact? 18 1.4. Wat zijn resultaat- en impactmeting? 20 1.5. Waarom resultaat- en impactmeting? 21 1.6. Leeswijzer: tien stappen voor resultaat- en impactmeting 21 Hoofdstuk II Voorbereiden van resultaat- en impactmeting23 10 | INHOUDSOPGAVE 2.1. Evalueren op project-, programma- of organisatieniveau? 24 2.2. Theory of Change 25 2.3. SMART-doelstellingen 26 2.4. Prestatie-indicatoren 29 2.5. Bepalen van de beginsituatie: de nulmeting 32 2.6. Betrekken van belanghebbenden en doelgroep 33 2.7. Context en nagaan van attributie 34 2.8. Ontwikkelen van een meetmodel 37 1 Hoofdstuk III Meten van resultaten en impact 2 3 4 5 6 7 8 9 10 39 3.1. Meetinstrumenten 40 3.1.1. Social Return on Investment 41 3.1.2. Social Impact Assessment (SIA) 43 3.1.3. Public Value Scorecard 44 3.1.4. Participatory Impact Assessment (PIA) 46 3.1.5. Base of the Pyramid Impact Assessment Framework 48 3.1.6 Logical Framework 50 3.1.7 Keuze welk meetinstrument 51 3.2. Kwalitatieve en kwantitatieve onderzoeksmethoden 52 3.3. Interpreteren en analyseren van de gegevens 55 3.3.1. Attributie en externe factoren 56 3.3.2. Correlatie en causaliteit 57 3.4. Positieve en negatieve, bedoelde en onbedoelde effecten 60 3.5. Uitdagingen bij het meten van resultaten en impact 62 Hoofdstuk IV Verantwoording en leren van resultaat- en impactmeting 63 4.1. Rapporteren van evaluatie-uitkomsten 64 4.2. Leren van evalueren 67 4.3. Communiceren met belanghebbenden 69 4.4. Communiceren met donateurs 71 Hoofdstuk V Discussie en aanbevelingen73 5.1. Gradaties van resultaat- en impactmeting 73 5.2. Aanbevelingen 73 5.3. CBF-perspectief 75 INHOUDSOPGAVE | 11 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Visies en ervaringen uit de sector 77 Wilde Ganzen 77 Erasmus Centre for Strategic Philanthropy 79 Samenwerkende GezondheidsFondsen / Hersenstichting 81 Centre for International Development Issues (CIDIN) 83 1%CLUB / AmLab 85 Partos – Branchevereniging voor Internationale Samenwerking 87 Centre for Development Innovation 88 NCDO 90 Begrippenkader92 Trefwoordenregister95 Literatuurlijst96 Colofon99 12 | INHOUDSOPGAVE 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Inleiding Het is verheugend dat het Centraal Bureau Fondsenwerving Effectmeting kent een lange geschiedenis en wordt geken- ook meer proces-georiënteerd en vraagt om een bredere (CBF) de laatste jaren steeds meer aandacht is gaan vragen merkt door een steeds bredere keuze aan benaderingen en samenwerking. voor het verrichten van geloofwaardig effectenonderzoek bij methodieken. Vragen over de effectiviteit van interventies De evaluatieliteratuur kent een gelijksoortige ontwikkeling de organisaties die het CBF-Keur dragen. Daardoor is er worden al sinds mensenheugenis gesteld, vooral in de (para) van paradigma’s waarbij nieuwe vragen en bijbehorende – naast de toetsing op rechtmatigheid – ook noodzaak om medische sector. Na de Tweede Wereldoorlog is de aan- methoden worden geïntroduceerd. Guba & Lincoln (1989) de criteria van doeltreffendheid en doelmatigheid nader in dacht voor evaluaties van effectbereik sterk toegenomen, karakteriseren vier generaties van evaluatiestudies, waar- te vullen. Deze brochure biedt daartoe een aantal zeer nut- mede onder invloed van de ontluikende management- en bij de focus zich langzaam maar zeker verbreedt van het tige bouwstenen en praktische aanbevelingen. bestuurswetenschappen. Met de toegenomen rol van ‘meten’ en ‘beschrijven’ van de resultaten van interventies publieke en semipublieke organisaties waaraan steeds meer naar het ‘waarderen’ en ‘reconstrueren’ van het interventie- Het meten van resultaten van goededoelenorganisaties is maatschappelijke taken worden opgedragen, komen ook proces. Daarbij is het vooral van belang om inzicht te ver- om drie redenen van belang. In de eerste plaats verwacht vragen naar de effectiviteit en de verantwoording steeds werven in de specifieke rol en bijdrage (de ‘meerwaarde’) het publiek een duidelijk inzicht in de wijze waarop de meer centraal te staan. Professioneel toezicht wordt daarbij van elk van de (lokale en internationale) partners in het ingezamelde middelen worden besteed. Het is niet meer gehanteerd om organisaties scherp gericht te houden op samenwerkingsproces. voldoende om alleen de doelstellingen van de organisatie te marktoriëntatie en prestatielevering. communiceren, maar er wordt ook verwacht dat er toezicht De verschillende benaderingswijzen en evaluatiemethoden wordt gehouden op de gerealiseerde resultaten. In de twee- Onderzoek naar de effecten en resultaten van goededoe- die in deze publicatie worden genoemd, dragen – elk op de plaats wordt om resultaatmeting gevraagd omdat er een lenorganisaties is van recentere oorsprong en kent ook een hun eigen wijze – bij aan een beter begrip van de effectivi- steeds grotere keuze en variëteit bestaat tussen verschillende aantal specifieke uitdagingen. Deze hebben vooral te maken teit en efficiency van de activiteiten van goededoelenorga- goededoelenorganisaties die werkzaam zijn in dezelfde sec- met een steeds bredere definitie van doelen en resultaten en nisaties. Voor de potentiële gebruikers is het zaak om een tor. Steeds meer – grote en kleine – instellingen presenteren de veranderende verhouding tussen goededoelenorganisaties doelbewuste combinatie te maken van de geschikte metho- zich aan het publiek en stellen daarbij specifieke resultaten en hun lokale partners. Korten (1990) onderscheidt in dit ver- den die het beste aansluiten bij de doelstelling en werkwijze in het vooruitzicht. Inzicht in het resultaatbereik wordt daarbij band vier generaties van niet-gouvernementele organisaties van de eigen organisatie. van belang geacht voor het vergroten van de transparantie (NGO’s) met uiteenlopende visies ten aanzien van werkwijze van de sector. In de derde plaats is resultaatmeting van en interventiestrategie. De eerste en tweede generatie orga- Deze publicatie is natuurlijk vooral bedoeld om de discussie belang om te kunnen leren van en communiceren over de nisaties leggen vooral nadruk op noodhulp (logistieke steun) over het ‘waarom’ en ‘hoe’ van verantwoorde resultaatme- – al dan niet – bereikte resultaten, zodat er ook lessen kun- en lokale projecten gericht op dorpsontwikkeling waarvan ting binnen de goededoelenorganisaties te bevorderen. Het nen worden getrokken over de werkwijze van de betrokken effecten min of meer eenduidig traceerbaar zijn. De derde is verstandig om dan ook gelijk een aantal praktische rand- organisatie. Goede evaluaties zijn nodig voor het tijdig bij- en vierde generatie van organisaties definiëren hun rol eer- voorwaarden in ogenschouw te nemen. Ik noem daartoe stellen van de activiteitenkeuze of de interventiestrategie van der als ‘katalysator’ of ‘mobilisator’ en richten zich meer op een vijftal uitgangspunten die behulpzaam kunnen zijn bij de elke goededoelenorganisatie. (inter)nationale systeemverandering. Effectmeting wordt hierbij keuze van de geëigende evaluatieaanpak: INLEIDING | 13 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1. Selectiviteit: niet alles behoeft geëvalueerd te worden. organisatie. Daarmee wordt mogelijke vooringenomen- Van vele interventies is het resultaatbereik genoegzaam heid bij de evaluatieopzet en -uitvoering voorkomen bekend (bijvoorbeeld door de beschikbaarheid van en dat zal de betrouwbaarheid van de uitkomsten ten systematisch effectenonderzoek). Er zijn veelal betere goede komen. lessen te trekken uit evaluaties die zich richten op interventies waar de onzekerheid van resultaatbereik het Ik ben ervan overtuigd dat de CBF-organisaties deze publi- grootst is. catie zullen weten te benutten voor een verdere discussie en 2.Proportionaliteit: een beperkt gedeelte van het beschik- reflectie over het gebruik van resultaat- en impactmeting bij bare budget kan gewoonlijk ten behoeve van evaluaties het verantwoorden, leren en communiceren over de doeltref- worden ingezet. Voor veel kleine projecten is grootscha- fendheid en doelmatigheid van hun activiteiten in de dage- lig effectenonderzoek gewoonweg te kostbaar en lig- lijkse praktijk. gen eenvoudiger methoden van ‘monitoring’ meer voor de hand. Maar als men welbewust wil uitvinden ‘wat Prof. dr. Ruerd Ruben werkt’ is een grotere investering in resultatenonderzoek Hoogleraar Effectiviteit van Ontwikkelingsbeleid juist gewettigd. Radboud Universiteit Nijmegen 3. Kwaliteit: beter geen evaluatie dan een slechte evalu- Directeur nimumkwaliteitscriteria (bijvoorbeeld vanwege ondeug- Inspectie Ontwikkelingssamenwerking & Beleidsevaluatie delijke indicatoren, te kleine steekproef of afwezigheid (IOB), Ministerie van Buitenlandse Zaken van controlegroep). Dergelijke studies kunnen dan beter achterwege worden gelaten. 4. Creativiteit: evaluaties zijn geen standaardproduct maar moeten zich aanpassen aan de specifieke situatie van interventies. Een blauwdrukbenadering doet geen recht aan de diversiteit van mogelijke resultaten. Het combineren van kwantitatieve en kwalitatieve methoden levert veelal het beste inzicht in het resultaatbereik. 5. Onafhankelijkheid: evalueren is een vak en de uitvoering van kwalitatief hoogstaande evaluaties kan het beste worden toevertrouwd aan een onafhankelijke 14 | & atie. Veel evaluaties voldoen uiteindelijk niet aan de mi- INLEIDING 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Hoofdstuk I Achtergrond van resultaat- en impactmeting De aandacht voor het meten van resultaten en het bepalen woording over de uitgevoerde activiteiten. Verantwoording telijk kunnen maken. De onderliggende gedachte is dat het van de ‘impact’ van activiteiten van goededoelenorganisa- wordt afgelegd in specifieke maatschappelijke jaarversla- meten van impact inzichten geeft in de handvatten voor ties neemt toe. Maar wat zijn resultaat- en impactmeting en gen of geïntegreerde jaarverslagen, op websites, andere verbeteringen, en positief bij zal dragen aan het publieks- waarom is het belangrijk? In het eerste deel van deze publi- communicatie-uitingen en in gesprekken met stakeholders. vertrouwen in de sector. Echter, in de praktijk blijkt dat veel catie wordt ingegaan op de achtergrond van resultaat- en De overheid besteedt in haar subsidievoorwaarden voor goededoelenorganisaties het nog lastig vinden er concreet impactmeting. In de komende hoofdstukken wordt aandacht goededoelenorganisaties ook aandacht aan het rapporteren vorm aan te geven. Vanuit historisch perspectief is de sector besteed aan de achtergrond (Paragraaf 1.1), het verklaren en het meten van resultaten. ontwikkelingssamenwerking, gedreven door institutionele van de gebruikte terminologie (Paragrafen 1.2, 1.3 en 1.4) Toenemende druk van buitenaf, van media, publiek en poli- donoren zoals de overheid, hier al het langst mee bezig en en het waarom van resultaat- en impactmeting (Paragraaf tiek en een dalend maatschappelijk vertrouwen zijn van er daarom ook het meest in ontwikkeld. 1.5). invloed op de wijze waarop en de mate waarin goededoelenorganisaties verantwoording afleggen aan hun belang- Veel goededoelenorganisaties verzamelen informatie over 1.1. Achtergrond van het ‘impactdenken’ hebbenden (Maas, 2009). Maar intern groeit er bij goede- hun prestaties. Zij doen dit vaak voor interne doeleinden. Goededoelenorganisaties leggen zich al decennia lang doelenorganisaties ook een interesse naar het verkrijgen van Het blijkt echter uit diverse studies van goededoelenorgani- toe op het leveren van een maatschappelijke bijdrage. inzicht in de effectiviteit van de projecten die zij uitvoeren saties in onder andere de Verenigde Staten en het Verenigd Het belang voor goededoelenorganisaties om prestaties, en het uiteindelijke maatschappelijke verschil dat zij maken Koninkrijk, dat hoewel de druk met betrekking tot het ver- resultaten en impact te meten groeit. Sinds de jaren ’90 (Liket en Maas, nog te verschijnen). zamelen van informatie over de resultaten en de behaalde van de vorige eeuw is de aandacht voor transparantie Deze ontwikkelingen hebben alle aanzet gegeven tot impact toeneemt, organisaties zich nog beperkt bezighou- – de zichtbaarheid en kwaliteit van het rapporteren – en het denken in termen van impact. Hierbij wordt steeds den met resultaat- en impactmeting (Carman, 2007; Ní accountability – het afleggen van rekenschap en verant- meer aandacht gegeven aan het meten van resultaten en Ógáin et al., 2012). De mate waarin wordt geïnvesteerd woording – gegroeid. De vraag om transparantie heeft impact. Dit blijkt ook bijvoorbeeld uit de thema’s van de in resultaat- en impactmeting ligt besloten in de keuzen die zich ontwikkeld van TRUST ME naar TELL ME naar SHOW Transparantprijs op initiatief van PwC en de annual letter goededoelenorganisaties maken in het alloceren van beste- ME en uiteindelijk naar PROVE ME en INVOLVE ME. De van de Gates Foundation (2013), waar Bill Gates een dingen voor hun activiteiten. Goededoelenorganisaties zijn aandacht voor transparantie groeit en dat is ook duidelijk te heel duidelijk manifest uitspreekt voor het selecteren van de hier lang niet altijd vrij in: vele donateurs, zowel institutioneel zien in initiatieven als de publieke managementletter van de juiste indicatoren om inzicht te krijgen in de progressie en als privaat, beïnvloeden – op directe of indirecte wijze – de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants voor de veranderingen die het gevolg zijn van ieder maatschappelijk ruimte die goededoelenorganisaties hebben om fondsen goededoelensector (NBA, 2012), de GRI-richtlijnen (Global initiatief. te besteden aan het meten van de resultaten. Organisaties Reporting Initiative) voor jaarverslaglegging en talrijke verzamelen nog beperkt gegevens over het daadwerkelijke andere initiatieven. In de afgelopen decennia zijn steeds Veel goededoelenorganisaties zijn geïnteresseerd in de effect van hun activiteiten op de maatschappij. Naast de meer organisaties zoals bedrijven, gemeenten, scholen en wijze waarop ze de resultaten van hun fondsenwerving, beperkte fondsen die goededoelenorganisaties tot hun ziekenhuizen gewend geraakt aan het afleggen van verant- bestedingen en activiteiten het beste kunnen meten en inzich- beschikking hebben voor het uitvoeren van resultaat- en ACHTERGROND | 15 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 impactmetingen is een tweede oorzaak voor het tekort aan die worden doorlopen bij het nadenken over en meten van deze metingen de beperkte kennis over het belang en de uit- impact: voering hiervan. Het CBF ervaart dat bij goededoelenorganisaties vaak het geloof bestaat dat het mogelijk is om een concrete en eenduidige set aan indicatoren en methodieken te identificeren waarmee de maatschappelijke impact van de goededoelenorganisaties inzichtelijk gemaakt kan worden. Het zal in deze publicatie duidelijk worden dat resultaat- en impactmeting zeer contextafhankelijk zijn; daardoor INPUTS ACTIVITIES OUTPUTS OUTCOMES GOAL ALIGNMENTS WHAT IS PUT VENTURE’S RESULTS THAT CHANGES TO ACTIVITY AND INTO THE VENTURE PRIMARY ACTIVITIES CAN BE MEASURED SOCIAL SYSTEMS GOAL ADJUSTMENT moet er voor iedere meetvraag opnieuw nagedacht worden WHAT WOULD HAVE HAPPEND ANYWAY en moeten (soms moeilijke) keuzen gemaakt worden. 1.2. Van input naar impact = IMPACT In het praten over impact komt een aantal begrippen naar voren, die wellicht enige verheldering vragen. Een veelgebruikt begrip in de discussies over impact is de waardeketen. Dit is de keten van waardecreatie die loopt van inputs Figuur 1: Impact Value Chain (Clark et al., 2004) (de middelen die men inzet), de activiteit (in deze publicatie een breed begrip waar ook project, programma en interven- De belangrijkste gedachte achter het Impact Value Chain- betreffende input. Deze activiteiten worden ook wel gezien tie onder vallen), de outputs (de directe meetbare resultaten), model is het onderscheid tussen output en outcome en de als de doelbestedingen. Voorbeelden van activiteiten zijn: de outcomes (de directe effecten op de doelgroep), naar definiëring van impact als effecten als gevolg van een acti- hulpverlening, voorlichting, belangenbehartiging, bewust- ten slotte impact. Het valt tevens op dat woorden als resul- viteit ‘minus wat er toch al aan veranderingen zou hebben wording, wetenschappelijk onderzoek. taten, output, outcome en impact vaak door elkaar worden plaatsgevonden’. Outputs zijn de meetbare directe resultaten als gevolg van gebruikt. Men zou kunnen zeggen dat output (directe resultaten) en outcome zich onderscheiden van impact doordat Inputs zijn alle middelen die een organisatie inzet om de de ontplooide activiteiten. Aan de hand van de eerder ze zijn gerelateerd aan de leverancier van het product, de doelstellingen te realiseren. Voorbeelden van inputs zijn: geformuleerde prestatie-indicatoren kan geëvalueerd worden activiteit of de dienst, terwijl impact vooral samenhangt met geld, materiaal, kennis, netwerken en uren. of de gestelde doelen behaald zijn. Voorbeelden van out- de gebruiker (Kolodinsky et al., 2006). puts: het aantal daklozen in regio X dat behuisd, verzorgd Het Impact Value Chain-model (Impactwaardeketen-model) Activiteiten zijn alle activiteiten die leiden tot het realiseren en gevoed is of het aantal blindengeleidehonden dat is van onderzoekers Clark et al. (2004) beschrijft vijf stadia van de doelstellingen van de organisatie met gebruik van de getraind in het afgelopen jaar. Of bijvoorbeeld het aantal 16 | ACHTERGROND 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 vogels dat is geteld, het aantal congressen dat is georgani- Het Impact Value Chain-model voegt vervolgens nog een Resultaten hoeven niet lineair te zijn, zo kan een activiteit lei- seerd en het aantal deelnemers dat daarop aanwezig was. laatste stap toe, waarin beoordeeld wordt of resultaten en den tot meerdere outputs en deze kunnen elk ook tot meerde- effecten overeenkomen met oorspronkelijke doelstellingen. re outcomes leiden. Impacteffecten kunnen maatschappelijke Outcomes zijn de ultieme veranderingen die een organisatie De informatie uit deze evaluatie en terugkoppeling kan veranderingen zijn op bijvoorbeeld ecologische, sociale, tot stand probeert te brengen in de wereld. Hierbij wordt leiden tot een verbetering in toekomstige doelstellingen en technologische, politieke en/of economische gebieden. een stap verder gekeken dan alleen naar direct, concreet activiteiten. resultaat. Niet voor iedere organisatie zal dit noodzakelijk Voorbeelden van waardeketens: zijn, dit hangt ondermeer af van de gestelde doelen van de organisatie. Voorbeelden van outcomes: verbetering van de onderwijsprestaties van deelnemers aan de betreffende onderwijsactiviteit of verhoogde biodiversiteit in een bepaald gebied. Op lange termijn kan verbeterde kwaliteit van onderwijs leiden tot een verbeterde positie van jonge vrouwen. Een hogere arbeidsparticipatie kan leiden tot minder armoede. Impact: de outcomes minus wat er sowieso aan veranderingen zou hebben plaatsgevonden. Bij impact gaat het volgens het Impact Value Chain-model vooral om het isoleren IMPACT van dat deel van de outcomes waarop de unieke bijdrage van de organisatie invloed heeft gehad. Het gaat over dat gedeelte van de totale uitkomst dat is ontstaan als gevolg van de activiteit van de organisatie, bovenop hetgeen OUTCOMES er zonder die activiteit zou zijn ontstaan (meer informatie hierover in Hoofdstuk 2.7 en Hoofdstuk 3.3). Meer over de mogelijke definities van impact volgt in de volgende paragraaf. OUTPUTS ACTIVITEITEN INPUTS IMPACT Verbeterde kwaliteit van het onderwijs voor kinderen tussen X en Y jaar oud in de regio Z, een verhoogd kennisniveau van de schoolverlaters, verbeterde kansen op voortgezet onderwijs of hogere arbeidsparticipatie. Aantal leraren dat is getraind, aantal schoolboeken dat is uitgedeeld of aantal gebouwde schoolgebouwen. Het geven van trainingen aan basisschoolleraren, het uidelen van schoolboeken, het bouwen van schoolgebouwen in regio Z. Geld, mensuren, kennis van opgeleide vrijwilligers, gedoneerde schoolboeken, bouwmaterialen. OUTCOMES OUTPUTS Lagere maatschappelijke kosten in verband met criminaliteit. Onbedoeld negatief bijeffect van het investeren in vaardigheden van ex-gedetineerden kan echter ook zijn dat er sociaal vaardiger criminelen ontstaan, waardoor een andere criminaliteitsproblematiek ontstaat. Toegenomen vaardigheden die kunnen leiden tot een afname in criminaliteit en recidive. Het aantal ex-gedetineerden dat een vaardighedentraining heeft gevolgd. ACTIVITEITEN INPUTS Het organiseren van een vaardighedentraining voor ex-gedetineerden. Locatie die ter beschikking is gesteld, mensuren, trainingsmaterialen. ACHTERGROND | 17 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1.3. Wat is impact? Impact is een populair begrip geworden in de goededoelensector. Uit documentatie en praktijkervaringen van goededoelenorganisaties blijkt dat de term ‘impact’ op allerlei manieren geïnterpreteerd wordt en kan worden, waarbij de ene interpretatie niet per definitie beter is dan de andere. Verbeterde kwaliteit van leven voor mens en dier in regio X. IMPACT OUTCOMES OUTPUTS ACTIVITEITEN IMPACT Verbeterde kwaliteit van water, lucht en bodem in regio X. OUTCOMES Toename aantal hectare beschermd zeegebied in regio X. INPUTS Het verbeterende leven en maatschappelijke bijdragen van de blinde persoon door de blindengeleidehond. OUTPUTS ACTIVITEITEN De verbeterde ervaring van de blinde persoon door de blindengeleidehond. Het aantal getrainde blindengeleidehonden. INPUTS Lobby bij de overheid om zeegebied te beschermen, samenwerken met andere natuurbeschermers en lobbygroepen, petitie online verspreiden, afbakening van een kustgebieden. Netwerken, mensuren, giften. Fokken, verzorgen en trainen van honden, cursus geven aan gebruikers van blindengeleidenhonden. Giften, uren van trainers en gastoudergezinnen, materialen. Het is opvallend dat goededoelenorganisaties, wetenschappers, financiers en andere partijen veel verschillende betekenissen geven aan impact. Ook worden dit begrip en synoniemen als ‘effect’ en ‘invloed’ op allerlei manieren gebruikt. Het gebruik van verschillende definities van impact zorgt voor verwarring bij het toepassen van (instrumenten voor) resultaat- en impactmeting. Daarnaast ontstaan er variaties als gevolg van verschillende wetenschapsgebieden zoals bedrijfskundig, sociaal, economisch en strategisch (Maas en Liket, 2010). In de wetenschappelijke literatuur zijn grofweg twee stromingen die ieder een eigen kijk hebben op definities van impact (White, 2009). Er is een stroming die impact ziet als het hoogste niveau van de waardeketen. In deze stroming wordt impact gezien als de duurzame Het mag duidelijk zijn dat directe resultaten (outputs) vaak gemakkelijk waarneembaar en meetbaar zijn, maar dat voor het inzichtelijk maken van de verdere effecten op de doelgroep (outcomes) en langetermijneffecten dan wel het toewijzen van die effecten aan de activiteiten (impact) diepgaander onderzoek nodig is. 18 | ACHTERGROND Bedenk als goededoelenorganisatie of het vanuit de statutaire doelstellingen én de wensen van belanghebbenden wenselijk is om naast het meten van directe resultaten ook de verdere effecten en impact van die resultaten te onderzoeken. Tot hoever wil en kan de organisatie gaan in het meten van outputs, outcome en/of impact? langetermijnveranderingen. In lijn met deze stroming is de kijk op impact door organisaties zoals het Development Assistance Committee (DAC) van de OECD. Het DAC definieert impact als de ‘positieve en negatieve, primaire en secundaire langetermijneffecten die het resultaat zijn van een interventie, direct of indirect, 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 bedoeld of onbedoeld’ (OECD-DAC, 2002: 24 vrij vertaald doelgroep die zij wil bedienen). Een goededoelenorganisatie uit het Engels). kan bijvoorbeeld als doel hebben om wereldwijd malaria te ‘Interventie’ is een vrij brede term die betrekking kan hebben bestrijden. Haar missie-impact is in dit geval de duurzame ver- op een project, activiteit, programma of beleid. mindering in malaria-infecties. Haar maatschappelijke impact reikt echter verder en betreft ook zaken zoals de besparing Liket en Maas (nog te verschijnen) maken een onderscheid in maatschappelijke gezondheidskosten. Inzicht in de missie- tussen missie-impact en maatschappelijke-impact. De eerste impact van een goededoelenorganisatie is een maatstaf voor vorm, missie-impact, betreft louter de impacteffecten die rela- de effectiviteit van projecten en de organisatie. Inzicht in de teren aan de missie van de organisatie. Daarentegen betreft maatschappelijke impact van een goededoelenorganisatie is de maatschappelijke impact alle impacteffecten, ongeacht een maatstaf voor de effectiviteit van goededoelenorganisa- de missie, wat dus ook negatieve en onbedoelde effecten ties ten opzichte van de maatschappij, ongeacht hun missie. meeneemt. Een voorbeeld ter verduidelijking. Iedere goede© Auke Herrema doelenorganisatie maakt een keuze om zich te richten op Een andere stroming die vooral in de laatste jaren veel een bepaald maatschappelijk probleem en formuleert een terrein heeft gewonnen, bijvoorbeeld bij de Wereldbank, duidelijke afbakening van de maatschappelijke verandering en die ook wordt gehanteerd bij de Inspectie Ontwikkelings- die zij beoogt in haar missie (en in sommige gevallen de samenwerking en Beleidsevaluatie (IOB) van het ministerie Missie Malaria voorkomen Maatschappelijke Dilema’s en Problemen Input fondsen, tijd, expertise Activiteit Uitdelen van gratis klamboes Output Aantal klamboes uitgedeeld Outcome Δ klamboegebruik door de doelgroep Missie Impact Δ infecties Missie Missie Maatschappij Missie Impact Maatschappelijke Impact Δ Maatschappelijke gezondheidskosten Figuur 2: Waardeketen missie-impact en maatschappelijke impact (Liket en Maas, nog te verschijnen) ACHTERGROND | 19 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 van Buitenlandse Zaken, ziet impacteffecten als de verande- het gezondheidsfonds op directe en indirecte gezondheids- begin van dit proces zullen strategische plannen gemaakt ring die tot stand is gebracht door de activiteit minus ‘wat er kosten (bestaande uit ziekenhuiskosten, kosten gemaakt in de worden om te bepalen waar middelen worden ingezet, toch al aan veranderingen zou hebben plaatsgevonden’ andere schakels in de zorgketen en de kosten van extra man- welke activiteiten zullen worden uitgevoerd en waar, voor (Clark et al., 2004). Het verschil met de eerder beschreven telzorg), het productiviteitsverlies, de kwaliteit van leven van wie, waarom etc. Aan het einde van het proces dient dui- stroming is dat met name het toewijzen van het effect aan patiënten en de levensduur van patiënten (Maas et al., 2011). delijk te worden of de beoogde doelstellingen zijn behaald. een activiteit centraal staat. In essentie draait dit om het De uitkomsten van dit onderzoek geven inzicht in de geschatte Het gehele proces van organisatie-inrichting, processen beantwoorden van de vraag wat de toegevoegde waarde maatschappelijk impact van het gezondheidsfonds ten aanzien bewaken, gegevens verzamelen en bijhouden tot en met is van de activiteit, door nauwkeurig te bestuderen of de van het herkennen en behandelen van beroertes, onder meer het rapporteren en strategische doelen bijstellen, wordt ook gevonden resultaten daadwerkelijk door de activiteit kwa- uitgedrukt in het aantal euro’s dat de maatschappij bespaard wel ‘monitoren en evalueren’ genoemd. Resultaat- en impact- men. Dit wordt ook wel attributie genoemd. Meer hierover in wordt door de activiteiten van deze goededoelenorganisatie. meting zijn het deel van het evalueren waarbij onderzoek hoofdstuk 2.7 en 3.3. Dit alles met de kanttekening dat er vele partijen van invloed wordt uitgevoerd naar de resultaten en interne en externe zijn op dit thema en de resultaten niet volledig aan het gezond- effecten van activiteiten met als doel inzicht te krijgen in heidsfonds kunnen worden toegewezen. hetgeen er is bereikt. Waarom een onderscheid tussen het Niet alle impact is positief. Sommige goededoelenorganisaties hebben bijvoorbeeld gerapporteerd dat hun activiteiten meten van ‘resultaat’ en ‘impact’? Omdat er een onder- niet de gewenste uitkomsten hadden. Voorbeelden hiervan Daarnaast spreekt bijvoorbeeld een klein cultuurfonds zich scheid kan worden gemaakt tussen enerzijds onderzoek zijn dat de mentale gesteldheid van de doelgroep is ver- uit over zijn impact bij de aankoop van een aantal belang- naar concrete, directe, meetbare resultaten en anderzijds slechterd ondanks de voor hen georganiseerde activiteiten, rijke historische kunstwerken, zonder daar een gedegen de langetermijneffecten als gevolg van een activiteit – de of dat de kennis en bewustwording bij de doelgroep over onderzoek naar uit te voeren om deze impact concreet te impact – op de doelgroep en maatschappij. een bepaalde ziekte juist waren afgenomen ondanks de maken. Het zal duidelijk zijn dat de context en lading van Bij een meting kan onderscheid gemaakt worden tussen gevoerde campagnes. Dit kan liggen aan (onbedoelde) het woord impact anders is in deze twee voorbeelden. onderzoek op het niveau van separate programma’s, pro- bijeffecten of de invloed van externe factoren die roet in het Wellicht is er in dit laatste voorbeeld eerder sprake van jecten en activiteiten en onderzoek op het niveau van de eten gooien. Impact gaat verder dan de specifieke doel- directe resultaten (ook wel output genoemd) en is nog geen gehele organisatie. Door verschillende soorten gegevens te groep waarvoor de activiteit in beginsel is bedoeld en kijkt inzicht gegeven in verdere effecten van de aankoop, zoals verzamelen en deze te analyseren, kan worden aangetoond ook naar de effecten op maatschappelijk niveau. bijvoorbeeld het stimuleren van cultureel aanbod, en wat dit wat de resultaten en het effect van de resultaten van een betekent op maatschappelijk niveau (impact). project of organisatie zijn geweest op de doelgroep, de Een voorbeeld ter verduidelijking van de diverse interpretaties maatschappij en de organisatie zelf en wat in de toekomst van het woord impact in de praktijk van goededoelenorganisa- 1.4. Wat zijn resultaat- en impactmeting? beter kan. In deze publicatie zullen verschillende stappen, ties: een groot gezondheidsfonds heeft zijn impact laten meten Een centrale vraag voor organisaties in het toepassen van raamwerken en methoden worden geïntroduceerd die goe- ten aanzien van het herkennen en behandelen van beroertes. resultaat- en impactmeting is: “Wat willen we bereiken en dedoelenorganisaties op weg kunnen helpen in het handen Hiertoe is uitgebreid onderzoek verricht naar de effecten van wat is onze strategie om ons doel te bereiken?” Aan het en voeten geven aan resultaat- en impactmeting. 20 | ACHTERGROND 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1.5. Waarom resultaat- en impactmeting? groeit het belang van transparantie en inzicht in wat goede De beweegreden voor resultaat- en impactmeting is van Men zou kunnen zeggen dat het meten van en rapporteren doelen bereiken. Dit blijkt ook uit onderzoek in het Verenigd belang voor de verdere opzet en invulling van de evaluatie. over de resultaten en effecten van activiteiten voor goede- Koninkrijk, waar goededoelenorganisaties die voornamelijk Wanneer de nadruk meer ligt op verantwoording kan het doelenorganisaties een strategische noodzaak is. Er kunnen gefinancierd worden vanuit overheidssubsidies in toene- zijn dat er meer harde cijfers en bewijzen gevraagd wor- zowel interne als externe doelen mee behaald worden. mende mate inzetten op het meten van resultaten en impact. den, terwijl een evaluatie waarbij de nadruk ligt op leren Op het interne vlak kunnen metingen leiden tot het verbete- Goededoelenorganisaties die voornamelijk gefinancierd wellicht meer oplevert als juist de verhalen achter de cijfers ren van eigen prestaties op organisatie- en projectniveau en worden door individuele donoren zijn veel minder extern worden bestudeerd. Het is belangrijk om verantwoorden en het verhogen van het kennisniveau over een specifiek thema gedreven om impact te meten (Ní Ógáin et al., 2012). De leren in goed evenwicht te laten zijn binnen de organisatie. of gebied. De uitkomsten maken het voor organisaties moge- huidige bezuinigingen op ontwikkelingshulp, bijvoorbeeld, lijk beter onderbouwde keuzen te maken in activiteiten. Het hebben grote gevolgen voor de budgetten van goededoelen- uitvoeren van een gedegen meting helpt organisaties om organisaties. Voorheen hadden veel ontwikkelingsorganisaties de eigen meerwaarde aan de maatschappij te bepalen en één belangrijke financier: de overheid. Nu halen deze orga- preciezer vast te stellen waar de organisatie het verschil kan nisaties hun geld bij andere donateurs, zoals de Verenigde maken. Het helpt de sterke en zwakke punten te identifice- Naties, internationale overheden, (vermogens)fondsen, ren, meer inzicht te krijgen in wat werkt en wat niet en waar- bedrijven en andere instellingen. Zowel de overheid als deze om, en te leren hoe prestaties verbeterd kunnen worden. ‘nieuwe’ institutionele gevers vragen meer op het gebied van Resultaat- en impactmeting zijn een manier om processen en projectbeschrijvingen, rapportages, monitoring en controle. 1.6. Leeswijzer: tien stappen voor resultaat- en activiteiten te verbeteren en efficiënter te maken. Analyse op het gebied van resultaat en impact kan zowel impactmeting goededoelenorganisaties als institutionele gevers helpen om In deze publicatie worden tien stappen voor resultaat- en Op het externe vlak kunnen evaluaties leiden tot het verho- beter te worden in wat ze doen, maar kan ook helpen om impactmeting geïntroduceerd. De gedachte achter dit model gen van het effect van activiteiten op de doelgroep en/of deze alternatieve financieringsbronnen aan te boren. is dat iedere organisatie elke stap kan doorlopen, maar Bedenk van tevoren vanuit welke beweegreden de resultaat- en impactmeting worden uitgevoerd en hoe dit de opzet beïnvloedt. maatschappij. Goed onderbouwde resultaatmeting kan ook dat de mate waarin een stap wordt uitgevoerd, van een- leiden tot meer draagvlak bij en aandacht en vertrouwen van voudig tot complex, afhangt van de grootte en complexiteit institutionele gevers en individuele donateurs die het steeds van de organisatie en de activiteit die wordt geëvalueerd. belangrijker vinden om te weten wat er met hun donaties Enkele van de stappen, zoals het formuleren van SMART- gebeurt en of het goede doel transparant is (Midgley, 2012). doelstellingen en het opstellen van prestatie-indicatoren, Met name institutionele gevers, zoals financiers en subsidie- Breng uw potentiële financieringsbronnen in kaart en zijn onderdeel van de criteria van het CBF-Keur en CBF- verstrekkers, vragen steeds meer naar inzicht in resultaten. vergelijk welke verwachtingen zij hebben ten aanzien Certificaat. Andere stappen in het hier gepresenteerde Misschien is voor individuele donateurs het goede gevoel van het inzichtelijk maken van uw impact. model zijn niet verplicht, maar kunnen bijdragen aan de wel het belangrijkst, maar ook binnen deze groep donateurs verdere professionalisering van goededoelenorganisaties. ACHTERGROND | 21 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 STAP Deze tien stappen zijn verdeeld in drie fasen: voorbereiden (hoofdstuk 2), meten (hoofdstuk 3) en verantwoorden (hoofd- Hoofdstuk II Voorbereiden 1 Keuze wat evalueren + wat wil ik bereiken (Theory of Change) 2 SMART-doelstellingen + prestatie-indicatoren 3 Nulmeting en betrekken belanghebbenden hierbij 4 Context en attributie: wat doen anderen en wat is mijn bijdrage 5 Meetmodel beschrijven 6 Meetinstrument kiezen 7 Gegevens verzamelen en analyseren 8 Evaluatie rapportage 9 Leren van evalueren stuk 4). De hoofdstukken zijn ingedeeld in paragrafen. Vaak vormen twee of meerdere paragrafen samen één stap uit het model. Stap 1: paragraaf 2.1 en 2.2 Stap 2: paragraaf 2.3 en 2.4 Stap 3: paragraaf 2.5 en 2.6 Stap 4: paragraaf 2.7 Stap 5: paragraaf 2.8 Stap 6: paragraaf 3.1 Stap 7: paragraaf 3.2 t/m 3.5 Stap 8: paragraaf 4.1 Stap 9: paragraaf 4.2 Stap 10: paragraaf 4.3 en 4.4 22 | ACHTERGROND Hoofdstuk III Meten Hoofdstuk IV Verantwoorden 10 Communiceren van de bevindingen aan belanghebbenden 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Hoofdstuk II Voorbereiden van resultaat- en impactmeting STAP Resultaat- en impactmeting beginnen met de basisvraag: waarom wil ik impact meten en wat wil ik doen met de Hoofdstuk II Voorbereiden 1 Keuze wat evalueren + wat wil ik bereiken (Theory of Change) 2 SMART-doelstellingen + prestatie-indicatoren 3 Nulmeting en betrekken belanghebbenden hierbij 4 Context en attributie: wat doen anderen en wat is mijn bijdrage 5 Meetmodel beschrijven 6 Meetinstrument kiezen 7 Gegevens verzamelen en analyseren 8 Evaluatie rapportage 9 Leren van evalueren resultaten? Meten om het meten is zinloos. Ondanks dat het niet altijd eenvoudig is om resultaten meetbaar te maken, is dit geen reden om er niet aan te beginnen! Sterker nog: het is voor iedereen binnen een organisatie zeer aantrekkelijk om na te denken over het nut en de impact van de organisatie en het zichtbaar maken van dat nut en die impact. Het dwingt een organisatie na te denken over de missie en strategie en om concrete doelen te stellen. In dit tweede hoofdstuk worden de eerste vijf stappen van Hoofdstuk III Meten resultaat- en impactmeting benoemd. Deze stappen zijn gebaseerd op de ‘Quality at Entry’-onderdelen van de Inspectie Ontwikkelingssamenwerking en Beleidsevaluatie van het ministerie van Buitenlandse Zaken (interview met Hoofdstuk IV Verantwoorden prof. dr. R. Ruben, 26 februari 2013) en de Handleiding evalueren van NONIE (Leeuw en Vaessen, 2009). 