O - Vrije Tijd

advertisement
Het verzekeren van evenementen,de betrokken goederen,personen en
aansprakelijkheden
RUDI CLAEYS
jurist
ed 1/2008
1
Inhoud
0. inleiding
3
Deel 1 diverse invalshoeken begrippen en verzekeringsconsequenties
1.
2.
3.
4.
5.
6.
organisatievorm
statuut van de medewerkers
burgerlijke aansprakelijkheid
ongevallen
andere schadeposten
objectieve aansprakelijkheid brand en ontploffing
4
5
6
8
9
10
Deel 2 specifieke verzekeringsovereenkomsten
11
1. evenementenpolis
2. tentoonstellingen
3. annulatieverzekering
13
14
Deel 3 algemeen verzekeringsoverzicht
1. Patrimoniumbescherming
2. aansprakelijkheidsverzekeringen
3. personenbescherming
16
24
31
2
O.INLEIDING
Bij het inrichten van een evenement stelt zich niet alleen het probleem van organisatie en
financiering ,van marketing en planning maar ook het indekken van de verantwoordelijkheden
van de eigenaars en de inrichters ,organisatoren en medewerkers en de veiligheid van de
deelnemers.
Een adequaat verzekeringsprogramma zal dan ook de basis vormen voor een geslaagd event
zonder na - beslommeringen.
Als we dit programma willen samenstellen zullen we achtereenvolgens moeten nagaan :
1. welke de verantwoordelijkheden zijn van de diverse tussenkomende partijen
2. welke de te vrijwaren goederen zullen zijn
3. welke voorzieningen er moeten getroffen worden voor ongevallen welke zowel de
organisatoren als de medewerkers en de deelnemers kunnen overkomen.
We zullen met andere woorden moeten nagaan hoe we het betrokken patrimonium kunnen
beschermen ,hoe we de betrokken personen kunnen veilig stellen en hoe we ons kunnen
wapenen tegen de aanspraken door derden.
Deze problematiek is dermate complex dat ze eigenlijk het volledig actiegebied van alle
mogelijke verzekeringen betreft zodanig dat we hier eigenlijk een volledig
verzekeringsoverzicht zouden moeten bespreken.Binnen het kader van deze beperkte cyclus is
dit uiteraard niet mogelijk en dienen we de materie dan ook te beperken tot het signaleren van
de nazichtpunten .
Deze checklist zal uiteraard verschillend zijn voor elk evenement en tevens beïnvloed worden
door de organisatievorm.
Wordt het ingericht door een privé persoon, door een feitelijke vereniging,door een bestaande
rechtspersoon al dan niet binnen het kader van zijn gewone activiteiten?
Wordt de organisatie gedragen door tewerkgesteld personeel of door vrijwilligers?
Wie zorgt voor het transport, en wie draagt er de verantwoordelijkheid voor …..
Hierna overlopen we kort de diverse invalshoeken en schetsen we hierbij kort de
verzekeringsimpact. In het tweede luik zullen we het dan hebben over de specifieke
3
verzekeringspolissen .En in het derde deel wordt dan informatief een beknopt algemeen
verzekeringsoverzicht gegeven.
Deel 1 diverse invalshoeken begrippen en verzekeringsconsequenties :
1. ORGANISATIEVORM :
Achtereenvolgens schetsen we volgende vormen: - de beroepsorganisator
- de occasionele organisator met andere beroepsactiviteiten
- de eenmalige organisatie zonder juridische structuur (maatschap).
Beroepsorganisator
wordt de gehele organisatie gedragen door een beroepsorganisator dan dient deze
uiteraard zijn gehele werking te verzekeren tegen de aanspraken door derden: dit zal dan
gebeuren via een polis van het type burgerlijke aansprakelijkheid uitbating.
Deze polis wordt dan aangepast in een abonnementsformule voor alle activiteiten
welke hij inricht.(met de nodige uitbreidingen zoals indekking schade aan toevertrouwde
goederen, na levering en producten aansprakelijkheid, uitbreiding naar brand, naar indekking
van onderaannemers, speciale risico’s enz.
