Ethische en Juridische aspecten van het elektronisch patiënten dossier Mag de overheid het EPD verplicht stellen? Joyce Beukelman Ethische en Juridische aspecten van ICT Docent ethiek: A. A. van Dijk Docent recht: A. P. Bezemer 07009240 Versie 3 25 oktober 2010 Inhoudsopgave Inleiding Literatuuronderzoek Morele Dilemma’s Stap 1: Het morele probleem Stap 2: De belangen van alle betrokkenen Stap 3: De alternatieven Stap 4: De belangen Stap 5: Normen en waarden in het geding Stap 6: Beredenerende conclusie Juridische kwesties Issue Regulation Argumentation Conclusion Evaluatie methodes Reflectie Joyce Literatuurlijst blz. 3 blz. 4 blz. 6 blz. 6 blz. 6 blz. 7 blz. 8 blz. 10 blz. 11 blz. 12 blz. 12 blz. 13 blz. 16 blz. 18 blz. 19 blz. 20 blz. 21 Inleiding Het elektronisch patiënten dossier, verder aangegeven als EPD, is een landelijk systeem voor de invoering en verwerking van medische gegevens. Met dit systeem wil de overheid bereiken dat alle medische gegevens op een centrale plaats worden opgeslagen en altijd en overal op te vragen zijn zodat de patiënt optimaal behandeld kan worden. Het EPD is op dit moment nog niet ingevoerd maar er zijn wel onderzoeken gedaan met regionaal elektronische patiënten dossiers. De reden dat het systeem landelijk nog niet is ingevoerd is omdat uit testen bleek dat het systeem nog niet veilig genoeg is en makkelijk is te kraken. De wetgeving is nog niet gebaseerd op het EPD maar wel is er een kaderwet geschreven speciaal voor het EPD. Hierin worden vele juridische aspecten verwerkt maar het laat nog veel vragen open. Het college bescherming persoonsgegevens (CBP) ziet toe op de verwerking van persoonsgegevens en geeft adviezen voor wetswijzigingen. Ethisch gezien zijn er behoorlijk wat punten waar over na gedacht moet worden. Willen de burgers wel een centraal systeem? Kan de overheid dit zomaar invoeren? Zo kun je bijvoorbeeld wel bezwaar maken tegen het EPD, maar is dit in eerste instantie niet goed naar de burgers gecommuniceerd. Ook is de vraag of de burgers wel genoeg door de wet beschermd worden met betrekking tot het digitaal opslaan van persoonsgegevens. In dit verslag wordt geprobeerd een antwoord te geven op verschillende juridische en ethische vragen die spelen rondom het EPD.Literatuur onderzoek Ethiek: Er is een verslag van Judith ter Berg & Yolanda Schothorst (Veldkamp) dat heet: Het EPD: opvattingen van burgers. Hierin staan een heleboel ethische dilemma’s beschreven die zij onder de burgers hebben gevonden. In dit verslag worden zowel laagopgeleide als hoog 2 opgeleide burgers om hun meningen gevraagd. In dit verslag wordt onder andere gekeken of burgers inzage zouden moeten hebben in het EPD en voor wie verder de informatie beschikbaar zou moeten zijn en wat dit voor zorgverleners betekend. In een blog van Bettine Pluut staan ook ethische vragen met betrekking tot het EPD. Zij vraagt zich onder andere af wie er verantwoordelijk is voor het zorgproces en of de technologie het menselijke contact niet overneemt. De ZBC kennisbank heeft zich ingelezen over het EPD en daarbij kritische vragen gesteld of de nieuwsberichten wel kloppen en hoe het werkelijk in elkaar zit. Op hun website wordt de inzage van zorgverzekeraars in twijfel gesteld. De rijksoverheid heeft algemene informatie op hun website staan over het EPD en hoe men bezwaar kan maken. Ook wordt hierin duidelijk dat zorgverleners pas jouw gegevens in mogen zien als je hiervoor toestemming geeft. Geenepd.nl is een website die tegen de invoering van het EPD is. Zij zetten de voor en nadelen op een rijtje en beschrijven ethische nadelen en onduidelijkheden. Het NVP vraagt zich op hun website af wat er gebeurd als er zoveel gegevens beschikbaar zijn en is bang dat informatie naar derde doorgespeeld gaat worden. En wat gebeurd er als er wat mis gaat met het systeem? Recht: Via de website van de overheid zijn de wetten te vinden die gebruikt zijn in dit verslag. Dit zijn letterlijke teksten van uit het wetboek. Via de website van het college bescherming persoonsgegevens is extra informatie te vinden. Voor het EPD staat hier een artikel over het geen toegang verlenen van zorgverzekeraars tot het EPD. Het CBS adviseerd de overheid zorgverleners de toegang te weigeren en de wetsvoorstellen hier op aan te passen voor het geval zorgverzekeraars zich ook als zorgveleners gaan aanbieden. Op dezelfde website staat ook een stuk over regionale EPD’s. Deze zouden in strijd zijn met de wet omdat patiënten niet geinformeerd zijn over het opnemen van hun gegevens in het EPD. Ook bleek dat er andere personen dan zorgverleners bij de patiëntgegevens konden komen. Voor dit verslag is het ook het advies van het CBP op de kaderwet elektronische zorginformatie uitwisseling gebruikt om te kijken welke adviezen er gegeven zijn en waar dus opgelet moet worden. De website van het Centrum voor ethiek en gezondheid spreekt over een digitaal persoonlijk gezondheidsdossier die nu al door patiënten worden bij gehouden. Ook geeft deze website links naar ethische vragen en wetgeving.Morele Dilemma’s 3 De regering wil landelijk een elektronisch patiënten dossier (EPD) invoeren [4]. Dit roept vele ethische vragen op. Nu gaat men naar de huisarts of een andere zorgverlener en doet zijn of haar verhaal. Door de invoering van het EPD is men bang dat het persoonlijk contact verwaterd en dat men geen zicht meer heeft op wat er in zo’n systeem komt te staan. Dit roept dan ook meteen de vraag op patiënten zelf inzagen moeten hebben in het EPD en een nog belangrijkere vraag met ethisch oogpunt: mogen patiënten hier zelf gegevens invoeren. Het invoeren van medische gegevens lijkt in eerste opzicht geen probleem maar wat als er psychologische informatie in komt te staan? en wie zouden deze gegevens dan mogen inzien. Dit roept weer een andere vraag op; is dit een stap voor verzekeraars om patiënten te gaan weigeren met een dure