Page 1 WOORDENBOEK VAN DE VLAAMSE D I ALE KT"B~N

advertisement
DE VLAAMSE D I ALE KT"B~N,
===================================================================
WOORDENBOEK
VAN
; :yr~genli:jst 58
Ri"JKSuáIVERSiTEIT GEl~T
Seminarü~ voor Vlaamse Dial~ktologie
juli '1991
Blandijhbèrg 2
'
9DOO Gerit'
(tel i· :'09î/64. 40.79 of 64.40.81
(.
Vragenli::i st Alg .t41öo.J:'den13cha
'OORVEEG, SPAARZ1~AHHE:tD en
GIERIGHEID, VLEIER
==~~7~~~==~=~~~~===~?=========~==============================~===~=~====~=:
Dialekt van :
gehucht, wijk),.
(stad,dorp,
•
(gemeente) ••••••• (prov)
.
,
.
,..'
.
======~=========~====
========================~====
GESPROKEN DOOR
OPGETEKEND DOOR :
------------,- - - ---..-
:';:: !::.... ,
Naam
Naam :'
., : 10',
Geboorteplaa ts, ,.
Gebpp':tt,éj",aarT :',.' ~.: .
,: .....
::
.
',";
,
.1;
.
Dialèct:.•.
. ..
..
. .'. ..
Geboortejaar :
-
.....-. _,-~
• •
;.
•
,
.,
•
tolaar opgegroeid : '.
(Vroeger}beroep :
(vroeger, P6!l:'Qep;)" .'
•.•
.'
~n welke gemeente werd beroep uitgeoefend
Ik ben naà:r'school geweest'tot
. '.
Dialect van moeder :
.
• jaar
Hoogste diploma:
,
Adres en telefoonnumeer :,
Dialect van vader :
Öial~ct
van echtgeno{o)t{e) ,:
Ikp~n, naar ' :s'~'~oo'i "g~~e€!st' ;të;t "
•
.~
Jaar
Datum van invu'iiEm van' vragenlijSt
adres en telefoonnummer
,,"
l",·.·
D...
;_
•
",-
..
....
~;.
,"
'
~
o·
•
2.
;;r. DE OORVEEG
b============
H~erna
volgen enkele ,vragen over verschillende soorten klappen, slagen en
stampen. De meeste dialecten kennen heel ,wat woorden in dit verband. 1i'7e
wBten dat de informanten van het vrvD mensen zijn die niet vechten, maar
waarschijnliik kent u er wel de woorden voor. Die woorden verschillen soms
.' ii1:betêkenis ~: een klap op het achterwerk van een kind is iets a.nders dan:
een vuistslag bij een vechtpartij tussen volwassenen
VUL OP DE S'I'IPPELLIJN DE DIALECTVJOORDEN IN EN TRACHT J:i)E DIALECTUITSPRAAK'
ZO GOED MOGELIJK WEER TE GEVEN.
, , VUL
,BiJ-. .ELKE
VRAAG EERST
HBT HBEST GEBRU!KTE WOORD IN.
. ':
. . .
.
.~
~
,~"
"
ALS,·U VERSCHILLENDE 1r'100RDEN KENT, PROBEER BETEKENISVERSCHILLENAAT'l TE
GEVEN (bv. vulgair, verouderd, weinig gebruikt).
~.
Slagen aan kinderen gegeven door de ouders
$toute kinderen krijgen soms slaag van hun ouders. Hieronder hebben we
y,erschill,ende soorten van slagen onderscheiden.
zO~Jel op het achterv.Terk als de kaak
van ~en(klein} kind gegeven kan worden om het tot de orde te roepen.
Hij
komt
,
. .niet
. al te hard. aan en doet .niet. zoveel .pijn.
:L' Een' klap rnet 'de vlakke' hand die
,
.,
~
Ge hebt'bijvoorbeeld al drie keer iets verboden, maar het kind luistert'
niet, ge geeft het dan een/ne
O'~
•
••
('bv. klet.s, plak, drevel ,plets, ,. en'z •.• )
2.' Een' klap met de' vlakke hand die enkel' op de kaak (en dus 'niet op het
, achtenverk), van een (klein) kind gegeven, \V'ordt, ani heb tot de orde .te... ~.,.
roepen. Hij komt niet Z0 hard, aan en do.et niet zoveel pijn~
oo.OOtto
••••
aooo
••
oo
(bv. draai, drets, plak, lap, klak, plets,' enz ••• )
3. Een korte slag met de rug van de hahd om een kind tot de orde te roepen?
.i. . . . . . . .