Wat het eigen personeel betreft dient hij uiteraard in regel te zijn met de wettelijk
verplichte arbeidsongevallen verzekering.
Wat vervoer betreft: uiteraard de verplichte motorrijtuigen verzekering, eventueel
een omniumverzekering (ook voor het personeel) en desgevallend een transportverzekering
voor het vervoer van goederen, al dan niet een alle risico verzekering tentoonstelling ….
De situatie zal bovendien nog verschillend zijn naargelang hij al dan niet eigenaar
is van de gebouwen waarbinnen het event doorgaat. Hij zal op dit vlak de brandverzekering
moeten aanpassen en de activiteit welke in de gebouwen uitgeoefend wordt moeten
vermelden.
4
Naar de verzekering van de inhoud toe zal het een verschil maken of hij hiervan
eigenaar is ,gebruiker of optreedt als tussenpersoon of als wederverkoper van b.v
.tentoongestelde goederen (bij wie ligt juridisch het risico ?)
I s de beroepsorganisator een rechtspersoon dan doet hij er ook goed aan ernstig na
te denken over het verzekeren van de bestuurdersaansprakelijkheid
een rechtspersoon welke occasioneel een tentoonstelling inricht :
hiermee bedoelen we een rechtspersoon wiens normale activiteiten elders liggen
en die toevallig eens evenementen inricht.
Deze rechtspersonen hebben meestal een bestaande polis uitbating, maar deze
dekt enkel de normale activiteiten van het bedrijf zoals ze in de polis zijn
omschreven.
Meestal is het mogelijk deze polis naar verzekerde activiteiten toe te laten
uitbreiden tot de indekking van het evenement zelf.hetzelfde geldt voor hun
arbeidsongevallenverzekering waar ook de verzekerde activiteit zal moeten
aangepast worden en gebeurlijk ook de brandverzekering met wijziging van de
bestemming van het gebouw (zij het dan allemaal tijdelijk)
Een andere optie is het afsluiten van een specifieke éénmalige polis voor het event
of de tentoonstelling zelf.
een eenmalige organisatie zonder juridische structuur :
een aantal mensen richten samen iets in zonder juridische structuur. (feitelijke
vereniging of maatschap) . Deze inrichters zijn dan ook allen hoofdelijk
aansprakelijk en hebben voorafgaand geen verzekering voor de indekking van
deze aansprakelijkheid.Hen kunnen we dan ook maar de raad geven een unieke
aangepaste polis af te sluiten.
(evenementenpolis en polis tentoonstelling).
Indien zij regelmatig samen iets inrichten kunnen ze dit ook doen in het kader van
een jaarpolis.
5
2. HOEDANIGHEID VAN DE ORGANISATOREN EN MEDEWERKERS :
Organisatoren
zelfstandigen : naast de invulling van hun aansprakelijkheden
Zullen ze ook moeten denken aan hun
persoonlijke schade
Bedienden
: is deze opdracht ook voorzien in hun
Taakomschrijving (arbeidsongevallen)
Zelfstandige medewerkers :
statuut noodzaakt aanvullende verzekeringen
Vrijwilligers
nieuw statuut van de vrijwilliger : verplichte
verzekering burgerlijke aansprakelijkheid
:
Niet verplicht maar aangewezen : polis PO
Werknemers
:
nazicht taakomschrijving (arbeidsongevallen
verzekering eventueel uit te breiden,en BA
verzekerd risico aanpassen )
6
3. AANSPRAKELIJKHEDEN :
als we de aansprakelijkheden in ons rechtssysteem overlopen zien we dat we geconfronteerd
worden met twee grote types van aansprakelijkheden : enerzijds de strafrechterlijke
aansprakelijkheid welke uitmondt in sancties , anderzijds de burgerlijke aansprakelijkheid
waarbij de het herstel van de geleden schade als finaliteit wordt vooropgesteld.
3.1 strafrechterlijke aansprakelijkheid
De strafrechterlijke aansprakelijkheid heeft als bronnen : - het strafwetboek
- bijzondere strafwetten
- burgerlijke wetten met
strafbepalingen (meestal eind
artikelen )
Deze aansprakelijkheid kan niet ondervangen worden door een verzekering.In dit kader kan
men zich hoogstens verzekeren in rechtsbijstand of voor de burgerlijke gevolgen van een
strafrechterlijke inbreuk.
