“Waterkonten”, zo noemen wij dat hier! Vraag: Ik heb een korte vraag. In verband met verhuizing naar mijn nieuwe woning , kunnen mijn kwekers voor de komende winterkweek niet bij mij gestald worden. Daarom zou ik een stempel willen zetten op de eieren zodra ze gelegd zijn. Daarom vraag ik mij af, of het schadelijk is voor de eieren / jongen als ik de eieren van een merkteken voorzie? Antwoord: Een ei is poreus. Rond de eischaal die van duizenden kleine verluchtingsgaatjes is voorzien, zit nog een beschermend laagje dat kiemen moet buiten houden. Het lijkt wel een soort waslaagje. Wanneer we een ei wassen, wordt dit laagje beschadigd of weggewassen, en kan het ei gemakkelijker bederven. Zo is het logisch, dat ook een merkteken de schaal wat zal beschadigen en ademopeningen kan afsluiten. Het best kan men een potlood gebruiken om op een ei te schrijven. Indien het merkteken echter totaal onuitwisbaar moet zijn, moet men uitkijken. Best geen alcoholische stoffen gebruiken zoals een alcoholstift. De alcohol kan in het ei dringen. Ik zeg wel “kan”, want de meeste eieren zullen normaal uitkomen. Stempelinkt moet kunnen. Probeer echter wel de oppervlakte van het merkteken te beperken. Vraag: Ik heb even een vraagje over de bovenste luchtspleet. In een van mijn hokken is de bovenste luchtspleet bij alle duiven open. Op het andere hok bij alle duiven dicht. Toch zijn de hokken nagenoeg hetzelfde. Hoe is dit mogelijk? Antwoord: Persoonlijk zie ik graag bij mijn duiven dat de bovenste luchtspleet goed open is. Indien dit niet het geval is, scheelt er mogelijks iets met de bovenste luchtwegen. Het klimaat op het hok is daarbij van kapitaal belang. En dit is nu het wonderlijke. Er zijn geen twee gelijke hokken! Zo ken ik een melker die het duivenhok van een goede speler volledig kopieerde, en toch kan hij op zijn hok geen duif gezond houden! Van groot belang is ook de ligging van het hok en de hokbezetting. Een andere klant van mij nam het hok over van een melker die de pannen van het dak speelde, maar speelt zelf geen platte prijs! Tot slot kan een hok ook een hokbesmetting hebben. In dit geval zou ik het “slechte” hok even grondig uitroken met een rookkaars. Het ware ook een goed experiment, om even gedurende een maand een “gezonde” duif met open luchtspleet op het “slechte” hok te plaatsen, en andersom. Zo kan men er misschien achter komen of het inderdaad aan het hok ligt. In dergelijke situatie kunnen zoveel verschillende factoren meespelen, dat het moeilijk is de ware oorzaak te achterhalen. Controleer wel of de ventilatie op beide hokken gelijk is. Vraag: Ik heb nu twee duiven die in een oog de kleur verliezen. Wat kan dit zijn? Antwoord: Mogelijks werd het oog beschadigd. Dit kan bijvoorbeeld zijn door elkaar te pikken bij het vechten. Over het algemeen is het verliezen van de kleur in de ogen een fenomeen van slechte doorbloeding of bloedarmoede. Dit is echter dan wel aan beide ogen. Iedereen ziet graag duiven met brutale, fel gekleurde ogen. Het oog is de weerspiegeling van de ziel, en zo kwam ondermeer de oogtheorie tot stand. Bij ouder wordende kwekers gaat de kleur van de iris of regenboogvlies wat achteruit. Het pigment ligt er dan niet meer zo dik bovenop, en volgens deze theorie gaat dan de kweekwaarde van de duif achteruit… Vraag: Ik heb van een kennis 2 late jongen gekregen. De ouders waren mooi en goed, maar de jongen hadden “waterkonten”. Zo noemen wij dat hier. Ze waren heel week van achter en de stuit lag ver open. Toen ik ze kreeg aten ze alleen kleine zaden. Ook de ouders aten veel klein voer en lieten het gewone liggen. Ze worden daar overtollig gevoerd. Hebben de jongen daar te weinig eiwitten gehad? Gaan die waterkonten nog weg? Heeft dit blijvende schade veroorzaakt? Antwoord: Dergelijke jonge duiven zouden mij ook niet bevallen. Het zijn duifjes waar men als het ware “door pakt”. Vaak hebben dergelijke jongen een erg zwakke rug en een te arme bespiering. Ze slagen er niet in de rug te strekken, en steken de staart naar omhoog als we ze in de hand hebben. Om spieren te kunnen aanmaken, voldoende snel te groeien en goed ontwikkelde organen te ontwikkelen heeft men inderdaad behoorlijk wat eiwit nodig. Vergeet niet dat zulke zwakkelingen ook veel gevoeliger zijn aan ziektes, en daardoor dan weer nog zwakker dreigen te worden. Controleer deze jongen op alle mogelijke parasieten zoals Trichomonas, wormen, coccidiose en luizen. Geef ze zeker een geelkuur, en bekijk of ook tegen de rest gekuurd moet worden. Ik zou in ieder geval deze jongen leren van ook groot voer op te nemen. Desnoods een kweekmengeling zeven, zodat de kleine zaden verwijderd kunnen worden. Van zodra deze jongen echter normaal eten moet men wel weer de volledige mengeling geven. Een goede kweekmengeling is volledig uitgebalanceerd. Verstrek ook voldoende mineralen. Of dit blijvende gevolgen zal hebben is moeilijk in te schatten. Dit is niet noodzakelijk het geval. Veel soorten “overnachters” komen als klein jong allemaal een beetje zo over. Dit zijn laat rijpe rassen die 2 tot 3 jaar nodig hebben om volledig uit te groeien. Vroeg rijpe rassen zoals de meeste vitesseduiven zullen wel sneller onder dergelijke slechte opfok kunnen lijden. Gelukkig zijn het late jongen, en hebben ze de tijd om volledig te recupereren. Het kan niet vaak genoeg herhaald worden, dat de kweekperiode erg belangrijk is. Zoniet rust bij de jongen al een hypotheek op hun toekomst.