•
~
0
0
•
•
(bv. tik, trek, pits, tits, lets, enz .••• )
4. Een harde slag met de rug van de hand?
o
•
•
•
•
•
(bv. averechtse, linkse, enz •... )
5. Als men kwaad is op een (groter) kind, kan men het met een kaakslag
bedreigen, zonder daarom echt te slaan. Welke woorden kan u gebruiken
bij ~èdreigingen ? Bijvoorbeeld in :
Past op hé, of ik zal u ne keer een Ine • • • • . • . • • . • geven.
3.
(bv.f'link; pfi.ta t;; pa tee , koekenoot, lapperc1aai, lapnete t te I lpai C]!3, kaak,smete, wante i fu:çrei ,wintel , mossel, plai+ster, muuke', mastelle,J?ale; 'saflett
vink; vlaai, salawarite, sá.ntebvante, sie'fa, siefane, gallet, vlëi.fel, wintel,
taart, kokarde, soese, vonk, een tegen je k.op, enz •• ;)
_.(<luid ook ,aan welke woorde,n vulg.air, .Y.Jelke .,v2roudercl zijn cm welke weinig
gebruikt worden, enz.)
6. Hoe noemt u·een harc1eslaqrond de oren als men ~lJn geéluld,verli~st.
Hij worût aaneen,·,gr'oter;kî.r,rêlgêgevenen,'komtgqed aàn., tieé,stal ]çomen
er dan tranen. Bijvoorbeeld in het zinnet:jë ~'
j .-
Hij heeft van zijn moeder een .
hij nooit zijn manieren kan houden.
o
0
..
-Cl
,0
,
geJq-éercn-, bmd!=(. t.
.
',:
l;.';
',:
(bv. fletere, flitter, flink, kàaksmet~, vage~ ;",rante, pees,furrel, veeg,
vij<J",. wintel,~ linker, lappc::tette, laaige, mp.u~e, saflette, vink, vlaai;
wieke, enz .. eo)
.
' J ' "
(duid ook aan welke woorden vulgair; welke verouderd zijn
gebruikt worden, enz.)
en
welke weinig
·7. Hoe noemt u een harde slag op hetach,terwerk als men zijngeu.\:j.ld verliest
Hij wordt aan een groter kind gegeven en komt goed aan.
(bv. drevel; mot; klink, enz .... )
. ,':
~.
r'"
8. Hoe noemt u een zeer harde slag ~onu'dè, oJ;."cn cUe erg. ~ijnli ik is en
waarbij de afurukken van de vingers 'in' de kaak kunncn·a·chterblijven.
Hij wordt bijvoorbeeld gegeven dOQr een v~der die.erg kwaad is, en
zijn geduld verliest.
(hv~pale, piewanteu "pees, ,. furrel, kaaksmete, vane, keize,. verwaaide,
zoeve ,Wante, , 'en z:~ )
9. Hoe heet een schop onder de broek van een kind?
(bv. schip,
s~hop,
schup, trek; trok, drevel, wiep, enz •••.• )
4.
10. Kent u het woord draaien voor het geven van een slag? zo ja, bij welke
woorden gebruikt u het ?
~
0
000
0
m
0
0
•
•
a
0
•
•
Q
a
_
0
11. Hoe noemt ti een Dlicht pak slaag D. Het kirid wordt door elkaar geschud,
het krijgt kletsen, maar het blijft toch vooral bij ~,ï]oorden.
~.
;"
,.' .
. .I,
•
•
•
0
0
0
•
•
0
•
•
0
•
•
0
•
(bv. 'schud.ding, pokelin'J, kotering, panc1oériiltj, roefelinq; taffeli'I1g,
poeping, klopping, enz •.. )
12. Hoe noemt u een, Verg pak slaag v',a,lshét om eén kind gaat dat een reeks
slagen krijgt Jie pijn doen. BJ..jvoorbeeldin"l1et zinnetje:
'l'oenzij:q vader thuiskvlam heeft hij daar nu toch een
dat hij er niet goed' van was.
• gekreCjen,
lbv. ko(t)teriny, rammeling, rossing, matsing, doefeling, draaiing, toefeling
ranseling, pandoering, trommeling, enz.)
,
IJ. Hoe, z,egt, u Dslagen k,rijgen v voor, .kinderen.