3.2 burgerlijke aansprakelijkheid :
De burgerlijke aansprakelijkheid is gekenmerkt door drie constitutionele elementen
- fout
- schade
- oorzakelijk of causaal verband
enkel als die drie elementen bewezen worden kan je aansprakelijk gesteld worden.
Uw aansprakelijkheid kan dan voortkomen uit een foutieve uitvoering van je overeenkomst en
dan spreekt men van de contractuele burgerlijke aansprakelijkheid of uit een algemene fout
welke los staat van je overeenkomst en dan spreekt men van een extra contractuele
burgerlijke aansprakelijkheid.
7
Beter is te spreken van een burgerlijke aansprakelijkheid uit overeenkomst en deze buiten
overeenkomst . (immers ook mondelinge overeenkomsten geven aanleiding tot de
contractuele aansprakelijkheid).
Dit onderscheid is verzekeringstechnisch van zeer groot belang omdat de klassieke polissen
burgerlijke aansprakelijkheid enkel de extracontractuele aansprakelijkheid voor schade aan
derden indekken en niet de contractuele.Bovendien is de verzekeringsdekkking uiteraard
beperkt tot de schade aan derden veroorzaakt door het in de polis omschreven risico. (dit
impliceert dat bestaande polis van de niet beroepsorganisatoren tot de activiteit van het
evenement zullen moeten uitgebreid worden.
Het is enkel in de polissen van het type beroepsverzekering dat zowel de contractuele als de
extracontractuele burgerlijke aansprakelijkheid ingedekt worden.
Tot de eerste categorie polissen (burgerlijke aansprakelijkheid) behoren :
- polissen BA UITBATING
BA PRIVE LEVEN
BA AUTO
BA JACHT ……..
Deze polissen dekken dus enkel de schade buiten overeenkomst aan derden voor het in de
polis omschreven risico .
Belangrijke uitbreidingen welke best kunnen genomen worden in de BA UITBATING :
Verzekering van de toevertrouwde goederen : als men in het kader van het evenement werkt
met of aan goederen toebehorend aan een derde.
Verzekering voor schade na levering : als goederen aan derden geleverd worden op het event ,
hierbij denken we ook aan de uitbreiding :
Producten aansprakelijkheidsverzekering met inbegrip van de aansprakelijkheid voor het
leveren van eetwaren via catering .
Zie ook eens na in de polis of de aansprakelijkheid voor uw gebeurlijke onderaannemers mee
ingedekt is.
8
4. ONGEVALLEN
een ongeval is elke plotse gebeurtenis met een uitwendige oorzaak waardoor de fysieke
integriteit van een persoon wordt aangetast.
Een arbeidsongeval eist bovendien dat dit ongeval gebeurde tijdens maar ook door het werk
met een letsel als gevolg en in oorzakelijk verband met het werk
Het veronderstelt bovendien dat je tewerkgesteld bent als werknemer (werkend onder gezag
leiding en toezicht).
Een arbeidsweg ongeval : is het ongeval dat je overkomt op het normale traject van en naar
het werk . Dit normale traject wordt door de rechtspraak omschreven als : de weg door de
werknemer gekozen op basis van objectief gerechtvaardigde motieven.
Hieruit moeten we volgende bestanddelen eens nader bekijken :
Plotse gebeurtenis
Uitwendige oorzaak
Tijdens het werk
Door het werk
(op dit vlak tijdelijk de omschrijving van het verzekerde werk
aanpassen aan de activiteiten van het event )
Letsel
Oorzakelijk verband
Normaal traject :
door werknemer gekozen
op basis van objectief
gerechtvaardigde gronden
ook het traject naar het evenement laten voorzien.
9
5.ANDERE MOGELIJKE SCHADEPOSTEN
5.1 gebruikte gebouwen :
de huurder of gebruiker moet het onroerend goed na het einde van zijn gebruiksperiode
terugbezorgen aan de eigenaar in dezelfde staat waarin hij het ontvangen heeft.
