titel - Communities

advertisement
MANUSCRIPT
ZIN OF ONZIN?, de weg naar Christus
Het boek is een beschrijving van mijn leven en de manier waarop ik de weg naar Christus gevonden
heb, een weg die tot een onwrikbare volgen van Christus en zijn woord is gekomen, de enige ware weg
naar God, de Vader, die almachtig is.
Ook zal men tot de conclusie moeten komen dat het Christelijk geloof meer is dan alleen maar een
stroming in onze maatschappij, die op z’n retour is, maar gebaseerd is op een onwrikbare verklaring
voor ons bestaan en de reden waarom we op deze wereld rondlopen. De bijbel, het belangrijkste boek
ter wereld, geeft ons een goede leidraad over wat God van ons verwacht in het leven.
Jesus Christus zegt: “Ik ben de weg en de waarheid en het leven. Niemand komt tot de Vader dan
door bemiddeling van mij.” (JOH. 14:6)
Voor mij is dit de belangrijkste uitspraak van Christus, die mij altijd weer, ook in moeilijke tijden, op
zijn pad heeft weten te houden. Het is een zeker weten voor mij geworden, dat dit de enige juiste weg is
in het leven en dat er wel degelijk een leven na dit leven bestaat...
Door: Frank R. Hissink
2
Inhoud
Voorwoord
pag. 4
Inleiding
pag. 6
DEEL I: DE VOORGESCHIEDENIS
1. Religie in mijn jeugd
pag. 9
2. De overgang
pag. 13
3. Zeker weten begint
pag. 21
DEEL II: DE TRANSFORMATIE
4. Mijn visie en verklaringen
pag. 28
5. Ervaringen
pag. 34
6. De Heilige Geest
pag. 41
Nawoord
pag. 42
Bijbelteksten
pag. 44
Belangrijke uitspraken Christus
pag. 46
Literatuur
pag. 50
3
Voorwoord
Waarom niet?, dacht ik bij mezelf terwijl ik van hogerhand geïnspireerd werd om dit boek te schrijven:
ik heb een duidelijke boodschap en al bereik ik er maar een paar mensen mee, dan is het de moeite
waard. Deze inspiratie komt van de Heilige Geest, de geest van God, die ook in de tijd de inspiratiebron
voor de mensen was, die de bijbel geschreven hebben.
Ik richtte me tot twee decennia geleden slechts tot het materiele en moest niets hebben van het geloof,
of God, of Christus en de Heilige geest vond ik helemaal te gek om over te praten. Ik ben via een proces
gaan inzien dat Christus de enige weg naar God blijkt te zijn. Ik was na deze ontwikkelingen van atheïst
bekeerd tot overtuigd Christen. Via dit proces ben ik gekomen tot een zeker weten. In de bijbel wordt
gesproken van een "hemel" en dit is de plek waar wij terechtkomen als volgelingen van Christus en het
"leven" voortgaat. Er komt dus geen einde aan het leven, we blijven leven op een andere wijze, als we
maar Christus en zijn woord volgen.
In deze tijd moest ik niets hebben van het geloof, ofschoon ik in mijn jeugdjaren wel gelovig opgevoed
was, alleen was het voorbeeld dat mijn moeder mij gaf niet het juiste: ze was gereformeerd opgevoed en
had de boodschap in zich dat je niet van je leven mocht genieten en dit sprak mij erg tegen. Ik werd juist
opgevoed in een wereld waar alles om het genieten van het materiele zijn ging. Niet verwonderlijk dat
ik me juist tegen het geloof van mijn jeugd verzette, zeker ook omdat mijn moeder zei dat ze zich
grotendeels van het geloof afgewend had omdat het haar altijd in haar ontwikkeling had beperkt met de
boodschap dat hel en verdoemenis over je heen zou komen als je een keer ergens van genoot.
Ik keerde me juist sterk tegen alles wat geloof te maken had: deed alles wat God verbood: vloeken, niets
aantrekken van andere mensen, leven voor de leut, gebruikte veel alcohol en zelfs experimenteerde ik
met drugs, de jacht naar vrouwen was een belangrijke bezigheid geworden, zonder me te willen binden
aan één vrouw.
Zoals vaak de laatste jaren, werd ik geïnspireerd dit boek op papier te zetten, met als doel veel mensen
te bereiken, en vooral te helpen naar de enige ware weg: die van Christus. Velen weten eenvoudigweg
niet wat ze hier op deze aardkloot doen! Jaren ben ik zelf ook zoekende geweest en door schade en
schande ben ik tot het geloof gekomen, na vele omzwervingen als overtuigd atheïst, een moeilijke tijd
in mijn leven waarin ik letterlijk alles kwijt was geraakt en het licht zag: de zin van Christus die mijn
leven totaal veranderde en alles zegt over het leven: ik ben de waarheid, de weg en het leven!
Was ik nou net niet op zoek naar de zin van het leven en was dit nu niet het antwoord. Na onderzoek
bleek voor mij het leven hier inderdaad om te gaan en kwam ik tot geloof, zover zelfs dat ik er nu van
overtuigd ben dat ik "een kind van God" geworden ben en mijn leven tot een ongekend rijke ervaring is
geworden.
Mijn vraag was toen: moet ik deze kennis en zeker weten van de waarheid niet met andere mensen
delen, opdat ze ook tot ditzelfde weten kunnen komen? Met het gevaar dat ik verguisd zou worden als
"godsdienstwaanzinnig", zoals velen in mijn 15 jarige loopbaan binnen de psychiatrie werden betiteld,
omdat de werkers in de psychiatrie er gewoon geen raad mee wisten en zonder degelijk onderzoek, hun
psychose of hallucinaties afwezen. Er was één zaak voor hen van belang en dat was de wetenschap.
Gelukkig voor mezelf weet ik voldoende van de psychiatrie en geestelijke "ziektes" af om te weten dat
ik zeker niet geestesziek ben en alleen maar een belangrijke boodschap uit te dragen heb aan de mensen
die zover zijn om deze op te kunnen nemen en te verwerken voor zichzelf. Ik ben er van overtuigd dat
ieder in zijn tijd hier op aarde een bepaald geestelijk ontwikkelingsniveau bereikt heeft en pas
openstaat voor deze boodschap als hij er aan toe is. Dit ontwikkelingsniveau is afhankelijk van hoe
4
iemand zich gedragen heeft in vorige levens hier op aarde en de ontwikkelingsgraad van zijn huidige
leven. Inderdaad, de reïncarnatie zekerheid hang ik ook aan, zoals zovelen.
Dus, voor de mensen die het aanspreekt heb ik dit boek op papier gezet, geïnspireerd vanuit het niet
zichtbare, de geestenwereld noem ik het en de inhoud van het boek: omgang met Gods geestenwereld
van Johannes Greber en mijn ervaringen op dit gebied, hebben mij er toe gebracht met u mijn
ontwikkelingsniveau te delen en zoals Johannes Greber in zijn boek stelt: u moet de waarheid zoeken en
dan zult u hem vinden!
Ik durf te stellen dat ik heb gezocht en het heb gevonden: een weten van het ware geloof en de zin van
het leven. Je moet het zoeken in het niet zichtbare, deze materiele wereld is immers niet belangrijk,
alleen om je geestelijk te kunnen ontwikkelen: het leven is een leerproces voor ons mensen om tot
geloof te komen en nader tot God te komen.
Na gedegen onderzoek en hulp van dit boek zult u ook moeten toegeven dat er meer tussen Hemel en
aarde is. Ook zult u beleven wat ik nu nog steeds beleef: een verbinding met de “goede” geestenwereld
die mij inspireert in het dagelijkse leven en in mijn verdere geestelijke ontwikkeling die mij steeds
verder nader brengt tot God en zijn zoon Christus.
Het belangrijkste doel in het leven voor ons alles moet zijn: het nader tot Christus en via hem tot
God komen! Voor mij is dit zeker het geval.
Ik ga er van uit dat dit boek een belangrijke bijdrage zal leveren aan de geestelijke ontwikkeling van
een ieder die er voor open staat en het zijn leven zal verrijken en zin zal geven, net zoals deze kennis
mijn leven in de goede zin van het woord veranderd heeft.
Veel dank aan mijn partner en de vele anderen, die mij mede geïnspireerd hebben dit boek te schrijven.
5
Inleiding
De bedoeling van DEEL I: DE VOORGESCHIEDENIS, is om u als lezer inzicht en kennis te geven
in mijn ervaringen en ontwikkeling, die geleid hebben tot mijn komen tot het geloof en opvattingen over
de zin van het leven.
Kortom: in deze voorgeschiedenis beschrijf ik mijn leven voor het geloof, later het zeker weten, een rol
in mijn leven speelde.
Hoofdstuk 1 is een beschrijving van mijn jeugd in relatie tot het niet zichtbare en het Christelijk geloof.
In Hoofdstuk 2: de overgang, beschrijf ik de periode van twijfel wat het ware geloof was. Ik was steeds
zoekende naar het geloof, dat het leven zin zou geven. Ik hield me toen bezig met het zoeken bij allerlei
bewegingen: de psychiatrie waarin ik werkzaam was, New Age, de Rozenkruisers, de Bhagwan
beweging, het Boeddhisme, verschillende Christelijke kerkgenootschappen en vond nergens het
antwoord of de bevrediging, die ik later zou vinden in het enige ware geloof en de contacten met het
onzichtbare leven dat naast het onze bestaat.
Het is een periode van zoeken en nog eens zoeken en vooral twijfelen aan het hetgeen mij in mijn
bewogen leven van dat moment zich aan mij presenteerde of door mij gevonden werd. De periode is van
betrekkelijk korte duur geweest vergeleken met de periode ervoor, want door ingrijpende
gebeurtenissen in mijn leven die ik in dit deel beschrijf, werd ik als het ware gedwongen tot inzicht
ofwel geloof te komen, zonder een bepaalde houvast in het leven zou ik het gewoon niet redden in het
leven.
Aan het einde van deze periode kwam ik het ware geloof: het volgen van Christus, tegen en kon er niet
meer omheen. Succesievelijk begon een zeker weten bij mij post te vatten.
In Hoofdstuk 3: het zeker weten, beschrijf ik uitgebreid de periode die mij tot zeker weten wist te
brengen door allerlei gebeurtenissen die een diepere verklaring moesten verbergen. Ik begon van alles te
beleven dat het zeker weten voedde: ik kon er niet meer omheen, er was maar één waar geloof en
religie, het Christendom en één ware God, die voor ons allen belangrijk is.
Het zeker weten was een proces, maar toen ik het eenmaal zeker wist, was er ook geen weg terug: mijn
leven stond nu in het teken van dit geloof en ik richtte mij er helemaal naar en mijn leven begon steeds
meer zin te krijgen. Ik had nu immers ook een leidraad in het leven gekregen om naar te leven: mijn
leven had zin gekregen en alles begon op z'n plaats te vallen! Ik hoefde niet meer naar de zin van het
leven te zoeken, ik had haar gevonden in de vorm van Christus. Ik was nu op mijn eigen manier een
volgeling van Christus en God geworden, zonder de instituties van een kerk te volgen, want ik ervoer
het geloof, ofwel het zeker weten, op mijn eigen manier.
In DEEL II: DE TRANSFORMATIE, beschrijf ik mijn ontwikkeling tot half-trance medium en de
gebeurtenissen die hiermee gepaard gingen. Ook komen veel verhalen en gebeurtenissen in mijn naaste
omgeving aan de orde.
Verklaringen over het hoe en waarom geef ik aan, als dit mogelijk is. In dit deel komen ook andere
mensen zoals mijn partner, die tevens mediamieke gaven heeft, aan de orde.
Zelf vind ik dit het meest belangwekkende onderdeel van het boek omdat de beschrijving van het nietzichtbare een niet alledaagse zaak is en bij veel mensen opzien zal baren. En toch zijn het
gebeurtenissen, verhalen en eigen inzichten die er niet om liegen en zeker het bestaan van een andere
wereld bewijzen, als je over bewijzen kunt spreken, want wetenschappelijk is iets moeilijk te bewijzen,
want het oorzaak en gevolg principe is vaak niet aanwezig.
6
Trouwens, het onzichtbare laat zich niet makkelijk wetenschappelijk benaderen, omdat het in feite niet
bestaat volgens onze opvattingen. De meeste mensen hebben nog het idee dat het allemaal onzin is en
dat het leven uit niets meer of minder bestaat als het zichtbare en bewijsbare in het dagelijkse leven.
Niets is minder waar en ik ben zelf tot de conclusie gekomen dat het zichtbare en niet-zichtbare, ofwel
de geestenwereld dichter bij elkaar staan en meer contacten hebben dan we bereid zijn aan te nemen,
omdat het beseffen hiervan teveel angsten en onzekerheden met zich meebrengt dan ons lief is.
Ook zal ik mijn stelling dat wij meer beïnvloed worden door de zowel de lage als hoge-geestenwereld
meer beïnvloed worden dan we denken in het dagelijkse leven. We zijn ons er alleen niet van bewust!
Als medium, en ik beschouw mezelf als beginnend medium, krijg je geregeld ingevingen en
boodschappen door van de geestenwereld. Het belang hiervan is groot, want je richt je leven vaak in
naar de boodschappen die je door krijgt. Daarom heb ik deze boodschappen, met soms bijbelpassages
en teksten die van belang zijn, opgesomd in een apart hoofdstuk: Boodschappen.
In het Nawoord geef ik een conclusie van mijn ervaringen en bevindingen aangaande het hele eerdere
beschreven deel van het boek. Ook geef ik waarschuwingen aan mensen, mochten ze zich bezig gaan
houden met het zoeken van de geestenwereld, want zonder gevaren is het zeker niet.
Een verdere exegese van de bijbel geef ik in het nawoord en de betere en slechtere kanten van dit toch
wel heel belangrijke boek, waar immers veel beschreven staat over de openbaringen van de kwade en
goede-geestenwereld. Je moet dit alleen herkennen in de verhalen. Een goed verstaander heeft immers
een half woord nodig en als je geïnspireerd wordt door de (goede) geestenwereld dan lees je de bijbel op
een hele andere manier en vallen je hele andere zaken op, die tot die tijd voor jet verborgen bleven.
Kennis van de bijbel zal het lezen van dit boek vergemakkelijken, maar is geen voorwaarde om het tot
een belangrijk boek te maken.
Wat het taalgebruik betreft, gebruik ik zoveel mogelijk zo eenvoudig mogelijk Nederlands, omdat ik
vind dat iedereen van jong tot oud en in welke ontwikkelingsfase dan ook het boek moet kunnen lezen
als hij er aan toe is. Leeftijd en schoolopleiding moet geen belemmering zijn om de geheimen van het
boek te doorgronden!
In het verhaal blijf ik zoveel mogelijk in de tegenwoordige tijd schrijven, omdat dit gewoon het prettigst
leest, terwijl de beschreven hoofdstukken best in het verleden zich afgespeeld kunnen hebben. U moet
dit dan in de context van dat moment zien: op het moment van de beleving gebeurde het in de
tegenwoordige tijd, dus is de beschrijving ook gericht op het heden.
De hoofdstukken waarin ik voorbeelden en ervaringen beschrijf met begeleidende of verklarende tekst,
zijn de voorbeelden of ervaringen cursief getypt om een scheiding te maken tussen de twee vormen van
schrijven, om duidelijkheid te scheppen in het hoofdstuk.
Het boek zal als een pragmatisch boek gezien worden, waar een ieder die er voor open staat en de wil
heeft en in staat is te onderzoeken, een goede leidraad aan zal hebben, want door mijn ontwikkeling en
ervaringen te beschrijven, hoef je het wiel niet opnieuw uit te vinden: u kunt nu met hulp van mijn
kennis, die in het boek beschreven wordt, al meteen in staat zijn om te onderzoeken en tot de enige ware
conclusie te komen: er is een onzichtbare wereld naast de onze, die ons kan bijstaan of juist
tegenwerken in onze ontwikkeling tot een beter mens, wat de hele opzet van het leven is en ons in een
volgend leven op een hoger niveau in ontwikkeling kan brengen!
7
DEEL I: DE VOORGESCHIEDENIS
8
1. Religie in mijn jeugd
Een groot deel van mijn jeugd heb ik in het buitenland doorgebracht en dus ook andere vormen van
religie en religie ervaringen van dichtbij kunnen meemaken en beleven.
Mijn vroegste jeugd breng ik in het tropische Indonesië door, voorheen Nederlands Indië, waar de
bevolking zich veel bezig houdt met de zogenaamde "Stille Kracht", dat voor de mensen betekent dat er
een geestenwereld moet zijn waar je respect voor dient te hebben. De mensen zijn bijgelovig, hetgeen ik
terugzie in het gedrag van de bediendes (Baboes geheten), want als mij wel eens een verhaal verteld
wordt door de Baboe die zich met mij bezig houdt, is het gericht op het niet-zichtbare en het bijgeloof.
De bevolking is overwegend Moslim wat hun geloofsovertuiging betreft en geloven in een God zoals de
Christenen hem kennen. De meesten zijn streng gelovig wat het volgen van de profeet Mohammed
betreft en het aanbidden van God. Men is er ook zeker van dat er een "geestenwereld" en een
"hiernamaals" moet zijn, wat het sterke bijgeloof verklaard.
Een gevoel
Hiernaast is mijn moeder vrij streng Christelijk opgevoed en brengt zij mij door het elke avond lezen
uit een kinderbijbel de basisbeginselen van het geloof op Christelijke basis bij. Zij leert mij ook
“bidden” voor het slapen gaan: dit gebed weet ik heden ten dage nog, want het wordt er met de paplepel
ingegoten.
Mijn gevoelens en de ervaring van het geloof in deze tijd zijn dan ook dubbel: ik word als Christen
opgevoed en krijg de boodschap van bijgeloof en een bestaan van een geestenwereld mee. Daarnaast is
mijn moeder enigszins van het geloof zoals ze opgevoed was, afgedreven, omdat ze het te “eng”
bepalend vond in het leven en ze liever meer vrijheid heeft om te bepalen hoe je het geloof vanuit een
persoonlijk ervaren kan belijden.
Vaak krijg ik te horen: "Ik geloof wel in het belang van het geloof en het bestaan van God, maar de
manier waarop mijn ouders het geloof zagen in de zin van dat je helemaal naar het geloof moet leven,
daar ben ik het niet mee eens"!
Mijn moeder is wel haar hele leven een Godsgetrouw persoon gebleven, ook in haar gedrag tegenover
andere mensen: ze had het beste met iedereen voor en liegen doet ze niet. Van het bestaan van een
geestenwereld heb ik haar nooit horen praten, alleen wel eens over Engelen en een Hemel, maar verder
ging het niet.
Ik ben toch blij met het feit dat in mijn jeugd een basis gelegd is voor een gevoel dat er een God is, een
hiernamaals in de vorm van een Hemel en een Hel en door het bijgeloof van de bevolking ook van iets
wat niet zichtbaar was, toch invloed op ons uit kan uitoefenen in zowel de positieve als negatieve zin.
In Indonesië “voel” ik al de aanwezigheid van een andere wereld die niet zichtbaar is. Ik kan me nog
goed herinneren hoe ik 's-avonds met angst voor de duisternis in het nabijgelegen bos kijk met de idee
dat er van alles in zit dat me kan beïnvloeden. Er is zeker "iets" aanwezig.
Dit gevoel van een aanwezigheid was een van de eerste ervaringen op mediamiek gebied: ik was
duidelijk heldervoelend, want dit gevoel is zo allesoverheersend, dat ik zeker weet dat er meer moet
zijn, alleen ik weet niet precies hoe of wat. Ik kan het gevoel nog niet plaatsen.
Australië
9
Tijdens mijn zes jarig verblijf in Australië kom ik weinig in aanraking met religie, want Australië heb ik
ervaren als een areligieus land: op school werd er zelden over gesproken en elders hoor je er ook
weinig tot niets over. Alleen de koningin, de Engelse koningin Elisabeth, wordt vereerd en daar hoor je
veel over in dit land van vele Engelse tradities.
In deze tijd heb ik uitgebreid de gelegenheid om me te richten naar de natuur in het algemeen, want er is
daar veel rust en ruimte en het contact met de natuur in de ruimste zin van het woord kan niet op en ik
genoot er veel van. Ik voel een verbondenheid met het indrukwekkende van deze mooie en uitgestrekte
natuur. Ik voel me prettig als ik me midden in een bos of een uitgestrekt veld bevindt. Ik zoek het veel
op en krijg mede hierdoor veel waarderen voor deze door God geschapen natuur.
In de natuur leer ik de betrekkelijkheid van het menselijk bestaan zien: wat zijn wij vergeleken bij de
schoonheid hiervan? Ook word ik steeds gewenkt tot de gedachten dat er "iets" moet zijn dat dit alles
geschapen heeft en alles in goede banen leidt en organiseert, een hogere macht. Ik had van mijn moeder
geleerd dat deze "macht" God genaamd werd.
