DE INHOUDSTAFEL 1. De praktische registratie in dossiermanager 2. Indicaties 3. Bijzondere tewerkstellingsondersteunende maatregelen 3.1. Algemeen 3.2. VOP 3.3. BW 3.4. Vervoers-en verblijfstegemoetkoming 3.5. Tolkuren 4. Praktische vragen 4.1. omtrent aanvragen GAO 4.2. omtrent privacy 4.3. omtrent categorieën werkzoekende/wn’s/wg’s 5. zelfstandigen 1. DE PRAKTISCHE REGISTRATIE IN DOSSIERMANAGER Kunnen trajectbegeleiders van het OCMW de registratie in dossiermanager ook doen? Ja, indien zij erkend zijn door de VDAB als (werkwinkel)partners. Kunnen tender-partners van de VDAB ook BTOM’s aanvragen? Ja, iedereen die toegang heeft tot dossiermanager of CVS kan de registratie doen. Er is een webleercursus voor handen die hiervoor gevolgd kan worden. Op het internet is de CVS-handleiding te raadplegen. Wat betekent ‘niet-bevestigd’ binnen VAPH-indicatie? Dit betekent dat bij de elektronische uitwisseling met het VAPH geen gegevens werden teruggevonden van die persoon. Opgelet! Dit wil niet automatisch zeggen dat de klant geen rechten uit het verleden heeft. Het kan hier gaan om een oudere Rijksfonds of fonds 81 -beslissing die nooit is ingegeven in de elektronische bestanden van het VAPH. Dan kan binnen het vak extra informatie “erkenning VAPH” ingevuld worden en doorgegeven worden aan de DAH. Wie kan het vermoeden invullen? De klant vanuit “mijn VDAB”, consulenten VDAB (incl. servicelijn) en erkende partners van de VDAB met toegang tot CVS. De GA vult enkel het vak vermoeden in als het gaat om werkzoekenden die nog geen vraag tot BTOM hebben gesteld. 2. INDICATIES Hoe moet je indicatie BUSO juist noteren? 1. Zorg dat je steeds het attest/getuigschrift in je bezit hebt, anders wordt de indicatie beschouwd als onbestaande 2. Zorg voor de juiste notatie/benaming: - In de opleidingsvormen OV1 en OV2 krijg men een attest (van gevolgde studies) - In opleidingsvorm OV3 (leerbeperking) Krijgt men bij het succesvol voleindigen van de studies een getuigschrift met vermelding van de benaming van de opleiding. Specifiek voor de opleiding personenzorg noemt dit een kwalificatiegetuigschrift (uitdovende term). Kan men ook een getuigschrift van verworven bekwaamheden (die opgesomd worden) krijgen. Wanneer niet alle bekwaamheden op het einde van de opleiding verworven werden, maar wel een groot deel ervan. Kan men een attest van verworven bekwaamheden (die opgesomd worden) krijgen indien bekwaamheden verworven werden maar onvoldoende voor een getuigschrift of indien de studies voortijdig gestopt werden, maar toch al enige bekwaamheid behaald werd Kan men een attest van beroepsonderwijs krijgen indien men veel te vroeg stopt of (nog) geen noemenswaardige bekwaamheden behaald heeft - In opleidingsvorm OV4 (extra medische ondersteuning tijdens een gewoon onderwijsniveau) 6 succesvolle jaren TSO levert een diploma secundair onderwijs op én een kwalificatiegetuigschrift met specificatie van de gevolgde opleiding 7 succesvolle jaren BSO levert een diploma secundair onderwijs op én een studiegetuigschrift 7° jaar én een kwalificatiegetuigschrift 7° jaar met specificatie van de gevolgde opleiding 6 succesvolle jaren BSO levert een studiegetuigschrift 3° graad secundair onderwijs op én een kwalificatiegetuigschrift met specificatie van de gevolgde opleiding - Een alternerende beroepsopleiding in het buitengewoon onderwijs, ABO, kan na OV3 met Getuigschrift en kan nog een getuigschrift van alternerend leren opleveren Opgelet! Bij twijfel, contacteer de school om na te gaan over welk type onderwijs het gaat. Geldt een attest voor indicering uit Europa ook? Nee, de persoon met een arbeidshandicap moet zich laten attesteren in België. Wanneer kan de indicatie 'beschutte