Deze huurders of gebruikersaansprakelijkheid kan ingedekt worden via een klassieke
brandpolis.
Andere mogelijkheid bestaat erin dat de eigenaar in zijn polis een “afstand van verhaal”
voorziet ten voordele van de gebruikers.
Als eigenaar : nazien of de bestemming van het gebouw nog wel overeenstemt met de
vermelding in de brandpolis .
5.2 vaste inhoud :
zal verzekerd zijn via de brandpolis van de eigenaar. Belangrijk kan zijn om gedurende
het event een afstand van verhaal op de gebruiker te voorzien.
5.3 gebruikte of tentoongestelde goederen
worden best via een specifieke polis verzekerd
5.4 transportschade
vervoer via beroepstransporteur (transportverzekering in aanvulling op CMR
verzekering).
10
Eigen vervoer
(polis tentoongestelde goederen met verzekering van nagel tot nagel )
6.VERPLICHTE VERZEKERING OBJECTIEVE AANSPRAKELIJKHEID BRAND EN
ONTPLOFFING
zie KB 28/2/1991
en Ministeriele Omzendbrief 3/3/92
Hierbij werd aan de exploitanten van een aantal gelegenheden, de verplichting opgelegd een
polis objectieve aansprakelijkheid brand en ontploffing af te sluiten
Hierbij dient de nodige aandacht te worden besteed aan volgende begrippen :
De exploitant
( maar ook hij die inricht, hij die de gebouwen gebruikt….)
Voor het publiek toegankelijk (alle ruimten die niet voor het publiek verboden zijn )
Handelsbeurzen los van het begrip detailhandel , zelfs ook de musea
Rol van de burgemeester (kennisgeving polis en ontbinding opzegging schorsing)
11
Deel 2 specifieke verzekeringsovereenkomsten
In dit tweede deel zullen we een aantal specifieke verzekeringscontracten nader bekijken.
1. EVENEMENTENPOLIS
De evenementenpolis kan uit verschillende luiken bestaan die we hier opeenvolgend kort
bespreken:
verzekering van de burgerlijke aansprakelijkheid :
verzekerden :
de verzekeringsnemer
de inrichters
de aangestelden tijdens de uitvoering van hun opdracht
duurtijd
:
cfr bijzondere voorwaarden (best te voorzien ook voor
de voorbereiding en afbouw )
bedragen
:
cfr bijzondere voorwaarden (meestal 250.000 euro stoffelijke
en 1.250.000 euro lichamelijke)
franchise
:
cfr bijzondere voorwaarden
bijzondere gevallen : uitbreiding te vragen voor huurdersaansprakelijkheid
uitbreiding voor stoeten (tot de deelnemers)
12
uitbreiding voor exposanten op beurzen (niet wat betreft de
tentoongestelde goederen , enkel wat betreft hun aansprakelijkheid )
rechtsbijstand :
nazien wie is verzekerd
omvang van de dekking zowel inhoudelijk
als wat de verzekerde bedragen betreft
vrije keuze (kb rechtsbijstand)
1.3 lichamelijke ongevallen
overlijdensdekking
dekking blijvende invaliditeit
dekking tijdelijke invaliditeit (veelal niet voorzien)
terugbetaling medische kosten
hier tevens nazien wie er verzekerd is : alleen de inrichters ?
ook de aangestelden ?
ook de deelnemers ?
13
2.POLIS TENTOONSTELLINGEN EN BEURZEN
Doel van de polis is het verzekeren van de beschadiging en diefstal van de
tentoongestelde goederen.
Verschillende formules :
2.1 dekking voor de duur van de tentoonstelling
a- alle risicodekking : alle schades welke ook de oorsprong is
behoudens deze welke uitdrukkelijk in
de polis uitgesloten werden.
b- flexa dekking
: brand
bliksem
explosie
val van vliegtuigen
c- enkel brand
opmerking : in de drie formules kan uiteraard ook diefstal, zij het
dan gekwalificeerde diefstal voorzien worden
2.2 dekking ook tijdens het vervoer :
a- door een beroepsvervoerder
b- met eigen vervoer
men spreekt ook wel een van een formule van nagel tot nagel
14
3
ANNULATIEVERZEKERING
Basis is hier het verzekeren van de financiële gevolgen voor de organisator als het evenement
door omstandigheden buiten de wil van de organisatie niet kan doorgaan.