1. Impact meten begint met het maken van de keuze of er 10 Communiceren van de bevindingen aan belanghebbenden wordt geëvalueerd op project-, programma- of organisatieniveau (Paragraaf 2.1), gevolgd door het beschrijven van het denkmodel hoe de beoogde veranderingen tot stand gaan worden gebracht. Dit heet ook wel de verandertheorie, veranderboom of ‘Theory of Change’ (paragraaf 2.2). 2. De tweede stap is het formuleren van SMART-doelstellingen (Paragraaf 2.3) en het benoemen van prestatieindicatoren (Paragraaf 2.4). VOORBEREIDEN | 23 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 3. De derde stap bestaat uit het bepalen van de begin- tot het meten van de resultaten en impact van meerdere Het is belangrijk om, voor dat met het project wordt aange- situatie middels een nulmeting (Paragraaf 2.5) en het en/of complexere projecten. Door metingen een integraal vangen, de keuze te maken welk project zal worden geëva- betrekken van belanghebbenden daarbij (Paragraaf onderdeel uit te laten maken van projecten, activiteiten en lueerd. Voor aanvang kan men namelijk nog eerst in kaart 2.6). programma’s, kunnen tot slot uitspraken worden gedaan brengen wat de doelstellingen precies zullen zijn, hoe deze over de resultaten en impact van de gehele organisatie, gemeten kunnen worden en wat de beginsituatie is voordat alhoewel hier wel ook meer bij komt kijken. het project nog enige invloed heeft gehad op de doelgroep 4. De vierde stap bestaat uit het omschrijven van de context waarin de meting wordt verricht in vergelijking tot anderen en het nadenken over welk aandeel van of populatie. de veranderingen aan de activiteiten zouden kunnen worden toegeschreven (attributie) (Paragraaf 2.7). 5. De vijfde stap is het beschrijven van hoe de resultaten Voorbeeld over meten op verschillende en impact zullen worden gemeten in een meetmodel niveaus ning die geleverd moet worden voor de resultaat- en (Paragraaf 2.8). “Stichting Projecten Zuid-Afrika (SPZA) richt zich op kans- impactmeting in verhouding moet staan tot die voor arme kinderen en jongeren die opgroeien in townships het project zelf en de hoogte van de financiële 2.1. Evalueren op project-, programma- of en op boerderijen in Zuid-Afrika. SPZA wil deze kinderen bijdrage.” organisatieniveau? en jongeren door beter onderwijs een kansrijke toekomst Interview met Riekje de Vries, Stichting Projecten Zuid- Het meten van resultaten en impact is een grote uitdaging. bieden. De activiteiten van SPZA zijn verdeeld over drie Afrika. Des te meer programma’s, projecten en activiteiten een programma’s: organisatie heeft, des te complexer het meten van resultaten • Programma Buitenschoolse Opvang (BSO) op strategisch organisatieniveau wordt. Activiteiten kunnen • Programma Beter Basisonderwijs daarnaast uiteenlopen van eenvoudige initiatieven tot com- • Programma Studiefinanciering plexe beleidsvraagstukken waar diverse belanghebbenden Binnen deze programma’s worden diverse projecten van bij zijn betrokken. Ook is het mogelijk om naast activiteiten partnerorganisaties uit Zuid-Afrika ondersteund. SPZA ten behoeve van de doelstelling, de resultaten van fondsen- evalueert resultaten en impact op het niveau van afzon- wervende of marketingactiviteiten te meten. derlijke projecten en op het niveau van programma’s. Daarvoor maakt SPZA gebruik van de informatie die Zeker wanneer er niet zoveel middelen ter beschikking zijn, Zuid-Afrikaanse partners aanleveren. Het meten van is het van belang om te beginnen met een enkel project dat impact op het niveau van de projecten kan met name een niet te grote omvang en complexiteit kent. Pas wanneer voor de partnerorganisaties administratief zeer belas- de resultaten en impact van een enkel project of activiteit zijn tend zijn. SPZA is zich ervan bewust dat de inspan- gemeten en er voldoende middelen zijn, kan men overgaan 24 | VOORBEREIDEN Naschoolse opvang in Zwelihle (foto: SPZA) 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Het is ook mogelijk om op organisatieniveau impact te meten. nen zijn en of deze kunnen worden toegeschreven aan de doelenorganisatie dan voor de andere. Met andere woor- Hier komt echter meer bij kijken dan de optelsom van afzon- organisatie (impact). Dit wordt ook wel Theory of Change den: het specifieke niveau van een organisatie heeft invloed derlijke projecten en programma’s. Organisaties hebben ook genoemd of logisch model: een complex geheel van veron- op welke aanpak van meten het meest geschikt of van toe- andere effecten op hun omgeving, niet alleen op de doel- derstellingen en verwachtingen hoe activiteiten kunnen lei- passing is. Het is belangrijk om te meten op de manier die groep. Denk bijvoorbeeld aan het verschaffen van werkgele- den tot bepaalde resultaten en welke verdere effecten deze past bij de organisatie en de context en om zo veel mogelijk genheid en opleidingsplekken aan jongeren of de grootte van weer kunnen hebben op de doelgroep en de maatschappij. gebruik te maken van bestaande methodieken, maar ook te de ecologische footprint als graadmeter voor milieu-impact. Het betreft in feite een invulling van de impactwaardeketen. zoeken naar maatwerk. Meer informatie hierover vindt u op www.theoryofchange.org. 2.2. Theory of Change Goededoelenorganisaties zullen veelal met hun activiteiten Vaak is het lastig om effecten duidelijk toe te schrijven aan een verandering (verbetering) of instandhouding nastreven een specifieke activiteit, zeker op de lange termijn. Het is op sociaal, ecologisch, politiek of ander gebied. Er zal ook echter wel van belang een aannemelijke uitleg te formuleren altijd een logica, een denkmodel, zitten achter de na te stre- over hoe het project zou kunnen bijdragen aan het bereiken ven verandering. Voordat wordt begonnen met het uitvoeren van een (langetermijn)doelstelling en hoe aannemelijk kan van een activiteit is het aan te raden om dit denkmodel uit te worden gemaakt wat de bijdrage van de organisatie hier- schrijven. Soms gebeurt dit ook al in (meerjaren)beleidsplan- aan is geweest. Daarbij is het van belang om ook aandacht nen. Het denkmodel beschrijft de expliciete en impliciete ver- te besteden aan de invloed van andere partijen en ontwik- onderstellingen over het project of de activiteit. Als een orga- kelingen (externe factoren) op de te verwachte resultaten en nisatie de resultaten, effecten en impact van haar projecten impact. en activiteiten wil bepalen, dient het eerst duidelijk zijn hoe de effecten zijn te bereiken. Het denkmodel beschrijft met Het meten van resultaten en impact kan in gradaties gaan. Organiseer een brainstormsessie met uw personeel welke middelen (inputs), activiteiten en resultaten (outputs) de Zo zal een kleine organisatie die net begint met enkele en/of belanghebbenden om per activiteit of project de doelstelling van het project kan worden bereikt. Het model projecten niet meteen uitgebreid investeren in een impactme- verwachte inputs, outputs, outcomes en impact te beden- is van doorslaggevende betekenis voor het bepalen en ana- ting, maar eerst beginnen met het bepalen van de directe ken. Laat iedereen ideeën op post-its schrijven en plak lyseren van successen en uitdagingen of leerpunten. Zelfs resultaten (output). En pas later, wanneer de organisatie is deze op. Zo ontstaat een Theory of Change-schema. als de prestaties in de eerste plaats worden gemeten op het gegroeid en er meer budget is, ook aandacht gaan geven Gebruik bijvoorbeeld ook informatie uit projectvoorstel- outputniveau, is er behoefte aan een redenering (hypothese) aan de verdere effecten (outcomes) of andere bijkomstige len en andere beleidsdocumenten als input. Ook is van die beschrijft welke effecten er kunnen zijn op de doelgroep en/of blijvende effecten van haar activiteiten op de doel- belang dat het gewenste niveau van resultaat- en impact- (outcomes). En daarna wat de netto-effecten (positieve, groep en maatschappij (impact). Daarnaast zal het ene meting in het meetmodel wordt benoemd negatieve, bedoelde, onbedoelde, directe en indirecte) kun- instrument of aanpak meer geschikt zijn voor de ene goedeVOORBEREIDEN | 25 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 2.3. SMART-doelstellingen De tweede stap in het meten van resultaten en impact is het vertalen van de missie, visie en strategie van de organisatie in concrete, meetbare doelen. Het doel van een project vormt de schakel tussen de directe resultaten en effecten en de overkoepelende organisatiedoelen. Het doel van een project beschrijft de outcome van een project: de positieve verandering die wordt verwacht ten bate van de doelgroep (mensen, onderzoeken, flora, fauna e.d.). De woorden “Het project zal bijdragen aan...” worden hier vaak gebruikt. Het effect en de impact van een project of activiteit kunnen alleen worden beoordeeld en geverifieerd als duidelijk is welke geplande effecten van het project voor ogen worden gehouden en als er meetbare doelstellingen zijn geformuleerd. De doelstelling beschrijft de uitkomst(en) van het project: de beoogde en directe, korte- en middellangetermijneffecten op de doelgroep. De doelstelling van het project moet binnen de scope van het project liggen, zodat een organisatie de effecten direct toe kan schrijven aan het project. Hiervoor is het noodzakelijk dat in de doelstelling van het project ook het beoogde effect voor de doelgroep is opgenomen. In de Bron: www.theoryofchange.org Bron: http://archives.frederatorblogs.com/nicktoons/ praktijk is het vaak niet zo eenvoudig de effecten van een (Rechthebbenden kunnen zich melden bij het CBF.) category/uncategorized/page/2/ project te onderscheiden van de directe resultaten. Goed geformuleerde doelstellingen voor effect en impact van het project zijn daarom van groot belang voor betekenisvolle resultaat- en impactmeting. 26 | VOORBEREIDEN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Goede voorbeelden van SMART-doelstellingen: Om resultaten goed te kunnen vaststellen is het nodig Sector gezondheid: het aantal geregistreerde patiënten met hart- en vaatziekten in 2013 in SMART-doelstellingen te formuleren. De letters van SMART Nederland terugdringen met 5%. staan voor: •Specifiek: het aantal geregistreerde patiënten met hart- en vaatziekten in 2013 in Nederland. • Specifiek: is de doelstelling eenduidig? • Meetbaar: onder welke (meetbare/observeerbare) voorwaarden of vorm is het doel bereikt? • Acceptabel: is deze acceptabel (wenselijk) genoeg voor de doelgroep en/of de organisatie? •Meetbaar: meting naar aanleiding van de registratie van patiënten met hart- en vaatziekten; minimaal -5% is de streefwaarde. •Acceptabel: alle betrokken partijen kunnen zich vinden in de doelstelling en willen hiermee aan de slag. •Realistisch: met de inzet en middelen van de betrokken partijen is het mogelijk om de doelstelling te behalen. •Tijdgebonden: de periode waarin de doelstelling bereikt moet worden, is duidelijk afgebakend (het jaar 2013). • Realistisch: is het doel haalbaar? • Tijdgebonden: wanneer of binnen welke tijdsperiode dient het doel bereikt te zijn? Sector natuur & milieu: Het terugdringen van de uitstoot van fijnstof door de Nederlandse industrie met 25% tussen 2012 en 2015 zodat de luchtkwaliteit verbetert. In plaats van ‘Acceptabel’ wordt ook vaak ‘Aanvaardbaar’, •Specifiek: de uitstoot van fijnstof door de Nederlandse industrie tussen 2012 en 2015. ‘Ambitieus’ (bewerkstelligt het doel wel een echte veran- •Meetbaar: meting van de uitstoot van fijnstof door de industrie. dering?), of ‘Aanwijsbaar’ (wie wijs je aan die het doel •Acceptabel: alle partijen zien het belang van de doelstelling in en deze past binnen het kader van de betreffende nastreeft?) gebruikt. In plaats van ‘Realistisch’ wordt ook wel ‘Resultaatgericht’ gehanteerd. Europese richtlijn. •Realistisch: gezien de huidige technologische veranderingen op het gebied van luchtzuivering is het mogelijk om de uitstoot van fijnstof terug te dringen. •Tijdgebonden: de periode waarin de doelstelling bereikt moet worden, is duidelijk afgebakend (tussen 2012 en 2015). Fondsenwerving: In 2013 5% meer inkomsten werven bij institutionele donateurs. •Specifiek: inkomsten van institutionele donateurs. •Meetbaar: meting van de toename in de inkomsten uit een specifieke bron, namelijk institutionele donateurs. •Acceptabel: alle partijen zien het belang van de doelstelling in. •Realistisch: gezien de beschikbare gelden bij institutionele fondsen en de nieuw aangestelde fondsenwerver zou het mogelijk moeten zijn om de inkomsten uit deze bron in geringe mate te verhogen. •Tijdgebonden: de periode waarin de doelstelling bereikt moet worden, is duidelijk afgebakend (het jaar 2013). VOORBEREIDEN | 27 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Slechte voorbeelden van SMART-doelstellingen: Sector natuur & milieu: het beschermen van natuurgebied de Veluwe. Fondsenwerving: het werven van een zo •Specifiek: nee. Het is wel duidelijk om welk gebied het gaat, maar niet om welke aspecten van het gebied, zoals de groot mogelijke achterban dit jaar. stand van bepaalde flora of fauna, de bodemkwaliteit, luchtkwaliteit of in hoeverre er afval in het gebied te vinden is. De manier waarop uiting kan worden gegeven aan ‘beschermen’ wordt niet gespecificeerd. •Meetbaar: nee. Het is niet duidelijk hoe kan worden gemeten dat de bescherming heeft plaatsgevonden en bescherming van wat precies. •Acceptabel: ja. De betrokken partijen zullen het belang zien van de bescherming van dit natuurgebied, dat voor zowel mens als natuur een belangrijke functie vervult. •Realistisch: nee. Beschermen is een breed begrip en hier kan van alles onder vallen. Bovendien hebben veel partijen belang bij de bescherming, op welke wijze dan ook, van dit gebied en dit maakt het niet realistisch om het doel uit te voeren. •Tijdgebonden: nee. Er is geen tijdsperiode genoemd. •Specifiek: niet geheel. Alhoewel het duidelijk is dat het gaat om de achterban van de organisatie, is onduidelijk om welke doelgroep(en) het gaat. Tevens is niet duidelijk wat de organisatie van de achterban wil: een bepaalde hoeveelheid fondsen werven, de vrijwillige inzet verhogen of maatschappelijk draagvlak creëren? •Meetbaar: nee. Er wordt geen meetlat genoemd waar de verhoging tegen kan worden afgezet en gemeten. •Acceptabel: ja. Dit is een belangrijk middel voor de maatschappelijke verankering en financiering van Sector welzijn: zoveel mogelijk mensen bewustmaken van het belang van cultureel erfgoed. • Specifiek: nee. Er wordt geen specifieke groep mensen aangeduid, zoals ‘kinderen tussen 12 en 18 jaar’ of ‘alle pensioengerechtigden’. Noch wordt aangeduid hoeveel mensen bereikt dienen te worden, bijvoorbeeld minimaal 25.000 kinderen op basisscholen of het geregistreerd museumbezoek 10% verhogen. •Meetbaar: nee. Er wordt geen meetlat genoemd waar de verhoging tegen kan worden afgezet en gemeten. •Acceptabel: ja. Het is aannemelijk dat veel partijen het belang van de doelstelling inzien. goededoelenorganisaties en daarmee een belangrijk aspect van fondsenwerving. •Realistisch: ja. Een zo groot mogelijk aantal mensen kan nooit niet gehaald worden, want wat mogelijk is, dat is mogelijk. •Tijdgebonden: enigszins. Er is geen concrete tijds- •Realistisch: ja. Zoveel mogelijk mensen kan nooit niet gehaald worden, want wat mogelijk is, dat is mogelijk. periode genoemd, maar wel dat het het huidige •Tijdgebonden: nee. Er is geen tijdsperiode genoemd. jaar (van het jaarplan of iets dergelijks) betreft. 28 | VOORBEREIDEN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Voor de ene soort activiteit zal het makkelijker zijn om zal worden beschreven, is een combinatie van meetbare en Voorbeelden van SMART-doelstellingen SMART-doelstellingen te formuleren dan voor de andere. Zo beschrijvende uitkomsten het meest informatief. voor minder tastbare activiteiten: zal de doelstelling van een activiteit als ‘het verlenen van Een ander voorbeeld van een activiteit, waarbij het belang- Voorlichting: het kennisniveau op het gebied van noodhulp’ in vrij concrete (tastbare) bewoordingen te formu- rijk is om SMART-doelstellingen te formuleren, is op het ziekte X onder mensen tussen 45 en 65 jaar in leren zijn, in de vorm van bijvoorbeeld ‘het aantal mensen gebied van bewustwording, voorlichting, preventie en der- Nederland vergroten met 25% op minimaal drie van dat noodhulp zal ontvangen en welke noodhulp zij gaan gelijke. Het ‘creëren van meer bewustwording’ klinkt heel de tien aspecten van onze bewustwordingscampagne ontvangen’. Aan de andere kant zal bijvoorbeeld het formu- vaag en dit kan concreter worden geformuleerd als precies in 2013, vergeleken met het kennisniveau in 2011. leren van SMART-doelstellingen voor langetermijnonderzoek wordt genoemd op welke gebied men bewustwording wil naar een behandelmethode voor een ongrijpbare ziekte creëren. Als men weet wat de beginsituatie was (het ken- Preventie: het aantal geregistreerde gevallen van tand- minder voor de hand liggend zijn. Met andere woorden, er nisniveau voor aanvang van de voorlichtingsactiviteit), dan erosie onder kinderen van 6 -12 jaar met 10% terug- is voor goededoelenorganisaties een verschil tussen tastbare kan ook worden aangegeven hoeveel procent meer kennis dringen in 2013, vergeleken met het aantal in 2012. en minder tastbare activiteiten. Dit wil echter niet zeggen van een onderwerp de doelgroep beoogd wordt te hebben dat het niet mogelijk of de moeite waard is om voor min- na de activiteiten/campagne of hoeveel mensen dienen Onderzoek: in de komende vijf jaar (2013-2018) der tastbare activiteiten een heldere SMART-doelstelling te te worden bereikt in diverse leeftijdscategorieën. Er zijn minimaal drie (vervolg- of PhD-)onderzoeken naar formuleren. diverse onderzoeksmethoden om te onderzoeken of er een ziekte Y financieren, op het gebied van het ontstaan verandering is opgetreden in bijvoorbeeld het kennisniveau en de sociale en emotionele aspecten van de ziekte In het voorbeeld van onderzoek naar een behandelmethode of gedrag van de doelgroep op een bepaald gebied, bij- en de patiëntenomgang met de ziekte. voor een bepaalde ziekte kan wellicht niet realistisch worden voorbeeld door met vragenlijsten te werken. Meer informatie ingeschat dat er bijvoorbeeld een nieuwe behandelmethode over onderzoeksmethoden volgt in Hoofdstuk 3. 2.4. Prestatie-indicatoren of direct toepasbare kennis over preventie uit het onderzoek gaat komen, maar men kan wel subdoelen stellen om een Met doelstellingen die SMART zijn, kan relatief objectief een Een van de kernvragen van resultaat- en impactmeting is: minimaal aantal publicaties te realiseren, een leerstoel op oordeel vastgesteld worden door de prestaties te meten. “Wat moeten we meten om te weten of we de doelstel- te richten, een PhD-student af te laten studeren en/of om het Als een doelstelling niet SMART is geformuleerd, is objectief ling bereikt hebben?” Het is daarom nodig aan SMART- kennisniveau van de onderzoekers op een bepaald gebied managen op prestaties lastig. Er zal dan vertrouwd moeten doelstellingen prestatie-indicatoren te koppelen. Een belang- te verhogen. Dit zijn aspecten die in meetbare eenheden, worden op het subjectieve gevoel van de uitvoerende orga- rijk kenmerk van een prestatie-indicator is dat het informatie zoals aantallen en percentages, uit te drukken zijn. Ook zou nisatie ten aanzien van prestaties en effecten. Organisaties bevat over de bron en de methode voor het verzamelen een beschrijving van de beoogde langetermijndoelstellingen kunnen bovendien leren door het formuleren van SMART- van data omtrent resultaten. Dit zorgt ervoor dat de doelstel- (zoals een nieuwe behandelmethode) met een update van doelstellingen. Om als organisatie het werk te willen verbe- ling meetbaar wordt. Prestatie-indicatoren zijn variabelen de progressie en de uitdagingen hierbij complementair kun- teren, is het belangrijk om te weten wat er te verbeteren valt om prestaties van organisaties, beleid, programma’s, nen zijn aan de meer tastbare doelstellingen. Zoals later en daarvoor is eerlijke en betrouwbare informatie nodig. projecten of activiteiten te analyseren. Aan de hand van VOORBEREIDEN | 29 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 (SMART-)doelstellingen kan een organisatie beoordelen of Goede voorbeelden van Een prestatie-indicator kan resultaat- en procesgericht zijn, zij er in slaagt om de geplande strategie waar te maken. prestatie-indicatoren: zoals: het uitvoeren van een X-aantal onderzoeken in het Met behulp van prestatie-indicatoren kan de organisatie •% basisschoolkinderen dat een lespakket heeft komende jaar (resultaatgericht) of de doorlooptijd van een de voortgang van haar prestaties meten en beoordelen. Goededoelenorganisaties kennen een aantal activiteiten zoals voorlichting, fondsenwerving, en onderzoek. Prestatieindicatoren kunnen gekoppeld worden aan deze activiteiten. Een prestatie-indicator is een meetbaar getal dat aangeeft ontvangen •Aantal ex-gedetineerden dat een opleiding heeft afgerond •Aantal minuten dat nodig is om medische voorzieningen te bereiken subsidieaanvraag (procesgericht). Een prestatie-indicator kan ook samengesteld zijn uit meerdere indicatoren, zoals het uitvoeren van vijf wetenschappelijke onderzoeken over de sociale en maatschappelijke opvang van dak- en thuislozen gedurende de looptijd van het project. Een prestatie-indica- of de doelstellingen worden behaald. Voorbeelden van •Inkomsten in € uit een bepaalde inkomstenbron tor kan zowel subjectief zijn, bijvoorbeeld de tevredenheid prestatie-indicatoren zijn: een bedrag, een percentage, een •Aantal bezoekers van een natuurgebied van de bezoekers van de binnenstad over het winkelaan- aantal of een tijdseenheid. •% mensen in een bepaalde wijk dat een sportschool bod, als objectief, bijvoorbeeld het aantal werkzame perso- Het is belangrijk dat prestatie-indicatoren betrekking hebben •Aantal vogels van een bepaalde soort per hectare Het kan noodzakelijk zijn om een aantal prestatie-indicatoren op degenen/datgene voor wie of wat het project bestemd •Aantal nieuwe donateurs voor een doelstelling te definiëren. In de praktijk worden hier- is en om de prestatie-indicatoren op het juiste schaalniveau •Aantal telefonische en schriftelijke bij vaak kwantitatieve (uitgedrukt in getallen) en kwalitatieve bezoekt te formuleren. Dit dient het niveau te zijn waar de activiteit nog invloed op heeft. Bijvoorbeeld, een natuurbeschermings- informatieverzoeken •Aantal artikelen gepubliceerd in relevante weten- nen in een bepaalde sector. (uitgedrukt in woorden, beschrijvend) prestatie-indicatoren gecombineerd. Wanneer blijkt dat het verzamelen van gege- project heeft ten doel om de biodiversiteit in een lokaal bos schappelijke vakbladen naar aanleiding van vens omtrent een prestatie-indicator moeilijk uitvoerbaar is, te verhogen. Mogelijke indicatoren voor verhoogde biodi- onderzoek kan de indicator worden vervangen door een vereenvoudig- versiteit zijn dan bijvoorbeeld het aantal bepaalde dier- of de of kan overwogen worden voor het verzamelen van data plantensoorten per hectare in dat specifieke stuk bos. Het is dan van belang dat de prestatie-indicator betrekking heeft De prestatie-indicator dient dan ook te zijn het uitvalpercen- op de diersoorten in dat specifieke stuk bos en niet op het tage meisjes op een bepaalde school en niet het uitvalper- Slechte voorbeelden van aantal van een bepaalde diersoort in de aangrenzende wei- centage meisjes in het hele dorp of de regio. prestatie-indicatoren: landen, kwelders, provincie of nog wijdere omgeving. Een •Leefomstandigheden op het platteland tweede voorbeeld: Een ontwikkelingsorganisatie heeft ten Er kan onderscheid worden gemaakt in een aantal typen •Natuurgebruik ter recreatie doel het verlagen van het uitvalpercentage van meisjes. prestatie-indicatoren (Ahaus, 2005): •Historische panden aankopen • Resultaatindicatoren en procesindicatoren •Meer mensen bewustmaken • Enkelvoudige of samengestelde prestatie-indicatoren •Zoveel mogelijk bijbels verstrekken • Objectieve en subjectieve prestatie-indicatoren 30 | VOORBEREIDEN 1 een beroep te doen op bestaande informatiebronnen zoals 2 3 4 5 6 7 8 9 Tabel 1: Voorbeeld van gebruik ‘doelstelling’ en ‘prestatie-indicator’ nationale statistieken of gegevens van partnerorganisaties. Voorbeeld 1 Doelstelling Prestatie-indicator In de praktijk worden de termen ‘doelstelling’ en ‘prestatie- Impact In 2015 is de kindersterfte minder dan 15% Kindersterfte (cijfer) indicator’ vaak verschillend gedefinieerd en gebruikt. Ter illu- Effect (Outcome) 90% van de huishoudens in land X heeft in % van huishoudens in land X dat toegang 2015 toegang tot schoon drinkwater heeft tot een waterput op minder dan 15 stratie zijn enkele voorbeelden weergegeven van de wijze waarop onderscheid gemaakt kan worden tussen ‘doelstel- minuten loopafstand ling’ en ‘prestatie-indicator’ op het niveau van resultaten, effecten en impact. Idealiter komen de doelstellingen en prestatie-indicatoren die worden benoemd samen in meerjarenbeleidsplannen en jaarplannen. Een van de belangrijkste instrumenten van het bestuur om de doelstelling van de instelling gericht na te Resultaat (Output) het beleidsplan een functie bij het nemen van verantwoor- van de activiteiten, de effectiviteit daarvan en in voorkomende gevallen aangeeft waarom bepaalde activiteiten zijn Aantal waterputten dat in gebruik is Voorbeeld 2 Doelstelling Prestatie-indicator Impact In 2015 is de algehele volksgezondheid in Status volksgezondheid (Nationaal Kompas Nederland verbeterd met 5% Volksgezondheid, RIVM) De structurele sportparticipatie in Nederland % van de Nederlanders dat structureel sport Effect (Outcome) is in 2015 gestegen naar 75% delijkheid door het bestuur. Toegevoegde waarde van een meerjarenbeleidplan is dat het inzicht geeft in de continuïteit Het creëren van 100 waterputten Tabel 2: Voorbeeld van gebruik ‘doelstelling’ en ‘prestatie-indicator’ streven, is het vaststellen van het beleid. Door te verlangen dat het beleid wordt vastgelegd in een beleidsplan krijgt 10 Resultaat (Output) 10% van de Nederlanders ouder dan 15 Aantal Nederlanders ouder dan 15 dat jaar aan het sporten krijgen in het betreffende jaar is begonnen met sporten gestaakt. Door de realisatie van het beleid te toetsen krijgt men inzicht of de doelstellingen behaald zijn. VOORBEREIDEN | 31 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 2.5. Bepalen van de beginsituatie: de nulmeting Het bepalen van de beginsituatie kan gedaan worden aan De derde stap betreft het bepalen van de beginsituatie de hand van een nulmeting. De techniek die gebruikt wordt waarin de doelgroep of populatie zich bevindt. Dit aspect bij nulmetingen kan variëren van oriënterend tot gevorderd is van vitaal belang in resultaat- en impactmeting, want de en vergevorderd. Dit kan een behoeftepeiling onder de doel- beginsituatie geldt als referentiepunt van waaruit activiteiten groep zijn, het verzamelen van basisgegevens over de doel- worden toegepast en uitgevoerd. Door het bepalen van groep of een omgevingsanalyse naar omstandigheden op de beginsituatie wordt ook inzicht verkregen in de wijze basis van informatie van derden of samenwerkingspartners. waarop de activiteit kan worden aangepakt, welke middelen nodig zijn om de activiteit uit te voeren en wat de verwachtingen zijn. Op basis van de beginsituatie kan achteraf “Heifer Nederland heeft een eigen format voor het resultaten (gaan er bijvoorbeeld meer kinderen naar beter worden bepaald welke veranderingen als gevolg van meten van impact ontwikkeld waarin voor alle projec- school of is de positie van vrouwen verbeterd?). Heifer de activiteit hebben plaatsgevonden bij de doelgroep of in ten standaard een baseline-onderzoek, een mid-term- Nederland heeft het format dat zij gebruikt om impact de maatschappij. evaluatie en een end-term-evaluatie wordt uitgevoerd. te meten ontwikkeld vanuit haar eigen kennis en erva- Samen met partnerorganisaties ter plaatse en op basis ring en heeft hierbij gebruik gemaakt van het Logframe van (wetenschappelijke) kennis en ervaring wordt de model.” beginsituatie (baseline) voorafgaand aan het project Interview met Rian Fokker van Heifer Nederland over bepaald. Een mid-term-evaluatie wordt doorgaans het bepalen van de beginsituatie. intern uitgevoerd en de eindevaluatie (end-term-evaluatie) wordt doorgaans, zeker bij grote projecten, door een externe partij ter plaatse uitgevoerd. Daarnaast rapporteren de partnerorganisaties die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de projecten structureel aan Heifer Nederland. Iedere drie maanden krijgt Heifer Nederland een financiële rapportage van haar partnerorganisaties. Ieder half jaar volgt een voortgangsrapport waarin staat welke activiteiten zijn uitgevoerd, wat de huidige situatie is en wat de © Auke Herrema 32 | VOORBEREIDEN uitdagingen zijn. Ieder jaar vullen partnerorganisaties Send a Cow-project in Oeganda (foto: Heifer het impactmeting-format in en rapporteren ze over de Nederland) 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 De organisatie voert haar projecten en activiteiten uit met 2.6. Betrekken van belanghebbenden en Belanghebbenden zijn individuen of organisaties die als als doel een verandering ten opzichte van de beginsituatie, doelgroep gevolg van de activiteiten van de organisatie positief of vóór aanvang van de activiteit, tot stand te brengen. Om te In het ideale geval speelt het betrekken van de belangheb- negatief beïnvloed worden of die invloed kunnen uitoefenen bepalen of deze veranderingen hebben plaatsgevonden, benden bij de projectcyclus een belangrijke rol; van de op de organisatie. Denk hierbij bijvoorbeeld aan (potentiële) wordt halverwege of na afloop van het project een eenme- definitie van een strategie en het bepalen van de doelstel- donateurs, werknemers, collectanten, patiënten, wetenschap- ting uitgevoerd, ofwel een eerste resultaat- en impactmeting. lingen, via de planning en uitvoering van activiteiten, tot en pers, de doelgroep van de activiteit, de media, institutionele Het is ook mogelijk om met regelmaat, bijvoorbeeld jaarlijks, met de evaluatie van de resultaten en het toepassen van de financiers en overheden, maar ook aan belanghebbenden een meting uit te voeren of bijvoorbeeld één, twee en/of vijf geleerde lessen. Het is daarom van belang om de belang- die niet direct betrokken zijn bij of beïnvloed worden door jaar na afloop van het project, om er achter te komen wat hebbenden te identificeren, hun verwachtingen en infor- de activiteiten, zoals dorpsbewoners die niet deelnemen de blijvende effecten van het project zijn. matiebehoefte te kennen en betrokkenheid te creëren. Ook aan de activiteiten van de organisatie. is het belangrijk om in kaart te brengen welke impacts als Het is van groot belang dat een goededoelenorganisatie waardevol worden gezien en wiens waarden als basis die- duidelijk weet wie de belanghebbenden en/of doelgroep nen om een oordeel te geven over de toegevoegde waarde van de organisatie zijn voordat met een resultaat- en impact- en kosten van een activiteit (Leeuw en Vaessen, 2009). meting wordt gestart, zodat zij vanaf het begin kunnen wor- Voor een goede vergelijkbaarheid zijn de aspecten den betrokken bij de organisatie, uitvoering en evaluatie van waarop een nulmeting wordt uitgevoerd gelijk aan de de activiteiten. aspecten waarop ook de (eind)evaluatie wordt uitge- Een voorbeeld van een goededoelenorganisatie die voerd. Bedenk daarom goed van tevoren hoe de te actief in dialoog is gegaan met haar belanghebbenden, verwachten resultaten kunnen worden gemeten en houdt is Pink Ribbon. “Om de rol van Stichting Pink Ribbon voor deze structuur vast. de toekomst te bepalen zijn van januari tot april 2012 meer dan zestig gesprekken gevoerd met stakeholders, waaronder borstkankerpatiënten, wetenschappers op het gebied van oncologie, medewerkers van Nederlandse kankerzorgcentra en verschillende patiëntenverenigingen. Dit om een goed beeld te krijgen van de visie van belanghebbenden op Stichting Pink Ribbon. Ook wilden we met deze gesprekken de huidige Nederlandse situatie en trends op het gebied van borstkanker in kaart brengen en de behoeften van de verschillende partijen inventariseren.” (Pink Ribbon, 2011: 6) © Auke Herrema VOORBEREIDEN | 33 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Er zijn diverse modellen om te bepalen wie de belangrijkste 2.7. Context en nagaan van attributie bespaard worden. Als immers al bekend is dat bepaalde (primaire) belanghebbenden zijn, bijvoorbeeld aan de hand De vierde stap in de voorbereidende fase, het nadenken activiteiten niet of minder goed werken of alleen onder van hoeveel invloed zij op de organisatie kunnen uitoefenen over de context van de meting en hoe aannemelijk zou bepaalde voorwaarden of omstandigheden, kan dit een (macht), of zij de organisatie legitimiteit geven om activitei- kunnen worden gemaakt dat de impact daadwerkelijk het waardevolle aanvulling zijn bij het voorbereiden en uitvoe- ten uit te voeren (legitimacy) en hoe belangrijk het is gezien gevolg is van de activiteiten, is voor veel goededoelenorga- ren van activiteiten en evaluaties. de timing en de aard van een claim op de organisatie om nisaties wat minder voor de hand liggend. aan de belanghebbenden aandacht te schenken (urgency) Vóór het uitvoeren van een evaluatie is het raadzaam om na Om na te gaan of veranderingen daadwerkelijk toe te schrij- (Mitchell et al., 1997). te gaan wat andere organisaties die vergelijkbare activitei- ven zijn aan een activiteit van de organisatie (attributie) zijn Daarnaast zijn er diverse manieren, methodieken en ten uitvoeren al hebben gedaan en gemeten op dit gebied. twee componenten van belang: instrumenten die gebruikt kunnen worden voor het erbij Er verschijnen steeds regelmatiger rapporten van studies in betrekken van belanghebbenden en in het bijzonder de (wetenschappelijke) vakbladen over de effecten van bepaal- doelgroep. Het verzamelen van informatie met betrekking de activiteiten (zie bijvoorbeeld Ministerie van Buitenlandse tot de belanghebbenden/doelgroep kan zo simpel zijn Zaken, 2011; Maas et al., 2011). Door gebruik te maken (analyse van verschil tussen groepen). als een deelnemer te bevragen, of zo complex als het van informatie die al voorhanden is, kunnen tijd en kosten Dit is weergegeven in de onderstaande figuur. 