In Australië loop ik tegen hetzelfde aan als in Indonesië, want ook daar voel ik geregeld de
aanwezigheid van "iets" dat ik niet kan verklaren. Ik voel dan dat er iets in mijn omgeving aanwezig is
en mij vaak beïnvloedt in mijn dagelijkse leven.
Zelfs voel ik dat mijn beslissingen door onzichtbare machten beïnvloed worden. Soms voel ik me
angstig omdat ik de aanwezigheid voel en vraag me af wat het precies is dat ik voel. Blijkbaar ben ik op
dat moment al “heldervoelend” en waren mijn mediamieke gaven meer dan het gemiddelde. Mijn
mediamieke gaven waren zich aan het ontwikkelen. Ik kon alleen weer niet verklaren hoe of wat.
De stilte van de natuur bracht mij geregeld in contact met het onbestemde gevoel en ik duwde het maar
opzij omdat ik er geen verklaring voor had. Ook kreeg ik geen steun vanuit mijn omgeving: er was
niemand die mij de weg kon of wilde wijzen en ik legde het gevoel en de gedachtes maar naast me neer.
Eén ding was echter zeker: ik voelde steeds sterker de aanwezigheid van een andere wereld om mij
heen, maar ik wist er nog steeds geen raad mee, dus wuifde ik het maar weg als onzin, terwijl deze
periode het begin had kunnen zijn tot de ontwikkeling van mijn mediamieke gaven.
In Australië word ik steeds weer teruggeworpen tot het dagelijkse leven en de harde realiteit hiervan.
Het was een harde wereld die alleen op het zichtbare en materiele gericht was en het was al moeilijk
genoeg om me hierin staande te houden, laat staan dat ik me bezig kon houden met iets dat er volgens
iedereen toch niet was!
Nederland
Op mijn vijftiende jaar verhuisde ik naar Nederland en het belangrijkste verschil was dat ik hier het
contact met de natuur moet missen: het is hier druk, somber en de mensen waren, in tegenstelling tot
wat ik verwacht, erg gericht op het materiele.
Ik word naar een openbare middelbare school gestuurd, wat inhoudt dat er geen bijbel onderwijs is.
Weer loop ik de stimulans mis van de Christelijke invloed van Christelijk onderwijs, of een positieve
religieuze sfeer. Het gevoel dat er meer moet zijn in het leven dan wat ik om me heen kan zien blijft
latent aanwezig maar kan onmogelijk tot ontwikkeling komen.
Nederland is zo onderdehands uitgegroeid tot een land dat nog een handjevol streng Christelijke mensen
herbergt en de rest moet er niets van weten. Ik voel me gedwongen door de invloed van mijn omgeving
om deze houding tot het geloof over te nemen.
Ik stort me op mijn schoolwerk, want denk ik bij mezelf, de enige manier om je hier staande te houden
is het halen van diploma's en dan zal ik ze halen ook!
Volledig gericht op het materiele drijf ik steeds verder af van mijn mediamieke gaven, want in deze tijd
kan ik me weinig voor de geest halen dat gericht was op God of mijn gevoel da er "meer" moet zijn. Ik
ben alleen bezig met "overleven", want mijn ouders hebben het financieel bezien niet breed en word ik
ook nog eens geconfronteerd met een zekere mate van armoede.
10
Dit geeft mij het gevoel: ik moet maar hard werken op school, dan kan ik uit deze situatie komen! Dus
blijf ik me richten op het verwerven van succes en een goede baan. Al het andere wordt naar de
achtergrond verschoven.
Na mijn schooltijd kom ik te werken bij een verzekeringsmaatschappij. Nu heb ik helemaal het gevoel
dat ik alleen leefde om te eten, slapen en werken. Ik heb weinig vrije tijd, laat staan dat je je bezig kan
houden met het geloof.
Hierna volgt mijn diensttijd bij de Marine. Dit is een harde mannengemeenschap dat alleen iets moet
hebben van veel stappen, gehoorzaamheid betrachten naar je militaire meerdere, uiterlijke schijn en
zeker niets van geloofszaken: al het niet zichtbare werd sowieso naar het rijk der fabelen verwezen.
Het was zelfs zo sterk dat als je naar de “geestelijke verzorging” vroeg, zoals het daar genoemd werd, je
weggehoond werd door je omgeving: je was een “slappeling” als je je hiermee inliet. Wie had er nou
een geestelijk verzorger of God nodig? Toch allemaal onzin!
Wat je om je heen ziet is het enige wat van belang kon zijn en verder moet je je nergens druk om
maken, aldus de strijdmacht.
Dit leeghoofdige, oppervlakkige materiele bestaan vond ik een kenmerk van de cultuur toen ik onder de
wapenen diende en u begrijpt dat je wel erg sterk in je schoenen moet staan als je je dan met
geloofszaken bezig houdt. Ik had al moeite genoeg om me staande te houden in deze harde wereld!
Door mijn omgeving word ik in militaire dienst gezien als een halfzachte, die veel tobt over de zin van
het leven en veel te diepzinnig ben. Men zou dit wel eens uit mij krijgen!
De psychiatrie
Dit is ze echter niet gelukt, want als mijn diensttijd er op zit heb ik sterk het gevoel dat ik me meer moet
richten op het diepzinnige van het leven. Ik begin me meer en meer te verdiepen in de psychologie en
psychiatrie omdat ik meer van mezelf en het gedrag van de mensen wil weten en ontdekken, want deze
vakken gingen over de “geest” van de mens. Ik voel instinctief aan dat ik nu in de goede richting
zoekende ben.
Na verloop van tijd krijg ik een “ingeving” dat ik eens moet gaan zoeken naar werk in de wereld die de
psychiatrie heet. Als geroepen zie ik een advertentie die oproept voor mensen die een loopbaan met een
opleiding erbij in de psychiatrie willen gaan doen. Ik aarzel geen moment omdat ik aanvoel dat dit
geknipt was voor mij en reageer hierop, waarna inderdaad een loopbaan in de psychiatrie volgt.
Nu kom ik in ieder geval in een minder oppervlakkige wereld terecht waar ik me meer thuis voel en die
mij verder zal kunnen helpen mijn religieus gevoel en mediamieke gaven te ontwikkelen. Zover was ik
nog niet om dat te beseffen, maar ik kreeg nu door beïnvloeding van het onzichtbare een duwtje in de
goede richting.
Ik kom nu in de fase terecht die een overgang voor mij betekende: ik kom terecht in een fase van
ervaren en twijfelen aan de ware zin van het leven en mijn mediamieke gaven, die toch langzaam tot
ontwikkeling zullen komen.
Tijdens mijn loopbaan in de psychiatrie word ik vaak geconfronteerd met zaken die alleen maar een
verklaring kunnen vinden in het niet zichtbare.
Ik word geconfronteerd met geestesziekten die zogenaamd wetenschappelijk verklaarbaar zijn, maar
waar de wetenschappers geen raad mee weten. Er begon bij mij langzaam een besef te ontwaken dat ik
meer moest zoeken in religieuze verklaringen en in het niet zichtbare, dan al deze zogenaamde
wetenschappelijk verklaringen, die in de praktijk trouwens ook vaak geen hout sneden, want er was
vaak in de medische benadering niets te doen voor mensen met psychische afwijkingen.
11
Aan het begin van mijn loopbaan in de psychiatrie groeit mijn religieuze besef, alleen weet ik het nog
steeds niet goed te plaatsen. Ik weet dat er meer is maar weet niet hoe of wat. Mijn gevoel stuurt mij in
de goede richting.
Is er een God of moet ik alles wetenschappelijk en niet religieus benaderen? Ik kom nu in een
overgangsfase in mijn geestelijke ontwikkeling terecht: de vraag hoe het echt in elkaar zit en welke
richting ik op diende te gaan in het leven, bleef bij mij.
Onbewust blijf ik zoeken en twijfelen. Wat moet ik met mijn gevoel dat er meer is dan het zichtbare?
12
2. De overgang
In de psychiatrie volgt een dynamische tijd voor de ontwikkeling van mezelf: het is je bezig houden
met de begeleiding en behandeling van de mens in psychische nood en ik doe er meteen een opleiding
bij.
Door de drukte van dit leven was het moeilijk om stil te staan bij de ware betekenis van het leven:
religie en een religieus besef. Toch blijft het gevoel bij mij in leven, mede omdat ik vaak met
onverklaarbare "geestesziektes" geconfronteerd word, waar de medische wetenschap geen raad mee
weet en er zogenaamd geen behandeling echt helpt.
Bij mij begint steeds meer het gevoel post te vatten dat men in de verkeerde richting zoekende is.
Waarom wordt er alleen uitgegaan van het zichtbare en wetenschappelijke? Waarom staart men zich
hier blind op, zeker omdat vele therapie vormen niet helpen? Ik krijg sterk de indruk dat een andere
verklaring bij voorbaat afgewezen wordt omdat het inzicht dat er wel eens een andere wereld kan zijn te
beangstigend en onzeker is voor de mensen die in de psychiatrie werken, dat men niet eens aan de
mogelijk aandacht geeft.
De buurman Jacob
Soms kom ik mensen tegen die op dit gebied verder ontwikkeld zijn dan ik en zich bezig houden met
het niet-zichtbare en andere verklaringen zoeten bij de behandeling van de geesteszieken.
Een buurman van mij, Jacob, die ook intern binnen de inrichting woont, heeft zich aangesloten bij een
sektarische beweging en is tot de conclusie gekomen dat er meer tussen hemel en aarde is dan het oog
doet vermoeden en probeert dit in zijn benadering van de patiënt toe te passen. Hij verklaart de
geestesziekten vanuit een andere visie: als je ziek wordt dan heeft dat een betekenis om er wat van te
leren. Het leven is een leerproces om tot een hoger goddelijk niveau en besef te komen.
Dit spreekt mij aan en in mijn contacten met hem raak ik er steeds meer overtuigd van het feit dat er in
ieder geval een grote kern van waarheid in zijn opvattingen ligt. Zeker in zijn aanwezigheid voel ik de
aanwezigheid van "entiteiten" zoals hij ze noemt. Ik begin steeds meer de aanwezigheid van de
onzichtbare wereld te "voelen" maar weet er niet goed raad mee. Wat moet ik hiermee? Het was immers
niet gestructureerd, want er is geen basisgeloof aanwezig in de vorm van een Godsbesef of overtuiging.
Hiernaast wordt dit gevoel en besef door de mensen waar ik contact mee heb in de psychiatrie als onzin
afgedaan en ik word voor gek verklaard als ik er over begin. Dus laat ik gevoel niet toe en schuif deze
gevoelens en besef op de achtergrond, mede omdat ik er zelf geen raad mee weet.
Op dat moment ben ik als persoon nog zo onzeker over dit alles dat ik net doe of het niet bestaat. Het is
ook de makkelijkste weg, want ik heb het gevoel het geestelijk slecht aan te kunnen.
De besefangst
Als voorbeeld haal ik een gebeurtenis aan van het begin van mijn loopbaan in de psychiatrie.
Ik bevind me samen met enkele medestudenten van de opleiding in een kamer gezellig te praten. Een
van deze leerlingen besluit naar een feest te gaan elders op het terrein van de inrichting. Ik voel
instinctief heel duidelijk dat hij daar "gevaar" zal lopen, want er zal met een bord parapsychologische
spelletjes gespeeld worden in de vorm van het oproepen van de doden.
Ik blijf met de buurman Jacob, die zich bezig houdt met het paranormale op de kamer zitten, maar blijf
aanvoelen dat er "iets" niet in orde is en Jacob en ik spreken over het risico dat hij zal lopen. Jacob
13
geeft mij er gelijk in wat mijn gevoel betreft en wijst op het gevaar met jezelf bezig te houden met
entiteiten, zeker als je je bezig houdt met het oproepen van de doden. Deze entiteiten hebben de neiging
vaak niet het goede na te streven en zouden je zelfs in bezit kunnen nemen, volgens Jacob. Het in bezit
nemen was toen geen nieuwe gedachte voor mij, maar het beangstigde mij zeer.
Mijn angst wordt versterkt als ik "rillerig" en "koud" word en duidelijk de aanwezigheid van niet goed
gezinde geesten in mijn nabije omgeving kan voelen. De angst wordt ondraaglijk. Jacob voelt het ook
en zegt dat het geesten zijn die opgeroepen worden door de spelletjes met het oproepen van doden.
Omdat wij in geest ook aanwezig zijn bij deze vriend van ons die er aan mee doet, worden we nu ook
bezocht door niet goedgezinde geesten. Deze geesten jagen ons nu angst aan.
Ik voel een hele "kille en onaangename" sfeer ontstaan en moet huiveren van het geheel en wens zo snel
mogelijk uit deze situatie te geraken, want de angst wordt ondraaglijk.
Langzaam verdwijnt de dreiging en de kilte, maar ik voel weer instinctief aan dat we zijn bezocht door
lage entiteiten die opgeroepen waren door onze vriend die zich bezig had gehouden met het oproepen
van "geesten".
Door de allesoverheersende angst en de idee het op den duur niet geestelijk aan te kunnen neem ik een
tijd afstand van de cultuur van het je bezighouden met entiteiten. Ik merk dat naarmate ik me er meer
mee bezig houd, ik steeds meer "bezocht" wordt door lage entiteiten tijdens mijn dromen, zelf overdag
in rust of tijdens mijn werk. Omdat ik er een negatief gevoel bij krijg in de vorm van angst, weet ik
zeker dat het om lage geesten gaat. Ik voel dan weer de aanwezigheid van de geestenwereld en er komt,
bij vlagen, grote angst opzetten. Soms krijg ik een gevoel van "gelukzaligheid", vooral als ik me in de
natuur bevind en in rust verkeer. Men noemt dit een "piekervaring" weet ik, maar ik voel instinctief aan
dat het gevoel veroorzaakt wordt door entiteiten die met goede bedoelingen in mijn aanwezigheid zijn.
Het gevoel van gelukzaligheid is precies het tegenovergestelde van de angstgevoelens die mij vaker ten
deel vallen. Naast het gevoel van gelukzaligheid, komt er een gevoel van een uitgestrekte rust en kalmte
over mij heen: ik voel me dan in een beschermde wereld, die warm en uitnodigend is en zich over mij in
de positieve manier ontfermt. Alsof er een warm kleed van gelukzaligheid en blijdschap over me heen
komt. Een gevoel van "liefde" komt dan ook over me heen. Ik kan van zo'n ervaring niet genoeg krijgen.
Deze ervaringen zijn echter vaak van korte duur en verdwijnen vaak weer net zo snel als ze opkomen.
Natuurlijk probeer ik deze gevoelens van gelukzaligheid op te roepen, maar ik merk dat dit niet gaat: het
bewust oproepen blijkt niet te gaan, hoe ik me er op dat moment tracht voor open te stellen of me er op
concentreer. Ik moet me blijkbaar in bepaalde omstandigheden bevinden en volledig in rust zijn om het
te kunnen ervaren. Aangezien een volledige toestand van "rust" gezien de drukte van mijn leven
zeldzaam is, komt dit gevoel maar zelden naar boven.
Helaas, wat vaker gebeurt, is het tegenovergestelde: ik voelde een kilheid over me heen komen, de angst
voor het onbekende neemt toe en ik voel de nadrukkelijke aanwezigheid van niet goedwillende
entiteiten, ofwel geesten, die er blijkbaar op uit zijn mij het leven zuur te maken.
Op de meest onwillekeurige momenten overkomt mij dit, vooral als ik moe ben en al een wat
terneergeslagen stemming heb. "Ze" wisten me dan nog eens verder omlaag te halen.
In deze periode ben ik er erg op gericht om afstand te doen van alles dat met het paranormale te maken
heeft om te voorkomen dat de negatieve ervaringen mijn leven zullen gaan beheersen en ik net als de
mensen in de inrichting in een psychisch wrak verander.
Ik denk: "blijkbaar ben ik nog niet rijp en stabiel genoeg om hier mee om te kunnen gaan, dus dan maar
niet!" Ik doe net of het niet meer bestaat en merk tot mijn verbazing dat ik deze negatieve ervaringen
veel minder tegen kom, maar ook de positieve ervaringen blijven in deze tijd uit.
De geestesziekten
14
Er groeit bij mij tijdens mijn loopbaan in de psychiatrie het besef door de vele voor beelden ik om me
heen, dat het wel eens zo zou kunnen zijn dat de mensen die ik moet begeleiden en behandelen met
"ziektes van de geest", op dezelfde manier deze gevoelens van de aanwezigheid en beïnvloeding van
entiteiten zouden kunnen hebben als ik.
Dit zal een verklaring kunnen zijn voor het feit dat deze geestesziektes niet of nauwelijks te behandelen
zijn door de medische wetenschap: de verschijnselen worden alleen maar resoluut door medicijnen
onderdrukt, maar een echte verklaring en behandeling voor de verschillende zogenaamde geestesziekten
zoals depressies, schizofrenie, psychopathieën, neuroses zijn in de praktijk heel moeilijk, zo niet
onmogelijk te behandelen.
Ja, dank je de koekoek, denk ik vaak bij mezelf, als de mensen door entiteiten lastig gevallen worden of
zelf in bezit genomen worden, dan is het niet zo verwonderlijk dat alle medisch wetenschappelijke
lapmiddelen niet helpen. De benadering is dan verkeerd: je richt je alleen op het zichtbare en materiele
van het leven en de werkelijke oorzaak ga je aan voorbij.
Door mijn ervaringen, was het besef ontstaan, dat je weinig tot geen invloed hebt op het ontstaan van
deze ervaringen. Ze overkomen je en het lijkt dan of je overweldigd wordt door de ervaring, dus
geestesziektes zouden ook wel eens op deze manier kunnen ontstaan en in stand gehouden worden.
Soms bekruipt mij het idee dat het een "zielige" vertoning is, en tegenover de mensen in psychische
nood, een trieste constatering, dat de heren van de medische wereld maar blijven ontkennen dat er een
andere wereld bestaat, die invloed heeft op het geestelijk welzijn van de mens.
De artsen en vele collega's blijven maar hardnekkig bezig met het verzinnen met nieuwe
behandelingswijzen, medicijnen, elektroshock behandelingen en het onderzoeken van de hersenen om
de zogenaamde oorzaak te achterhalen en, terwijl keer op keer voor mij, duidelijk wordt dat het zeker
niet zal helpen.
Er wordt dan door de medische wereld gesteld, dat het soms wel voor een deel helpt. De ontwikkelingen
staan nog in de kinderschoenen, dus oplossingen vinden we wel vroeg of laat. Maar de oplossingen
blijven uit, want de uitgangspunten zijn niet juist.
De gillende patiënt Magda
Tijdens mijn tweede jaar in mijn opleiding word ik geconfronteerd met een duidelijke voorbeeld van een
vrouwelijke patiënt van ongeveer 50 jaar, Magda genaamd, die naar mijn mening door een lage entiteit
in bezit genomen is, en de behandeling dus totaal geen soelaas biedt.
Magda doet de hele dag echt niets anders dan gillen. Het is een wonder dat haar stembanden het
volhouden, want naast een wat schorre stem blijf ze hardnekkig dag in dag uit gillen.
De medische wereld waarin ik werkzaam ben heeft van alles geprobeerd op medisch om het gillen op te
laten houden: zogenaamde gedragstherapie, intensieve begeleiding door de psychiater,
gespreksgroepen, vastbinden op bed onder een spanzeil, veel medicijnen toedienen tot ze er suf van
wordt, maar niets helpt.
Op gezette momenten als Magda onder het spanzeil ligt moet ik haar verzorgen en medicijnen
toedienen. Ze ligt dan in een zogenaamde isoleerruimte om te voorkomen dat het geluid ver zal dragen.
Tevens is dit opsluiten bedacht om haar het gevoel te geven dat haar gedrag niet acceptabel is. Ook
was het zo dat medepatiënten en personeel er op den duur gek van werden, vandaar de isoleerruimte.
Men gaat er blijkbaar ook van uit dat ze het gedrag zelf in de hand heeft, want opsluiten is ook bedoeld
om iemand tot inkeer te laten komen.
Op een bepaald moment kom ik met Magda in gesprek, ze heeft wel eens betere momenten, momenten
dat ze niet gilt, alleen deze zijn erg spaarzaam. Het blijk dat Magda "ingegeven" wordt dat ze moet
gillen in opdracht van een stem die ze zelf ook vreemd en niet van haarzelf vindt passen. Magda zegt dat
ze de klank vreemd vindt klinken. Op sommige momenten komt haar stem vanonder uit haar buik, het
lijkt wel een mannenstem te zijn, denk ik. Magda vindt het zelf, gezien haar houding, ook een vreemde
15
gewaarwording, mede omdat ze zelf aangeeft het een "vreemde" stem te vinden. Ze spreekt zelfs in
vreemde talen die ze zelf niet kan beheersen en weet er geen raad mee. Magda kijkt me vragend aan, zo
van: "wat vindt jij hier nou van"? Tijdens de "heldere" momenten is er goed met Magda te praten en
dat deed ik dan ook consequent, ik was nieuwsgierig en wilde ook het mijne er van weten.