medische aandoening. Een vraag van een andere kant zou zijn; kunnen doktoren wel geacht worden om zorgvuldig met inlog gegevens om te gaan? Uiteindelijk komt het neer op de volgende hoofdvraag die in een stappenplan wordt uitgewerkt: Moet de overheid het EPD verplicht stellen? Stap 1: Het morele probleem De overheid wil een centrale EPD instellen. De burgers zijn bang dat dit inbreuk maakt op hun privacy en dat het systeem te fout gevoelig is. Welke verantwoordelijkheid heeft de overheid in bij de invoering van het EPD en mag de overheid het EPD dwingend opleggen? Stap 2: De belangen van alle betrokkenen Patiënten: Zij willen dat alle informatie in het EPD goed en volledig wordt ingevuld. Ze wensen zelf controle te kunnen hebben op de invoering van deze gegevens. Het is ook in hun belang dat deze informatie voor niemand anders zichtbaar is behalve voor hun behandelend arts en het team daarachter [1]. Verder willen zij voorkomen dat zorgverzekeraars hen niet gaan weigeren na het zien van hun medische geschiedenis. Verder vertrouwen zij de overheid erop dat het systeem goed werkt en betrouwbaar is maar ook dat de overheid hun toestemming vraagt over het gebruik van hun persoonsgegevens. Zorgverleners: Voor hen is het ook van belang dat de informatie correct en volledig in het EPD staat. Maar nog meer van belang is het feit dat zij tot deze informatie kunnen beschikken en niet eerst door een bureaucratisch proces moeten om deze gegevens te verkrijgen. Zij willen een patiënt meteen kunnen behandelen en daarvoor zijn deze gegevens direct nodig. Ook is het van belang dat zij precies weten wat een patiënt eerder gemankeerd heeft en daardoor zijn alle kleine beetjes informatie belangrijk. Wat zorgverleners niet willen is dat patiënten zelf onjuiste informatie in het EPD invoeren. Ook voor de zorgverleners is het van belang dat het systeem goed en veilig is en dat het hun werk bevorderd en het medische fouten tegen gaat. Goede informatie over het gebruik van het EPD is belangrijk voor deze partij. Overheid: Voor de overheid is het van belang dat alle gegevens centraal worden opgeslagen en dat zorgverleners daar toegang tot hebben. De overheid wil voorkomen dat deze 4 gegevens op straat komen te liggen en een onveilig systeem hebben. Zij willen hun burgers tevreden houden en de hulpverlening zou goed mogelijk te houden. Ook hebben zij hun reputatie hoog te houden en willen in een goed daglicht blijven staan tegenover de burgers. Ze willen de zorgverlening optimaliseren en centraliseren. Zorgverzekeraars: Voor hen is het van belang dat zij een op een zo efficiënt mogelijke manier hun informatie over hun pantiënten kunnen vergaren en bijhouden. Zij willen ook winst maken. Voor hen is het van belang dat zij de meest gezonde patiënten hebben. Zou er iemand met een chronische ziekte of een andere dure aandoening zich bij hun willen verzekeren willen zij dit weten en deze patiënt eventueel weigeren of meer premie laten betalen. [1&3] Stap 3: De alternatieven Alternatief 1: De situatie behouden zoals hij nu is. Geen EPD maar opslag bij huisartsen en ziekenhuizen zelf. Huisartsen en ziekenhuizen blijven de gegevens van hun patiënten onderling uitwisselen als dit nodig is. Alternatief 2: Het EPD landelijk instellen en zorgverleners een code geven om in te loggen. Hiermee kunnen ze bij alle patiënten informatie en zijn er zelf verantwoordelijk voor dat er alleen de juiste informatie in wordt gevoerd en dat zij niet rond gaan neuzen bij patiënten informatie waar zij niets mee te maken hebben. Patiënten kunnen op verzoek hun gegevens inzien aangezien zoals dit bij de wet bepaald is. Alternatief 3: Het EPD invoeren en patiënten de mogelijkheid geven zelf informatie toe te laten voegen. Zorgverleners zullen dit bij een bezoek van de patiënt goed moeten controleren op juistheid en het eventueel dichtzetten bij patiënten die zich inbeelden van allerlei ziektes te hebben. Alternatief 4: Het EPD invoeren en een centraal punt in bijvoorbeeld ziekenhuizen instellen waar patiënten met de hulp van zorgverleners zelf informatie kunnen toevoegen in hun EPD. Alternatief 5: Het EPD invoeren maar de zichtbaarheid beperken voor verschillende groepen zorgverleners. Zo zou een physiotherapeut niet de psychische achtergrond van een patiënt op kunnen zoeken etc. Alternatief 6: De zorgverleners en verzekeraars alleen toegang geven tot het EPD na toestemming van de patiënt zelf. Alternatief 7: De burgers eerst vragen of hun gegevens wel op mogen worden geslagen alvorens deze in het EPD in te voeren. Daarna de burgers inzage geven in hun eiegen medische gegevens na een verzoek. Stap 4: De belangen 5 Alternatief 1: Dit alternatief is positief voor de patiënten omdat hun informatie beter beveiligd is voor hun gevoel. Het is negatief voor de zorgverleners en de overheid omdat zij graag willen dat alle informatie centraal beschikbaar is zodat zij meteen kunnen handelen in een levensbedreigende situatie. Hierdoor onstaan er minder fouten. Het is ook negatief voor de verzekeraars omdat zij zo geen inzicht in deze gegevens hebben en dus geen selectie kunnen maken. Alternatief 2: Dit alternatief is negatief voor patiënten omdat zij veel moeite moeten doen om hun gegevens in te kunnen zien en het gevoel hebben geen controle te hebben over wat er in hun dossier staat. Het is zowel positief als negatief voor zorgverleners en de overheid omdat men niet weet of een zorgverlener zorgvuldig met deze inloggegevens zal omgaan en er geen controle is op wat zorgverleners opzoeken. Het is positief voor zorgverzekeraars omdat er een centrale plek is waar in zij gegevens kunnen vinden over hun klanten. Alternatief 3: Dit alternatief is positief voor de patiënten omdat zij zelf hun kwaaltjes waarvoor zij niet naar de huisarts gaan invoeren en is daarmee ook positief voor de zorgverleners omdat dan alle informatie er in staat. Het is ook