1. Vergelijking van de situatie vóór en nadat de activiteit plaatsvindt (analyse van verschil in de tijd). 2. Vergelijking van de situatie met en zonder activiteit organiseren en uitvoeren van een focusgroep. Een aantal manieren om informatie te verzamelen zijn: via vragenlijsten Doel per post, e-mail, internet of telefoon; één-op-één interviews; focusgroepen (ook wel groepsinterviews genoemd); bijeenkomsten en workshops; informatie uit registratie en dossiers en participerende technieken volgens het concept van de Participatory Rural Appraisal en/of Participatory Approach. Deze en andere methoden zullen in het volgende deel worden toegelicht. a Met activiteit c Zonder activiteit b Tijd Voor Na Figuur 3: Twee aspecten van impact meten: over de tijd en met of zonder de activiteit (gebaseerd op Leeuw en Vaessen, 2009) 34 | VOORBEREIDEN Doel 2Met activiteit 3 4 c Zonder activiteit 5 6 7 8 9 10 b De vergelijking voor en na de activiteit kan door de situatie Ter verduidelijking volgen enkele voorbeelden van hoe de vóór dat met het project is begonnen – gemeten met een nul- resultaten voor de projectgroep en controlegroep zouden meting (zie Hoofdstuk 2, paragraaf 5) – te vergelijken met kunnen worden weergegeven. de situatie na afloop van het project. Het vergelijken van de a1 Voor Tijd Na uitkomsten met of zonder activiteit doet men door dezelfde Vergelijking voorafgaand en na afloop van het project gegevens te verzamelen onder deelnemers van het project Figuur 4 beschrijft hoe de doelgroep van een project of (de projectgroep) en degenen die geen deel uit hebben programma zich ontwikkelt, bijvoorbeeld van het begin tot gemaakt van het project (de controlegroep). Dit wordt ook het einde van het project of programma. Bijvoorbeeld: 70% wel een counterfactual analyse genoemd. Het woord coun- van de plattelandsbevolking in regio X woont aan het einde terfactual betekent zoveel als ‘situatie zonder de activiteit’ van het project op 15 minuten loopafstand van drinkwater, (Leeuw en Vaessen, 2009). In de voorbereidende fase is het terwijl dit bij het begin van het project slechts 10% was. daarom van belang om niet alleen te bepalen wat de projectgroep of doelgroep is, maar ook welke groep (mensen, flora, fauna e.d.) een geschikte controlegroep zou kunnen vormen. Een controlegroep hoeft zeker niet altijd een groep mensen of dieren te zijn. Bij het bepalen van het effect op de projectgroep kan een controlegroep bijvoorbeeld ook Doelgroep gevormd worden door uitkomsten van onderzoeken die niet zijn gefinancierd door de goededoelenorganisatie die de evaluatie uitvoert. Door de niet-gefinancierde onderzoeken te volgen kan geobserveerd worden wat er gebeurt ‘als de activiteit niet zou zijn uitgevoerd’. Worden dan dezelfde of andere resultaten geboekt als bij de door de desbetreffende goededoelenorganisatie gefinancierde (wetenschappelijke) Start Halverwege Eind Figuur 4: Ontwikkeling doelgroep (Stiftung ZEWO, 2011) onderzoeken? Of vinden de niet-gefinancierde onderzoeken wellicht niet plaats? En bij natuurbeschermingsprogramma’s kan de controlegroep een vergelijkbaar niet-beschermd natuurgebied of niet-schoongemaakt stuk strand zijn. VOORBEREIDEN | 35 Start 1 2 3 4 5 6 7 8 9 Halverwege Eind 10 Vergelijking met controlegroep In figuur 5 wordt een vergelijking gegeven van de situatie van de doelgroep met de situatie van een controlegroep op een bepaald moment in de tijd. Bijvoorbeeld: 90% van de Doelgroep Doelgroep Controlegroep Controlegroep kinderen in regio X, die lijden aan diarree, heeft een succesvolle medische behandeling gekregen. In de controlegroep in regio Y heeft slechts 60% van de kinderen een succesvolle medische behandeling gekregen. Start Start Halverwege Halverwege Eind Eind Figuur 5: Vergelijking ontwikkeling doelgroep en controlegroep (Stiftung ZEWO, 2011) Vergelijking ontwikkelingen doelgroep en controlegroep voorafgaand en na afloop Figuur 6 vergelijkt de ontwikkeling van de doelgroep met de ontwikkeling van de controlegroep voorafgaand en na afloop van het project of programma. Bijvoorbeeld: 90% van de kinderen in regio X, die lijden aan diarree, heeft een succesvolle medische behandeling gekregen. Dit is Doelgroep Doelgroep meer dan bij de start van het project. Maar de situatie Controlegroep Controlegroep van de controlegroep laat over dezelfde periode een nog grotere verbetering zien zonder dat hier een activiteit heeft plaatsgevonden. Start Start Halverwege Halverwege Eind Eind Figuur 6: Vergelijking ontwikkeling doelgroep en controlegroep voorafgaand en na afloop (Stiftung ZEWO, 2011) 36 | VOORBEREIDEN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Een vergelijking met een controlegroep heeft alleen beteke- niet altijd gebruik gemaakt kan worden van ‘zuivere’ con- nis, en is daarom beter geschikt om een project te legitime- trolegroepen. Werken met controlegroepen kan problemen Besteed in de resultaat- en impactmeting aandacht ren, zolang een geschikte controlegroep beschikbaar is of opleveren wanneer de controlegroep de doelgroep is en aan het vergelijken van overeenkomsten en verschillen, kan worden gevormd, en zolang er geen ethische bezwaren vice versa, wat wordt geïllustreerd door het onderstaande bijvoorbeeld tussen projectgroep en controlegroep, tus- zijn. Het gebruik van controlegroepen kan vooral raadzaam voorbeeld. sen nulmeting en eenmeting, tussen eigen resultaten en die van een vergelijkbare organisatie of situatie en/of zijn in gevallen waarin er een gebrek is aan gegevens over de uitgangssituatie of deze alleen kunnen worden verkregen Probeer de doelgroep zoveel mogelijk homogeen te hou- tussen de vorige en huidige keer dat de activiteiten zijn tegen hoge kosten. den. Wanneer er sprake is van grote verschillen in de uitgevoerd. doelgroep, focus dan op subdoelgroepen. Door de groepen In het ideale geval worden de deelnemers van een evaluatie waarmee gewerkt wordt in de evaluatie zo homogeen (of de populatie flora en fauna bij milieustudies), zowel de mogelijk te houden, kan men beter bepalen of de effecten 2.8. Ontwikkelen van een meetmodel projectgroep als de controlegroep, willekeurig geselecteerd op de doelgroep daadwerkelijk toe te wijzen zijn aan de De laatste stap in de voorbereiding van resultaat- en impact- (dit heet ook wel ‘a-select’ of ‘random’), zodat de verdeling activiteiten van de organisatie of dat andere, niet-geob- meting is het ontwikkelen van een meetmodel. De kernvra- van kenmerken van de populatie geen invloed heeft op de serveerde verschillen tussen de doelgroep en de controle- gen hierbij zijn: wat wordt gemeten en hoe? Het meetmodel uitkomsten van het onderzoek. Bij het meten van effecten groep een verklaring voor de gevonden uitkomsten vormen geeft meer duidelijkheid in wat de organisatie wil meten, van activiteiten van goededoelenorganisaties geldt dat er (Webbink, 2011). welke methode of welk instrument zij daarvoor wil gebruiken, of resultaat- en impactmeting haalbaar zijn en waarover de organisatie wil communiceren. Door hier van tevoren Voorbeeld van het werken met controle- en informatie over in te winnen, is het beter mogelijk een goede doelgroepen. inschatting te maken van de middelen die nodig zijn om de “In sommige projecten wordt in de baseline ook een resultaat- en impactmeting uit te voeren (inzet van medewer- nulmeting gedaan bij mensen die niet meedoen in het kers, kosten, enzovoort). Een meetmodel kan zowel grafisch project (controlegroep). Maar dat gebeurt niet in alle als schriftelijk worden vormgegeven. projecten. Het blijft lastig, want we hopen juist dat mensen in de omgeving ook bereikt worden met het project Een belangrijk onderdeel van het meetmodel is het bepalen en de initiatieven uit het project gaan overnemen, dus of de gegevens die nodig zijn voor de evaluatie bereikbaar de controlegroep wordt dan al snel de doelgroep.” of beschikbaar zijn of hoe men hier aan kan komen. Zoals Interview met Rian Fokker, Heifer Nederland gezegd, kan gebruik worden gemaakt van bestaande (foto: Ben Langdon) gegevens, gegevens die anderen verzameld hebben en van het zelf verzamelen van gegevens. Voor het verzamelen VOORBEREIDEN | 37 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 van gegevens zijn diverse methoden beschikbaar, zoals kosten beheer en administratie, maar niet onder de kosten interviews, focusgroepen, vragenlijsten en dossieronder- voor fondsenwerving. Verken tijdig wie de resultaat- en impactmeting gaat uit- zoek. Meer informatie over onderzoeksmethoden vindt u in Gemiddeld genomen wordt zo’n 0,5% -1% van het activi- voeren. Zijn de benodigde tijd, geld en kennis voorhan- Hoofdstuk 3, Paragraaf 2. U kunt uitschrijven welke metho- teitenbudget gespendeerd aan evaluatie bij de wat grotere den om zelf een meting uit te voeren of is hiervoor een den van gegevens verzamelen zullen worden gebruikt en ontwikkelingprojecten in grote landen, maar bij kleinere externe partij en/of additionele financiering nodig? hoe u de diverse bronnen (documenten, respondenten) kunt programma’s zo’n 2% - 5% (OECD, 2007). Bij kleine pro- bereiken. Het wordt aanbevolen om meerdere methoden van jecten waar enkele tienduizenden euro’s aan budget is, lijkt gegevens verzamelen te gebruiken binnen de resultaat- en het niet logisch om 2% - 5% aan evaluatie te besteden, want impactmeting, dit heet de mixed methods approach. Door van zo’n klein bedrag kan nauwelijks een impactevaluatie meerdere methoden te gebruiken om gegevens te verza- uitgevoerd worden. Het is dan ook de vraag of voor zulke melen, kunnen de uitkomsten elkaar bevestigen of uitsluitsel lage bestedingen een uitgebreide resultaat- of impactmeting geven in het geval van ontbrekende of moeilijk te interprete- haalbaar of relevant is. Wel kunnen bij dergelijke financieel ren gegevens (Leeuw en Vaessen, 2009). Bovendien leveren kleinere projecten beschrijvingen worden gegeven van de niet alle methoden en evaluaties dezelfde uitkomsten op. verwachte en geobserveerde uitkomsten. Als de activiteiten tot doel hebben om te experimenteren, is Bepaal ook wanneer de gegevens dienen te worden verza- het verdedigbaar dat hier een aanzienlijk deel, bijvoorbeeld meld. Als inderdaad een nulmeting onder een projectgroep wel tot een derde van het budget, aan evaluatie wordt (en controlegroep) wordt uitgevoerd, moet dit gebeuren vóór gespendeerd, maar indien de activiteiten worden uitgevoerd aanvang van het project. omdat de organisatie de (gefundeerde) verwachting heeft Daarnaast dient zich de keuze aan welk meetinstrument dat de activiteiten succesvol zullen zijn, dan hoeft er ook niet wordt gehanteerd. In het volgende hoofdstuk worden diverse veel te worden besteed aan evalueren. Denk dan aan zo’n meetinstrumenten en methoden genoemd en toegelicht. Soms 1% - 2% voor de gehele organisatie. Het is dan ook aan geven financiers aan welke methode moet worden gebruikt. te bevelen om van tevoren te onderzoeken of er informatie bekend is over te verwachten resultaten en impact van de Het kan ook wenselijk zijn om te beschrijven of er additio- uit te voeren activiteiten (interview met prof. dr. R. Ruben, 26 nele fondsen dienen te worden geworven voor de evaluatie februari 2013). en welke mogelijkheden en verwachtingen hiervoor zijn. Het is niet ongebruikelijk dat een deel van het beschikbare budget gereserveerd wordt voor evaluatie. Dit valt dan meestal onder de kosten voor de doelstelling of eventueel onder de 38 | VOORBEREIDEN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Hoofdstuk III Meten van resultaten en impact STAP In dit deel wordt ingegaan op de tweede fase: het meten. In deze fase vallen twee van de tien geïdentificeerde stappen. Hoofdstuk II Voorbereiden Resultaat- en impactmeting kunnen op verschillende manieren 1 Keuze wat evalueren + wat wil ik bereiken (Theory of Change) 2 SMART-doelstellingen + prestatie-indicatoren 3 Nulmeting en betrekken belanghebbenden hierbij 4 Context en attributie: wat doen anderen en wat is mijn bijdrage 5 Meetmodel beschrijven 6 Meetinstrument kiezen 7 Gegevens verzamelen en analyseren 8 Evaluatie rapportage 9 Leren van evalueren worden geïmplementeerd en kunnen zowel door projectmanagers zelf (zelfevaluatie) als door onafhankelijke derden (externe evaluatie) worden uitgevoerd. Men zou kunnen zeggen dat zelfevaluatie met name geschikt is wanneer resultaat- en impactmetingen worden uitgevoerd ten behoeve van intern leren of wanneer de middelen van de organisatie beperkt zijn. Zelfevaluatie is zeer geschikt voor het analyseren van processen en om na te gaan welke verbeteringen Hoofdstuk III Meten waar nodig zijn. Het verdient aanbeveling om de evaluatie uit te laten voeren door een specifiek daarvoor aangewezen evaluatiemanager of programmamanager die over de juiste opleiding en kennis beschikt. Externe evaluaties zijn vooral Hoofdstuk IV Verantwoorden geschikt wanneer resultaat- en impactmetingen worden uitgevoerd teneinde een programma, project of activiteit van een organisatie te legitimeren. Externe evaluatie kan ook worden ingezet wanneer de kennis over meten en evalueren 10 Communiceren van de bevindingen aan belanghebbenden binnen de organisatie beperkt is. Om onafhankelijkheid te garanderen is het aan te bevelen om voor de evaluatie van activiteiten ten behoeve van belanghebbenden een onafhankelijke derde in te schakelen, zoals een consultant of onderzoeksbureau. Er is niet één specifieke manier waarop resultaat en impact gemeten kunnen worden. Zoals in het eerste hoofdstuk al is geconstateerd, is het zelfs maar de vraag of het mogelijk is om in alle situaties impact te meten, alleen al omdat METEN | 39 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 zoveel externe factoren van invloed zijn op het uiteindelijke kan zijn voor een bepaald type organisatie kan de werk- resultaat, dat het nauwelijks mogelijk lijkt resultaten toe te wijze worden gebruikt en aangepast door andere typen schrijven aan sec de activiteit van één instelling. Om een organisaties. Een voorbeeld hiervan is de Social Return on concrete basis aan te bieden volgen hieronder enkele veel- Investment (SROI). Deze methode werd in eerste instantie ont- gebruikte meetinstrumenten voor goededoelenorganisaties, wikkeld voor non-profit organisaties maar wordt momenteel die structuur en vorm kunnen geven aan resultaat- en impact- in toenemende mate gebruikt door bedrijven. - Outcome Mapping: doelgroep participeert bij het meten van gedragsverandering. - Theory Based Evaluation: toetsen van de Theory of Change en externe invloeden in kaart brengen. - Benchmarking: cijfermatige analyse van de meting. Als eerste wordt ingegaan op stap 6: welke instrumenten goededoelenorganisaties zouden kunnen gebruiken In het Jubileumnummer van Vice Versa, vakblad over ontwik- (Paragraaf 3.1). Daarna volgen meer praktische aspecten kelingssamenwerking (jaargang 46, zomer 2012), worden - Randomized Controlled Trial (RCT): statistisch van het meten, die samen stap 7 vormen, zoals welke elf evaluatiemethoden omschreven die gebruikt worden bij impact meten van grootschalige activiteiten met onderzoeksmethoden er zijn (Paragraaf 3.2) en hoe onder- het evalueren van ontwikkelingssamenwerkingsprojecten. behulp van willekeurig geselecteerde controlegroepen. zoeksgegevens geïnterpreteerd kunnen worden (Paragraaf Deze worden hieronder kort genoemd, waarbij het centrale 3.3), waarbij aandacht is voor de invloed van externe fac- uitgangspunt van de methoden wordt samengevat. toren en de rol van correlatie en causaliteit. Er wordt ingegaan op hoe goededoelenorganisaties om kunnen gaan verhalen verzamelen over de belangrijkste veranderingen. - Timeline Analysis: met verhalen een grafische tijdslijn construeren van de ontwikkelingen. - Social Return on Investment: monetaire 3.1. Meetinstrumenten Er zijn talloze instrumenten voorhanden om de prestaties en resultaten van een organisatie inzichtelijk te maken. Veel impact meten van grootschalige activiteiten met behulp van bewust geselecteerde controlegroepen. (Paragraaf 3.4). Tot slot wordt kort ingegaan op de uitdagin(Paragraaf 3.5). - Quasi-experimentele Methoden: statistisch - Most Significant Change Method: met positieve, negatieve, bedoelde en onbedoelde effecten gen die organisaties tegen kunnen komen in het meetproces efficiëntie van organisaties en processen. waarde toekennen aan resultaten. - Participatory Assessment of Development (PADEV): met Niet één lijst geeft een volledig overzicht en uitwerking van de beschikbare meetinstrumenten, want er zijn tientallen gedocumenteerde methoden en verwanten van methoden om evaluaties uit te voeren. Organisaties ontwikkelen ook hun eigen manieren en methoden. Alhoewel in deze publicatie een aantal meetinstrumenten extra aandacht krijgt, is het verhalen veranderingen, externe factoren en geenszins de bedoeling om goededoelenorganisaties hier- van deze instrumenten komen uit de private sector, zoals de causale verbanden in kaart brengen. mee het idee te geven dat deze de beste zijn of om meetin- Balanced ScoreCard, de Return On Investment (ROI) en rap- - Logical Framework: lineair model in strumenten voor te schrijven aan goededoelenorganisaties. portage-instrumenten van private fondsen en internationale een matrix voor plannen, bijsturen organisaties. Er zijn diverse methoden ontwikkeld door en en evalueren. voor non-profit- of overheidsorganisaties. Andere methoden zijn met name ontwikkeld voor, en worden gebruikt door, bedrijven. Hoewel een methode aanvankelijk ontwikkeld 40 | METEN - Result Chain Analysis: terugredeneren wanneer input, output, outcome en impact zijn behaald. Maas (2009) en Maas en Liket (2010), onderzoekers verbonden aan het Erasmus Center for Strategic Philanthropy aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, hebben in hun onderzoeken een dertigtal bekende methoden voor resul- 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 taatmeting bekeken, waarvan uiteindelijk bij acht sociale Social Return on Investment is een methode om te begrijpen Voorspellende SROI’s zijn vooral nuttig bij de planning van of maatschappelijke impact wordt gemeten. Alle methoden hoe bepaalde activiteiten meerwaarde kunnen genereren een activiteit. Ze kunnen helpen bij het laten zien in welke hebben verschillende sterke en zwakke punten en zijn beter en hoe deze in een economische en/of monetaire waarde mate een investering kan leiden tot een maximale impact. of meer geschikt voor bepaalde doeleinden dan andere omgezet kunnen worden. Net als Return on Investment Deze SROI’s zijn ook nuttig voor het identificeren van wat en afhankelijk van de groeifase van de organisatie. Vijf (ROI) is het een manier om de waarde die gecreëerd is ten er gemeten dient te worden zodra het project is gestart. instrumenten, ontleend aan het werk van Maas (2009), die opzichte van de initiële investering te schatten. Een institutio- Binnen de methode van SROI gaat maatschappelijke van toepassing zijn op de goededoelensector – de overige nele financier kan een goededoelenorganisatie bijvoorbeeld impact over een verandering die voor (een groep) mensen modellen zijn specifiek ontwikkeld voor bedrijven – worden vragen om de (maatschappelijke) waarde van een investe- of het milieu gerealiseerd wordt. Uitgangspunt is dat er een in de volgende paragrafen afzonderlijk beschreven. Hieraan ring of schenking te kwantificeren. probleem of gebrek is waarvoor een oplossing nodig is. is het veelgebruikte Logical Framework toegevoegd: In een ‘verandermodel’ of ‘logisch model’ wordt de relatie • Social Return on Investment (Paragraaf 1.1) SROI is in de kern gebaseerd op zeven principes (The SROI tussen inputs, outputs en outcomes omschreven als: wat is • Social Impact Assessment (Paragraaf 1.2) Network, 2012): het (sociale of milieu-) probleem, wat is de urgentie, wat is • Public Value Scorecard (Paragraaf 1.3) • Betrekken van belanghebbenden de omvang, welke oplossing wordt geboden en met welk • Participatory Impact Assessment (Paragraaf 1.4) • Begrijpen wat er verandert vanuit het standpunt van doel? Impact is de optelsom van verschillende resultaten en • Base of the Pyramid Impact Assessment Framework (Paragraaf 1.5) • Logical Framework (Paragraaf 1.6) belanghebbenden effecten. • Resultaten en effecten van activiteiten waarderen Daarnaast betrekt de SROI de inbreng van belanghebben- • Richten op relevante en significante zaken den (stakeholders) bij de totstandkoming van de impact. • Niet teveel (willen) claimen De inbreng van stakeholders is bepalend voor de uitkomst 3.1.1. Social Return on Investment • Transparantie over keuzen in de analyse van een SROI-analyse. Door gesprekken te voeren met alle Een populair instrument in de goededoelensector is Social • Verifiëren van financiële aannamen en resultaten stakeholders in een project en hun mening samen met hen te Return on Investment (SROI), waarbij een financiële waarde wordt toegekend aan de gemeten sociale effecten en resultaten. Hoewel de term SROI al langer bestond in vertalen in effecten, indicatoren en een financiële waarde, De SROI kent twee verschillende toepassingen: kosten-batenanalyses, werd een methodologie voor het om de maatschappelijke waarde van de activiteiten te berekenen van het sociale rendement op investeringen in het meten op basis van feitelijke resultaten. kader van sociaal ondernemen voor het eerst gedocumen- maakt SROI impact zichtbaar. • Evaluerend, waarbij de methode achteraf wordt ingezet • Voorspellend, waarbij de methode vooraf wordt ingezet teerd in 1996 door REDF (voorheen de Roberts Enterprise om te voorspellen hoeveel maatschappelijke waarde kan Development Fund), een filantropisch fonds dat langetermijn- worden gecreëerd als de activiteiten worden uitgevoerd. subsidies ter beschikking stelt aan sociale ondernemingen. METEN | 41 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 “Exodus heeft onderzocht of het geconstateerde posi- Interview met Rien Timmer van Vereniging Exodus •Waarde toekennen aan inputs. tieve effect van projecten en activiteiten van Exodus Nederland over de maatschappelijke waarde van Hoe belangrijk vinden stakeholders dat de organisatie op het algemene recidivecijfer vertaald kan worden in goededoelenorganisaties. haar activiteiten, projecten en programma’s uitvoert en maatschappelijke kosten en baten. Exodus heeft twee welke tegenprestatie willen zij leveren? Welke prioriteiten keer een onderzoek voor een Exodushuis laten uitvoe- stellen zij? Kortom, welke inputs zijn van cruciaal belang ren door een extern onderzoeks- en adviesbureau, in voor het realiseren van activiteiten en aan welke stakehol- Amsterdam en Utrecht. Er zijn onderzoeken bekend over ders zijn deze gekoppeld? de maatschappelijke kosten van een gemiddelde recidi- •Omschrijven van beoogde resultaten en effecten (outputs vist. Wanneer je het positieve verschil in recidivefactor en outcomes). hiermee vermenigvuldigt, dit verrekent met de kosten van Fase 3: Dataverzameling een Exodushuis en het begeleidingsprogramma, en dit •Bepalen van prestatie-indicatoren. vermenigvuldigt met de jaarlijkse uitstroom, dan weet je Door relevante prestatie-indicatoren te ontwikkelen en globaal wat je op jaarbasis realiseert aan besparingen. deze te implementeren binnen de organisatie, kan de Dit levert voor de huizen in Amsterdam en Utrecht posi- maatschappelijke waarde van programma’s, projecten en tieve cijfers op, hoewel wel sterk uiteenlopend omdat de activiteiten worden gemeten en gemonitord. aannamen grotendeels de uitkomst bepalen.” Battle of the Houses 2012 (foto: Exodus Nederland) •Dataverzameling. Het verzamelen van data (gegevens) op basis van de door de organisatie bepaalde prestatie-indicatoren. De SROI-methode bestaat uit zes fasen en diverse onderlig- activiteiten. Een analyse van de stakeholders geeft inzicht in gende stappen. wie ze zijn, wat ze inbrengen, wat ze doen en wat zij er Fase 1: Omvang en stakeholders voor terug verwachten. •Vaststellen van de omvang van de SROI-analyse. Fase 2: Beoogde input, resultaten en effecten Een SROI-analyse kan specifiek worden uitgevoerd op •Ontwikkelen van een ‘Impact Map’ van beoogde input, activiteit-, project- of programmaniveau of op een meer generiek organisatieniveau. •Identificeren van stakeholders en bepalen van de wijze waarop stakeholders betrokken worden. Stakeholders kunnen betrokkenen zijn (partijen die investe- activiteiten, resultaten en effecten. Centraal in de SROI-analyse staat de ‘Impact Map’. Data kunnen verkregen worden uit bestaande of nieuwe bronnen. •Bepalen van effecten en de termijn waarop effecten waarneembaar kunnen zijn. Op basis van verzamelde data bepalen wat de effecten van de activiteiten zijn en het bepalen van de termijn waarop de effecten (nog) waarneembaar kunnen zijn. Deze geeft een beschrijving van de middelen (inputs) die •Bepalen van de waarde van de effecten. gebruikt worden voor het uitvoeren van activiteiten, het Het toekennen van een monetaire waarde aan de effecten resultaat (outputs) van deze activiteiten en het effect van van activiteiten. Hiervoor worden financiële benaderingen ren) en/of de doelgroep zijn (partijen die effecten ondervin- deze activiteiten (outcomes) op de doelgroep en andere gebruikt om een schatting te maken van de maatschap- den) van de organisatie en haar programma’s, projecten en stakeholders. 42 | METEN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 pelijke waarde van de activiteiten voor verschillende verankeren van het analyseproces en de uitkomsten in beleid van publieke of particuliere acties voor mensen en de manier stakeholders. en activiteiten van de organisatie. waarop mensen leven, werken, spelen, zich tot elkaar verhou- Fase 4: Impact bepalen •Het bepalen en berekenen van impact, rekening houdend met spontane effecten, attributie en uitval. Het bepalen van de mate waarin de effecten toe te wij- den, zich organiseren en deel uitmaken van de samenleving.” Een SROI-rapport dient voorzien te zijn van veel meer Sociale problemen ontstaan grotendeels door conflicten tus- dan alleen de kwantitatieve resultaten en de kwantitatieve sen economische ontwikkeling en het gebruik van natuurlijke maatschappelijke waarde. In een SROI-rapport worden hulpbronnen. Economische verliezen en sociale kosten van zen zijn aan of geïsoleerd kunnen worden voor de inzet activiteiten, besluiten en verwachte resultaten continu gedo- aantasting van het milieu komen vaak lang nadat de eco- van de organisatie en niet veroorzaakt worden door spon- cumenteerd. Een goede registratie is dus essentieel om een nomische voordelen van de ontwikkeling zijn gerealiseerd. tane effecten. Dit is wat SROI bedoelt met de term impact. succesvolle SROI-analyse uit te voeren. Ontwikkelingsprojecten dragen bij aan economische ontwik- Het bepalen van de impact is belangrijk omdat dit het De SROI is toepasbaar voor een breed scala van gebrui- keling en een betere leefomgeving, maar kunnen ook nega- risico op overclaimen vermindert en het de activiteiten van kers, zowel taal als toepassingsmethoden zijn gemakkelijk tieve invloed hebben op de lokale bevolking. SIA helpt inzicht de organisatie geloofwaardig maakt. Spontane effecten te vervangen afhankelijk van de gebruiker. Meer informatie te krijgen in (de mate van) deze gevolgen en veranderingen. zijn effecten die zouden hebben plaatsgevonden indien over de toepassing van de SROI-methode via de website de activiteiten niet zouden zijn uitgevoerd. Door het meten van Social Evaluator: www.socialevaluator.nl. van al deze factoren kan bepaald worden wat de impact SIA is expliciet ontwikkeld voor activiteiten van organisaties in het kader van economische en sociale ontwikkeling in een 3.1.2. Social Impact Assessment (SIA) internationale context en kan in verschillende situaties en voor Fase 5: Social Return on Investment bepalen Een zeer breed instrument om vele vormen van sociale, verschillende doeleinden worden uitgevoerd. Er is daarom extra In deze fase wordt de Social Return on Investment berekend economische en ecologische impact in kaart te brengen is aandacht voor een conventioneel begrip van deze methodiek. op basis van de kwalitatieve en kwantitatieve informatie die de Social Impact Assessment, welke uitgaat van dynamisch In een internationale context spelen diverse overwegingen een is verzameld. De SROI is de verhouding tussen de financiële impactmanagement waarbij vanaf de beginfase van een rol. De wet- en regelgevende context varieert, de culturele en waarde van de investering en de financiële waarde van de project- of beleidsplan rekening wordt gehouden met het religieuze context varieert en de sociale en economische prio- maatschappelijke kosten en baten. Hierbij wordt rekening realiseren van impacts. Social Impact Assessment (SIA) riteiten voor ontwikkeling variëren. Dit kan leiden tot moeilijkhe- gehouden met verwachtingen, analyse van de gevoelig- omvat het proces van analyseren, bewaken en beheren van den bij het vaststellen en evalueren van effecten en impact. heid van aannamen over effect en impact en eventuele de bedoelde en onbedoelde, positieve en negatieve sociale In SIA wordt een breed scala aan effecten meegenomen, terugverdientijden. gevolgen van geplande activiteiten en de sociale verande- waaronder esthetische, archeologische, demografische, Fase 6: Rapporteren en integreren ringen die hierdoor zijn ontstaan. institutionele, psychologische en toerisme-effecten, maar ook van een activiteit is. De laatste fase in de SROI-methode betreft de rapportage, gevolgen voor de ontwikkeling van de gemeenschap, de de verificatie van de rapportage en de communicatie rich- De Inter-organisational Committee on Guidelines and rechten van inheemse volkeren, toegang tot en eigendom ting de doelgroep en andere belanghebbenden. Daarnaast Principles for Social Assessment (1994) heeft sociale veran- van grondstoffen, gezondheid, armoede, en economische, wordt in deze fase aandacht besteed aan het toepassen en deringen of sociale effecten gedefinieerd als de “gevolgen politieke, fiscale en infrastructurele gevolgen. Sociale, METEN | 43 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 economische en ecologische effecten van activiteiten zijn De SIA-methode is een proces om te waarborgen dat ont- De afzonderlijke fasen van de SIA-methode zijn: volgens SIA inherent en onlosmakelijk met elkaar verbonden. wikkelingsactiviteiten (a) gebaseerd zijn op en rekening hou- 1. Bepalen van de omvang en de context van het project. Verandering in het ene domein leiden automatisch tot ver- den met relevante maatschappelijke issues, en (b) voorzien 2. Identificeren van stakeholders en het uitvoeren van een anderingen in andere domeinen, waardoor rekening dient in deelname van een breed scala aan belanghebbenden. te worden gehouden met een hogere mate van impact en De SIA-methode bestaat uit een aantal fasen die in onder- cumulatieve of meervoudige impact (Vanclay, 2003). staande figuur zijn weergegeven. stakeholderanalyse. 3. Identificeren van sociale factoren (wat zijn de belangrijkste sociale issues?). 4. Analyseren van data en bepalen van doelstellingen en prioriteiten. Ensure monitoring with active stakeholder involvement and modify it 1 5. Betrekken van stakeholders en ontwikkelen van het pro- Analyse project context 2 7 ject. Identify stakeholders Perform stakeholder analysis 6. Uitvoering van en deelname aan het project. 7. Monitoren van het project, betrekken van stakeholders en bijsturen project. Voor meer informatie over de Social Impact Assessment- Social Assesment Process 3 Identify social factors/ variable 6 methode: Centre for Good Governance (2006) 3.1.3. Public Value Scorecard De Public Value Scorecard is in 2003 ontwikkeld door Robert Kaplan en is gebaseerd op het concept van de Balanced Scorecard, toegespitst op non-profit organisaties. Implement mitigation plan and public participation Een aantal uitgangspunten van de Balanced Scorecard 5 4 Consult stakeholders and Develop mitigative plans Analyse data and assess priorities dient tevens als basis voor de Public Value Scorecard. Beide instrumenten erkennen dat het meten van niet-financiële resultaten en effecten belangrijk is, zoals ook het evalueren van het proces minstens zo belangrijk is als het meten van uitkomsten en effecten. Het proces van meten en het gekozen meetinstrument ondersteunen de onderliggende Figuur 7: Social Assessment Process (Centre for Good Governance, 2006, gebaseerd op Rietberg-McCracken en Narayan, 1998) 44 | METEN organisatiestrategie. 