27-3-2016 Welkom iedereen ! Dr. E. Eulaers De normale zwangerschap. Eerste deel. basiskennis 1 27-3-2016 De normale zwangerschap. • Anatomie • Fysiologie Anatomie van de inwendige vrouwelijke geslachtsorganen. De baarmoeder, de eileiders en de eierstokken 2 27-3-2016 TERMINOLOGIE • Baarmoeder • Uterus • Eileider • Tuba, salpinx (meervoud: tubae, salpinges) • eierstok • Ovarium (meervoud: ovaria) Cervix uteri = portio uteri = collum uteri Corpus uteri 3 27-3-2016 - myometrium - endometrium (- perimetrium ) Ligamenta rotunda Ligamenta teres “ronde moederbanden” Douglasholte = excavatio rectouterina 4 27-3-2016 Tubae uterinae Salpinx, meervoud = salpinges Gabriele Falloppio ovarium 5 27-3-2016 Ligamenten van het ovarium: • Ligamentum ovarii proprium, • Ligamentum infundibulopelvicum = ligamentum suspensorium ovarii, • Mesovarium. Ligamentum latum = een deel van het peritoneum ( = buikvlies ) Het beenderige bekken. 6 27-3-2016 Het bekken: Medische terminologie Heiligbeen os sacrum Darmbeen os ilium Schaambeen os pubis Zitbeen os ischium Zitbeenknobbel tuber ossis ischii Schaamvoeg symphyse Verschil mannelijk en vrouwelijk bekken: bekkeningang 7 27-3-2016 bekkenmidden bekkenuitgang De normale zwangerschap. • Anatomie 8 27-3-2016 De menstruele cyclus. • De centrale rol van de hypofyse. • De invloed van de gonadotrope hormonen op het ovarium. • De invloed van de ovariële hormonen op het endometrium. De hypofyse Sella turcica 9 27-3-2016 hypofyse De hormonen van de adenohypofyse: • LTH = lactotroop hormoon of prolactine, • STH = somatotroop hormoon of GH = groeihormoon, • TSH = thyroïedstimulerend hormoon, • ACTH = adrenocorticotroop hormoon, • LH = luteïniserend hormoon ( bij man ICSH = interstitieelcelstimulerend hormoon ), • FSH = follikelstimulerend hormoon, • MSH = melanocytenstimulerend hormoon. 10 27-3-2016 Achterkwab van hypofyse of de neurohypofyse Langs hypofysesteel in verbinding met de hypothalamus hypothalamus hypothalamus • Releasing hormons (RH) • of releasing factors (RF) 11 27-3-2016 Hypothalamische kernen hypofyse De hormonen van de neurohypofyse: • oxytocine, •ADH = antidiuretisch hormoon of vasopressine. 12 27-3-2016 De menstruele cyclus. • De centrale rol van de hypofyse. • De invloed van de gonadotrope hormonen op het ovarium. • De invloed van de ovariële hormonen op het endometrium. De invloed van de gonadotrope hormonen op het ovarium. De ovariële cyclus: 13 27-3-2016 Follikelgroei in het ovarium Primordiale follikel • oöcyt in rustfase, • omgeven door één enkele laag van afgeplatte (pre-)granulosacellen • Voorraad van 7 miljoen halfweg het foetale leven (20 weken amenorrhoe) • Bij geboorte 1 miljoen • Bij begin van puberteit 400 000 primordiale follikels Primaire follikel • Oöcyt omgeven door zona pellucida en kubusvormige granulosacellen. • Granulosacellen produceren oestrogenen en inhibine. 14 27-3-2016 Secundaire follikel • Oöcyt en zona pellucida • worden omringd door meerdere granulosacellagen • en door een buitenste laag thecacellen. Tertiaire follikel • Oöcyt gaat excentrisch liggen, • in de granulosacellagen ontstaat een met vocht gevulde holte (= het antrum). • De thecacellaag splitst zich in een theca interna en een theca externa. • De theca interna vormt androgenen. Rijpe of pre-ovulatoire follikel = Graafse follikel: 15 27-3-2016 Oöcyt in cumulus oöphorus Reinier de Graaf (1641 – 1673 ) • Oestron • Oestradiol • Oestriol • ( estetrol ) 16 27-3-2016 oestron oestradiol oestriol 17 27-3-2016 Follikelgroei in het ovarium Midcyclische LH-piek : Eisprong = ovulatie : 18 27-3-2016 ovulatie Corpus rubrum Gele lichaampje = corpus luteum : 19 27-3-2016 progesteron Indien géén innesteling van bevruchte