Ik kom tot de conclusie dat Magda in bezit genomen is door een lagerentiteit, die haar geen rust meer
gunt in het leven, haar het leven zuur maakt door haar te dwingen tot het gillen.
Magda werd er zelf wanhopig van en vertelde me ronduit: "broeder, ik kan er echt niks aan doen, ik wil
er wel mee stoppen maar ik word echt gedwongen er mee door te gaan door de innerlijke stem. Hij is
sterker dan ikzelf"!
Ik had het met Magda te doen, maar ik blijk niet in staat haar te helpen, terwijl ik instinctief weet dat je
op het gebied van het paranormale moet zoeken om haar te helpen. Ik weet er te weinig van af. De
medische wereld komt niet tot een oplossing omdat ze gewoon alleen keken naar zichtbare en wereldse
oplossingen voor een probleem dat door het niet-zichtbare veroorzaakt wordt: een lage geest heeft
Magda in bezit genomen en is geenszins van plan haar op te geven!
Uiteindelijk na jaren gegild te hebben, pleegt Magda zelfmoord. Ik denk bij mezelf: "nu heb je eindelijk
rust Magda"!
Misschien heeft ze nu zelfs geen rust, want wie zegt dat haar kwelgeest haar niet blijft achtervolgen in
het hiernamaals?, komt er in me op als ik het bericht over haar dood te horen krijg.
Dit praktijk voorbeeld doet mijn twijfel over het bestaan van een geestenwereld en een niet-zichtbare
wereld verbleken: ik ben nu eerder geneigd om er van uit te gaan dat ik wel degelijk te maken heb met
een andere wereld, die ons zelfs in bezit kan nemen, ons kan zien en bespieden, ons gedachten in
kunnen geven en dingen laten doen die we niet willen, ons beïnvloeden in ons gevoel, ja, ons zelfs kan
"treiteren" totdat zelfmoord de enige oplossing is.
Ik begin de geesteszieken en geestesziekten op een andere manier te benaderen vanuit deze visie, maar
vind geen respons bij de medische wereld, waarin ik werkzaam ben. Als ik het er wel eens over heb met
collega's, dan keken ze me alleen maar vreemd aan zo van: "die vent ik ook al aan het afglijden, net als
de patiënten, waar je mee omgaat wordt je mee besmet", was dan de vaak gehoorde reactie.
De enige die begrip heeft voor mijn visie, is de buurman Jacob, die zich bezighoudt met paranormale
zaken. Hij is dan ook de enige, dus erg gesteund voel ik me niet wat de zaak er niet makkelijker op
maakt: ik sta eenzaam en alleen met mijn opvattingen en visie en kan er verder met niemand over praten
in deze medische wetenschappelijke wereld, die uitsluitend van het zichtbare uitgaat en blijkbaar geen
andere visies duldt!
Twijfel blijft op de voorgrond
Tijdens mijn loopbaan in de psychiatrie blijft er vaak twijfel bij mij opkomen, de idee van het
Goddelijke krijgt hier geen vat op mij. Ik voel instinctief wel aan dat er naast de kwade geestenwereld,
die de patiënten kennelijk zo in hun macht hebben, waardoor ze "ziek" worden, er ook een goede, niet
zichtbare geestenwereld moet zijn die ten dienste en tot nut en bekering van de mensheid moet staan.
Mijn momenten van "gelukzaligheid" zijn hier een bewijs Een geestenwereld die door de hoogste goede
macht moet staan: een God.
In mijn jeugd ben ik door mijn moeder al op het goddelijke gewezen maar ik blijf er hardnekkig afstand
van houden, mede door beïnvloeding vanuit mijn omgeving. Immers, het merendeel van de mensen
wilden juist niets te maken hebben met religie, sterker nog, ze keren alles wat met religie te maken
heeft, de rug toe.
16
De medische wetenschap en de maatschappij lijkt wel een religie geworden te zijn: bijna iedereen
accepteert het als het hoogste goed en wijst bij voorbaat alle andere visies, voorbeelden en gevoelens af,
ook de mijne.
Op dat moment kan ik twee dingen doen: met de grote massa meelopen en het gevoel en inzicht van
een andere wereld verwerpen, of, me van de massa afkeren en mijn eigen weg gaan. Iets wat gegeven de
situatie, heel moeilijk is, want je hebt nu eenmaal veel met deze wereld en materie te maken. Je moet
immers eten en een slaapplaats hebben. Zonder kennissen en vrienden is het wel heel moeilijk om je
hoofd boven water te houden.
Nu zult u wel denken: je kunt je toch aansluiten bij een parapsychologische sekte of een kerk, maar deze
denken er meestal anders over dan ik: dan sta je uiteindelijk toch weer op jezelf, buiten de groep en
worden je afwijkende visies toch niet geaccepteerd.
Ik kies op dat moment, mede door mijn twijfels, voor de veilige weg en spreek niet over mijn ideeën en
opvattingen en blijf me "werelds" opstellen.
Ik ben er blijkbaar wat betreft ontwikkeling en psychische stevigheid nog niet aan toe om mijn eigen
geestelijke, van de maatschappij afwijkende, weg te gaan.
De vergeestelijking
Wel is het in deze tijd zo, dat ik alles steeds meer in een geestelijk perspectief begin te zien: ik begin er
steeds meer van overtuigd van te raken, mede door vele ervaringen op dit gebied, dat er een niet
zichtbare wereld bestaat en dat er een hogere macht moet zijn die alles geschapen heeft en die alles
regelt en overziet en ordent.
Het godsbesef begin steeds meer post bij mij te vatten. Het is blijkbaar een proces dat ik door moet
maken, want het wordt steeds sterker en begint mijn leven ongemerkt steeds meer te beïnvloeden.
Ik krijg steeds meer de neiging om geestesziektes en onverklaarbare gebeurtenissen te verklaren vanuit
mijn visie van een andere wereld, die zich steeds meer begint te manifesteren naast de wereld waarin ik
me bevind. Een soort “verborgen agenda” begin mijn leven in te sluipen, zonder dat ik me daar echt
elke minuut van de dag bewust mee bezig houdt.
Wel is het zo dat mijn omgeving: collega's, vrienden en kennissen de verandering in mij steeds meer
opvalt, mede hierdoor raak ik steeds meer geïsoleerd. De contacten met mijn medemensen, als ze er
zijn, zijn dan meestal van korte duur. Instinctief voelt men dat ik fundamenteel “anders” ben dan zijzelf
en men neemt dan bewust of onbewust afstand van deze “vreemde vogel.”
Wat moet je immers met iemand die niet met beide benen op de aarde staat? Het is immers bedreigend
voor iemand die slechts het wereldse en zichtbare nastreeft en niet zover in zijn ontwikkeling op
geestelijk gebied is, om kennis te hebben van een andere wereld dan de onze, laat staan dat je andere
zaken of meningen toestaat! Afstand nemen en net doen of het niet bestaat, is dan de makkelijkste en
meest voor de hand liggende weg en vaak wordt er als reactie tegen me gezegd: "wat moet ik nou met al
dat vage gedoe, je hebt met deze wereld te maken en alle andere dingen zijn onbelangrijk voor mij"!
Een kentering begon zich al van mij meester te maken maar ik had nog steeds niet de wijsheid,
levenservaring en lef om er helemaal voor te kiezen: om te leven naar het Godsbesef en een bestaan van
een geestenwereld die meer invloed op je blijkt te hebben dan je lief is.
Beperking ontwikkeling
In de psychiatrie blijf ik me beperkt voelen in mijn ontwikkeling, zeker omdat ik nu steeds meer
instinctief begin te voelen dat er een God en een andere wereld bestaat.
Ik zie ook steeds meer de gevolgen van de invloed van deze geestenwereld op het gedrag van de
patiënten: hallucineren was niet meer of minder dan het "werkelijk" zien van een geestenwereld, zowel
17
de lage als hoge geestenwereld, ofschoon de lage geestenwereld wel de meeste invloed uitoefent op de
mensen die geestesziek zijn.
Mensen die door goede geesten beïnvloed worden, zie je immers niet in een psychiatrisch ziekenhuis,
want die worden niet geestesziek maar worden juist gezonder van geest en lichaam, was mijn opvatting
geworden.
Mede daarom is het werken in de psychiatrie niet goed voor mij, denk ik bij mezelf, want je wordt bijna
uitsluitend geconfronteerd met de kwalijke kanten van het niet-zichtbare. De goede kanten, die er zeker
zijn, werden mij onthouden in deze wereld van de geestelijk zieken. Soms voel ik de werking van de
goede geestenwereld tijdens spaarzame zogenaamde piekervaringen, maar deze ervaringen blijven
vaak uit.
De Engelachtige Rosa
Een voorbeeld van een patiënt die door goede geesten beïnvloed wordt, kom ik pas later in mijn
loopbaan tegen.
Rosa, een jonge vrouw van ongeveer 25 jaar, wordt op de afdeling waar ik werkzaam ben, opgenomen
met de diagnose: is wat in de war. Uit ervaring is mij bekend dat als men geen raad met iemand weet,
dit etiket op een persoon geplakt wordt. In de war zijn kan immers van alles betekenen.
Een "Engelachtige" verschijning is Rosa en valt vanaf het eerste moment op tussen de door lagegeesten beïnvloedde mensen op o.a. door haar opgewekte stemming, uiterlijk (is altijd gekleed in wit),
vriendelijkheid en liefdevolle benadering van de mensen. Ze is een bijzonder knappe vrouw. Iedereen
ziet aan haar uitstraling en voorkomen, dat ze niet in de psychiatrie thuishoort. Geregeld duidt ze dit
aan en zegt dan op een bescheiden manier, dat ze zich veel beter zal voelen in de natuur en niet op een
sombere afdeling in de psychiatrie, waar ze alleen maar neerslachtig van wordt.
Volgens eigen zeggen is Rosa opgenomen omdat de relatie met een vriend op de klippen gelopen is.
Daar blijkt ze logischerwijs veel verdriet om te hebben. Rosa is hierdoor gaan hallucineren en
"vreemd" gaan doen, volgens haar omgeving. Volgens de heren doktoren is in dit geval een opname op
z'n plaats.
Naar mijn opvatting is Rosa door haar gevoeligheid voor haar omgeving slechts geesten gaan zien, die
altijd al aanwezig zijn en is dus gaan "hallucineren". Hallucineren wordt als een psychische ziekte
gezien door de doktoren en is een opname dan geïndiceerd, zoals dat in medische termen placht te
heetten.
Tijdens een gesprek vertelt Rosa me openhartig dat ze al haar hele leven last heeft van zowel gehoorsals visuele hallucinaties, maar er helemaal geen last van heeft. Het zijn prettige stemmen en beelden die
haar helpen en een "prettig" gevoel geven. Als ze zegt liever naar huis te gaan, moet ik haar hier gelijk
in geven. Ik heb Rosa dan ook vriendelijk geadviseerd om zo snel mogelijk de psychiatrie de rug toe te
keren, omdat ze hier zeker niet op haar plaats zou zijn. Rosa is mij dan zienderogen dankbaar en haar
ogen beginnen te glimmen: eindelijk eens iemand die haar begrijpt en die eens niet zegt dat ze "ziek" is
en dientengevolge behandeld moet worden.
Rosa wordt naar mijn opvatting duidelijk beïnvloed en geïnspireerd door de goede geestenwereld en dit
is aan haar af te lezen. Zelf is ze zich niet geheel van bewust, maar dit besef zal zich op den duur wel
meester van haar maken, dacht ik op dat moment.
Rosa wordt al snel ontslagen op eigen verzoek en wat hulp van mij.
Enige tijd later verneem ik van een collega dat het na de opname goed met haar is gegaan en dat ze nu
op een boerderij in Frankrijk woont. Rosa blijkt heel gelukkig te zijn geworden met een kunstenaar
waar ze een relatie mee aangeknoopt heeft.
18
Haar dromen zijn uitgekomen: ze heeft de liefde gevonden en woont nu op een afgelegen boerderij
midden in de natuur. Met wat hulp en invloed van goede geesten en van mij, die haar begreep, denk ik
bij mezelf, en spreek verder met niemand over mijn wetenschap van de werkelijkheid over Rosa.
Het verhaal van Rosa is wel een van de weinige positieve ervaringen tijdens mijn werk in de
psychiatrie. Er is mij toen duidelijk geworden dat geestelijk gezonde mensen door goede geesten
beïnvloed en geleid worden en geestesziekten dan op een afstand blijven.
Ook blijken mensen die contacten hebben met de goede niet-zichtbare wereld, lichamelijk gezond te
zijn en er "stralend" uit zien. Mij dunkt, met het voorbeeld van Rosa voor ogen, dat deze mensen altijd
een voor mensen zeker niet afstotend uiterlijk hebben, er zelfs vaak heel aantrekkelijk uitzien. Net alsof
in hun uiterlijk af te lezen is dat ze contacten onderhouden met hoge, ofwel positieve geesten. Men heeft
een positief uiterlijk, terwijl veel patiënten die geestes”ziek” zijn, veelal een afstotend en lelijk uiterlijk
hebben. Deze mensen worden vaak ook letterlijk met de nek aangekeken omdat hun uiterlijk zo
afzichtelijk is, dat een confrontatie vermeden wordt.
Voor mij wordt in ieder geval duidelijk dat: “positief trekt positief aan en negatief negatief”. Zowel in
het gedrag als uiterlijk komt dit dan tot uitdrukking bij mensen. Beïnvloeding door goede geesten brengt
een aantrekkelijk positief uiterlijk en gedrag met zich mee en beïnvloeding door de lage geesten een
afzichtelijk en afstotend uiterlijk en gedrag.
Angst voor de dood
De basis voor alle psychische ziekten kom ik achter is "angst" in het algemeen en angst voor de dood in
het bijzonder. Iedereen heeft een diep ingewortelde angst voor de dood, dat ons leven vaak bepaalt
zonder dat we het zelf in de gaten hebben. We delen ons leven zo in dat we het minst risico lopen om
snel dood te gaan en deze angst maakt ons leven vaak tot een hel en kan uiteindelijk leiden tot allerlei
psychiatrische ziekten zoals neurose en psychoses.
We leven allemaal met deze angst en deze angst voor de dood kan oplopen tot een psychiatrische
stoornis, omdat de angst platgesteld niet meer te harden is. We glijden psychisch af tot een
allesoverheersende angst die ons leven helemaal bepaalt en in een chaos verandert: we zijn nu
psychotisch en het leed is dan niet te overzien.
Als je gelooft in een hiernamaals en zeker weet dat er een God is, dan is deze angst voor de dood te
verdragen, want waarom zouden we bang zijn voor deze dood als deze dood niet meer of minder
betekent dan een overgang naar een ander bestaan en dat we in de handen van God terechtkomen?
Hiernaast weten de meeste mensen niet wat het doel in het leven is en de mensen leven er maar wat op
los en maken van de materie een heiligdom, omdat dit het enige tastbare en duurzame is, dat ze in het
leven hebben. Als de dood leidt tot een niets, dan heb je de neiging om wat je nu hebt, vooral het
materiele kost wat kost te behouden, want het is het enige dat je hebt! Daarom leven velen alleen voor
het hier en nu en doen ze niets anders dan geld en macht vergaren in dit leven van nu.
Dit inzicht begint langzaam post bij mij te vatten en tijdens mijn loopbaan in de psychiatrie wordt mijn
visie op angst alleen maar versterkt. Wat zouden er veel problemen en angsten weggenomen worden
voor de mensen als we eens wisten waarom we precies op deze aardkloot rondliepen en dat er een
hiernamaals bestaat?
Ik merk dat dit beginnende inzicht bij mij vrij uniek is, want de medische wetenschap en collega's
houden zich hier zeker niet mee bezig, sterker nog, ze vragen zich meestal niet eens af waarom ze
precies op deze aarde zijn en leven gewoon van dag tot dag. Verder komen ze meestal niet, terwijl deze
vraagstellen en een eventueel antwoord hierop van levensbelang is, denk ik bij mezelf en ga dan ook
weer over tot de orde van de dag.
19
Kortom: de angst voor de dood is de basis voor het ontstaan van allerlei psychisch en lichamelijk leed,
maar men zoekt naar de oorzaak alleen in het zichtbare en de onzichtbare wereld wordt zonder meer als
onzin weggewuifd.
De medische wereld heeft immers alleen wat te maken met het zichtbare en zoekt overal een voor de
hand liggende verklaring voor en houdt zich alleen maar bezig met het zichtbare. Het is vaak niet eens
voor discussie vatbaar dat er een andere wereld zal kunnen zijn!
Destructief gedrag
Wat mij ook opvalt is het "destructieve" gedrag van geesteszieke mensen: ze leven meestal heel
ongezond. Men rookt vaak veel, gebruikt veel stimulerende middelen zoals koffie, of drugs en/of
alcohol. Hierdoor gaat hun gezondheid alleen nog maar verder achteruit. Het is net alsof men bezig is
zichzelf ten gronde te richten wat de geestelijke en lichamelijke gezondheid betreft. Men blijft hier in
volharden tot de dood er op volgt. Zover ik na kan gaan zijn er weinig uitzonderingen op deze regel.
Rosa was steeds aantrekkelijker en gezonder geworden volgens eigen zeggen en alle willekeurige
patiënten om haar heen gaan juist achter uit wat de algehele gezondheid betreft.
Naar mijn mening heeft een lage-entiteit het gemunt op je gezondheid in de negatieve zin en een hogeentiteit een positieve uitwerking.
Troosteloos
Wat een troosteloze toestand is het in de psychiatrie op een afdeling: er wordt veel gerookt en koffie
gedronken, veel en slecht gegeten, men is initiatiefloos en somber gestemd en vaak wordt dit alleen
maar erger omdat men negatief beïnvloed wordt en zich in een negatieve omgeving bevindt. Het lijkt of
de patiënten elkaar "aftappen" wat levensenergie betreft en deze energie dan gebruiken om zichzelf
staande te houden. Men leeft dus ten koste van elkaar en zelfs ook het personeel zoals ik, word afgetapt:
ik kom 's-avonds altijd dodelijk vermoeid van mijn werk en het lijkt inderdaad alsof ik de gehele dag
van energie afgetapt ben. Dit psychisch vampirisme wordt mij op den duur noodlottig in mijn loopbaan
binnen de psychiatrie.
Op den duur ben ik gaan lijden aan het zogenaamde "burn-out" syndroom, wat niet meer of minder
betekent dan dat je zowel lichamelijk als geestelijk uitgeput bent. Ik bleek niet meer in staat om mijn
werk goed te doen. Dit “aftappen” van energie is mij op den duur de kop gaan kosten in de psychiatrie:
Ik ben me hier toentertijd slechts deels van bewust hoe de vork in de steel zit en voel me alleen steeds
meer uitgeput en neerslachtig worden.
Na ongeveer 15 jaar in de psychiatrie gewerkt te hebben besluit ik ander werk te zoeken, waar de
geestelijke en lichamelijke slijtageslag minder zou zijn. Dit besluit leidt mij verder op weg naar het
inzicht en het zeker weten van een niet-zichtbare wereld om mij heen. Het accepteren van God als de
hoogste macht en redder in nood begint nu steeds meer tot mij door te dringen: de twijfel heeft
plaatsgemaakt voor een zeker weten!
20
3: Zeker weten begint
Na mijn loopbaan in de psychiatrie, die veel van mijn geestelijke en lichamelijke gezondheid geëist
heeft, was het een openbaring een tijd niet elke dag helemaal "uitgeput en afgetapt" thuis te komen. Ik
kon de batterijen weer opladen, ware het niet dat in deze tijd mijn relatie op de klippen liep en er een
scheiding volgde met twee kinderen, dat natuurlijk niet in je koude kleren gaat zitten.
Ik kom in een uitzichtloze situatie terecht: ik raak letterlijk en figuurlijk alles dat ik de loop van de jaren
opgebouwd heb, kwijt. Mijn werk in de psychiatrie staat op de tocht omdat ik het nauwelijks meer aan
kan. Mijn huwelijk is afgelopen, mijn kinderen zie ik nog maar mondjesmaat, vrienden en kennissen
raak ik kwijt (collega's dus ook), financieel raak ik aan lager wal omdat ik nu werkloos ben en mijn
gezondheid laat te wensen over omdat mijn CARA klachten door de geestelijke ontreddering, die ik
onderga, verergert.