1 Drie belangrijke uitgangspunten voor goededoelenorganisa- den, is het voor de instelling van belang dat deze doelen ties zijn weergegeven in onderstaande figuur. expliciet gemaakt worden om succesvol de strategie van 2 3 4 5 6 7 8 9 10 de organisatie te kunnen bepalen en te managen. • Legitimacy and support: Publieke waarde versus financiële waarde en de rol van donoren. Goededoelenorganisaties ontvangen donaties van verschillende soorten Legitimacy & Support donateurs, ook van donateurs die niet direct profiteren van de activiteiten van de organisatie. Ze ontvangen subsidies of worden ingehuurd door overheden om Social Mission projecten en activiteiten ten behoeve van de samenleving te realiseren. Voor deze organisaties is de publieke waarde van de activiteiten en de effecten ervan vermoedelijk belangrijker dan de financiële waarde. Het belangrijkste verschil met bedrijven is dat de waarde Organizational Capabilities die ze krijgen een maatschappelijke waarde is die aansluit bij het doel van de organisatie, in plaats van een particuliere financiële return die afkomstig is van de verkoop van een product of dienst boven de kostprijs. • Organizational capacities: Operationele capaciteit. Heeft de organisatie voldoende mogelijkheden om de Figuur 8: Uitgangspunten goededoelenorganisaties Public gewenste doelen te bereiken? Wanneer goededoe- Value Scorecard (Moore, 2003) lenorganisaties proberen sociale effecten te bereiken, hebben zij vaak hulp nodig van andere organisaties. • Social Mission: Welke waarde wil de organisatie cre- Ze zijn zelden groot genoeg om belangrijke maatschap- ëren, welke doelstellingen wil de organisatie bereiken? pelijke doelen helemaal zelf te bereiken en hebben dus Bijvoorbeeld: het bieden van noodhulp aan mensen die behoefte aan partners of coproducenten. Dit betekent dit acuut nodig hebben, het verbeteren van de sociale dat goededoelenorganisaties vaak belangrijke keuzen omstandigheden van een bepaalde doelgroep of in een dienen te maken over hoeveel middelen zij besteden bepaalde regio. Hoewel deze doelstellingen niet altijd aan zichzelf en hoeveel zij gebruiken voor het mobilise- worden samengevat in of vertaald naar financiële waar- ren van samenwerkingspartners. METEN | 45 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Moore (2003) geeft tevens een schematische weergave van 3.1.4. Participatory Impact Assessment (PIA) de organisatieprocessen (linker deel) en de waardeketen Een instrument dat uitgaat van een actieve participatie (rechter deel) van goededoelenorganisaties. van de doelgroep bij evaluatie is de Participatory Impact Assessment (PIA), ontwikkeld door het Feinstein International Center. Dit instrument past de participatieve methodologie Organization Outputs Partners and Co-Producers king met de oorspronkelijke organisatiedoelstellingen. De centrale vraag in deze aanpak is: “welk verschil maken wij?” Het gaat hierbij niet alleen om het bepalen van de Outcomes Inputs Client satisfaction Activities Processes Procedures Programs toe in het analyseren van resultaten en effecten in vergelij- impact op de leefomstandigheden, maar ook om het vormgeven van organisatieprocessen en hoe om te gaan met het ontbreken van informatie over de beginsituatie. De PIA-methode biedt niet alleen een handig hulpmiddel voor het bepalen van de verandering die is opgetreden, maar ook een manier voor het begrijpen waarom deze heeft plaatsgevonden. De PIA-methode biedt geen gedetailleerde stap-voorstapformule of set van instrumenten voor het uitvoeren van effectbeoordelingen, maar beschrijft acht stadia van het proces en geeft voorbeelden van hulpmiddelen die kunnen worden toegepast in verschillende contexten. Figuur 9: Organisatieprocessen Public Value Scorecard (Moore, 2003) PIA is ontwikkeld om in tegenstelling tot traditionele resultaat- en impactmethoden die in de humanitaire sector worden gebruikt, Ook in dit model leiden middelen (inputs) tot directe resulta- nadruk te leggen op echte impact gebaseerd op lokale uit- ten (outputs) en wordt samen met partnerorganisaties bereikt gangspunten en indicatoren. De PIA-methode is een uitbreiding dat de activiteiten voor de doelgroep toegevoegde waarde van de Participatory Rural Appraisal (PRA) en past participa- hebben, welke ook weer verdere effecten (outcomes) tieve instrumenten in combinatie met conventionele statistische hebben. benaderingen toe om de impact van humanitaire hulp en Voor meer informatie over de Public Value Scorecard: ontwikkelingsprojecten op de levens van mensen te meten. De Moore, M.H. (2003) aanpak benadrukt de betrokkenheid van de doelgroep en de 46 | METEN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 leden van de gemeenschap bij het beoordelen en meten van zen aan het specifieke project of de organisatie, worden de tijd heeft tot doel om ervoor te zorgen dat iedereen begrijpt resultaten, effecten en impact. Het gaat hierbij om de positieve numerieke scores met behulp van de PIA-methode gerang- binnen welke kaders impact wordt beoogd. en negatieve veranderingen die worden waargenomen. schikt en vergeleken met andere factoren die van invloed Fase 3: Identificeer prestatie-indicatoren voor het project. zijn op de waargenomen veranderingen. Het identificeren van indicatoren voor het meten van impact. Fase 4: Methoden. Drie kernvragen staan centraal: • Welke veranderingen hebben in de lokale gemeenschap plaatsgevonden sinds de start van het project? De acht fasen van de PIA-methode zijn in onderstaande Het bepalen van de methode of methoden die gebruikt figuur weergegeven. worden om de impact van het project op de leefomstandig- • Welke van deze veranderingen zijn toe te wijzen aan het project, of zijn veroorzaakt door het project? heden van mensen te meten. Eight Stages of a Participatory Impact Assesment • Welke verschillen hebben deze veranderingen gemaakt in het leven van mensen in de lokale gemeenschap? Fase 5: Steekproef. Afhankelijk van de tijd en de middelen die beschikbaar zijn, Stage 1: Define the questions to be answered wordt een keuze gemaakt voor de grootte van de steekproef Stage 2: Define the geographical and time limits of the project op basis waarvan impact wordt gemeten. methode als doel de daadwerkelijke effecten van een pro- Stage 3: Identify and prioritize locally-defined impact indicators ject op het leven van mensen te meten. PIA meet naast de Stage 4: Decide wich methods to use, and test them Stage 5: Decide wich sampling method and sample size to use groep ervaart als gevolg van een project, toe te wijzen zijn Stage 6: Assess project attribution projectactiviteiten en welke veranderingen zouden hebben aan de specifieke projectactiviteiten. Impact wordt gemeten Stage 7: Triangulate plaatsgevonden ongeacht het project? Stage 8: Feedback and verify the results with the community In tegenstelling tot traditionele methoden heeft de PIA- resultaten van een project (welke diensten zijn geleverd met welke input) in welke mate de veranderingen, die de doel- op basis van kwalitatieve indicatoren zoals veranderingen in status en welzijn of veranderingen in het niveau van Fase 6: Beoordelen van projectattributie. In elke gemeenschap of lokale omgeving waar een project wordt uitgevoerd, zullen in de tijd veranderingen plaatsvinden. Welke veranderingen treden op als gevolg van het project en kunnen toegeschreven worden aan de specifieke Fase 7: Triangulatie. Triangulatie is een cruciale fase in het meten van impact en participatie door de bevolking gedurende het project. Het Figuur 10: Fasen Participatory Impact Assessment-methode gaat om het gebruik van andere informatiebronnen (eerdere gebruik van participatieve rangschikking en scoringsmetho- (Catley et al., 2007) studies en rapporten, externe onderzoeken, enzovoort) voor den vertaalt de kwalitatieve resultaten, vaak gebaseerd op een vergelijking en controle van de resultaten van de partici- meningen of percepties, naar numerieke scores. Fase 1: Bepaal welke vragen beantwoording behoeven. patieve methoden die zijn gebruikt. Voor projecten in de humanitaire-hulpsector is het vaak lastig Het definiëren van vragen voor het beoordelen van impact Fase 8: Feedback en validatie. de beginsituatie vast te stellen, met name wanneer het gaat is vergelijkbaar met het definiëren van de doelstellingen van Deze laatste fase betreft het rapporteren en communiceren om noodhulp. Daarnaast kan het gebruik van een contro- het project. over de resultaten van deze PIA-analyse naar de lokale legroep in deze setting vaak onpraktisch of zelfs onethisch Fase 2: Bepaal de omvang van het project (ruimte en tijd). gemeenschap. zijn. Om te kunnen bepalen of veranderingen zijn toe te wij- Het definiëren van de grenzen van het project in omvang en METEN | 47 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Een voorbeeld van een participatieve methode die veel wordt gebruikt in de ontwikkelingssamenwerking is ‘outcome The World Economic Pyramid mapping’. Deze methode is ontwikkeld door het Canadese Individual annual income (2005 USD in Purchasing Power Parity) International Development Research Centre (IDRC) Ook bij deze methode staat niet zozeer het meten centraal Mature markets: > $20,000 als wel de gedragsverandering. Gedurende de looptijd wordt de voortgang gemonitord en geven de deelnemers 0.5 billion van het project zelf aan hoe ver zij in het proces zijn van gedragsverandering. 2 billion Emerging markets: $3,260 to $20,000 Voor meer informatie over de Participatory Impact Assessment-methode: sites.tufts.edu/feinstein/ Voor meer informatie over de outcome mapping-methode: Survival markets: <$3,260 4 billion www.outcomemapping.ca. 3.1.5. Base of the Pyramid Impact Assessment Framework Het Base of the Pyramid Impact Assessment Framework is ontwikkeld om impact te meten en uit te dragen, de organisatiestrategie vorm te geven en betere investeringsbeslissingen mogelijk te maken. De Base of the Pyramid, ook wel Population Most companies focus on mature and emerging markets, while the huge market of 4 billion people living on less then $3,260 a year goes largely untapped. World Resources Institute Bottom of the Pyramid of BoP genoemd, is een economisch model dat de wereldbevolking in drie welvaartsgroepen verdeelt. De top van de piramide vertegenwoordigt ongeveer een half miljard mensen, die in grote welvaart leven, meestal in de rijke landen waar de markten zich volledig hebben doorontwikkeld. Daaronder zit de groep van ongeveer twee miljard mensen met een inkomen tussen de 3.260 en 20.000 48 | METEN Figuur 11: The World Economic Pyramid (World Resources Institute, 2007) 1 dollar per jaar per hoofd. In de onderste groep, de bodem van de piramide, zitten ongeveer vier miljard mensen met een gemiddeld inkomen onder de 3.260 dollar per jaar. Van deze groep is een kwart erg arm, met een inkomen van twee dollar per dag of minder. Dit is de belangrijkste doelgroep voor hulporganisaties. De resterende drie miljard mensen hebben gemiddeld enkele tot negen dollar per dag uit te geven. Dit is de BoP-markt. Deze mensen scharrelen meestal hun kostje bij elkaar in de informele economie en kleinschalige landbouw. Vaak leven ze van ‘hand tot mond’: Business model of BoP venture Strategic Analysis Assess business model to understand who is ompacted Use BoP Impact Assessment Framework to generate an in-depth understanding of the povertyr alleviation implications of the venture Identify most salient potential positive and negative impacts (based on a assessment of magnitude and likelihood) er is nauwelijks spaargeld, ze hebben geen bankrekening en bezitten vaak niet de woning of de grond van hun huisje. Het geld gaat naar de meest basale levensbehoeften. 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Een BoP Impact Assessment begint met een strategische analyse van alle te verwachten positieve en negatieve effecten van het project op de lokale belanghebbenden, de verwachte omvang van deze effecten en de relatieve waarschijnlijkheid dat deze effecten zullen plaatsvinden. De strategische analyse biedt informatie om de opzet van het project aan te scherpen of te verbeteren en het project zodanig uit te voeren dat de positieve effecten maximaal zijn en de negatieve effecten beperkt. Use findings to enhance business model design Use findings to design process for tracking impact De volgende fase betreft de prestatieanalyse. Korte- en langetermijnprestatie-indicatoren worden geformuleerd waarmee de meest opvallende Het Base of the Pyramid Impact Assessment Framework of BoP Impact Assessment Framework is ontwikkeld in 2007. Het doel van het BoP Impact Assessment Framework is om te begrijpen Performance analysis Determine data collection methodology and data analysis strategy wie wordt beïnvloed door (investerings-)projecten en -activiteiten en in welke mate. Het kader is ontwikkeld om investeringsbeslissingen in de BoP-markt te evalueren en de effecten van deze beslissingen op armoedebestrijding te bepalen. De methode gaat uit van de drie belangrijkste lokale stakeholders: (1) kopers, (2) verkopers en (3) lokale gemeenschappen, en drie factoren in armoedebestrijding: (1) welzijn, (2) economische capaciteit en (3) de wijze waarop effecten gemeten kunnen worden en er wordt een strategie bepaald voor de dataverzameling. In deze strategie voor dataverzameling is zowel aandacht voor het vaststellen van de doelgroep Develop the data collection instrument invluding indicators for the most salient impacts Design and implement a field-based process for data collection Evaluate the data collected Use findings to enhance business model design Use findings to enhance process for tracking impact mensen en organisaties zich in een lokale gemeenschap tot als voor een controlegroep met belanghebbenden die niet worden bereikt met het project. Het primaire doel van het BoP Impact Assessment Framework is een gestandaardiseerd instrument en proces voor continue evaluatie en verbetering van investeringen en projecten die bijdragen aan het bestrijden van armoede. Door deze methode toe te passen worden zowel elkaar verhouden. investeringen (input) en resultaten (output) als Figuur 12: BoP Impact Assessment-methode (London, 2008) positieve en negatieve effecten op belanghebbenden (impact) systematisch vastgelegd. De METEN | 49 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 The logframe is a SUMMARY of the project, to answer the questions methode heeft specifiek aandacht voor het erkennen van wat WHY the project is being done, and WHAT IMPACT the project will have. er fout is gegaan, wat de geleerde lessen zijn en de mogelijkheden voor verbetering. Voor meer informatie over het Base of the Pyramid Impact Assessment Framework: www.baseofthepyramid.nl. this will contribute to the goal. 3.1.6 Logical Framework Hierarchy of Objectives Verifiable Indicators Means of Verification Assumptions Goal Usually not necessary as What record will be kept. What must hold true for the 1 too general and hard to Broad. measure in limited time What methods of data and Project contributes to the period. information gathering will What risks exist to not be used? achieving ultimate goal. overall goal. Het gebruik van zogenaamde Logical Frameworks is een manier om de relatie zichtbaar te maken tussen de mid- we anticipate the delen die nodig zijn om projecten en programma’s uit te purpose will result. rationale to work. Purpose Explains the extent of the Eg. baselines surveys, What must hold true for the 1 (2 if necessary). resuls at end-of-project. government records, purpose to result from the voeren (inputs), de activiteiten die worden uitgevoerd, de If the pupose is The use/result/immediate QQT: quality, quantity, minutes of neetings, outputs. resultaten (outputs) en de effecten (outcomes/impact) die achieved, then impact of the project. time. trip reports, training bereikt worden. De essentie van deze Logical Frameworks is Include beneficiaries in Used for evaluating the evaluations. de focus op de veronderstelde causale verbanden: dat als statement. project. Outputs Express the scope of the 1- 4 project. remain valid for the activities to result in the outputs. een bepaalde activiteit wordt ondernomen deze ook leidt tot bepaalde resultaten (outputs), wat vervolgens leidt tot het we produce the outputs. If we As above. What conditions must behalen van bepaalde effecten (outcomes) en uiteindelijk produce the What we produce. How many? What type? een bepaalde impact op de doelgroep. outputs, then What the management is Use for monitoring the responsible for archieving. project. Activities Summary of Inputs Conditions Precedent 1- 4 for each output. Mention total budget Agreements or inputs What we actually do. and inputs of various necessary to begin project. participants. Policy or activity of other Na de oorspronkelijke ontwikkeling van het Logical Framework door onder andere Weiss, Wholey en anderen in de jaren ’70 (zie Weiss, 1972), zijn veel verbeteringen en variaties toegevoegd aan het basisconcept. Het meest If we do the activities, then bekende en gebruikte Logical Framework is de Logical Framework Analysis (Logframe). agencies required. The question of HOW the project should be implemented should be addressed in the NARRATIVE, ACTIVITY SCHEDULE and BUDGET of the proposal. Figuur 13: Logframe model (IDSS, 1999) 50 | METEN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 De basis van het Logframe-model is de waardeketen 3.1.7 Keuze welk meetinstrument te verbinden en die proberen om de toegevoegde (Hierachy of Objectives). De activiteiten die worden uitge- Een belangrijke vraag die veel goededoelenorganisaties – waarde van de activiteit te bewijzen ten opzichte van voerd leiden tot bepaalde uitkomsten of resultaten (outputs). en bedrijven en overheden – hebben, is welk meetinstrument de beste alternatieve activiteit (vrij vertaald vanuit het Deze resultaten dragen bij aan het realiseren van de het meest geschikt is voor de organisatie en de voorwaar- doelstelling (purpose). Het realiseren van de doelstelling den die aan de evaluatie zijn gesteld. Sommige financiers draagt vervolgens bij aan het bereiken van een algemeen zullen voorschrijven welk meetinstrument dient te worden sultaten en effecten naar een economische of monetaire maatschappelijk effect (goal). De indicatoren (Verifiable gehanteerd. Dit kan zijn om de vergelijkbaarheid van aan- waarde. Indicators) beschrijven hoe maatschappelijke effecten, geleverde evaluaties te verhogen, systematisch evaluatiedata doelstelling en resultaten worden bereikt in termen van kwan- te verzamelen en/of een efficiënte beoordeling via een uni- Deze drie categorieën meetinstrumenten vullen elkaar aan titeit, kwaliteit, doelgroep, plaats en tijd. Ook worden de form rapportageformat mogelijk te maken. en hebben elkaar nodig. Men kan geen gebruik maken middelen benoemd die nodig zijn om de activiteiten uit te Resultaat- en impactmeting zijn een van de moeilijkste vor- van gegevens van effectbeoordeling tenzij ze procesma- voeren. De informatiebronnen (Means of Verification) geven men van onderzoek omdat resultaten sterk beïnvloed worden tig zijn uitgevoerd. Ook andere methoden zijn volledig aan waar en op welke manier de gegevens gevonden kun- door de context en de benadering die wordt gebruikt. De in afhankelijk van gedegen processen voor dataverzameling, nen worden die aangeven of de doelstellingen en resultaten dit hoofdstuk beschreven meetinstrumenten voegen elk een zoals veronderstellingen over de economische waarde behaald zijn. Als er aan de randvoorwaarden voor het pro- aparte dimensie toe aan het vormgeven en structureren van van resultaten en andere externe gegevens. De meeste ject is voldaan kunnen de activiteiten beginnen. Wanneer resultaat- en impactmeting. Een indeling van meetinstrumen- meetinstrumenten die in dit hoofdstuk zijn uitgewerkt zijn pro- op de verschillende niveaus de condities (Assumptions) zijn ten en/of methoden naar functie kan helpen bij het bepalen cesmethoden. De Social Impact Assessment, de Participatory vervuld, zullen activiteiten leiden tot resultaten en zullen deze welke soort instrument(en) gebruikt kunnen worden. De Impact Assessment, Base of the Pyramid Impact Assessment resultaten bijdragen aan het realiseren van de doelstelling en onderstaande onderverdeling komt van onderzoekers Clark Framework en het Logical Framework zijn daarnaast even- het bereiken van het algemeen maatschappelijke effect. et al. (2004): eens te kenmerken als impactmethoden. De Social Return on • Procesmethoden zijn instrumenten en methoden die Engels, Clark et al. 2004:8). • Monetaire methoden zijn gericht op het vertalen van re- Investment is een monetaire methode. Niet alle instrumenten Het Logframe-model wordt nu wereldwijd gebruikt door vele gericht zijn op het volgen van de efficiëntie en ef- passen bij alle goededoelenorganisaties en het is daarom overheidsinstellingen en NGO’s. Het is een verplicht kader fectiviteit van resultaten, variabelen of indicatoren, die belangrijk om inzicht te krijgen in de diverse instrumenten voor organisaties die overheidsfinanciering ontvangen in het management gebruikt om lopende operationele alvorens de juiste te kiezen om toe te passen. het kader van ontwikkelingssamenwerking in verschillende processen bij te houden. Effecten (outcomes) kunnen ver- landen, waaronder Australië, Canada, Nieuw-Zeeland en volgens worden geëvalueerd door de mate waarin ze Een andere manier om te bepalen welk meetinstrument het de Europese Unie. correleren (statistisch verband houden) met de gewenste meest geschikt is voor een organisatie kan zijn door te kijken maatschappelijke resultaten. naar welke aspecten van de in Hoofdstuk 2 beschreven vijf • Impactmethoden zijn instrumenten die meetbare resulta- stappen worden meegenomen in de meetinstrumenten. ten (outputs) en effecten (outcomes) met elkaar proberen METEN | 51 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Tabel 3: Kenmerken van meetinstrumenten Stap 1: Stap 2: Stap 3: Stap 4: Stap 5: Theory of Change SMART/ Beginsituatie Context/Attributie Meetmodel indicatoren SROI +++ +++ + +++ ++ SIA +++ ++ ++ +++ + PVS ++ +++ + + ++ PIA +++ +++ ++ +++ +++ BoP ++ +++ + + +++ Logframe +++ +++ +++ ++ +++ Er is geen ‘beste’ meetinstrument voorhanden. Alleen door ‘trial and error’ en experimenteren kan een goededoelenorganisatie ondervinden welk model wel of niet werkt of kan een eigen weg worden gevonden. Beargumenteer altijd waarom voor een bepaalde methode wordt gekozen of waarom eventueel wordt gestopt met het toepassen van een methode. Op basis van de kenmerken in de tabel lijkt de Participatory oorsprong vinden bij en van toepassing zijn op de ontwik- 3.2. Kwalitatieve en kwantitatieve Impact Assessment (PIA) het hoogst te scoren op de kenmer- kelingssamenwerking. Elementen uit deze modellen kunnen onderzoeksmethoden ken van de vijf stappen die een organisatie dient te door- ook toepasbaar zijn op organisaties in de gezondheids-, Stap zeven betreft het verzamelen en analyseren van gege- lopen alvorens te beginnen met resultaat- en impactmeting. welzijns- of milieusector. Daarnaast valt op dat in de meet- vens. Deze stap valt uiteen in vier paragrafen (3.2. tot en Echter, zoals beschreven is deze methode met name geschikt instrumenten wel de logische stappen staan beschreven met 3.5.). voor voortgangs- en evaluatieonderzoek onder doelgroepen die een organisatie dient te doorlopen, maar dat de daad- Nadat doelstellingen en prestatie-indicatoren zijn geformu- die kunnen participeren in het onderzoek. Een milieuorgani- werkelijke meting en rapportage daarover ook nog andere leerd, een nulmeting van de beginsituatie is gedaan, een satie die zich richt op het behoud van flora en fauna heeft methodieken, vaardigheden en inspanningen vergen. Daar meetinstrument is gekozen om de resultaat- en impactmeting hier weinig aan. De tabel met de kenmerken van de diverse wordt in de volgende paragrafen op ingegaan. vorm te geven en het project is uitgevoerd, kunnen gegevens meetinstrumenten kan ook gebruikt worden om andere meet- worden verzameld over de resultaten en eventuele verdere instrumenten en modellen te beoordelen op geschiktheid. effecten en impact van het project (of programma). We Nogmaals, het is niet de bedoeling om de in deze para- spreken van evaluatie als een manier om te begrijpen wat er graaf beschreven meetinstrumenten voor te schrijven of veranderd is door activiteiten van de organisatie. Die veran- aan te bevelen. Zij dienen eerder ter illustratie van wat er dering kan worden gemeten aan de hand van de gekozen aan modellen voorhanden is. Het valt op dat de meeste prestatie-indicatoren, welke de inhoudelijke leidraad vor- meetinstrumenten die in deze paragraaf zijn besproken hun men voor de meting. Bij meten wordt al gauw in getallen 52 | METEN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 gedacht, maar het meten van resultaat en impact beperkt voor de mate waarin het project heeft bijgedragen aan een Ook het analyseren van informatie uit registratie en dossiers zich hier niet toe. De gegevens die gebruikt worden in een verandering. kan cijfermatige gegevens opleveren. Daarnaast kunnen evaluatie kunnen zowel kwalitatief als kwantitatief van aard Speciaal voor ontwikkelingsprojecten vormen participatieve observaties, van bijvoorbeeld een vogeltelling, kwantitatieve zijn of een combinatie van beide. methoden of instrumenten voor resultaat- en impactme- gegevens opleveren. Ook kan gebruik worden gemaakt ting, zoals de Participatory Impact Assessment (PIA) en van (internationale) ranglijsten of indexen, zoals de Human Kwalitatief onderzoek is verbaal, beoordelend en opinië- Participatory Rural Appraisal een alternatieve en complemen- Development Index, rekentechnieken zoals Daly Adjusted Life rend, waarbij het begrijpen van de belevingswereld van de taire aanpak. Deze methoden richten zich spelenderwijs op Years (DALYS) en andere cijfermatige bronnen om resultaten onderzochten in een bepaalde situatie centraal staat. De het bevragen van de doelgroep op de veranderingen die te meten en tegen af te zetten. uitkomsten van kwantitatief onderzoek zijn getallen, zoals zich hebben voorgedaan, welke dit zijn en door welk pro- aantallen, scores, percentages, tijdreeksen of geldbedragen. ject deze veranderingen zijn ontstaan. Technieken die hiervoor gebruikt kunnen worden zijn bijvoorbeeld gebaseerd Typisch kwalitatieve methoden van onderzoek zijn het op sport en spel, theater en drama-opdrachten, visualisaties, verzamelen van verhalen (storytelling) middels informele het maken van collages en dergelijke. gesprekken, visitaties en observaties met individuele deelnemers of met groepen deelnemers. Dit kan in de vorm van Kwalitatieve data kunnen veel informatie opleveren, soms interviews of bijeenkomsten, workshops en focusgroepen. Bij zelfs zoveel dat het lastig is structuur en prioriteiten aan te focusgroepen worden groepen van zo’n maximaal 10-15 brengen in de veelheid aan informatie. Bijvoorbeeld: het deelnemers uitgenodigd om te praten over het project en gegeven dat honderd mensen gebruik hebben gemaakt van welke veranderingen de deelnemers hebben waargenomen. een dienst vertelt alleen een deel van het verhaal en is te Vaak gaat dit aan de hand van enkele vragen, die structuur beperkt om te kunnen bepalen of deze dienst effect heeft geven aan het gesprek, maar dit kan ook ongestructureerd gehad op deze mensen, de kwaliteit. plaatsvinden door de deelnemers volledige ruimte te geven zelf hun verhaal te vertellen. Het is tevens mogelijk om de Typisch kwantitatieve onderzoeksmethoden zijn het zelf afne- deelnemers een kwantitatieve waarde, zoals een score of men of laten invullen van vragenlijsten en enquêtes. Het gaat cijfer, te laten geven aan bijvoorbeeld hun welzijnsniveau hierbij om vragen die niet zozeer open van aard zijn, als of mate van (positieve of negatieve) verandering op een wel gesloten en gericht op aantallen. Bijvoorbeeld hoe groot bepaald thema. Hierdoor kunnen de verhalen omgezet wor- de veestapel voor en na het project is, hoe hoog het inko- den in kwantitatieve waarden, die vervolgens weer geana- men is, hoeveel hectare landbouwgrond wordt bebouwd of lyseerd kunnen worden, zoals bijvoorbeeld het percentage wat het kennisniveau op een schaal van 1-10 is over een deelnemers dat een verandering heeft ervaren of een score bepaald onderwerp. •Bedenk of u simpele of complexere onderzoeksmethoden wilt gebruiken. Dit hangt onder andere af van de omvang en complexiteit van de te evalueren activiteit, beschikbare middelen (tijd, geld, kennis) en welke mogelijkheden er zijn om gegevens te verzamelen. •Gebruik een combinatie van kwalitatieve en kwantitatieve onderzoeksmethoden, zodat de resultaten hieruit elkaar kunnen bevestigen en verklaren. •Laat de geformuleerde SMART-doelstellingen en prestatie-indicatoren terugkomen in de evaluatievragen, zodat datgene dat wordt gemeten aansluit bij de gestelde doelen. METEN | 53 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Het is van belang om te realiseren dat de kwaliteit van inzicht geven in de verhalen achter cijfers die tevoorschijn uitkomsten van een evaluatie mede wordt bepaald door de komen na analyse van de vragenlijsten en enquêtes. kwaliteit van de verzamelde gegevens, oftewel ‘garbage in is garbage out’. Veel organisaties vinden het lastig om de impact te meten voor grote thema’s als het bevorderen van homorechten, Het spectrum van onderzoeksmethoden kent gradaties, vari- voorlichting over HIV/AIDS of het creëren van persvrijheid ërend van een vragenlijst als evaluatie voor bezoekers van in een land. In dit geval is het, zeker voor kleine organisa- een lotgenotendag tot het organiseren van focusgroepen en ties, aan te raden om dergelijke grote thema’s te reduceren verder. Het één is niet beter of slechter dan het ander. tot afgebakende, SMART-geformuleerde doelstellingen en Verder kunnen kwantitatieve gegevens worden gebruikt ter ook een kleine, afgebakende doelgroep te willen bereiken, bevestiging van hetgeen door deelnemers is gezegd in bij- bijvoorbeeld alleen de mensen in een bepaald dorp, of voorbeeld interviews en bijeenkomsten. Aan de andere kant zelfs daar binnen weer een kleiner geheel zoals een school, kunnen de kwantitatieve gegevens van deelnemers meer bedrijf of stuk landbouwgrond. Dat maakt het ook mogelijk •Hou de evaluatie zo klein en eenvoudig mogelijk. Verzamel gericht gegevens, want te veel gegevens is ook niet goed. •Maak zoveel mogelijk gebruik van gegevens die al voorhanden zijn, bijvoorbeeld uit registraties. Dit bespaart kosten en tijd. •Voor het opstellen van effectieve, beknopte vragenlijsten en antwoordcategorieën zijn handleidingen voorhanden. Het is aan te raden hier meer over te lezen, zodat de juiste vragen kunnen worden geformuleerd. Via websites als www.surveymonkey.com, www.survey123.nl en www.thesistools.com kunnen gratis in beperkte oplage online vragenlijsten worden gemaakt en verspreid. •Een interview kan ongestructureerd, semi-gestructureerd of gestructureerd zijn. Soms kan het juist de Tabel 4: Kwalitatieve en kwantitatieve onderzoeksmethoden Kwalitatieve onderzoeksmethoden Kwantitatieve onderzoeksmethoden Storytelling Vragenlijsten per post, e-mail, internet of telefoon Bijeenkomsten en workshops Door de onderzoeker afgenomen enquêtes Informele gesprekken Informatie uit registratie Visitaties Informatie uit dossiers en documenten Observaties, beschrijvend Observaties, tellend Eén-op-één interviews, gestructureerd of semi-gestructureerd Vertalen van verhalen naar scores, cijfers, percentages Focusgroepen Indexen, ranglijsten Participatieve methoden 54 | METEN nodige informatie opleveren door de geïnterviewde zelf een verhaal te laten vertellen en daarbij te sturen met slechts enkele hoofdvragen. Als zeer specifieke informatie nodig is, werken gerichte vragen beter. •Een attentie of beloning vooraf kan helpen om meer mensen bereid te vinden om mee te werken, bijvoorbeeld in de vorm van een uitnodiging voor een evenement, voedsel of (gesponsorde) korting. 1 om de veranderingen op het thema waar de organisatie • Komt de verandering door het project of door andere 2 3 4 5 6 7 8 9 10 opmerking hierbij is dat de term significant alleen gebruikt zich mee bezighoudt, te meten. Dan kan gemakkelijker aan oorzaken, zoals economische vooruitgang, invloed van mag worden na het evalueren van een voorspelling (hypo- de doelgroep gevraagd worden wat zij vinden dat hun situ- de overheid of het werk van andere organisaties? these) over de beoogde uitkomsten. Na het overstappen atie is (nulmeting), wat de organisatie voor hen kan beteke- • Waren er ook minder goede gevolgen van het project? nen, welke effecten en veranderingen voor hen wenselijk en op een andere activiteit mag men niet achteraf concluderen dat die andere activiteit significant betere resultaten geeft realistisch zijn (Theory of Change) en hoe hun situatie na de 3.3. Interpreteren en analyseren van de dan de eerste activiteit. Significantie kan worden berekend uitvoering van het project is veranderd (resultaat- en impact- gegevens met behulp van het programma SPSS. De nauwkeurigheid meting). Het stellen van de juiste vragen is hierbij cruciaal. Een belangrijke stap in het doen van metingen is het inter- van een statistisch significant resultaat wordt uitgedrukt in Idealiter zijn de onderwerpen en indicatoren waarover vra- preteren en analyseren van de verzamelde gegevens, zowel een p-waarde, een getal tussen 0 en 1. Als deze p-waarde gen worden gesteld in de nulmeting dezelfde als die in de kwantitatief als kwalitatief. Vaak zal voor de verwerking van 0,05 of minder bedraagt, dan kan worden gesteld dat de resultaat- en impactmeting. Zo kan de situatie voor en na het kwantitatieve gegevens databasesoftware worden gebruikt, kans dat het gevonden verschil of samenhang op toevallig- uitvoeren van het project goed worden vergeleken. zoals Excel of voor gevorderden een programma als SPSS. heden berust, minder dan 5% is. Dit betekent dat met 95% Bij de verwerking van kwalitatieve gegevens verdient het zekerheid kan worden gesteld dat de activiteiten van een Voorbeelden van vragen die kunnen worden gesteld als aanbeveling om deze in te delen in categorieën, bijvoor- goededoelenorganisatie een bepaald effect hebben gehad. onderdeel van een impactmeting: beeld per onderzoeksvraag of thema. Het gaat echter te ver voor deze publicatie om dieper in te • Bent u tevreden met het nieuwe [schooltje, klimrek, fiets- gaan op dergelijke statistische kennis. pad door de duinen, etc.] en waarom wel/niet? Kunt Het proces van data-analyse is een ingewikkeld proces, dat u een rapportcijfer geven van 1 tot 10 hoe tevreden u dient te worden uitgevoerd door iemand die bekend is met bent over [naam project]? het construeren van verhaallijnen, grafieken en tabellen en • Wat zijn de belangrijkste veranderingen die het project het analyseren van gegevens. Het simpel optellen van scores of een gemiddelde score uitrekenen is niet zo veelzeggend. Bedenk voordat een vragenlijst wordt gemaakt hoe de Veel interessanter is om te kijken welke verschillen er bestaan gegevens zullen worden verwerkt en of de eventueel relatie met de overheid, uw kennis van onderwerp X, tussen groepen (van verschillende leeftijden, sekse, geloofs- benodigde software beschikbaar is. de positie van vrouwen in je dorp, uw inkomen, de overtuiging, geografisch gebied of ras/soort in het geval van veiligheid op straat, etc.] is veranderd na afloop van flora en fauna) en wat de samenhang tussen gegevens is. het project vergeleken met voor de start van het project? Het meest interessant is om te bekijken of de gevonden tot stand heeft gebracht? • Kunt u aangeven op een schaal van 1 tot 10 hoe [de • Hoeveel [opbrengst, oogst, kuddedieren, uitval van verschillen en effecten statistisch significant zijn. Significant schoolkinderen, kennis over ziekte X op de volgende wil zeggen dat er sprake is van een waargenomen resultaat zes deelgebieden etc.] was er in het jaar voordat het of effect dat niet door toeval is ontstaan, maar door iets project startte en hoeveel [...] was dat na het project? anders (bijvoorbeeld de activiteiten van de organisatie). Een METEN | 55 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 3.3.1. Attributie en externe factoren in één rekenkundig model te vatten. Het meest van belang alleen al te beschrijven welke externe factoren en partijen Bij het analyseren en interpreteren van onderzoeksgegevens lijkt te zijn dat organisaties zo goed mogelijk op voor hen ook invloed hebben gehad op de doelgroep en de uitkom- is het van belang dat goededoelenorganisaties zich ervan passende wijze laten zien wat ze bereikt hebben met hun sten van de activiteiten, kan al een beter en eerlijker beeld bewust zijn dat wellicht niet alle resultaten direct het gevolg investeringen en welk effect ze daarbij hebben gehad op de gecreëerd worden van de bijdragen van de goededoelenor- zijn van hun activiteiten. Met andere woorden: dat resultaten doelgroep, de maatschappij en de eigen organisatie. Door ganisatie aan de doelgroep dan wel maatschappij. niet altijd geclaimd kunnen worden als effect van een specifieke activiteit. Het toewijzen (attributie) van effecten op de doelgroep – op korte of lange termijn – aan de organisatie Voorbeeld van invloed externe factoren: Het bleek uit de interviews dat een grote kudde status geeft kan erg lastig zijn. Er zijn namelijk vaak externe factoren van impactmeting door The Nature Conservancy naar aan de bezitter. Een project, ook al duurt het meerdere invloed op het resultaat. Hierbij valt te denken aan sociale, een natuurbeschermings- en ontwikkelingsproject in de jaren, kan dergelijke tradities niet altijd doorbreken.” politieke, economische en technologische veranderingen, Gobiwoestijn van Mongolië. Esther Ten Hoorn, masterthesis VU Amsterdam (Ten oorlogen en ecologische invloeden (zoals droogte of over- “De doelen die het project onder meer beoogde, waren Hoorn, 2010). stroming). Dit zijn factoren waarop de organisatie veelal om de herders alternatieve bronnen van inkomsten te bie- geen directe invloed heeft. Daarnaast is vaak een groot den zodat zij minder afhankelijk werden van hun kudde, aantal andere organisaties in dezelfde sector of in hetzelfde en de kuddegrootte van de nomadische herders te verklei- gebied werkzaam, waardoor resultaten überhaupt lastig te nen, waardoor het schaarse woestijngras niet verder zou claimen zijn als resultaat van sec de activiteit van de betref- verdorren en er minder verwoestijning zou optreden. Uit de fende organisatie. Hoe breder de bijeffecten en hoe meer evaluatie