Persoonlijke leerdoel

advertisement
Persoonlijke ontwikkeling’s plan
(POP)
Sarah Calissendorff
Inhoudsopgaven
Inleiding ..................................................................................................................................... 3
Hoofdstuk 1Persoonlijke leerdoelen en leerkwadranten ........................................................... 4
Hoofdstuk drie: Leerdoelen voor jaar drie ................................................................................. 6
Hoofdstuk vier: Stage werkplan. .............................................................................................. 10
Inleiding
In deze persoonlijke ontwikkeling plan zijn verschillende doelen te lezen waar ik in jaar drie
aandacht wil besteden. Het eerste hoofdstuk zijn mijn persoonlijk leerdoelen waar ik mijn
hele opleiding aanacht aan wil schenken. Het tweede hoofdstuk zijn de doelen die ik voor jaar
drie wil behalen. Derde hoofdstuk zijn de leerdoelen die ik wil behalen tijdens mijn projecten
en het vierde hoofdstuk zijn mijn leerdoelen voor het halen van mijn stage. Bij hoodstuk twee
en drie is ook een uitwerking van de doelen. De uitwerk van mijn stage doelen zijn terug te
lezen in mijn stage verslag.
Hoofdstuk 1. PERSOONLIJKE LEEROELEN EN
KERNKWADRANTEN
Persoonlijke leerdoelen:
Kernkwaliteit
Holistische benadering
Taakgerichte mensen
Allergie
Valkuil
Geen oog hebben voor het resultaat en
langzaam werken
Op tijd werken, oog hebben voor details en
het administratief stukje
uitdaging
Doel: ik weet na mijn opleiding het verschil tussen antroposofische zorg instellingen en
regulieren zorginstellingen:
Beginsituatie/ hoe is dit doel tot stand gekomen:
Ik werk op Breidablick. Breidablick is een antroposofische instelling, dit houdt in dat de zorg
anders word aangeboden dan op een regulieren zorginstelling. Zelf heb ik ook mijn hele leven
op een antroposofische school gezeten. ik ben dus eigenlijk niks anders gewend. Nu is het
voor mij erg interessant wat er anders is aan de antroposofische zorg ten opzichte van een
regulieren zorg instelling zodat ik hier dan ook een keuze kan maken. Ik denk ook dat er veel
te leren valt van elkaar.
Heel veel kennis over de antroposofische zorg instellingen, en weinig kennis over de reguliere
zorg instellingen
Leeractiviteiten:
- het opserveren en vergelijken van de zorg
- het vragen waarom de zorg zo gegeven wordt
- Reflecteren op mijn ervaringen
Ondersteuning:
- kennis van mijn achtergrond en ervaringen
Evaluatie:
-het bespreken van mijn ontdekkingen in mijn gesprekken
Kernkwaliteit
Veel eigen initiatieven nemen
Mensen die eerst alles van afstand bekijken
en weinig initiatieven nemen.
Allergie
valkuil
De rol als stagiaire vergeten.
Een nieuwsgierige en leergierige houding
hebben.
uitdaging
Doel: Ik neem gedurende mijn stages de rol van een stagiaire aan.
Beginsituatie: / hoe is dit doel tot stand gekomen:
Ik vind het erg lastig om tijdens mijn stage de rol als stagiaire op me te nemen. Ik ben wel
nieuwsgierig en enthousiast maar ben al snel geneigd om me als een volle medewerker te
gedragen.
Ik had hier eerst een ander persoonlijk leerdoel staan maar ik heb dit aangepast omdat ik merk
dat ik hier veel moeite mee heb en dat ik veel feedback over krijg vanuit mijn stages. Daarom
heb ik dit als mijn leerdoel gemaakt.
Leeractiviteiten
Ik vertel aan het begin van mijn dienst wat ik wil gaan leren en met welk doel ik bezig ben.
Ik maak actief gebruik van mijn stage werkplan
Ik stel mijn begeleiders op de hoogte waar ik mee bezig ben
Ik vraag aan het eind van mijn dienst feedback aan de collega met wie ik die dag mee heb
gelopen.
Ik vertel op tijd als ik ergens tegen aan loop op mijn stages.
Ik schrijf in een logboek hoe ik bezig ben met dit doel.
Kernkwaliteit
Aandacht voor het proces en de relaties met
de patiënte
Taakgericht werken
Allergie
valkuil
Slordigheid, geen oog hebben voor het
resultaat
Gestructureerd werken
Uitdaging
Doel: Ik maak tijdens mijn opleiding een planning voor wanneer ik ga beginnen met
leren of opdrachten en begin hier op tijd mee.
