Muziekmeester hoofdstuk 3 Luisteren

advertisement
Muziekmeester hoofdstuk 3 Luisteren
3.1 Wat doe jij?
Waarom besteden we aandacht aan muziek?
Omdat muziek zo’n belangrijke plaats inneemt in het leven van mensen (je komt het overal
tegen), is het logisch dat we ook op de basisschool met de kinderen naar muziek luisteren.
Het is leuk om persoonlijke muziekstijl te bespreken, de stijl van de kinderen, maar trek het
ook breder anders wordt het teveel van hetzelfde.
3.2 Een les
Luisteren is een stuk actieven dan horen, want je hoort dan veel meer van wat de muziek je
wilt vertellen. Deze analytische vorm van luisteren past bij de onderwijs taak van de school.
De muziekles op de basisschool is erop gericht dat leerlingen hun aanwezige muzikale
mogelijkheden ontdekken en verder ontwikkelen door het verwerven van voldoende kennis,
inzicht en vaardigheden, zodat ze deel kunnen nemen aan de huidige muziekcultuur in
Nederland. Kinderen moeten de taal van muziek leren verstaan om alert op de muzikale
informatie te kunnen reageren.
Voorbeeldles: Muziek in zaal en stadion
Inleiding: Wie heeft er een iPod of cd-speler? Samen met kinderen investeren. Welke
geluidsdragers zijn er? Ook praat de leerkracht met de kinderen over muziek beluisteren.
Kern: Werkblad met foto’s van artiesten op digitale schoolbord + bespreken waar zij
optreden + laten luisteren van fragmenten
Afsluiting: kinderen beelden de muziek uit.
Wat opvalt in deze les:
- Rohan sluit aan bij de belevingswereld van de kinderen
- Om de aandacht vast te houden stelt Rohan, informatieve vragen
- Rohan confronteert de kinderen met verschillende muziekstijlen + brengt hen in
aanraking met verschillende culturen
- Hij maakt kinderen bewust van het feit dat muziek altijd ergens gemaakt voor wordt
voor bepaalde doelgroepen.
- Muzikanten uitbeelden: Op deze manier laat de leerkracht nadenken over muziek en
wisselen ze informatie en voorkeuren uit.
3.3 Wat doe je als leraar?
Muziek bij muzieklessen wordt bewust gekozen:
- Past deze muziek bij wat de kinderen moeten leren?
- Is er iets in die muziek om naar te luisteren, bijvoorbeeld een opvallend ritme, een
melodie die steeds terugkomt, een bepaalde sfeer?
- Kan ik er voor de kinderen didactische opdrachten of activiteiten aan verbinden? Zij er
goede luisteropdrachten bij te verzinnen? Kunnen kinderen er iets mee doen?
Daarnaast vraagt een muziekles veel organisatie:
- Regelen van de techniek. (Geluidsinstalatie??)
- Het voorbereiden van de les (materialen, in welke volgorde aanbieden, in sfeer
brengen, verschillende werkvormen.)
Toepassen van werkvormen
- Voorbereidende werkvormen
Kinderen in de juiste sfeer te brengen en hun aandacht te richten op wat gaat komen.
- Begeleidende werkvormen
Verschillende activiteiten die de kinderen uitvoeren tijdens het luisteren
- Evaluerende werkvormen
Deze zijn erop gericht om dat wat kinderen geleerd hebben, een plaats te geven in hun
denken door het te verbinden met andere leerervaringen.
Voorbereidende werkvormen
Gesprek, verhaal of andere niet-muzikale werkvormen. Maar als het gaat om een oriëntatie op
de klankaspecten of op de vorm van de muziek, dan zijn muzikale werkvormen effectiever.
(Bijv. zelf een stukje muziek maken.)
Begeleidende werkvormen
Luisteropdrachten: Deze richten het gehoor van de kinderen op een bepaald facet van de
muziek. Hoe vaak hoor je dat ritme? Welk instrument is het belangrijkst in dat stukje muziek?
Welke melodie wordt er gespeeld? A, B of C?
Activeringsopdrachten: Deze zorgen ervoor dat de kinderen hun auditieve waarnemingen
omzetten in een handeling. Wanneer je deze melodie hoort, doe je dit. En je die melodie
hoort, doe je dat. Dit en dat kunnen diverse activiteiten zijn. Bewegen, kaartjes leggen,
schrijven, tekenen, aanwijzen, enzovoort.
