4. Hoe snel na de geboorte gaat een vleermuis vliegen?

Om deze vragen te beantwoorden kun je gebruiken maken van deze websites:
-
http://www.vleermuis.net
http://www.home.worldonline.nl~ecrom/welkom.html
1. Omcirkel het goede antwoord. Vleermuizen zijn:
reptielen
zoogdieren
vogels
2. Hoe noem je vleermuis-vleugels?
Antw.:……...………………………………………………………………………………
3. De vleugels van een vleermuis bestaan niet uit veren, maar uit ….
Antw.:………..………………………………………………………………………….…..
4. Hoe snel na de geboorte gaat een vleermuis vliegen?
Antw.:………..………………………………………………………………………………
5. Omcirkel het goede antwoord. Alle Nederlandse vleermuissoorten zijn:
planteneters
watereters
insecteneters
menseneters
6. Wanneer jagen vleermuizen?
Antw.:…………………….…………………………………………………………………
7. Waarom jagen vleermuizen op dit tijdstip, noem twee redenen:
1…………………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………..
2…………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………….
8. Kun je aan het uiterlijk van een vleermuis zien dat hij op dat tijdstip jaagt?
Zo ja, waaraan kun je dit zien?
Antw.:……………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………..
…………………………………………………………………………………………………..
…………………………………………………………………………………………………..
9. Vleermuizen maken verschillende geluiden, kunnen mensen alle geluiden die
vleermuizen maken horen met hun oren? Zo nee, welke wel en welke niet?
Antw.:……………………………………………………………………………………………
Wel:………….…………………………………………………………………………………..
…………………………………………………………………………………………………..
Niet:……………………………………………………………………………………………..
…………………………………………………………………………………………………..
10. Noem vijf verschillende vleermuizen die je nu al hebt leren kennen:
1.:………………………………………………….
2.:………………………………………………….
3.:………………………………………………….
4.:………………………………………………….
5.:………………………………………………….
11. Waar wonen deze vijf vleermuizen?:
1.:…..…………………………………………………………………………………………….
2.:…..…………………………………………………………………………………………….
3.:…..…………………………………………………………………………………………….
4.:…..…………………………………………………………………………………………….
5.:….……………………………………………………………………………………………..
12. Sinds 1973 zijn alle inheemse vleermuizen beschermd. Welke dingen mag je hierdoor
allemaal niet met een vleermuis doen?
Antw.:……………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………..
Opdracht:
Teken een vleermuis en let op de dingen die je nu allemaal geleerd hebt.
(Denk bijvoorbeeld aan de vorm van de oren).
Antwoordenblad voor de leerkracht
1. Vleermuizen zijn de enige zoogdieren die echt kunnen vliegen.
2. De vleugels van een vleermuis noem je ook wel vlerken.
3. De vleugels van een vleermuis bestaan uit vlieghuid. De vlieghuid zit tussen de vingers
(vleermuizen hebben dan ook hele lange vingers) en tussen de bovenarmen en de
achterpoten, en tussen de achterpoten en de staart. Alleen de duimen en de voeten steken
buiten de vlieghuid uit.
4. De meeste vleermuizen kunnen binnen drie weken naar hun geboorte al vliegen.
5. Alle Nederlandse vleermuissoorten zijn insecteneters. Een vleermuis moet om te
overleven per nacht een kwart tot een derde van zijn lichaamsgewicht aan insecten eten
eten. Voor een vleermuis betekent dat per nacht wel 300 muggen, motjes en kevertjes.
6. Vleermuizen jagen ’s nachts.
7. In de avondschemering verlaten vleermuizen hun verblijfplaats om te gaan jagen.
Meestal jagen ze maar een paar uur en keren dan in de loop van de nacht weer naar de
verblijfplaats terug. (1) Vleermuizen jagen ´s nachts, omdat dat ze dan minder
concurrentie hebben van andere dieren (vooral vogels) die ook op insecten jagen. (2)
Daarnaast hebben ze ´s nachts minder te vrezen van roofdieren.