Beginsituatie: / hoe is dit doel tot stand gekomen:
Ik heb gemerkt dat ik moeite heb met het plannen van mijn huiswerk en opdrachten. Ik stel
veel uit en kan niet goed inschatten hoeveel tijd iets kost. Dit kan mijn resultaten beïnvloeden.
En kan ik op het laatst veel stress ervaren. Ik heb dit vooral gehad in het tweede jaar. Ik ben in
mijn eerste jaar over gegaan met 49 punten. Hierdoor moest ik in jaar twee en drie veel
inhalen. Daardoor haalde ik andere vakken weer niet.
Leeractiviteiten:
- Ik begin op tijd met leren of met een opdracht
- Ik Maak ene planning wanneer ik dingen wil doen en wanneer ik klaar wil zijn.
- Ik werk taak gericht
- Ik neem de tijd voor het leren en opdrachten.
Ondersteuning:
- Vragen aan mijn collega’s hoe zij taakgericht aan het werk gaan
Evaluatie:
- Heb ik oog voor het eindresultaat
Hoofdstuk drie: Leerdoelen voor jaar drie
Leerdoel 1.
Ik geef tijdens het derde jaar extra veel aandacht aan de medische kennis vakken.
Beginsituatie
Ik weet van mij zelf van de vorige jaren dat ik veel moeite heb met de medische kennis
vakken. Ik moet dit vaak herkansen. De medische kennis vakken uit jaar één heb ik na veel
moeite gehaald en kinder geneeskunde uit jaar twee moet ik nog herkansen. Ik heb dit jaar één
medische kennis vak.
Activiteiten
- Ik volg alle lessen en stel vragen als ik iets niet snap.
- Ik begin op tijd met leren
- Ik werk de lessen uit en bereid de lessen voor
Resultaat aan het einde van jaar drie
Ik heb aan het einde van jaar drie de medische kennis vak helaas niet gehaald. Ook dit jaar
had ik er weer veel moeite mee. Ik moet ook zeggen dat ik er niet alles aan heb gedaan om het
te halen. Ik heb het eigenlijk een beetje voor mij uitgeschoven zodat ik andere dingen wel kon
halen. Dit moet ik volgend jaar wel echt gaan doen.
Leerdoel 2.
Ik haal mijn achterstand van jaar twee in
Beginsituatie:
Ik moet nog drie dingen inhalen uit jaar twee dit zijn:
Kindergeneeskunde, systeemtheorie, portfolio.
Activiteiten:
- Ik kijk op tijd wanneer ik de vakken kan inhalen
- Ik begin op tijd met leren.
- Ik maak afspraken met de docenten.
Resultaat aan het einde vaan jaar drie
Ik heb tijdens het derde jaar erg mijn best gedaan om kinder geneeskunde te halen, dit is
helaas niet gelukt. Ik heb wel één keer een 5,4 gehaald. Dit vond ik erg jammer. Ik moet
volgend jaar nog meer mijn best doen om dit wel te gaan halen. Systeemtheorie heb ik wel
gehaald en portfolio moet ik volgend jaar nog doen. Ook dit heb ik niet gedaan omdat ik het
belangrijker vond om andere vakken te halen.
Leerdoel 3.
Ik werk tijdens het derde jaar geordend en ik werk met een planning.
Beginsituatie:
Ik weet van mij zelf dat ik het lastig vind om gestructureerd te werken. Ik begin vaak te laat
met leren of hou het leren niet lang vol. Ik vind opdrachten maken leuker als leren en ik ben
hier ook beter in. Ik merk dat ik het op het laatste moment erg druk heb en dat ik dan veel
stress ervaar.
Activiteiten;
- Ik begin op tijd met leren
- Ik maak voor mijzelf een planning waar ik opschrijf wat ik wanneer wil leren.
- Ik houw goed bij wanneer mijn herkansingen zijn.
- Ik bewaar de dingen ordelijk in een map.
Resultaat aan het einde van jaar drie
Ik vind dat ik hier al beter in ben geworden. Ik ben wat ordelijker gaan werken en ik ben wat
netter geworden. Ik houd beter in de gaten wanneer ik iets in moet leven en ook houd ik beter
de tijd in de gaten.