Veel kinderen willen graag wat doen tijdens het luisteren: bewegen, een opdracht maken. Die
bewegings- en activiteitsdrang van kinderen kun je prima inzetten tijdens het luisteren, mits
het maar niet ten koste gaat van het luisteren.
Luister- en activiteitsoprachten hebben altijd te maken met:
- De klank (hoog-laag, sterk-zacht, stemmen-instrumenten)
- De vorm (herhaling, contrast of variatie)
- De betekenis (sfeer, programma, functie) van de muziek
Luisteropdracht die aan het begin van het fragment al te beantwoorden is, kan geen goede
luisteropdracht zijn. Goede luisteropdrachten zijn voor kinderen altijd interessant en
uitdagend, maar ook echt gericht op de muziek.
Evaluerende werkvormen
Door reflectie en evaluatie probeer je te bereiken dat je iets bijdraagt aan het leerproces van
de kinderen. Vraag ‘Vond je dit mooie muziek?’ slaat nergens op. De kinderen hoeven de
muziek helemaal niet mooi te vinden, als ze er maar wat van geleerd hebben. En daar moet je
op evalueren. Enkele voorbeelden:
- Reflecteren over luisterervaringen: individueel, groepjes, klassikaal: klonk de muziek
zoals je verwachtte?
- Oplossingen van de luisteropdrachten uitwisselen: Bijvoorbeeld tijdens rondo vorm
noteren
- Zelf muziek maken, geïnspireerd op het luistervoorbeeld.
3.4 Wat doen de kinderen?
Didactiek van luisteren wordt verdeeld over drie gebieden:
- Kinderen luisteren naar muziek
- Kinderen reageren op muziek
- Kinderen reflecteren op de muziek
Kinderen luisteren naar muziek
Kinderen luisteren naar de klank, vorm of betekenis van de muziek. Vanuit zichzelf luisteren
die kinderen vaak niet gericht. Als leerkracht moet je dus de aandacht van de kinderen op de
muziek richten en dat doe je door luister- en activeringsopdrachten. Deze zijn de sleutel om
de muziek te ontsluiten voor kinderen.
Kinderen reageren op muziek
Sommige mensen reageren fysiek op muziek: je kunt aan hun bewegingen zien dat de muziek
iets met ze doet. Kinderen echter reageren bijna altijd op muziek. Je kunt zien dat muziek iets
met hen doet. In een schoolsituatie vraag je om reacties van de kinderen. Soms tijdens het
luisteren, maar ook vaak ná het luisteren.
Tijdens het luisteren: Vraag kinderen om te reageren op de klank, de vorm, of de betekenis
van de muziek. Ze lezen eenvoudige notaties mee, bewegen op de muziek, tekenen mee,
gebruiken materiaal, kaartjes, stroken papier, zingen en spelen mee. Door de reacties van de
leerlingen zie je of de kinderen de opdracht hebben begrepen.
Na het luisteren: Vraag de kinderen om te vertellen over de muziek, om de muziek te
benoemen, geef ze opdrachten naar aanleiding van de muziek.
Kinderen reflecteren op muziek
Muziek beluisteren op de basisschool heeft een ander doelstelling dan luisteren voor de
plezier. Door een juiste didactiek komt een bepaalde relatie tot stand tussen de muziek en de
luisteraar.
Enkele voorbeelden:
- Luisteren naar en reageren op klankaspecten
Klankduur, klankhoogte, klanksterkte, klankkleur
- Luisteren naar en reageren op vormaspecten
-
Herhaling, contrast en variatie.
Luisteren naar en reageren op betekenisaspecten
Mensen, dieren, verhalen, stemmingen, sfeer.
3.5 Achtergronden bij het beluisteren van muziek
Enkele opvattingen over muziek op basis van:
- De plaats en de waarde van muziek beluisteren op de basisschool
- De overgang van horen naar luisteren
- Omgaan met muzikale vooroordelen
- Praten over muziek
- Schoolconcerten
De plaats van muziek beluisteren op de basisschool
- Ontwikkelen van auditieve waarnemingsvermogen
We moeten de kinderen goed leren luisteren: Ze moeten de kans krijgen om, om te
gaan met fijne nuanceringen in de hoogte, duur, sterkte en kleur. Deze wordt in de
muziekles ontwikkelt, maar is tegelijkertijd ook een voorwaarde voor de muzikale
ontwikkeling.
- Ontwikkelen van muzikaal geheugen
Luisteren naar muziek is meer dan het ontwikkelen van een akoestisch
onderscheidingsvermogen. Dit meer bestaat uit het ontwikkelen van een muzikaal
geheugen. Deze maakt gebruik van de oren, maar het gaat er natuurlijk om: dat
kinderen, muzikale patronen en structuren herkennen en kunnen benoemen.
