Meer informatie over Sarkon e.a. - PO-Raad

advertisement
Verslag voor PO-Raad
Korengroep
Datum: 03-12-2010.
Jan Uitdehaag
Project: Versterking R en D middelen.
De organisatie van het project
Het project kent twee doelgroepen nl. de (toekomstige) directeuren in opleiding (A) en de
zittende directeuren van de scholen (B).
Opbrengsten:
A. Voor de directeuren in opleiding: De cursisten hebben naast de reguliere 8 NSA
competenties ook de competentie resultaatgericht leiding geven ontwikkeld.
B. Voor de zittende directeuren: De directeuren werken met een concreet plan voor het
werken aan duurzame opbrengsten.
Als voorbereiding op dit project hebben we literatuur bestudeerd van Hargreaves en Verbiest.
Hargreaves pleit voor een school als professionele leergemeenschap en relativeert de
betekenis van het prestatiegerichte instructiemodel dat gericht is op het aanleren van
gestandaardiseerde kennis en vaardigheden. Met het laatste model is het goed mogelijk om op
korte termijn resultaten te boeken. In professionele leergemeenschappen (E. Verbiest)
worden volgens Hargreaves meer duurzame resultaten bereikt. Hij pleit voor een dialoog van
beide stromingen met elkaar en verklaart zich voorstander van het ontwikkelen van
verbeterstrategieën die gebruik maken van componenten van beide richtingen.
In ons project zijn we deze uitdaging aangegaan door het opbrengst werken in de klas (korte
termijn denken) te verbinden met de ontwikkeling van de capaciteiten van de organisatie.
(lange) termijn denken. Anders geformuleerd we hebben de verbeterplannen van de scholen
gekoppeld aan het sterker maken van de organisatie.Het sterker maken van de organisatie
houdt concreet in dat we na een onderzoek naar de capaciteiten van de organisatie concreet
zijn gaan werken aan het versterken van deze capaciteiten.
Dit betreft de volgende capaciteiten:
1. Persoonlijke (individuele) capaciteiten van de leraren:
Het actief en reflectief kennis (re)construeren.
De ontwikkeling van de actuele kennis.
2. Interpersoonlijke capaciteiten.( teamwerk)
Samen ontwikkelen en delen van de visie.
Collectief leren.
3. Organisatorische capaciteiten.
De structuren, systemen, bronnen en middelen.
De cultuur van de school.
Actief en delend leiderschap. ( Onderwijskundig, architect en cultuurbouwer)
De uitvoering:
Beide doelgroepen hebben het volgende programma.
1. Studiedag: kennismaken met het concept van professionele leefgemeenschappen.
2. Opstellen verbeterplannen in het primair proces.
3. Tweedaagse: Training capaciteitsontwikkeling.
4. Studiedag: Omgaan met data.
5. Studiemiddag: Het professionele leren gesprek m.b.v. data.
6. Het doen van onderzoek. (Deze volgt nog).
Ps. voor deze momenten zijn vele materialen ontwikkeld.
Voor doelgroep A geldt dat aan het programma van de reguliere opleiding voor
schooldirecteur (Basisbekwaam directeur) de volgende zaken zijn toegevoegd.
1. Elke cursist krijgt een professionele coach.
2. Bij het selecteren van de kandidaten is ook gelet op: onderwijskundige kwaliteiten en
resultaatgerichtheid.
3. Bij het assessment is extra gelet op onderzoekende houding en doelgerichtheid.
4. Bij de start van de opleiding extra aandacht voor de competenties zelfsturing en het
aansturen van professionals.
5. De werkplekopdrachten worden zo vertaald dat het opbrengstgerichte karakter wordt
versterkt. Zo is werkplekopdracht 2 ( Een analyse maken n.a.v. een schoolbezoek)
veranderd in: Onderzoek m.b.t. de literatuur de effectiviteit van de organisatie in
relatie tot het realiseren van hoge opbrengsten
6. De modules zijn aangepast. Als voorbeeld noem ik de module onderwijskundig
leiderschap. In deze module wordt meer aandacht geschonken aan de vraag: Hoe
realiseert de directeur met de individuele collegae en met het team hogere
opbrengsten?
Zoals in de projectaanvraag is vermeldt, is het project nog niet afgelopen. Voor allen geldt dat
het doen van onderzoek nog gaat gebeuren en voor de cursisten geldt dat er nog verschillende
modules moeten worden gedaan: personeelsbeleid, Financiën, Kwaliteitszorg, etc. Voor de
activiteiten die nog gaan gebeuren moeten nog materialen worden ontwikkeld.
Resultaat:
Groep A.
1. De directeuren hebben concrete plannen waarin het korte termijn denken is gekoppeld
aan het lange termijn denken.
2. De organisaties gaan zelf aan de slag met het implementeren en borgen van deze
plannen. Bijv. in de vorm van leerkringen.
3. De vraag is nog open of zij daarbij verdere ondersteuning nodig hebben.
Groep B.
Voor deze groep is het lastig vast stellen wat precies het resultaat van hun competentie
ontwikkeling, hun opleiding duurt immers nog 10 maanden. In december 2010 is er met alle
cursisten een “go” or “not go” gesprek gepland. De eerder genoemd extra competenties zullen
hierbij een belangrijke rol spelen.
Verspreiding:
1. De leden van de Korengroep verspreiden zelf kennis en inhoud onder hun scholen.
2. De Korengroep organiseert samen met de Ipabo een bijeenkomst voor andere
organisaties in Noord Holland.
3. Fontys/ ClO Eindhoven met twee scholen een contract om deze pilot opnieuw
verbeterd uit te voeren.
4. Fontys/ClO Eindhoven inventariseert of er schoolbesturen in het zuiden van het land
geïnteresseerd zijn in het project duurzame opbrengsten.
5. Magistrum vertaald de opbrengsten van deze pilot in een nieuw opleidingsconcept.
Tot slot
Het is niet mogelijk om op dit moment de resultaten verder te beschrijven daar het project nog
doorloopt in 2011. Ik vind het jammer dat ik niet in de gelegenheid ben geweest om dit
project uitvoeriger te presenteren. Het is een geweldig project waarvan de grootste opbrengst
is dat opbrengstgericht werken vooral betekenis heeft wanneer het werken op de korte termijn
wordt gekoppeld aan het versterken van de organisatie, zodat er duurzame opbrengsten
worden gerealiseerd.
Jan Uitdehaag
Tel: (0223) 67 21 50 (Sarkon)
Download