negatief voor de zorgverleners omdat zij geen zicht hebben of dat het juist gebeurd en de informatie volledig is. Het geeft hun extra werk dit te controleren waarmee het ook de overheid negatief beinvloed omdat zij dit moeten betalen. Mensen zijn vanuit naturen nieuwsgierig en zorgverleners hebben het druk. Het gevaar dat een hulpverlener stiekem patiënt info gaat zoeken of vergeet uit te loggen blijft. Voor zorgverzekeraars is dit weer positief omdat zij zo over alle informatie mogelijk kunnen beschikken. Alternatief 4: Dit is voordelig voor patiënten omdat zij zo zelf gegevens in kunnen voeren en er iemand is die hun daarbij helpt. Dit voorkomt fouten en zorgt ervoor dat alle informatie in het EPD komt te staan. Het is zowel voordelig als nadelig voor de zorgverleners en de overheid. Alle informatie komt zo met een toeziend oog van een zorgverlener in het EPD maar het kost exta personeel, ruimte en apparatuur om dit te bewerkstellen. Voor zorgverzekeraars is dit weer positief omdat zij zo over alle informatie mogelijk kunnen beschikken. Alternatief 5: Dit alternatief is voordelig voor patiënten omdat zorgverleners hen niet kunnen confronteren met medische gegevens waar zij niets mee te maken hebben. Het is nadelig voor zorgverleners omdat een kwaaltje in de ogen van de huisarts niets te maken heeft met pijn in de voet van de patiënt maar volgens de fysiotherapeut weer wel. Wat ik hiermee duidelijk wil maken is dat belangrijke informatie misschien niet zichtbaar kan zijn. Het kan zijn dat de ene zorgverlener het verband niet ziet, maar de andere weer wel. Voor de overheid kan het nadelig zijn als een behandeling hierdoor fout gaat omdat zij de keuze maken het niet geheel zichtbaar te maken. Voor de zorgverzekeraars hangt het er puur van af welke informatie voor hen dan zichtbaar zal worden gemaakt. 6 Alternatief 6: Dit is positief voor patiënten zolang zij niet in een levensbedreigende situatie verkeren. Zo mag een zorgverlener of verzekeraar nooit rondsnuffelen in de medische gegevens. Op het moment dat een patiënt zich in een levensbedreigende situatie bevind en spoedeisende hulp nodig heeft kan het zijn dat hij niet meer in staat is toestemming te geven en kunnen zorgverleners niet bij de medische gegevens. Op zo’n moment is dit ook weer nadelig voor de overheid. Voor zorgverzekeraars is het nadelig omdat patiënten eerder geneigt zullen zijn geen toestemming te geven met de angst dat hun premie om hoog zal gaan. Alternatief 7: Dit is postitief voor de patiënten omdat hun gegevens niet zomaar worden opgeslagen zonder dat zij daar controle over hebben. Dit is positief voor zorgverleners omdat zij zo niet iedere patiënt hoeven uit te leggen hoe een bezwaar procedure in zijn werk gaat, maar ook negatief omdat patiënten die geen toestemming geven mogelijk moelijker behandeld kunnen worden door het missen van deze gegevens. Het is negatief voor de overheid omdat mensen misschien niet de moeite nemen toestemming te geven terwijl ze eigenlijk geen probleem hebben met de opslag van hun gegevens. Het is negatief voor zorgverzekeraars omdat zij zo informatie missen over klanten. 7 Stap 5: Normen en waarden in het geding De overheid wil graag een centraal systeem maar wil ook macht en zekerheid uitstralen over de bevolking. Een systeem invoeren die makkelijk te kraken is (zoek bron) geeft een zwak beeld van de overheid. Zorgverzekeraars willen efficient kunnen werken en winst maken en zo veel mogelijk gezonden klanten bij hun hebben. Nu mogen zij een patiënt niet weigeren of meer premie laten betalen als zij een ziekte of aandoening hebben waarvoor veel medische zorg nodig is. Zij zouden dit wel graag doen. De overheid wil dat mensen gezond zijn en geen overgewicht hebben en veel roken en drinken maar deze patiënten willen wel gelijk behandeld worden als de gezondere patiënten. In een stuk van Betinne Plut [2] haalt zij aan dat mensen misschien helemaal niet willen worden geconfronteerd met hun ziekte. Mensen hechte waarden aan eerlijkheid maar ook aan het niet constant geconfronteerd worden met negatieve dingen in hun leven. Een andere waarden die in het geding is dat mensen niet graag gecontroleerd worden op hun werk. In dit geval kunnen zorgverleners het gevoel krijgen gecontroleerd te worden door hun patiënten doordat zij precies kunnen zien wat hun zorgverlener over hun opschrijft. Graag wil een zorgverlener vertrouwt worden met de informatie die hij of zij tot de beschikking heeft. Er vanuit gaan dat zij niet zorgvuldig omgaan met hun inlog gegevens of hun nieuwsgierigheid niet kunnen bedwingen is niet iets waar zij mee geconfronteerd willen worden. Het idee dat het EDP een stap is naar een super systeem waar alle gegevens over de burgers worden opgeslagen blijft [6], wat de burgers in hun privacy aantast. Privacy is belangrijk [5] en het idee dat alle zorgverleners de hele medische geschiedenis kunnen zien wekt argwaan. We leven in een democratisch land en burgers willen hun stem laten horen. De invoering van het EPD is niet door middel van een stemming van de burgers aangenomen maar door de overheid bepaald. Daanaast komt nog eens kijken dat de gegevens opgeslagen worden tenzij er bewaar wordt gemaakt. Normaal gesproken moet iemand vooraf toestemming geven voor het opslaan van persoonsgegevens, nu wordt het toch gedaan totdat de burger de moeite neemt bezwaar te maken. Het voorkomen dat je medisch dossier voor zorgverleners inzichtbaar is wordt moeilijk gemaakt. De burgers vertrouwen de overheid erop dat er een veilig systeem op de markt komt en dat er niet zomaar met hun gegevens aan de haal kan worden gegaan. Als er dan artikelen in het nieuws verschijnen dat de invoering van het EPD is uitgeteld omdat het systeem nog niet veilig genoeg is tast het vertrouwen aan van de burgers. De overheid wil goed doen en efficiente zorgverlening aanbieden maar daar tegenover staat dat patiënten waarde hechten aan hun privacy en moeite hebben met een centraal systeem waar over zij geen controle hebben. Ook behoren burgers goed te informeerd te worden over het EPD dit blijkt nog niet gebeurd te zijn [1] en zorgt voor verwarring en onjuiste denkbeelden. 