werkplaats - attest van tewerkstelling’ gebruikt worden? Dit attest kan alleen gebruikt worden wanneer geen enkel elektronisch of papieren gegeven meer beschikbaar is met een toestemming vanuit het Rijksfonds of fonds 81 (voorloper VAPH) voor een tewerkstelling in een beschutte werkplaats. De beschutte werkplaats kan op deze manier bewijzen/op eer verklaren (eventueel na opvragen bij het subsidieagentschap indien deze het willen/kunnen verklaren indien de BW niet zelf meer over de bewijzen beschikt) dat de persoon met een arbeidshandicap wel degelijk in het verleden tewerkgesteld werd als doelgroepwerknemer in een beschutte werkplaats (op basis van het Ministerieel Besluit van 23 maart 1970 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder het Rijksfonds voor sociale reclassering van de mindervalide een tegemoetkoming verleent in het loon en de sociale lasten, die door de beschermde werkplaatsen worden gedragen) Een dergelijke Rijksfondsbeslissing is gelijk aan een W2-goedkeuring, ook voor de ”criteria die automatisch het recht openen tot BTOM”. Wat betekent W1 binnen de indicatie VAPH? W1= verplaatsings- of verblijfskosten in het gewoon onderwijs. Dit geldt zowel in het kader van zorgals tewerkstellingsvragen binnen het VAPH. Volstaat een attest van een arts? Neen, het moet een attest zijn van een arts-specialist. In het kader van het “globaal dossier” kan het zijn dat de huisarts duplicaten heeft van diagnoses uitgeschreven door een art-specialist. De huisdokter kan dit dan meedelen aan de VDAB, met vermelding naam arts-specialist, datum, type onderzoek en diagnose. Het toevoegen van het attest betekent een meerwaarde voor DAH, zeker in het kader van aanpassing arbeidsomgeving, gereedschap en/of kledij Een klant kan dus ook de medische informatie bekomen via de huisarts en moet niet steeds terug op consultatie bij de specialist! 3. BIJZONDERE TEWERKSTELLINGSONDERSTEUNENDE MAATREGELEN 3.1. ALGEMEEN Voor sommige projecten (bv. begeleid werken) is er nu een erkenning dagcentrum van het VAPH nodig. Bij wie (VAPH of VDAB) moeten deze erkenningen aangevraagd worden vanaf 1 oktober 2008? Een dagcentrum blijft een activiteitenvorm vanuit de welzijnssector (dus zorg) en dit recht moet steeds aangevraagd worden bij het VAPH. Een GA kan het recht op BTOM onderzoeken, is dit ook mogelijk door VDAB psychologische dienst? Een GA kan een voorstel formuleren ikv een gevraagde BTOM. Dit voorstel wordt door de VDAB als bindend beschouwd. De VDAB psychologische dienst kan geen dergelijk bindend advies tot BTOM geven. Een advies/onderzoek van de VDAB psychologische dienst kan wel een element zijn in het kader van een multi-elementen-advies. Kan een EU burger, niet Belg, die in Vlaanderen woont beroep doen op de BTOM’s? Ja, zij kunnen gewoon ingeschreven worden, behalve de EU burgers uit landen in de overgangsregeling. Gelden voor de aanvragen BTOM dezelfde nationaliteits- en verblijfsvoorwaarden (bv. 5 jaar in België) als bij het VAPH? Neen. De basisvoorwaarde is dat de persoon met arbeidshandicap in Vlaanderen of in Brussel woont, Nederlandstalig is en mag werken. Krijgt de klant een officieel document van zijn erkenning tot BTOM? Ja, er wordt naar de klant een brief betreffende de goedkeuring (of afwijzing) van zijn aanvraag opgestuurd. Deze brief is steeds gemotiveerd en ondertekend. Een duplicaat kan steeds uitgeprint worden vanuit dossiermanager. 