van het project bleek dat de graslanden rondom externe factoren de doelgroep beïnvloeden, hoe complexer de projectgebieden in slechte staat waren en dat de het meten van prestaties en de attributie wordt. gemiddelde kuddegrootte niet was afgenomen. Men zou hieruit de conclusie kunnen trekken dat de slechte conditie Ieder goed doel en iedere activiteit dient geplaatst te wor- van het gras kwam door overbegrazing. Na statistische den in een grotere maatschappelijke context waarbij diverse analyse bleek dat de overbegrazing slechts gedeeltelijk de factoren een rol spelen. Hierdoor kunnen resultaten worden oorzaak was en dat het verdorren van het gras met name beïnvloed en worden de effecten van de werkzaamheden werd veroorzaakt door de extreme winterse kou en droog- van de organisatie niet juist gemeten. Het is wellicht nog te te die het land geteisterd hadden. Ondanks de bijeenkom- ingewikkeld om te bepalen wat het effect van een activiteit sten met herders om hen uit te leggen dat zij omwille van van de organisatie is geweest op de doelgroep in situaties hun natuurlijk leefgebied beter minder dieren konden hou- Landbouwproject in de Gobiwoestijn, Mongolië waarin externe effecten een rol spelen. Het meten van den, was de gemiddelde kuddegrootte niet afgenomen. (foto: Esther Ten Hoorn) impact van de gehele organisatie is wellicht te complex om 56 | METEN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 3.3.2. Correlatie en causaliteit verwerkingsprogramma. Dit zal te ver gaan voor goededoe- Om er zeker van te zijn dat de veranderingen komen lenorganisaties die aan het begin staan van resultaat- en Wat te doen als de onderzoeksresultaten onduidelijk of door de ontplooide activiteiten en niet door iets anders of impactmeting. Zij gebruiken veelal geen statistische verwer- niet overtuigend zijn? Presenteer de onderzoeksresul- door toeval zijn ontstaan, is het raadzaam om dit verder kingsprogramma’s maar beschrijven hun resultaten in verha- taten dan op een neutrale manier en geef aan dat er te onderzoeken. Voor veel goededoelenorganisaties blijft len en beelden ondersteund door een beperkte hoeveelheid geen eenduidige conclusies kunnen worden getrokken het tonen van de uitkomsten van een evaluatie wellicht bij cijfermatige gegevens. Organisaties die daarvoor de midde- op basis van de verzamelde gegevens. Laat de lezer een overzicht van de verzamelde resultaten in grafieken, len en kennis beschikbaar hebben, kunnen met behulp van zelf conclusies trekken uit de gepresenteerde verhalen, tabellen en verhalen, zonder analyse of interpretatie. Zoals een statistische analyse de samenhang tussen hun activiteiten grafieken, foto’s, film en dergelijke. Als het vermoeden een beschrijving bij hoeveel procent van de doelgroep een en de resultaten, effecten en impact nog beter onderbou- bestaat dat de onduidelijkheid komt door de wijze van verandering heeft plaatsgevonden naar aanleiding van de wen. Enkel het vaststellen dat er een samenhang is, zegt niet gegevensverzameling, analyse van de gegevens of ontplooide activiteiten. Als men een stap verder wil en kan altijd evenveel, want het is veel interessanter om de samen- organisatorische zaken, zoals een personeelswisseling, gaan, kan ook worden onderzocht of tussen de resultaten en hang te verklaren. Wellicht zijn er ook andere factoren die beschrijf dan in het evaluatierapport hoe dit in de toe- effecten van activiteiten en andere (omgevings)factoren die invloed hebben op de doelgroep of worden de gevonden komst beter kan. (EvaluativeThinking, 2013.) van invloed kunnen zijn op de doelgroep een statistisch ver- resultaten ook nog door andere factoren veroorzaakt. band kan worden gemeten. Het verband tussen deze twee aspecten (variabelen) wordt ook wel correlatie genoemd in de statistiek. Correlatie geeft lineaire samenhang aan, met andere woorden: of een vermeerdering of vermindering van de ene variabele een constante verandering van een andere variabele met zich meebrengt. Er kan bijvoorbeeld samenhang zijn tussen etnische afkomst van kinderen en een achterstand op school. Of er kan een verband zijn tussen het aantal vogels dat wordt geteld in een bepaald gebied en de aanwezigheid van snelwegen. Door een statistische analyse uit te voeren kan een betrouwbaarder inzicht worden gegeven in de ontplooide activiteiten en oorzaken voor effecten. Het vaststellen of er sprake is van correlatie (statistisch gemeten verband) tussen twee variabelen kan worden gedaan met behulp van een statistisch METEN | 57 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Voorbeeld van het aantonen van tieel. Het verschil neemt bovendien positief toe naar- Voorbeeld van verschil correlatie en samenhang mate de begeleiding intensiever is en langer duurt. causaliteit “Vereniging Exodus Nederland heeft vanaf 2002 Hiermee zou je de effecten dus toe kunnen wijzen aan Is er een oorzakelijk verband tussen het risico op onderzoek uitgevoerd naar waar de begeleidings- programma’s en activiteiten van Exodus. dementie en weinig sporten? Dit heeft vaak genoeg in aanpak van Exodus toe leidt. Het eerste onderzoek Daarnaast kijken we ook naar nieuwe onderzoeken de krant gestaan met koppen als “Sporten doet risico gaf een positief beeld. Het algemene beeld is dat om effect en impact nog meer te kunnen staven. op dementie verminderen”. Maar het zou ook kunnen ca. 70% van de mensen na zes jaar recidiveert en Zo vermoeden we bijvoorbeeld dat er een link zit dat beginnende dementie ervoor zorgt dat men wei- terugkeert in detentie. Van de mensen die door Exodus tussen een lager recidivecijfer en de thema’s die in nig sport. Of dat een externe factor van invloed is op zijn begeleid en positief uitstromen, recidiveert minder begeleidingsprogramma van Exodus aan de orde dementie. Zo gaat ongezond leven (roken, veel alco- dan 50%. Een significant verschil. Er was wel kri- komen, zoals zingeving. Maar dit is wel lastig ‘hard’ hol drinken, vet eten) vaak samen met weinig sporten tiek op het onderzoek, vooral met betrekking tot de te maken. In hoeverre kun je zeggen dat het feit dat je en bovendien is dit een risicofactor voor dementie. gebruikte definities en de tijdshorizon, en het feit dat het hebt over zingeving leidt tot minder recidive?” In dit voorbeeld kan wellicht wel sprake zijn van we niet hetzelfde meetinstrument als de rijksoverheid Interview met Rien Timmer, Vereniging Exodus een statistisch verband (correlatie) tussen sporten en hebben gebruikt. In de loop der tijd is de maatschap- Nederland. dementie, maar geen oorzakelijk verband (causaliteit) pelijke aanvaarding van wat Exodus doet echter wel dat sporten leidt tot minder dementie. toegenomen. Dat heeft ertoe geleid dat het tweede onderzoek in 2010 gebruik heeft gemaakt van hetzelfde meetinstrument als in het eerdere onderzoek Het wil niet zeggen dat als er een verband lijkt te bestaan van de rijksoverheid. Dit meetinstrument kijkt naar per- tussen twee zaken, dat het een wordt veroorzaakt door of soonskenmerken. Daarmee kun je objectiever vaststel- het gevolg is van het ander. Oorzakelijkheid wordt in de sta- len of de recidivefactor van een groep met dezelfde tistiek ook wel causaliteit genoemd. Niet alle waargenomen persoonskenmerken in een Exodusprogramma lager (significante) correlaties rechtvaardigen de conclusie dat er of hoger is dan de recidivefactor van een groep met een causaal verband zou zijn tussen de betrokken variabe- dezelfde persoonskenmerken die dit programma niet len. Wees daarom altijd voorzichtig met het claimen van heeft gevolgd. Rekening houdend met de persoons- verbanden en oorzakelijkheid. kenmerken, zien we dat het verschil met het algemene recidivecijfer minder groot is maar nog steeds substan- 58 | METEN Exodus League 2010 (foto: Exodus Nederland) 1 Uit het voorgaande voorbeeld blijkt dat het wel degelijk van goededoelenorganisaties en de mogelijke effecten van mogelijk is om verbanden (correlatie) aan te tonen tussen die activiteiten voor de doelgroep gaan voor de meeste bepaalde aspecten (variabelen). Aan de andere kant is het goededoelenorganisaties veel te ver. 2 3 4 5 6 7 8 9 10 erg lastig om causaliteit aan te tonen en het is ook de vraag of dit van goededoelenorganisaties te verwachten is. Dit komt onder meer doordat vaak externe factoren of ‘storende factoren’ optreden tussen oorzaak en het beweerde effect. Voorbeeld over de grenzen van het aanto- Storende factoren zijn bijvoorbeeld tussentijdse gebeur- nen van impact tenissen of ontwikkelingen bij belanghebbenden en de “Er zit natuurlijk een risico aan een deel van het onder- omgeving. Zo heeft de Wetenschappelijke Raad voor het zoek dat we doen, zoals onderzoek naar het verband Regeringsbeleid uit een evaluatie van Nederlandse ontwik- tussen recidive en zingeving. Dit verband bleek moei- kelingshulp gevonden dat de geboden hulp weliswaar op lijk aan te tonen. Een organisatie kan dan het risico projectniveau succesvol is, maar “dat er geen simpel cau- lopen om de eigen doelstelling onderuit te halen als saal schema bestaat dat het mogelijk maakt goed te begrij- de resultaten niet gemeten kunnen worden. Dit geldt pen wat het precieze effect van activiteiten is. Ontwikkeling, ook voor het effect van vrijwilligerswerk op de doel- opgevat als versnelde modernisering, is een uiterst inge- groep. We hebben in onderzoeken ook gezien dat wikkeld fenomeen. Het heeft te maken met een complexe de inzet van vrijwilligers naast betaalde medewerkers interactie tussen de economische infrastructuur, de kwaliteit als positief wordt gezien door bewoners en een van de overheid, het functioneren van het politieke systeem motiverende factor is. Het is echter een illusie om te en de wijze waarop sociale verbanden vorm krijgen. Het zeggen dat de inzet van mevrouw Jansen bij gedeti- lukt soms, en dan meestal pas achteraf, om delen van die neerde X één op één tot minder recidive heeft geleid. complexiteit in kaart te brengen, maar dat levert geen mooie We voelen aan dat er ergens een relatie is maar dat causale modellen op” (WRR, 2010: 109). Daarnaast con- is moeilijk meetbaar te maken. We slaan denk ik cludeerde de WRR dat de diverse landen die ontwikkelings- wel door in het meetbaar maken van alles. Het is de hulp hadden ontvangen, niet altijd vergelijkbaar waren en vraag of de kosten en baten van het meten met elkaar dat levert, naast de aanwezigheid van externe factoren, ook in verhouding staan.” meetproblemen op. Dergelijke uitgebreide evaluaties, die Interview met Rien Timmer, Vereniging Exodus Nederland. Woonkamer Exodushuis (foto: Exodus Nederland) oorzaak-gevolg proberen aan te tonen tussen de activiteiten METEN | 59 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 3.4. Positieve en negatieve, bedoelde en onbe- gehouden met de hoogte van de stijging of daling van het van onze ouders.” Deze reactie leidde tot veel verbazing bij doelde effecten inkomen en er verondersteld wordt dat de verandering toe te de initiatiefnemers en de financiers van het project. Daarom De meeste methoden en instrumenten zijn alleen gericht wijzen is aan de activiteit. In andere gevallen kan het min- wordt nu samen met de ouders en de kinderen gepraat om op het meten van de positieve en bedoelde (of verwachte) der voor de hand liggend zijn om de positieve en negatieve te zoeken naar een acceptabele situatie voor iedereen. resultaten ten behoeve van de doelgroep. Dit gebeurt vooral effecten bij elkaar op te tellen en zo tot een netto-effect te wanneer goededoelenorganisaties zich alleen richten op komen. Dan kunnen de positieve en negatieve effecten wor- het behalen van organisatorische doelen of doelstellingen. den beschreven aan de hand van voorbeelden. Hierbij wordt geen rekening gehouden met onverwachte veranderingen, positief of negatief. Echter, positieve en Onbedoelde of onverwachte uitkomsten kunnen zoals negatieve uitkomsten en bedoelde en onbedoelde resultaten gezegd ook negatief zijn. Een onbedoelde verandering en effecten zijn allemaal relevant om de maatschappelijke vindt bijvoorbeeld plaats wanneer de activiteit van de orga- waarde van een programma, project of activiteit te kunnen nisatie er voor zorgt dat het probleem dat diende te worden bepalen. Onbedoelde of onverwachte uitkomsten kunnen aangepakt zich verplaatst. Zo kan bijvoorbeeld een focus positief zijn en in sommige gevallen zelfs belangrijker voor op het verminderen van criminaliteit in wijk X er voor zorgen de doelgroep dan de beoogde resultaten (zie voorbeeld). dat de criminaliteit zich verplaatst naar de aangrenzende Impactmeting onderscheidt zich juist van directe resultaten wijk Y. In dit geval zijn dus ook de bewoners van wijk Y een en outcomes door het langetermijneffect van alle positieve, belangrijke doelgroep van de organisatie waar rekening negatieve, directe, indirecte, bedoelde en onbedoelde mee moet worden gehouden. En het kan ook betekenen dat effecten of doordat deze effecten zijn toe te wijzen aan de de organisatie het hoe, wat en waarom van haar activiteiten activiteit (attributie). Soms is het mogelijk om de negatieve opnieuw moet vaststellen. effecten op te tellen bij de positieve effecten en tot een © Auke Herrema netto-effect te komen. Bijvoorbeeld als vijftig deelnemers aan Een ander voorbeeld is van een klein particulier initiatief een microkredietprogramma er in inkomsten op vooruit zijn dat hoorde van de ouders in een Afrikaans dorp dat het zo Juist de negatieve uitkomsten geven goededoelenorganisaties gegaan, dertig dezelfde inkomsten hebben als vóór het pro- vervelend was dat hun kinderen enkele kilometers moesten informatie over wat er nog niet helemaal goed is gegaan gramma en twintig deelnemers erop achteruit zijn gegaan lopen van en naar school. Daarop is een school gebouwd en wat beter kan. Daarom kan het goed zijn om negatieve omdat de buurman de lening niet heeft afbetaald aan de in het dorp zelf. Toen aan de kinderen werd gevraagd of uitkomsten van evaluaties niet te negeren, maar deze in elk groep, dan kun je simpel gezegd stellen dat het netto-effect ze blij waren met de nieuwe school antwoordden bijna geval intern te analyseren en er lering uit te trekken. Het kan positief is geweest voor dertig deelnemers (50 minus 20). alle kinderen: “Nee, want toen we nog een paar kilometer ook voordelen opleveren om belanghebbenden te laten zien Uiteraard is het in de praktijk complexer dat deze reken- moesten lopen, konden we lekker spelen onderweg en nu wat er nog verbeterd kan worden en hoe lastig het kan zijn som, omdat in dit voorbeeld onder andere geen rekening is komen we eerder thuis en moeten we allerlei klussen doen om de beoogde resultaten te bereiken. Het inzicht geven in 60 | METEN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Voorbeeld van onbedoelde effecten: impact- zij zich bezighielden met de verwerking van dierlijke pro- De les die geleerd is, is dat het project zeer waardevolle meting door The Nature Conservancy van een GTZ- ducten en het verbouwen van groenten. bijdragen heeft geleverd aan de doelgroep, maar dat dit natuurbeschermings- en ontwikkelingsproject in de Naast de focusgroepen zijn in dezelfde nomadische niet zozeer was op het gebied van de doelstelling, name- Gobiwoestijn van Mongolië. gemeenschap ook vragenlijsten afgenomen bij een groter lijk het verhogen van inkomsten, maar eerder op allerlei “Tijdens een uitgebreide impactmeting in Mongolië aantal deelnemers. Vragen die zijn gesteld, betreffen onder andere gebieden op het sociale vlak.” werd aan lokale nomadische herders gevraagd, meer hoeveel de inkomsten bedroegen voor en na het Esther Ten Hoorn, masterthesis VU Amsterdam (Ten Hoorn, tijdens focusgroep bijeenkomsten met 10 verschil- project en uit welke bronnen de inkomsten bestonden (ver- 2010; Hess et al., 2010) lende groepen, of de deelnemers van het project koop van diverse soorten levende dieren, vlees, huiden en meer inkomsten hadden na afloop van het project. De kasjmier, verkoop van groenten, illegaal mijnwerken, etc.). deelnemers gingen uitgebreid in op de verschillende Deze vragen zijn ook gesteld aan nomaden die rondom de technieken die zij hadden geleerd om dierlijke produc- projectgroepen verbleven, maar die geen deel uitmaakten ten te verwerken, hoe ze geleerd hadden gewassen van het project, de controlegroepen. Na statistische analy- te verbouwen en dat ze nu beter samenwerkten bij het se van de antwoorden bleek dat er nauwelijks significante verbouwen van diervoer, zodat hun kuddes een gro- verschillen in inkomsten waren tussen de projectgroepen en tere overlevingskans hadden in het zware woestijnkli- de controlegroepen. Weliswaar hadden de projectgroe- maat. Men gaf aan dat de verkoop van dierlijke pro- pen meer diverse inkomstenbronnen, doordat zij binnen ducten en verbouwde gewassen voor extra inkomsten het project bepaalde vaardigheden hadden geleerd voor zorgden, dat de samenwerking tussen de nomaden verwerken van dierlijke producten en het verbouwen van onderling en met de lokale overheid verbeterd was gewassen, maar de extra inkomsten hieruit waren zeer en dat met name de vrouwen een betere positie in de klein vergeleken met de traditionele inkomsten van noma- gemeenschap hadden gekregen, omdat met name den, namelijk de verkoop van vlees, huiden en kasjmier. Focusgroepgesprek in Mongolië (foto: Esther Ten Hoorn) METEN | 61 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 negatieve uitkomsten of bijeffecten kan ervoor zorgen dat 3.5. Uitdagingen bij het meten van resultaten duidelijker wordt in welk complex speelveld de goededoe- en impact antwoord is om mensen die onder de doelgroep vielen lenorganisatie zich bevindt en welke factoren van invloed Ondanks de vele instrumenten en adviezen die voorhanden maar die toch om de een of andere reden niet bij het zijn op het slagen van de activiteiten en de verdere effecten zijn om resultaten en impact te meten, blijft het een uitdaging project betrokken zijn geweest, de controlegroep, toch ervan. Door hierover een realistisch beeld te creëren, kun- om het evaluatieproces op te zetten en uit te voeren. Er komt te betrekken (lastig te vallen) bij het evaluatieonderzoek. nen belanghebbenden een sympathieker en betrouwbaarder namelijk nog veel meer bij kijken. Iedere organisatie die beeld krijgen van de goededoelenorganisatie. Dit zal niet met resultaat- en impactmeting aan de slag gaat, zal tegen Veel goededoelenorganisaties zullen zich na het lezen van altijd het geval zijn, mede afhankelijk van hoe de uitkomsten bepaalde zaken aanlopen. Men zou kunnen stellen dat goe- dit hoofdstuk nog steeds afvragen hoe ze de stappen kunnen worden gepresenteerd (zie Hoofdstuk 4). dedoelenorganisaties onder meer worden geconfronteerd zetten van prestatie-indicatoren en meetmodellen naar een met de volgende drie soorten problemen bij het meten van concreet rapport met alle resultaten en effecten. De goede- hun impact (gebaseerd op Poortvliet et al., 2012): doelenorganisatie kan het evaluatieproces zelf voorbereiden • Praktische uitdagingen rond de doelstellingen en • Ethische uitdagingen rond de vraag in hoeverre het ver- door het opstellen van doelstellingen e.d. en een cultuur activiteiten van de organisatie: het verzamelen van van evalueren en leren te creëren. Het evalueren zelf is een Bij negatieve effecten of het niet hebben behaald van gegevens, het aantal mensen dat bereikt wordt met de vakgebied op zich dat een organisatie niet simpelweg kan de gestelde doelen is het belangrijk om goed uit te leg- activiteiten, het meten van verbeteringen in ‘zachte en uitvoeren door een stappenplan of checklist te doorlopen, gen wat deze resultaten precies betekenen en redenen te indirecte uitkomsten’ en het ontwikkelen van een cultuur er zijn tot op bepaalde hoogte toch ook (onderzoeks)vaar- geven waarom deze negatieve resultaten zijn behaald. van meting binnen een organisatie. digheden voor nodig om gegevens op een solide manier te Beschrijf daarbij concrete plannen hoe het de volgende • Systematische uitdagingen die voortkomen uit de focus keer beter kan. Het heeft weinig zin om ieder negatief van goededoelenorganisaties op één specifiek werkge- resultaat te ‘compenseren’ met een positief resultaat. bied of (deel)sector wanneer zij denken over het meten Negatieve resultaten kunnen ook komen door miscom- van resultaat en impact ten behoeve van donateurs. municaties of slechte organisatie; in dat geval hoef je de Zowel bij institutionele donoren, goededoelenorganisa- negatieve resultaten niet extern te communiceren, maar ties intern als in de samenwerking tussen goededoelen- moet je ze wel intern analyseren. (EvaluativeThinking, organisaties ontbreekt duidelijkheid en consistentie rond 2013.) de wijze waarop resultaat- en impactmeting uitgevoerd en in rapportages gecommuniceerd moeten worden. 62 | METEN vergaren en analyseren en gedegen conclusies te trekken. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Hoofdstuk IV Verantwoording en leren van resultaat- en impactmeting STAP In dit vierde hoofdstuk wordt de derde fase beschreven, die van verantwoording. De derde fase bestaat uit drie stappen, Hoofdstuk II Voorbereiden die worden beschreven in vier paragrafen. Twee belangrijke redenen voor goededoelenorganisaties om te evalueren zijn (1) het afleggen van verantwoording 1 Keuze wat evalueren + wat wil ik bereiken (Theory of Change) 2 SMART-doelstellingen + prestatie-indicatoren 3 Nulmeting en betrekken belanghebbenden hierbij 4 Context en attributie: wat doen anderen en wat is mijn bijdrage 5 Meetmodel beschrijven 6 Meetinstrument kiezen 7 Gegevens verzamelen en analyseren 8 Evaluatie rapportage 9 Leren van evalueren aan belanghebbenden en (2) het leren van ervaringen. Dit zijn twee kanten van dezelfde evaluatiemedaille. In toenemende mate kiezen goededoelenorganisaties ervoor om hun belanghebbenden te informeren over en betrekken bij de uitkomsten van evaluaties. In dit vierde hoofdstuk zal worden ingegaan op verschillende mogelijkheden voor rapportage Hoofdstuk III Meten (Paragraaf 4.1) en hoe de goededoelenorganisatie kan leren van de uitkomsten van de resultaat- en impactmeting (Paragraaf 4.2). Ook de externe communicatie van de uitkomsten van de evaluatie met belanghebbenden (Paragraaf Hoofdstuk IV Verantwoorden 4.3) en specifiek met donateurs (Paragraaf 4.4) wordt in dit deel verder toegelicht. 10 Communiceren van de bevindingen aan belanghebbenden VERANTWOORDEN | 63 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 4.1. Rapporteren van evaluatie-uitkomsten Een evaluatierapportage kan het beste een combinatie zijn onderzocht. In een aantal rapportages wordt gesproken over Stap acht is het rapporteren van de bevindingen van de van zowel beschrijvende (kwalitatieve) informatie als cijfer- de behaalde impact. De interpretatie van het begrip impact is resultaat- en impactmeting. Nadat de evaluatie is uitgevoerd matig gemeten (kwantitatieve) gegevens. Aan de ene kant echter in de rapportages niet eenduidig. en de uitkomsten bekend zijn, komt de vraag op wat kan kunnen anekdotes, foto’s en verhalen van de doelgroep, Specifiek voor evaluaties die zijn uitgevoerd met behulp van worden gedaan met alle bevindingen. Wat is de beleidsre- vrijwilligers, lokale projectmanagers en dergelijke worden de SROI-methode is het van belang om in de rapportage levantie van de bevindingen? Dit hangt af van de betrokken- bevestigd of ondersteund door cijfers. Aan de andere kant niet te veel waarde te hechten aan de monetaire waarde heid van de beleidsmakers bij de evaluaties maar ook van kunnen de cijfermatige resultaten worden toegelicht of ver- die eruit is gekomen, dus hoeveel euro’s iedere euro ople- de aard van de bevindingen. Sommige bevindingen zullen klaard door anekdotes en verhalen. vert. Een beschrijving van hoe de behaalde veranderingen meer procesgeoriënteerd zijn en inzicht geven in hoe activi- “Wanneer wij op organisatieniveau over impact rapporteren dan doen we dat nu voornamelijk anekdotisch. We geven de resultaten en cijfers en larderen dat vervolgens met persoonlijke verhalen.” (Rian Fokker, Heifer Nederland) tot stand zijn gekomen en beschrijvingen van participanten te houden met een aantal aspecten. Als de resultaat- en Het is belangrijk om in de eindrapportage aandacht te relevantie en betrouwbaarheid van de resultaten besproken. impactmeting zijn uitgevoerd door de goededoelenorgani- geven aan de vraag in hoeverre de vooraf bedachte Theory Conclusies dienen te worden gemotiveerd en aanbevelingen satie zelf, dan kunnen de uitkomsten geïntegreerd worden of Change in de praktijk is waargemaakt, met verwijzing kunnen bijvoorbeeld gericht zijn op de resultaten, het beleid in het algemene rapportagesysteem van de organisatie. Als naar de van tevoren opgestelde doelstellingen en prestatie- van de organisatie en haar belanghebbenden. Om maat- de resultaat- en impactmeting zijn uitgevoerd door externe indicatoren. Afhankelijk van hoeveel ervaring de goededoe- schappelijk draagvlak te creëren kan belanghebbenden de deskundigen, dan zullen zij in het algemeen de uitkomsten lenorganisatie heeft met resultaat- en impactmeting, kan een mogelijkheid worden geboden opmerkingen te maken over rapporteren in een schriftelijk verslag of presentatie. De uit- evaluatierapportage meer of minder uitgebreid zijn wat betreft de bevindingen, de conclusies en de aanbevelingen. komsten van een externe analyse kunnen eveneens worden de beschreven resultaten (outputs) en verdere analyse naar Goededoelenorganisaties hebben zelf de keus om de opgenomen in het algemene rapportagesysteem van de effecten van de resultaten (outcomes) en impact. Uit toetsingen bevindingen van een evaluatie te rapporteren, zowel als het organisatie. van de jaarverslaggeving door het CBF ontstaat het beeld dat gaat om verwachte of onverwachte, positieve en negatieve teiten en interne processen beter of efficiënter georganiseerd kunnen worden. Andere bevindingen zullen iets zeggen over de effectiviteit van de activiteiten, welke directe resultaten zijn behaald en/of welke effecten de resultaten verder hebben gehad. Het is van groot belang om alle uitkomsten van een evaluatie goed te documenteren en hierbij rekening zeggen veel meer dan enkel die monetaire ratio (Nicholls et al., 2009). Het kenmerk van een goed rapport is dat het antwoord geeft op de belangrijkste vragen op een duidelijke, feitelijke en begrijpelijke wijze. In een goed rapport wordt het evaluatieproces volledig transparant beschreven en worden de de meeste goededoelenorganisaties overwegend rapporteren bevindingen. Het is belangrijk om in een rapportage vol- Er is geen eenduidige manier om te rapporteren over evalu- over directe resultaten (outputs). Een klein deel van de instel- doende informatie te geven over hoe het evaluatieonderzoek aties. Veel evaluatierapporten vormen de samenvoeging van lingen rapporteert daarnaast over de vermoedelijke effecten is uitgevoerd: deelstudies. Deze kunnen samen de eindrapportage vormen. (outcomes) van hun activiteiten. Een zeer beperkt aantal instel- • Wat – De centrale evaluatievraagstelling lingen heeft de vermoedelijke effecten ook daadwerkelijk • Waarom – Het doel van de evaluatie 64 | VERANTWOORDEN 1 • Wie – Informatiebronnen voor de evaluatie, de meet- 3 4 5 6 7 8 9 10 de achtergrond van de evaluatie achterwege te laten, eenheid (aantal hectares, mensen etc. die mee hebben indien dergelijke informatie wel voor intern gebruik gedaan met de evaluatie) en indien van toepassing de ergens wordt opgeslagen. Op de verantwoording over respons (hoeveel mensen percentueel gezien bereid resultaat- en impactmeting naar verschillende typen dona- waren mee te werken aan de evaluatie) teurs wordt later in dit hoofdstuk ingegaan (zie paragraaf • Hoe – De onderzoeksmethoden die zijn gebruikt om 2 4.4). data te verzamelen • Waar – De locatie waar de data voor de evaluatie zijn verzameld • Wanneer – De tijdsperiode waarin de data verzameld zijn. Voorbeeld van een opzet van een evaluatierapport (gebaseerd op Stiftung ZEWO, 2011): I. Samenvatting Bij het opstellen van een rapportage is het tevens van belang II.Uitgangspunten om, naast de essentiële gegevens over de organisatie en haar i.Doel en doelstelling van de evaluatie projecten, informatie op te nemen die aansluit bij de behoefte ii.Omvang van de evaluatie van potentiële lezers. Zo is het aan de ene kant handig om iii.Belangrijkste evaluatie- of onderzoeksvragen inzicht te hebben in hoe kritisch de lezer van het rapport zal iv.Context van de evaluatie zijn. Indien het rapport ook wordt gelezen door zeer kritische v.Wie heeft de evaluatie uitgevoerd (intern of mensen of lezers met zeer specifieke gedetailleerde kennis extern) over het betreffende onderwerp, dan is het aan te bevelen III.Aanpak om meer details in het rapport op te nemen. Bijvoorbeeld, als i. Welke methode is gebruikt er een onderzoek onder de doelgroep heeft plaatsgevonden ii.Welke informatiebronnen zijn geraadpleegd waarbij de deelnemers een vragenlijst hebben ingevuld, voeg iii.Wat is de kwaliteit van de onderzoeksgegevens dan informatie toe over hoe de deelnemers voor het onderzoek iv.Welke belanghebbenden zijn geconsulteerd geselecteerd zijn, hoeveel mensen aan de activiteit hebben IV.Uitkomsten deelgenomen en hoeveel van hen hebben deelgenomen aan i.Uitkomsten per evaluatie- of onderzoeksvraag. de evaluatie. Aan de andere kant, als de bevindingen van een Wat zijn de uitkomsten van de evaluatie en hoe evaluatie aan het algemeen publiek worden gepresenteerd, zijn de uitkomsten van invloed op de organisatie bijvoorbeeld via de website of nieuwsbrief, dan kan het juist en de manier waarop zij werkt. de leesbaarheid ten goede komen om bepaalde details over VERANTWOORDEN | 65 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Voorbeeld van een externe rapportage: Van de gasten van Resto VanHarte beoordeelt 96 procent Resto VanHarte voerde het laatste kwartaal van 2010 de sfeer als goed tot zeer goed. De ontvangst wordt door bezoek aan Resto VanHarte minder eenzaam te een klanttevredenheidonderzoek uit onder 808 gasten op 97 procent van de Restogasten als goed tot zeer goed voelen. 23 locaties van Resto VanHarte. Het onderzoek levert de beoordeeld. De bediening in de Resto’s wordt door 98 pro- volgende conclusies op: cent van de gasten als goed tot zeer goed beoordeeld. 99 De grote tevredenheid van de gasten leidt ertoe dat •51 procent van de bezoekers zegt zich door het procent van de Restogasten vindt dat het personeel goed tot 97 procent van de bezoekers Resto VanHarte bij Profiel gasten zeer goed met de gasten omgaat. De hoge waardering van anderen zou willen aanbevelen. Meer vrouwen dan mannen bezoeken Resto VanHarte: Resto VanHarte door de gasten blijkt uit de frequentie van hun Bron: www.restovanharte.nl, geraadpleegd 29 januari van de bezoekers is 71 procent vrouw en 29 procent bezoek: het merendeel van de gasten (bijna 80 procent) eet 2013. man. De gemiddelde leeftijd van de bezoeker ligt hoog: een of twee keer per week bij Resto VanHarte. tussen de 55 en 65 jaar. 73 procent van de bezoekers van Resto VanHarte is alleenstaand en woont alleen. 63 Resultaat van bezoek procent van de gasten komt via vrienden of bekenden in Het frequente bezoek aan Resto VanHarte leidt tot een stevi- contact met Resto VanHarte. ger sociaal netwerk van de gasten: • Veel waardering voor Resto VanHarte Uit de enquête blijkt dat de Restogasten zowel de sfeer • binnen het Resto als de geleverde maaltijd als zeer goed beoordelen. De samenstelling van de maaltijden wordt 93 procent van de gasten zegt contact te hebben met Zet een goed verhaal neer, in duidelijke taal, dat voor andere gasten; een breed publiek aantrekkelijk is om te lezen en te zien. 69 procent van de gasten zegt nieuwe vrienden gemaakt te hebben bij Resto VanHarte; • 33 procent van de bezoekers zegt wel eens activiteiten door 94 procent van de gasten als goed tot zeer goed te ondernemen met nieuwe vrienden en kennissen uit beoordeeld. 97 procent van de gasten geeft aan dat er het netwerk van Resto VanHarte; voldoende rekening wordt gehouden met smaak en/of • wensen ten aanzien van een bepaalde allergie/dieet. 91 procent van de gasten vindt de prijs van de maaltijd goed, • 3 procent te duur en 5 procent te goedkoop. De bereikbaarheid en toegankelijkheid van de Resto’s wordt ook als goed tot zeer goed beoordeeld. 