Training Netwerken

advertisement
Training Netwerken
Forum
12-5-2014
Inhoudsopgave
Inleiding
3
Doelen
Deelnemers
Werkvormen
Programma
 Voorstellen & introductie
 Inleiding
 Opdracht – Je eigen netwerk
 Theorie
 Opdracht – In gesprek met een werkgever
 Evaluatie
4
4
4
4
5
6
7
8
12
14
2
Inleiding
Welkom bij de trainingsmodule Netwerken. Tegenwoordig is netwerken een belangrijke
vaardigheid om aan een stageplek of een (bij)baan te komen. Het kennen van verschillende
mensen en het hebben van goede contacten kunnen je helpen om je doelen sneller te
bereiken.
In dit onderdeel kijken wij naar wat netwerken inhoud en hoe je dit het beste kunt
vormgeven. Dit doen wij door samen met de studenten een netwerkanalyse te maken. Hierbij
zullen we kijken naar de verschillende manieren om een netwerk uit te breiden en te
onderhouden. Tevens zullen we aandacht besteden aan twee belangrijke vaardigheden om
te kunnen netwerken. Tijdens de training krijgen de studenten de gelegenheid om hiermee te
oefenen. Door te oefenen ervaren zij hun sterke en minder sterke kanten bij het netwerken.
Door te netwerken ben je een belangrijke bron van informatie, ideeën en contacten van de
ene persoon aan de andere en vervolgens aan nog meer mensen. Wanneer je dus iemand
steunt, een tip geeft of stimuleert dan ben jij de gever in het netwerkproces en draag je bij
aan zowel jezelf als de ander. Ik wens je dan ook veel plezier met het bijdragen aan het
netwerk van de student.
3
Doelen
-de student krijgt inzicht in wat netwerken inhoud
-de student kan aangeven wat het doel is van netwerken
-de student is zich bewuster van zijn eigen netwerk en kan deze beter in kaart brengen
-de student is zich meer bewust van hoe hij zijn netwerk voor zich kan inzetten
-de student is beter bekend met hoe hij zijn netwerk kan vergroten
- de student weet welke vaardigheden belangrijk zijn om een netwerk op te zetten en te
onderhouden
Deelnemers
20-25 deelnemers uit het (V)MBO. Indien het mogelijk is, is het voor het beste
resultaatwenselijk dat de groepen uit 10-12 deelnemers bestaan.
Werkvormen
De training duurt 90 minuten en wordt klassikaal aangeboden. De module wordt afgestemd
op het niveau van de studenten. Er wordt gebruikt gemaakt van interactieve werkvormen.
Samenwerken in kleine groepjes staat centraal. Zo verhoog je de kansen op het succesvol
verwerven van kennis en vaardigheden.
Programma
Tijd
Activiteit
Inhoud
Duur
Benodigdheden
5 min.
Inhoud van de training
5 min.
-Wat is netwerken
-Wat is het belang van
netwerken
Introductie opdracht
Uitvoering
Ophangen flip-overs &
Nabespreken
Netwerk uitbreiden
Belangrijke
vaardigheden
Tips
Introductie & groepjes
vormen
Uitvoering in drietallen
Uitvoeren voor de klas
Groene en rode stoel
5 min.
PowerPoint
Presentatie
PowerPoint
Presentatie
5 min.
Voorstellen &
Introductie
Inleiding
30 min.
Opdracht – Je eigen
netwerk
10 min.
Theorie
30 min.
Opdracht – In gesprek
met een werkgever
10 min.
Evaluatie
Totaal
3 min.
15 min.
12 min.
Flip-over, stift,
plakband
10 min.
PowerPoint
Presentatie
5 min.
PowerPoint
Presentatie
15 min.
10 min.
10 min.
90
minuten
4
2 stoelen, 1 rode
en 1 groene A4
Voorstellen & introductie (5 min.)
Wat staat er op het programma?
• Doel van de training
• Inleiding
• Opdracht – Netwerk in kaart brengen
• Theorie
•Opdracht – In gesprek met de werkgever
•Evaluatie
18-5-2014
Instructie: Het doel van de training is dat de student beter kan netwerken.
Aan het eind van deze training...
•… Weet je beter wat netwerken is en wat het doel hiervan
is;
•… Heb je in kaart gebracht wie je in je netwerk hebt en wat
ze voor je kunnen betekenen;
•…Je weet hoe je gebruik kan maken van een netwerk.
18-5-2014
Instructie: Neem de bovenstaande punten door.