8 Stap 6: Beredenerende conclusie Mijn conclusie is dat er een EPD moet komen maar dat het EPD niet zomaar toegankelijk moet zijn voor patiënten. Het is wel wenselijk dat zij op verzoek inzage kunnen hebben. Niet alleen omdat dit rechtelijk bepaald is maar het zijn hun eigen gegevens. Ik vind ook dat iedereen zijn eigen gegevens moet kunnen inzien en hier eventuele vragen over moeten kunnen stellen. Ook al is het begrijpelijk dat zorgverleners niet willen dat ze op hun vingers worden gekeken vind ik toch dat dit moet kunnen. Hun informatie is belangrijk voor de patiënt en zou open moeten zijn. Om patiënten niet constant te confronteren met hun medische problemen acht ik het belangrijk dat het alleen open gesteld wordt op verzoek zodat ze eerst moeite moeten doen om het in te kunnen zien en niet steeds hun zelf ermee kunnen confronteren. De overheid mag het EPD invoeren maar zou in mijn ogen pas gegevens op mogen slaan als burgers hiervoor toestemming geven in plaats van achter af bezwaar maken over de opslag van persoonsgegevens. Ook zou de overheid meer zekerheid moeten uitstralen naar de bevolking. Als zij zo’n systeem invoeren zonder landelijke stemming zorg dan dat het systeem in een keer goed is en geef een goede voorlichting naar zowel de burgers als de hulpverleners zodat iedereen weet waar hij of zij aan toe is. Mag de overheid het EPD dwingent opleggen? Mijn antwoord hier op is nee. We leven in een vrij land en wij zouden keuze vrijheid moeten hebben. Ik vind dat de overheid ons eerst moet vragen of wij onze gegevens wel in een EPD willen hebben. Het zelfde geldt voor zorgverleners, laat huisartsen posten en ziekenhuizen en dergelijken dit zelf beslissen. De mensen een keuze te geven geeft men het idee dat de mensen zelf de controle hebben over hun eigen gegevens en wekt meer vertrouwen in de overheid door het niet blindelings in te voeren. Mijn beslissing is vanuit de gevolgenethische optiek verantwoord, want ik zorg dat alle patiënten zelf een stem hebben in het wel of niet opslaan van hun gegevens en hiermee straalt de overheid vertrouwen uit naar hun burgers. Het EPD komt er en met de goede voorlichting zullen vele burgers en zorgverleners dit systeem gaan gebruiken wat de zorg verbeterd. Mijn beslissing is vanuit plichtenethische optiek verantwoord, want de overheid heeft de plicht naar de burgers te luisteren en hun mening in acht te nemen bij het maken van beslissing die alle burgers zal raken. Ook heeft de overheid de plicht burgers om toestemming te vragen over het opslaan van persoonsgevens. Mijn beslissing is vanuit gezindheidsethische optiek verantwoord, want mij intentie is dat de burgers zelf een stem hebben in de opslag van hun medische gegevens. Mijn beslissing strookt met het principe van wederkerigheid, want als het om mij zelf zou gaan, wat het ook gaat, will ik ook dat er eerst toestemming wordt gevraagt om mijn gegevens landelijk op te slaan en ik daar niet toe gedwongen word. Mijn beslissing strookt met het principe van universaliteit, want ieder bedrijf/instelling zou mij toestemming moeten vragen voor het opslaan van mijn persoonlijke gegevens en mij op een goede manier moeten inlichten over het gebruik van mijn gegevens. In andere situaties zou ik ook willen dat de overheid naar de burgers luisteren en hun stem in acht nemen. 9 Juridische kwesties De invoering van het EPD brengt veel juridische vragen met zich mee. Het is moeilijk om vast te kunnen stellen wat er nu wel of niet juridisch goed geregeld is omdat dit systeem nog niet is ingevoerd. Wat ik graag wil weten is hoe de beveiliging van het systeem zelf hoort te zijn. Zijn hier wetten voor die er voor zorgen dat er geen onveilig systeem ingezet kan worden? Ook van belang is wie er daarna verantwoordelijk is voor de gegevens. Hoe zit het met zorgverzekeraars, mogen zij mensen weigeren na gezien te hebben dat een patiënt hun veel geld gaat kosten? Verder ga ik kijken naar wie er precies gegevens in mogen voeren in het EPD. Zijn dit alle zorgverleners of wordt hier een verscchil in gemaakt? Daarnaast wordt er gekeken of alle gegevens mogen worden opgeslagen of dat er persoonsgevens zijn die niet in het EPD horen. Maar als eerste is het van belang om te weten of gegevens überhaupt centraal mogen worden opgeslagen met betrekking tot de huidige privacy wet. Welke zaken zijn wel of niet geregeld in de huidige wetgeving? Ik ga dit beantwoorden aan de hand van de IRAC methode. Issue De privacywetgeving is wetgeving in algemene termen. Daarin worden de rechten van de burger beschermd. Het Elektronisch Patiënten Dossier (EPD) is bedoeld om medici toegang te geven tot alle gegevens van één en dezelfde persoon, terwijl de informatie is gemaakt op verschillende locaties door verschillende (soorten) artsen. De bedoeling is dat men van elkaars behandelingen en behandelplannen weet die betrekking hebben op een specifieke patiënt zodat er geen tegenwerkende oplossingen worden gegeven. Ook wil men acute hulp hiermee bevorderen in levensbedreigende situaties. Op dit moment heeft de overheid de invoering van het landelijk EPD goeggekeurd [10] maar houdt de invoering hiervan tegen om het feit dat het systeem te makkelijk te kraken is en er veel kritiek vanuit zowel de burgers als de zorgverleners is gekomen. Wel zijn er regionale EPD’s ingevoerd maar deze blijken nog niet op de juiste manier gebruikt te worden [11]. Ook worden er digitaal persoonlijk gezondheidsdossiers bijgehouden door patiënten zelf [7]. Er zijn verschillende wetsvoorstellen op tafel gelegt met brtrekking tot het EPD waarop advies is gevraagd aan het CBP en de minister van volksgezondheid, welzijn en sport [12&13]. Deze wetsvoorstellen zijn nog niet aangenomen. Er blijven enkele vragen liggen. a. b. c. d. e. f. Wanneer mogen persoonsgegevens worden verwerkt met de huidige wetgeving? Hoe zit het met de rechten van de patiënt? Wordt een veilig systeem gewaarborgt door de overheid? En wie is na de invoering verantwoordelijk voor de gegevens? Wordt er een verschil gemaakt in wat voor soort zorgverleners toegang hebben tot het EPD? Mogen alle gegevens over patiënten worden opgeslagen of wordt hierin onderscheidt gemaakt? Wie – naast de artsen – heeft nog meer toegang tot het EPD en met welk recht (zorgverzekeraars)? Als er iets mis gaat met de patiënt vanwege onjuiste gegevensinvoer: wie is er aansprakelijk? 