Welkom + V. Welkom, mensen allemaal. Vandaag vieren wij één van de oudste christelijke feesten: MARIA LICHTMIS, ook: de OPDRACHT van JEZUS in de TEMPEL. Op het einde van de vierde eeuw reeds vierden de christenen dat Maria en Jozef 40 dagen na de geboorte van Jezus naar de tempel trokken om hun kindje op te dragen aan God. Opdragen wil zeggen: van harte weggeven, toevertrouwen, toewijden... Zo tonen zijn ouders dat Jezus helemaal aan God toebehoort. Jezus is het licht van God dat voor alle mensen straalt. Lied: Licht dat ons aanstoot in de morgen. voortijdig licht waarin wij staan, koud, één voor één en ongeborgen, licht overdek mij, vuur mij aan. Dat ik niet uitval, dat wij allen zo zwaar en droevig als wij zijn niet uit elkaars genade vallen en doelloos en onvindbaar zijn. Licht van mijn stad de stedehouder, aanhoudend licht dat overwint. Vaderlijk licht steevaste schouder draag mij, ik ben jouw kijkend kind. Licht, kind in mij, kijk uit mijn ogen of ergens al de wereld daagt waar mensen waardig leven mogen en elk zijn naam in vrede draagt. Alles zal zwichten en verwaaien wat op het licht niet is geijkt. Taal zal alleen verwoesting zaaien en van ons doen geen daad beklijft. Veelstemmig licht om aan te horen zolang ons hart nog slagen geeft. Liefste der mensen eerst geboren Licht, laatste woord van hem die leeft. Verzoeningsmoment V. Licht is helder, verwarmend, hoopgevend. En toch is er rondom ons zoveel dat licht uitdooft, zoveel licht dat niet herkend wordt. L. Soms kleineren we mensen om onszelf een beetje gewichtig te voelen. Samen: Omdat wij daardoor Uw licht geen kans geven, vergeef ons Heer. L. Wij zijn zo dikwijls 'schijn-tevreden', ingekapseld in eigen kleinheid, in plaats van 'bewust-tevreden' te zijn met al de mogelijkheden en uitdagingen die elke dag ons brengt. Samen: Omdat wij daardoor Uw licht geen kans geven, vergeef ons Heer. L. Soms maken we het zelf duister om ons heen: door eigen verdriet op te schroeven, door ontmoedigd de handen te laten hangen wanneer alles niet naar eigen wens verloopt. Samen: Omdat wij daardoor Uw licht geen kans geven, vergeef ons Heer. Gebed - samenGod-met-ons vandaag mogen wij vieren dat Gij ons hebt bezocht in Jezus, het licht voor alle volken. Open onze ogen en ons hart, opdat ook wij Hem erkennen als het licht dat ons de weg wijst naar u toe. Amen. Lezing Tien kaarsjes. Er waren eens tien kaarsjes, met vlammetjes, o zo fijn. Ze wilden op dit doopfeest graag goede kaarsjes zijn. Er waren nog vijf kaarsjes. Wat zullen ze gaan doen? Eén brandde veel te haastig Opeens verdween hij toen. Eén kaarsje viel het tegen altijd in vlam te staan. Die doofde snel zijn lichtje, en is toen weggegaan. Er stonden nog vier kaarsjes. Zij brandden helder op. Eén werd er uitgeblazen. Hij lette niet goed op. Er waren negen kaarsjes. Eén van de negen zei: Van de laatste drie kaarsjes ging één met het donker mee. 3. 'Ik vind het hier niet prettig'. En stapte uit de rij. Hij vond het niet meer nodig. Toen waren er nog twee. Er waren nog acht kaarsjes. Dat was een mooi gezicht. Eén dacht: 'Ik ben de beste'. Meteen verdween het licht. Die laatste beide kaarsjes. wat waren ze alleen. Eén ging van moeheid slapen. Toen was er nog maar één. Toen stonden van de kaarsjes nog zeven in de vlam. Maar één vergat te branden. Hij wist niet hoe dat kwam. Het laatste kleine kaarsje, dat eenzaam branden bleef, dacht: 'Als ik nu mijn lichtje eens aan de anderen geef'. De vlammen van zes kaarsjes, die brandden honderd uit. Eén zei: 'Ik ben de mooiste'. En ja, toen ging het uit. Toen heeft dat ene kaarsje hun feest nog juist gered. Het heeft alle and're kaarsjes opnieuw in vlam gezet. Lied: Uit uw hemel zonder grenzen komt Gij tastend aan het licht met een naam en een gezicht even weerloos als wij mensen. Als een kind zijt Gij gekomen als een schaduw die verblindt onnaspeurbaar als de wind die voorbijgaat in de bomen. Als een vuur zijt Gij verschenen als een ster gaat Gij ons voor in den vreemde wijst Uw spoor in de dood zijt Gij verdwenen. Als een bron zijt Gij begraven als een mens in de woestijn zal er ooit een ander zijn ooit nog vrede hier op aarde? Als een woord zijt Gij gegeven als een nacht van hoop en vrees als