Ook raak ik in een sociaal isolement. Ik moet dan denken aan het verhaal in de bijbel over de verloren
zoon, die ook al zijn "zogenaamde" vrienden kwijt raakt toen het geld op was. Wel, bij mij ging het niet
anders: mensen die ik voorheen geregeld zie en ik als vrienden had beschouwd, keren mij de rug toe.
Zelfs mijn familie hoor ik niets meer van en als ik eens bij hen op bezoek ga uit eenzaamheid dan kreeg
ik het gevoel niet meer welkom te zijn.
Een roep om hulp
Het positieve van deze situatie is dat ik nu gedwongen wordt me eens te bezinnen op mijn leven en de
verschillende waarden die altijd bij mij geleefd hebben. Waar kan ik nu terecht voor hulp?
Zelfs collega's van vroeger, ik ben zelfs bij één in therapie gegaan omdat ik denk er op eigen kracht niet
uit te kunnen komen. Ik zoek overal steun, maar krijg hem niet. Zelfs de collega therapeut, ik heb me
ondertussen opgewerkt tot therapeut in de psychiatrie, maar kon mezelf niet helpen omdat het in deze
situatie gaat om gevoelens die mij overspoelen en ik had tot dat moment alleen geleerd hoe je deze
gevoelens met je verstand de baas kan.
Wie kan mij helpen blijf ik mezelf afvragen en zink steeds verder weg in het dal van depressies en
ontreddering?
Op een dieptepunt aangekomen ontmoet ik iemand die theologie heeft gestudeerd en er zelfs een boek
over heeft geschreven. Hij wijs mij op het bestaan van een God en dat je hem altijd om hulp kan vragen.
Christus is zijn rechterhand. Een rotsvast vertrouwen in hem en zijn krachten kan mij zeker helpen.
Tot nu was het steeds twijfel bij mij geweest over het bestaan van God en Christus, maar nu kan ik me
naar niemand anders richten voor hulp. Dus doe ik het maar, in het begin nog met tegenzin met het idee
dat het toch allemaal niet zal helpen. Toch merk ik dat dit nieuwe houvast in het leven me echt begint te
helpen: ik voel me geestelijk sterker worden en weet nu beter waar ik precies hulp moet zoeken. Niet in
het aardse, dus niet bij de mensen, maar bij Christus en God, waarvan ik steeds meer het gevoel krijg
dat hij aanwezig is en mij onzichtbaar helpt in het dagelijkse leven.
Ik begin de bijbel te lezen en vooral de evangeliën spraken mij erg aan. Vooral uitspraken van Christus
zoals: "ik ben de waarheid, de weg en het leven, niemand komt tot God dan door mij, intrigeren mij
mateloos. Waarom zou ik nu verder zoeken, ik heb mijn antwoorden en hulp gevonden in de verlosser
Christus. Christus heeft mij op dat moment zeker verlost van twijfel, geestelijke ontreddering, angsten
en nog veel meer.
Ik begin in een roes te leven, omdat ik het gevonden heb: ik heb het licht gezien en kon mijn geluk niet
op. Ook begint de geestelijke ontreddering op te klaren, ik heb nu immers een doel in het leven: nader
tot Christus komen en met zijn hulp nader tot de almachtige God is mijn levensdoel geworden.
21
Van belang op dat moment is het feit dat angsten in het algemeen en de angst voor de dood in het
bijzonder afnemen, door mijn veranderde inzichten en houding tegenover het leven. Ik ga er nu van uit
dat het leven een overgangsfase is en de materie vergankelijk. Het bestaan op aarde is een grote
leerschool om nader tot Christus en God te komen. Dit is vanaf dat moment het allerbelangrijkste in
mijn leven geworden en niet bezit, macht of geld!
Materie en macht is toch allemaal van tijdelijke aard, wat blijkt na het instorten van mijn zorgvuldig
opgebouwde leven. Eens moet je toch afscheid nemen van het materiele leven en dan zal je overgaan
naar een geestelijk leven in het hiernamaals.
Ik weet nu ook zeker dat er een God en een hiernamaals bestaat, want een opmerking van de theoloog,
waar toen een vriendschappelijke relatie mee bestaat, heeft mij die zekerheid verschaft door de
volgende vraag bij mij te stellen: "Het is logischer en meer op z'n plaats om er van uit te gaan dat het
leven en de wereld niet toevallig zijn ontstaan, maar dat er een hogere macht (God) is geweest die hem
geschept heeft met een ultiem doel: de wereld was een plaats om te leren en nader tot God te kunnen
komen. De wereld was door God om deze reden gemaakt en had dus een functie.
Deze inzichten beginnen steeds meer post bij mij te vatten. Hiernaast voel ik instinctief aan dat het
allemaal in overeenstemming is met wat ik tot dan toe aangevoeld heb, maar niet had kunnen of willen
aanvaarden.
Israël
Door mijn kennis die uitliep op een vriendschap met de theoloog wordt ik in de gelegenheid gesteld om
met hem mee te gaan naar het vroegere centrum van de wereld en de vroegere woonplaats van Christus,
met recht kon ik hem nu mijn verlosser noemen, het land Israël.
Ik grijp deze gelegenheid met beide handen aan om eens een kijkje te nemen in dit land waar ik al
zoveel over gelezen en gehoord heb. Het is immers het land waar het Christendom ontstaan is en waar
een groot deel van de bijbel zich afgespeeld heeft.
Ik heb deze bijbel nu doorgeworsteld en de plaatsnamen die er in genoemd worden liggen bijna allen in
dit kleine land, dat ongeveer net zo groot is als Nederland.
We gaan op een avontuurlijke manier met een busje naar Israël en het blijkt de moeite waard te zijn. Het
is een mooi, woestijnachtig, subtropisch land te zijn waar veel te zien is over het geloof in het algemeen.
Wat religie betreft blijkt het een belangrijke centrum van de wereld te zijn: drie stromingen hebben hun
oorsprong gehad in dit land: het Christendom, de Islam en de het Joodse geloof.
Het joodse geloof zag Christus slechts als een "dwaalleraar" maar erkent God wel. De Islam aanbidt ook
dezelfde God als de Christenen maar ziet de profeet Mohammed als de belangrijkste boodschapper van
God.
Opnieuw gedoopt
Ik heb in die maanden van reizen zowat alle belangrijke Godsdienstige plaatsen en
bezienswaardigheden in Israël gezien. Nu ben ik ook in de ideale gelegenheid om mij opnieuw te laten
dopen in Nazareth, de plaats waar Christus opgegroeid is, in een klein Christelijk Palestijns kerkje.
De Palestijnse dominee is zienderogen verrukt door het feit dat een Nederlander zich opnieuw tot het
geloof is gekomen en hem en zijn kerk deze eer aandoet.
Tijdens de doopplechtigheid raak ik zo onder de indruk van het geheel dat de tranen de vrije loop
nemen. Nu ben ik dus op oudere leeftijd, op een bewuste manier gedoopt en officieel tot geloof
gekomen. De sfeer in het kerkje heeft mij zo aangegrepen dat ik deze nog precies voor de geest kan
halen en zelfs de aanwezigheid van Christus kan voelen tijdens de plechtigheid. Het is een weldadig
gevoel dat als het ware een "deken" van rust over mij heen legt en mij een gevoel van vertrouwen en
22
geborgenheid geeft. Ik ben er nu ook zeker van dat ik de goede weg in ben geslagen: de weg van
Christus. Een echte volgeling van Christus ben ik, zo voel ik me nu. Als tastbaar bewijs krijg ik een
"doopbewijs" van de dominee mee. Ik voel me inderdaad als herboren en neem me voor altijd Christus
te zullen volgen.
Ik bezoek alle plaatsen die van belang zijn om te zien In Israël en deze te "ervaren" als wedergeboren
Christen. Jeruzalem, Bethlehem, de plek waar vermoedelijk het paradijs was geweest, de begraafplaats
van Christus en nog vele andere belangrijke Christelijke bezienswaardigheden passeren de revue.
Wat mij dan opvalt is de sfeer die er heerst: een overweldigende sfeer waarbij het niet-zichtbare je bijna
tegemoet komt en de aanwezigheid van Christus in het verre verleden nog voelbaar aanwezig is. Door
dit gevoel weet ik heel zeker dat Christus echt geleefd heeft en dat zijn leer op waarheid moet berusten.
Ik heb een goede gids in dit alles, omdat de theoloog Israël en de plaatsen goed kent en mij goed de weg
weet te wijzen. Hij kan zelfs bijzonderheden vertellen over de Bijbelse plaatsen en me de echte
bijzondere dingen laten zien.
Het is in Israël alsof de niet-zichtbare geestenwereld me begeleidt naar de verschillende plaatsen en me
beschermt tegen de gevaren die op de loer liggen. Enkele malen ben ik inderdaad op het nippertje
ontsnapt van een levensbedreigende situatie door hulp van mijn zogenaamde "beschermengelen",
waarvan ik op dat moment pas goed de waarde van begin in te zien. Ik ben er van overtuigd dat ik
beschermd word en kan zelfs de aanwezigheid van de geesten voelen als ik me er voor open stel.
Vaak is het een blindelings "vertrouwen" dat alles goed zal komen die mij dan door de bedreigende
situatie heen helpt.
Ik heb op dat moment het idee dat mijn beschermengelen, door het feit dat ik Christen geworden was,
en de "doop" een feit was, weer geactiveerd waren om me te helpen en er voor te zorgen dat mij geen
kwaad zou geschieden.
Weer terug in Nederland heb ik het gevoel “herboren” weer in mijn oude omgeving te zijn en weet me
nu goed staande te houden en mijn lichamelijke en geestelijke kracht en gezondheid komt langzaam
maar zeker terug.
Ik was nu echt gewonnen voor Christus en zou mijn leven verder doorgaan in het volgen van zijn leer.
Ik weet nu ook zeker dat Christus bestaan heeft en dat God de grote macht is in het leven, waaraan je
altijd om hulp kan vragen en deze dan zal ontvangen. Een vader, want zo'n verhouding heb je dan met
God, kan zijn kinderen moeilijk afwijzen.
Mijn leven zie ik nu verdeelt in twee delen: het eerste deel is de tijd en de fase voor mijn “doop” en
overgave aan Christus en de periode erna, waarin ik de weg van Christus definitief ingeslagen ben.
Natuurlijk gaat nu ook niet alles over rozen, maar ik heb een houvast, een fundament en een doel in het
leven en dat is belangrijker dan een goede materiele toekomst in deze wereld. Ik was nog steeds
financieel bezien arm, maar rijk van geest, zeker vergeleken met mensen die maar aanmodderen in het
leven en het fundament van Christus moeten missen.
Christus heeft mij een basis in het leven gegeven waarop ik mijn verdere leven kan bouwen, een basis
die altijd bij me zal blijven en me zal helpen in moeilijke tijden. Mijn leven wordt richting gegeven: het
dienen van Christus is nu definitief het belangrijkste geworden voor mij.
Alles krijgt een plaats
Toen er geen twijfels meer waren krijgen eerdere vragen antwoorden en alles in het leven begint op z'n
plaats te vallen!
De antwoorden worden mij in de schoot geworpen. Ik weet nu zeker hoe psychische ziektes ontstaan en
hoe ze genezen konden worden. Lage geesten veroorzaken de psychische en lichamelijke ziektes. Deze
23
ziektes zijn moeilijk tot niet te behandelen omdat alleen de hogere Godsgetrouwe geesten in staat zijn
deze ziekten te genezen.
Veel ellende in de wereld doen de mensen elkaar aan door beïnvloeding door de lage-geestenwereld en
omdat ze de lage-geesten volgen in het najagen van geld en macht. Alleen hulp van Godsgetrouwe
geesten en het volgen van Christus en God kunnen je helpen als je in de problemen komt of als je een
doel in het leven zoekt.
Veel teksten in de bijbel worden mij duidelijk, die voorheen een cryptogram voor mij zijn. Een
voorbeeld hiervan is de opmerking van Christus: “ik ben de waarheid, de weg en het leven. Niemand
komt tot God dan door mij”. Tijdens het lezen van de bijbel kom ik geregeld teksten tegen die ik
daarvoor niet weet te verklaren. Met mijn nieuwe inzichten blijkt het wel te kunnen, want het
cryptogram wordt nu ontrafeld door een andere kijk en vooral het gevoel dat ik het nu gevonden heb. De
bijbel is geen raadsel meer als je er op een bepaalde manier in leest. Natuurlijk kwam ik wel eens
teksten tegen die mij bevreemden, maar dan werd de betekenis ervan mij altijd na verloop van tijd
duidelijk.
Christus is de zoon van God en kan iedereen tot God brengen als hij kiest om Christus te volgen.
Zonder zijn hulp kun je onmogelijk tot God komen, omdat eerst de weg door Christus vereffend moet
worden.
De opmerking van Christus in de bijbel, dat er wel een hemel op aarde is, alleen gij ziet hem niet, wordt
duidelijk: er zijn goede geesten op aarde, die vanuit de hemel komen, alleen omdat je beperkt bent in je
vermogen deze te zien, kun je ook de sfeer die hen omringen niet voelen of zien. Je richt je te veel op
het aardse en materiele in het leven.
Wat ook een plaats kreeg in mijn visie was het doelloze leven van de meesten. Wat moeten al deze
mensen op de aarde nou zonder een echt doel in het leven? Vanuit mijn standpunt bekeken liep iedereen
maar doelloos rond op de aardbol. Het was gewoon zielig om dit te constateren.
Op het moment dat ik zeker weet dat er een God, Christus en een geestenwereld bestaat, die
onzichtbaar om ons heen in een andere wereld bestaan, en voor een deel naast die van ons plaats vindt,
heb ik nog wel eens twijfels over dit inzicht en gevoel, maar dan worden deze twijfels mij altijd
opgelegd door de zichtbare, materiele wereld. Beïnvloeding van de mensen om mij heen dus.
Mensen brengen mij wel eens door hun houding hiertegenover aan het twijfelen omdat ik dan de
boodschap van kennissen en vrienden krijg zo van: “wat een onzin, er bestaat alleen het zichtbare en het
hier en nu, na de dood is er niets!” Je bent naïef als je gelooft in God en een hiernamaals. Het is uit de
tijd!
Dit is altijd van korte duur, want mijn gevoel en intuïtie zegt mij dan dat ik zeker op de goede weg ben.
Gelukkig is er in deze tijd ook iemand, de eerder beschreven Theoloog Jozef, die mij dan helpt weer de
goede weg op te blijven gaan. Er is maar een weg: die van Christus en via hem die van God, blijft mij
steeds bij.
Eenzaam
Makkelijk is het alleszins, want dit inzicht en gevoel brengt een verwijdering teweeg met de zichtbare,
materiele wereld en vooral de mensen waar ik contact mee heb op dat moment. Wat moet ik verder met
deze oppervlakkige contacten?
Soms kwam ik wel eens iemand tegen die “gelovig” is en in God en Christus gelooft, maar dan word de
aanwezigheid van een geestenwereld en het hiernamaals door hen afgewezen, waar het naar mijn idee
juist om gaat. Deze mensen hebben dan de neiging de bijbel en het bestaan van God op hen eigen door
materiele zaken doorspekte ideeën te verklaren.
Ik voel me in een zogenaamd relationeel vacuüm komen: ik sta met mijn visie alleen en er zijn maar
bitter weinig mensen die mijn ideeën kunnen onderschrijven.
24
Ik kom tot de conclusie, zo staat het ook in de bijbel beschreven, dat een volgeling van Christus altijd
alleen staat in deze materiele wereld. Christus stelt: laat je niet door het dagelijkse leven van het geloof
afbrengen. Alles in deze wereld is erop gericht om je van het ware geloof af te houden!
Ik heb er nog een eigenaardig idee voor anderen bij: het bestaan van een onzichtbare wereld om ons
heen.
Het zeker weten van een bestaan van God en een geestenwereld houdt mij echter op de been: ik ga er
van uit dat deze eenzaamheid het gevolg is van mijn niet-aardse denkbeelden. Ik denk: "ik ben nu
eenzaam maar niet alleen"!
Juist het bestaan van een God helpt mij uit mijn isolement.
Uitkristalliseren
Mijn ideeën, gevoel en het aanvoelen van het niet-zichtbare moet zich nog uitkristalliseren, zich verder
nog rijpen en ontwikkelen, want het was een pril begin. Er moeten nog vele hindernissen genomen
worden.
Soms word ik overweldigd door de vele informatie die er bestaat over het onderwerp. Ik heb in mijn
periode van mijn opleiding in de psychiatrie al eens het boek “Wonderen of wetten” gelezen. Dit boek
geeft een eenvoudige verklaring voor het bestaan van entiteiten weer. Reïncarnatie wordt niet
afgewezen. Over het bestaan van een niet-zichtbare wereld word niet getwijfeld.
De bijbel duidt aan dat er geen reïncarnatie bestaat, maar wel een hemel en tussen de regels door een
geestenwereld.
Wat is nu de werkelijke waarheid?
In deze tijd moet ik mijn visie vaak bijstellen, maar een ding blijft overeind staan: het Godsvertrouwen
en het bestaan van een niet-zichtbare geestenwereld.
Een doorbraak
Er komt een eind aan deze onzekerheid in mijn visie als ik het boek “Omgang met Gods
Geestenwereld”, aangeprijsd krijg door een goede kennis.
Het boek is een verademing in de zin van het vertolken van wat ik tot dan gevoeld en ervaren heb
aangaande religie en de geestenwereld.
Het boek werd geschreven, aan het begin van de negentiende eeuw, door een priester die Godsgetrouw
is, maar zijn omgang met een geestenwereld van God en reïncarnatie wordt er ook in beschreven. Dit
boek betekent een ware doorbraak in mijn ontwikkeling, want het geeft ook aan wat in de bijbel al
beschreven wordt: je moet de inhoud niet klakkeloos voor waar aannemen, maar je moet zelf de
waarheid zoeken en dan zul je hem vinden.
Ik heb deze waarheid al voor een deel gevonden, maar het boek maakt de verdere zoektocht wat
makkelijker: het geeft een duidelijk beeld van mijn visie van dat moment.
Het boek is een ware openbaring voor mij. Ik krijg nu sterk het gevoel dat het boek niet voor niets op
mijn pad is komen te liggen: het is een ingrijpen van God om mijn twijfels over de waarheid te
achterhalen. Hoe kon het anders dat juist op het moment dat ik er wat geestelijke ontwikkeling betreft,
er aan toe was, dat het boek mij in de schoot geworpen werd?
Reden temeer om het boek te koesteren en te bestuderen. Dit deed ik op een niet te stuiten manier en de
waarheid wordt mij steeds helderder.
De waarheid
25
Nu wordt mij de waarheid pas echt geopenbaard.
Kort gesteld komt de inhoud van het boek op het volgende neer:
God is de hoogste geestelijk macht van een hoge geestenwereld en Christus is de op één na hoogste, de
zoon van God. Lucifer is de derde in de rij, toen hij als afvallige uit de hemel verdreven werd. Er
ontstond hierna een strijd van Godsgetrouwen en niet getrouwen onder leiding van lucifer. Deze
volgelingen van lucifer zijn de lage-geestenwereld, die op deze wereld naast de hoge-geestenwereld
van God alom aanwezig is.
De invloed op de sterfelijken die de aarde bevolken van deze geestenwereld is groot. Vooral de lagegeestenwereld onder leiding van Lucifer heeft een ijzeren greep op de mensheid.
Zoek je het goede en laat je je leiden door de hoge-geestenwereld van God, dan ben je op de goede weg,
want het nader komen tot God is het belangrijkste in het leven. Deze toenadering gaat altijd via
Christus, die in dienst van God als een bedrijfsleider het verkeer ordent.
De mensen zijn op aarde gekomen slechts om één reden: om nader tot God te komen. De aarde is een
soort school, een proeftuin, om je te bewijzen in de weg om nader tot God te komen.
Christus is als zijn zoon op aarde gekomen om de weg van nader tot God te kunnen komen te
vergemakkelijken, omdat Hij Lucifer minder macht over de mensen heeft gegeven in de strijd die hij
van hem gewonnen heeft.
De alom aanwezige goede en lage-geestenwereld helpen ons of werken ons tegen in deze weg naar God.
Deze geestenwereld kan opgeroepen worden door mediamieke gaven bij personen, waardoor de
geestenwereld via hen boodschappen door kan geven. Helaas is de verbinding vaak met de lagegeestenwereld in onze toenaderingspogingen en raken we juist hierdoor verder van God af.
Tegenover het materiele, zichtbare van deze wereld staat het onzichtbare, niet materiele, dat er precies
hetzelfde uit ziet. Als je sterft, dan ga je alleen maar over van het materiele in het niet materiele bestaan,
er komt zeker geen eind aan je bestaan. Later word je weer gereïncarneerd om opnieuw te leven, om
zodoende je de gelegenheid te geven nader tot God te komen. Je blijft net zo lang reïncarneren totdat je
een bepaald niveau bereikt hebt tot God, dat het niet meer nodig is om terug te gaan naar de aarde.
