Economie Programma • • • • Aantal lessen: ongeveer 16 Twee keer per week Kopen en werken Hoofdstuk 4, 5 en 7 (helemaal of delen daaruit) • Toetsen en werkstuk Afspraken • Als ik praat, zijn jullie stil • Mobiele telefoons, alleen met mijn toestemming. Tijdens toets alleen rekenmachine. • In tweetallen zitten • Bij samenwerken gedempt praten Kiezen • Elke consument heeft behoeften • Om in je behoeften te kunnen voorzien heb je middelen (geld en tijd) nodig. Maar we hebben meestal niet voldoende geld en tijd. Kiezen • Daarom moet je prioriteiten stellen; kiezen wat voor jou het belangrijkste is. • Je moet zo kiezen dat je zo gelukkig mogelijk wordt. • Economie: wat moet ik kiezen om zo gelukkig mogelijk te worden Kiezen • Is kiezen moeilijk? • Er zijn heel veel keuzes: uit hoeveel smartphones kan ik kiezen? • Welke moet ik dan kiezen? Filmpje • Economie voor het vmbo • Consumenteninformatie • Schrijf een aantal dingen op die opvallen Kiezen: keuzestress • Keuzestress – Als er veel keuze is, moet ik lang nadenken wat ik zal kiezen. – Ik kan vaak niet kiezen want als ik het ene kies, dan kan ik niet meer voor het andere kiezen. – Met elke keuze, zeg je nee tegen veel andere mogelijkheden: een keuze is dus een gemiste kans – Naarmate mensen uit meer dingen kunnen kiezen, kiezen ze niet of later (uitstellen) – Wie herkent dit??????? Kiezen: loss aversion • We worden blij van winst, maar verliezen vinden we verschrikkelijk • We hebben een hekel aan verliezen: loss aversion • We kiezen soms voor dingen, niet om er iets mee te winnen, maar om niet te verliezen Loss aversion: postcode loterij • Waarom doen mensen mee aan de postcodeloterij? • Maakt de postcodeloterij gebruik van het verschijnsel loss aversion: de angst op te verliezen? • Schijf een aantal zinnen op waaruit blijkt dat de loterij gebruik maakt van loss aversion om zoveel mogelijk loten te verkopen? Waarom kies je iets • Sociale beïnvloeding: mensen om je heen • Commerciële beïnvloeding: door bedrijven, b.v. reclame • Beinvloeding door de overheid: de overheid maakt dingen duurder (belasting) of goedkoper (subsidie) • Hulp: keurmerken en vergelijkend waren onderzoek Vandaag • Hoofdstuk 4: afzet en omzet – Uitleg – Opdracht – Huiswerk Afzet en omzet • Afzet: aantal producten dat wordt verkocht • Omzet: geld dat binnenkomt met verkopen van mijn producten • Omzet: te berekenen door afzet te vermenigvuldigen met verkoopprijs. Afzet en omzet • fietswinkel B. verkoopt in 2012 1.000 fietsen voor gemiddeld € 500. • De afzet is dan 1.000 • De verkoopprijs is € 500 • De omzet is € 500.000 (1.000 x € 500) Bereken omzet opdracht • In tweetallen • Doe opdracht eerst alleen in stilte • Vergelijk dan de antwoorden met elkaar en verbeter zonodig Bereken omzet opdracht • Pizza Oost verkoopt op 6 december 2013 het volgende. Bereken de omzet. – – – – – – – – – 34 schotels 24 Panini’s 12 Pita broodjes 4 kleine kapsalons 125 blikjes frisdrank 23 Pasta’s 58 Pizza’s 22 Patat met 7 kaassouflé Marktaandeel • Marktaandeel: welk deel van de totale markt heeft een bedrijf. – Marktaandeel afzet: (afzet van het bedrijf/afzet van de hele markt ) x 100% – Marktaandeel omzet: (omzet van het bedrijf/omzet van de gehele markt) X 100% Voorbeeld bedrijf afzet Coca cola Marktaandeel afzet Prijs Omzet Marktaandeel omzet 60 miljoen 60% liter € 1,50 € 90 miljoen 53% Pepsi 40 miljoen 40 % liter € 2,00 € 80 miljoen 47% Totale markt 100 miljoen liter € 170 miljoen 100% 100% Marktaandeel in de klas • • • • • • • Nokia Iphone Blackberry HTC