Hoofdstuk 3. Leerdoelen tijdens de projecten
Leerdoelen: Sarah Calissendorff
Doel:
Gedurende het project houd ik mij aan de afspraken die er gemaakt worden tijdens de
bijeenkomsten
Activiteiten:
Ik ga dit doel halen door goed op te letten tijdens de bijeenkomsten. Verder lees ik elke
dag mijn mail. Zodat ik goed op de hoogten ben van de gebeurtenissen rondom het
project.
Leerweg:
Mijn leerweg is dat ik leer om mijn werk te ordenen en genoeg tijd in te plannen.
Tijdpad:
Ik houd mij met dit doel bezig gedurende het hele project
Ondersteuning:
Ik vraag aan mijn medestudenten of ze merken dat ik mijn afspraken goed na
kom. Verder mogen mijn mede studenten ook aangeven als ik dit niet doe.
Beoordeling:
Ik vraag gedurende het project feedback aan mijn medestudenten of ze merken dat ik mij
aan de afspraken houd. Als dit niet zo het geval is ga ik bij mij zelf na hoe dit komt en
probeer ik dit te veranderen. Halve wegen het project krijg ik feedback van de
projectleden. Dit is omdat ik dan nog aan mijn leerdoel kan werken.
Evaluatie:
Aan het eind van het project schrijf ik in het proces verslag of het wel of niet gelukt is het
doel te behalen
Leerdoel 2
Doel:
Ik zorg dat de producten die ik maak van een hoge kwaliteit zijn
Activiteiten:
Ik gebruik evindance based bronnen
Ik zoek literatuur op zo als we die geleerd hebben in de lessen EBP
Ik gebruik de methoden die we hebben geleerd tijden JDM
Mijn mede projectleden geven feedback op de stukken die ik maak
Leerweg:
Door dit te doen leer ik goede stukken te schrijven, en meer te doen dan dat ik
meestal doe aan literatuur onderzoek.
Tijdpad:
Ik houd mij met dit doel bezig gedurende het hele project
Ondersteuning:
Mijn mede studenten geven mij feedback.
Beoordeling:
Aan het eind van het project krijg ik te horen van de project groep of zij tevreden zijn met
mijn stukken, en hoe mijn leerweg daar naar toe was.
Evaluatie:
Aan het eind van het project schrijf ik in het proces verslag of het wel of niet gelukt
is het doel te behalen
Proces verslag
Leerdoelen:
Ik heb feedback gekregen over mijn leerdoelen:
- Gedurende het project houd ik mij aan de afspraken die er gemaakt worden tijdens de
bijeenkomsten
-Ik ben gedurende het project voorzitter
Het feedback wat ik heb gekregen is het volgende:
“Je zorgt er altijd voor dat je je jouw taken altijd op tijd af hebt. De enige keer dat het wel
voorkwam heb je dat aangegeven en was het ook niet erg.”
“je zorgt er bij alle bijeenkomsten voor dat de agenda bekend is. Tijdens de bijeenkomsten is
je voorzitterschap echter niet altijd even duidelijk. Daarbij de kanttekening dat de rest van de
groep ook erg veel inbreng heeft en er niet altijd even veel te bespreken valt.”
“Sarah, je bent geweldig bezig met het houden van je afspraken die er gemaakt wordt tijdens
de bijeenkomsten. Voor jou zeker omdat je ook het werk heeft van een voorzitter. Soms kan
het lijken of het wel een beetje veel is maar ik vindt dat je het helemaal goed doet”“Voor dit
leerdoel vind ik dat jij je werk prima doet als een voorzitter. Je houd je aan de punten die je
zelf van te voren heeft vast gelegd. Je leidt de bijeenkomst helemaal goed.”
“Ik vind dat je met dit leerdoel goed bezig bent.
Je houdt je aan de afspraken die gemaakt worden en hebt alles op tijd af.
Ik heb niks aan te merken”
“Voor je rol als voorzitter mag je van mij iets meer op de voorgrond komen.
Ik mis ook agenda’s op BSCW. Wat is de reden dat je deze er niet meer op zet?
Hopelijk kan je iets met deze twee punten. Het is niet veel, maar ik vind dan ook dat je het”
Hieruit blijkt dat ik mijn taken op een goede manier order en afmaak. Ook houd ik mij aan de
afspraken die gemaakt zijn. Voor de rol als voorzitter mag ik mij iets meer laten horen. Ik
moet niet vergeten de agendapunten op BSCW te zetten.