Toen ~ijri vade~ dat hoorde, heeft hij veel • .
• . • '.
~gekregen.
(bv. troef, rammel, slagen, enz ••••. )
14. Hoe noemt u volgende vriendelijk bedoelde plagerijen?
H,et een straffe bç:tard tegen de wang yän een kind wrijvEm, om' hetteI)lagen .
..
,
(bv. een baardeke zetten, een baardwreve geven, enz ..•• )
15. Een kind vastpakken en met uuimen wl]svinger hard tegen de zijkanten
van de. kin heen en weet' bevlegqn, om het te plagen.
?
a
000
•
. 0 .
0
•
0
•
0
•
•
0
(bv. een baardeke zetten, enz ••. )
16. Èen kind vastpakken, zijn hoofd onder een arm vasthouden en met een
vingerkneukel hard op het hoofd van het kind wrijven, om het te plagen •
. ~
i
0
0
0
•
~
0
Q
0
0
Q
.Q
•
•
~
(bv. een dorus zetten, enz ..• )
0
•
•
•
j
5.
É. Vechten tussen kinderen
11. Als grotere kinderen met elkaar ruzie maken kunnen ze elkaar met een
kaakslag bedreigen. ~7elk woord (lebruikte u als kind ,dan? Bijvoorbeèld in
hebben ?
Zvvijgen hé, of moet ge een •
(Lv. mot, zoeve, enz ••. )
18. Een kleine stoot met·:d,e vuist om .te pl,agen • Heest,al komt daar ruzie ·van.
",J."
:-
(bv. neuk, fuk, toek, tuk, djok, e:n:Z.•••• )
19. Het voortdurend geven van kleine stootjes met de vuist, om te plagen.
, !
(pv •• neuken, fukken,djokkeI'l' enz ••• )
C. Ruzie en vechten tussen
.volwa~s~nen ,
"
_';
j
·.r \.
Als u verschillende woorden bij één vraaq invuli;, probEler c1ane~nbetekenis­
verschil te geven (bv. vtilgair, verouderd, we'.ll1i':J gebrüikt, ehz.)
20. Hoe noemt u een zeer harde sla(] met de vuist, die gevaarlijk is.
Bijvoorbeeld in
~ij
heeft daar een/ne • •
• • • gekregen, dat hij bijna dood
~as.
(Lv. boks, doef, klop, mot, enz .•.• )
21. Een zeer hevige vuistslat] die een einde aan een tJevecht maakt.
~.i jv~orbeeld in
• • • dat zijn tanderi bijna uitvlogen.
Hij kreeg daar een/nen
(uv. kane, keize, teize .g.
.) -
'",
22. Een vuistslag op het hoofd in het algemeen.
(Lv. c1ruts, muilpeer, peer, pardaf, koekenoot, mot, toppeer, enz •.•• )
23. Een vuistslag op de rug.
. '.
(Lv. baffer, boks, doef, dots p duffel, duIf, domper, enz .•. )
6
<l
?
24. Hoe zegt u DOp iemands rug slaan'
Op
de rug • . .
.
(lJv .[~oefeni baffen , enz ... )
25. Ene vuistslag op om het even welke plaats (hoofd, borst, buik)!
Hij kreeg een .
in zijn buik, en ze begonnen te vechten.
•
(iwo bafte, ,bok, boks;, 'doef, dop, mot, pardàf~
enz •.. )
26. Een harde slag met de vlakke hand op het hoofd bij een gevecht tussen
volwassenen. Bijvoorbeeld in het·zinnetje ~
. tegen zijn oren, dat hij duizelde. ,
Hij kreeg een •
. !',
",,~
(bv. baf, muilpeer g te ts, mot, peer, kaaksmete, kane, smoutpeer , enz •• ,.)
,
'
27. Als volwassenen elkaar bedreigen niet een slag, welk woord irlOrdtdan
doorgaans gebruikt ?
Zwijgen hé, of ik geef u een/ne
iEL HOe nöemt men een kor)stoot bij -een,; vechtpartij.
•
,
,0.
.
(bv. bok, enz •.• )
29. Hoe zegt u °met het hoofd een stoot qev.en'?
30. Hoe noemt u een schop met de voet (met de voetpunt vooruit) bij een
,vechtpartij ?
O)v. schop, schip, schup, wieke, stamp,enz.)
31. Hoe ze']t u
D
schoppen met de voetpunt voorui t
o ,
•
D
?