5
Inleiding (5 min.)
Wat is netwerken?
18-5-2014
Instructie: Tegenwoordig is netwerken een belangrijke vaardigheid om aan een stageplek of
baan te komen. Je hoort het overal, maar wat is eigenlijk netwerken? Noteer de antwoorden
op het bord. Vervolgens kun je de volgende dia laten zien.
Netwerken
Netwerken is het leggen en onderhouden van contacten
die je verder kunnen helpen in je werk, je carrière en je
privéleven.
18-5-2014
Instructie: Het is handig om mensen te kennen en contacten te hebben die je een stap
verder brengen. Netwerken zijn geven en nemen. Dus ook jij helpt mensen in je netwerk aan
informatie en nieuwe contacten en geeft iemand net die tip over die ene leuke baan die goed
bij haar past. Zo help je elkaar.
6
Geef een voorbeeld waarbij jij je netwerk heb ingezet en geef een aantal studenten de beurt
om ook te vertellen wanneer zij hun netwerk hebben ingezet om hun doel te bereiken.
Kun je je nog herinneren wanneer iemand je voor het laatst over een goede film vertelde? Of
een game? Of misschien noemde een medestudent een leuke tent om te feesten of een
plaats om op vakantie te gaan? En die keer dat een vriend/vriendin je vertelde over die
geweldige winkel om kleren of schoenen te kopen of lekker te eten. Wanneer iemand je iets
aanraadt, is dat netwerken. Netwerken betekent kansen creëren door mensen te ontmoeten,
contacten te leggen en relaties op te bouwen. Zo kun je informatie, ideeën en contacten van
de ene persoon aan de andere doorgeven zodat ze iets voor elkaar kunnen betekenen.
Netwerken is dus ook ontzettend belangrijk bij het vinden van een stageplek of een (bij)baan.
De meeste vacatures worden ‘via-via’ vervuld. Door mensen die iemand kennen die weer
iemand kent die iets voor je kan betekenen. De meeste mensen worden een beetje kriebelig
bij het woord ‘netwerken’ en denken meteen ‘ik heb geen netwerk’ en ‘ik heb een hekel aan
netwerken, dat doen alleen snelle jongens’. Maar dat klopt niet, we hebben allemaal een
netwerk! Vandaag gaan we in kaart brengen wie wij in ons netwerk hebben en wat zij voor
ons kunnen betekenen.
Opdracht- Je eigen netwerk ( 30 min.)
Opdracht – Je eigen netwerk
18-5-2014
Instructie: Geef ieder student een flip-over en een stift en licht de opdracht toe.
Stel dat jullie op zoek moeten naar een nieuwe stageplek of een bijbaan, wie zou je dan
daarvoor kunnen benaderen uit je netwerk? Denk hierbij aan een docent van school, je
vader, een buurvrouw, een oude kennis of je sportbegeleider. Met de volgende opdracht
7
gaan jullie je eigen netwerk in kaart brengen. Schrijf je naam in het midden van een flip-over
en noteer daar om heen wie allemaal iets voor je kan betekenen. Geef kort de naam en/of
bedrijf aan ( als dat van toepassing is) en vermeld wat ze dan voor je kunnen betekenen. De
moeder van Piet is misschien heel goed in het schrijven van sollicitatiebrieven en zou
feedback kunnen geven op een brief, maar ook de buurman die bij de gemeente werkt zou
jouw CV door kunnen sturen naar zijn collega’s. Jullie krijgen hier 15 minuten de tijd voor.
Loop tijdens de opdracht rond in de klas om vragen te beantwoorden of studenten te
stimuleren als ze niet zo snel kunnen bedenken wie ze in hun netwerk hebben.
Hang nadat ze klaar zijn de flip-overs op het bord en laat zien hoe krachtig al die netwerken
zijn. Dit is een goede manier om te zien hoeveel mensen iemand kent, die weer mensen
kennen die iets voor je kunnen betekenen. Geef een aantal studenten de gelegenheid om
zijn/haar netwerk te presenteren ( krijgen ze ook gelegenheid om aan andere vaardigheden
te werken). Sta stil bij de verschillen en vraag om toelichting als dat nodig is. Zo komen
studenten op andere ideeën en mensen uit hun netwerk (die ze wellicht waren vergeten).
Belangrijk is om te vermelden dat het netwerk van je medestudent ook iets voor jou kan
betekenen.
Theorie (10 min.)