66 | VERANTWOORDEN 57 procent zegt door Resto VanHarte in contact te komen met andere culturen; 86 procent zegt door Resto VanHarte in contact te komen met mensen van verschillende leeftijden; • 61 procent van de ondervraagden zegt door het bezoek aan Resto VanHarte vaker de deur uit te komen; 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 4.2. Leren van evalueren Door het gebruik van resultaat- en impactmeting kunnen goe- projecten. Door het verankeren van resultaat- en impactme- Stap negen gaat over het leren van de uitkomsten van de dedoelenorganisaties activiteiten zowel sturen in de richting ting in het gehele organisatieproces kan sneller een ‘vinger resultaat- en impactmeting. Naast de verantwoording aan van effecten en impact, als legitimeren voor de doelgroep, op de succes- en pijnpunten’ van programma’s, projecten en bijvoorbeeld financiers kan een andere waardevolle doel- donateurs of samenwerkingspartners en zich zo onderschei- activiteiten van de organisatie worden gelegd. Daardoor is stelling van evalueren ook zijn om te leren wat wel en wat den van anderen. Het evalueren van resultaten en effecten de organisatie beter in staat te leren en te innoveren. minder goed werkt in de praktijk. Evalueren heeft nog meer geeft inzicht in de mate waarin doelen en (SMART-)doelstel- toegevoegde waarde wanneer er iets wordt gedaan met lingen zijn gehaald, welke doelstellingen (nog) niet zijn Goed gebruik van evaluaties geeft goededoelenorganisaties de uitkomsten. Deze laatste stap – het leren van evalueren gehaald en welke resultaten langetermijneffecten hebben de mogelijkheid efficiëntere en effectievere keuzen te maken – wordt vaak overgeslagen in evaluatietrajecten, terwijl het en/of toe te wijzen zijn aan de organisatie (impact). Hierbij voor toekomstige en duurzame activiteiten. leren van evaluaties juist kan helpen om te komen tot een kan dus ook aandacht zijn voor het benoemen van minder betere of vernieuwde uitvoering van activiteiten en projecten goed geslaagde aspecten van projecten en programma’s. in de toekomst. Het is zeer leerzaam om zo zorgvuldig mogelijk te rapporte- “Conclusies uit eerdere onderzoeken hebben wel geleid tot aanpassingen in de aanpak van Exodus, bijvoorbeeld bij de registratie van bewoners.” ren over de dingen die minder goed zijn gegaan en wat er met deze negatieve resultaten wordt gedaan, zodat hierop kan worden voortgebouwd in toekomstige projecten. (Rien Timmer, Vereniging Exodus Nederland) De uitkomsten van resultaat- en impactmeting zijn tevens een De bevindingen vormen een goede basis om niet alleen acti- goede basis voor het volgende jaarplan en meerjarenbe- viteiten en projecten, maar ook organisatieprocessen en de leidsplan, zodat er op consistente wijze voortgebouwd kan strategische richting van de organisatie te verbeteren en te worden op de eerder behaalde resultaten en de terugkop- vernieuwen (ZonMw-website). peling met doelen en beleid helder wordt vastgelegd. Het kan zijn dat zich lastige vraagstukken opwerpen bij het “De lessen voor de toekomst qua interne organisatie liggen met name op het gebied van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden in interne communicatie.” interpreteren van de bevindingen en dat er pijnlijke beslis- (Resto VanHarte-website) activiteit B en C? Of wat als activiteit A twee jaar achter © Paul Mattessich, et al. 2007. Information Gold Mine: singen worden genomen om de organisatieactiviteiten te verbeteren. Wat, bijvoorbeeld, als blijkt dat activiteit A het meest effectief is geweest? Dient dan te worden gestopt met elkaar niet gemeten effectief is geweest? Dient activiteit A Innovative Uses of Evaluation. Fieldstone Alliance, an imprint Goededoelenorganisaties kunnen het gebruik van de uitkom- dan te worden beëindigd? Zo kwam een gezondheidsfonds of Turner Publishing Company: Nashville, Tennessee. Used sten van evaluaties het beste vanaf het begin integreren in het er na de evaluatie van een voorlichtingscampagne achter with permission. organisatieproces en bij de ontwikkeling en uitvoering van dat het kennisniveau van de doelgroep lager was ná de VERANTWOORDEN | 67 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 campagne (die als doel had om de kennis over ziekte X te evalueren kan vorm krijgen door brainstormsessies, discussie- door belanghebbenden, waardoor deze zich verzetten vergroten). Dit leidt aan de ene kant tot de vraag of de cam- bijeenkomsten of workshops met medewerkers en belangheb- tegen het implementeren van de uitkomsten. pagne beter op een andere manier had kunnen worden uit- benden van de organisatie te organiseren. Betrokken partijen gevoerd, aan de andere kant kan het zijn dat omgevingsfac- kunnen in deze bijeenkomsten samen bespreken wat goed Om het leren van evalueren succesvol te laten zijn, is het toren een grotere invloed hebben gehad op de doelgroep ging, waar problemen zijn ontstaan en wat redenen voor belangrijk dat de uitkomsten van de resultaat- en impactme- dan welke campagne dan ook zou kunnen hebben. Voor succes en falen waren en oplossingen en verbeteringen aan- ting terug worden gekoppeld aan alle betrokken partijen en een weloverwogen beleidsbeslissing is een gedegen inzicht dragen (Stiftung ZEWO, 2011). Meer informatie over leren belanghebbenden. Hierdoor zal draagvlak ontstaan voor in alle facetten van de uitkomsten van een meting dan ook van evalueren vindt u bijvoorbeeld in Kusters et al. (2011). de uitkomsten van het onderzoek en de impact op de doel- relevant. Daarentegen hoeven niet alle beleidsbeslissingen groep en de maatschappij (Stiftung ZEWO, 2011). rationeel te zijn, zeker in de goededoelensector. Zo stelde Evaluaties worden onder meer uitgevoerd ter verantwoor- De Development Assistance Committee (DAC) van de OECD bijvoorbeeld de Gates Foundation zich ten doel om polio de ding naar financiers en besluitvormers. Het is daarom heeft begin jaren ’90 een aantal algemene beginselen en wereld uit te krijgen. Naar verhouding zijn de kosten om de logisch dat de uitkomsten van een evaluatie tegemoetkomen principes voor evaluatie vastgelegd. De DAC definieert eva- laatste poliopatiënten te genezen en de ziekte uit te bannen aan de informatiebehoeften van deze financiers en besluit- luatie als de systematische en objectieve beoordeling van veel hoger dan het helpen van de eerdere groepen polio- vormers, en dat de evaluatie een terugkoppeling geeft over het ontwerp, de uitvoering en de resultaten van een lopend patiënten. Toch werd voor deze doelstelling gekozen en niet de effectiviteit van activiteiten. Meestal is dit echter niet het of beëindigd project, programma of beleid. De principes voor één die naar verhouding hogere opbrengsten en lagere geval. Veel evaluatierapporten eindigen op een kastplank werden verfijnd tot vijf criteria die op grote schaal worden kosten heeft. zonder dat er nog iemand naar omkijkt. Redenen hiervoor gebruikt bij de evaluatie van initiatieven voor ontwikkelings- kunnen zijn dat: samenwerking. De vijf criteria hebben betrekking op de rele- Evaluaties kunnen spontaan, ongepland en ongestructureerd • Er geen antwoord wordt gegeven op de belangrijkste plaatsvinden. De waarde van deze evaluaties is veelal vragen van besluitvormers, beleidsmedewerkers, pro- beperkt omdat het leren is overgelaten aan het toeval. Leren grammamanagers of financiers. van evalueren kan veel effectiever door het goed voor te bereiden, te structureren en te richten op een bepaald doel. Door daar anderen bij te betrekken kan het leren effectiever plaatsvinden. Hierbij is het van belang om te weten wie binnen de organisatie alleen kennis willen nemen van de uitkomsten, bij wie het nodig is om bewustwording te creëren van bepaalde uitkomsten en eventueel gedragsverandering en welke personen daadwerkelijk actie dienen te ondernemen naar aanleiding van de resultaat- en impactmeting. Leren van 68 | VERANTWOORDEN • De resultaten en aard van het evaluatieonderzoek op vantie, effectiviteit, efficiëntie, impact en duurzaamheid van initiatieven (OECD-DAC, 2010). • Relevantie zodanige wijze worden gecommuniceerd dat de lezer het niet echt goed begrijpt. • De evaluatierapportage is opgesteld zonder dat duidelijk was wie het zou gaan lezen. tutionele of individuele donor). • Effectiviteit • De timing van het evaluatierapport niet overeenkomt met de timing van politieke of interne besluitvorming. • De uitkomsten van de evaluatie zodanig zijn beschreven dat deze als een (te) grote uitdaging worden gezien Relevantie is de mate waarin de activiteit geschikt is voor de doelgroep, de ontvanger en de financier (insti- Effectiviteit is de mate waarin met de betreffende activiteit de beoogde doelstellingen worden bereikt. • Efficiëntie Efficiëntie is de mate waarin kwantitatieve en kwalitatieve resultaten (outputs) worden behaald in relatie tot 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 de inputs die nodig zijn geweest voor de betreffende Voorbeeld Heifer Nederland 4.3. Communiceren met belanghebbenden activiteit. Het is een economische term die gebruikt “Op projectniveau meten we resultaten, effecten en Stap tien betreft het communiceren van de uitkomsten van de wordt om te bepalen hoe met beperkte middelen het impact en formuleren we de lessons learned. We resultaat- en impactmeting. Een aantal goededoelenorgani- grootste gewenste resultaat bereikt kan worden. Dit delen deze lessen met de betreffende partner en saties heeft wel enige ervaring met het meten van resultaten vereist meestal het vergelijken van alternatieve benade- gebruiken de resultaten en effecten voor het formuleren en impact maar communiceert hier vaak nog niet extern ringen voor het bereiken van de betreffende resultaten van vervolgprojecten. We verzamelen de geleerde over. Meestal zijn wel anekdotes en beelden te zien, bijvoor- (outputs) om te zien of de meest efficiënte benadering is lessen ook centraal om er als organisatie van te leren beeld op de websites of in de jaarverslaggeving, waarin gehanteerd. en ze in andere programma’s toe te passen. Zo kun- nog weinig aandacht is voor het meten van impact. De mate • Impact nen partners ook van elkaar leren.” waarin goededoelenorganisaties aandacht besteden aan Interview met Rian Fokker, Heifer Nederland resultaat- en impactmeting hangt ook af van de betreffende Impact is de positieve en negatieve verandering die door een activiteit, direct of indirect, bedoeld of sector en activiteit (Ebrahim and Kasturi Rangan, 2010). Het onbedoeld, is ontstaan. Het gaat om de belangrijkste lijkt er op dat rapportage- en evaluatie-eisen vanuit de over- gevolgen en effecten van de activiteit op de lokale heid en andere financiers invloed hebben op de mate van sociale, economische, ecologische en andere ontwikke- resultaatmeting en hoe vergevorderd organisaties hierin zijn. lingsindicatoren. Om impact te bepalen worden zowel Goededoelenorganisaties dienen zelf de afweging te de gewenste als ongewenste resultaten meegenomen maken of en op welke wijze over de resultaten van impact en wordt rekening gehouden met zowel positieve als wordt gecommuniceerd. De communicatie van veel goede- negatieve effecten van externe factoren. doelenorganisaties is voornamelijk gericht op (potentiële) • Duurzaamheid donateurs. Communicatie over resultaat- en impactmeting is In dit model is sprake van duurzaamheid wanneer de daarentegen vooral gericht op de doelgroep en de eigen activiteit langetermijneffecten heeft. Zijn de effecten op organisatie. Veel goededoelenorganisaties houden de uit- lange termijn blijvend, ook wanneer omstandigheden, Voorzitter met koe (foto: Heifer Nederland) komsten van hun evaluaties liever intern. Echter, door exter- zoals bijvoorbeeld financiering door institutionele en nen inzicht te geven in de uitkomsten van evaluaties, kunnen individuele donors, veranderen? dezen beter geïnformeerde keuzen maken. Daarnaast zou het communiceren van uitkomsten bij kunnen dragen aan het Goededoelenorganisaties kunnen deze vijf principes gebrui- verzamelen van ‘bewijs’ welke activiteiten beter of minder ken om te bepalen of de resultaat- en impactmeting relevant goed werken, waardoor binnen de sector betere keuzen zijn geweest, of deze informatie hebben gegeven over effec- gemaakt kunnen worden in welke activiteiten te investeren tiviteit en efficiëntie, of daadwerkelijk impact is gemeten en en kunnen besparingen gerealiseerd worden. Daarnaast of de activiteit langetermijneffecten heeft gehad. kunnen de uitkomsten van evaluaties een goede aanvulling VERANTWOORDEN | 69 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 zijn in het afleggen van verantwoording over bestedingen, over resultaten en impact aan de informatiebehoefte van Communicatie over resultaten en impact kan op talloze resultaten en effecten van activiteiten en projecten aan belanghebbenden worden aangepast. manieren plaatsvinden, verschillende doelen dienen en op belanghebbenden. Dit kunnen belanghebbenden binnen de verschillende belanghebbenden gericht zijn. Communicatie eigen organisatie zijn, zoals medewerkers en directie, of van de resultaten hoeft zich niet te beperken tot het publi- belanghebbenden buiten de organisatie, zoals donateurs, Goededoelenorganisaties kunnen zichzelf in ieder ceren van een rapport. Communicatie over resultaat en de overheid en de doelgroep. Door de opgedane kennis en geval een aantal vragen stellen alvorens te com- impact kan bijvoorbeeld ook aan de hand van casestudy’s, ervaring vast te leggen in geleerde lessen, goede voorbeel- municeren over resultaten, effecten en impact met verhalen, evaluatieverslagen, videofilmpjes of presentaties. den en toegepaste methoden en instrumenten en hierover belanghebbenden: Er zijn diverse manieren voor het verspreiden van resultaten, te communiceren, maken goededoelenorganisaties zicht- • Wat is het doel van de communicatie? effecten en impact van activiteiten naar belanghebbenden. baar wat ze hebben gedaan en wat ze hebben geleerd. • Wie zijn de belanghebbenden? Voorbeelden zijn: (evaluatie)rapporten, jaarverslagen, Een veelgehoorde reactie is dat inzicht in resultaat- en • Wat zijn de belangrijkste boodschappen van nieuwsbrieven, vergaderingen, seminars, conferenties, via impactmeting kan leiden tot een betere keuze door externe de evaluatie? En welke belanghebbende moet de website of via e-mail. Afhankelijk van op wie de infor- belanghebbenden. wat weten? matie gericht is en waar de informatie toe dient, kunnen Hoe kunnen de belanghebbenden het best wor- verschillende manieren van communiceren worden gebruikt. den bereikt? Het gecombineerd of gelijktijdig inzetten van verschillende Wat is de informatiebehoefte van de communicatie-instrumenten kan een organisatie helpen om belanghebbenden? sneller en effectiever haar communicatiedoelstellingen te Hoe gaat de organisatie om met het delen van bereiken. De informatie die gecommuniceerd wordt, zou in gevoelige of negatieve resultaten? ieder geval volledig, te begrijpen, accuraat en toegankelijk • Belanghebbenden kunnen diverse individuen of organisaties of groepen van individuen en organisaties zijn, • zoals institutionele en individuele donateurs, beneficianten, beleidsmakers, medewerkers, het bestuur van de goededoe- • lenorganisatie, samenwerkingspartners en het brede publiek. Belanghebbenden kunnen behoefte hebben aan informatie moeten zijn. met betrekking tot de resultaten van het programma, het project of de activiteit, de impact van de activiteiten op de doelgroep en de maatschappij of informatie over de besteding van fondsen. Daarnaast kunnen ze geïnteresseerd Betrek financiers en andere belangrijke belanghebben- zijn in de relatie van de activiteiten met andere projecten den bij het bepalen van het gewenste evaluatieniveau: of programma’s van de goededoelenorganisatie en andere zijn directe resultaten (outputs) voldoende of is het wen- organisaties. Waar vullen projecten, programma’s en orga- selijk en haalbaar om ook outcomes en/of impact te nisaties elkaar aan en waar overlappen ze? Afhankelijk van meten? het type belanghebbende kunnen communicatie-uitingen 70 | VERANTWOORDEN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Voorbeeld over communiceren met Programmaverslagen en impactdossier staan op onze impactmeting van minder belang zijn voor vergroting van het belanghebbenden website en zijn voor iedereen toegankelijk. Deelname vertrouwen. In deze groep ontstaat erosie van het vertrou- “Belanghebbenden zoals individuele donateurs en aan de Transparantprijs en de Trouw Goede Doelen wen vooral door irritatie over meer ‘commerciële’ werkwij- vermogensfondsen vragen vooral om inzicht in het Monitor past in ons beleid van transparantie en leren- zen, minder aansluiting bij verwachtingen van de donateurs resultaat van projecten. Speciaal voor hen maken de organisatie. en de incidenten in de goededoelensector. Investering in we verslagen per programma waarin we onder Interview Riekje de Vries, Stichting Projecten Zuid-Afrika. impactmeting vervangt niet de noodzaak om daarnaast te andere ingaan op input, output en outcome. In die werken aan zaken als een beter incidentmanagement en verslagen verwijzen we ook naar ons ‘impactdossier’ aansluiten bij de wensen van donateurs om vertrouwen terug dat we regelmatig actualiseren. In dat impactdos- te winnen. sier lichten we toe welke methoden we gebruiken. Niet alle donateurs zijn gelijk. Het traditionele geven kan Aan de hand van citaten geven we inzicht in de gekenmerkt worden doordat het geefgedrag vooral geba- bereikte resultaten, met speciale focus op doelgroep seerd is op emotie en dat de persoonlijke, directe contacten en maatschappij. We citeren uitspraken van staf met de goededoelenorganisatie relatief laag zijn. Mede en medewerkers van organisaties en scholen, van door de ontkerkelijking en opkomst van modernere vormen kinderen en jongeren en van hun ouders. We zijn van het steunen van goede doelen onder jongeren zal het er trots op dat de Transparantprijs onze wijze van impactmeting al enkele jaren noemt als best practice. aantal traditionele gevers verder afnemen en zal het nieuwe McGregor Waldorfschool (foto: SPZA) geven toenemen. Bij het nieuwe geven kunnen drie typen donateurs onderscheiden worden. Dit zijn de betrokken donateur, de sturen- 4.4. Communiceren met donateurs* de donateur en de calculerende donateur. De communicatie Het vertrouwen van het publiek in maatschappelijke institu- inzicht en tot betere keuzen door de donateurs. Meten is over de resultaten en impact zal mede afhankelijk zijn van ties staat onder druk. Ook het vertrouwen in goededoelen- weten, nietwaar? En weten is een randvoorwaarde voor ver- het type donateur. Hieronder wordt voor deze drie nieuwe organisaties is de laatste jaren gedaald. Tot dusver heeft trouwen. Een veelgehoorde kritiek op deze denkwijze is dat typen donateurs aangegeven welke communicatievraag- deze daling nog niet geleid tot een sterke vermindering impactmeting kan leiden tot lastendruk en dat niet bewezen stukken met betrekking tot resultaat- en impactmeting zullen van het door de goededoelenorganisaties ontvangen is dat impactmeting daadwerkelijk leidt tot verhoging van ontstaan. donatievolume. het publieksvertrouwen of de inkomsten uit donaties. Een veelgehoorde reactie om het dalende publieksvertrouwen terug te winnen is het beter inzichtelijk maken van de Het traditionele geven kenmerkt zich door het geven van- impact van goededoelenorganisaties. De onderliggende uit het hart met veelal een basishouding gebaseerd op: gedachte is dat het meten van de impact zal leiden tot beter “Doe goed en zie niet om”. Voor de traditionele gevers zal *Gebaseerd op de tekst van het Verslag Fondsenwerving 2010 (CBF, 2011). VERANTWOORDEN | 71 3 4 5 6 7 8 9 10 Lage betrokkenheid Hoge betrokkenheid Geven vanuit de ratio 2 De Calculerende Donateur Kern is de tegenprestatie met eigenbelang De Sturende Donateur Kern is de wil om invloed uit te oefenen Geven vanuit het hart 1 De Traditionele Donateur Kern is gelegen in doe goed en zie niet om De Betrokken Donateur Kern is het delen van inspiratie gericht op kwalitatieve informatie en op het benadrukken Goededoelenorganisaties dienen de afweging te maken van de zingeving van het geven aan het goede doel. of en op welke wijze over de resultaten en impact wordt gecommuniceerd. Afhankelijk van de soort belangheb- De calculerende donateur: Beloon me benden dienen communicatie-uitingen over de resultaten en Voor calculerende donateurs geldt vooral de vraag: “What’s impact te worden aangepast. Verantwoorden over resultaat in it for me?” De calculerende donateur stelt zich op als en impact kan bijvoorbeeld aan de hand van casestudy’s, consument en benadert de goededoelenorganisatie als verhalen of evaluatieverslagen, welke kunnen worden geuit marktpartij. Al speelt emotie wel een rol, de ratio is bij de via de website, sociale media, nieuwsbrief of in het jaarver- calculerende donateur belangrijker dan bij het traditionele slag. Elke goededoelenorganisatie dient transparant te zijn geven vanuit het hart. Voor calculerende donateurs is de rati- over de bestedingen. Gezien de complexiteit van het meten onele binding met de goededoelenorganisaties belangrijk van resultaten en impact is het belangrijk dat goededoelen- en deze groep zoekt vooral naar concrete prestaties waar organisaties hier op voor hen passende wijze aan werken. ze iets aan hebben. De communicatie is vooral gericht op kwantitatieve informatie en het benadrukken wat de toegevoegde waarde is voor de donateurs. De sturende donateur: Betrek me Figuur 14: Communicatievraagstukken resultaat- en impact- Sturende donateurs geven vanuit een verlichte ratio. De meting typen donateur (CBF, 2011) betrokkenheid bij de goededoelenorganisatie is relatief hoog en een belangrijke kernvraag is: “What’s in it for soci- De betrokken donateur: Inspireer me ety?” Deze donateurs willen meedenken met de wijze waar- Betrokken donateurs hebben een positiefkritische blik op hun op het geefgeld wordt besteed en de gift wordt niet altijd favoriete goededoelenorganisaties. Het oude paradigma ongebonden gegeven, maar gaat vergezeld van allerlei “Doe goed en zie niet om” is veranderd in “Doe goed en voorwaarden. Soms is er sprake van actieve betrokkenheid doe het de volgende keer beter”. De betrokken donateurs bij de uitvoering van het project. zijn graag bereid om feedback te geven aan de goededoe- Voor deze groep donateurs is resultaat- en impactmeting lenorganisatie. Sociale media zijn hiervoor een geschikt mid- het meest relevant. Deze donateurs verwachten sociale del. Voor betrokken donateurs is de emotionele binding met resultaten en zijn bereid te coproduceren bij resultaat- en hun favoriete goededoelenorganisatie belangrijk en deze impactmetingen. groep zoekt vooral inspiratie. De communicatie is vooral 72 | VERANTWOORDEN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Hoofdstuk V Discussie en aanbevelingen Het laatste hoofdstuk van deze publicatie over resultaat- en impactmeting vooral erg ingewikkeld is en wellicht minder uitkomsten zullen waarschijnlijk diverse personen betrokken impactmeting voor goededoelenorganisaties betreft een haalbaar is voor beginnende of kleinere goededoelenorga- zijn. Om deze personen te ondersteunen, motiveren en in behandeling van de verschillende gradaties in het meten van nisaties. Weliswaar hebben organisaties met een minder dezelfde richting te bewegen, is het van groot belang dat resultaten en impact (Paragraaf 5.1) en aanbevelingen voor omvangrijk budget een extra uitdaging in het meten van hun resultaat- en impactmeting een geaccepteerd en breed het toepassen van resultaat- en impactmeting in de praktijk resultaten, toch kunnen ook zij aan de slag gaan met dit gedragen aspect van de werkzaamheden wordt of blijft. Het en de rol die verschillende partijen hierbij hebben (Paragraaf onderwerp. Bijvoorbeeld, door te beginnen met het gestruc- evalueren van en rapporteren over resultaten en effecten kan 5.2). Tot slot volgt in de laatste paragraaf een toelichting op tureerd formuleren van doelstellingen, prestatie-indicatoren, leiden tot het verbeteren van de eigen activiteiten en pro- het perspectief van het CBF op resultaat- en impactmeting verwachte resultaten en de mogelijke effecten daarvan. En jecten. Dit kan alleen als er binnen de organisatie een struc- (Paragraaf 5.3). door het geleidelijk verzamelen van (verhalende en gemeten) tuur is die het mogelijk maakt om continu en gestructureerd gegevens over de directe resultaten en de effecten daarvan activiteiten en projecten te evalueren, te leren van deze 5.1. Gradaties van resultaat- en impactmeting op de doelgroep. Er is niet één enkele methode voor resul- evaluaties en vervolgens activiteiten en projecten te verbete- Veel goededoelenorganisaties vinden het moeilijk resultaat taat- en impactmeting. Elke goededoelenorganisatie zal een ren. Aandacht voor resultaat- en impactmeting kan daarom en impact te meten en evaluaties uit te voeren. Een uitgebrei- methode of aanpak ontwikkelen die past bij de eigen orga- het beste vanaf het begin in activiteiten en projecten worden de evaluatie kan tijdrovend en kostbaar zijn en niet iedere nisatie en de specifieke context van de organisatie. meegenomen. Daarnaast zouden organisaties vaker ook de organisatie zal hiervoor de middelen of de kennis hebben. negatieve uitkomsten van een evaluatie kunnen laten zien. Daarnaast bestaat wellicht niet voor iedere organisatie de 5.2. Aanbevelingen Voor het zelfstandig uitvoeren van resultaat- en impactmeting noodzaak om een uitgebreide impactmeting te doen. Zoals Het CBF wil graag enkele aanbevelingen meegeven aan zijn voldoende kennis en middelen belangrijke voorwaar- eerder opgemerkt, kunnen beginnende of kleinere goede- diverse partijen die zich in de goededoelensector bezig- den. Door de beschikbare kennis op dit gebied te veranke- doelenorganisaties prima uit de voeten met een eenvoudige houden met resultaat- en impactmeting, zoals de goede- ren, kan die kennis in de organisatie behouden blijven en vorm van resultaatmeting om te laten zien wat hun toege- doelenorganisaties zelf, wetenschappers en financiers en verdwijnt deze niet bij een wisseling van personeelsleden, voegde waarde is. Een organisatie die begint met resultaat- sectororganen. iets wat geregeld aan de orde is in de goededoelensector. en impactmeting zal in eerste instantie vooral gebruikmaken Met name op het gebied van kennisvergroting en -uitwis- van vragenlijsten of bijeenkomsten met belanghebbenden. Aanbeveling 1: Veranker resultaat- en impactmeting in de seling ziet het CBF ook een rol weggelegd voor de weten- Pas wanneer een organisatie meer bedreven is in het uitvoe- organisatiecultuur schap en brancheorganisaties. ren van resultaat- en impactmeting of hiervoor de kennis en Het zal uit deze publicatie duidelijk zijn geworden dat het de middelen heeft, kan bijvoorbeeld ook gebruik worden voorbereiden, implementeren en uitwerken van resultaat- en Aanbeveling 2: Maak budget vrij voor resultaat- en gemaakt van focusgroepen en statistische analyses naar cor- impactmeting inspanningen vraagt van diverse afdelingen impactmeting relatie en causaliteit. en personen binnen de organisatie: vanaf het opstellen van Naast voldoende kennis zijn met name ook de (financiële) De indruk die na het lezen van deze publicatie kan zijn doelstellingen en prestatie-indicatoren tot het doordenken middelen noodzakelijk om resultaat- en impactmeting te kun- ontstaan, is dat het opzetten en uitvoeren van resultaat- en van een meetmodel en het organisatiebreed leren van de nen (laten) uitvoeren. Dit kan op meerdere manieren. Vanuit DISCUSSIE | 73 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 de goededoelenorganisaties zelf kan expliciet budget en atierapporten, checklists, tips en modellen. Aan de andere tijd vrij worden gemaakt voor resultaat- en impactmeting. kant richten de meer wetenschappelijke publicaties zich met Voorbeeld over samenwerken en leren Zij kunnen ook additionele fondsen werven door in een name op de complexe aspecten van evaluaties, zoals het van elkaar projectvoorstel of begroting ruimte hiervoor op te nemen. definiëren van begrippenkaders, methodieken en statistische “We willen de kennis over transparantie en resultaat- Daarnaast is ook een belangrijke rol weggelegd voor institu- discussies. Het toepassen van de huidige, door de weten- en impactmeting graag delen met andere organisa- tionele financiers en vermogensverschaffers door financiering schap ontwikkelde, methoden en instrumenten voor resultaat- ties, zowel in Nederland als in Zuid-Afrika. Bij ons mogelijk te maken voor resultaat- en impactmeting, bijvoor- en impactmeting lijkt voor beginnende en kleine organisaties tienjarig bestaan hebben we een symposium georga- beeld als opzichzelfstaande aanvraag of als onderdeel van vaak een enorme opgave. Zo kan het zijn dat de weten- niseerd voor collega-particuliere initiatieven die net als een project- of activiteitenaanvraag. Ook zouden institutio- schap voorschrijft dat evaluatieonderzoek onder zowel de wij actief zijn in Zuid-Afrika. Dat bleek zo’n succes dat nele financiers en vermogensverschaffers aan aanvragers projectgroep als een controlegroep dient te worden uitge- we sindsdien jaarlijks een netwerkbijeenkomst orga- een heldere leidraad kunnen verschaffen hoe zij in hun voerd. Maar wat als de organisatie geen tijd of financiering niseren waar netwerken, delen en van elkaar leren projectaanvraag aandacht kunnen schenken aan aspecten heeft voor deze mogelijkheid? Of als er geen kennis en centraal staan. Daarnaast zijn we moderator van de van resultaat- en impactmeting, zoals het bepalen van de uit- ervaring kan worden ingekocht en evaluaties niet kunnen Netwerkgroep Zuid-Afrika op LinkedIn waar ook ken- gangssituatie, het formuleren van doelstellingen en prestatie- worden uitbesteed? Houden de mogelijkheden dan op? Er nis en informatie wordt gedeeld.” indicatoren voorafgaand aan het project en het meten van lijkt een behoefte te zijn aan wetenschappelijk gefundeerde, Interview met Riekje de Vries, Stichting Projecten resultaten, effecten en impact, gedurende en na afloop van maar praktisch toepasbare kaders en instrumenten waar ook Zuid-Afrika het project. Institutionele financiers en vermogensverschaffers kleine en beginnende organisaties mee kunnen werken. Ook kennen ieder een eigen verantwoordingsformat. Dit is lastig een casuïstiekgerichte wetenschappelijke analyse van de voor goededoelenorganisaties die vaak met meerdere finan- ervaringen van goededoelenorganisaties met resultaat- en ciers te maken hebben. Een gezamenlijk initiatief van finan- impactmeting zou waardevolle inzichten kunnen geven aan ciers of een eenduidiger verantwoordingsformat zou hier een goededoelenorganisaties en andere partijen in de goede- positieve bijdrage aan kunnen leveren. doelensector. Zo kan bijvoorbeeld ook onderzocht worden welke activiteiten het meest effectief zijn in welke sectoren Aanbeveling 3: Zet ook eenvoudige instrumenten en best (milieu, ontwikkelingssamenwerking, welzijn, gezondheid) practices op de onderzoeksagenda en of deze ook in andere sectoren zouden kunnen werken, In de zoektocht naar methodieken en ervaringen met resul- wat succesfactoren en valkuilen zijn. taat- en impactmetingen door goededoelenorganisaties, zien veel (beginnende en kleine) goededoelenorganisaties Aanbeveling 4: Leer van elkaars ervaringen en werk samen door de bomen het bos niet meer. Aan de ene kant is er een Ondanks de uitdagingen waarmee goededoelenorganisa- overvloed aan informatie beschikbaar in de vorm van evalu- ties worden geconfronteerd, zijn er vele en goede voor- 74 | DISCUSSIE Netwerkdag (foto: SPZA) 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 beelden waar organisaties van kunnen leren. Bijna alle 5.3. CBF-perspectief Als toezichthouder handhaaft het CBF het criterium dat fond- goededoelenorganisaties proberen hun impact en invloed Het doel van deze publicatie is om een bijdrage te leve- senwervende goededoelenorganisaties verantwoording af echter geïsoleerd van elkaar te meten. Zij praten zelden ren aan de verdere professionalisering van resultaat- en dienen te leggen over hoe de fondsen zijn besteed. En ver- met collega-organisaties over de uitdagingen waarmee zij impactmeting en organisaties te helpen bij het nadenken, antwoorde keuzen vragen deskundigheid en inzicht. Er dient worden geconfronteerd. De gehanteerde benaderingen en ontwikkelen en implementeren hiervan teneinde bestedingen daarentegen ook erkend te worden dat de wetenschap niet expertise worden nauwelijks gedeeld. nog beter te kunnen verantwoorden. Het CBF heeft deze op alle vragen een antwoord heeft en dat goededoelenor- uitgave en de in 2012 verschenen folder ‘Bouwstenen voor ganisaties die grote inspanningen leveren om hun resultaten Toch is resultaat- en impactmeting een gebied waarin goe- Resultaat- en Impactmeting’ tevens gerealiseerd om instru- en impact te meten en dit methodisch goed willen doen ook dedoelenorganisaties succesvol kunnen samenwerken en menten te bieden die keurmerkhouders kunnen gebruiken bij te maken hebben met vele factoren die niet te overzien of te van elkaar kunnen leren. Organisaties die werkzaam zijn in de verantwoording over de bestedingen. Een vereiste van beïnvloeden zijn. Dit dient onze sector ook te accepteren. dezelfde sectoren hebben vaak een soortgelijke aanpak en het CBF-Keur. Tevens tracht het CBF hiermee tegemoet te Het CBF wenst alle instellingen veel succes bij het verder ont- overeenkomstige doelstellingen, wat betekent dat de proces- komen aan de wens van, met name institutionele, donateurs wikkelen en uitvoeren van resultaat- en impactmeting. sen en instrumenten die ze nodig hebben voor het meten om de rapportage over impact verder te ontwikkelen binnen van resultaten en impact dezelfde zullen zijn. Samenwerking de goededoelensector. Vanuit de ervaringen bij het beoorde- kan leiden tot het ontwikkelen van een gedeeld kader om len van keurmerkhouders acht het CBF het nodig dat er meer de belangrijkste resultaten en impact te meten. Ook de bran- helderheid ontstaat over de gebruikte begrippen en kaders cheorganisaties kunnen hierin een belangrijke rol spelen. die vaak de revue passeren. Zij kunnen informatie geven aan of trainingen organiseren Alhoewel evaluaties een belangrijk onderdeel uitmaken van voor goededoelenorganisaties. Brancheorganisaties hebben het CBF-Keur en CBF-Certificaat voor kleine goededoelenor- daarnaast een rol als het gaat om het communiceren over ganisaties, zal het CBF op dit aspect van impact vooralsnog uitkomsten van resultaat- en impactmeting. In samenwer- geen vergaande inhoudelijke eisen stellen aan goededoelen- king met de media kunnen brancheorganisaties donateurs organisaties die het CBF-Keur of CBF-Certificaat toegekend voorlichten en dilemma’s met betrekking tot resultaat- en hebben gekregen. Het is wel een vereiste dat er procesma- impactmeting voor goededoelenorganisaties laten zien. Er tig aan het meten van resultaten en impact gewerkt wordt en is een genuanceerde vorm van communicatie nodig. De dat men laat blijken hoe men dat doet. Organisaties blijven achtergronden van resultaat- en impactmeting en de resulta- vrij in de manier waarop zij invulling geven aan evaluaties ten en effecten van de organisatie zijn immers minstens zo binnen hun processen en activiteiten en de mate waarin zij belangrijk als de cijfers. hierin investeren en er extern over communiceren. DISCUSSIE | 75 1 76 | 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Visies en ervaringen uit de sector Wilde Ganzen actie-opbrengst een premie van 55% toe. De totale som Iedere aanvraag van Project Eigenaren en Particuliere wordt door Wilde Ganzen overgemaakt aan de Project Initiatieven is voor Wilde Ganzen een ‘nulmeting’. Deze Wat doet Wilde Ganzen? Eigenaar in het buitenland. Behalve deze financiële bijdrage geeft informatie over de situatie van de doelgroep vooraf- Wilde Ganzen (WG) is specialist op het gebied van con- biedt Wilde Ganzen ook advies en capaciteitsversterking. gaand aan het project. Hierbij wordt onder andere gekeken crete projecten in ontwikkelingslanden. Wij stellen mensen ‘Resultaatmeting’, transparantie en heldere communicatie naar de context- en probleemanalyse, concrete benodigd- in staat om initiatieven ter bestrijding van armoede zelf uit naar donateurs en het publiek toe zijn essentieel. Toch moe- heden, geplande activiteiten, de hoeveelheid begunstigden, te voeren. Het gaat om kleinschalige en lokale projecten: ten er, gegeven dat de projecten een gemiddelde begroting welke Millenniumdoelen zullen worden bereikt en hoe het investeringen in basisvoorzieningen om bijvoorbeeld onder- hebben van minder dan € 40.000, realistische verwachtin- project duurzaam kan worden voortgezet. Na afloop van wijs en gezondheidszorg te verbeteren of om schoon drink- gen worden gesteld aan resultatenrapportages. Ook moet het project kan gemeten worden welke verbeteringen zijn water beschikbaar te stellen. In 2012 bedroeg het totale bedacht worden dat zowel de realisering van het project gerealiseerd ten opzichte van de beginsituatie. volume aan Wilde Ganzen-financieringen € 11 miljoen, als het verzamelen van de informatie erover het product zijn verdeeld over 321 projecten, waarvan meer dan de helft van veel vrijwilligerswerk van zowel de PE als PI. Zonder dit Na realisatie van het project, stuurt de PE Wilde Ganzen plaatsvonden in Afrika. vrijwilligerswerk zou ons werk niet kunnen bestaan. een financieel en inhoudelijk verslag dat volgens een vast- Wij hanteren een bijzondere formule, doordat wij samen- Resultaat- en impactmeting bij Wilde Ganzen interne beoordeling en goedkeuring door een projectmede- werken met Particuliere Initiatieven (PI) in Nederland. Dit zijn Wilde Ganzen zet in op toenemende transparantie en hel- werker wordt het dossier afgesloten. De projectmedewerker lokale Nederlandse stichtingen, verenigingen, serviceclubs, dere communicatie van projectresultaten. In het voorjaar van vergelijkt de verwachte bijdrage aan de realisatie van de kerken of migrantenorganisaties die projecten indienen. 