Ziektes, zowel geestelijk als lichamelijk, worden veroorzaakt door de lage-geestenwereld, die ons dan
beïnvloeden en in bezit nemen.
De priester die het boek schrijft komt via media en mededelingen van de Goede Geestenwereld aan deze
kennis van zaken.
Ook stelt hij dat er in de bijbel veel onwaarheden terecht zijn gekomen, omdat de mensen die het
schreven soms beïnvloed worden door lage-geesten.
De fouten in de bijbel worden door boodschappen van een hoge geest via het boek aan de kaak gesteld.
Het boek maakt veel indruk op mij en bevestigd alleen maar wat ik tot die tijd instinctief aangevoeld
heb. Het wordt nog eens op niet mis te verstane wijze bevestigd.
Ik beschouw het boek nog steeds als mijn belangrijkste aanwinst en lees er nog steeds geregeld uit, want
mij is opgevallen dat de lage-geestenwereld zelfs op dit front actief is: ze beïnvloeden je zodanig dat je
snel de waarheid vergeet, dus moet je het gewoon weer ophalen door het boek weer opnieuw aandachtig
te lezen.
De waarheid wordt mij nu, mede door het boek, duidelijk gemaakt. Ik zal de rest van mijn leven in
dienst stellen van God, Christus en de goede-geestenwereld. Er is een grote kentering in mijn leven
gekomen: ik weet nu wat mijn doel in het leven is en begin hier langzamerhand geheel naar te leven.
Mijn leven is rijker geworden. Ik weet en voel immers de echte waarheid. Zelfs ik begin mijn
mediamieke gaven te ontwikkelen en begin boodschappen door te krijgen van de geestenwereld.
26
Ik ben duidelijk op de goede weg: er is maar één goede weg, die van God.
27
DEEL II: DE TRANSFORMATIE
28
4. Mijn visie en verklaringen
In mijn ontwikkeling tot bepaalde mediamieke gaven, vooral het aan kunnen voelen van situaties en de
aanwezigheid van de geestenwereld om me heen zijn vele zaken die voor anderen als onverklaarbaar
blijven voor mij te verklaren gebleken. Ik moet er echter wel bij vermelden dat het hier niet gaat om
wetenschappelijke verklaringen, want het paranormale laat zich nu eenmaal niet makkelijk
wetenschappelijk uit de doeken doen, ofschoon er naar mijn idee wel wetenschappelijke verklaringen
voor zijn, in ieder geval wel gedeeltelijk en op een manier dat het wel logisch zou moeten zijn of in
ieder geval aannemelijk.
Als voorbeeld hiervan zou het volgende aan willen halen: het is in ieder geval zeer aannemelijk dat er
een God, of in ieder geval een hogere macht is die alles regelt, ordent en voor alles zorgt dat om ons
heen waarnemen. Het is niet aannemelijk dat dit zo maar ontstaan is en verder in stand gehouden
wordt zonder een macht op de achtergrond die hier achter zit. Dus is het in ieder geval voor mij zeer
aannemelijk dat er een God is die ook zin geeft aan dit leven hier op aarde.
Het is me ook duidelijk geworden dat veel onverklaarbare verschijnselen vanuit mijn jeugd nu wel te
verklaren zijn, ja zelfs als vanzelfsprekend voor mij geworden zijn.
Nog een voorbeeld hiervan is: het “gevoel”dat mij altijd bekroop en nog wel eens gebeurt, als ik ‘savonds of ’s-nachts in de duisternis me bekeken voelde, of zelfs, bedreigd voelde. Dit gevoel was het
sterkst als het rustig, volkomen donker en koud was. Ik weet nu uit ervaring dat dit gevoel juist was
omdat op dat moment vooral de lage geestenwereld bezig is zich te proberen te materialiseren met de
energie die de rust, de duisternis en de koude hen verschaft, want het materialiseren gaat het
makkelijkst als aan deze omstandigheden voldaan wordt. Immers de energie die nodig is om zich te
materialiseren kan onder deze omstandigheden het makkelijst vrij komen. Vervolgens voel je dan de
aanwezigheid van deze (vaak) lage, dus ook slechte geesten om je heen. Dus de algemene angst van
kinderen bij het rustig in bed liggen dat er van alles aanwezig is, klopt met deze verklaring, want het is
dan in de slaapkamer vaak donker, fris en rustig. Dus kinderen voelen zich dan terecht bedreigd door
de aanwezigheid van lage geesten. Wij als ouders praten dit weer uit hun hoofd, omdat we nog niet
zover zijn om dit te begrijpen. Kinderen staan vaak nog dichter bij de geestenwereld omdat ze pas
geboren zijn en instinctief aanvoelen dat er meer tussen hemel en aarde is dat alleen maar het zichtbare
materiele. Dit wordt echter niet ontwikkeld door de ouders, maar hen uit het hoofd gepraat, vaak omdat
het voor de ouders al onverklaarbaar is geworden en niet zelden uit angst, want geef nou toe, het
boezemt ons wel angst in om te beseffen dat er een geestenwereld om ons heen “krioelt” en vaak ons
leven mede bepaald door de invloed dat de, vooral lage-geestenwereld op ons uitoefent.
Dit is ook iets wat mij duidelijk is geworden: de lage-geestenwereld probeert ons aan de lopende band
te beïnvloeden, wel in de negatieve zin, in het leven keuzes te maken die niet stroken met de goddelijke
wil, de wil van God opgeschreven in de tien geboden, want Satan en zijn vazallen (de lagegeestenwereld) probeert ons steeds zo te beïnvloeden dat we niet Zijn wil, maar die van Satan, volgen.
Naar mijn opvatting, en velen naast mij, draait alles in het universum om “energie”, die door God
beheerd wordt. Alles bestaat uit energie, alleen de vorm en de samenstelling van de energie verschilt.
God zelf is de grootste bron van energie en kan vrijelijk over alle energie beschikken, ook de grote
energie die vrijkomt die “liefde” met zich meebrengt. Met deze energie heeft God het universum, de
wereld en de mens geschapen. De wereld en de mensen bestaan uit niets anders dan deze goddelijke
energie, alleen heb je veel verschil in de vormen van energie, van laag naar hoog, van donker naar licht,
waarbij zwart, vies en slecht als laag beschouwd moet worden en licht, lekker en goed als hoog, hetgeen
ook het dichtste bij God staat.
29
Daarom kun je iets laags herkennen aan zijn donkere kleur, slechte geur en gevoel van onbehagen dat
het je geeft. Iets hoogs is te herkennen aan een lichte kleur, hoe lichter hoe hoger, prettige geur en
gevoel van welbehagen als je er mee in contact komt.
Stel dat je je voorstelt aan iemand, dan kun je al meteen “weten” en dus aanvoelen of het om een
persoonlijkheid gaat die een lage geest huist, want bij dit contact voel je meestal al aan je klompen aan
of iemand in “orde”is of niet. Meestal echter, ontkennen de meeste mensen dit gevoel en doen net of het
niet bestaat, terwijl dit gevoel van beslissende betekenis behoort te zijn in de relatie met die persoon: als
je gevoel en eerste indruk goed is, dan kun je er gif op innemen dat de persoon in orde en goed blijkt te
zijn, wat belangrijk is in de verdere contacten. Zelf let ik hier nu extra goed op bij nieuwe contacten, en,
als ik me er voor open stel, dan krijg een zuiver gevoel van deze persoon en zijn energievorm door,
waardoor verder contact wel of geen zin heeft! Immer, omgaan met mensen die een lage-geest behuizen
is niet wenselijk, omdat slechte energie ook jouw energie kan beïnvloeden en je als het ware naar
beneden getrokken wordt door de energie van die persoon, want een slechte invloed probeert zich altijd
zich te manifesteren. In dit geval met het vervuilen van jouw “goede” energie met de “slechte” energie
van de ander. Als je je bevindt in een groep met vele personen met lage-energie, dan voel je je niet op je
gemak en heb je de neiging deze te ontvluchten. In dit geval is dit ook het beste om te doen, want dit
gevoel van onbehagen is een goede graadmeter voor de ons omringende niveau van energie en we
zouden hier wat meer naar moeten luisteren, want dit gevoel is er niet voor niets!
Zoals ik al eerder vermelde bestaat alles uit energie in een andere vorm weliswaar, dus ook ons lichaam,
stenen, de aarde, het heelal, ons eten. Deze energie kan zich echter ook transformeren in een wat andere
vorm van energie. Een voorbeeld hiervan is eten dat we eten, dat via onze spijsvertering
getransformeerd wordt in allerlei andere vormen van energie en die door ons lichaam opgenomen wordt
en gebruikt door ons lichaam om letterlijk energie te maken om ons in leven te houden. Daarom is het
voedsel en de vorm en samenstelling ervan heel belangrijk: dus wat je vaak hoor zeggen, dat je bent wat
je eet, stoelt voor een belangrijk deel op waarheid, want zoals al eerder vermeld hen je slechte en goede
energie, ook wat eten betreft. Als je vaak slechte voeding tot je neemt, dan zal je lichaam zich tot dat
niveau verlagen en zal je hele persoonlijkheid hier onder lijden! Zelfs je ziel, dat ook uit energie bestaat
lijdt hier dan onder en ben je bezig jezelf om laag te halen. Ook veel contacten met mensen en
omstandigheden die een lage vorm van energie met zich meedragen, zal je negatief beïnvloeden en de
invloed tot een lager niveau van je energie met zich meebrengen. Dus als je je niet prettig voelt in een
bepaalde omgeving, mijdt hem dan, om te voorkomen dat je naar beneden gehaald wordt!
Nu is dus ook te verklaren waarom atomen, de kleinste deeltjes van materie, in wezen niet eens
bestaan, want energie is niet te ontdekken door de wetenschap: het is ongrijpbaar, net als een geest dat
is. Het kenmerk van “geesten” zoals de mens energie in de vorm van een entiteit noemt, is niet te zien
en ook niet op te nemen door onze ogen of apparatuur. Want in de wezen is energie er niet, want zelfs
atomen zijn er niet, alleen de snelheid waarmee ze bewegen! Dus alles om ons heen bestaat uit een
illusie, alles wat we zien is er in werkelijkheid niet en bestaat slechts uit energie! Het is een manier van
denken en zien van de werkelijkheid, die ik in de loop van de tijd mezelf aangeleerd heb en die ik nu
aardig onder de knie heb, want voor mij is nu onderdehand duidelijk dat de energie die alles vormt door
God gevormd is uit niets meer dan een “droom” of illusie van God bestaat! Ik weet dat dit ver gaat,
maar ik ben er van overtuigd dat dit juist is, mede omdat ik dit ook gevoelsmatig zo aanvoel en het
verklaart veel, ook de reden waarom we altijd overgaan tot een andere vorm van energie in de vorm van
sterven: onze geest blijft bestaan in een andere vorm van energie, als we overlijden: niets meer en niets
minder!
Veel mensen zullen moeite hebben met deze verklaring, ik in het begin ook, maar gaandeweg begon
deze visie en verklaring van het leven post bij mij te vatten en nu is het in het geheel verweven van mijn
denken in het dagelijkse leven. Het verklaart immers veel van alles wat je om je heen ervaart en ziet: de
vergankelijkheid van ons leven, de bijbel en Christus, de vele onverklaarbare zaken op
parapsychologisch gebied (klopgeesten e.d.) en vooral alle verschillende religieuze stromingen in de
wereld, die allen het niet zichtbare en grijpbare proberen te verklaren. Zover ik weet is er maar één
30
godsdienst die niet uitgaat van een hogere macht, en dat is het boeddhisme, alle anderen gaan uit van
invloed van hogere machten en wel op het hele bestaan!
Je hoort vaak zeggen dat God liefde is en ik voeg er aan toe dat liefde uit energie bestaat, in de vorm
van hoge energie weliswaar, maar het bestaat uit energie in de vorm van liefde. Dus, zelfs God bestaat
uit energie, in de meest zuiver vorm weliswaar, maar toch uiteindelijk uit een vorm van allesomvattende
energie!
Satan dus ook, alleen is deze energie donker, laag en slecht, in de slechtste vorm dus.
Ik weet dat deze verklaring niet, of in ieder geval moeilijk, te bewijzen valt, maar er zijn toch op z’n
minst veel aanwijzingen voor, die zelfs in de bijbel te vinden zijn: God is liefde en alom aanwezig en
Christus ging als geest ten hemel na zijn dood, volgens de bijbel, hetgeen duidt op een onzichtbare
geestverschijning van Christus.
Om een uitgebreider beeld te geven van mijn visie op het geloof volgt nu mijn motivatie tot toetreding
van de Doopsgezinde Gemeente te Aardenburg, een vrijzinnig protestantse gemeente in Zeeuws
Vlaanderen.
Motivatie toetreding Doopsgezinde Gemeente
In mijn jeugd ben ik vaak verhuisd van plaats tot plaats en van land tot land: geboren en voor een deel
opgegroeid in Indonesië, later nog een hele tijd in Australië gewoond, om hierna weer terug te keren
naar Nederland. Ik heb dus een hele onrustige en met tijden prettige jeugd gehad, vooral in Australië,
waarbij mijn moeder, die zelf als Gereformeerd opgevoed was en later bij de Hervormde kerk verder is
gegaan, mij de beginselen van het geloof in de vorm van het voorlezen uit “Bijbelse verhalen” en een
gebed voor het slapen gaan heeft weten bij te brengen. Deze beginselen en “Godsbesef” zijn mijn hele
leven bij me gebleven, waarbij ik de aanwezigheid van God soms kon “aanvoelen”. In mijn latere jeugd
wilde ik een hele tijd niets van het geloof weten, sterker nog, zoals in die tijd als normaal beschouwd
werd, er sterk afstand van nam. Dit liet ik merken door alles te doen wat God verboden had en vooral
veel te vloeken en God af te zweren. Ondanks dit al bleef het Godsbesef op een laag pitje
“meesudderen”. Mijn vader wilde niets van het geloof weten, had naar eigen zeggen wel een keer de
bijbel gelezen, maar vond het allemaal maar onzin. Nu blijkt hij voor mij een overtuigd atheïst geweest
te zijn, wat mij toen sterkte in de afstand die ik van het geloof bleef nemen, in mijn latere jeugd en
vroege volwassenheid. Je bent immers voor een groot deel het product van je opvoeding en dat blijkt
hier maar weer al te vaak waar te zijn: ik werd tussen twee uitersten heen en weer geslingerd!
Na een hele tijd het geloof afgezworen te hebben kwam ik in het bezit van het boek: “Wonderen of
Wetten”, geschreven door Gijsbert van der Zeeuw. Dit boek maakte een grote indruk op me over het feit
dat er een geestenwereld bestond, waarbij deze man toch diep “gelovig” bleek te zijn in al zijn
opvattingen en God en Christus sterk naar voren bracht. Dit wakkert het vuurtje van het Godsbesef en
het geloof bij mij weer aan, ofschoon dit weer langzaam begon te doven omdat ik het heel druk kreeg
met mijn werk en opleidingen in de psychiatrie, waardoor ik er vaak gewoon niet meer aan toe kwam
me er mee bezig te houden. Tot overmaat van ramp trouwde ik met een vrouw die niets van dit al wilde
weten en zich alleen bezig hield met zaken als de “New Age” beweging, waarbij een God gewoon als
onzin bestempeld werd. Dit huwelijk liep op niets uit, wel waren er twee jongens als mijn kinderen
bijgekomen in mijn leven, die mijn leven wisten te verrijken.
Na deze scheiding vlamde het Godsbesef weer op, mede omdat ik alles dat ik opgebouwd had de laatste
jaren als sneeuw voor de zon zag verdwijnen: ik was weer alleen, werkloos en mocht mijn kinderen
ternauwernood zien. De ellende was niet te overzien. Blijkbaar ga je God weer zoeken in moeilijke
tijden en ook ik vond de weg naar God nu weer. In deze tijd ontmoette ik iemand die heel vroom bleek te
zijn geworden: ik kende hem al een tijd via mijn toenmalige vrouw. Hij studeerde theologie en vond
31
mijn ervaring in de psychiatrie een welkome aanvulling op zijn eigen kennis. Er ontstond zelfs een
samenwerkingsverband tussen ons, waarbij we een stichting in “geestelijke hulpverlening” op poten
hebben gezet, met als doel: mensen helpen in psychische problemen met als basis het Evangelie en de
Bijbel. Deze vriend heeft mij weer in contact gebracht met het geloof in de ruimste zin van het woord,
het ging zelfs zover dat we besloten samen naar de verblijfplaats van Christus te gaan: Israël. Hier heb
ik me toen laten dopen in een Palestijns Christelijke kerk in Nazareth: de woonplaats van Jezus. Dit
was een hele ervaring voor mij: hiermee gaf ik immers aan voorgoed gewonnen te zijn voor Christus en
mijn verdere leven naar zijn woord te richten. In de tijd hierna ben ik nog wel in de verleiding gekomen
om deze weg de rug toe te keren, of in ieder geval van het pad af te wijken, maar altijd kwam de
herinnering van de doop weer naar boven en werd ik geïnspireerd weer door te gaan op deze “goede”
weg: de weg van God via Christus. Het werd me weer niet makkelijk gemaakt, want de vriend waar ik
samen de stichting in geestelijke hulpverlening mee opgebouwd had, bleek geen volgeling van Paulus te
zijn en zijn geschriften in de bijbel te verwerpen, terwijl ik dit deel van de bijbel juist als heel belangrijk
en waardevol ervaarde. Onze wegen scheidden zich en ik ben zelf verder gegaan met een eigen praktijk
als “hypnotherapeut”, waarbij ik het geloof bij mijn handelen bleef betrekken. Omdat deze eigen
praktijk te belastend voor me werd, ben ik er na een aantal jaren mee gestopt.
In deze tijd ontmoette ik mijn huidige vrouw. Vrij snel kregen we een relatie met elkaar, waarbij het
geloof een belangrijke rol speelde. Het geloof vormt tot op heden een belangrijke leidraad in ons leven,
ook wat het samenleven met elkaar betreft. Niet lang voor ik mijn huidige vrouw ontmoette, kwam ik via
een vriendin in contact met het boek: “Omgang met Gods Geestenwereld” van Johannes Greber, een
Duits Rooms Katholiek priester, die zijn ervaringen beschrijft met het “paranormale”, maar dan in
combinatie met een rotsvast Godsgeloof en de Bijbel als uitgangspunt. Dit boek vormt nog steeds de
basis van mijn geloofsovertuiging en mede een sterke motivatie van het belang van de weg naar God.
Lang ben ik bezig geweest om gelijkgestemde en niet-dogmatische mensen te vinden waarmee ik op
mijn manier het geloof kon belijden. Gelovige vrienden en kennissen, de Jehova’s, de Pinkstergemeente,
de Mormonen en de Katholieke kerk heb ik onderzocht maar dit liep altijd op niets uit door het
sektarische en/of dogmatische dat het instituut van deze groep of mensen met zich meebracht. Het
kenmerk van deze stromingen was altijd het sterke gelijk dat zij meenden te hebben in hun opvattingen
en ervaring van het geloof, zodat er geen ruimte was voor andere manieren om het geloof te ervaren.
Dit ervaarde ik als een groot gemis, omdat ik er van uit ga dat ieder zijn eigen manier van het geloof
ervaren heeft en je moet blijven zoeken om achter de waarheid te kunnen komen. Nader tot God komen
is een proces, waar je in feite nooit mee klaar bent!
Ongeveer een jaar geleden kwam ik via twee kennissen in aanraking met de doopsgezinden in
Aardenburg, waarbij na het eerste gesprek met de predikant al voor mij duidelijk werd: misschien heb
ik nu een groep mensen in de vorm van een Gemeente gevonden, waar ik me thuis kan gaan voelen, en
verder mijn weg om “nader tot God” te komen met anderen kan delen.
Voor mij is het “zeker weten” dat er een hiernamaals, oftewel een andere wereld en een God bestaan.
Ook ben ik ervan overtuigd dat reïncarnatie bestaat: we moeten geregeld terug naar de aarde om onze
“lessen” opnieuw te leren, voordat we overgaan naar een definitieve andere wereld. Ik ben er van
overtuigd dat de Doopsgezinden mij respecteren in deze opvatting en mij zullen helpen mijn weg naar
God verder te vinden.
Nu kan ik samen met anderen verder gaan in mijn weg tot Christus en via Hem nader tot God komen,
want Christus stelt: “niemand komt tot God dan door Mij”! Deze weg wordt natuurlijk altijd
makkelijker gemaakt met anderen die dit ook nastreven. Dit is naar mijn overtuiging zeker zo bij de
Doopsgezinden.