Q"
(Lv. schoppen, schippen, schuppen, enz ... )
32.
Hoe noemt u een stoot met de zijkant, of de hiel van de voet?
o
d.
,Cl
0
,'~
(bv. stamp, smete; enz ... )
.'
3.3:.:\ Hoe 'zegt u· u een stoot gev6'n
met' è.e zi jkant of de hiel van de voet
ij
?
(Lv. stampen, trappen, stuiken, smijten enz •••• )
3,1. vlelk woord kan zowel een slag met ·de hariCl als
betekenen ?
r
••' )
• J.
eèn"~6J:1dp met de voet
0.;,.
(bv. dop, drevel, kane r enz •.• )
35. Hoe
,If.()~fUt
~
,. ,
u een: duw met de hand ?, ..
36. Hoe zegt u 'duwen l •
l.
"
37. Een harde stoot met de vuist of de ellebooq ?
0:
:0
Cl
(Lv. stuik, boks, enz ••. )
38~IH0e
z@gt u 'stoten met de 'vtiist of dé elleboog' ?
39. Hoe noemt u een stoo-t met beide handen, zodat men omvalt.
;
,> /
(bv •. )JOl1~,·· Situik , tuk, ver<jooi, djuuk, enz ~ .• )
40. Hoe noemt u leen pak slnag U bij een gevecht tussen voltva$seneno
o
G
ft
0
0
0
(bv. matsing, vetting, smering, klopping, ranseling g rammeling, enz ...• )
41. ljtJelke uitdrukking g 3Lruikt u voor 'een pak slaag krij'}en' voor" vOJ.=:3;i'
wassenen ?
C
(bv. troef, mats, pardaf, rot, smeer, toef krijgen, enz ..• )
42. Hoe noemt u een slag die:! met een voorwerp (bijv
wordt toegebracht.
0
stok, klomp enz.)
II. ,sPAAm;l\l\.l1IlEID
en GIEHICHEID
================================
In ûe vragenlijst wordt telkens naar de mannelijke en de vrouwelijke woorden
gE;vraagd. Waarschijnlijk zal daarbij ,soms he.tzelfde \'\7oo:t?d ingev:uld moeten
worden.
.
. .
.
4J. Hoe zegt u in uw dialect 'spaarzaam u (b~. van e~n huisvrouw die haar
geld goed beheert en geen onnodige. uitgaven
doet)~
.,
",
"'
Maric is.nog.een.
(bv.
.
bendi']"prof~jti9f
vrOUWffi;.;:~ns
gespar:i:g,
enz~
•.• )
44. Hoe zegt u 'zeer spaarzaam moeten leven om de eindjesaanroekaar te'
kunnen knopen ? Bijvoorbeeld in het zinnetje
,t
Die mensen hebben moeten • •
• om er te komen.
(bv. scharten, schartelen, krabben,
k~asselen, enz •.. )
krebben~
krotten,
kr~bbébijteri,
45. Hoe noemt u iemand die zeer spaarzaam moet leven uit armoedei die erg
moet sparen om er te komen.
(~v.
enz
0
krebbebijter, schartelaar, krotter, krabber, krabbelaar, krasselaar,
••
)
46. Welke uitdrukkingen gebruikt u om
is ?
'.
~an
te duiden dat iemand
u
zeer gierig'
.
(hij zou ne ..•• in tVlee bijtcmihij vergÇ1at Van bc;8stigheid; de rook uit
de ka.ve/de schouw g'aat nog niet verlon:~n, hij zou ne kei I t vel afdoen, (::nz .•• )
47. Uoe noemt u een man die (zeer) gierig is. Bijvoorbeeld in het
Lpuis is
een/nen~
zinn~tje
•
(bv. gierigaard, beest, oorebeest, vrek, kei, teis, spekkejood, ezel, geldgllmker, dui tenkl iever, nete, pinne, pee zeikt:;r" kl ui tenb'ij ter! ,kremnloot,
J8:"eute, pleute, gi(Jrigen aap, klootzak, enz ... )
48. Hoe zégt u'g{~iigi~ B~jvoorbeeld in het zinnetje
Louis is ne
.mens.
:
49.
Hoe zegt u
Louis !is' rl8
.~..
v
,.:
,"
'
zeer gierig' ? Bijvoorbeeld in het zinnetje
• vent.
(hv. hondegierig, vrekgieri<j, vrekkig, e;nz ... )
...
l' '. ';,'
. :!"
i. :
~
1(;;
9.