10 Regulation Wanneer mogen persoonsgegevens worden verwerkt met de huidige wetgeving? Hoe zit het met de rechten van de patiënt? Het geldende recht op dit moment is artikel 2 van de Wet bescherming persoonsgegevens omdat dit gaat om geheel of gedeeltelijk geautomatiseerde verwerking van persoonsgegegevens (WBP) [8]. Daarmee wordt het EPD niet als uitzondering beschouwd. Verder is artikel 8 van het WBP belangrijk omdat hierin onder d het volgende wordt vermeld: “Persoonsgegevens mogen slechts worden verwerkt indien: de gegevensverwerking noodzakelijk is ter vrijwaring van een vitaal belang van de betrokkene;” en onder f: “de gegevensverwerking noodzakelijk is voor de behartiging van het gerechtvaardigde belang van de verantwoordelijke of van een derde aan wie de gegevens worden verstrekt, tenzij het belang of de fundamentele rechten en vrijheden van de betrokkene, in het bijzonder het recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer, prevaleert.” Artikel 21, 1e lid sub a WBP stelt dat het niet verboden is persoonsgegevens te verwerken, als dit gebeurt door: “a. hulpverleners, instellingen of voorzieningen voor gezondheidszorg of maatschappelijke dienstverlening voor zover dat met het oog op een goede behandeling of verzorging van de betrokkene, dan wel het beheer van de betreffende instelling of beroepspraktijk noodzakelijk is;” Wordt een veilig systeem gewaarborgt door de overheid? En wie is na de invoering verantwoordelijk voor de gegevens? In artikel 13 van het WBP staat het volgende vermeld: “De verantwoordelijke legt passende technische en organisatorische maatregelen ten uitvoer om persoonsgegevens te beveiligen tegen verlies of tegen enige vorm van onrechtmatige verwerking. Deze maatregelen garanderen, rekening houdend met de stand van de techniek en de kosten van de tenuitvoerlegging, een passend beveiligingsniveau gelet op de risico's die de verwerking en de aard van te beschermen gegevens met zich meebrengen. De maatregelen zijn er mede op gericht onnodige verzameling en verdere verwerking van persoonsgegevens te voorkomen.” Wordt er een verschil gemaakt in wat voor soort zorgverleners toegang hebben tot het EPD? In de huidige wetgeving wordt er geen verschil gemaakt, in de schakelwet [9] wordt er wel een verschil gemaakt in Artikel 13h: “1. De verwerking, bedoeld in artikel 13f, eerste lid, onderdelen b, c, d en f en artikel 13g, derde lid, onder a, en vierde lid, van het elektronisch patiëntendossier wordt uitsluitend verricht door de beroepsbeoefenaar die de cliënt zorg verleent. 2. De verwerking, bedoeld in artikel 13hb, wordt uitsluitend verricht door de beroepsbeoefenaar die de cliënt zorg verleent. 3. Voor zover een beroepsbeoefenaar werkzaamheden verricht als bedrijfsarts, dan wel verzekeringsarts: 11 a. heeft deze geen toegang tot de voorzieningen van het landelijk schakelpunt; b. heeft deze geen toegang tot zorginformatiesystemen, als bedoeld in artikel 13hb; en c. verwerkt deze geen gegevens uit het elektronisch patiëntendossier of uit een zorginformatiesysteem als bedoeld in onderdeel b; behalve voor zover dit noodzakelijk is voor de uitvoering van zorgverzekeringen of voor zijn wettelijke taak. 4. Voor zover een beroepsbeoefenaar werkzaamheden verricht als keurend arts voor keuringen, als bedoeld in de Wet op de medische keuringen: a. heeft deze geen toegang tot de voorzieningen van het landelijk schakelpunt; b. heeft deze geen toegang tot zorginformatiesystemen, als bedoeld in artikel 13hb; en c. verwerkt deze geen gegevens uit het elektronisch patiëntendossier of uit een zorginformatiesysteem als bedoeld in onderdeel b; behalve voor zover dit noodzakelijk is voor de uitvoering van zijn wettelijke taak.” Mogen alle gegevens over patiënten worden opgeslagen of wordt hierin onderscheidt gemaakt? het 3e lid van artikel 21 geeft aan dat niet alle gegevens zomaar mogen worden opgeslagen als het specifieke doelgroepen zijn, zoals homosexueel leefgedrag (geaardheid), hivverslaafden en dergelijke: “Het verbod om andere persoonsgegevens als bedoeld in artikel 16 te verwerken, is niet van toepassing voor zover dit noodzakelijk is in aanvulling op de verwerking van persoonsgegevens betreffende iemands gezondheid als bedoeld in het eerste lid, onder a, met het oog op een goede behandeling of verzorging van de betrokkene.” Daarnaast moet ook erfelijk onderzoek mogelijk zijn. Daartoe geeft het 4 e lid de ruimte: ”Persoonsgegevens betreffende erfelijke eigenschappen mogen slechts worden verwerkt voor zover deze verwerking plaatsvindt met betrekking tot de betrokkene bij wie de betreffende gegevens zijn verkregen, tenzij: a. een zwaarwegend geneeskundig belang prevaleert of b. de verwerking noodzakelijk is ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek of statistiek. In het geval als bedoeld onder b, is artikel 23, eerste lid, onder a, en tweede lid, van overeenkomstige toepassing.” Het Vrijstellingsbesluit van de WBP geeft in Paragraaf 4 (Zorg en welzijn) nog weer aan welke gegevens in meer of mindere mate zijn vrijgesteld van de meldingsplicht zoals die nu geldt. Daarbij gaat het om de individuele gezondheidszorg (art. 