Deze omstandigheden mogen niet voorzienbaar noch vermijdbaar zijn en niet afhangen van
de wil van de inrichter.
Ze worden meestal expliciet in de polis vermeld.
De schadeberekening zal in elk geval beperkt blijven tot de terugbetaling van de niet
recupereerbare kosten
Speciale formules zijn mogelijk (niet opdagen van een artiest , weersomstandigheden …)
Deze worden dan in detail op maat uitgewerkt.
15
4. OVERZICHT VAN DE KLASSIEKE VERZEKERINGEN : hierna geven we ter info een
overzicht van de algemene verzekeringen waarmee ook bij het inrichten van evenementen rij
moet rekening gehouden worden : in een eerste luik : de bescherming van het patrimonium,in
een tweede luik de verzekering van de aansprakelijkheden in het derde luik de
persoonsbescherming met een eerste deel over de arbeidsongevallen verzekering voor het
personeel en een tweede deel over de tekorten in de sociale zekerheid van de zelfstandige
I. PATRIMONIUMSCHADE
Algemeen overzicht :
1. BRANDVERZEKERING EN AANVERWANTE GEVAREN
1.1. Algemene begrippen
1.1.1. soorten risico’s
1.1.2. vaststelling verzekerde waarde
1.1.3. vaststelling van te verzekeren waarde bij eenvoudige risico’s
1.1.4. aard van de brandverzekering
1.2. Basiswaarborgen
1.2.1. algemeen overzicht
1.2.2. brand
1.2.3. ontploffing en implosie
1.2.4. bliksem
1.2.5. elektriciteitsschade
1.2.6. voertuigschade
1.2.7. aanslagen en arbeidsconflicten
1.2.8. rechtstreekse gevolgen
1.2.9. stormschade
1.2.10. waterschade en natuurrampen
16
1.2.11. glasbraak
1.2.12. BA gebouw
Slotopmerking : overdracht van verzekerde goederen
2. DIEFSTAL
2.1. doel
2.2. soorten
2.3. voorwaarden
2.4. vergoedingsbasis
3. BEDRIJFSSCHADE
3.1. doel
3.2. soorten polissen
3.3. voorwaarden
3.4. vergoedingsbasis
4. Alle risico elektronica
4.2. soorten polissen
4.3. voorwaarden
4.4. verzekerde waarde
17
1. BRANDVERZEKERING EN AANVERWANTE GEVAREN
1.1. Algemene begrippen
1.1.1. Soorten risico’s : eenvoudige – speciale
Het onderscheid wordt in principe gemaakt op basis van de verzekerde waarde
a) eenvoudige =
verzekerde waarde < 750.000 euro
of bepaalde categorieën < 25 miljoen euro
welke ?
- bureaus en woningen
- vrije beroepen (uitgezonderd apotheek)
- land en tuinbouwbedrijven
- socio – culturele
- onderwijs (uitz. hoger)
- verzorgingsinstellingen
- religieuze instellingen
b) speciale : alle andere
1.1.2. Vaststelling verzekerde waarde
a) samentelling van alle verzekeringen met zelfde voorwerp
b) samentelling van alle goederen op zelfde plaats
c) onderschreven door eenzelfde verzekeringnemer of gelijkgestelde
1.1.3. Vaststelling van te verzekeren waarde bij eenvoudige risico’s
a) Gebouw :
- eigenaar : heropbouwwaarde (incl. btw, lasten, erelonen en kosten, excl.
grondwaarde)
- huurder : werkelijke waarde (aftrek sleet)
- schatting nieuwwaarde :
1) coëfficiënten methode kostprijs x nieuwe ABEX bij onderschrijving
------------------------------------------------------ABEX bij bouw
2) volume vergelijkingsmethode
eenheidsprijs per m3 x volume (buitenafmetingen)
3) oppervlakte vergelijkingsmethode
eenheidsprijs per m2 x oppervlakte
4) diverse evaluatiesystemen tot afschaffing van evenredigheidsregel
(= verplicht voor te stellen sedert KB 24/12/92 voor woningen)
hiervoor worden door de maatschappijen diverse systemen
voorgesteld die onderling nogal variëren.