Samsung LG Ander merk Marktaandeel in de klas (rekenen maar) • • • • • • • Nokia: € 100 Iphone: € 400 Blackberry: € 400 HTC: € 350 Samsung: € 425 LG: € 375 Ander merk: gemiddeld € 250 Markaandelen supermarkten Marktleider • Bedrijf met het grootste marktaandeel • In Juli had Ipad volgens GFK 54% marktaandeel, wie zijn de andere 46% een overzicht • Jumbo neemt C1000 over voor 900 miljoen Deze les • Opdracht Jumbo nakijken • Nieuwe opdracht marktaandeel • Marketing 4.5 Marketing • Marketing: alles wat een bedrijf doet om meer te verkopen • Instrumenten van marketing zijn de vier P’s: prijs, product, plaats en promotie • Hoe deze instrumenten worden ingezet en worden gecombineerd noemen we de marketingmix. Product Hoe ziet het product eruit en wat kan ik ermee doen: • Assortiment (welke producten verkoop ik) • Kenmerken van het product • Verpakking Plaats • Waar verkoop ik mijn product? – Op internet en/of in een winkel (brick en click). Click en collect van V&D – Waar in de winkel (bij kassa, vooraan, onderaan in het schap) – Waar staat de winkel ( Kalverstraat, Zuid oost) – Hoe ziet mijn winkel eruit (mooie inrichting, muziek, denk aan Apple store.) Prijs • Welke prijs vraag ik voor mijn product? • Geef ik kortingen? Promotie • Reclame • Acties (mini’s, voetbalplaatjes) Personeel • Vaak kennen we ook nog een 5e P • Namelijk de P van personeel. Deskundig en vriendelijk personeel verkoopt meer 4.6 Reclame • Commerciële reclame • Ideële reclame (voor een goed doel):Sire: geef kinderen hun spel terug…. • Verborgen reclame (GTST) • Reclamecode: regels over reclame waaraan iedereen zich moet houden (b.v. geen reclames over roken, snoepreclames met een tandenborstel…) Hulp bij kiezen • Vergelijkend warenonderzoek (vandaag) • Keurmerken (vrijdag) • Toets (dinsdag) Vergelijkend warenonderzoek • Vergelijken van product op verschillende punten (pindakaastest: smaakpolitie) • Bij pindakaas: prijs, smaak, geur, structuur • Bij smartphones: opdracht Vergelijkend warenonderzoek • Vergelijkend warenonderzoek: – consumenten helpen bij vaak moeilijke keuzes – tegenwicht tegen de vele reclame en marketing. Economisch model • Economie gaat over kiezen • We moeten kiezen omdat we onvoldoende middelen hebben. • Wat moet we kiezen om zo gelukkig mogelijk te worden: daar gaat economie over. • Kiezen is lastig: – keuzestress – loss aversion (denk aan postcodeloterij): winnen is belangrijk, niet verliezen nog veel belangrijker Economisch model • We worden beïnvloed bij het maken van keuzes – Beinvloed door omgeving: klasgenoten – Beinvloed door bedrijven: marketing • We worden geholpen bij het maken van keuzes – Keurmerken – Vergelijkend warenonderzoek – Reclame code commissie Keurmerken • Helpen ons om te kiezen • Maar helpen ze echt? • Veel keurmerken en wat betekenen ze: ook weer keuzestress • Filmpje: milieucentraal.nl/keurmerken Toets vrijdag • • • • • • • Wat is economie Loss aversion/keuzestress Afzet en omzet Marktaandeel afzet en omzet Marketing Vergelijkend waren onderzoek Ke som • Batavus verkoopt in 2013 45.000 fietsen • De omzet in 2013 is € 35.910.000 • In 2014 wordt de verkoopprijs 3% hoger en neemt de afzet met 2% toe • In heel Nederland worden van alle merken samen in 2014 750.000 fietsen verkocht • Gazelle verkoopt 40.000 fietsen in 2014 som • Bereken de prijs van Batavus in 2013 • Bereken de omzet van Batavus in 2014 • Bereken procentuele toename van de omzet van Batavus in 2014 tov 2013 • Bereken marktaandeel Batavus in 2014 • Bereken marktaandeel Gazelle in 2014