Waarschijnlijk kent u verschillende woarJon voor een qieriq man, die
verschillende graden Vi"ll1 gier:i,gheid é1Ç'lndud.den. Hü~rria-~YC5r(lt u qevraagd
,la woorden die u a.l opgegeven hebt te rangschikken van (mindt~r;(~r9 naar
zeer erg gierig g
;
,1
(duid ook aan welke woorden vulgair en welke verouderd zijn)
Hoe noemt u
g
500 een gierig man?
" :.1
51. een zeer gierig man?
52. een abnormaal gierig man?
0..
~ ':1" ~I
53. Hoe noemt u een vrouw die zeer gieri9 is ? Bijvoorbe(ücl in hetzinne-t.je
Suzanne is een .
(IN. gierigaard,
nete, pinne, pelle;II19ze,nijptange, J:.reute, pleute,e'nz •.. )
Haarschijnlijk kent u verschillende woorden voor (-~en rriericre vrou~J, die
verschillende qraden van CJierirfheid aanduiden. Hierna i~lorc1t u CJevraagd
de woorden te rangschikken van minder'erg naar zèererg gierirr
(duid ook aan welke woorden vulgair en welke verouderd zijn)
54. een rJierige
VrOU\>J'
55. een zeer gierige vrouw?
el
Q
ei
-.
"'I
56. een abnormaal qierige vrom"
?
57. H~L~~ewoor.den kunnE;m zowel on mannen als op vrom'Ten slaan ?
'.,.<
10.
58
la
$o~rnig:c; m~2.nsen zlJ"n 'ni.e't ·e·cht· r:Jierig, ffiElélr ~i -j.n .toe11 '\ftl~i c·~ver(?reve11
spaarzaam; zodanig dat érsoms een beetje mee-:- g~iachen irlordt. Welke
uitdrukkingen kent, u voor imoeilijJ: gi~lcl kunnen ui.tqeven i ?
af~rang 21J11,
(bv. steee; van
hard van afc]aan zijn; niet eIeren lammeren,
nauw zijn, namv8 sluiten, na.uw en bij zijn, stijfc1ichte zijn, nijpen, op
zijn geld zitten, enz •.. )
59. Hoe noemt u iemant1 élie zo handelt?
j,'
60. Hoe noemt u iemand die bijvoorbeeld Lij het kaarten niet durft spelen
voor ]eld, omdat hij bang is het te verliezen.
(Lv. kremper, enz .... )
.
61. Hoe'noorat u iemand c.1iealles voortdurend zit 'te berekencm
,',
'I
t:d.'t
an'Jst te
veel geld uit te geven .
•
.. 0
0,
•
0'
0
•
•
0
(1.>v. cijferaar, rekenaar, enz.'.'.)
62. Hae noemt u iemand die uit alles ge12 tracht te slaan?
(Lv. commercant,
jooc1, enz •.• )
63. Hoe noemt u iemand die
hopen •
. . . .
0.0
• • •
voortduren~
meer geld tracht te sparen en op te .
000
(Lv. potter, ponker, vergaarder, enz •.. )
6;1. Hoe noemt u iemnnd die bezeten is van het geld, die altj_jd jaarrtachter
(leId
1I
(Lv. ']oldhonJ., geld.wolf, <,jeldzak, (]Glrljo()(1, enz ••• )
65. Höé noemt. uafen heUzuChl.i9. persóon f (voh\7é1.ssenE:.of kind);iem<;lI).çl ,die
dus altijd klaar staat om iets;tekrijgen, maar waar men zelf niets
van loskrijgt ?
Louis is een/ne •
(bv. hebbaard, hemmer, hebbigaard,hender, en? .•
66. Hoe noemt u iemand üie er op uit is voordeel
_' • . ,
....
0
\
.; *-. :' (-- -;.
•
. .'. '0
.'.' ei
~.'
•
;'
~)
te halen uit anderen.
:'
b" '.
','
-0'
(bv. profiteur, enz •... )
67. Hoe noemt u iemand cUe anderen voor hem laat betalen. Als het bijvoorbeeld zijn beurt is om te trakteren, is 'hij aitijd ineens weg •
.:;;
(bv. profiteur,
sch~~mers,
enz ... )
.