8. Om in het donker de weg te kunnen vinden en voedsel te kunnen zoeken hebben dieren
speciale aanpassingen nodig. Veel nachtdieren hebben opvallend grote ogen en een
reflecterende laag achter in het oog ("kattenogen"). Met deze ogen kunnen ze bij heel
weinig licht toch nog zien. Maar dergelijke ogen zijn onvoldoende als je op kleine
insecten jaagt en dat ook vaak in het pikdonker moet doen. Daarom gebruiken
vleermuizen niet hun ogen maar hun oren om te "zien". Aan het uiterlijk van vleermuizen
kun je goed zien dat echolocatie voor hen erg belangrijk is. De vorm van de oren en
snuit is vaak helemaal aangepast aan het uitzenden en ontvangen van geluidssignalen.
Grote oren en een spitse snuit.
9. Mensen kunnen niet alle geluiden horen die een vleermuis maakt.
Wel: Naast signalen om te navigeren en hun prooi te kunnen vangen communiceren
vleermuizen met elkaar dmv "sociale geluiden". Dit is veel laag frequenter en daarom ook
zonder detector hoorbaar. Het klinkt ook heel anders, soms als het geluid van een
mitrailleur maar ook wel als het kwaken van een kikker.
Sociale geluiden kunnen mensen dus wel horen.
Niet: Om aan de hand van echo's een scherp beeld te kunnen vormen, moet een vleermuis
zeer hoge geluiden maken (ultrasone geluiden). De echolocatiegeluiden van vleermuizen zijn
daarom zo hoog (van ongeveer 15 Khz tot 120 Khz) dat mensen ze meestal niet kunnen
horen. Mensen kunnen geluiden tot 20 Khz horen.
Geluiden die een vleermuis gebruikt voor echolocatie kunnen mensen niet alleen met hun
oren horen.
10. Voorbeelden van goede antwoorden zijn: (meerdere antwoorden mogelijk)
- gewone dwergvleermuizen - watervleermuizen
- rosse vleermuizen
- laatvliegers
- vale vleermuizen
- ingekorven vleermuizen
- grootoorvleermuizen
- grijze grootoren
- baardvleermuizen
- grote hoefijzerneus
- kleine hoefijzerneus
- meervleermuizen
- bosvleermuizen
-twee kleurige vleermuizen
etc…
11. Voorbeelden van goede antwoorden zijn: (meerdere antwoorden mogelijk)
Over het algemeen zijn vleermuizen nogal opportunistisch in de keuze van verblijfplaats.
Dat wil zeggen dat ze de beste verblijfplaats kiezen die voorradig is. Toch kennen
verschillende soorten wel sterke voorkeuren in het soort verblijfplaats.
Laatvliegers en gewone dwergvleermuizen zijn bijvoorbeeld typische gebouwenbewoners. In
zowel de zomer als de winter zijn ze vooral in gebouwen te vinden. Ze zitten dan bijvoorbeeld
in spouwmuren, onder de dakpannen, achter het dakbeschot of achter vensterluiken.
Sommige soorten, bijvoorbeeld vale vleermuizen, ingekorven vleermuizen en grijze
grootoren, hebben een voorkeur voor grote open ruimten (zoals kerkzolders).
Watervleermuizen en rosse vleermuizen zijn weer typisch boombewonende vleermuizen. In
de zomer vinden we kolonies van deze soorten vooral in bomen. Ze gebruiken dan vaak
verlaten spechtenholen. Om als goed vleermuisverblijf te dienen moet zo'n gat dan wel naar
boven uitgerot zijn, zodat de vleermuizen boven de opening kunnen hangen.
Gewone grootoorvleermuizen en baardvleermuizen hebben geen duidelijke voorkeur: ze
worden in de zomer zowel in gebouwen als bomen aangetroffen.
12. Vleermuizen zijn sinds 1973 bij de wet beschermd. Ze mogen(1) niet gevangen of gedood
worden. (2)Het is verboden ze levend of dood te bewaren of te verhandelen. (3)
Vleermuizen mogen niet verontrust of verstoord worden. (4) Ook de verblijfplaatsen
mogen niet beschadigd worden.