5) voorafgaande expertise (meestal op kosten van de verzekeringnemer)
18
b) Inhoud
Samenstelling
Inboedel : gelijk welk roerend goed dat zich normaal in de woning bevindt.
Materieel : roerende voor beroepsdoeleinden of blijvend aan het erf
verbonden
Koopwaar : voorraden grondstoffen, levensmiddelen, te bewerken of
bewerkte producten (beroeps) en aan cliënteel toebehorende
goederen.
Opmerking : motorvoertuigen (4 wielen of meer) zijn niet zomaar bij de inhoud
verzekerd.
Te verzekeren waarde : inboedel  nieuwwaarde
maar : linnen, kledij = werkelijke waarde
antiek, juwelen = verkoopwaarde
materieel = nieuwwaarde
koopwaar = inkoopwaarde + event. productiekosten
1.1.4. Aard van de brandverzekering
a. zaakschadeverzekering
- evenredigheidsregel
- bewijs
- subrogatie
Opmerking : afstand van verhaal
b. aansprakelijkheidsverzekering
- contractuele en extracontractuele
- huurder tov. verhuurder gebruiker tov. eigenaar
- verhuurder tov. huurder eigenaar tov. gebruiker
Opmerking : verzekering voor rekening van wie het behoort.
1.2. Basiswaarborgen E.R.
1.2.1. Overzicht
- brand
- ontploffing en implosie
- bliksem
- elektrische schade
- schade door lucht- , ruimte- en landvoertuigen,aanrijding gebouw
- aanslagen en arbeidsconflicten
- rechtstreekse gevolgen
- storm
- water natuurrampen
- glasbraak
- BA gebouw
19
Uitbreidingen
- diefstal
- rook / roet
- aardbeving en grondverzakkingen
- elektrocutie dieren
- schroeischade
- ontvriezing
- overstroming
1.2.2. Brand : 3 voorwaarden
1. aanwezigheid van vlammen
2. op abnormale plaats
3. die zich kunnen uitbreiden
1.2.3. Ontploffing en implosie
Ontploffing = plotse hevige uiting van krachten te wijten aan uitzetting van gassen
of dampen
Implosie = plotse hevige uiting van krachten te wijten aan binnendringen van
gassen, dampen en vloeistoffen in toestellen of recipiënten met inbegrip
van buizen en leidingen.
1.2.4. Blikseminslag
rechtstreekse impact
1.2.5. Elektriciteitsschade
door elektriciteit
aan elektrische toestellen
vergoeding in werkelijke waarde
1.2.6. Schade door voertuigen
conventie  aanrijding gebouw = eigen brandverzekering
vergoeding in nieuwwaarde (bij verhaal op autoverzekering in werkelijke waarde)
1.2.7. De aanslagen in arbeidsconflicten
door een aantal maatschappijen uitgebreid naar kwaad opzet en vandalisme (deze
uitbreiding is geen verplichte dekking)
1.2.8. Rechtstreekse gevolgen
- blussing - en reddingsmiddelen
- sloping op bevel
- instorting
- rook of hitte
1.2.9. Stormschade (+ hagel + ijs en sneeuwdruk)
- wat is storm (definitie in de polis nazien)
- lichte materialen …
- veranda’s, hobbyserres, tuinhuisjes …
20
1.2.10. Waterschade
- breuk, barst of overlopen van de binnen of buiten het gebouw geplaatste
verwarming - en water installaties
- water insijpeling doorheen het dak (dikwijls uitgebreid tot : toevallig wegvloeien
van water of brandstoffen tengevolge van breuk, barst of overlopen)
ook de indekking natuurrampen is nu verplicht opgenomen :
overstroming aardbeving grondverzakking en grondverschuiving
1.2.11. Glasbreuk
Schade aan ruiten en doorschijnende plastieken panelen die deel uitmaken van het
gebouw. (nazien : koepels en afdaken)
1.2.12. B.A. gebouw
- 1382 ev. B.W. (3 elementen)
- Opmerking : uitbreiding BA liften, uithangborden, lichtreclames
SLOTOPMERKING
Bij overdracht van een onroerend goed onder levenden (verkoop) blijft de bestaande
brandverzekering geldig tot 3 maand na de datum waarop de authentieke akte wordt
verleden (behoudens als de overnemer reeds verzekerd is).