.! ";.i
111. VLEIER
===========
G8. Hoe nc)emt u de vr'ienclel'ijke manier van vleien,
strelen en liefkozen,
zoals kinderen dat kunnen doen om zich geliefd te maken. Ook dieren
(bijvoorbeeld ka-tten) kunnen da.t doen. ,Bi jvoorbeeld in h~t zinnetje
Ge zijtweer"aan
krijgen ?
(J.JV.
}t:.
"]
'.tc
....
.,11e.
Zoudt t'1emisschii.:;!n
geren 0 iets
'.
'
,
'. -.
',-
-~
-
felen! fleren, flossen, fleclc1eren, flodderen, lamoezen, enz ... )
_e;'o ":," 00; ï
69. tioe noemt u eeD jongetje dat zich geliefd tracht te maken door vriendelijk en aanhankelijk te zijn~
;-'{:')
(bv. fleer, fleria, fleerpeer, flos, fleikodde,
enz
~)"
:;-.L
flei~Jat p
0
fleistok~fleiplaaster,
•
70. Hoe noemt u :eèn,fueisje d~t zich deitei0tracht" te make~door vriendelijk
en aanhankelijk te zijn. :,
,(uv ;",;fele ,fleelJt'fleria, flèetlSeér , flos, fieikod~~1 fledderkont, flei"':
plaaster, fleigat, enz ... )
0
71. Nelke liworderi c}'ehruikt ti voor ~irroberen bij ~e:mand,gped,testa,an;in
dè hoor) ó:) die manier L~ts te verkrijCJén.
'
(bvo cts mouw va<]en, :[r(JLLen, strijk0n, vnljv-c\n, flodck}rQn, flemen, kletsen,
vleien, zeman enz ... )
12~
72. Als ti verschill~nde woorden kent, welk woord is dan vulgair; welk woord
is verouderd ofwordtweihig gebruikt?
730 Hoe noemt u een man die dat doet?
Cl
;"
!!t:
•
(bvo mouwvager, mouwfrotter, mouwstrijker, vleikloot,
leeger, enz.)
fleistaar~,
leemkes-
74. Hoe noemt u een vrouw die dat doet?
(bvo mouwvaagster, fleigat, vleikont, enz ••. o)
v~elke
uitdrukkingen gebruikt u om aan 'te duiden dat iemand goed tracht
te staan met'iemand anders ?
75.
"
.
. aan den baard.
,0
•
• enz.)
76. Hoe noemt u vleien op' een lage; kruipericre en onaangename manier, en
rnetonzuivere, valse Le<1oelingen ? Iemand die dat doet werkt op ,de.
zenuwen en wordt sterk gewantrouwd.
o
0..
0
,
.
,0
.0
•
(Lv. fleren, fladakken, flamakken, slijmen, enz .•• )
77. Hoe noemt u iemand die op een lage manier vleit?
(Lv
fleer " flamakker ,7 fladakker, flaas, flazemaker, slijme.r, enz .•• ) .
0
73. Hoe noemt u iemand die bij een hoger geplaatste (bv. een baas op een
werk)' op ~~en (Joed blaadje probeert te staan door naar de ,mond, te nraten ?
~
0
0
0
(bv. mouwvager, mouwveger, mouwstrijker, mouwkletser, mouwfrotter, gatlekker,
~fCltkruiper,'Srnoutere, enz
0
•• '
)
•
79. Als u verschillende woorden k~nt, "Telk woord is dan vulgair, we,lk is
verouderd of wordt weinig g~bruikt ?
13.
80. Hoe zegt u
te staan.
i
naar de mond praten i
,
als iemand bij een baas goed 9robeert
81. Als u verschillende woorden kent, welk woord is dan vulgair, welk is
verouuerd of wordt weinig gebruikt ?
82. Hoe noemt u iemand die overdreven onderdanig is ten opzichte van een
bepaalde hoger geplaatste persoon (bv. burgemeester, pastoor ... ) Bijvoorbeeld in het zinnetje
Hij is de .
. van de burgemeester.
(bv. sleppendrager, enz.)
83. Welke woorden gebruikt u voor ~ goed trachten staan met iemand door
dingen te zeggen of te doen die hem aangenaam zijn, zonder echt kwade
bedoelingen.
(Lv. fleien, vleien, flemen, fleisteren ..... )
84. Hoe zegt ge
i
Op een zeemzoet, vleiend toontje spreken i
(bv. flemen, zemen, enz •.. )
85. Een persoon die zo spreekt?
•
, . ....
_i.. ....:
Download