16) en de zorg in verzorgings- en verpleeghuizen (art. 17). Wie – naast de artsen – heeft nog meer toegang tot het EPD en met welk recht (zorgverzekeraars)? In artikel 13ha van de kaderwet staat het volgende vermeld over de rechten van de zorgverzekeraar:” 1. De zorgverzekeraar: a. heeft geen toegang tot de voorzieningen van het landelijk schakelpunt; b. heeft geen toegang tot zorginformatiesystemen, als bedoeld in artikel 13hb; en c. verwerkt geen gegevens uit het elektronisch patiëntendossier of uit een zorginformatiesysteem als bedoeld in onderdeel b; behalve voor zover dit noodzakelijk is voor de uitvoering van zijn zorgverzekeringen of voor zijn wettelijke taak. 12 2. Bij algemene maatregel van bestuur wordt bepaald welke gegevens voor de uitvoering van zorgverzekeringen of onderdelen daarvan noodzakelijk zijn.” en art.21, 1e lid sub b vult aan: “verzekeraars als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht en financiële dienstverleners die bemiddelen in verzekeringen als bedoeld in artikel 1:1 van die wet, voorzover dat noodzakelijk is voor: 1°. de beoordeling van het door de verzekeraar te verzekeren risico en de betrokkene geen bezwaar heeft gemaakt; of 2°. de uitvoering van de overeenkomst van verzekering;” Ook de rest van art. 21 regelt belangrijke zaken voor het EPD, zoals in het 2e lid wie het mogen doen: “In de gevallen als bedoeld in het eerste lid worden de gegevens alleen verwerkt door personen die uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift, dan wel krachtens een overeenkomst tot geheimhouding zijn verplicht. Indien de verantwoordelijke gegevens persoonlijk verwerkt en op hem niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift een geheimhoudingsplicht rust, is hij verplicht tot geheimhouding van de gegevens, behoudens voor zover de wet hem tot mededeling verplicht of uit zijn taak de noodzaak voortvloeit dat de gegevens worden meegedeeld aan anderen die krachtens het eerste lid bevoegd zijn tot verwerking daarvan.” Als er iets mis gaat met de patiënt vanwege onjuiste gegevensinvoer: wie is er aansprakelijk? Dit wordt benoemd in Artikel 49: “1.Indien iemand schade lijdt doordat ten opzichte van hem in strijd wordt gehandeld met de bij of krachtens deze wet gegeven voorschriften zijn de volgende leden van toepassing, onverminderd de aanspraken op grond van andere wettelijke regels. 2.Voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat, heeft de benadeelde recht op een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding. 3.De verantwoordelijke is aansprakelijk voor de schade of het nadeel, voortvloeiende uit het niet-nakomen van de in het eerste lid bedoelde voorschriften. De bewerker is aansprakelijk voor die schade of dat nadeel, voor zover ontstaan door zijn werkzaamheid. 4.De verantwoordelijke of de bewerker kan geheel of gedeeltelijk worden ontheven van deze aansprakelijkheid, indien hij bewijst dat de schade hem niet kan worden toegerekend.” En in Artikel 50: “1.Indien de verantwoordelijke of de bewerker handelt in strijd met het bij of krachtens deze wet bepaalde en een ander daardoor schade lijdt of dreigt te lijden, kan de rechter hem op vordering van die ander zodanig gedrag verbieden en hem bevelen maatregelen te treffen tot herstel van de gevolgen van dat gedrag.” 13 Argumentation In de huidige wetgeving wordt er gezegd dat de gegevens alleen worden mogen opgeslagen als de persoon waar het om gaat hier uitdrukkelijk toestemming voor geeft. Nu is de vraag of de opslag van medische gegevens onder vitaal belang valt of dat er een aanpassing in de wet moet komen zodat artikel 21 in het WBP volstaat voor het EPD. In de kaderwet arikel 13g wordt hier wel rekening meegehouden en daarin wordt het volgende gesteld: “1. De zorgaanbieder verschaft de cliënt algemene informatie over het elektronisch patiëntendossier: a. op verzoek van de cliënt; 2. Bij het verschaffen van de algemene informatie over het elektronisch patiëntendossier wijst de zorgaanbieder de cliënt op de mogelijkheid bezwaar als bedoeld in artikel 13f, tweede lid, onderdeel b, te maken.” Hierdoor weet de patiënt dat zijn gegevens worden opgeslagen en dat hij bezwaar kan maken maar vooraf is er geen toestemming nodig geweest. Over het opvragen van patiëntgevens in het EPD vermeldt de kaderwet het volgende: “3. De zorgaanbieder is slechts bevoegd tot de opvraging, bedoeld in het eerste lid, onderdeel f, van het elektronisch patiëntendossier indien de cliënt hem daartoe toestemming heeft gegeven.” Dit betekend dat zorgverleners niet zomaar patiëntgegevens mogen opvragen maar dit eerst moeten vragen aan de patiënt zelf. Dit is een verandering op artikel 16 van het WBP. In de kaderwet wordt niets vermeld over spoedeisende hulp. Uit artikel 13 uit het WBP wordt duidelijk dat de overheid een systeem moet leveren dat aan bepaalde eisen van veiligheid voldoet. Het zou voor hackers onmogelijk moeten zijn dit systeem te kraken en mensen zonder bevoegtheid zouden hier geen inzage in mogen hebben. Aangezien de wet maar een aansprakelijke kent zijn de gebruikers van het systeem daarna verantwoordelijk voor de juiste invoer en het gebruik van de gegevens. Zorgverleners die de cliënt zorg verlenen hebben toegang tot het EPD. De schakelwet sluit wel bepaalde beroepsbeoefenaars uit. De bedrijfarts, verzekeringsarts en de keuringsarts op grond van artikel 13h. Op grond van artikel 21 wordt duidelijk dat niet alle gegevens zomaar mogen worden opgeslagen als dit niet bijdraagt aan de behandeling van de patiënt. In het EDP worden dus bijvoorbeeld de geaardheid en godsdienst van een patiënt niet vermeld tenzij dit van invloed is op de behandeling van een patiënt. Als een patiënt een geloof heeft dat medicijn gebruik verbiedt is het wel van belang dat dit vermeld wordt om de juiste behandeling aan te bieden. 