Producten:
Ik heb het plan van aanpak gemaakt voor het startdocument, dit heb ik gedaan met behulp van
mijn ervaring uit mijn vorige projecten. Dit is goed gegaan, ik had hier ook niet veel feedback
op van de docent. Ik heb ook de regel van negen gemaakt over schizofrenie dit deed ik samen
met johemy. Ik denk dat we samen een mooi stuk hebben gemaakt. Ik heb feedback gegeven
op het stuk van johemy wat zij graag aannam. Tot nu toe vind ik het project erg prettig
verlopen. Iedereen houd zich aan de afspraken en heeft een goede inzet. Ik heb bijna het idee
dat het te makkelijk gaat. Ik vind dat ik zelf wel iets meer tijd kan besteden aan het project.
Het contact tussen de projectleden loop ook soepel.
Hoofdstuk vier: Stage werkplan.
inleiding
Naam: Sarah Calissendorff
Emailadres: [email protected]
06 nummer: 06-83171769
Opleiding: HBO verpleegkunde op de hogeschool van Amsterdam
Studentennummer 500600521
Begin datum: 25 januari
Einddatum: 22 juni
1. Korte beschrijving opbouw stagewerkplan.
1.1 Motivatie
Voor dat ik deze opleiding begon wist ik al dat ik in de psychiatrie wou werken. Ik had voor
mijn opleiding al veel ervaring met het werken met verstandelijke gehandicapten. Dit vond ik
erg leuk maar ik wist wel dat ik iets wilden wat uitdagender was. Zo kwam ik uit op de
psychiatrie. Wat mij aantrekt in de psychiatrie is dat nooit een dag het zelfde is. Er moet
altijd gekeken worden wat de juiste benaderingswijze is voor elk individu. Ook denk ik dat
het werk altijd uitdagend en afwisselend blijft. Wat mij aantrekt aan deze stage is dat dit veel
verschillende afdelingen heeft zowel een open een afsluitbare en gesloten afdeling. Zo kan ik
goed zien waar mijn voorkeur ligt. Ik ben vooral benieuwd naar de open en afsluitbare
afdeling. Dit is voor mij nog onbekend maar ik denk dat dit goed bij mij past.
1.2 Ervaringen
Mijn vorige stage heb ik gelopen in een forensische instelling: Inforsa. Ik liep hier stage op
een groepsafdeling waar de meeste mensen gediagnosticeerd zijn met schizofrenie. Ik vond
het werken met deze doelgroep interessant maar het forensische deel lag mij niet goed. Ik
hoop dat ik tijdens deze stage vrijer ben om met de cliënten iets te ondernemen.
Mijn stage in het eerste jaar heb ik gelopen in een verpleeg huis. Hier heb ik goed geleerd
hoe je mensen persoonlijk kan verzorgen. Ik heb vijf jaar ervaring opgedaan in een instelling
voor verstandelijke gehandicapten. Hier werkte ik op een kindergroep, een groep voor jong
volwassenen en het laatste half jaar in een verpleeghuis voor mensen met een niet
aangeboren hersenletsel en mensen met een psychiatrische stoornis en een verstandelijke
beperking.
1.3 Stageafdeling:
Ik ga stage lopen in Ingeest op de locatie Bocholtstraat. Dit is een locatie waar vier
verschillende afdelingen onder vallen. Waaronder er drie afdelingen zijn waar ik stage zal
gaan lopen. Dit zijn de appartementen, de afsluitbare afdeling en de gesloten afdeling. Hier
wonen mensen met een psychiatrische stoornis. De stoornissen zijn uiteenlopend.
1.4 Persoonlijke kenmerken.
Ik ben opgegroeid op een antroposofische instelling voor verstandelijke gehandicapten. Dit
komt doordat mijn moeder teamleider is. Hier werk ik nu ook. Ik ben hierdoor erg gewend
aan de antroposofische visie en vind dit ook een prettige werkzweer.
2. Doelen
Doel 1. Ik heb na week drie een professionele houding tegenover de cliënten tijdens de
stage dat wil zeggen dat ik met respect om ga met mensen met een psychiatrische
stoornis.
Beroepsrol:
zorgverlener
Competentie:
De hbo-verpleegkundige verleent zorg in complexe zorgsituaties
Beginsituatie
Ik heb bij elke werkplek moeten zoeken naar de juiste professionele houding. Vooral in de
forensische psychiatrie heb ik moeten zoeken wat voor mij de juiste houding was tegenover
de cliënten. Ik heb hier heel goed mijn afstand nabijheid geleerd en wat mijn sterkte en
zwakte punten zijn in het cliënten kontact. Toch denk ik dat dit een belangrijk leerdoel blijft
omdat dit op elke plek weer anders kan zijn.