Verder ben ik me het afgelopen jaar steeds meer “thuis” gaan voelen bij de Doopsgezinden: de
koffieruimte is een tweede huiskamer voor me geworden, de contacten met de broeders en zusters geeft
mij het gevoel bij de Doopsgezinden “erbij te horen”, wat voor mij een unieke ervaring is. Vaak ging
het in het leven juist andersom: ik voelde me aanvankelijk bij groeperingen thuis om dan later pas tot
het besef te komen dat ik er niet thuishoorde, vooral op geloofsgebied.
32
Ook ben ik er van overtuigd dat ik mijn steentje bij kan dragen aan de Gemeente: de laatste jaren heb ik
me toegelegd op publiceren in de ruimste zin van het woord en ik weet zeker dat ik deze sterke kant van
mijzelf tot uitdrukking kan laten komen bij de Doopsgezinden. Mijn ervaring in de psychiatrie kan als
basis gebruikt worden om mensen te steunen en te helpen, die hulp zoeken. Natuurlijk wil ik andere
werkzaamheden binnen mijn beperkingen ook voor de Gemeente doen, voor zover dit van mij verwacht
wordt.
Samen met de Doopsgezinden op weg om nader tot God te komen, wat naar mijn opvatting het
allerbelangrijkste is in dit leven!
Het belangrijkste in het leven is: nader tot God komen en dan via Jezus Christus, omdat hij zegt:
niemand komt tot God dan door mij!
Naar mijn mening is dit zijn belangrijkste uitspraak, want dit betekent dat hij een intermediair kan
vormen tussen de persoon en God, want het is blijkbaar ondoenlijk voor een gewone sterveling om op
een andere manier tot God te komen.
Er is maar één echte taak voor ons op deze aarde en dat is dit nader tot God komen en we zullen onze
lessen moeten blijven leren om deze boodschap tot ons door te laten dringen, want als we dit in dit
leven niet voor elkaar krijgen, zullen we steeds terug moeten komen op aarde (reïncarneren) tot we wel
zover gekomen zijn.
De laatste tijd heb ik steeds sterker het gevoel dat het op aarde verblijven een tussenweg is, waar we
doorheen moeten, om daarna terug te keren naar onze oorspronkelijke thuishaven: de hemel ofwel de
geestenwereld van het niet materiele bestaan, zoals ik het hiernamaals zie. Het gevoel van “wat doe ik
hier nog op aarde” bekruipt mij steeds vaker en is een teken dat het einde nabij is. Ik zie er echter niet
tegenop, want ik weet dat het hiernamaals een beter bestaan is, want je bent dan “echt” vrij omdat je
niet beperkt wordt door je materiele lichaam en dat de tijd ook zeer betrekkelijk is. Volgens mij is de
tijdsbeleving in de geestenwereld heel anders: de tijd is niet eindig, zoals hier op aarde, dus heb je ook
deze beperking niet en is de vrijheid dus compleet!
Zolang wij als stervelingen dit niet beseffen, zullen we het hier op aarde heel moeilijk hebben, want als
je het idee hebt dat dit leven hier op aarde eindig is en er geen hiernamaals is, zal dit op ons blijven
“drukken” en er voor zorgen dat er allerlei angsten ontstaan en onderhuids een rol blijven spelen in
ons hele bestaan hier op aarde. Angsten zijn ook de oorzaak van alle psychische aandoeningen, die
dagelijks op de loer liggen om ons het leven zuur te maken. Ook ben ik er van overtuigd dat alle
lichamelijke aandoeningen veroorzaakt worden door invloeden van de lage-geestenwereld in de vorm
van demonen en dergelijke, die ons op deze manier beperken in onze ontwikkelingsmogelijkheden hier
op aarde. Want wat is nu de beste manier om iemand die God zoekt af te remmen: hem op zijn
gezondheid pakken! Want als je ziek bent kun je immers verder niet veel en zul je eerder van God
vervreemden, is het uitgangspunt van de lage-geestenwereld.
Ik ben er van overtuigd dat als je de betrekkelijkheid inziet van dit leven, je veel makkelijker in het leven
staat: het enige wat je dan kan verliezen is je leven en je weet dat er een beter leven is na dit leven, dus
waarom zul je je druk maken?
Het is belangrijk te beseffen dat we omringd worden door geesten die in deze andere wereld leven, ook
door dierbaren en goedgezinde geesten, die ons kunnen helpen tijdens ons leven in de vorm van
zogenaamde “beschermengelen”. Deze beschermengelen zijn dan altijd in onze omgeving aanwezig en
helpen ons met het maken van beslissingen en kunnen ons zelfs redden als we in levensgevaar zijn. Ze
fluisteren ons dingen in en kunnen ons waarschuwen voor gevaar in de vorm van “voorgevoel” en zelfs
influisteringen, vooral als we mediamiek begaafd zijn. Ze kunnen ons leven dus richting geven en
voorkomen dat we in zeven sloten tegelijk lopen! Ik ben er van overtuigd dat mijn beschermengelen mij
vaak gered of in ieder geval een duwtje in de goede richting gegeven hebben, waardoor ik er nu nog
33
ben en ook nog eens een volgeling van Christus geworden ben. Ik ben er van overtuigd dat het een
proces is dat we allen door moeten maken hier op aarde, alleen dat slechts weinigen deze handschoen
oppakken door allerlei oorzaken en dus niet verder komen en hun lessen hier op aarde weer opnieuw
moeten leren!
Wat ik uit ervaring ook als een heel belangrijk uitgangspunt ben gaan zien, is dat je wel degelijk
invloed hebt op je toekomst in het leven: een negatieve levensbenadering zal een negatieve spiraal met
zich meebrengen, dus is het belangrijk om, hoe moeilijk je ook zit in het leven, een positieve
levensopstelling te hebben en te houden, ook als het om bijzaken gaat. Belangrijk om te beseffen:
positief trekt positief aan en negatief negatief. Dus als je je negatief instelt en reageert op dagelijkse
gebeurtenissen, zal je leven zich ook negatief ontwikkelen en zal er een neerwaartse spiraal ontstaan.
Mocht je tot de conclusie komen dat je leven in deze neerwaartse spiraal terecht is gekomen, dan is de
enige manier om hier uit te komen: veel bidden en om hulp vragen en hiernaast een positieve
levenshouding aanleren. Mocht een negatieve gedachte bij je op komen, plaats er dan iets positiefs
tegenover om de negatieve gedachte weg te bannen. In de praktijk zal het er op neerkomen dat als je
een negatieve op voelt komen, je “stop” zegt en er vervolgens een positieve gedachte voor in de plaats
laat komen. Heus, je instelling en leven zal in de positieve zin veranderen, met alle prettige gevolgen
van dien!
Na ongeveer een jaar lidmaatschap, besluiten mijn vrouw en ik afscheid te nemen van de
Doopsgezinden. Er blijkt van alles mis te zijn bij de gemeente: er is een machtsstrijd gaande tussen de
conservatieve en progressieve leden, die uitloopt op een scheuring en een verharding van standpunten,
met het gevolg dat de predikant zich gedwongen voelt een baan elders te aanvaarden. Deze onrust
binnen de gemeente zorgt er voor dat vele leden hun lidmaatschap opzeggen en wij dus ook, want wat
heb je aan een Christelijke gemeente, als het Christen zijn niet gevolgd wordt?
34
5. Ervaringen
Het volgende hoofdstuk geeft ervaringen weer, die in de loop van de jaren opgedaan door mij of
anderen die te maken hebben met het niet verklaarbare/niet natuurlijke en de aanwezigheid van
entiteiten aangeeft.
Het zijn altijd pittige ervaringen en de ervaringen die niet door mij beleefd zijn, heb ik met fictieve
namen en omstandigheden omkleedt, om de betreffende personen te beschermen: als je je bezig houdt
met het niet-natuurlijke of paranormale je al gauw als een psychiatrisch patiënt gezien wordt door je
omgeving. Je hallucineert dan tegen de klippen” op en een opname in een psychiatrisch ziekenhuis is
dan nabij.
Naar mijn ervaringen in de psychiatrie, ik heb er ten slotte vijftien jaar in gewerkt, is dat er veel mensen
opgenomen worden die gewoon erg gevoelig zijn voor het aanvoelen of zien van entiteiten en raken
hierdoor dusdanig van de kook dat een opname snel volgt.
Naar mijn mening zijn dan ook vele mensen die in aanraking komen met de psychiatrie zogenaamd
overschaduwd”door “geesten” of entiteiten die een negatieve uitwerking hebben op hun psyché en hen
zover drijft dat ze vaak wel opgenomen moeten worden!
Het volgende verhaal zijn de ervaringen met het niet natuurlijke van een zekere José, die een zekere
gevoeligheid voor paranormale zaken heeft ontwikkeld, of had ze deze van nature al bij zich vanaf de
geboorte?
Dit verhaal speelt zich af vanaf begin jaren tachtig tot heden:
“Het voorval begint bij een advertentie van een huis dat te koop staat, ik had het gevoel dat ik hierop
moest reageren en maak meteen een afspraak met de makelaar tot bezichtiging van het pand.
Er blijkt nog een echtpaar belangstelling te hebben voor het huis. Ik mag echter als eerste bieden en ik
bied een lager bedrag voor het huis dan het echtpaar.
Ik loop terug naar mijn woning maar weet instinctief dat het huis voor mij bestemd is en dat ik het zeker
zal krijgen. Zo zeker van mijn zaak ben ik dat ik besluit mijn vader te bellen om hem te zeggen dat de
kans groot is dat ik een huis gekocht heb.
Al ongeveer een half uur later wordt er gebeld aan de deur: de makelaar staat op de stoep en mijn bod
blijkt geaccepteerd te zijn, het huis is nu van mij!
Enkele weken later wordt de overdracht van het huis getekend en ’s-middags wil ik de keuken een beetje
opruimen, want de volgende dag zal het verhuisbedrijf met o.a. de koelkast komen. Er staan in de
keuken een aantal bierflesjes van een voor mij onbekend merk en ik wil ze aan de kant zetten om ze later
die week voor het statiegeld om te ruilen. Eén voor één verpulveren de flesjes, zodra ik ze bij de hals op
wil pakken!
De komende avond slaap ik voor het eerst in het voor mij nieuwe huis, maar ik voel me om een
onverklaarbare reden angstig en bekeken. Dit gevoel blijft mij parten spelen in dit huis: zo gauw ik
binnenkom besluipt dit gevoel mij en het laat me niet meer los!
Een aantal maanden later, mijn vriend en later echtgenoot woont dan al bij mij; we zijn deze ochtend
vroeg opgestaan en hij gaat naar zijn werk. Ik besluit weer naar bed te gaan en loop terug naar het bed
en probeer weer de slaap te vatten. Plotseling zie ik een gezicht voor me van een persoon die in een bar
werkt waar we wel eens komen. Vervolgens verandert het gezicht in een duivelsuiterlijk en wordt groen.
Er komen ook handen, die mijn keel dichtknijpen, op dit moment kan mijn lichaam niets meer: ik
realiseer me dat ik me tussen waken en slapen in bevind, maar wat ik ook doe, ik kan blijkbaar ook niet
meer wakker worden.
35
Ik ben in mijn gedachtes de geest van Jezus Christus gaan roepen en ben dit blijven doen, waarna ik
langzaam maar zeker bevrijd word uit deze greep. Deze ervaring grijpt mij erg aan en ik blijf er in
gedachten nog lang mee rondlopen. Vooral de angst blijft mij bij!
Enkele maanden later kreeg mijn huisgenoot, waar ik onlangs mee getrouwd was, een Grand Mal, een
groot epileptisch insult, in de volksmond wordt het ook wel vallende ziekte genoemd en wordt hierna
epileptisch patiënt. Naar mijn gevoel en opvatting heeft het groene monster dat mij in bezit heeft
trachten te nemen nu een ander slachtoffer gevonden in de vorm van mijn nieuwbakken echtgenoot!
“In ditzelfde huis gaan in deze tijd de kasten in de slaapkamer vanzelf open. We hebben toen nieuwe
kasten gekocht, waarna het probleem zich niet meer voordoet. Ik denk dan bij mezelf dat deze wel eens
niet goed afgesteld kan zijn, dus besteed ik niet veel aandacht meer aan dit voorval”.
“Later horen we schuiframen heen en weer gaan, maar we zijn in de veronderstelling dat dit bij de
buren zich afspeelt, tot wij erachter komen dat wij de enigen in het blok zijn met schuiframen! We
hebben er slotjes op gezet merkte ik op dat er ‘s-avonds een vanzelf losgeraakt was! De volgende
ochtend zat ditzelfde slot weer vast en een ander slot blijkt nu losgeraakt te zijn. Op dit moment bevind
ik me alleen in het huis met een baby van enkele weken oud”.
“Op een avond zitten we in de kamer en zien een mistachtige rook uit de vloerplanken van de kamer
opstijgen. De keuken en het berghok liggen onder deze kamer, dus de eerste gedachte die bij ons
opkomt: “er zal wel brand zijn in één van deze ruimtes”. Bij controle blijkt dit niet het geval te zijn. Ik
heb me later vaak afgevraagd wat dit heeft kunnen zijn, maar ik heb hier nooit een afdoende antwoord
op gekregen, nu ben ik ervan overtuigd dat de enige verklaring in het bovennatuurlijke gezocht moet
worden”!
“Jaren laten, we zijn verhuisd naar een plattelandsdorp en wonen in een klein dijkhuisje. Ik krijg het
sterke gevoel dat we dit huis moeten verkopen en voel instinctief aan dat het huis zeker verkocht zal
worden: een paar weken later is het huis verkocht!
Er is mij meer overkomen dan het bovenstaande, ik heb slechts de meest in het oog lopende gevallen
vermeld, aldus José...”
Het volgende voorval overkwam mijzelf samen met mijn vrouw medio 2002, toen we net verhuisd
waren.
We zaten in de woonkamer met kijk op de keuken, waar geen deur in aanwezig was. We spraken over
wat koetjes en kalfjes toen ik een lichtblauw schitterend schijnsel in keuken waarnam, soms doofde het
weer even. Het leek of het om een “geprikkeld boos entiteit” bleek te gaan als je de intensiteit ervan
beschrijft. Te oordelen naar de kleur ging het hier om een geest die meer neigde naar het kwade dan het
goede, omdat blauw het begin van donkere schakeringen doet denken en door het flikkerende en wat
“geïrriteerde” karakter het om een tamelijk lage geest ging, aldus mijn vrouw en ik. Immers: hoe
donkerder het schijnsel en hoe chaotischer, hoe lager de entiteit moet zijn. Het was ons bekend dat
chaos niet van God en de goede geestenwereld vandaan komt, omdat God een God van orde is. Chaos
is van de lage geestenwereld!
Ik vroeg mijn vrouw eens te kijken in de keuken omdat ik mijn ogen eerst niet geloofde, ik dacht dat het
ging om een flikkerende lantaarnpaal of iets dergelijk van buiten. Bij controle door ons beiden bleek het
toch echt om een flikkerende entiteit te gaan, wat wel vaker voorkomt naar mijn idee. Zo nu en dan
verdween het weer om dan weer onmiskenbaar te verschijnen. Het is dat zowel mijn vrouw als ik
bekend waren met dit soort verschijningen, waarschijnlijk van een geest die probeert zich te
materialiseren, dat we het met verwondering gadesloegen en ons alleen afvroegen om wat voor geest
het ging en waarom het bezig was om te proberen zich te manifesteren in onze keuken.
Dit verschijnsel bleef een hele tijd aan en uit gaan, om na ongeveer een uur volledig weg te blijven,
waarna we rustig konden gaan slapen…
36
Als ervaringen kunnen ook opgemerkt worden: de vele “influisteringen” van de goede en ook, vooral
in het begin, de lage geestenwereld, die je dan probeert te beïnvloeden met stemmetjes die je in een
bepaalde richting proberen te krijgen. Veel voorkomende beïnvloedingen geef ik hier weer. Het
kenmerk van deze beïnvloeding is het feit dat ze zich vaak herhalen, om zodoende door de
onmiskenbare kracht van de herhaling post bij je te vatten. Het is moeilijk om onderscheid te maken
tussen beïnvloeding van de hoge en lage-geestenwereld. Het verschil zit in de manier waarop je je voelt
als de beïnvloeding, ofwel de stem die je toespreekt: voel je angstig en onprettig dan komt het van de
lage-geestenwereld, voel je prettig en opgewekt en zeker niet angstig en herhaalt het zich vaak, dan
komt de boodschap of beïnvloeding van de hoge-geestenwereld. In het hoofdstuk “boodschappen” heb
ik de meeste influisteringen opgenomen die ik ontvangen heb. Belangrijke en vaak terugkomende
boodschappen geef ik hier nogmaals kort weer.
Beïnvloeding van de lage-geestenwereld komt meer voor dan je vermoedt of denkt. Je wordt
voortdurend gebombardeerd met boodschappen van de lage geestenwereld om je zover te krijgen dat je
dingen gaat doen die niet door God worden ondersteund in dit leven, zodat je steeds verder van God af
komt te staan. De beïnvloeding van de lage geestenwereld is veel vaker en erger dan je denkt! Hou daar
rekening mee en laat je niet teveel beïnvloeden door deze boodschappen!
Ziekte en alle psychische afwijkingen worden veroorzaakt door de lage geestenwereld, dus ziektes zijn
altijd beïnvloeding of in bezit name door een lage-geest of demon. Een demon is dan een hele lage, lage
geest, die extra veel invloed op je kan hebben!
Deze materiele wereld is zeer vergankelijk en dient alleen als leerproces om je nader tot God te
brengen. Als je veel goede dingen doet in je leven en nader tot God komt in dit leven, dan doe je wat
van je verwacht wordt en kom je verder. Het belangrijkste in dit leven is nader tot God komen! Maak je
niet druk om materiele welstand en aanzien in dit leven, want dit heeft geen waarde!
De mensen hebben zich massaal van God en Christus afgekeerd en doen niet van hen verwacht wordt
in dit leven, waardoor duidelijk is dat Satan deze aarde regeert!
Wees tevreden met wat je hebt, laat je niet verleiden tot het vergaren van materiele welstand want
materie is niet belangrijk. Zoek het niet zichtbare in de vorm van geestelijk geluk in de eenvoudige
dingen in het leven en het feit dat je een kind van God bent!
De natuur en het hele heelal zijn door God geschapen, laat je niets wijs maken over andere theorieën,
die van de mensen afkomstig zijn, want de mensen worden zodanig beïnvloed door de lagegeestenwereld dat ze dit niet Goddelijke standpunt blijven houden!
De geestenwereld, dus zowel de goede als de lage, is om je heen, alleen je ziet hem niet, maar je voelt
wel zijn aanwezigheid, als je je er voor open stelt! Als je er niet voor open stelt dan hou je je voor de
gek te denken dat het allemaal onzin is!
Gene zijde, dus de wereld waar de geesten in voorkomen, is exact hetzelfde als deze, alleen is daar alles
niet-materieel, maar wel hetzelfde!
Eenmaal per week studeren mijn vrouw en ik om nader tot God te komen en ons verder te blijven
ontwikkelen in de richting van God en onze mediamieke gaven. Als we dan beiden in een goede
gemoedstoestand verkeren dan ervaren we de aanwezigheid van de geestenwereld op subtiele en soms
minder subtiele manieren. Enkele ervaringen zal ik opsommen.
37
Soms zien we een lichtschijnsel in de kamer, vooral als het donker en koud in de kamer is, want
duisternis en koude stimuleren het materialiseren van geesten. Je “voelt” de aanwezigheid van geesten
duidelijk om je heen. In gebed vragen we dan of de lage-geestenwereld op afstand wordt gehouden en
er een lijdgeest van de hoge-geestenwereld aangewezen wordt. Dit gebed wordt verhoord, want er zijn
zelden invloeden van de lage-geestenwereld merkbaar...
De invloed van de lage geestenwereld is vaak merkbaar door het feit dat we vaak “gestoord” worden: de
telefoon moeten we uit zetten, de ramen dicht voor geluiden van buitenaf. Kortom: er wordt van alles
gedaan om ons af te leiden tijdens ons studie-uurtje en de lage-geestenwereld zit hier zeker achter!
Als we ons aan de ongeschreven regels houden: niet af laten leiden door aardse gedachtes, een rustige
donkere omgeving, een gebed vooraf en een zacht muziekje op de achtergrond en elkaar een hand
geven, dan komen de “boodschappen” door in de vorm van beïnvloeding tijden het schrijven, beelden
en ingefluisterde boodschappen. Houden we ons niet aan de regels, dan gebeurd er weinig, want de
omstandigheden moeten blijkbaar optimaal zijn, om contact te kunnen krijgen met de geestenwereld.