Voor de roerende eindigt de verzekering van rechtswege van zodra hij niet meer in bezit
is.
2. DIEFSTAL
2.1. Doel
In een omschreven gebouw de verzekerde goederen waarborgen tegen diefstal,
alsmede de beschadiging van de onroerende goederen naar aanleiding hiervan
2.2. Soorten
- eerste risicodekking
- dekkingspercentage
- volledige inboedel
- of bijkomende dekking in een alle risicopolis van de hierin verzekerde goederen
2.3. Voorwaarden
Per polis nagaan aan welke voorwaarden de diefstal of poging tot diefstal moet
voldoen ; en de eventuele verplichte beveiligingsmaatregelen controleren naast de
contractuele uitsluitingen.
2.4. Vergoedingsbasis :
Gewoonlijk :
- reële herstelkost in nieuwwaarde
- verkoopwaarde : motorvoertuigen, kunst, …
- nooit morele schade, geen gebruiksderving
21
3. BEDRIJFSSCHADEVERZEKERING
3.1. Inleiding
1. onrechtstreekse of gevolgschade
2. variabele versus vaste kosten
3. doelstelling : “levensverzekering van het bedrijf”
3.2. Soorten polissen
1. Bedrijfsschade na brand
na machinebreuk
na elektronica schade
…
2. Omzet – variabele (verschil methode)
vaste kosten + bedrijfsresultaat (opstel methode)
3. Voorwaarden
3.3. Voorwaarden
1. Bedrijfsschade moet het gevolg zijn van een materiële beschadiging
2. De beschadiging moet de aangewezen goederen betreffen
3. en ze moeten getroffen zijn gedurende de duur van het contract
3.4. Vergoedingsperiode
Maximum : cfr. bijzondere voorwaarden
en maximaal zolang er schade (in het bedrijfsresultaat) is
3.5. Te verzekeren bedragen
a) optelmethode (verouderd)
optelling van alle vaste kosten + de winst (of verminderd met het verlies)
b) verschilmethode
omzet – variabele kosten
Opmerking : INCREASE – DECREASE formule :
= afschaffing van evenredigheidsregel voor zover het verschil tussen het aan te geven
bedrag en het aangegeven bedrag niet groter is dan een vooraf vastgesteld percentage
(gebruikelijk 30 %)
3.6. Speciale formules
1. gross earnings of brutowinst verzekering (produktielijnen)
2. verzekering indirecte verliezen (forfaitair bv. 10 %)
3. verzekering op basis van een dagelijkse vergoeding (eenvoudige risico’s)
4. op basis van een conventionele vergoeding (percentage van omzet)
5. op basis van vergoedingsgrenzen (afdelingen met verschillende activiteiten)
6. advance loss of profits (vertraging op ingebruikname met financiële schade als
gevolg)
3.7. Schadebegroting
cfr. formules
22
4. ALLE RISICOS ELECTRONICA / MACHINEBREUK
4.1. Doelstelling
Eigenaars en/of gebruikers verzekeren :
- bepaalde machines of toestellen welke essentieel voor een onderneming of een
ondraagbaar financieel risico bij stilstand veroorzaken.
- of hun volledig machinepark of elektronische uitrusting
4.2. Soort polis
uitwendig risico / multirisico / alle risico
4.3. Voorwaarden
zaakschadeverzekering (accidentele schade)  Plotse onvoorzienbare schade
4.4. Verzekerde waarde (vergoedingsbasis)
- nieuw vervangingswaarde
- reële herstelkost
Opmerking : elektronica – wedersamenstellingskosten
23
II. AANSPRAKELIJKHEIDSVERZEKERINGEN
0.
overzicht
1.