Leeractiviteiten
- Ik toon respect tegenover de cliënten
- Ik houd altijd mijn veiligheid in de gaten
- Ik praat op een volwassen manier tegen de cliënten.
- Ik praat op een begrijpbare manier tegen cliënten
- Ik observeer de communicatie van mijn collega’s tegenover de cliënten.
- Ik vraag feedback op mijn manier van communicatie
- Ik draag te allen tijde een pieper op zak
- Ik pas mijn communicatie aan als ik hier feedback op krijg
- Ik vraag aan collega’s wat hier de afspraken zijn rond afstand en nabijheid.
- Ik schrijf mijn leermomenten op.
Ondersteuning
Ik vraag feedback over mijn kontact met de cliënten.
Beoordelingscriteria.
- Ik merk dat de cliënten het prettig vinden om met mij te praten. Dit merk ik doordat de
cliënten naar mij toe komen om dingen te vragen of zelf in gesprek met mij gaan.
- Ik voel mij zelf prettig in het kontact met cliënten.
- Ik toon respect tegenover cliënten.
- Ik praat op een volwassen manier tegen cliënten.
- ik ben geduldig
- Ik voel mij veilig op de afdeling.
- Ik schrijf een stuk over dit doel in mijn stage verslag
Doel 2. Ik geef in week vijf medicatie en kan aan het eind
van mijn stage depots geven.
Beroepsrol: zorgverlener
Competentie: De hbo-verpleegkundige verleent zorg in complexe zorgsituaties
Beginsituatie:
Ik heb op mijn vorige stages geen verpleeg technische handelingen uitgevoerd. Wel heb ik ze
op school geleerd en geoefend. Medicatie heb ik ook niet gegeven op mijn vorige stage. Wel
geef ik medicatie en controleer medicatie op mijnwerk bij de verstandelijke gehandicapten.
Ik heb alle toetsen en trainingen gehad en behaald die mij bevoegd maken tot het geven van
medicatie.
Leeractiviteiten
- Ik verdiep mij in de verschillende medicatie die op de afdeling voorkomen
- Ik kijk mee met het geven van medicatie
- Ik geef zelf medicatie
- Ik kijk mee als mensen depots krijgen
- Ik geef depots onder begeleiding
- Ik geef zelfstandig depots.
- Ik verdiep mij in de protocol van het geven van medicatie
- Ik verdiep mij in het protocol van het geven van een depot.
Ondersteuning
Om deze doelen te kunnen behalen heb ik ondersteuning nodig in de begeleiding van de
handelingen zo moet ik eerst met iemand mee lopen die de depots geeft en dan begeleiding
krijgen in het zelf geven van depots. Verder moet mij uitgelegd worden wat hier het protocol
is van het geven en nakijken van medicatie. Ook moet ik de eerste paar keer dat ik medicatie
geef of ik het op de juiste manier doe.
Beoordelingscriteria
- Ik geef op de juiste manier depots
- Ik geef medicatie en kijk dit na.
- Ik ken de werking van de medicatie
- Ik ken de bijwerkingen van de medicatie
Als ik denk dat ik dit kan laat ik dit controleren door mijn begeleider en laat ik het doel
aftekenen.
Doel 3. Ik coördineer vanaf week vijf een deel van de zorg rondom een cliënt. Dit doe ik
door dat ik schaduw persoonlijke begeleider wordt van een cliënt.
Opdracht:
Onderzoek het diagnostisch redeneren op je stageafdeling, en werk een patiëntencasus uit
volgens de stappen van het diagnostisch redeneren.
De praktijkopdracht Klinisch redeneren, bestaat uit 4 deelopdrachten. Deze deelopdrachten
zijn gekoppeld aan de lessen van de cursus Klinisch redeneren 3.
Beroepsrol:
regisseur
Competentie:
De hbo-verpleegkundige coördineert zorgverlening.
Beginsituatie
Tijdens mijn vorige stage ben ik de tweede helft van mijn stage dag begeleider geweest van
verschillende cliënten. Ik weet van mijzelf dat ik coördineren van zorg lastig vind ik wil hier
tijdens deze stage veel aandacht aan te besteden door de taken van een persoonlijke
begeleider over te nemen van één cliënt.
Leeractiviteiten
- ik ben (schaduw) persoonlijke begeleider van één cliënt.
- Ik ga in gesprek met de persoonlijke begeleider van de cliënt wat de taken inhouden die
bij een persoonlijke begeleider horen.