Meestal worden de boodschappen ingefluisterd of voelen we bepaalde dingen aan: je voelt je
gelukzalig, of je krijgt de neiging om de gaan “schrijven”, waardoor er boodschappen op papier komen.
Vaak wordt er energie van ons afgenomen en dan voelen we ons koud en beverig: de geestenwereld
heeft energie nodig om zich te kunnen manifesteren of om boodschappen door te geven. We voelen ons
na een zitting vaak heel moe en “afgetapt”. Als onze energie afgetapt is door de hoge-geestenwereld,
dan krijgen wij deze later weer terug en gaat de vermoeidheid over. Onze ervaring is als de lagegeestenwereld energie van je neemt, je deze voorgoed kwijt bent!
Als de omstandigheden tijdens het studeren optimaal zijn, dan krijgen we “boodschappen” door van de
geestenwereld, voornamelijk de hoge-geestenwereld, maar soms ook van de lage-geestenwereld, maar
dan kloppen de boodschappen vaak niet! We voelen ons hier niet prettig bij, wat een kenmerk is van een
boodschap van de lage-geestenwereld en hij is meestal op z’n minst “misvormd”als het om het
waarheidsgehalte gaat. Een voorbeeld is de boodschap die ons ter ore kwam over de moeder van mijn
vrouw, die zou op sterven liggen, in ieder geval erg ziek zijn en wij zouden onze plannen moeten
trekken… Bij controle bleek het maar gedeeltelijk te kloppen: onze moeder was wel ziek geweest, maar
zeker niet ernstig en ze lag zeker niet op sterven! Tijdens onze bijeenkomst werd echter gezegd dat de
boodschap afkomstig was van Jezus Christus. Blijkbaar had een zeer lage-geest ons om de tuin kunnen
leiden en zelfs zich als Christus kunnen vermommen! Met deze kennis zijn wij veel kritischer geworden
omtrent boodschappen en controleren hem, indien mogelijk op zijn waarheidsgehalte, zeker bij twijfel.
Vaak zijn boodschappen over de gezondheidstoestand en eventueel overlijden van de lagegeestenwereld werd ons duidelijk: de hoge-geestenwereld houdt zich hier niet mee bezig. Dit is immers
veel te “aards”en belangrijke boodschappen van de hoge-geestenwereld zijn vaak niet aards en zijn er
voor om je nader tot God te brengen en niet om het aardse, materialistische leven te bevorderen of te
vergemakkelijken!
De belangrijkste graadmeter tijdens het ontvangen van boodschappen is: de omstandigheden moeten
optimaal zijn en je moet je lekker in je vel voelen en niet opgejaagd of angstig, want dit houdt de
werking van de hoge-geestenwereld tegen en zal toegang verschaffen tot de boodschappen van het lage!
Soms krijgen we sterk de neiging iets op te schrijven met potlood, deze neiging komt dan van een
zogenaamde “leidgeest”, die op deze wijze ons boodschappen door wil geven. We gaan hier in mee en
gaan zitten met een potlood en papier en laten ons “leiden”door het potlood losjes in de hand te nemen
en ingevingen op te schrijven. Dit schrijven wordt gestuurd, waarbij het vaak niet of moeilijk leesbaar
is met onderstrepingen en meestal aan elkaar geschreven, soms gaat het zelfs door na het einde van de
38
pagina, waardoor we zelf moeten corrigeren. Ook hier geldt dat de rust en omstandigheden bepalend
zijn voor de boodschappen die door komen. Het geschrevene bewaren we altijd zorgvuldig om het late
weer te kunnen bekijken, als we wat verder zijn voor wat betreft de boodschappen. Vaak is de betekenis
op dat moment onduidelijk, maar wordt op een later tijdstip duidelijk.
Blijkbaar komt er meer energie vrij voor boodschappen als we elkaar de hand geven, want zonder dit te
doen, gebeurd er vaak niets. Het geven van een hand versterkt de stroom van energie, die gebruikt kan
worden door de geestenwereld voor het doorgeven van boodschappen. Vaak is aanwezigheid van de
geestenwereld voelbaar en soms zelfs zichtbaar, in de vorm van een schijnsel of mistvorm: hoe lichter
hoe hoger en hoe donkerder hoe lager. Vaak zien we een rood schijnsel, dat er blijkbaar tussenin zit,
niet slecht of goed. Dit is dan waarschijnlijk een zogenaamde aardgebonden geest die uit
nieuwsgierigheid tracht zich te manifesteren met gebruikmaking van onze energie. Als je goed oplet in
het donker zie je vaak van deze gedeeltelijke geestverschijningen, maar je let er niet op, dus worden ze
als een lichtschijnsel naar het rijk der fabelen verwezen. Ik ben er van overtuigd dat als je alles zou zien
dat in je omgeving aanwezig is aan geesten, dat je dan krankzinnig zou worden, want deze krioelende
en zich verdringende massa zijn niet geschikt voor ons om te zien!
Het komt nog wel eens voor dat de boodschappen niet kloppen, een voorbeeld hiervan:
We krijgen duidelijk door tijdens een zittin, waarbij we in contact zijn met de geestenwereld, dat de
moeder van mijn vrouw ernstig ziek zou zijn, zelfs zo erg dat ze binnenkort zal overlijden. Bij controle
bij de familie blijkt hier niets van waar te zijn! Ze is inderdaad ziek, maar niet ernstig, waardoor we
ons om niets druk hebben gemaakt…
Het komt geregeld voor dat boodschappen niet helemaal of helemaal niet juist zijn. Het is ons duidelijk
dat het hierbij dan uitsluitend gaat om boodschappen van de lage-geestenwereld, want de hogegeestenwereld geeft uitsluitend juiste boodschappen door en zal je niet om de tuin leiden!
Tegenwoordig is het zo dat we alle boodschappen op juistheid controleren. De makkelijkste manier is
om na te gaan hoe je je voelde toen de boodschap door kwam: voel je prettig en niet angstig, dan is het
van de goede geestenwereld afkomstig, zo niet, dan kun je er gif op innemen dat het gaat om een valse
boodschap om je te misleiden! Ook zijn wij er in de loop van de tijd achter gekomen dat de lagegeestenwereld vaak probeert je om de tuin te leiden en/of van de toenadering tot God af te houden!
Nog een sprekend voorbeeld van hulp van de goede geestenwereld is het volgende verhaal in de zin van
‘broodvermeerdering’, dat mijn vrouw overkwam met haar volkstuin:
Mijn vrouw had sinds jaar en dag als hobby een volkstuin in een middelgrote plaats op een volkstuinen
complex. In een bepaald oogstjaar bleek de oogst bij iedereen zeer minimaal of in het geheel niet gelukt
te zijn bij de andere mensen op het complex. Met steeds grotere verbazing oogstte mijn vrouw een
record aan groenten en fruit van de tuin…
Het feit dat je in dit leven staat en dus middelen nodig hebt om te kunnen overleven betekent dat je toch
wel afhankelijk bent van deze middelen (geld) om in stand te blijven. Nu is het zo dat velen proberen
zoveel mogelijk van deze koek te bemachtigen, wat tot veel problemen, oorlogen en strijd lijdt. Als je
een rotsvast Godsvertrouwen hebt, dan kan God je helpen om in ieder geval de middelen te krijgen om
te overleven en je eventuele taak te kunnen volbrengen. Het volgende voorbeeld is ons op ons gezin van
toepassing.
Al geruime tijd zijn wij door ziekte afhankelijk van een uitkering, waarbij we financieel bezien ons
hoofd net boven water kunnen houden. Elke keer weer, als we financieel dreigen ten onder te gaan,
39
komt er een financiële meevaller om de nood te ledigen. Momenteel is het zelfs zo dat we ruimschoots in
onze behoeften kunnen voorzien en vrij ruim kunnen leven, doordat we door God geholpen worden op
financieel gebied. Hoe meer vertrouwen we in God en Christus hebben, hoe meer we geholpen worden
en ons geen zorgen hoeven te maken over de toekomst wat middelen betreft…
Nog een goed voorbeeld van hulp zijn onze volgende ervaringen omtrent de gezondheid van mensen in
onze omgeving.
Mensen die ons kwaad gedaan hebben op wat voor manier dan ook, gaat het altijd slecht mee. Keer op
keer vernemen we dat deze kwaadwillende mensen tegenover ons een ziekte, een tumor of het ongeluk
tegemoet lopen, dat vaak eindigt in het overlijden van de persoon in kwestie. Dit komt zo vaak voor dat
er niet meer gesproken kan worden van toeval. Laatst was er een vrouw die zich bemoeide met de
opvoeding van onze dochter en slechte praatjes over ons verspreide. We hoorden van anderen dat ze
met spoed opgenomen was geworden in het ziekenhuis met een gezwel in het hoofd…
Omtrent het moment van overlijden krijg ik geregeld boodschappen door. Vaak krijg ik hierbij door hoe
betrekkelijk het leven is, vooral als je de betrekkelijkheid ervan inziet: het is niet meer dan een zucht in
de tijdspanne van God!
Op rustige momenten, bij voorkeur in de natuur komt er een dialoog tot stand met de goede
geestenwereld, waarbij ik beelden zie van ervaringen die mij bijna het leven hebben gekost, in zowel de
jeugd als op latere leeftijd. Sterk ingeprent krijg ik dan de boodschap dat God mij in leven heeft
gehouden omdat hij nog een taak voor mij in petto heeft, ik moet alleen wat geduld hebben, want het is
nog geen tijd om deze taak op mij te nemen…
Dromen zijn belangrijke momenten dat je boodschappen door krijgt van de geestenwereld, in de vorm
van nachtmerries van de lage geestenwereld en prettige, voorspellende dromen van de hoge
geestenwereld.
Vaak krijg ik nachtmerries over het verlies van mijn gezondheid, maar vooral het verlies van mijn
portemonnee, dat mijn angst voedt dat ik alle aardse zaken zal verliezen, wat natuurlijk bij het
doodgaan altijd het geval is. Het verlies van geld en aanverwanten komt vaak voor, om mij angst in te
boezemen en het vertrouwen in God te temperen. Ik zet hier dan tegenover, dat als ik maar voldoende
vertrouwen heb in God, ik alle materiele zaken zal ontvangen die ik nodig heb, ook om mijn taak te
kunnen volbrengen. De dromen zijn ook vaak voorspellend van aard: natuurrampen en oorlogen komen
dan op mij af. Ze dienen dan om mij te waarschuwen voor de toekomst die komen gaat en zijn bedoeld
om mij voor te bereiden op het einde van een groot deel van de aarde, dat binnenkort op komst is, zoals
mij vaak geopenbaard is…
Soms worden boodschappen doorgegeven met aanwijzingen bij materiele zaken zoals het volgende
geval aangeeft.
Ik had mijn vrouw jaren geleden een kaarsenstandaard cadeau gegeven, waar ze keurig een kaars in
gedaan had. Opeens bleek de kaars omgeknakt te zijn, dus de kaars was gaan “hangen” en bleef nog
maar met een kleine verbinding verbonden met de rest van de kaars. Het was een onheilspellend gezicht
om te zien, deze omgevallen kaars. Mijn vrouw vermoedde toen al, of beter nog “voelde” aan dat er
iemand was overleden en ging informeren bij haar familie, en ja hoor, een buurman van haar vader die
ze goed gekend had, bleek onlangs te zijn overleden…
40
Onlangs ben ik samen met mijn vrouw te rade gegaan bij een medium, ons aangeraden door goede
vrienden. Deze vrouw T., die in sobere omstandigheden woonde, kwam met opmerkelijke uitspraken
over mijn toekomst:
-Er zou mij een familiegeheim geopenbaard worden.
-Onze financiële situatie en toekomst zouden verbeteren.
-Ik zou niet snel overlijden.
-Mijn gezondheid zou verbeteren.
-Mijn overgrootmoeder was mijn beschermengel en waakte over mij.
-Ik was een goed mens met goede bedoelingen.
-Verder krijg ik als opdracht 3 maal daags het volgende op te zeggen, terwijl ik in het licht van een
kaars kijk:
Licht, mooi licht, kom in mijn hart en in mijn geest en help me...weer gezond te worden.
Zelf heb ik hier het woordje “amen” aan toegevoegd om het religieuze te onderstrepen en dit enkele
weken tot uitvoer gebracht.
Aangezien sommige voorspellingen van dit medium wel juist waren, maar de meesten niet, hebben we
hier met boodschappen van de lage-geestenwereld te maken. Dus zijn we niet meer terug geweest en
vertrouwen nu op onze eigen boodschappen, die we geregeld doorkrijgen. Onze mediamieke gaven
ontwikkelen zich gaandeweg en ons contact met de geestenwereld dus ook...
41
6: De Heilige Geest
Wat mijn toekomstverwachtingen betreft zult u mij een pessimist vinden, zeker wat het aardse betreft,
want voor het verdere leven op aarde heb ik de verwachting, nee, sterker nog een weten, dat binnenkort
de “afrekening” van God zal. Zoals in de boodschappen aan mij van de goede geestenwereld reeds als
boodschap doorgegeven is, zal de wereld, voor een groot deel althans, in het jaar 2013 vergaan. Er zal
dan een klein deel overblijven en een klein aantal mensen om opnieuw te beginnen met het nader tot
God komen, net als toentertijd de afrekening met de zondvloed en Noach en de ark, alleen zal deze keer
de afrekening niet door water gaan, want deze afrekening staat op de nominatie reeds in jaar 2004: de
Tsunami dus. Dan zullen er overstromingen en natuurrampen als straf over ons heen komen, als
waarschuwing, maar de definitieve afrekening van alle van God afgevallen mensen, en dat zijn er velen,
zal in 2013 plaatsvinden. Dit heb ik al zo vaak doorgekregen van gene zijde, de goede kant dus, dat dit
een weten voor mij is! Als je zo om je heen kijkt dan kan het ook niet anders dan dat deze
voorspellingen uit komen, want je hoeft maar om je heen te kijken om er van overtuigd te zijn dat de
wereld en de mensheid op z’n einde loopt: meer dan de helft van de wereld is in oorlog, van de landen
die over zijn en niet in oorlog zijn is er op z’n minst de dreiging van terreuraanslagen, een terreuroorlog
dus, natuurrampen, honger, corruptie, een massale afkeer van God en Jezus Christus met allerlei
alternatieve godsdiensten of stromingen. Vooral is de oorlog in het Midden Oosten en vooral de opstand
van de Palestijnen in Israël een veeg teken. Het blijft escaleren, en zoals in de bijbel vaak aangegeven
wordt, is dit een voorbode voor een grote veegpartij onder de mensheid!
De mensheid, vooral in Nederland, vat deze waarschuwingen niet op en zijn alleen maar bezig met de
dagelijkse sleur en het vergaren van materiele welstand, dat velen hier wel aan voorbij moeten gaan! Dit
is nu precies wat de duivel van ons wil: door de chaos om ons heen worden we verblind en stevenen we
af op het einde. Maar de waarschuwingen worden al in de bijbel aangegeven, want er wordt vaak
gesproken over de tijd van de afrekening: “judgment day”, zoals de Engelse taal zo goed aangeeft. We
doen gewoon onze oogkleppen op en gaan gewoon door met het dagelijkse leven, terwijl de
bedreigingen legio zijn in ons dagelijkse leven. Het opraken van natuurlijke bronnen, voedsel,
terreuraanslagen, natuurgeweld en oorlogen worden alleen maar erger tot het wel tot een explosie, ofwel
een afrekening van God, moet komen! Een realistische kijk op de toestand in de wereld van het
moment zou ons moeten waarschuwen voor de toekomst, maar nee, we gaan gewoon op de oude voet
door, totdat het te laat is!
Wat kunnen we dan doen om dit onheil te voorkomen?
Mijn antwoord is als de wiedeweerga je tot God en Christus te wenden en je laten leiden door de tien
geboden, die niet voor niets van God afkomen. Mochten we massaal ons tot God keren, dan is de
afrekening misschien te voorkomen, ofschoon ik soms wel eens het gevoel heb dat het al te laat hiervoor
is!
We hebben lange tijd de kans gehad om ons tot God te wenden sinds de komst van Christus en het
tegendeel is nu een feit, dat we wel eens te laat zouden kunnen zijn op dit moment. Trouwens een zich
massaal tot God wenden zou alleen doorgang kunnen vinden als we weer tot de basis teruggeworpen
worden en dit kan alleen bereikt worden door een massale vernietiging van (bijna) alles, want een groot
probleem nu is het geld en de vele mensen om ons heen, die allemaal willen leven, en ten koste van
anderen (vaak) zich verrijken en/of oorlog voeren.
Kortom: laten we ons alleen tot God keren, voordat het te laat is, en misschien is het al zover!
42
Nawoord
Wat mij blijft verbazen is het gemak waarmee de mensheid de bewijzen voor het bestaan van God en
een andere wereld blijft afwijzen. Zoals zoveel mediums het “gene zijde” noemen, maar je kunt het
noemen zoals je wilt, er is zeker een andere wereld, waar we rekening mee moeten houden in dit leven,
want deze onzichtbare wereld heeft zeker een grote invloed op ons bestaan hier. Ons werelds bestaan is
immers niet meer of minder dan een “leerschool” om vooral nader tot God te komen en ons te
ontwikkelen tot wijzere, meer complete en liefdevollere “entiteiten”. Wat de tijd betreft is het leven
immers een zucht in de goddelijke tijdsspanne: ons leven hier op aarde is maar zeer beperkt. We
hebben hier maar één zekerheid: we zullen terugkeren naar ons bestaan naar gene zijde als geest, ofwel
spiritueel wezen, in de vorm van de aardse dood. De aardse dood moet je dus zien als een overgang
naar ons oorspronkelijk zijn inde wereld van de geesten, die je ook “hemel” kunt noemen, zoals in de
bijbel. De hemel en de hel zijn elkaars tegenpolen, waarbij de “goede” geesten voorbestemd zijn in de
sfeer van de hemel terecht te komen en de “slechte” in de zogenaamde hel. Door de reïncarnatie
verhaal kreeg je echter meerdere malen de kans om je te ontwikkelen als entiteit, maar je kunt meerdere
malen terugkeren naar de aarde om je verder te ontwikkelen tot een “hogere” geest. De bijbel spreekt
ook over reïncarnatie in die zin dat zelfs Jezus als hele hoge geest, nar de aarde gezonden werd om de
mensheid te helpen en zelf hierbij nog verder te komen.
Je hoeft maar om je heen te kijken om te beseffen dat niet God, maar Satan de aarde momenteel
regeert: conflicten, oorlog, onrecht, chaos zijn aan de orde van de dag en ik weet dat God een God van
orde en liefde is, en niet een van conflict en chaos, zoals nu in de wereld het geval is. De beïnvloeding
van de lage geestenwereld is dus veel sterker dan wij kunnen vermoeden, vandaar dat we nu aan kunnen
zien komen dat de wereld een aflopende zaak is, want als de Duivel zijn zin krijgt zal de wereld in
ellende en chaos blijven, om ons maar van God af te houden. Vaak hoor ik de opmerking van mensen
die niet in God geloven: “volgens mij is er geen God, want die zou dit niet toestaan”! Het is ook niet
God die al deze ellende veroorzaakt, maar Satan met zijn handlangers! God geeft ons wel de keuze om
hier in mee te gaan of niet, maar omdat de druk van de lage-geestenwereld zo groot is, bezwijken we
vaak en volgen we het kwade, waardoor de wereld zo onderdehand een plaats is geworden waar het niet
te doen is voor fatsoenlijke mensen om te leven, die het goede nastreven!
Deze beïnvloeding is zo groot en het besef hiervan zo laag bij mensen, dat deze voorddenderende trein
blijkbaar niet te keren is, en woekert het kwaad in de wereld zich voort met op den duur, naar mijn
mening in de nabije toekomst desastreuze gevolgen, in de vorm van mijn voorspelde (grote) veegpartij
van God in de vorm van een grote natuurramp om deze aarde weer “schoon” te krijgen. Zoals ik al
eerder aangaf, is het is al eens eerder gebeurd in het verhaal van de Ark van Noach zo’n zesduizend jaar
geleden, toen de mensen zich ook massaal van God keerden...
Wat opvalt is het gemak waarbij mensen je voor gek verklaren als je over dit soort onderwerpen durft te
praten of te schrijven: laat ze eerst eens kritisch kijken naar wat mensen te vertellen hebben, in plaats
van hen meteen te veroordelen. Er is al zo veel geschreven over het hiernamaals, het bekendste boek is
de bijbel, maar mensen willen er nog steeds niet aan en vinden het niet modern om je hiermee bezig te
houden, terwijl ik geen belangrijkere zaken kan bedenken dan dat je bezig houdt met God en de zin van
het leven. Wel is het naar mijn opvatting zo, dat de bijbel door de mensen die het geschreven hebben,
vaak vanuit een inspiratie van God, door tussenkomst van de Duivel verkeerd geciteerd is, waardoor
verwarring (chaos) kan ontstaan. Veel informatie en verhalen zijn dus verkeerd opgeschreven, of later
aangepast, waardoor naar mijn mening veel informatie geen waarde heeft, of de mensheid misleidt. Het
voert dan wel erg ver om de gehele bijbel af te wijzen, want zeker zeventig tot tachtig procent is wel
juist en kan door ons serieus genomen worden!