14 De huidige wet (WBP) maakt het voor zorgverzekeraars wel erg gemakkelijk om een selectie te houden tussen klanten. Gelukkig heeft de kaderwet hier wel rekening mee gehouden. Zij stellen het volgende in artikel 13ha: “1. De zorgverzekeraar: a. heeft geen toegang tot de voorzieningen van het landelijk schakelpunt; b. heeft geen toegang tot zorginformatiesystemen, als bedoeld in artikel 13hb; en c. verwerkt geen gegevens uit het elektronisch patiëntendossier of uit een zorginformatiesysteem als bedoeld in onderdeel b; behalve voor zover dit noodzakelijk is voor de uitvoering van zijn zorgverzekeringen of voor zijn wettelijke taak. 2. Bij algemene maatregel van bestuur wordt bepaald welke gegevens voor de uitvoering van zorgverzekeringen of onderdelen daarvan noodzakelijk zijn.” Zorgverzekeraars kunnen dus niet zomaar in het EPD komen en informatie opzoeken. Het CBP geeft aan dat deze wet nog te ruim is als zorgverzekeraars zich ook als zorgverleners gaan aanbeiden omdat de wet hun dan wel toegang verschaft. [14] Op de vraag wie er verantwoordelijk wordt gehouden als er iets mis gaat is moeilijk een antwoord te geven met de huidige wetgeving en de kaderwet. Iedereen is zelf aansprakelijk. Daarmee zou een arts die gegevens doorverkoopt of onzorgvuldig omgaat met gegevens zelf aansprakelijk zijn en strafbaar. Als er iets mis gaat met het systeem is in eerste instantie de overheid verantwoordelijk omdat zij een goed werkende en veilig systeem moeten leveren. Er wordt nergens iets vermeld over de verantwoordelijkheden van de programmeurs en onderhoudsmedewerkers van het EPD. 15 Conclusion De wet spreekt zich zelf een beetje tegen naar mijn idee door overal uitzonderingen aan te hangen. Er zou altijd toestemming gevraagd moeten worden voor het opslaan en verwerken van persoonsgegevens maar voor medische gegevens door zorgverleners hoeft dit weer niet. Door de kaderwet is het een beetje beter geregeld omdat zorgverleners patiënten er op moeten wijzen dat hun gegevens in het EPD worden opgeslagen en dat de patiënt hier bezwaar op kan maken. Uit onderzoeken met regionale patiënten dossiers blijkt dat dit nog niet altijd gebeurd [11]. Ook hoeft een patiënt van te voren niet gevraagt worden of zijn gegevens opgeslagen mogen worden, maar de patiënt kan pas naderhand bezwaar maken dit lijkt tegenstrijdig met de wetgeving op het opslaan van persoongegevens. Uit de huidige wet en kaderwet wordt nu ook niet meer duidelijk of gegevens mogen worden opgezocht in het geval van een levensbedreigende situatie omdat een patiënt toestemming moet worden gevraagd om deze gegevens in te zien. Wat doet men dan als de patiënt niet meer bij bewustzijn is. Hiervoor zou een extra toevoeging moeten komen in de kaderwet. De invoering van het EPD mag pas als dit systeem veilig is. Met andere woorden het systeem moet niet te hacken zijn en onbevoegde mogen er geen toegang toe hebben. Deze wetgeving is goed en heeft er voor gezorgt dat het EPD nog niet ingevoerd is omdat deze als onveilig werd beschouwd. De nieuwe wetgeving voorkomt dat artsen zomaar gegevens opvragen van patiënten die zij niet zelf behandelen maar het beschermd ook patiënten voor mogelijk ontslag door keuringsartsen en dergelijke de toegang te weigeren tot het EPD. De WBP zorgt er mede voor dat niet alle gegevens zomaar mogen worden opgeslagen in het EPD. Gegevens over godsdienst, geaardheid, politieke voorkeur en dergelijke mag niet worden opgenomen tenzij dit van belang is voor de medische behandeling van de patiënt. Dit voorkomt rasicme en zorgt voor een gelijke behandeling van de patiënten. Doordat de kaderwet zorgverzekeraars de toegang tot het EPD wordt ontzegd zal selectie op basis van gezondheid en gewoontes niet zo makkelijk zijn maar zoals het CBP al aangeeft kan dit omzelen worden als zorgverzekeraars zich ook gaan aanbieden als zorgveleners. De wet zou dit dicht moeten timmeren. Gelukkig heeft het CBP zich dit gerealiseerd en probeerd een aanpassing in de wet hiervoor te krijgen. [14] Om zorgverleners te beschermen zou er een wet moeten komen waarin duidelijk wordt wie er precies verantwoordelijk is als er foute gegevens over een patiënt is ingevoerd en lijdt tot een foute behandeling. De verwerker is verantwoordelijk maar de behandelaar maakt de fout. Ook zou het in de wet duidelijk moeten worden wie er verantwoordelijk is voor het systeem zelf. Zijn dit de overheid, de programmeurs of de onderhoudsmedewerkers? Dit wordt niet duidelijk in de wetgeving. 16 Evaluatie methodes Het stappenplan was moeilijk te maken omdat het onduidelijk is gebleven wat er wel en niet onder de belanghebbende partijen hoort. Als je deze stap al fout doet kloppen de volgende hoofdstukken ook niet meer. Wel wordt door deze methode op een systematische manier een ethisch dilemma uitgewerkt en goed beschreven. Het dilemma wordt zo van alle kanten bekeken. Het is moeilijk een goede onderbouwing aan meningen te geven en het stappenplan helpt je hierbij. Door naar de alternatieven te kijken vind je steeds meer mogelijkheden om hoe het beter kan of dat er al de juiste manier wordt gehandhaaft. Met name voor het EPD zijn er vele ethische vragen te vinden, het was dan ook moeilijk te achterhalen wat er wel of niet in het stappenplan moest komen. De normen en waarden aangeven bleef echter lastig omdat het moeilijk was een norm of een waarde achter de argumenten te hangen en het verwarrend werd met de conclusie omdat je al snel je eigen mening wilt gaan geven. De IRAC methode leek in het begin heel lastig maar werd steeds duidelijker na de lessen en feedback op het verslag. In eerste instantie leek het of je voor elke wet een nieuwe methode moest schrijven maar dit bleek niet zo zijn. Door alle wetten in een methode te zetten was het moeilijk zelf het overzicht te houden en een lopende draad te behouden door het verhaal. De onderdelen zelf van de IRAC methode waren duidelijk en lieten weinig vragen aan zich over. Uiteindelijk hielp de