3.2. VOP (Vlaamse ondersteuningspremie) Kan een VOP gecombineerd worden met GESCO? Ja, dit vormt geen probleem. Kan een VOP (basis of verhoging) voor tijdelijke contracten? Ja, in de regelgeving wordt geen onderscheid gemaakt in het soort contract. Hoe verloopt de overgangsregeling van CAO26 en VIP naar VOP? Dit gebeurd automatisch met volgende omzettingsregel: Wie een VIP krijgt: 1 2 Periode van tewerkstelling Van 1/10/2008 tot 30/09/2012 Van 1/10/2012 tot einde tewerkstelling % van referteloon 30% 20% (geplafonneerd) Wie in kader van CAO26 een rendementsverlies van meer dan 30% heeft: 1 2 Periode van tewerkstelling Van 1/10/2008 tot 30/09/2012 Van 1/10/2012 tot einde tewerkstelling % van referteloon % van de CAO26 20% (geplafonneerd) Wie in kader van CAO26 een rendementsverlies heeft van 20% tot 30% heeft: 1 2 Periode van tewerkstelling Van 1/10/2008 tot 30/09/2012 Van 1/10/2012 tot einde tewerkstelling % van referteloon 30% 20% (geplafonneerd) Wie in kader van CAO26 een rendementsverlies heeft van minder dan 20% 1 Periode van tewerkstelling Van 1/10/2008 tot einde tewerkstelling % van referteloon 20% (geplafonneerd) Referteloon = het loon (waarop de RSZ berekend wordt) + verplichte werkgeversbijdragen RSZ – de verminderingen op de werkgeversbijdragen RSZ. Plafond = tweemaal het gewaarborgd gemiddelde minimummaandinkomen voor een werknemer vanaf 21 jaar. Uitzonderingen: Op gemotiveerde aanvraag van de werkgever kan de VDAB, telkens voor een bepaalde duur, een hogere tegemoetkoming (max. 60% van het niet geplafonneerde referteloon) geven. Dit gebeurd door “aanvraag verhoogde VOP” via “mijn vdab” of www.vdab.be/arbeidshshandicap. Heeft iemand met recht op een VOP ook automatisch recht op een tewerkstelling in de BW? Wie recht heeft op een VOP op basis van een W3 beslissing heeft recht op 2 jaar BW met begeleiding vanwege het ticket W3, niet door het recht op de VOP. Sinds 1/10/08 zijn deze rechten gesplitst. Wie recht heeft op een VOP op basis van een VDABbeslissing heeft niet automatisch het recht op 2 jaar BW. Hierin is dus een verandering tegenover het VAPH terug te vinden. 3.3. BESCHUTTE WERKPLAATS (BW) Wie doet de toeleiding naar de beschutte werkplaatsen, VDAB of GTB? Na de toekenning van het recht, kunnen de lokale afspraken blijven gelden. Verwijzingen naar een vacature (voor zover klant voldoet aan de voorwaarden van de vacature) behoort tot het takenpakket van elke begeleidings- en bemiddelingsconsulent. Het gebeurt nu vaak dat OV2-leerlingen tussen 18 en 21 jaar tijdens het schooljaar hun opleiding stoppen en in BW gaan werken (bv. aansluitend op een stage of op een moment dat de BW een vraag heeft). Welk attest moet voorgelegd worden op het recht op BW aan te vragen?. Het officiële attest hiervoor is het “attest buitengewoon secundair onderwijs tot sociale aanpassing en arbeidsgeschiktmaking” maar dit attest kan maar afgeleverd worden vanaf 30/6 (ook al stopt de leerling eerder). De school kan ook een schriftelijke verklaring afleveren. Kan iemand met domicilie in Nederland een recht voor tewerkstelling BW krijgen? Neen, rechten op BTOM kunnen enkel toegekend worden aan personen met een indicatie van arbeidshandicap gedomicilieerd in Vlaanderen of Brussel (en Nederlandstalig). Tussen Vlaanderen, Wallonië en Brussel zijn (en worden nog) afspraken gemaakt. Met andere EU-landen niet. 3.4. TEGEMOETKOMING IN VERVOER EN VERBLIJF Vanaf welk adres worden de vervoersonkosten gerekend? Vanaf het verblijfsadres op basis van de routeplanner of na controle van de arbeidshandicapdeskundige indien het aantal kilometer te veel afwijkt. Verplaatsingsvergoeding naar een opleiding: Krijgt men verplaatsingsvergoedingen naar een jobclub? Naar een oriënteringscentrum? Ja, dit kan als er opleidingscontract is getekend. 