- Ik voer de taken uit die bij een persoonlijke begeleider horen.
- Ik ga naar mpo besprekingen
- Ik bespreek mijn behandelplan bespreking met een collega
- Ik zit een behandelplan bespreking voor . Dit is ook een opdracht die ik moet uitvoeren
voor cova.
- Ik maak een verpleegplan voor de cliënt die ik begeleid. .
- Het verpleegplan maak ik volgens de opdracht van klinisch redeneren.
Ondersteuning
Ik wil graag een gesprek hebben met een collega wat de taken inhouden van een
persoonlijke begeleider. Als ik dit weet dan zal ik zelf de taken overnemen. Ik zal mijn taken
die ik uit ga voeren wel overleggen met collega’s. Zo weet ik zeker dat ik het goed doe en
geen fouten maak.
Beoordelingscriteria
- Ik coördineer de taken rondom een cliënt
- Ik heb een mpo bespreking voorgezeten.
- De drie deelopdrachten van klinisch redeneren zijn uitgewerkt
- Er is een complete casus
- De verschillende stappen van het klinisch redeneren zijn te zien in het verpleegplan.
Doel 4 : Ik geef vanaf week twee voorlichting over lichamelijke verzorging en over
huishoudelijke activiteiten en ondersteun cliënten hierin die dit nodig hebben
Beroepsrol:
zorgverlener
Competentie:
- De hbo-verpleegkundige verleent preventieve zorg aan individuen en groepen
- De hbo-verpleegkundige geeft informatie, voorlichting en advies aan individuen en
groepen
Beginsituatie
Ik heb tijdens mij vorige stage ook aan dit doel gewekt. Ik liep er tegen aan dat ik het lastig
vind om iemand aan te spreken op zijn hygiëne. Daarom wil ik dat deze stage verder
oefenen.
Leeractiviteiten
- Ik kijk mee met collega’s bij het opstarten van de dienst als de mensen gewekt worden
- Ik vraag aan collega’s wat het gebruik is rondom het ADL en HDL van de verschillende
cliënten.
- Ik weet van de verschillende cliënten de afspraken rondom ADL en HDL
- ik kan al de cliënten zelf helpen met hen ADL en HDl.
- Ik geef voorlichting over het belang van ADL en HDL
- Ik help mensen met het opruimen van hen kamer.
- Al de bovenstaande activiteiten doe ik op zo manier dat ik rekening houd met de
psychische toestand van de cliënten.
- Aan het eind van de dienst vraag ik feedback aan mijn collega’s hoe ik de cliënten
begeleid heb.
- Ik schrijf in een logboek de leer momenten op die ik tegen ben gekomen bij dit doel.
Ondersteuning
Ik kijk mee hoe collega’s cliënten aanspreken over hun ADL en HDL. Verder vraag ik feedback
aan collega’s.
Beoordelingscriteria
- Ik begeleid zelfstandig alle cliënten van de afsluitbare en gesloten afdeling met hen ADL
en HDl.
- Ik houd tijdens de begeleiding rekening met de psychische toestand van de cliënt.
- Ik kan voorlichting geven over het belang van ADL en HDL aan de cliënten.
Doel 5: ik breng vanaf week 13 het verpleegbeleid ten aanzien van een cliënt in kaart. Dit
doe ik volgens de opdracht van het maken van een verpleegbeleid als ik het verpleegbeleid
heb uitgewerkt presenteer ik dit aan collega’s .
Opdracht:
Breng het (impliciet) verpleegbeleid ten aanzien van een patiënt in kaart. Deze patiënt
behoeft zorg vanuit een multidisciplinair team en de context betreft een niet standaardverpleegsituatie. Ontwerp expliciet en onderbouwd verpleegbeleid voor deze patiënt
Beroepsrol: Ontwerper
Competentie:
- De hbo-verpleegkundige ontwerpt verpleegbeleid
- De hbo-verpleegkundige adviseert en geeft consult aan collega’s binnen en buiten de
- eigen instelling bij het realiseren van zorgprogramma’s, verpleegbeleid en
kwaliteitszorg.
- De hbo-verpleegkundige draagt bij aan deskundigheidsbevordering van collega’s
Beginsituatie
Ik heb vorig jaar een verpleegplan voor een cliënt gemaakt. Verder heb ik les gehad over het
maken van verpleeg plannen. Ik ben nog onbekend met het maken van een verpleegbeleid.
Hier krijgen wij les over tijdens deze stage bij mij opleiding.