een pijn die ons geneest als een nieuw begin van leven. Lezing uit het evangelie volgens Lc. 2, 22-35. Een zee van mensen, mensenzee, spring er maar in zwem met ons mee. Voorbeden V. Om lichtpuntjes van hoop en geloof bidden wij: L. Om Gods glimlach die rusten mag op alle nieuwgeboren kinderen. Dat zij in hun groei mensen mogen ontmoeten die lichtdragers zijn van Uw boodschap, Heer. Samen: Zegen ons God, voor elkaar met geborgenheid en trouw; doe stralen onder ons Uw aanwezigheid. Offerande Onze kinderen brengen kaarsjes aan, brood en wijn Gebed bij de gaven V. Rond brood en wijn, tekens van leven, rond brandende kaarsjes, lichtjes van hoop, mogen wij bidden: Samen: God, in deze eenvoudige tekenen van brood en wijn, van kaarsen, zijt Gij ons nabij. Wij willen uw licht uitdragen om elkaar blij te maken, om solidair te zijn met elkaar, om elkaar moed te geven, om brood en wijn te zijn voor elkaar. Amen. Dank - en tafelgebed V. Wij danken u, God met ons. In deze grote, rumoerige wereld met schreeuwende mensen, vechtende volkeren, in het grote lawaai dat ons omringt bent u ons verschenen in de eenvoud van een kind. Samen: God, wij danken U, dat U onze God wil zijn, dat wij U in een mensenkind mogen ontmoeten, een mens als een ander en toch, Uw geliefde Zoon. Zo begint U weer opnieuw in ons te geloven. 5. V. Nooitgeziene God, wij mochten ontdekken wie U bent in dat kind, aan U opgedragen in de tempel, de nieuwe mens, Licht in de wereld. Weerloos en klein was hij, vertrapt door goden en machten, verslonden werd hij door oorlog en haat. Samen: En toch bleef hij, zoals hij geboren was: een kind van mensen, zoon van God. V. Hij heeft zichzelf gegeven met een liefde die niet klein te krijgen is. Zo gedenken wij Hem, tot op zijn laatste avond: - instellingswoorden Samen: Heer Jezus, wij verkondigen Uw dood en wij belijden tot Gij wederkeert, dat Gij verrezen zijt. V. Zend ons de Geest van Jezus. Zend ons Zijn Geest van geloof in een toekomst waar niemand uitgesloten wordt. Laat het ook vandaag en morgen gebeuren dat hoop herleeft, dat wij opnieuw op weg gaan, de tempel uit, de wereld in, om onze opdracht te vervullen. Samen: Zo bidden wij, omwille van Jezus, Uw licht in deze wereld. Amen. Onze Vader, in de hemel, maak alles nieuw Geef uw naam aan deze wereld, maak alles nieuw Breng uw koninkrijk tot leven, maak alles nieuw Wees de hemel, wees de aarde, maak alles nieuw Geef het brood in onze dagen, maak alles nieuw En vergeef ons onze schulden, maak alles nieuw Laat ook ons elkaar vergeven, maak alles nieuw God verlos ons van het kwade, maak alles nieuw Vredewens V. Door de dagen breekt het licht al meer door. Mensen verlangen naar licht en warmte. God kijkt uit naar zulke mensen, 7. zij zijn licht in de wereld. Mensen als licht, zijn een feest voor de wereld, fakkeldragers van vrede. Die vrede van de Heer zij altijd met u. Samen: Die vrede van de Heer, dat licht willen wij uitdragen naar alle mensen om ons heen. Communie Lied: Niño, niño... Daniel Viglietti droeg dit lied op aan de kinderen van de 'cantegriles' (sloppenwijken) van Montevideo (Uruguay, Zuid-Amerika). De melodie is die van een zacht kinderliedje, maar hierachter zit een tekst van harde realiteit verscholen. Niño, mi niño hoy tienes que jugar y reir (2x) Mañana seras grande y tendras que luchar. Con la dura vida, te vas a encontrar. (2x) Niño... tu tienes que reir. Kindje, mijn kindje vandaag moet je spelen en lachen Morgen zal je groot zijn en zal je moeten vechten. Het harde leven zal je tegenkomen. Kindje... jij moet lachen. of lied: Licht! Licht! Alles wordt licht! Niets dan licht! Overal licht! Alles is licht geworden! Weggesprongen uit het duister, sprankelend de jonge morgen. Helder nog de Morgenster. De Dageraad zojuist geboren -dauw aan haar wimpersstaat stralend op aarde. Dansend komt zij uit het oosten, -wieg en woonplaats van het lichtde zon in al haar luister. Zo komt de Wedergeborene, de Zon van het al, Die de dood overwon, het leven zijn plaats hergaf. Zegengebed V. Niet voor de nacht zijn wij geschapen, maar voor de dag. Niet voor het duister hebt Gij ons bestemd, maar tot het licht. Samen: Zegen ons dan God tot tekens van hoop tot boden van Uw licht. Amen.