2013 gaan wij hierover op de website rapporteren, met Millenniumdoelen met de gerealiseerde resultaten. Deze projecten worden uitgevoerd en geleid door lokale een korte schets plus enkele foto’s van wat er gerealiseerd organisaties in ontwikkelingslanden, zoals scholen, klinieken, is. Nu al koppelen wij projectresultaten terug in de kwartaal- Volgens het Impact Value Change Model ligt de focus van vrouwengroepen of dorpsgemeenschappen, die wij als de magazines. Daarnaast heeft Wilde Ganzen begin 2013 de Wilde Ganzen-resultaatmeting voornamelijk op het Project Eigenaren beschouwen. Het zwaartepunt ligt dus CIDIN, een wetenschappelijk onderzoeksinstituut, gecontrac- niveau van inputs, activiteiten en outputs. Kortom, wat is er in het buitenland, waar de Project Eigenaren (PE) het beste teerd om een onafhankelijk onderzoek in vier ontwikkelings- gedaan en wat is er feitelijk gerealiseerd. Op korte termijn is weten wat prioriteit heeft en wat voor hen haalbaar is. landen te verrichten naar de duurzaamheid van afgeronde er minder zicht op de outcomes: de langeretermijneffecten. Een PE geeft aan dat er dringend behoefte is aan bepaalde projecten. Dit onderzoek zal Wilde Ganzen meer inzicht Wilde Ganzen maakt de aanname dat succesvolle realisatie investeringen (bijvoorbeeld een uitbreiding van de school- geven in de voorwaarden die ex ante vervuld moeten zijn van de outputs, zoals het bouwen van een extra klaslokaal, gebouwen of medische apparatuur voor de kliniek) en stelt om de kans op duurzame impact van projectinvesteringen te met hoge waarschijnlijkheid zal bijdragen aan de outcome hiertoe samen met het PI een plan op. Als Wilde Ganzen vergroten. Daarbij leert het ons aan welke capaciteitsverster- dat de leerlingen hierdoor betere schoolprestaties halen. het plan goedkeurt, gaat het PI in Nederland middels lokale king Project Eigenaren behoefte hebben. De resultaten van Hopelijk is de langetermijnimpact dat zij later beter in hun acties geld werven. Wilde Ganzen voegt aan de totale dit onderzoek worden in 2014 verwacht. gesteld stramien geschreven is, met een aantal foto’s. Na de VISIES | 77 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 levensonderhoud zullen kunnen voorzien. Het nieuwe CIDIN- sultants ingeschakeld. Ook deze informatie gebruiken wij in Wilde Ganzen impactonderzoek zal ons hierover meer inzichten verschaffen. de resultaatmetingen. Heuvellaan 36 1217 JN Hilversum Tot slot Telefoon: 035 – 625 10 30 In een klimaat waarin ontwikkelingssamenwerking herhaal- [email protected] delijk in twijfel wordt getrokken en waarin donateurs kritische www.wildeganzen.nl vragen stellen, is goed omgaan met de vraag naar resultaaten impactmetingen voor goededoelenorganisaties van groot belang. Daarom moet het adequaat verzamelen, bewerken en communiceren van informatie over de positieve (en minder positieve) effecten van hun werk deel uitmaken van hun core business. Maar realiteitszin en bescheidenheid is wel geboden: de prijs voor het verkrijgen van deze informatie moet in verhouding staan tot de waarde van het project. En, zoals de CBF-studie zeer terecht opmerkt, de ‘achterban’ van goededoelenorganisaties is zeer divers en de resultateninformatie Waterproject in India (foto: Wilde Ganzen) moet dus doelgroepspecifiek worden aangeboden. Goededoelenorganisaties, groot en klein, zouden er zeer Monitoren en resultaatmeting in de praktijk is altijd effectie- mee geholpen zijn als er een consensus zou komen over ver dan alleen op papier. Daarom reizen Wilde Ganzen- wat nog redelijk is, en wat niet meer, met betrekking tot de projectmedewerkers af naar een bewust gekozen selectie informatie over resultaten en de kosten om die te meten en te van projecten. Deze ‘live’ observaties en impressies worden communiceren. Het CBF zou een voortrekkersrol kunnen spe- breed gedeeld in verslagen. Het doel is om de PE en PI len bij het bereiken van een dergelijke consensus. Hierdoor advies, ondersteuning en expertise op positieve en con- zouden goededoelenorganisaties een beter antwoord kun- structieve manier aan te bieden. Ook hiervoor werkt Wilde nen hebben op de steeds verdergaande vraag om resultaten Ganzen zeer nauw samen met Particuliere Initiatieven. PI’s in detail te etaleren. bezoeken ‘hun’ projecten veel regelmatiger. Zij kunnen hierdoor veel waardevolle informatie verzamelen voor de Fabio Poelhekke resultaat- en impactmeting. Waar nodig worden lokale con- Senior beleidsmedewerker 78 | VISIES 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Erasmus Centre for Strategic Philanthropy organisaties, de omgeving, en sociale systemen en institu- mee men de resultaten kan interpreteren. Dit is een afweging Erasmus Universiteit Rotterdam ties). Output-effecten zijn de diensten en producten (dit kun- die iedere organisatie maakt, afhankelijk van het doel van nen ook lobbyactiviteiten of campagnes zijn) die je verleent, de impactevaluatie in samenwerking met haar stakeholders zoals bijlessen geven op school voor achterstandsjongeren. en dit zal per project verschillen. Outcome-effecten zijn de directe maatschappelijke waarden Impact is de maatschappelijke waarde die je creëert. Door die het resultaat zijn van jouw projecten, zoals verbeterde “Impact evalueren kan alleen op lange termijn en donateurs te focussen op impact kun je meer verschil maken. Op testresultaten op school. Impact is de maatschappelijke willen na 1, 2 of 3 jaar resultaten zien.” De tijdspanne van impact focussen betekent dat je nadenkt over de impact waarde die je creëert, zoals een verbeterd zelfbeeld of eco- een impactevaluatie hangt af van de termijn waarop de maat- die je wilt hebben en hoe je deze het beste kunt bereiken. nomische groei, waar je het perspectief van de organisatie schappelijke waarde zich manifesteert. Dit kan op zeer lange Vervolgens verzamel je informatie over de daadwerkelijke inruilt om te kijken naar je resultaten vanuit het perspectief termijn zijn, bijvoorbeeld als het doel van een project is om impact die je bereikt. Deze informatie gebruik je om van van de maatschappij. economische groei te bevorderen. In deze gevallen kunnen te leren, wat er goed werkte en wat er beter kan, en om korte- of middellangetermijnindicatoren gebruikt worden dit te communiceren naar stakeholders zoals je donateurs. Er zijn in de goededoelensector veel mythes over impact en om de bedoelde impact te benaderen. Een aantal goede Impact gaat dus over monitoren en evalueren, maar gaat het evalueren van impact. Het evalueren van impact vergt een plekken voor inspiratie zijn: wikivois.org, iris.thegiin.org en ook verder dan dat: het is een mindset in de organisatie, heuse verschuiving van de manier van werken in de sector, urban.org/center/cnp/projects/outcomeindicators.cfm. en de basis van strategisch denken over het goede dat je waar het oordeel over de waarde van een organisatie of wilt doen. Je kunt de daadwerkelijk behaalde impact echter project verplaatst van intentie naar resultaat. Deze mythes “Impact evalueren geeft vaak teleurstellende resultaten. alleen vaststellen met een evaluatie. hebben een negatief effect op de houding van goededoe- Maatschappelijke waarde creëren is niet gemakkelijk. Er Veel goededoelenorganisaties begrijpen dat het belangrijk lenorganisaties (en hun donateurs) ten aanzien van impact zijn succesverhalen zoals de rol van goededoelenorganisa- is om impact te evalueren en zijn op zoek naar manieren en het evalueren van impact. ECSP zet zich daarom in om ties in de strijd tegen polio, maar het nauwkeurig evalueren om dit te doen. Dit is niet makkelijk: er is veel verwarring deze mythes te ontmaskeren en te ontkrachten. Een aantal van de impact laat vaak ook zien dat de logica achter de over wat impact nou precies betekent, hoe het anders is dan voorbeelden: manier waarop een project zou leiden tot de gewenste outcome- of outputeffecten, en er zijn normatieve debatten impact niet klopt. De doelgroep gebruikt de muggennetten over de methoden of zelfs indicatoren waarmee de impact “Impact evalueren is duur.” Het ECSP adviseert dat middelen niet, het gefinancierde onderzoek zou zonder filantropisch geëvalueerd zou moeten worden. voor impactevaluatie worden gereserveerd aan de start van geld ook uitgevoerd zijn of de private sector had bij afwe- projecten. In sommige gevallen is een impactevaluatie niet zigheid van de goededoelensector het internet toch wel Het ECSP definieert impact als de maatschappelijke waarde nodig, omdat er al voldoende evaluaties zijn gedaan naar beschikbaar gemaakt. Goededoelenorganisaties zijn vaak die je creëert. Deze maatschappelijke waarde kan zich de impact van een project. De kosten van een impactevalu- bang om gestraft te worden door donateurs voor teleurstel- manifesteren op verschillende dimensies (sociaal, econo- atie hangen af van de keuzen die gemaakt worden t.a.v. de lende resultaten. Daarnaast kampen vermogensfondsen en misch en milieu) en op verschillende niveaus (mensen en informatie die men mee wil nemen en de zekerheid waar- subsidieverstrekkers in hun eigen organisaties met dezelfde VISIES | 79 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 teleurstellingen van negatieve resultaten. Het ECSP draagt schap om praktisch waardevolle antwoorden te formuleren verschillende waardevolle opleidingsprogramma’s, van bij aan de benodigde cultuurverschuiving, waar impacteva- op de urgente vragen rondom impact, zoals: discussieavonden, masterclasses en summer schools tot meer- luaties en negatieve resultaten omarmd worden als kansen • Wanneer is een impactevaluatie waardevol? om te leren en verbeteren. Het ECSP benadrukt daarom het • Hoe weten we wat we moeten evalueren? belang voor impactevaluaties om verder te gaan dan de • Welke methodologie moeten we gebruiken om te vraag ‘wat is onze impact?’ naar de vraag ‘hoe vergoten wij onze impact?’. Deze benadering helpt organisaties door evalueren? daagse opleidingen. Kellie Liket, PhD student Karen Maas, Assistant Professor • Hoe interpreteren we onze resultaten? ECSP een verbetervraag centraal te stellen bij impactevaluaties. ECSP doet onderzoek, geeft opleidingen en is betrokken bij Het ECSP is zowel als onderzoekend, uitvoerend, advise- Burgemeester Oudlaan 50 projecten op dit gebied, zodat organisaties kunnen leren rend en onderwijzend orgaan bezig met impactevaluatie. H-Gebouw, kamer H10-34 van resultaten en deze op de juiste manier naar stakeholders Het ECSP voert met regelmaat impactmetingen uit voor Postbus 1738 NL kunnen communiceren. instellingen en organisaties. Daarnaast stelt het ECSP zich 3000 DR Rotterdam ook op als adviseur door impactgerelateerde vragen van Telefoon: 010 - 408 13 45 “Alleen van kwantitatieve effecten kan impact geëvalueerd organisaties te beantwoorden. Hierbij kijken we naar het [email protected] worden.” In principe is alles te evalueren. De ware uitda- concept van impact, evaluatiemethodieken, resultaten en www.erim.eur.nl/research/centres/strategic-philanthropy ging van het evalueren ligt in het duidelijk definiëren van andere gerelateerde thema’s. Ook houdt het ECSP zich wat de toegevoegde maatschappelijke waarde is. In vele bezig met de rol van impactinformatie op het niveau van gevallen is het gemakkelijker om impacteffecten met een het filantropische eco-systeem en draagt zij proactief bij monetaire waarde zoals economische groei of belasting- aan het verbeteren van de beschikbare informatie over de besparing te evalueren omdat hiervoor al voldoende data impact van projecten of organisaties. Een voorbeeld is de voorhanden zijn en deze niet meer verzameld hoeven te Performance Prediction Scan (PPS) die het ECSP ontwikkelde worden. Er zijn echter talloze instrumenten zoals vragenlijs- voor de Kennisbank Filantropie. De PPS is een set van cri- ten en gevalideerde indicatoren om kwalitatieve effecten, teria waarvan we weten dat zij bijdragen aan de potentie zoals gezondheid, geluk en eenzaamheid, te kunnen van organisaties om goed te presteren. ECSP onderzoekt evalueren. niet alleen vraagstukken die betrekking hebben op impact. Er wordt ook aandacht besteed aan vraagstukken op gebie- Het ECSP is een onafhankelijk onderzoeks- en kenniscen- den zoals governance, bedrijfsvoering, opschaling, etc. De trum. Dit betekent dat het ECSP opereert zonder winstoog- onderwijsactiviteiten van het ECSP richten zich vooral op merk of promotie van specifieke services, producten of professionals die de ambitie hebben om in hun werkzame methodologieën. Het ECSP gebruikt kennis uit de weten- leven maatschappelijke waarde te leveren. ECSP biedt hen 80 | VISIES 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Samenwerkende GezondheidsFondsen / de begintoestand en de eindtoestand te vergelijken kun je De problemen met het meten van impact worden algemeen Hersenstichting uitspraken doen over de impact. Hier komt al een levens- erkend. Bij de Hersenstichting richten we ons bij het bepalen groot probleem om de hoek kijken, nl. dat je voor het bepa- van de impact vooral op het effect van onze interventies len van impact eigenlijk jezelf moet ‘wegdenken’. voor de diverse doelgroepen. Een van de manieren waarop je deze impact kan bepalen, is het bevragen van de doel- Impact bepalen is grote uitdaging Activiteiten leiden tot impact en dus kun je stellen dat elk groepen naar ervaringen in de huidige toestand vergeleken goed doel impact heeft. Maar het gaat natuurlijk vooral om met die van vroeger. de beoogde impact, impact in het verlengde van je doelstelling, je missie. Donateurs steunen jouw organisatie immers Hersenstichting Nederland, onze missie en strategie De goede dingen doen niet omdat je voor een stuk werkgelegenheid zorgt, wat wel Hersenstichting Nederland wil de hersenen beter begrijpen Als goede doelen voeren we allerlei activiteiten uit ten degelijk impact heeft. Ze steunen je omdat ze ervan uitgaan om hersenaandoeningen te helpen voorkomen en genezen. behoeve van onze doelgroep. We leggen onze ziel en dat jouw activiteiten het effect hebben, dat ze de situatie zaligheid erin! Waar we misschien te weinig over nadenken van je doelgroep verbeteren. 1. Wij stimuleren en financieren continu hersenonderzoek activiteiten waar we zo naarstig aan werken uiteindelijk bij Impact aantonen 2. We stellen nieuwe inzichten uit onderzoek op een be- aan een betere wereld voor onze doelgroep en dus voor Er is een groot verschil tussen impact hebben en impact aanto- grijpelijke en praktisch toepasbare manier beschikbaar iedereen? Een belangrijke vraag, want uiteindelijk is dit nen. Hoe meer andere partijen zich met soortgelijke activiteiten via brede voorlichtingsactiviteiten. onze diepste drijfveer en de reden waarom onze donateurs bezighouden, hoe lastiger vast te stellen is wat de specifieke ons steunen. Maar ook een vraag waarop het niet eenvou- bijdrage van jouw interventies en activiteiten is op de beoogde dig is een goed antwoord te geven. eindtoestand. Dit geldt voor veel goede doelen, en zeker ook is of we daarmee ook de goede dingen doen. Dragen de met vooraf vastgelegde doelen en programma’s. voor GezondheidsFondsen die onder andere door middel 3. Wij gaan samenwerkingsverbanden aan met andere relevante partijen om zo kennis te kunnen delen en de beschikbare financiële middelen gezamenlijk in te zetten. 4. Wij zijn zo de schakel tussen de hersenwetenschap, Het verschil maken van wetenschappelijk onderzoek een ziekte willen oplossen. donateurs en individuele personen voor het gezond Impact aantonen is het verschil inzichtelijk maken tussen de Wereldwijd worden duizenden onderzoeken uitgevoerd die functioneren van onze hersenen en kwaliteit van leven. toestand die bestaat mét en zonder de interventies van het allemaal een steentje hieraan bijdragen. De bijdrage van het goede doel. Onder impact wordt dan verstaan de bedoelde onderzoek door jouw organisatie is lastig vast te stellen. en onbedoelde effecten van die interventies voor de doel- 5. Onze fondsenwervende activiteiten zijn er op gericht om financiële middelen te verwerven om de strategie uit te voeren en de missie te volbrengen. groep en de samenleving als geheel. Er is een begintoe- Bij monocausale en lineaire activiteiten is de impact veel stand (een probleem), dit leidt tot weer een interventie met eenvoudiger vast te stellen. De NS is monopolist op het Successen in kaart brengen bepaalde activiteiten, hetgeen weer leidt tot een nieuwe belangrijkste spoornetwerk in Nederland. Valt de NS uit, In 2011 hebben we onze successen van de afgelopen eindtoestand. Er is iets veranderd door de interventie! Door dan is de impact hiervan redelijk gemakkelijk vast te stellen. jaren in kaart gebracht. We hebben gekeken naar vordeVISIES | 81 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 ringen in de wetenschap en naar (verbeterde) behandelin- effecten gehaald worden. Het verband tussen de indicatoren 1. Wat was de looptijd van het gesubsidieerde onderzoek gen van patiënten die we specifiek op ons conto kunnen en impact berust op een aantal aannamen. schrijven. We hebben daar een apart project van gemaakt, Elk kwartaal wordt de status quo van deze indicatoren verza- waarbij o.a. gesproken is met de diverse belanghebben- meld. Overigens bevat de BS ook indicatoren die slechts een- spin off opgeleverd? Hierbij is gekeken naar de publi- den. Uit het project kwamen vele resultaten, maar uiteindelijk maal of tweemaal per jaar kunnen worden vastgesteld. caties[1], patenten, vervolgsubsidies en/of voortzetting hebben we drie belangrijke effecten van ons werk kunnen In 2012 hebben we geëxperimenteerd met deze vorm van onderzoekslijn, en carrièrestappen van de onderzoeker identificeren. Resultaten uit wetenschappelijk onderzoek die sturing. In 2013 hebben we de diverse indicatoren van de (hoogleraarschap) en zijn medewerkers (promoties). de behandeling van de patiënten belangrijk verbeterden en BS nog weer eens onder de loep genomen en deze opnieuw waar we echt het verschil maakten. samengesteld. In principe moet dit fine-tunen elk jaar gebeuren. van start- tot eindrapportagedatum? 2.Wat heeft de gesubsidieerde studie uiteindelijk aan Publicaties zijn de voornaamste uitkomstparameter van de spin off, omdat in het wetenschappelijke veld het aan- De BS 2013 omvat 16 indicatoren, verdeeld over verschil- tal, de kwaliteit en impact van publicaties de norm zijn. lende rubrieken en gericht op diverse stakeholders. Wetenschappers worden hierop afgerekend en daarnaast zijn publicaties ook een belangrijk medium voor de versprei- Impactstudie onderzoeksactiviteiten ding van de kennis. Uit de BS volgen metingen die indicaties geven van impact. De publicaties zijn aan de hand van nadere parameters ver- Op het terrein van het onderzoek dat de Hersenstichting laat der geanalyseerd. Daarbij gaat het om zaken als het aantal uitvoeren hebben we eind 2012 een impactstudie afgerond publicaties en de impact van een publicatie aan de hand van de zogenaamde kleine subsidies. Dit zijn bijdragen van ‘Web of Science, Journal Citation Reports’. voor onderzoek en studie naar specifieke aspecten van de hersenen of hersenaandoeningen. Resultaatmetingen Op het terrein van de voorlichting die we geven, meten Hersenonderzoek autisme (foto: Hersenstichting) In de impactstudie waren alle wetenschappelijke onderzoe- we verschillende elementen van de tevredenheid van de ken en studies betrokken die de Hersenstichting mogelijk gebruiker: maakte en die in respectievelijk 2011, 2009 en 2007 zijn 1. De informatie die we aanbieden via onze website. Balanced Scorecard afgerond. De evaluatie is uitgevoerd op basis van de infor- Verder is een belangrijke ontwikkeling dat we medio 2012 matie uit de eindrapportages en een schriftelijke enquête met 2. De tevredenheid over de patiëntenvoorlichting. een Balanced Scorecard (BS) hebben samengesteld. De aanvullende vragen. 3. De tevredenheid over het schriftelijke materiaal BS is een strategisch hulpmiddel voor de besturing van de (Bron: onderzoek Hersenstichting) Hersenstichting. Het is een set indicatoren, kengetallen, die Voor de bepaling van de Impact is gekeken naar de vol- er in hun onderlinge samenhang toe leiden dat de beoogde gende twee primaire vraagstellingen: 82 | VISIES Bruikbaarheid, begrijpelijkheid, informatiewaarde. [1] Dit is een indicator voor de BS. 1 •Het effect van onze interventies op de samenleving als 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Centre for International Development Issues geheel krijgen we niet scherp in kaart. Wij zijn (voor- (CIDIN) lopig) tevreden met zicht op onze impact voor onze Radboud Universiteit Nijmegen stakeholders! Peter Schoof Directeur Hersenstichting Nederland Samenwerkende GezondheidsFondsen (SGF) Hersenonderzoek malapractice (foto: Hersenstichting) Stationsplein 127 (3e etage) Resultaat- en impactmeting van projecten in ontwikkelings- 3818 LE Amersfoort landen is al jaren een kernactiviteit van CIDIN. Centraal in Telefoon: 06 – 844 791 50 ons impactonderzoek staat Participatory Impact Assessment [email protected] (PIA), zoals beschreven in paragraaf 2.4 van dit boek. Een www.gezondheidsfondsen.nl gelijknamig pilotproject loopt al sinds 2007 met Cordaid. Het gaat hierbij om continue metingen na toezending van Daarin evalueren we op huishoudniveau de activiteiten Hersenstichting van zes Cordaid-partners in Peru, Ghana en India. Een Koediefstraat 5 steekproef van de doelgroep wordt over een periode van Ook onze donateurs worden als een belangrijke groep 2511 CG Den Haag vijf jaar gevolgd en vergeleken met een steekproef uit een – stakeholders beschouwd en dus is ook hun mening over en Postbus 191 samen met de partnerorganisatie gekozen – controlegroep. ervaringen met de Hersenstichting van belang. Van tijd tot 2501 CD Den Haag Onder beide groepen is een nulmeting en een eindmeting tijd meten we de Nettopromotorscore van de donateurstevre- Telefoon: 070 - 360 48 16 verricht om attributie van effecten (wat is veroorzaakt door denheid. Uit het laatste onderzoek (december 2012) kwam [email protected] wat?) mogelijk te maken. Daarnaast gaan we – meestal een NPS van 32,7[2] als resultaat op tafel. www.hersenstichting.nl via groepsdiscussies – met de leden van doelgroepen in de verstrekte informatie. gesprek over de onderwerpen waar het project zich op richt. Conclusie Dat levert de nodige informatie op over de context waarin •Om impact te kunnen meten moet je indicatoren vaststellen het project zich afspeelt, maar ook over de manier waarop die berusten op redelijke aannamen. •Door de indicatoren regelmatig te meten kun je aannemelijke uitspraken doen over de impact voor je stakeholders. [2] 0=goed, >50=excellent lokale belanghebbenden naar het project kijken. Deze kwalitatieve component biedt tevens de mogelijkheid om de door de organisatie gehanteerde ‘theory of change’ van het project tegen het licht te houden: hoe en waarop denkt de orgaVISIES | 83 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 nisatie verandering tot stand te brengen en wat zijn de visies behorende tot de laagste kaste nauwelijks profiteerden van gevallen te zien. Uit groepsdiscussies bleek dat de gelijktij- van de doelgroep en andere belanghebbenden daarop? een project waarin een boerencoöperatie was opgezet, dige introductie van een ziektekostenverzekering door de ondanks het feit dat de ledenlijst een redelijke afspiegeling overheid de behandeling van malaria nog toegankelijker In onze impactstudies besteden we veel aandacht aan het van de lokale kastestructuur vormde. Lagekasteleden werden maakte, waardoor gezinnen minder geneigd waren om pre- opsporen van onbedoelde effecten, hetzij in positieve hetzij echter systematisch buiten de informatiestroom gehouden, of ventieve maatregelen te nemen, zoals het gebruik van een in negatieve zin, en trachten we een inschatting te maken hielden zich bewust afzijdig omdat zij dergelijke praktijken klamboe. Dit ongewenste neveneffect heeft de betreffende van de duurzaamheid van de gerealiseerde resultaten. Is in verwachtten. Zodoende waren ze niet op de hoogte van organisatie aangespoord om preventiecampagnes en voor- de doelgroep een wezenlijke mentaliteitsverandering opge- nieuwe landbouwmethoden en afzetmogelijkheden voor lichtingsactiviteiten te intensiveren om zo de perverse prikkels treden waardoor effecten onomkeerbaar zijn, of bestaat het hun producten. Dit was niet voorzien door de betreffende van betere behandelende zorg te neutraliseren. gevaar dat bij beëindiging van het project de doelgroep weer organisatie. Ze waren toch immers lid van de coöperatie? terugkeert naar ‘business as usual’? Centraal in onze aanpak De impactanalyse leidde hiermee tot het besef dat ‘village Naast de voordelen van PIA, die vooral liggen in het leer- staat ook kennisoverdracht. Dit bereiken we door lokale pro- politics’, oftewel de politiek en de machtsverhoudingen op potentieel en de kritische reflectie op de eigen ‘theory of jectuitvoerders nauw bij de impactmeting te betrekken (bijvoor- dorpsniveau, ten onrechte waren veronachtzaamd. change’, is er ook een beperking te noemen. Zo is het niet beeld door samen intensief op zoek te gaan naar de juiste eenvoudig om effecten van verschillende projecten, of verge- indicatoren om succes aan af te lezen) en de uitkomsten van lijkbare projecten in verschillende landen, bij elkaar ‘op te de impactanalyse op laagdrempelige wijze terug te koppelen tellen’ en zo richting donateurs of sponsoren een overall-indi- naar de doelgroep. Verder betrekken wij ook lokale onderzoe- catie van ‘value for money’ te geven. De unieke context per kers bij onze evaluaties, vanwege hun kennis van de lokale projectlocatie wreekt zich hier. De methode is veeleer geschikt situatie, cultuur en talen, maar ook om lokaal evaluatiecapaci- om de effectiviteit van innovatieve projecten te toetsen (voor teit op te bouwen en onze kennis daarvan over te dragen. eventuele opschaling) en om op basis van uitgevoerde activiteiten ideeën voor vervolgprojecten te genereren. CIDIN heeft de sterke overtuiging dat de kwaliteit en relevantie van impactmeting verhoogd kunnen worden door kwan- Hoewel CIDIN ook onderzoek verricht naar de impact van titatieve en kwalitatieve methoden op een slimme manier te grootschalige interventies, zoals het Millennium Village combineren, zoals het gebruik van de nulmeting voor de iden- Project in Kenia, een programma in Bangladesh dat op tificatie van de juiste informanten voor interviews en groeps- (foto: CIDIN) discussies. Een dergelijke ‘mixed methods’-benadering helpt zoek is naar de meest effectieve manier om kindhuwelijken tegen te gaan, en de effecten van certificering van koffie om te begrijpen welke omgevingsfactoren van invloed zijn Een ander voorbeeld betreft het opzetten van rurale gezond- op boereninkomens, bestaat onze expertise voornamelijk in op het succes van een project, zodat de interventiestrategie heidscentra in Ghana. Dit leidde tot verbeterde toegang effectmeting van kleinschaligere projecten uitgevoerd door daarop kan worden aangepast. Zo bleek in India dat boeren tot zorg, maar gaf niet de verwachte afname in malaria- verschillende typen maatschappelijke organisaties. Goede 84 | VISIES 1 relaties en onderzoekservaring met gevestigde ontwikke- 1%CLUB / AmLab lingsorganisaties, en in toenemende mate ook ‘corporate 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Om dit mogelijk te maken is 1%CLUB op zoek gegaan naar samenwerkingspartners die binnen AmLab als snel gevonden foundations’ en particuliere initiatieven, zijn hiervan de achtergrond. Momenteel voert CIDIN impactanalyses uit waren. En met deze nieuwe partners zijn ook de ambities groter geworden. Deze makkelijke en toegankelijke manier voor Agriterra in Burundi, The Hunger Project in Benin en Open Impact- en Resultaatmeting van impact- en resultaatmeting moet niet alleen mogelijk Solidaridad in Ethiopië, Kenia en Oeganda. Sinds 2008 zijn er via het platform van 1%CLUB 400 zijn voor kleinschalige ontwikkelingsprojecten maar zou juist kleinschalige ontwikkelingsprojecten succesvol van start omarmd moeten worden door de gehele ontwikkelingssector. Selectie van CIDIN-impactstudies: gegaan. Projecten van mensen met slimme ideeën uit ontwik- Debebe, Z.Y., Kempen, L. van & Hoop, T.J. de (2012). “A kelingslanden die via crowdfunding en crowdsourcing hun AmLab staat voor een nieuwe manier van Impact- en perverse ‘net’ effect? Health insurance and ex-ante moral idee werkelijkheid willen laten worden. Crowdfunding en Resultaatmeting. Het gaat een stap verder dan accountability hazard in Ghana.” Social Science & Medicine, 75(1), crowdsourcing kan alleen succesvol zijn als vervolgens het en transparantie. Het gaat over een paradigmaverandering 138-147. resultaat van deze projecten gedeeld wordt met de mensen van top down naar bottom up, van wisdom of the experts Hoop, T. de, Kempen, L. van, Eerdewijk, A. van & Linssen, die het project ondersteund hebben. Het tonen van resul- naar wisdom of the crowd, van verantwoording naar samen- R. “Women’s autonomy and subjective well-being in India: taten is dus voor deze kleinschalige projecten van cruciaal werking en leren en van transparantie naar open. Van open how village norms shape the impact of self-help groups.” belang. datasets naar een open inclusief model van samenwerking Verschijnt binnenkort in Feminist Economics. Maar we weten ook dat het aantonen van resultaat en het waarbij de eindgebruikers centraal staan. Wanjala, B. & Muradian R. “Can Big Push interventions meten van impact vanuit een kleinschalig project niet makke- take small-scale farmers out of poverty? Insights from the lijk is. Voor een goede impactmeting is kennis en capaciteit Sauri Millennium Village in Kenya.” Verschijnt binnenkort op het gebied van evaluatie nodig. Iets dat vaak ontbreekt in World Development. bij deze projecten. Daarnaast worden de data vaak op zulke verschillende manieren verzameld, dat een vergelijking Luuk van Kempen en Lau Schulpen tussen deze verschillende kleine projecten niet mogelijk is. Researchers/Lecturers Samenwerking is hierbij van groot belang. CIDIN Een goede reden voor 1%CLUB om op zoek te gaan naar Thomas van Aquinostraat 4 een nieuwe manier van monitoring en evalutie voor kleinscha- 6525 GD Nijmegen lige projecten. Met de inzet van nieuwe technologieën als Telefoon: 024 - 361 30 58 SMS en smart phones wordt het een stuk gemakkelijker om [email protected] data te verzamelen en zichtbaar te maken en kan evalueren www.ru.nl/cidin gemakkelijk geïntegreerd worden in de dagelijkse praktijk. (foto: 1%Club) VISIES | 85 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Het zal het werk van goededoelenorganisaties tot een pro- efficiënter, effectiever te werken, meer open en transparant ces maken dat minder een interventie in het onbekende is en te zijn en de crowd erbij te betrekken. meer een beter onderbouwd pad naar inclusieve duurzame ontwikkeling. Waarbij ruimte is om fouten te maken. Waarbij Marianne Gybels snelle 360-graden-feedbackloops leiden tot permanent bijstel- Manager Program development len van de uitgezette koers. Fail fast. Learn Fast. Ook worden de interventies die tot een positieve sociale ontwikkeling 1% CLUB hebben geleid op deze manier zichtbaarder en traceer- ‘s Gravenhekje 1a baarder. En last but not least: efficiency, herhaalbaarheid en 1011 TG Amsterdam schaalbaarheid zullen toenemen. Resultaat- en impactmeting Telefoon: 020 – 715 89 80 zijn hierbij geen bijzaak meer maar structureel onderdeel van [email protected] iedere organisatie en daarbij van cruciaal belang. www.1procentclub.nl Partners AmLab: We hebben hiervoor een methode en set van tools ontwikkeld die ‘real time reporting’ mogelijk maken. We maken het (foto: 1%Club) mogelijk om met behulp van simpele tools als SMS, video, Akvo: www.akvo.org blogs en interviews via smart phones projecten in beeld te De uitgangspunten zijn simpel. Het moet vanuit de gebrui- brengen en te monitoren. Deze monitoring is rechtstreeks kers gedragen worden, het moet meerdere invalshoeken zichtbaar op de online-omgeving van het project waardoor belichten, het moet een gesprek zijn waarbij de focus ligt er een constante stroom van persoonlijke rapportage van de op mensen en niet op instituties. Daarnaast gaat het niet eindgebruikers zichtbaar is. Deze rapportages samen zor- om controle maar om vertrouwen van mensen onderling en gen ervoor dat er een impactmeting per project kan worden is leren de belangrijkste doelstelling. Het belangrijkste uit- gedaan. gangspunt: het is een open systeem. Iedereen kan input leveren en van elkaars ervaringen leren. Open source software Op het moment dat deze manier van monitoring en evalu- die open data verzamelt. Dat is volgens AmLab de toekomst atie wordt gecombineerd met de beschikbare open data van impact- en resultaatmeting. is het mogelijk om van micro- tot macroniveau zichtbaar te maken wat het effect van de goededoelenorganisatie is. AmLab (kort voor Amsterdam Lab) bestaat uit Akvo, Text to En het geeft de mogelijkheid om projecten te vergelijken op Change en 1%CLUB. AmLab ontwikkelt gezamenlijk inno- regionaal, nationaal en internationaal niveau. vatieve tools for Social Change die het mogelijk maken om 86 | VISIES TTC: www.texttochange.org 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Partos – Branchevereniging voor Internationale allianties. Zo moet er – in tegenstelling tot voorgaande jaren openen van data over de bijdrage aan, de voortgang op Samenwerking – een nulmeting plaatsvinden om de situatie voorafgaand en de resultaten van Internationale Samenwerking. Partos aan een interventie in kaart te brengen. Ook dienen uitkom- bevordert transparantie in overeenstemming met de IATI- sten bij doelgroepen vergeleken te worden met uitkomsten standaarden, vanuit de overtuiging dat open (lees: machine- bij controle- of referentiegroepen. De resultaten van de evalu- leesbare en vrij toegankelijke) data een belangrijke bijdrage aties worden eind 2014/begin 2015 bekend gemaakt. kunnen leveren aan de effectiviteit van Internationale samen- Partos is de branchevereniging voor Internationale samen- werking. Tijdens de jaarlijkse kennis- en netwerkbijeenkomst werking in Nederland. De vereniging behartigt de belangen Bevorderen van kwaliteit Partos Plaza, wordt de ‘Briljante Mislukkingen Award’ van 120 Nederlandse particuliere ontwikkelingsorganisaties Door de relatie met effectiviteit en doelmatigheid is orga- uitgereikt. Een ‘Briljante Mislukking’ is een goed voorbereid die actief zijn op terreinen als armoedebestrijding, humani- nisatiekwaliteit een belangrijk aandachtspunt van Partos. project dat anders is gelopen dan gepland en waarvan taire hulpverlening, mensenrechten en duurzame ontwikke- De ISO 9001 is een norm die kwaliteitseisen stelt aan het vervolgens door de organisatie is geleerd. Het doel van het ling. De overkoepelende doelstelling van Partos is om de kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. Partos uitreiken van deze prijs is het lerend vermogen, de innovatie- effectiviteit van de aangesloten lidorganisaties te ondersteu- heeft een sectorspecifieke toepassing van de ISO 9001 kracht en de transparantie in de sector bevorderen. nen. Hiertoe bevordert Partos onder andere kennis, kwaliteit ontwikkeld. Deze sectorspecifieke toepassing (‘de Partos en transparantie van lidorganisaties. 