Leeractiviteiten
- Ik volg het college over het maken van een verpleegbeleid
- ik Selecteer verschillende patiënten die bij mij op de stageafdeling worden verpleegd, waarbij
duidelijk sprake is van impliciet verpleegbeleid
- Ik m aak een plan voor het verzamelen en analyseren van gegevens over de verschillende
factoren die een rol spelen in vier verschillende verpleegsituaties bij de geselecteerde patiënt
- Ik voer het plan uit
- ik maak een verslag over de opdracht.
- Ik geef een presentatie over het gebruik van het verpleegbeleid.
Ondersteuning
Ik krijg les in het maken van een verpleegbeleid op de opleiding. Ik vraag advies over het
verpleegbeleid aan collega’s.
Beoordelingscriteria
-
De belangen van elk van de betrokkenen zijn helder en volledig in kaart gebracht.
De belangenafweging is transparant.
Het patiëntenbelang is in de belangenafweging duidelijk herkenbaar.
4Het verpleegbeleid is gebaseerd op de beschreven belangen en de belangenafweging.
Het patiëntenbelang is in het verpleegbeleid duidelijk herkenbaar.
Het verpleegbeleid omvat vuistregels die duidelijk zijn voor iedereen die er mee moet
werken. Het verpleegbeleid geeft efficiënte en effectieve sturing.
De keus van het verpleegbeleid en de vuistregels is onderbouwd. i
ik presenteer het verpleegbeleid aan collega’s
Doel 6: ik voer na week 7 een gesprek met een client en gebruik hierbij de methoden van
motiverende gespreksvoering
Beroepsrol:
Zorgverlener
Competentie:
- De hbo-verpleegkundige verleent zorg in complexe zorgsituaties
Beginsituatie
Ik heb op mijn opleiding drie dagen les gehad in motiverende gespreksvoering. Ik moet
hiervoor een gesprek voeren met een cliënt om dit deel met een voldoende af te sluiten.
Leeractiviteiten
- ik observeer de ambivalentie bij een cliënt.
- Ik vraag aan collega’s of de technieken van motiverende gespreksvoering gebruikt worden
op de afdeling.
- Ik zit bij formele gesprekken tussen collega’s en clienten
- Ik bespreek met mijn werkbegeleider wie de juiste persoon is om de technieken
motiverende gesprekvoering te gebruiken
- ik bespreek het gesprek met een collega
- ik ga in gesprek met een cliënt en gebruik hierbij de techniek van motiverende
gespreksvoering.
- Ik spreek mijn gesprek na met een collega
- Ik schrijf voor mijzelf op wat ik goed en wat ik niet vond gaan gaanhet gesprek.
Ondersteuning
Als ik het gesprek voer dan in er een collega erbij om mij te ondersteunen bij het gesprek.
Beoordelingscriteria
- Ik reflecteer op mijzelf.
- ik laat de feedback formulieren invullen in die ik heb gekregen van de opleiding
- Ik neem het gesprek op
- Ik wordt beoordeeld door de docent van communicatie vaardigheden op de opleiding.
Doel 7: na zeven weken presenteer ik de uikomsten van de klinische onzekerheid die ik
heb gevonden en heb uitgewerkt op mijn stage.
Opdracht:
Werk een klinische onzekerheid, die je zelf in je stage ervaart of ervaren hebt, uit volgens de
stappen van EBP.
De praktijkopdracht EBP3 bestaat uit 7 stappen. Deze stappen zijn gekoppeld aan de lessen
van de cursus EBP3
Beroepsrol: beroepsbeoefenaar
Competentie:
- De hbo-verpleegkundige draagt bij aan deskundigheidsbevordering van collega’s
- De hbo-verpleegkundige draagt bij aan deskundigheidsbevordering van collega’s
Beginsituatie
Ik heb tijdens mijn opleiding veel EBP les gehad en de toetsen met een voldoende
afgesloten.
Leeractiviteiten
- Ik zoek een klinische onzekerheid op mijn stage.
- Ik formuleer een klinische vraag en zet dit in een PICO
- Ik maak trefwoorden waarmee ik in pubmed naar een artikel kan zoeken
- Ik zoek in pubmed naar een artikel die gaat over mijn klinische onzekerheid.
- Ik beoordeel het artikel
- Ik geef een klinische les over mijn uitkomsten.
Ondersteuning
Ik krijg tijdens de stage EBP lessen. Hierin leer ik hoe ik de opdracht moet uitvoeren op mijn
stage. Op mijn stage vraag ik advies aan collega’s.
