EUROPESE COMMISSIE Brussel, 16.9.2015 COM(2015) 463 final 2015/0213 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) 2015/323 van de Raad van 2 maart 2015 inzake het financieel reglement van toepassing op het 11e Europees Ontwikkelingsfonds NL NL TOELICHTING 1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL Het Intern Akkoord tot oprichting van het elfde Europees Ontwikkelingsfonds (11e EOF) is op 1 maart 2015 in werking getreden na bekrachtiging door alle lidstaten. Niettegenstaande het 11e EOF buiten de EU-begroting valt en de financiële middelen in het Intern Akkoord zijn vastgesteld, geschiedt de uitvoering ervan volgens het financieel reglement van toepassing op het 11e EOF dat maximaal is afgestemd op het Financieel Reglement voor de algemene begroting en de uitvoeringsvoorschriften ervan. Het Financieel Reglement van het 11e EOF is vastgesteld op 2 maart 2015 en in werking getreden op 6 maart 2015. Hierbij wordt op basis van de recentste ervaring met de EOF-rekeningen een verduidelijking van de thans geldende regelingen voorgesteld. De redenen voor de door de Commissie voorgestelde wijziging worden hierna uiteengezet. 2. INHOUD VAN HET VOORSTEL Ervoor zorgen dat de EOF-rekeningen van de Europese Commissie (artikel 22, lid 3, van Verordening (EU) 2015/323 van de Raad) worden gevrijwaard tegen kosten en negatieve rente: Artikel 22, lid 3, van Verordening (EU) 2015/323 van de Raad bepaalt dat de EOF-bijdrage door elke lidstaat wordt gestort op een speciale rekening die onder de benaming "Europese Commissie — Europees Ontwikkelingsfonds" bij de centrale bank van de betrokken lidstaat of bij de door hem aangewezen financiële instelling is geopend. Er moet worden verduidelijkt dat op deze speciale rekeningen die door de lidstaten op naam van de Commissie zijn geopend om de bijdragen aan het EOF te ontvangen totdat zij worden gebruikt voor betalingen, geen kosten noch (positieve of negatieve) rente in rekening worden gebracht. Hiermee wordt voorkomen dat middelen verloren gaan voor het budget van het EOF. Het in rekening brengen van kosten op die rekeningen zou immers betekenen dat er minder middelen voor het EOF beschikbaar zijn. Insgelijks moet negatieve rente worden vermeden, aangezien zij hetzelfde nadelige effect als kosten zou hebben. Daarom wordt voorgesteld dat de EOF-begroting door de betrokken lidstaat wordt gecompenseerd voor alle kosten of negatieve rente die ten laste zouden komen van de EOF-rekening die deze lidstaat heeft geopend op naam van de Commissie uit hoofde van artikel 22, lid3, van Verordening (EU) 2015/323 van de Raad. Deze wijziging moet tevens waarborgen dat het EOF-budget geen nadelige invloed ondervindt van Besluit 2014/337/EU (ECB/2014/23) van de Europese Centrale Bank van 5 juni 20141, dat voorziet in negatieve rente en een overeenkomstige betalingsverplichting van de deposant aan de betrokken nationale centrale bank (NCB), met inbegrip van het recht van die NCB om de betrokken depositorekening voor dat bedrag te debiteren, of van soortgelijke besluiten van andere centrale banken in de EU in gevallen waarin middelen voor het EOF moeten worden aangehouden overeenkomstig artikel 22 van Verordening (EU) nr. 2015/323 van de Raad. Er zij in dit verband trouwens op gewezen dat de Commissie tot dusver lidstaten 1 NL 2014/337/EU: Besluit van de Europese Centrale Bank van 5 juni 2014 betreffende de vergoeding van deposito’s, tegoeden en bezit van overtollige reserves (ECB/2014/23), PB L 168 van 7.6.2014, blz. 115. 2 NL niet heeft verzocht om positieve depositorente van de ECB bij te schrijven op de EOFrekeningen. NL 3 NL 2015/0213 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) 2015/323 van de Raad van 2 maart 2015 inzake het financieel reglement van toepassing op het 11e Europees Ontwikkelingsfonds DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, Gezien het Intern Akkoord tussen de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten van de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de financiering van de steun van de Europese Unie binnen het meerjarig financieel kader voor de periode 2014-2020, overeenkomstig de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst, en betreffende de toewijzing van financiële bijstand ten behoeve van de landen en gebieden