43
Nu, zelfs op dit moment als ik met het schrijven van het boek, voel ik de negatieve kracht van de lagegeestenwereld aanwezig, om mij te beletten dit uit te dragen, want deze waarheid kan blijkbaar het
daglicht niet verdragen: de waarheid over de zin van het leven is blijkbaar te bedreigend voor de lagegeestenwereld, dus word ik door hen aangepakt om maar vooral niet teveel van deze waarheid uit te
dragen. Ik word zelfs door mensen als “gek” beschouwd, want welke idioot houdt zich hier nu mee
bezig? Je houdt je toch alleen met het leven (lees: materie) bezig en het leven is toch eindig en zul je
ervan moeten genieten, want er is niets anders!
Het is zo dat mensen die zich hiermee bezig houden en werkelijke volgelingen van Christus en God
zijn, geen makkelijk leven hebben hier op aarde, want de duivel zit steeds op de loer om ons van het
geloof af te krijgen en ons zo te beïnvloeden dat we niet het goede maar het kwade volgen.
De lage-geestenwereld blijft ons dus belagen en bedreigen in opdracht van Satan, want de wereld zou
zich wel eens kunnen ontwikkelen tot een Goddelijk geheel waar de wil van God heerst en er harmonie
in plaats van chaos heerst. Wie heest er nu over de aarde als je zo om je heen kijkt? Wanneer worden
we als mensheid eens wakker en zal deze onvoorwaardelijk Christus en God volgen?
Zelfs een hiernamaals wordt door velen niet geaccepteerd, terwijl de bewijzen zich maar blijven
opstapelen. Hoe verklaar je anders de bijna dood ervaringen van mensen die hierdoor geheel veranderen
voor de rest van hun leven, omdat ze blijkbaar het “licht” en het hiernamaals ervaren hebben en de
herinneringen hieraan vaak als prettig hebben ervaren? Hoe verklaar je de deja-vu ervaringen bij veel
mensen in het licht van reïncarnatie, we zijn weer terug op de aarde gekomen om verder te leren en
nader tot God te komen? Hoe verklaar je de oneindigheid van het heelal omdat het hier om de
onmetelijke kracht en liefde van God gaat? Hoe verklaar je de schoonheid van de natuur? Hoe verklaar
je het gevoel dat je vaak bekruipt dat we niet alleen zijn, dat er een hele wereld om heen bestaat die
alleen niet zichtbaar is?
Voor mij is in ieder geval in dit leven duidelijk geworden dat er wel degelijk een hiernamaals bestaat in
die zin, dat we na dit leven in geestelijke zin blijven bestaan, zelfs met hetzelfde (geestelijke) niet
materiele lichaam, tot we weer gereïncarneerd worden in een toekomstige tijd om verder te leren en ons
de gelegenheid te geven nader tot God te komen. De aarde is slechts een oefenplaats voor ons om te
leren en ons geestelijk verder te ontwikkelen tot we definitief als geest verder blijven bestaan in een
goede omgeving, een omgeving die in de bijbel vermeld staat als de “hemel” in aanwezigheid van
Christus en God!
We blijven ons momenteel massaal van Christus en God afkeren, in plaats van hen te accepteren als
de enigen die ons kunnen helpen deze aarde leefbaar te maken en ons de richting te wijzen waar we
heen moeten. We hebben immers maar één belangrijke taak in dit leven, en dat is nader tot God te
komen,via de weg van Jesus Christus, en niets anders...
44
Bijbelteksten
-PSALM 119, vers 121 t/m 128
Ik heb mensen recht gedaan,
ik heb de gerechtigheid gediend,
lever mij niet aan mijn vijanden, Heer.
Geef mij de zekerheid dat alles goed zal worden,
laten ze mij, uw dienaar, niet langer verdrukken,
die mensen met hun hoogmoed.
Hoe zie ik uit naar uw redding,
naar uw belofte van gerechtigheid!
Bewijs mij uw goedheid
en leer mij te zien wat u van ons verlangt.
Ik ben uw dienaar, geef mij inzicht,
opdat ik weet wat u wilt.
Het is nu de tijd om in te grijpen, Heer,
want men treedt uw wet met voeten.
Ik houd meer van uw geboden
dan van het allerfijnste goud.
In alles richt ik mij naar wat u mij opdraagt;
ik haat elke leugen, elk bedrog.
-PSALM 119, vers 169 t/m 176
Moge deze noodkreet tot u doordringen, o Heer,
Geef mij inzicht zoals u hebt beloofd.
Moge mijn smeken u bereiken,
red mij, maak uw belofte waar.
Ik zal overvloeien van lof voor u,
want u zult mij uw wetten leren kennen.
Uw woord is op mijn lippen,
U zal ik bezingen,
Want uw geboden zijn gerechtigheid.
Reik mij uw hand, Heer, help mij,
Want ik heb gekozen voor wat u mij opdraagt,
Ik verlang ernaar dat u mij redt,
uw wet is mijn vreugde.
Laat mij leven, dat ik uw lof kan zingen,
moge uw wet mij tot steun zijn.
Moet ik verloren gaan, als een verdwaald schaap?
Zoek mij, uw dienaar,
want uw geboden vergeet ik niet.
Romeinen 12: 9-21
Heb lief zonder te doen alsof. Haat het kwade en houd vast aan het goede. Houd veel van elkaar als
broeders en zusters. Toon respect voor elkaar en wees de ander daarin voor. Doe uw best en wees niet
lui. Dien de heer met een vurig hart. Wees blij om wat u mag verwachten. Volhard als u verdrukt wordt.
Houd niet op met bidden. Lenig de nood van hen die God toebehoren en ontvang vreemdelingen
gastvrij.
45
Smeek Gods zegen af over hen die u vervolgen; ja, wens hun alle goeds toe in plaats van hen te
vervloeken. Wees blij met wie blij zijn en verdrietig met wie verdrietig zijn. Wees eensgezind. Doe niet
uit de hoogte, maar blijf gewoon. Wees niet zelfingenomen.
Vergeld geen kwaad met kwaad. Heb het goede voor met alle mensen. Stel alles in het werk om met
iedereen in vrede te leven. Neem geen wraak, vrienden, maar laat God rechter zijn. Want er staat
geschreven: ik ben het die wraak neemt; ik zal het hun vergelden, zegt de Heer. Nee als uw vijand
honger heeft, geef hem dan te eten, en als hij dorst heeft, geef hem dan te drinken. Daarmee brengt u
hem in verlegenheid en maakt u hem beschaamd. Laat niet het kwade u overwinnen, maar overwin het
kwade door het goede.
Uit: Groot Nieuws Bijbel 1997
46
Belangrijke uitspraken Christus
1. “Ik ben de weg en de waarheid en het leven. Niemand komt tot de vader dan door bemiddeling van
mij.” (Joh. 14:6)
2. “De lamp van het lichaam is het oog. Indien dan uw oog zuiver is, zal geheel uw lichaam verlicht
zijn; maar indien uw oog slecht (boos) is, zal geheel uw lichaam duister zijn. Indien nu wat licht in u is,
duisternis is, hoe groot is dan de duisternis?” (Matt. 6: 22-23)
3. “Want wat zou het de mens baten, als hij de gehele wereld won, maar schade leed aan zijn eigen
ziel.” (Matt. 16:26)
4. (...) “Daarom zeg Ik: wanneer iemand ongedeeld is, zal hij vol licht zijn, maar wanneer hij verdeeld
is, zal hij vol duisternis zijn.”(Thom. 61b)
5. “En de doden leven niet en de levenden zullen niet sterven. Wanneer gij eet wat dood is, maakt gij
het levend. Wanneer gij in het licht komt, wat zult gij dan gaan doen? Op de dag dat gij één waart, werd
gij twee. Wanneer gij weer twee wordt, wat zult gij dan doen?” (Thom. 11)
6. “Hoort en verstaat! Niet wat de mond binnengaat, maakt de mens onrein, maar wat de mond uitkomt,
dat maakt de mens onrein. (...) Petrus antwoorde en zeide tot Hem: Verklaar ons de gelijkenis. Hij
zeide: Zijt ook gij nog onbevattelijk? Begrijpt gij niet, dat al wat de mond binnengaat, in de buik komt
en te zijner plaatse verdwijnt? Maar wat de mond uitgaat, komt uit het hart, en dat maakt de mens
onrein. Want uit het hart komen boze overleggingen, moord, echtbreuk, hoererij, diefstal, leugenachtige
getuigenissen, godslasteringen. Dat zijn de dingen, die een mens onrein (verontreinigen) maken, maar
het eten met ongewassen handen maakt eens mens niet onrein.” (Matt. 15:10-20)
7. “Want aan de vrucht kent men de boom.” (Matt. 12:33b)
8. “Zo brengt iedere goede boom goede vruchten voort, maar de slechte (rotte) boombrent slechte
(waardeloze) vruchten voort. Een goede boom kan geen slechte vruchten dragen, of een slechte boom
goede vruchten dragen. (...) Zo zult gij hen dan aan hun vruchten herkennen.” (Matt. 7:17,18,20)
9. “Verzamelt u geen schatten op aarde, waar mot en roest ze ontoonbaar maakt en waar dieven
inbreken en stelen; maar verzamelt u schatten in de hemel, waar mot noch roest ze ontoonbaar maakt en
waar geen dieven inbreken of stelen. Want waar uw schat is, daar zal ook uw hart zijn.” (Matt. 16:9)
10.”Daarom zeg Ik u: Weest niet bezorgd over uw leven, wat gij zult eten (of drinken), of over uw
lichaam, waarmede u het zult kleden. Is het leven niet meer dan het voedsel en het lichaam meer dan
kleding?” (Matt. 6:25)
11.”Wie van u kan door bezorgd te zijn één el aan zijn lengte (levensduur) toevoegen?” (Matt. 6:27)
12.”Maakt u dan niet bezorgd tegen de dag van morgen, want de dag van morgen zal zijn eigen zorgen
hebben; elke dag heeft genoeg aan zijn eigen kwaad.” (Matt. 6:34)
13.”Er zijn immers gesnedenen, die zo uit de moederschoot geboren zijn, en er zijn gesnedenen, die
door de mensen gesneden zijn, en er zijn gesnedenen, dis zichzelf gesneden hebben, ter wille van het
koninkrijk der hemelen. Die het vatten kan, die vatte het.” (Matt. 19:12)
47
14.”Ziet toe, dat gij u wacht voor alle hebzucht, want ook als iemand overvloed heeft, behoort zijn leven
niet tot zijn bezit.” (Luc. 12:15)
15.”Want een ieder, die zichzelf verhoogt, zal vernederd worden en wie zichzelf vernedert, zal
verhoogd worden.” (Luc. 14:11)
16.”(...) want eng is de poort, en smal is de weg, die ten leven leidt, en weinigen zijn er, die hem
vinden.” (Matt. 7:13,14)
17.”Zalig de Leeuw, die door de mens zal worden gegeten – en de leeuw zal mens worden ; en
vervloekt de mens, die door de leeuw zal worden gegeten – en de leeuw zal mens worden.” (Thom. 7)
18.”En toen hij uit het ship ging, kwam hem (terstond) uit de grafsteden een mens tegemoet met een
onreine geest, die verblijf hield in de graven, en niemand had hem meer kunnen binden zellfs niet met
een keten, want hij was dikwijls met voetboeien en ketenen gebonden geweest en de ketenen waren
door hem stukgetrokken en de voetboeien vernield, en niemand was bij machte hem te bedwingen. En
voortdurend, nacht en dag, was hij in de graven en de bergen, schreeuwende en zichzelf met stenen
slaande. En toen hij jesus in de verte zag, liep hij toe, viel voor hem neder, en zeide, roepende met
luider stem: Wat hebt gij met mij te maken, Jezus, Zoon van de allerhoogste God? Ik bezweer u bij
God, dat Gij mij niet pijnigt. Want hij zeide tot hem: onreine geest, ga uit van deze mens. En hij vroeg
hem: hoe is uw naam? En hij zeide tot Hem: Mijn naam is legioen, want wij zijn talrijk. En hij smeekte
hem dringend hen niet buiten het land te zenden. Nu werd daar bij de berg een kudde zwijnen gehoed.
En zij smeekten Hem, zeggende: Zend ons de zwijnen, dat wij daarin varen. En Hij stond het hun toe.
En de onreine geesten gingen uit en voeren in de zwijnen; en de kudde, ongeveer tweeduizend,
stroomde langs de helling de zee in en zij verdronken in de zee. En die zij hoedden, namen de vlucht en
berichten het in de stad en op het land. En de mensen gingen zien wat er gebeurd was. En zij kwamen
bij Jezus en zagen de bezetene zitten, gekleed en goed bij zijn verstand, hem die het legioen gehad had;
en zij werden bevreesd.” (Marc. 5:1-16)
19.”gij zult uw naaste lief hebben als uzelf.” (Matt. 19:19)
20.”Want indien gij liefhebt, die u liefhebben, wat voor loon hebt gij? Doen ook tollenaars niet
hetzelfde? En indien u alleen maar uw broeder groet, waarin doet gij meer dan het gewone?” (Matt.
5:46,47)
21.”Maar tot u die mij hoort, zeg Ik: hebt uw vijanden lief, doet wel degenen die u haten: zegent wie u
vervloeken; bidt voor wie u smadelijk behandelen.” (Luc. 6:27-29)
22.”Weest barmhartig.” (Luc. 6:36)
23.”Zoekt en gij zult vinden (blijft zoeken, en gij zult vinden)” (Luc. 11:19)
24.”Waarom ook oordeelt gij niet uit uzelf wat recht is?” (Luc. 12:57)
25.”Een ieder die tot mij komt en mijn woorden en ze doet, Ik zal u tonen aan wie hij gelijk is: Hij is
gelijk aan iemand, die bij het bouwen van een huis diep gegraven en het fundament op de rots gelegd
heeft. Toen een watervloed kwam en de stroom tegen het huis aansloeg, kon hij het niet aan het
wankelen brengen, omdat het goed gebouwd was. Doch wie het hoort en het niet doet, is gelijk aan
iemand, die een huis op grond bouwt zonder fundament. Toen de stroom daar tegen aan sloeg stortte
het terstond in en het huis werd één groot bouwval.” (Luc. 6:46-49)
48
26.”Wanneer Gij uzelf kent, dan zal men u kennen en gij zult weten, dat gij zonen zijt van de Vader, de
levende. Maar wanneer gij uzelf niet kent, dan zijt gij in armoede en gij zijt de armoede.” (Thom. 3)
27.”Wie alles kent behalve zichzelf, mist alles.” (Thom. 67)
28.”Toen kwam Petrus bij Hem en zeide: Here, hoeveel maal zal mijn broeder tegen mij zondigen en
moet ik hem vergeven? Tot zevenmaal toe? Jezus zeide tot hem: Ik zeg u, niet tot zevenmaal toe, maar
tot zeventig maal zevenmaal.” (Matt. 18:21,22)
29.”en vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren.” (Matt. 6:12)
30.”Ieder die zijn leven zal trachten te behouden, die zal het verliezen, maar ieder, die het verliezen zal,
die zal het vernieuwen.” (Luc. 17:33-34)
31.”Voorwaar, voorwaar, ik zeg u, indien de graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft zij op
zichzelf; maar indien zij sterft, brengt zij veel vrucht voort. Wie zijn leven liefheeft, maakt dat het
verloren gaat, maar wie zijn leven haat in deze wereld, zal het bewaren ten eeuwigen leven.” (Joh. 12:
24-26)
32.”Zalig die treuren, want zij zullen vertroost worden.” (Matt. 5:4)
33.”Laat los en u zult losgelaten worden.” (Luc. 6:37)
34.”Wat ziet gij de splinter in het oog van uw broeder, maar de balk in uw eigen oog bemerkt
(beschouwd) gij niet? Hoe zult gij dan tot uw broeder zeggen: laat mij de splinter uit uw oog wegdoen,
terwijl, zie, de balk in uw oog is? Huichelaar, doe eerst de balk uit uw oog weg, dan zult gij scherp
kunnen zien om de splinter uit het oog van uw broeder weg te doen.” (Matt. 7:3)
35.”Kan een blinde een blinde geleiden? Zullen zij niet beiden in een put vallen?” (Luc. 6:39)
36.”Gij blinde Farizeeër, reinig eerst de inhoud (binnenkant) van de beker, dan zal hij ook van buiten
rein worden.” (Matt. 23:26)
37.”Want uit de overvloed des hartes spreekt de mond. Een goed mens brengt uit zijn goede schat goede
dingen voort, en een slecht mens uit zijn boze schat boze dingen.” (Matt. 12:34b,35)
38.”Oordeelt niet, opdat gij niet geoordeelt wordt.” (Matt. 7:1)
39.”En veroordeelt niet en gij zult niet veroordeelt worden.” (Luc. 6:37)
40.”Indien uw broeder zondigt, ga heen en bestraf hem onder vier ogen (ga zijn fout dan blootleggen
tussen u en hem alleen). Indien hij naar u luistert, hebt gij uw broeder gewonnen. Indien hij niet luistert,
neem dan nog een of twee met u mede, opdat op de verklaring van twee getuigen of van drie elke zaak
vaststa. Indien hij naar hen niet luistert, zeg het dan aan de gemeente. Indien hij naar de gemeente niet
luistert, dan zei hij u als een heiden en een tollenaar.” (Matt. 18:15)
41.”Laat het ja, dat gij zegt, ja zijn, en het neen, neen.” (Matt. 5:37)
42.”Gij zijt het zout der aarde; indien nu het zout zijn kracht verliest, waarmede zal het gezouten
worden?” (Matt. 5:13)
49
43.”Gij zijt het licht der wereld. Een stad die op een berg ligt kan niet verborgen blijven. Ook steekt
men geen lamp aan, en zet haar onder de korenmaat, maar op de standaart, en zij schijnt voor allen die
in huis zijn.” (Matt. 5:14,15)
44.”En indien iemand u niet ontvangt, of uw woorden niet hoort (of niet naar uw woorden luistert),
verlaat dan dat huis of die stad en schudt het stof uwer voeten af.” (Matt. 10:14)
45.”Gij hebt gehoord, dat er gezegd is: Oog om oog en tand om tand. Maar ik zeg u, de boze niet te
weerstaan, doch wie u een slag geeft op de rechterwang, keer hem ook de andere toe; en wil iemand uw
rechten en uw hemd nemen, laat hem ook uw mantel; en zal iemand u voor één mijl pressen, ga er twee
met hem. Geef hem, die van vraagt, en wijs hem niet af, die van u lenen wil.” (Matt. 5:38-42)
46.”En gelijk gij wilt, dat u de mensen doen, doet gij hun evenzo.” (Luc. 6:31)
47.”Voorwaar, voorwaar, ik zeg u, tenzij iemand wederom geboren wordt, kan hij het koninkrijk Gods
niet zien.” (Joh. 3:3)
48.”Wat uit het vlees geboren is, is vlees, en wat uit de geest geboren is, is geest.”
49.”Voorwaar, ik zeg u, wanneer gij u niet bekeert (omkeert) en wordt als de kinderen, zult gij het
koninkrijk der hemelen zeker niet binnengaan.” (Matt. 18:3)
50.”Komt tot mij allen, die vermoeid en belast zijn, en ik zal u rust geven (verkwikken); neem mijn juk
op u en leert van Mij, want Ik ben zachtmoedig en nederig van hart, en gij zult rust vinden voor uw
zielen; want mijn juk is zacht en mijn last licht.” (Matt. 11:28-30)
50
Literatuur

Groot Nieuws Bijbel, de Katholieke bijbelstichting/Nederlands Bijbelgenootschap: Den
Bosch/Haarlem.

Bijbel, de nieuwe bijbelvertaling 2004: Nederlands Bijbelgenootschap.

Heilige Schrift, nieuwe wereldvertaling.

Omgang met Gods geestenwereld, Johannes Greber: Mirananda Den Haag.

“Wat je zegt ben je zelf”!, de wereld van de hulpverlening binnen de psychiatrie, Frank R.
Hissink: Bergboek Zwolle.

Hoe Leest Gij?, Wouter de Boever: Uitgeverij Syntyche Dordrecht.

De pijlers van het Christelijk geloof, Derek Prince: Derek Prince ministries Nederland.
51
Download