THEORIE
18-5-2014
Instructie: We hebben het zojuist met elkaar gehad over wie jullie allemaal in je netwerk
hebben en wat ze voor jullie kunnen betekenen. Belangrijk is dat je weet wat je wilt bereiken
en hoe je je netwerken kan inzetten en/of uitbreiden. Hoe of waar leer je nieuwe mensen
kennen? Zo een eerste ontmoeting kan best eng zijn. Hoe kun je dat het beste aanpakken?
Wat zeg je of doe je dan?
8
Netwerk uitbreiden
•Nieuwe mensen ontmoeten op stage, school, werk of privé
•Profiel aanmaken op Facebook of LinkedIn
•Gericht mensen benaderen
18-5-2014
Introductie: Het uitbouwen van je netwerk gaat niet altijd vanzelf, daar moet je soms moeite
voor doen. Op school, stage, werk of privé ( bijvoorbeeld verjaardagen of een cursus wat je
volgt) ontmoet je nieuwe mensen en daarmee ontstaan nieuwe mogelijkheden. Je kunt je
netwerk ook uitbreiden door een profiel aan te maken op Facebook en LinkedIn. Bedenk
goed wat je daar wel of niet op plaatst. Vraag de studenten wie een Facebook of LinkedIn
profiel heeft en wat belangrijk is om op je profiel te vermelden. Denk hierbij aan info wat je
wel/niet deelt, foto, juiste/onjuiste informatie etc.
Natuurlijk kun je mensen ook gericht benaderen voor jouw doelen, bijvoorbeeld door iemand
te bellen voor een afspraak als je een stageplek zoekt of een nieuwe bijbaan. Hoewel veel
mensen dat lastig vinden is het een kwestie van doen. Wat is belangrijk bij het ontmoeten
van nieuwe mensen?
Stel: je bent op zoek naar een nieuwe bijbaan. Je wilt bijvoorbeeld graag een baantje bij een
kledingzaak. Als je al mensen kent, is het iets makkelijker: je belt je oude manager op die bij
een kledingzaak werkt, kletst wat bij en maakt eventueel een afspraak voor een gesprek om
te kijken wat jullie voor elkaar kunnen betekenen. Verwacht er niet meteen iets voor terug.
Dat jullie contact hebben en informatie uitwisselen is al erg goed. Het kan zijn dat zij op dat
moment niks voor je heeft, maar wel weer in haar netwerk kan informeren of andere
kledingzaken personeel nodig hebben.
Heb je zelf geen kennissen, misschien heeft iemand die je kent ze weer wel. Je praat met
een vriendin, die zegt dat haar buurman bij een kledingzaak werkt. “Goh”, zeg jij,
“interessant, daar zou ik wel een keer mee willen praten. Zou jij je buurman willen vragen of
ik contact met hem mag opnemen? “ Heb je een profiel op LinkedIn, dan kun je zoeken naar
mensen die voor jou interessante vacatures hebben. Je kunt ze vervolgens via een
persoonlijk bericht om meer informatie vragen.
9
Je kunt de gastlessen, trainingen en bedrijfsbezoeken ook gebruiken om te netwerken.
Vooral bedrijfsbezoeken waar je toekomstige collega’s leert kennen. Vergeet je visitekaart
niet mee te nemen!
Om goed te kunnen netwerken moet je een aantal vaardigheden goed beheersen.
Wat moet je kunnen om goed te netwerken?
• Vragen stellen
• Goed kunnen luisteren
18-5-2014
Instructie: Netwerken vindt plaats door met elkaar te praten. Door met elkaar een gesprek
te voeren hebben we contact met elkaar, leren we elkaar kennen en delen we informatie. Als
je op een feestje iemand ontmoet waarvan je denkt dat je iets voor elkaar kunt betekenen is
het bijvoorbeeld erg fijn als je goed kan luisteren, vragen kan stellen en interesse kan tonen.
Hoe doe je dit? Waar kan de ander aan merken dat je dit zorgvuldig doet?
 Vragen stellen
Toon interesse in de ander, maar vraag ook wat je hebben wilt. Heel veel mensen
durven dit niet, terwijl de kans groter is dat je iets krijgt als je er naar vraagt. Stel je
doel is stagelopen bij een bank in Amsterdam. Welke vragen zou je dan kunnen
stellen? Een aantal voorbeelden:
- Ken je iemand die bij de bank werkt?
- Ik ben student Bank & verzekeringen en wil in Amsterdam bij een bank stage
lopen. Met wie zou ik volgens jou het beste contact kunnen opnemen?