overzee waarop de bepalingen van het vierde deel van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie van toepassing zijn2 (hierna "het Intern Akkoord" genoemd), en met name artikel 10, lid 2, Gezien het voorstel van de Europese Commissie, Gezien het advies van de Europese Rekenkamer3, Gezien het advies van de Europese Investeringsbank over de bepalingen die op haar betrekking hebben4, Overwegende hetgeen volgt: (1) De Europese Centrale Bank heeft op 5 juni 2014 een besluit aangenomen5, dat voorziet in negatieve rente en een overeenkomstige betalingsverplichting van de deposant aan de betrokken nationale centrale bank (NCB), met inbegrip van het recht van die NCB om de betrokken depositorekening voor dat bedrag te debiteren. Andere centrale banken in de EU bij welke overeenkomstig artikel 22 van het financieel reglement van toepassing op het 11e EOF middelen voor het EOF moeten worden aangehouden, hebben besluiten van dezelfde strekking aangenomen. (2) Artikel 22, lid 3, van Verordening (EU) 2015/323 van de Raad6 van 2 maart 2015 inzake het financieel reglement van toepassing op het 11e Europees Ontwikkelingsfonds (11e EOF) bepaalt dat de EOF-bijdrage door elke lidstaat wordt gestort op een speciale rekening die onder de benaming "Europese Commissie — Europees Ontwikkelingsfonds" bij de centrale bank van de betrokken lidstaat of bij de door hem aangewezen financiële instelling is geopend. 2 PB L 210 van 6.8.2013, blz. 1. PB C […], […], blz. […]. PB C […], […], blz. […]. 2014/337/EU: Besluit van de Europese Centrale Bank van 5 juni 2014 betreffende de vergoeding van deposito’s, tegoeden en bezit van overtollige reserves (ECB/2014/23), PB L 168 van 7.6.2014, blz. 115. PB L 58 van 3.3.2015, blz. 17. 3 4 5 6 NL 4 NL (3) Er moet worden verduidelijkt dat op deze speciale rekeningen die door de lidstaten op naam van de Commissie zijn geopend om de bijdragen aan het EOF te ontvangen totdat zij worden gebruikt voor betalingen, geen kosten en rente in rekening worden gebracht. Hiermee wordt voorkomen dat middelen verloren gaan voor het budget van het EOF. Het in rekening brengen van kosten op die rekeningen zou immers betekenen dat er minder middelen voor het EOF beschikbaar zijn. Insgelijks moet negatieve rente worden vermeden, aangezien zij hetzelfde nadelige effect als de kosten zou hebben. Daarom zou de EOF-begroting door de betrokken lidstaat moeten wordt gecompenseerd voor alle kosten of negatieve rente die ten laste zouden komen van de EOF-rekening die deze lidstaat heeft geopend op naam van de Commissie uit hoofde van artikel 22, lid3, van Verordening (EU) 2015/323 van de Raad. (4) Verordening (EU) 2015/323 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd, HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: Artikel 1 Artikel 22 van Verordening (EU) 2015/323 wordt vervangen door: "Artikel 22 Betaling van de tranches 1. Bij de verzoeken om bijdragen worden eerst in chronologische volgorde de bedragen opgebruikt voor eerdere Europese Ontwikkelingsfondsen. 2. De bijdragen van de lidstaten luiden in euro en worden betaald in euro. 3. De in artikel 21, lid 7, onder a), bedoelde bijdrage wordt door elke lidstaat gestort op een speciale rekening die onder de benaming „Europese Commissie — Europees Ontwikkelingsfonds” bij de centrale bank van de betrokken lidstaat of bij de door hem aangewezen financiële instelling is geopend. Deze bijdragen blijven op die speciale rekeningen totdat de betalingen moeten worden uitgevoerd. De Commissie tracht de bedragen van de speciale rekeningen zodanig op te nemen dat de verdeling van de tegoeden op deze rekeningen overeenkomstig de verdeelsleutel van artikel 1, lid 2, onder a), van het Intern Akkoord gehandhaafd blijft. De in artikel 21, lid 7, onder b), van deze verordening bedoelde bijdrage wordt door elke lidstaat gestort in overeenstemming met artikel 53, lid 1. 4. De in lid 3 bedoelde rekening wordt gevrijwaard tegen kosten of rente. 5. Eventueel op deze rekening toegepaste kosten of negatieve rente worden door de lidstaten aan de Commissie vergoed op de eerste werkdag van de tweede maand na het in rekening brengen van deze kosten of negatieve rente." Artikel 2 Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. NL 5 NL Gedaan te Brussel, Voor de Raad De voorzitter NL 6 NL