eicel ---> luteolyse. - daling van oestrogene productie, - daling van progesteronproductie. Corpus albicans 20 27-3-2016 De menstruele cyclus. • De centrale rol van de hypofyse. • De invloed van de gonadotrope hormonen op het ovarium. • De invloed van de ovariële hormonen op het endometrium. Proliferatiefase van het endometrium: Secretiefase van het endometrium: 21 27-3-2016 Menstruatie = menses Terminologie in verband met menses: 1. wat betreft de regelmatigheid: • Polymenorrhoe • Oligomenorrhoe • Amenorrhoe • Oligo-amenorrhoe 22 27-3-2016 Terminologie in verband met menses: 2. wat betreft hevigheid: • Hypomenorrhoe • Hypermenorrhoe • Menorragie • Meno-metrorragie Pijnlijke menses = dysmenorrhoe Transport van hormonen door de bloedbaan • 2 % vrije fractie • 98 % gebonden aan transporteiwitten, waarvan - 60 % aan albumine - 38 % aan SHBG (= seks hormone binding globuline ) 23 27-3-2016 De hormonale “feedback”- of terugkoppelingssystemen: De hormonale “schommeling” tijdens de cyclus: 24 27-3-2016 Invloed van de ovariële hormonen op verschillende weefsels: • Endometrium • Cervix uteri • Borst • Beendergestel • Cardiovasculair stelsel - Op het endometrium: Oestrogenen: progesteron • Proliferatie van het endometrium • Stimuleert productie van mucus (secretie) • Remt de groei - Op de endocervicale crypten: • Oestrogenen stimuleren productie van helder, doorzichtig, waterig slijm met een maximum pre-ovulatoir. • Progesteron vermindert de slijmproductie en maakt het taai en troebel. 25 27-3-2016 - Op de borst: oestrogenen progesteron • Oestrogenen geven borstontwikkeling in de puberteit • Progesteron geeft proliferatie van het borstweefsel premenstrueel - Op het beendergestel: • Oestrogenen stimuleren de groei van lange pijpbeenderen • Sluiten de epifysaire groeischijven in de puberteit (groeistop) • Zorgen voor evenwicht tussen botopbouw (door osteoblasten) en botafbraak (osteoclasten) - Op hart- en vaatstelsel: • Oestrogenen houden de vaatwand elastisch • Zorgen voor een gunstig lipidenprofiel (verhouding HDL/LDL) 26 27-3-2016 Tweede deel. Ontstaan van de zwangerschap Bijdrage van de man. Antoni Van Leeuwenhoek 27 27-3-2016 Eerste microscoop Ontdekking van de zaadcellen (=spermatozoa) Spermatozoön = zaadcel 28 27-3-2016 Anatomie van de testis Vorming van zaadcellen = spermatogenese. spermatogenese: • Spermatogonia (46 XY) • Primaire spermatocyten (46 XY) • Secundaire spermatocyten (46 XY) • Spermatiden (23 XX en 23 XY) • Rijp spermatozoön (23 XX en 23 XY) 29 27-3-2016 spermatogenese Tractus genitalis bij de man Bevruchting = conceptie 30 27-3-2016 bevruchting Bevruchting in ampullaire gedeelte van de tuba Van zygote naar morula en blastocyste 31 27-3-2016 van morula naar blastula (blastocyste) Differentiatie in embryoblast en trofoblast. Ontwikkeling van de 3 kiembladen: 32 27-3-2016 • Bi bl i ot heek • Com put erpract i cum Innesteling van de bevruchte eicel: • 8-cellige morula bereikt het cavum uteri • Verdere delingen tot 16-cellige en 32-cellige morula • Compactie van de buitenste lagen • Vorming van blastocyste • “hatching” = verwijderen van de zona pellucida • Appositie, adhesie, migratie-penetratie. • 12 dagen na de conceptie is het jonge embryo ingebed in de decidua. Zwangere endometrium = decidua “Immunologische paradox” 33 27-3-2016 Bouw van placenta Functie van de placenta • transport: aanbrengen van zuurstof en voedingsstoffen, afvoer van afbraakproducten • immunologisch • hormonaal Transportfunctie van de placenta: • Diffusie van zuurstof, koolmonoxide, natrium en kalium • Actief transport van aminozuren, calcium, jodium, ijzer, glucose, … • Filtratie van water en in water opgeloste stoffen • Pinocytose van maternaal immuunglobuline G • Microlekkage van fetale erythrocyten naar de moederlijke bloedbaan. 