Beoordelingscriteria
De opdracht wordt beoordeeld op verschillende criteria, dit zijn:
- de klinische onzekerheid
- de klinische vraag
- De PICO
- De selectiecriteria
- Beoordelen van interne validiteit, effecten, effectgrootte en precisie
- Beoordelen van generaliseerbaarheid, toepasbaarheid en beschikbaarheid
- Implementatie advies
- Formulering, opbouw en afwerking van de tekst.
De opdracht wordt beoordeeld door de opleiding. Op mijn stage lezen ze de opdracht om te
kijken of het waarheidsgetrouw is.
Persoonlijke leerdoel
Doel 8: ik neem tijdens mijn gehele stage geen activiteiten
van cliënten over die zij zelf kunnen doen.
Beginsituatie
Ik ben altijd veel geneigd om zelf veel over te nemen van cliënten. Dit ben ik gewend op mijn
werk bij de verstandelijke gehandicapten. Ik vind vooral in het begin van mijn stage het lastig
om mijn dag in te delen op mijn stage. Ik heb heel erg de neiging om veel te gaan doen.
leeractiviteiten
- Ik vraag aan mijn collega’s wat het dag schema is van de afdeling
- Ik vraag wat het beleid is van de begeleiding van de cliënten
- Ik neem geen taken over wat de cliënten zelf kunnen doen.
- Ik stimuleer cliënten om zelf taken uit te voeren
- Ik schrijf in een logboek mijn leermomenten op
- Ik schrijf in het stage verslag een reflexie verslag.
Ondersteuning
Ik vraag aan collega’s feedback over hoe ik cliënten begeleid in het uitvoeren van taken.
Beoordelingscriteria
- Ik neem geen taken van cliënten over die zij zelf kunnen doen.
- Ik ken het dagschema van de afdeling
- Ik voel mij niet ongemakkelijk als ik even niet weet wat ik moet doen.
- Ik beschrijf in mijn proces verslag hoe ik dit doel wel of niet behaald heb.
Tijdschema
Week 1.
Week 2.
Week 3.
Week 4.
Week 5.
Week 6.
Week 7.
Week 8.
Week 9.
Oriëntatie van de dag structuur en de taken
op de afdeling. , werken aan stage werkplan
Oriëntatie van de dag structuur en de taken
op de afdeling, orrientatie op de ADL en HDL.
ADL en HDL. werken aan stage werkplan
ADL en HDL , werken aan stage werkplan. Ik
onderzoek een klinische onzekerheid
ADL en HDL. Verdiepen in medicatie, maken
van een PICO voor opdracht van EBP
Oriënteren in het coördineren van zorg. Stap
drie van EBP. Opzoeken van literatuur
Beoordelen van literatuur voor de opdracht
van EBP
Coördineren van zorg oriëntatie en gesprek
met werkbegeleider. Afronding opdracht EBP
door middel van een klinische les
Coördineren van zorg. Opdracht klinisch
redeneren oriëntatie.
Coördineren van zorg en opdracht klinisch
redeneren maken van een casus door middel
van een anamnese gesprek.
Week 10.
Week 11.
Week 12.
Week 13.
Week 14.
Week 15.
Week 16.
Week 17.
Week 18.
Week 19.
Week 20.
Coördineren van zorg opdracht klinisch
redeneren. Vervolg van informatie opzoeken
voor het maken van een verpleegplan
Coördineren van zorg opdracht klinisch
redeneren het indelen van de informatie in
clusters en begin van het verpleegplan
Coördineren van zorg opdracht klinisch
redeneren. het maken van het verpleegplan
Verpleegbeleid oriëntatie en op zoek gaan
naar een onderwerp , Coördineren van zorg
Verpleegbeleid uitwerken van het
onderwerp,coördineren van zorg
Verpleegbeleid maken van een vuistregel ,
coördineren van zorg
Verpleegbeleid afronding , coördineren van
zorg
Afronding opdrachten en doelen
Afronding opdrachten en doelen
Afronding opdrachten en doelen
Afronding opdrachten en doelen
Doelen waar me de hele stage perioden ga bezig houden omdat dit moment gerichte doelen
zijn en niet in te plannen in een tijdsbestek zijn:
- Ik heb een professionele houding tegenover de cliënten. .
- ik neem geen activiteiten van cliënten over die zij zelf kunnen doen
i
Reader. Opdracht het verpleegbeleid, beoordeling criteria
Download