Goed kunnen luisteren
Door te luisteren verzamel je informatie, maar geef je ook de ander het gevoel dat je
hem serieus neemt. Hebben mensen het gevoel dat ze echt contact met je hebben
en dat je echt geïnteresseerd bent, dan worden ze opener en geven ze je meer
informatie. Een aantal belangrijke punten zijn:
- Keer je lichaam naar de persoon toe en maak oogcontact
- Zorg voor een open houding ( kruis je armen en benen niet)
- Knik af en toe ( moedigt de ander aan om verder te gaan)
10
-
Geef de ander ruimte, laat hem uitspreken
BELANGRIJKE TIPS
18-5-2014
Instructie: Naast ‘goed luisteren’ en ‘vragen stellen’ zijn er nog een aantal belangrijke
gewoontes die we vooral bij het netwerken kunnen inzetten of juist niet. Vraag aan de
studenten wat zij belangrijk vinden bij een ontmoeting met nieuwe mensen en laat
vervolgens de volgende twee dia’s zien waarin de do’s en don’ts zijn verwerkt om goed te
netwerken.
Do’s
•Stel jezelf altijd voor met je volledige naam
•Bedank mensen als ze iets voor je hebben betekend
•Netwerk ook voor anderen door mensen aan elkaar voor
te stellen
•Vraag en geef een visitekaartje
•Zorg er voor dat je glimlacht
19-5-2014
Instructie: Neem de bovenstaande tips door en licht toe.
11
Don’ts
• Niet of te laat reageren op uitnodigingen
•Telefoontjes uitstellen
•Visitekaartjes van mensen overal laten rondslingeren
•Je eigen visitekaartje vergeten mee te nemen
•Ongeschikte contactgegevens ( slecht e-mailadres)
•Op verjaardagen en feestjes blijven hangen bij de mensen
die je kent
19-5-2014
Instructie: Neem de bovenstaande tips door en licht toe als dat nodig is.
Opdracht – In gesprek met een werkgever (30 min.)
Opdracht – In gesprek met een werkgever
18-5-2014
Instructie: In koppels van drie ga je een rollenspel doen waarbij je wat je zojuist geleerd
hebt gaat toepassen.
12
Aandachtspunten opdracht
• Groepjes van drie
• Rollen; werkgever, student en observator
• 15 minuten tijd, 5 minuten per rollenspel
• Rouleren zodat iedereen kan oefenen
• Observator geeft feedback; start eerst met wat goed ging!
19-5-2014
Instructie: Een van jullie is de werkgever en de ander de student die op zoek is naar een
nieuwe stageplek voor het komend schooljaar. De derde persoon is de observator. Jullie
treffen elkaar op een verjaardagsfeestje. Jij zou het ontzettend leuk en leerzaam vinden om
bij deze organisatie stage te lopen. Hoe pak je dit aan? Hoe kom je in contact en snijd je het
onderwerp aan?
Bedenk even van te voren om welk organisatie het gaat en om wat voor functie. Je krijgt 15
minuten tijd om met elkaar te oefenen. Ruil na afloop, zodat ieder van jullie de gelegenheid
krijgen om te oefenen. De observant geeft feedback op wat er goed en minder goed gaat.
Bespreek plenair met de studenten welke tips zij voor elkaar hebben. Wat lukt wel tijdens het
netwerken, wat zet je daarvoor in? Wat lukt niet zo goed tijdens het netwerken, wat kun je
daarvoor inzetten?
Bij voldoende tijd kun je een rollenspel doen voor de klas met een aantal studenten, waarbij
jij of de K!X-coördinator de werkgever speelt. Als het mogelijk is kun je wat materiaal
meenemen ( blazer, stropdas, bril etc.), die je kunt inzetten tijdens de training.
Het is belangrijk dat de trainer, maar ook de K!X-coördinator (docent) tijdens de oefening
rondlopen en ook feedback geven.
13
Evaluatie (10 min.)
Evaluatie
Hoe heb je de training ervaren?
19-5-2014
Instructie: Plaats twee stoelen (naast elkaar) voor de klas. Plak op een van de stoelen een
groene vel papier en op de ander een rode vel papier. Groen staat voor prettig en rood voor
onprettig. Geef vervolgens aan dat je erg benieuwd bent naar hoe ze de training hebben
ervaren en nodig één voor één een aantal deelnemers naar voren. De regel is wel dat je
eerst op de groene stoel gaat zitten! Afrondend kun je zelf ook op de stoel zitten om de
groep iets terug te geven.
14
Download