34 27-3-2016 Immunologische functie van de placenta: • Opname van moederlijke IgG. • Locale onderdrukking van moederlijke immuniteit ??? Hormonale functie van de placenta: • Progesteron • Oestrogenen, vooral oestriol • HCG = humaan choriogonadotrofine • HPL = humaan placentair lactogeen • Relaxine • Oxytocinase • enzovoort, enzovoort… Functie van het HCG • Wordt gebruikt als zwangerschapstest • Onderdrukt de follikelvorming in de ovaria van de moeder • Bevordert de productie van oestrogenen en progesteron in het corpus luteum graviditatis 35 27-3-2016 Verdere functies van het HCG • Ondersteunt het corpus luteum graviditatis tot 8 weken. Dan “luteo-placentaire shift” • Stimuleert de productie van corticosteroïden in de bijnierschors van de foetus • Zorgt voor de sexuele differentiatie van de mannelijke foetus door deling van de Leydigcellen die testosteron produceren Vruchtvliezen: • Langs moederlijke zijde: 4 lagen chorionvlies • Langs foetale zijde: 5 lagen amnionvlies • Lokaal metabolisme van prostaglandines spelen rol in het op gang komen van de baring Navelstreng = funiculus umbilicalis • Bevat één vena umbilicalis en twee arteriae umbilicales • Verlopen in de “gelei van Wharton” • Omgeven door amnionvlies 36 27-3-2016 Vruchtwater: • In het begin van zwangerschap: exsudaat van materneel serum • Vanaf 16e week: vooral urine van foetus • Houdt maagdarmkanaal open • Houdt longblaasjes open Nog functies van het vruchtwater: • Laat lichaamsbewegingen toe • Voorkomt het vergroeien van foetus met het amnion • Maakt drink- en slikbewegingen mogelijk • Handhaaft constante omgevingstemperatuur • Beschermt tegen schokken en traumata Fetale blaas gevuld vanaf 12 weken 37 27-3-2016 Maag gevuld met vruchtwater op 20 weken: … en het vervolg: zie cursus embryologie. Derde deel. Fysiologische aanpassingen in de zwangerschap. 38 27-3-2016 uterus • Overlangse lengte: van 7 cm naar 30 cm • Gewicht: van 70 gram naar 1000 gram uterus • In het begin: hyperplasie van myocyten • Later: hypertrofie van myocyten Corpus uteri • Bovenste segment = actief deel (contracties) • Onderste segment = passief deel = “isthmus” 39 27-3-2016 Verloop van de spierbundels in de uterus Cervix uteri • Tijdens zwangerschap: vooral collageen bindweefsel • Hypertrofie • Hyperemie: blauwe verkleuring • Toename cervixslijm Vulva en vagina • Hyperemisch, verkleuren licht blauw-rood • Vaginaal epitheel wordt dikker • Toename vaginale afscheiding 40 27-3-2016 Borsten = mammae • Worden groter en meer gespannen: mastodynie • Progesteron en oestrogenen geven proliferatie van ductuli • Prolactine en HPL stimuleren ontwikkeling van alveoli Anatomie van de borstklier: Tepels en tepelhof • Toename van pigmentatie • Diameter van tepelhof neemt toe • Soms verlies van vocht uit tepel • Kliertjes van Montgomery zetten op 41 27-3-2016 Kliertjes van Montgomery: Aanpassingen van het cardiovasculair stelsel • Vasodilatatie • Hartminuutvolume • Bloeddruk • Veneuze systeem • Vena cava compressiesyndroom Cardiovasculair stelsel • Veralgemeende vasodilatatie: risico op orthostatische hypotensie • Ter hoogte van de spiraalarterieën: verlies van spierwand 42 27-3-2016 Cardiovasculair stelsel • Hartminuutvolume: hartfrequentie stijgt met 15 slagen per minuut en slagvolume neemt toe. • Gevolg: hartminuutvolume stijgt met 30-40 % in eerste trimester, daarna plateau. Cardiovasculair stelsel Bloeddruk: • Normaal blijft systolische bloeddruk ongewijzigd. • Diastolische bloeddruk daalt met 15 mmHg in 2e trimester = “midtrimesterdip” • Vaatsysteem wordt ongevoelig voor angiotensine • Hypertensie: bloeddruk hoger dan 140/90 mmHG Cardiovasculair stelsel • Veneuze systeem: • Veneuze druk in onderste ledematen neemt toe. • Gevolg: varices van benen, van vulva, aambeien 43 27-3-2016 Varices: Vulvaire varicosis: Hemorrhoïden = speen = aambeien 44 27-3-2016 Vena cava inferiorsyndroom = vena cava compressiesyndroom = supine hypotensiesyndroom Hematologische aanpassingen: • Plasmavolume neemt toe: “hemodilutie” • Hemoglobine en hematocriet dalen • Normaal hemoglobine voor zwangere = 11 g/dl • Leucocyten stijgen tot 15 000 /mm³ • Ijzer en ferritine dalen, maar ijzerbindingscapaciteit neemt toe • Hemostase: stollingsfactoren nemen toe, serumspiegel van fibrinogeen verdubbelt. Aanpassingen van het maagdarmstelsel • Misselijkheid (nausea) en braken (emesis = vomitus) • Ptyalisme = sialorree (speekselvloed) • “zwangerschapslusten”, soms “pica” • Zwelling van tandvlees, soms “epulis” • Sluitspier tussen slokdarm en maag verslapt: pyrosis • Darmbewegingen vertragen: obstipatie 45 27-3-2016 epulis Zwangerschaps-”goestingkjes” Aanpassing van het ademhalingsstelsel • Hyperemie van het neusslijmvlies geeft verstopping en neusbloeden (=epistaxis) • Hoogstand van het middenrif met daling van de totale longcapaciteit • Toename van de ademfrequentie = fysiologische hyperventilatie • Dikwijls subjectief gevoel van ademtekort = “dyspnoe” 46 27-3-2016 Aanpassing van het bewegingsapparaat • Toename van de lumbale lordose: lagerugklachten • Grotere bewegelijkheid van symfyse en sacroiliacale gewrichten: “waggelgang” • kuitkrampen Lumbale lordose kuitkrampen 47 27-3-2016 Veranderingen van de huid • Verhoogde doorbloeding van de huid: warmer aanvoelen en klamme handen • Palmair erytheem • “spider naevi” • Toegenomen pigmentatie van tepelhof en van bestaande littekens • Zwangerschapsmasker = chloasma gravidarum • Linea nigra • Zwangerschapsstriemen = striae distensae gravidarum • Toename hoofdhaar Palmair erytheem “spider naevi” 48 27-3-2016 Chloasma gravidarum ( = melasma ) Linea nigra Striae distensae gravidarum 49 27-3-2016 Striae na de bevalling Aanpassingen van het endocriene stelsel • Schildklier • Bijnier • Hypofyse • pancreas Aanpassingen van het endocriene stelsel • Schildklier • Volume van schildklier neemt toe • T 3 en T 4 nemen toe • Thyroïdbindend globuline (TBG) neemt toe, waardoor vrij T 3 en T 4 gelijk blijven • Zw angere blijft euthyroïd. 50 27-3-2016 Aanpassingen van het endocriene stelsel • Bijnier • Verhoging van cortisol en aldosteron • Placenta produceert ook corticotropine releasing hormone (CRH) Aanpassingen van het endocriene stelsel • Adenohypofyse • Onderdrukking van FSH, LH, TSH en ACTH • Stijging van melanocytenstimulerend hormoon (MSH) en prolactine • NOTA: STH (groeihormoon) heeft geen invloed op foetale groei ! Aanpassingen van het endocriene stelsel • Pancreas: • Zwangerschap heeft diabetogene invloed • HPL, cortisol, oestrogenen hebben anti-insulineeffect • Daardoor hypertrofiëren de eilandjes van Langerhans en neemt het aantal bètacellen toe. 51 27-3-2016 pancreas Eilandjes van Langerhans: Paul Langerhans (1847-1888): ontdekker van de endocriene functie van de pancreas 52 27-3-2016 Gewicht van de zwangere: • Normale gewichtstoename 12 kg (tussen 10 en 15 kg): • 3,5 kg baby • 1 kg vruchtwater • 500 gr placenta • 1 kg uterus • 400 gr mammae • 1,6 kg bloedvolume • 2 kg extracellulair water • 2 tot 3 kg vetweefsel bij de moeder. Psychische veranderingen • Slaapstoornissen • Verandering zelfbeeld • Introversie: aandacht gaat naar het groeiende kind • Beheerst door angsten en onzekerheid • Seksualiteit: libido neemt af bij vrouw én man Verstrooidheid en vergeetachtigheid bij zwangeren 53 27-3-2016 Vragen? 54