3.5. TOLKUREN De verplaatsingskosten van tolken worden binnen de nieuwe regelgeving van BTOM terugbetaald. Staat hier een limiet op? Neen. 3.6. AANPASSING ARBEIDSOMGEVING (kledij, gereedschap) Kan een arbeidszorgmedewerker met zicht op een job in het normaal economisch circuit, in deze fase reeds een arbeidspostaanpassing vragen ? Zolang de arbeidszorgmedewerker bezig is in arbeidszorg, kan er geen arbeidspostaanpassing gevraagd worden. Wanneer zeker is dat de klant een tewerkstelling heeft gevonden (voor min. 6 maanden) kan de aanvraag gebeuren. Deze aanvraag volgt dat de routing van werknemer, rechtstreeks via DAH. 4. PRAKTISCHE VRAGEN 4.1. OMTRENT AANVRAGEN GAO Wie vraagt een GAO of BS aan als dit voor een werknemer is? De DAH beoordeelt de vraag en zorgt voor deze registratie. Moet men eerst een indicatie hebben vooraleer een GAO aangevraagd wordt? Neen, de GA kan ook een indicatie toekennen. De GA registreert dit in het dossier van de klant. Het kan ook dat een GA een basisscreening uitvoert en tijdens dit onderzoek merkt dat een GAO meer van toepassing is. De GA kan dit dan laten omzetten door de trajectbegeleider (voor werkzoekende) of de DAH (voor werknemers). De trajectbegeleider maakt dan een nieuwe screeningslijn aan met de correcte code. 4.2. OMTRENT PRIVACY De wetgeving omtrent privacy is vrij duidelijk, er mag enkel informatie uit dossiers van klanten aan de klant zelf doorgegeven worden. Als ouders, werkgevers etc. bellen, mag er geen persoonlijke info meegeven worden over de klant in kwestie, maar kan enkel de klant zelf de nodige informatie opvragen. Als iemand zegt begeleider te zijn van een persoon met arbeidshandicap, mag er dan wel informatie gegeven worden bv over welke rechten er al dan niet zijn? Als door omstandigheden de informatie aan derden moet doorgegeven worden is dit volgens de wetgeving enkel mogelijk indien de klant schriftelijk toestemming geeft hiervoor en hierbij specificeert welke informatie er mag doorgegeven worden. Het kan wel dat de klant het gesprek opent en daarna iemand doorgeeft aan de lijn die het gesprek voor hem/haar voert. Zie hiervoor ook de onderrichtingen in bv. het geval een klant een bewindvoerder heeft. 4.3. DE VERSCHILLENDE PARTIJEN; wg, wn en wz Hoe moeten personen met een arbeidskaart B BTOM’s aanvragen? Deze personen kunnen tot op heden nog niet begeleid worden door de VDAB. Zij volgen de routing van “werkenden” en richten zich rechtstreeks tot de DAH om een BTOM aan te vragen. 5. ZELFSTANDIGEN Kan een zelfstandige in hoofdberoep gebruik maken van tolkuren voor de uitoefening van zijn/haar job? Ja. In 2003 werd met het hoofdbestuur van het VAPH afgesproken dat ook zij aanspraak kunnen maken op tolkuren in hun arbeidssituatie. Daar zij geen werkgever hebben die een attest over hun tewerkstelling kan afleveren, werd beslist dat de zelfstandige dove gebruikers zelf op eer een attest dienen in te vullen. De gebruiker kan dit attest vinden op www.cabvlaanderen.be onder de rubriek “Documenten NL”, punt 2.2. Dankzij dit attest kan het CAB berekenen op hoeveel arbeidstolkuren de betrokkene recht heeft. Hoe kan een zelfstandige aantonen dat hij/zij levensvatbaar (1x MMGGI) is? Ook als er nog geen inkomsten zijn geweest? Het participatiefonds geeft leningen aan beginnende zelfstandigen. Om deze lening te krijgen moet de beginnende zelfstandige een gunstig advies krijgen van één van de partners van het participatiefonds. Het participatiefonds baseert zich op dit advies van de externe organisaties. De partners zijn terug te vinden op www.fonds.org – over onze organisatie – partners. VDAB aanvaardt dit bewijs ook. Als het jaar daarna de zelfstandige geen MMGGI kan aantonen, wordt de VOP stopgezet. Uitbetaalde VOP’s worden echter niet teruggevorderd. Opgelet: ook een zelfstandige die misschien geen lening aanvraagt aan het participatiefonds, zal toch een gunstig advies moeten voorleggen bij het aanvragen van een VOP.