9001’) houdt rekening met de specifieke omstandigheden van Internationale Samenwerking. Leden worden actief gesti- Bevorderen van kennis muleerd om de Partos 9001 te implementeren. Daarnaast Goede planning, monitoring en evaluatie (PME) zijn cru- committeren Partos-lidorganisaties zich aan de Partos- ciaal om programmaresultaten te bereiken, inzichtelijk te gedragscode. Deze code geeft algemeen geldende waar- maken en hiervan te leren. Partos draagt actief bij aan de den weer die door Partosleden worden onderschreven als professionalisering van lidorganisaties op dit gebied door basis voor hun handelen. Voor alles wat in deze code staat PME-cursussen aan te bieden in samenwerking met derden. beschreven, geldt dat het is geformuleerd vanuit het belang Daarnaast organiseert Partos informatie- en uitwisselingsbij- van effectieve Internationale Samenwerking. Zo schrijft de eenkomsten over strategisch belangrijke thema’s en bevordert Gedragscode voor dat lidorganisaties de kwaliteit van hun het gezamenlijk leren van onderzoek. Zo is Partos nauw organisatie regelmatig extern laten toetsen. betrokken bij de gezamenlijke MFS-II-evaluaties waaraan Partos Plaza (foto: Rebke Klokke) meer dan zestig ontwikkelingsorganisaties (georganiseerd Bevorderen van transparantie in negentien allianties) deelnemen. De gezamenlijke MFS- Op verschillende manieren bevordert Partos transparantie Resultaat- en impactmeting II-evaluaties zijn een direct gevolg van de eisen die het van de lidorganisaties. Het International Aid Transparency Partos bevordert het strategisch inrichten van de organisatie ministerie van Buitenlandse Zaken heeft gesteld aan MFS-II- Initiative (IATI) hanteert internationale standaarden voor het en organisatieprocessen bij leden om een positief effect op VISIES | 87 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 de doelgroep te maximaliseren. Ondersteuning bij resultaat- vormen voor de administratieve lastendruk die gepaard gaat Centre for Development Innovation en impactmeting is hier een belangrijk – maar zeker niet het met rapportage- en verantwoordingsvoorschriften. Wageningen University and Research centre enige – onderdeel van. Inzicht in resultaten is van belang voor verantwoordingsdoeleinden. Partos vindt het minstens Mirjam Locadi even belangrijk dat dit inzicht actief benut wordt om als Evaluation Manager organisatie van te leren en om nieuw beleid te ontwikkelen, Het Centre for Development Innovation (CDI) is een van zowel op het niveau van de organisatie als op het niveau Partos de onderzoeksinstituten van Wageningen UR (University & van de sector. Ellermanstraat 18B Research centre). Het heeft als doelstelling innovatie en leren 1099 BX Amsterdam te bevorderen. Belangrijk hierbij is aandacht voor de context Telefoon: 020 – 320 99 01 van veranderings- en leerprocessen. Als het gaat om duur- [email protected] zame sociaal-economische ontwikkeling is deze doorgaans www.partos.nl complex. Aanbevelingen • Zorg dat binnen de organisatie een structuur en de benodigde capaciteit zijn die het mogelijk maken programma’s en beleid gestructureerd te monitoren en evalueren, van evaluaties te leren en vervolgens pro- CDI heeft een ‘Managing for Impact’ (M4I)-aanpak ont- gramma’s en beleid te verbeteren. worpen die uitdrukking geeft hieraan. De benadering is • Betrek partnerorganisaties en doelgroepen actief bij het gebaseerd op jarenlange en internationale ervaring met het plannen, monitoren, evalueren en leren op basis van verlenen van technisch advies in planning, monitoring en resultaten. evaluatie aan Nederlandse en internationale ontwikkelings- • Maak gebruik van beschikbare kennis en draag bij en goededoelenorganisaties die werkzaam zijn in diverse aan het leren op sectorniveau. Wees transparant over sectoren. De M4I-aanpak is een holistische aanpak om resultaten, ook als deze tegenvallen. meer impact te bereiken. Centraal staat een nauwe verbinding van strategische en operationele planningsprocessen, Toekomstvisie gevoed door monitoring- en evaluatieprocessen. Hierbij Open data op basis van de IATI-standaarden maken het wordt uitdrukkelijk aandacht besteed aan het betrekken van aggregeren, vergelijken, koppelen en traceren van gege- de verschillende actoren in deze processen en het stimuleren vens mogelijk, waardoor op termijn inzicht ontstaat in alle van leren, zowel over een project of programma als over de geldstromen en de voortgang en resultaten van Internationale context waarin deze zich bevindt. Daarnaast is het doorden- Samenwerking. Partos verwacht dat de ontwikkelingen rond- ken van de capaciteiten en condities die hiervoor nodig zijn om open data (zoals datajournalistiek, datavisualisaties en van belang. de ontwikkeling van apps) op termijn een alternatief zullen 88 | VISIES 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Naast kennisontwikkeling en technische ondersteuning, traint genoemd worden, maar zeker niet minder belangrijk zijn, Om het gebruik van evaluaties te bevorderen moeten eva- CDI elk jaar een groot aantal PME-managers, evaluatoren richten zich op bijvoorbeeld het ontwikkelen van een lerende luatoren stakeholders betrekken in het evaluatieproces. Dit en PME-gebruikers van overheden, NGO’s en ontwikke- organisatie, capaciteitsontwikkeling van partners in de bevordert ook het leerproces. CDI ondersteunt daarom het lingsorganisaties in Afrika, Azië, Latijns Amerika en Europa. interventie of het bevorderen van democratische besluitvor- gebruik van participatieve en leergerichte methoden en De vraag naar capaciteitsopbouw op het gebied van PME ming. De Nederlandse goededoelenorganisaties zouden beveelt dit ook goede doelen aan. Tip 3: Bevorder partici- neemt toe. Er is een internationale cursus ‘Participatory meer aandacht mogen geven aan de verscheidene redenen patie en leren in resultaatmeting door betrokkenen. Planning, Monitoring and Evaluation – Managing for voor en functies van evaluaties; naast de huidige focus op Impact’ (op dit moment bijna negentig deelnemers) die verantwoording aan donoren, zouden ze het leren van Het is ook belangrijk dat resultaatmeting aansluit bij de jaarlijks plaatsvindt in Wageningen. Daarnaast wordt deze resultaatmeting sterker kunnen bevorderen om zo niet alleen context; behoeften, belemmeringen en gelegenheden in de cursus ook in het Frans gegeven in Burkina Faso. CDI geeft operationele maar ook strategische besluiten te ondersteunen organisatie en interventie behoeven aandacht. Er is geen ook op-maat-gemaakte trainingen en ondersteunt verder en daarmee meer impact te bereiken. gouden standaard en een one-size-fits-all-oplossing is niet organisatieprocessen die als doel hebben PME-processen te mogelijk. Het design van resultaatmeting moet afgestemd verbeteren, bijvoorbeeld door het helpen ontwikkelen van Aanbevelingen worden op het doel ervan en de specifieke omstandigheden (participatieve) M&E-systemen. Verder organiseert CDI ook De M4I-aanpak van CDI gaat ervan uit dat resultaatme- moeten in acht worden genomen. Tip 4: Sta open voor ver- internationale ‘M&E on the edge’-conferenties die jaarlijks tingen utilisation-focused zouden moeten zijn. Dit betekent schillende evaluatiebenaderingen en -methoden en kies een een platform bieden voor ‘hot debates’ in innovatie van dat bijvoorbeeld evaluaties worden gedaan voor en met aanpak die past bij de specifieke situatie. PME. Daarnaast heeft CDI een resource portal op het vlak de eindgebruikers van de evaluatie zodat de kans op het van managing for impact en specifiek PME-gerelateerde strategisch gebruik van de evaluatie geoptimaliseerd wordt Toekomstvisie issues: www.managingforimpact.org. en ook bevindingen gevonden kunnen worden die zinvol Het CDI is van mening dat goededoelenorganisaties en hun zijn voor een verscheidenheid aan actoren (en bijvoorbeeld partners baat zouden hebben bij: Resultaat- en impactmeting niet alleen de financier). Tip 1: Identificeer de belangrijkste Bijna elke organisatie doet op de een of andere manier aan eindgebruikers en word het eens over het gebruik van de gericht, maar ook op deelname van en leren door be- resultaat- en impactmeting om de investeringen die het doet resultaatmetingen. trokkenen en zo strategische besluitvorming bevordert; te kunnen verantwoorden en haar activiteiten te verbeteren. - - Het belang van resultaatmeting is over het algemeen geac- Overeenstemming over doel en gebruik van resultaatmeting cepteerd. Er zijn echter verschillende redenen voor het doen vereist dat de organisaties bereid zijn met hun donoren te van resultaatmetingen. De meest gangbare zijn: bijsturen praten over het doel en gebruik van resultaatmeting. Daarin tijdens implementatie, (meestal opwaartse) verantwoording zien wij een grote uitdaging voor de goededoelenorganisa- afleggen over behaalde resultaten, strategieontwikkeling ties. Tip 2: Praat met donoren over het gebruik en doel van en beïnvloeden van beleid. Redenen die minder vaak resultaatmeting. resultaatmeting die niet slechts op verantwoording is participatie door betrokkenen in design, implementatie en gebruik van resultaatmeting; - het aangaan van een dialoog met donoren over de doelen van resultaatmeting en de manier waarop dit gebeurt; - open communicatie van resultaatmetingen zodat de mogelijkheid om ervan te leren beter wordt benut. Er VISIES | 89 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 bestaan reeds interessante platforms voor het delen van NCDO data waarvan organisaties gebruik kunnen maken. De focus van onze evaluatie-activiteiten ligt op het meten van effectiviteit van een interventie: gaan deelnemers aan een interventie zich anders gedragen? Weten zij meer over Verwijzing naar publicatie een mondiaal probleem? Is hun houding ten aanzien van CDI’s Managing for Impact resource portal: mensen die leven in ontwikkelingslanden veranderd? NCDO www.managingforimpact.org. richt zich daarmee met name op het niveau van de impact Making Evaluations Matter: A practical guide for Evaluators. van een interventie op de doelgroep(en). 2011. Written by Cecile Kusters, Simone van Vugt, Seerp Wigboldus, Bob Williams, and Jim Woodhill. Wat is NCDO? NCDO is het Nederlandse kennis- en adviescentrum voor mondiaal burgerschap. NCDO onderzoekt, traint en stimu- Evalueren is maatwerk! • NCDO kiest bij het ontwerp van evaluatiestudies voor ir. Cecile Kusters leert de meningsvorming over mondiale thema’s door publi- maatwerk. De interventie staat hierbij centraal. Maat- Docent en Participatory Planning, Monitoring and Evaluation caties te verzorgen en de discussie op gang te brengen. werk betreft niet alleen de onderzoeksmethoden, maar (PPME) Expert NCDO werkt daarbij samen met overheid en politiek, maat- ook de onderzoeksinstrumenten. De beschrijving van de schappelijke organisaties, bedrijfsleven en wetenschap. resultaten van de evaluatie dienen aan te sluiten bij de Centre for Development Innovation behoefte van de klant en/of de subsidiënt. Wageningen University and Research centre Evalueren: Onderzoek, Advies & Kennisoverdracht Lawickse Allee 11, gebouw 425 Het evaluatieonderzoek en -advies van NCDO richt zich op 6701 AN Wageningen interventies die op allerlei manieren beogen mondiaal burger- Postbus 88 schap onder Nederlanders te bevorderen. Denk hierbij bijvoor- 6700 AB Wageningen beeld aan evaluaties van lesprogramma’s, debattenreeksen, kwalitatieve onderzoeksmethoden. De klant en de Telefoon: 0317 – 486 800 tentoonstellingen, uitwisselingsprogramma’s of serious games. onderzoeksvraag staan centraal bij de keuze van de [email protected] www.wageningenur.nl worden van de interventie. • NCDO gebruikt in haar evaluaties kwantitatieve en • NCDO vindt het belangrijk dat evalueren niet alleen begeeft zich op drie velden wat betreft evalueren. NCDO ingezet wordt om te verantwoorden, maar juist ook om voert zelf evaluatie-onderzoek uit (al dan niet in opdracht te leren hoe de interventie verbeterd kan worden ties die actief zijn op dit terrein hoe te evalueren. NCDO deelt kennis via bijeenkomsten en publicaties van onderzoeksrapporten zodat deze kennis door andere organisaties kan worden gebruikt. VISIES interventie. Het evaluatie onderzoek kan niet los gezien methoden. NCDO onderzoekt, adviseert en deelt kennis. NCDO van derden). NCDO adviseert maatschappelijke organisa- 90 | • NCDO ziet evaluatie als integraal onderdeel van de • NCDO evalueert efficiënt en houdt in belangrijke mate rekening met de kosten van de evaluatie en tijdsinvestering van de partner. • NCDO vergelijkt. NCDO heeft een vragenlijst ontwikkeld waarmee de mate van mondiaal burgerschap kan 1 worden gemeten. Items uit deze vragenlijst zijn al in uitgebreide mix van kwalitatieve en kwantitatieve onder- tal van evaluatiestudies van interventies die zich richten zoeksmethoden. Denk hierbij aan desk research, outcome op het versterken van het mondiaal burgerschap in mapping, most significant change, vragenlijstonderzoek en Nederland ingezet/gebruikt. Hiermee creëert NCDO diepte-interviews. Naast de bestudering van effecten neemt de mogelijkheid om interventies onderling te vergelijken in deze evaluatie ook het leren van de deelnemende organi- en kennis met elkaar te delen. saties een belangrijke plaats in. 2 3 4 5 6 7 8 9 10 • NCDO maakt al haar evaluaties openbaar. Alle evaluaties die NCDO uitvoert worden vrijgegeven op haar Kijk op onze website voor meer evaluaties: website. www.ncdo.nl/effectstudies en voor een online-toolkit evalueren: www.ncdo.nl/toolkit-evalueren NCDO evalueert! Hieronder treft u twee voorbeelden van evaluaties van Marije van Gent & Christine Carabain NCDO aan. Senior Onderzoekers Habbo goes tweede kamer. NCDO Deze studie is een klassieke kwantitatieve evaluatiestudie Mauritskade 63 naar de effecten van de online-campagne ‘Habbo goes 1092 AD Amsterdam tweede kamer’ van Coolpolitics. Op basis van vergelijkin- Postbus 94020 gen van voor- en nametingen met interventie- en controle- 1090 GA Amsterdam groep worden uitspraken gedaan over de effecten van de Telefoon: 020 - 568 87 55 campagne op onder andere de kennis over politiek van de [email protected] deelnemers. www.ncdo.nl E-motive (leren van het Zuiden) NCDO evalueert in het kader van een EU-subsidie een aantal Zuid-Noord-expertise-uitwisselingen van het E-motiveprogramma van Oxfam Novib. Uitspraken over de effecten op de manier waarop deelnemers en andere stakeholders over mensen uit het Zuiden denken ten gevolge van deze uitwisselingen, worden gedaan op basis van een VISIES | 91 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Begrippenkader Accountability – Het afleggen van rekenschap en verant- CBF-Certificaat – Het CBF-Certificaat voor kleine goede Efficiëntie – Het verkrijgen van het grootst mogelijke effect of woording over bestedingen en resultaten. doelen is het keurmerk van het Centraal Bureau Fondsen- resultaat in verhouding tot de middelen. werving (CBF) voor de kleinere goededoelenorganisaties. Attributie – Het aantonen dat de effecten en impact op de Effect – Het gevolg van de activiteiten en resultaten op de doelgroep en maatschappij het gevolg zijn van de ontplooi- Controlegroep – Een groep (bijvoorbeeld mensen, onder- de activiteiten. zoeken, locaties, flora of fauna) die geen onderdeel heeft doelgroep, organisatie of maatschappij. uitgemaakt van de ontplooide activiteit. Effectiviteit – Het bereiken van het gewenste resultaat. Correlatie – In de statistiek spreekt men van correlatie als er Evalueren – Systematisch verzamelen, interpreteren en pre- (lineaire) samenhang blijkt te zijn tussen twee variabelen of senteren van informatie teneinde de waarde van een activi- twee metingen. teit, project of programma te bepalen. of negatief beïnvloed worden of die invloed kunnen uitoefe- Counterfactual analysis – analyse van wat er ook zou heb- Externe factoren – Factoren die van invloed zijn op het resul- nen op de organisatie. ben plaatsgevonden als de activiteit niet zou zijn uitgevoerd, taat, zoals politieke, sociale, economische, ecologische of om erachter te komen wat de impact van de activiteiten is technologische veranderingen. Beginsituatie – De situatie waarin de doelgroep of populatie zich bevindt voorafgaand aan de activiteit of het project. Belanghebbenden/stakeholders – Individuen of organisaties die als gevolg van de activiteiten van de organisatie positief Bijeffecten – Onbedoelde effecten van activiteiten, projecten geweest. Dit kan worden gedaan door de evaluatie ook uit en programma’s van de organisatie. te voeren bij een controlegroep. Causaliteit – Causaliteit verwijst naar de veronderstelling Doelstelling – Een op korte of middellange termijn nage- of theorie dat gebeurtenissen plaatsvinden als gevolg van streefde situatie. Focusgroepen – Groepen die discussiëren over een vooraf bepaald onderwerp om ervaringen uit te wisselen, beleid te maken of de mening van gebruikers te leren kennen. GRI-richtlijnen – Internationale richtlijnen op het gebied van bepaalde andere gebeurtenissen die daaraan vooraf gegaan zijn; een oorzaak gaat vooraf aan een gevolg. Duurzaamheid – Bestendigheid met het oog op de toe- Men spreekt in dergelijke gevallen van een causaal verband komst. Aansluiten op behoeften van het heden zonder het tussen twee gebeurtenissen. vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen Impact – Stroming 1: Het totaal van langetermijneffecten behoeften te voorzien in gevaar te brengen. – positieve, negatieve, bedoelde en onbedoelde, directe en CBF-Keur – Het CBF-Keur voor goede doelen is het keurmerk duurzaamheidsverslaglegging. indirecte – van activiteiten, projecten of programma’s op de van het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF) voor de Eén-meting – Een tussentijdse of eindmeting om te kunnen doelgroep en de maatschappij. grote landelijk fondsenwervende instellingen (goededoelen- bepalen of er veranderingen hebben plaatsgevonden ten Stroming 2: de effecten (outcomes) op de doelgroep en organisaties) in Nederland. opzichte van de beginsituatie (nulmeting). maatschappij als gevolg van de activiteit. In andere woorden: de outcomes minus ‘wat er toch al gebeurd zou zijn’. 92 | BEGRIPPEN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Impactmethoden – Instrumenten die meetbare resultaten Kwantitatief onderzoek – Onderzoek naar feiten. Een Output – De meetbare directe resultaten als gevolg van de (outputs) en effecten (outcomes) met elkaar proberen te enquête of bevraging van de doelgroep of een steekproef ontplooide activiteiten. verbinden en die proberen om de toegevoegde waarde van de doelgroep op basis van een vragenlijst met gesloten van de activiteit te bewijzen ten opzichte van de beste alter- en veelal cijfermatige (meerkeuze)vragen. natieve activiteit (vrij vertaald vanuit het Engels, Clark et al. 2004:8). Participatieve methoden – Instrumenten en methoden waarin belanghebbenden van de activiteit of het project actief Logisch model – Een (grafisch) model dat de relatie zicht- betrokken worden bij de uitvoering en het evalueren van de baar maakt tussen de middelen die nodig zijn om activitei- resultaten. Input – Alle middelen (geld, materiaal, kennis, netwerken ten, projecten en programma’s uit te voeren, de activiteiten en uren) die een organisatie inzet om de doelstellingen te die worden uitgevoerd, de resultaten en de effecten die Prestatie-indicatoren – Variabelen om prestaties van organi- realiseren. bereikt worden. Zie tevens Theory of Change. saties, beleid, programma’s, projecten of activiteiten te analyseren. Met behulp van prestatie-indicatoren kan een orga- Institutionele gevers/donateurs/donoren – Financiers en Maatschappelijke waarde – De blijvende toegevoegde subsidieverstrekkers zoals overheden, fondsen of andere waarde of effecten van de activiteit, het project of program- instellingen die fondsen verstrekken middels het verlenen van ma voor de gehele maatschappij. Private donateur – Individuele of particuliere donateur. nisatie de mate van haar prestaties meten en beoordelen. een opdracht. Meetmodel – Een meetmodel beschrijft de expliciete en Procesmethoden – Instrumenten en methoden die gericht Interventiestrategieën – Het geheel van activiteiten die impliciete veronderstellingen over het project of de activiteit. zijn op het volgen van de efficiëntie en effectiviteit van resul- goededoelenorganisaties aanwenden om doelstellingen Het beschrijft met welke middelen, interventies en resultaten taten, variabelen of indicatoren van lopende operationele te realiseren. Bijvoorbeeld: fondsenwerving, voorlichting, de doelstelling van het project kan worden bereikt. processen. Monetaire methoden – Instrumenten of methoden die gericht Publieksvertrouwen – Het vertrouwen van het Nederlandse Kosten-batenanalyse – Vergelijking van de verwachte totale zijn op het vertalen van resultaten en effecten naar een eco- publiek in de goededoelensector. Factoren die van invloed kosten van een project met de geschatte totale opbrengsten nomische of monetaire waarde. kunnen zijn op het publieksvertrouwen zijn extern toezicht, belangenbehartiging. om rationeel over het project te kunnen beslissen. Kwalitatief onderzoek – Onderzoek naar meningen. CBF-Keur, transparantie, professionaliteit, zichtbaarheid, Nulmeting – Een meting waarbij de uitkomsten als uitgangs- publieksbenadering, toewijding, omvang, incidenten en punt worden genomen voor later onderzoek. consumentenvertrouwen. Outcome – De effecten van de directe resultaten op de Register Goede Doelen – Het Register goede doelen is de doelgroep. database op de website van het CBF waar donateurs gratis Onderzoek waarbij het begrijpen van de belevingswereld van de onderzochten in een bepaalde situatie centraal staat. informatie kunnen raadplegen over goededoeleninstellingen. BEGRIPPEN | 93 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Jaarcijfers, grafieken over bestedingen, jaarverslagen en Storytelling – Het meten van resultaten en impact volgens worden beoordeeld, waar mogelijk op grond van vooraf informatie over de doelstelling, het werkterrein, vrijwilligers, een narratieve methode waarin deelnemers verhalen met opgestelde normen of eisen. bestuursleden en directies kunnen via eenvoudige zoekfunc- elkaar en de organisatie delen over de activiteit. Waardeketen – Een keten van opeenvolgende (deel)activitei- ties worden opgezocht op www.cbf.nl. Theory of Change – ook wel logisch model, verandertheorie ten waarbij in elke schakel waardetoevoeging plaatsvindt. Relevantie – Relevant is datgene wat belangrijk is. Bij een of veranderboom genoemd. Een denkmodel dat beschrijft Hierbij wordt verondersteld dat de gehele keten van activi- bepaald onderwerp vormt datgene wat relevant is de essen- welke middelen (inputs) nodig zijn om de beoogde activitei- teiten meer toegevoegde waarde heeft dan de som van de tie van het betreffende onderwerp. ten uit te voeren, welke direct meetbare resultaten (outputs) afzonderlijke (deel)activiteiten. deze activiteiten zullen opleveren, welke effecten (outcomes) Resultaat- en impactmeting – Het deel van evalueren, waar- de resultaten verwacht worden te hebben op de doelgroep bij (statistisch) onderzoek wordt uitgevoerd naar de resultaten en wat de langetermijnnetto-effecten op doelgroep en maat- en interne en externe effecten van programma’s, projecten schappij (impact) zouden kunnen zijn als gevolg van de en activiteiten van organisaties met als doel inzicht te krijgen activiteit. in hetgeen er is bereikt. Transparantie – Het op een duidelijke wijze inzicht geven Significant – Een waargenomen resultaat of effect dat niet in strategie, (beleids)beslissingen, procedures, resultaten en door toeval is ontstaan, maar door iets anders (bijvoorbeeld effecten van de organisatie. Dit kan zijn actieve (het openlijk de activiteiten van de organisatie). communiceren van de gang van zaken) of passieve transparantie (het geven van openheid van zaken naar aanleiding SMART-doelstellingen – Doelstellingen van het project die van vragen van buitenaf). specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdgebonden Verandermodel – Een model waarmee gericht en systema- zijn. tisch wordt gestreefd naar (organisatie)verandering. Stakeholders Zie Belanghebbenden. Verantwoording – Het afleggen van rekenschap en verantStatistiek – Het verzamelen, bewerken en interpreteren van woording over bestedingen en resultaten. cijfermatige gegevens. Visitatie – Een ter plaatse te verrichten onderzoek waarbij de omstandigheden waaronder en de wijze waarop activiteiten worden uitgevoerd en de resultaten van de activiteiten 94 | BEGRIPPEN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Trefwoordenregister belangrijkste vindplaatsen Accountability15,91 Kwantitatief onderzoek 53,93 Attributie 5,6,20,34,47,56,60,83,92 Logisch model 25,41,93,94 Beginsituatie 6,29,32,46,77,92 Maatschappelijke waarde 41,42,45,60,79,93 Belanghebbenden 6,8,9,15,24,33,34,41,44,60,62,64,69,72,73,82,83,92 Meetmodel 6,25,37,93 Bijeffecten20,56,62,92 Monetaire methoden 51,93 Causaliteit 40,57,58,59,73,92 Nulmeting 6,32,37,55,77,92,93 CBF-Keur 3,4,21,75,92,93,99 Outcome 6,16-19,25,26,31,40,42,46,50,60,77,79,92,93 CBF-Certificaat 21,75,92,99 Output 6,16-20,25,31,40,42,46,50,68,77,79,93 Controlegroep 6,14,35,36,47,49,62,74,83,91,92 Participatieve methoden 47,53,54,93 Correlatie 40,57,58,59,73,92 Prestatie-indicatoren 6,21,29-31,42,47,49,62,93 Counterfactual analysis 6,92 Private donateur 93 Doelstelling 6,8,13,16,25,26,30,31,44-47,51,60,62,64,67,73,92 Procesmethoden51,93 Duurzaamheid68,69,84,92 Publieksvertrouwen 15,71,93 Eén-meting92 Register Goede Doelen 3,93 Efficiëntie51,68,69,92 Relevantie64,68,84,94 Effect 5,6,13,15,16,18,20,25,26,31,34,37,41,43,46,49,50,53, Resultaat- en impactmeting3,6,15,20,21,23,26,29,32,38,39,53,55,62,64,67,69,72, Effectiviteit 13,15,19,31,51,64,68,69,84,87,90,92 Significant 40,55,58,94 Evalueren 3,8,14,20,23,24,40,41,44,62,63,67,73,79,83,85,90,92 SMART-doelstellingen 23, 26-29,94 Externe factoren 20,25,40,56,59,69 Statistiek 57,58,94 Focusgroepen 6,8,34,38,53,54,61,73,92 56,60,62,92 73,75,77,83,86,87,89,94 Storytelling 53,54,94 GRI-richtlijnen15,92 Theory of Change 23,25,40,83,84,94 Impact3,5,6,15-18,25,31,34,41-43,46,48,50,54,59,62,64,68, Transparantie 3,13,15,41,74,85,87,93,94 69,79,81,84,88,90,92 Verandermodel41,94 Impactmethoden46,51,93 Verantwoording Input6,16-19,25,40,41,42,46,50,93 Visitatie53,54,94 Institutionele gevers Waardeketen6,16-19,25,46,51,94 21,93 3,8,13,15,21,63,68,70,75,85,89,94 Interventiestrategieën93 Kosten-batenanalyse41,93 Kwalitatief onderzoek 53,93 TREFWOORDEN | 95 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Literatuurlijst Ahaus, C.T.B. (2005). Praktijkboek Procesmanagement EvaluativeThinking, bulletin 6: Using Evaluation Korten, D.C. (1990) Getting to the 21st Century – Voluntary Balanced Scorecard & INK- managementmodel. 3e druk. Findings, http://www.evaluativethinking.org/docs/ Action and the Global Agenda. West Hartford: Kumarian Kluwer. EvaluativeThinking.bulletin.6.pdf, geraadpleegd 7 februari Press. 2013. Carman, J.G. (2007). Evaluation practice among com- Kusters, C.S.L. et al. (2011). Making evaluations matter: munity-based organizations: Research into the reality. In: Gates Foundation, Annual Letter 2013. http://annualletter. A practical guide for evaluators. Wageningen: Centre for American Journal of Evaluation, (28), pp. 60-75. gatesfoundation.org/pdf/2013_AL_English.pdf, geraad- Development Innovation, Wageningen University & Research pleegd 7 februari 2013 centre. Participatory Impact Assessment: A guide for practitioners. Guba, E. & Lincoln, Y. (1989). Fourth Generation Leeuw, F. & Vaessen, J. (2009). Impact Evaluations and Medford: Feinstein International Center, Tufts University. Evaluation. Newbury Park, C.A.: Sage. Development. NONIE Guidance on Impact Evaluation. Centraal Bureau Fondsenwerving (2011). Verslag Hess, S. Boucher, T., Dabrovskyy, A. & Ten Hoorn, E.M. Fondsenwerving 2010. Amsterdam: CBF. (2010). Evaluating the effectiveness of community-based Liket, K.C. & Maas, K.E.H. (nog te verschijnen). conservation in Mongolia’s Gobi Desert. A report to The Philanthropic Impact, In: Proefschrift Liket, K.C., Hoofdstuk Nature Conservancy. 2, nog te publiceren (artikel kan opgevraagd worden bij de Catley, A., Burns, J., Abebe, D., & Suji, O. (2007). Washington: NONIE. Centre for Good Governance (2006). A Comprehensive Guide for Social Impact Assessment. Gebaseerd op Rietbergen-McCracken, J. & Narayan, D. (1998. Partici- auteurs, Liket, K.C. [email protected], Maas, K.E.H., IDSS (1999). An Introduction to the Logframe Approach. [email protected]) Washington DC: The World Bank. Inter-organisational Committee on Guidelines and Principles London, T. (2008). The Base of the Pyramid Impact for Social Assessment (1994). Guidelines and Principles Assessment Framework: Understanding and Enhancing Clark, C., Rosenzweig, W., Long, D., & Olsen, S. (2004). for Social Impact Assessment. Prepared by the Inter- Value Creation. William Davidson Institute/Stephen M. Ross Double Bottom Line Project Report: Assessing Social Impact organizational Committee on Guidelines and Principles for School of Business at the University of Michigan. in Double Bottom Line Ventures. In: Methods Catalog. New Social Impact Assessment. pation and Social Assessment: Tools and Techniques. York: Rockefeller Foundation. Maas, K.E.H. (2009). Corporate Social Performance. From Kolodinsky, J., Stewart, C., & Bullard, A. (2006). Measuring Output Measurement to Impact Measurement. Rotterdam: Ebrahim, A., & Kasturi Rangan, V. (2010). The Limits of economic and social impacts of membership in a community Erasmus University. Nonprofit Impact: A Contingency Framework for Measuring development financial institution. In: Journal of Family and Social Performance. Working Paper 10-099, Harvard Economic Issues, 27(1), pp. 27-47. Business School. 96 | LITERATUUR 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Maas, K.E.H., en Liket, K.C. (2010). Talk the Walk. NBA (2012). Goed Doel, Goed Verhaal. Publieke manage- Swanborn, P.G. (2007). Evalueren. Het Ontwerpen, Measuring the Impact of Strategic Philanthropy. In: Journal of mentletter voor de Goededoelensector. Amsterdam: NBA Begeleiden en Evalueren van Interventies: Een Methodische Business Ethics, 100, pp. 445-464. Basis voor Evaluatie-Onderzoek. Amsterdam: Boom Lemma. Nicholls, J., Lawlor, E., Neitzert, E., & Goodspeed, T. Maas, K.E.H., Jansen, P., Pothof, S., & Rehorst, T. (2011). (2009). A Guide to Social Return on Investment. The SROI Maatschappelijke Impact van de Nederlandse Hartstichting. Network and Cabinet Office. Casus Beroerte 2000 – 2005. Rotterdam: Erasmus School of Economics and Erasmus Centre for Strategic Philanthropy. Midgley, L. (2012). Wat is jouw impact? Presentatie tijdens Ten Hoorn, E.M. (2010). Modern Nomads in the Land Ní Ógáin, E., Lumley, T., & Pritchard, D. (2012). Making of the Dinosaurs. A case study of grassland management an Impact: Impact measurement among charities and social and poverty reduction among nomadic herders in the Gobi enterprises in the UK. New Philanthropy Capital. Desert of Mongolia. Master’s thesis. VU Amsterdam, IVM, de Transparantprijs Workshopmiddag 2012. Amsterdam: PWC. The SROI Network (2012). The Seven Principles of SROI. Environment and Resource Management. OECD-DAC (2002). Glossary of Key Terms in Evaluation and Results Based Management. Ministerie van Buitenlandse zaken (2011). Evaluation mat- Vanclay, F. (2003). International Principles for Social Impact Assessment. In: Impact Assessment and Project Appraisal, ters: Policy review of the Dutch contribution to basic educa- OECD (2007). OECD Framework for the Evaluation of SME tion 1999-2009. IOB Evaluation. and Entrepreneurship Policies and Programmes. 21(1), pp. 5-11. Webbink, H.D. (2011). Van Evidentie naar Impact. Oratie Mitchell R.K., Bradley R. Agle & Wood, Donna J. (1997). OECD-DAC (2010). DAC Quality Standards for uitgesproken op 11 februari 2011. Erasmus University Toward a Theory of Stakeholder Identification and Salience: Development Evaluation. DAC Guidelines and Reference Rotterdam. Defining the Principle of Who and What Really Counts. The Series. Academy of Management Review, Vol. 22, No. 4, pp. 853-886. Weiss, C.H. (1972). Evaluation Research. Methods for Pink Ribbon (2011). Jaarverslag 2011-2012. Assessing Program Effectiveness. New Jersey: Prentice-Hall, Inc., Englewood Cliffs. Moore, M.H. (2003). The Public Value Scorecard: A Poortvliet, M. van, Keen, S., & Pritchard, D. (2012). Rejoinder and an Alternative to “Strategic Performance Measuring together. Impact measurement in the NEETs sec- Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) Measurement and Management in Non-Profit Organizations” tor. New Philanthropy Capital. (2010). Minder pretentie, meer ambitie. Ontwikkelingshulp by Robert Kaplan. Working Paper, No. 18. Harvard: The die verschil maakt. Amsterdam: Amsterdam University Press. Hauser Center for Nonprofit Organizations, The Kennedy Stiftung ZEWO (2011). Outcomes and Impact Assessment White, H. (2009). Some reflections on current debates in School of Government, Harvard University. in International Development. Zewo Guidelines for Projects impact evaluation. Working Paper 1. International Initiative and Programmes. Zürich: Stiftung ZEWO. for Impact Evaluation, New Delhi (www.3ieimpact.org). LITERATUUR | 97 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 World Resources Institute (2007). The World Economic Pyramid. In: Hammond, A., Kramer, W.J., Tran, J., Katz, R., and Walker, C. (2007). The Next 4 Billion: Market Size and Business Strategy at the Base of the Pyramid, World Resources Institute. WWAV (2013). Het Nederlandse Donateurspanel. Meting maart 2013. Internetbronnen, geraadpleegd in de periode van oktober 2012 tot en met maart 2013: http://www.zonmw.nl/nl/themas/thema-detail/implementatie/monitoren-en-evalueren http://sites.tufts.edu/feinstein/2008/participatory-impact-assessment https://www.bja.gov/evaluation/guide/documents/chapter_5_nij_guide.htm http://www.hks.harvard.edu/hauser/PDF_XLS/workingpapers/workingpaper_18.pdf http://www.theoryofchange.org http://unpan1.un.org/intradoc/groups/public/documents/cgg/unpan026197.pdf http://www.socialevaluator.nl/ip/uploads/tblDownload/SROI%20Guide.pdf http://www.baseofthepyramid.nl http://www.outcomemapping.ca http://www.surveymonkey.com http://www.survey123.nl http://www.thesistools.com http://www.restovanharte.nl/over-van-harte/resultaten-en-jaarverslag/405-landelijke-vergelijking-klanttevredenheid-enquetes-2010 98 | LITERATUUR 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Colofon Deze publicatie is in co-auteurschap geschreven door Overname van teksten uit deze uitgave is toegestaan, mits drs. E.M. Ten Hoorn (senior controller CBF) en drs. W.M. de bron wordt vermeld. U kunt de volgende verwijzing Stubbe, CSR Academy, in opdracht en onder verantwoorde- gebruiken: lijkheid van het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF). Ten Hoorn, E.M. en Stubbe, W.M. (2013). Resultaat- en Het CBF verricht beoordelingen in het kader van: • het CBF-Keur, bestemd voor fondsenwervende instellingen die langer dan drie jaar als zodanig actief zijn en voor kansspelbegunstigde organisaties; Impactmeting voor goede doelen. Op weg naar beter • het CBF-Certificaat voor kleine goede doelen, bestemd CBFCSR Academy evalueren, meten en verantwoorden van bestedingen. voor instellingen waarvan de som der baten niet groter Anthony Fokkerweg 1 Aert van Nesstraat 25 A1 Amsterdam: Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF). is dan € 500.000 per jaar of voor kansspelbegunstig- 1059 CM Amsterdam 3012 CA Rotterdam 020 - 417 00 03 010 - 297 40 20 de instellingen die niet meer dan € 500.000 per jaar Aan de totstandkoming van deze uitgave is de uiterste zorg www.cbf.nl www.csr-academy.com besteed. Voor informatie die onvolledig of onjuist is opgeno- [email protected] [email protected] men, alsmede voor de gevolgen van activiteiten die worden KvK 41198566 ondernomen op basis van deze brochure, aanvaardt de KvK 24300043 redactie geen aansprakelijkheid. verantwoorden van een kansspelvergunninghouder; • de Verklaring van geen bezwaar, bedoeld voor startende instellingen. Bestelling van een exemplaar van Resultaat- en Impactmeting voor goede doelen kan door overmaking van € 20 op ING De Stichting Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF) is een Bank 11 75 34 van het CBF te Amsterdam onder vermel- door de Raad voor Accreditatie erkende instelling met certi- ding van naam, adres en woonplaats. ficerende bevoegdheid (registratienummer C130). Het CBF voldoet aan de accreditatiecriteria voor certificatie-instellin- ISBN/EAN: 978-90-73916-22-7 gen voor productcertificatie zoals vastgelegd in EN 45011 © 2013 Stichting Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF) en ISO/IEC Guide 65. Het CBF beoordeelt fondsenwervende instellingen en kansspelbegunstigde organisaties. Bij de beoordeling wordt gebruik gemaakt van criteria opgenomen in het Reglement CBF-Keur of in het Reglement CBF-Certificaat voor kleine goede doelen. Aan beoordeelde instellingen die voldoen aan de keurmerkcriteria wordt een keurmerk afgegeven, het CBF-Keur. Aan beoordeelde instellingen die voldoen aan de certificaatcriteria wordt een certificaat afgegeven, het CBFCertificaat voor kleine goede doelen. COLOFON | 99 1 100 | 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Vlinderend geefgeld Schenkt het beste uit onszelf Effect van vertrouwen