IRAC methode een duidelijk antwoord te formuleren op de hoofdvraag en deze ook te kunnen onderbouwen. Wel was het moeilijk je conclusie niet al in argumentation te zetten of alle wetten uit regulation weer aan te halen. Uiteindelijk werkte deze methode goed voor het beantwoorden van mijn vraag. Over de taakverdeling van alle onderdelen in dit verslag is niet veel te zeggen, ik heb het alleen gemaakt.Reflectie Joyce Dit project heeft een moeilijke start gehad door een projectgenoot die niets deed maar wel steeds beweerde van alles gedaan te hebben. Hierdoor is het project pas in week 6 van de grond gekomen en ben ik alleen verder moeten gaan. Door deze tegenslag was het moeilijk de draad op te pakken en zag ik het niet meer zitten. Uiteindelijk heb ik toch een groot deel van het project af gekregen, denk ik zelf, door alle feedback die is gegeven. Ik denk dat als deze feedback er niet was geweest ik het rechten gedeelte nooit had kunnen maken omdat hiermee in week 6 nog begonnen moest worden. Het project zelf was goed te maken doordat we met beide methodes geoefend hebben in de les. De start was moeilijk maar toen ik eenmaal aan de gang was ging het goed. Alleen is het erg veel als het alleen moet doen en je mist de feedback van een ander. Met meerdere personen zie je veel meer dan jij alleen. Ik denk dat met meerdere mensen ik een veel beter stuk had kunnen neerzetten omdat je elkaar kan aanvullen en van elkaar kan leren. Des al niettemin heb ik er veel van geleerd en zijn de methodes mij duidelijk geworden. Het ethische gedeelte was moeilijker dan ik had gedacht omdat ik moeite had de vraagstelling goed te krijgen waardoor het maar een gok was of de rest van de hoofdstukken ook goed was. Doordat ik het begin van het etische gedeelte zou schrijven toen we nog met 17 2 projectleden waren had ik hiervoor al een gedeelte. Daardoor heb ik me naderhand op het rechten gedeelte gestort en het ethische gedeelte naar achteren geschoven. Hierdoor heb ik het ethische gedeelte niet meer afgekregen in de zin van dat ik wel alle stappen heb, maar ze niet genoeg uitgewerkt heb naar mijn mening. Het rechten gedeelte viel uiteindelijk na de feedback mee. Het is veel uitzoekwerk maar het is te doen. De argumentation vond ik wel moeilijk omdat je goed moet lezen wat de er nu eigenlijk in de wet staat. Begrijpend lezen is een probleem voor mij door mijn dyslectie waardoor dit gedeelte heel lang duurde. Uiteindelijk is dit gelukt maar het koste me meer tijd dan dat ik had in geschat. Ik denk dat ik het rechten gedeelde van de minor te makkelijk heb in geschat. Ik vond het zeer interressant maar had niet door dat dit mij zwaar zou vallen door mijn laag tempo in begrijpendlezen. Het onderwerp voor dit project zelf is een keuze van Roy geweest. Ik zelf vond het onderwerp niet zo interessant omdat ik voor mijn eigen opleiding al een project over het EPD heb moeten doen. Toen ik alleen verder ging was het naar mijn idee te laat om van onderwerp te wisselen maar als ik het alleen had kunnen kiezen had ik voor onderwerp gekozen dat nu van toepassing is en niet een systeem dat nog niet in gebruik is omdat dat het rechten gedeelte moeilijker maakt. Ik heb van zowel dit project als de lessen geleerd hoe ik juridische en ethische vragen moet beantwoorden en verantwoorden. Het project was zeer leerzaam en lessen sloten hier goed op aan. Zonder de lessen denk ik niet dat ik het verslag had kunnen maken. Ik ben helaas niet meer toegekomen om een vergelijkbare cases, zoals bijvoorbeeld het britse systeem, in het verslag toe te voegen door tijdgebrek.Literatuurlijst [1] ter Berg, J en Schothorst, Y. Februari 2010. Het EPD: opvattingen van burgers. Geraadpleegt op 29 september 2010: http://www.eerstekamer.nl/id/vid6llb2hexs/document_extern/w31466focusgroeponderzoe k/f=/vid6lmca5qy2.pdf [2] Pluut, B. 19-09-07. Ethische dilemmas en nieuwe technologie. Geraadpleegt op 29 september 2010: http://www.bettinepluut.com/ethische-dilemma%E2%80%99s-nieuwe-technologie/#more36 [3] ZBC kennisbank. 06-11-08. Communicatie drama bedreigt invoering EPD. Deel 4. Geraadpleegt op 18 oktober 2010: http://zbc.nu/security/bedrijfscontinuiteit-en-regelgeving/communicatiedrama-bedreigtinvoering-epd/ [4] Rijksoverheid. z.d. EPD in het kort. Geraadpleegt op 18 oktober 2010: http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/elektronisch-patientendossier/epd-in-het-kort [5] Geen EPD. 2008. nadelen van het EPD. Geraadpleegt op 18 oktober 2010: http://www.geenepd.nl/nadelen_van_EPD 18 [6] NPV. z.d. Elektronisch patiënten dossier. Geraadpleegt op 18 oktober 2010: http://www.npvzorg.nl/index.php?id=1425 [7] Centrum voor ethiek en gezondheid. z.d. Elektronische medische dossiers. Geraadpleegt op 23 oktober 2010: http://www.ceg.nl/cgi-bin/cega.pl?id=91 [8] Overheid. 26-09-10. Wet bescherming persoonsgevens. Geraadpleegt op 4 oktober 2010: http://wetten.overheid.nl/BWBR0011468/geldigheidsdatum_26-09-2010 [9] Eerste Kamer. 19-02-09. Schakelwet. Geraadpleegt op 4 oktober 2010: http://www.eerstekamer.nl/behandeling/20090219/gewijzigd_voorstel_van_wet_2/f=/vi33 bcemtjce.pdf [10] Eerste Kamer. z.d. Elektronisch patiëntendossier. Geraadpleegt op 18 oktober 2010: http://www.eerstekamer.nl/wetsvoorstel/31466_elektronisch [11] CBP. 27-05-09. Twee regionale elektronische patiëntendossiers in strijd met de wet. Geraadpleegt op 11 oktober 2010: http://www.cbpweb.nl/Pages/pb_20090527_reg_epd.aspx 19 [12] CBP. 16-04-09. Elektronische zorginformatie-uitwisseling. Geraadpleegt op 11 oktober 2010: http://www.cbpweb.nl/Pages/adv_z2009-00164.aspx [13] CBP. 14-07-09. Aanvullingen concept wijziging Besluit gebruik BSN in de zorg. Geraadpleegt op 11 oktober 2010: http://www.cbpweb.nl/downloads_med/med_20100209_epd.pdf [14] CPB. 09-02-10. Geen toegang voor zorgverzekeraars tot EPD. Geraadpleegt op 11 oktober 2010: http://www.cbpweb.nl/Pages/med_20100209_epd.aspx 20