- Bijdrage aan esthetische ontwikkeling
Kinderen ontwikkelen in de loop der jaren hun eigen muzikale voorkeuren, hun eigen
muzikale smaak. Een brede oriëntatie kan de kwaliteit van die esthetische
ontwikkeling bevorderen.
- Oriëntatie op de muzikale cultuur
Kinderen komen terecht in een maatschappij waar veel muziek voor hen beschikbaar
is. Het is de taak van school om de kinderen hierop te oriënteren. Als het muzikale
aanbod op de basisschool bestaat uit enkel liedjes doe je het auditief
waarnemingsvermogen en het muzikaal geheugen van kinderen tekort, omdat er
nauwelijks sprake is van dynamische verschillen.
Van globaal horen naar gericht luisteren
Als je kinderen naar muziek wilt laten luisteren is het goed om de volgende fasen goed in de
gaten te houden
1) Kinderen moeten bereid zijn om stil te zijn
2) Kinderen moeten bereid zijn om naar iets of iemand te luisteren
3) Kinderen moeten bereid zijn om gericht te luisteren
4) Kinderen moeten het vermogen hebben om iets te onderscheiden in muziek (klank, vorm of
betekenisaspecten)
5) Kinderen moeten bereid zijn om ook andere dan de eigen muziek te waarderen.
Didactiek van muziek beluisteren richt zicht dan ook op de volgende hoofdvragen:


Hoe kun je kinderen echt laten luisteren?
Hoe kun je bij hen het vermogen ontwikkelen om in de muziek ‘door te dringen’?
Omgaan met vooroordelen
‘Popmuziek is altijd gaaf, violen horen bij droevige muziek en klassieke muziek is voor opa’s
en oma’s.’
Tips voor het maken van luisteropdrachten:
- Probeer luisteropdrachten in eerste instantie altijd te richten op de muziek (het object)
en niet op de beleving van het kind (subject) de bedoeling is om de oren open te
houden. Zo stel je kinderen in staat om de muziek te ervaren en te beleven.
- Stel positieve vragen na afloop: ‘Wat vond je leuk, grappig, interessant, gek, vreemd,
spannend enzovoorts.’ Dit soort vragen nodigt kinderen uit om te reflecteren.
- Wees voorzichtig met open vragen als: ‘Wat vond je ervan?’ Een dergelijke vraag
geeft met name in hogere klasse wel een te weinig ruimte voor individuele meningen,
omdat het groepsgevoel sterk bepalend is voor sociaal wenselijke antwoorden.
Spreken over muziek
Kinderen uit de bovenbouwgroepen van de basisschool spreken veel over muziek: nieuwe
hits, verhalen van popsterren, komende concerten etc. Het vak muziek moet zich dus niet
alleen beperken tot zingen, spelen, luisteren, vastleggen en bewegen. Muziek roept ook
gevoelens en associaties op. Woorden kunnen helpen om muziek te structuren, om vat te
krijgen op dit vluchtige medium.
Gespreksvormen worden vaak toegepast als inleiding op en als afsluiting van een muziekles:
de introductie van het onderwerp, een verhaal, een dialoog met de kinderen. Maar ook het
spreken over muziek kun je beschouwen als een vorm van muzikaal gedrag. Door te spreken
over muziek, krijgen de kinderen vat op de muziek om hen heen.
Een voorbeeld van een ‘instrument’ waarmee kinderen leren hoe ze muziek ook sprekend
kunnen benaderen en waardoor hun inzicht in de muziek toeneemt. Het is een middel om
muziek bespreekbaar te maken.
Schoolconcerten
- Bij een concert in de klas leggen de musici uit wat ze doen, waarom en op welke
instrumenten ze spelen. De kinderen mogen vragen stellen.
- Bij een meespeelconcert worden de kinderen door middel van klappen, bewegen,
zingen en musiceren betrokken bij het concert.
- Bij het luisterconcert horen de kinderen muziekstukken met hooguit een aankondiging
van verschillende delen. Deze vorm is geschikt voor kinderen die al behoorlijk wat
luisterervaring hebben.
- Bij muziektheater maakt de muziek deel uit van een thearale activiteit met
ingrediënten als een vertelling, spel, dans of film.
Luisteren binnen het kunstaanbod – muziek = cultuur = prima met elkaar te combineren.
Download