B.A. UITBATING EN NA LEVERING
1.1.
1.2.
1.3.
Waarborg B.A. uitbating
Waarborg B.A. na levering
Rechtsbijstand
2.
BEROEPSVERZEKERING
3.
B.A. PRIVE LEVEN
3.1.
3.2.
3.3.
3.4.
3.5.
3.6.
4.
Wie zijn verzekerden
Vrijstelling
Dieren
Gebouwen en hun inhoud
Verplaatsingen en vervoermiddelen
Uitbreidingen op de basiswaarborgen
OBJECTIEVE AANSPRAKELIJKHEID BRAND EN ONTPLOFFING
24
1. B.A. UITBATING EN NA LEVERING
1.1.
Waarborg B.A. uitbating
Verzekert de extracontractuele aansprakelijkheid van de verzekeringnemer voor
schade die aan derden wordt toegebracht door uitoefening van de in de polis
omschreven activiteiten
Schade moet veroorzaakt worden tijdens de uitoefening van de verzekerde activiteit
Is meeverzekerd : de schade veroorzaakt door het materiaal en de onroerende goederen
die voor het bedrijf worden gebruikt.
Vereist : - verzekerde begaat een fout
er ontstaat schade bij een derde (buiten elke vooraf bestaand
contract)
er is een oorzakelijk verband tussen de fout en de schade
Wie is verzekerd ?
Verzekeringnemer – aangestelde
geleend personeel
vennoten
zaakvoerders
bestuurders
Welke schade kan vergoed worden ?
1. Lichamelijke letsels = iedere aantasting van de lichamelijke integriteit en de
geldelijke of morele gevolgen ervan.
2. Zaakschade = beschadiging, vernieling of verlies van een zaak
3. Onstoffelijke gevolgschade = ieder geldelijk nadeel dat voortvloeit uit het verlies
van voordelen verbonden met de uitoefening van een recht, het genot van een goed
vb. gebruiksderving, verlies van cliënteel, verlies van winst …
Welke uitbreidingen kunnen best voorzien in de polis ?
1. Schade door water, brand, vuur, rook, ontploffing
2. Lichamelijke en stoffelijke schade door accidentele milieuhinder vb. na ontploffing
in een werkplaats komen giftige stoffen vrij.
3. Schade door burenhinder – art. 544 BW = foutloze aansprakelijkheid op grond van
uitoefening van eigendomsrecht
Let op ! Ingeval deze aansprakelijkheid voortvloeit uit een contractuele verbintenis
(bv. aannemer bouwwerken neemt contractueel de aansprakelijkheid op grond van
25
art. 544 BW over van zijn bouwheer), is dit een verzwaring van aansprakelijkheid
en zal dit niet automatisch meeverzekerd zijn.
4. Toevertrouwde goederen
goederen aan verzekerde toevertrouwd om eraan te werken
goederen die door verzekerde als gereedschap worden gebruikt
goederen waarvan verzekerde huurder, gebruiker of bewaarnemer is
5. Schade veroorzaakt door het gebruik van werktuigen
vb. kraan, bobcat, heftruck,….
6. Schade veroorzaakt door grondverschuivingen, grondverzakkingen of door
trillingen, verlaging grondwaterstand
(belangrijk voor ondernemingen die bouw- of grondwerken verrichten)
7. Schade veroorzaakt door breken of beschadigen van ondergrondse kabels en
leidingen
(waarborg op voorwaarde dat vooraf plannen werden opgemaakt om juiste ligging
van deze kabels en leidingen te bepalen).
8. Burgerrechtelijke aansprakelijkheid van verzekerde voor schade door zijn
onderaannemers aan derden veroorzaakt (persoonlijke aansprakelijkheid
onderaannemer wordt niet verzekerd !)
vb . waarborg voor slechte keuze van onderaannemer of voor verkeerde instructies
aan onderaannemer.
1.2.
Waarborg B.A. na levering
Verzekert de contractuele en buitencontractuele aansprakelijkheid van de verzekerde
voor schade die aan derden wordt veroorzaakt door :
- producten na levering
- werk na uitvoering
in het kader van de in de polis omschreven activiteiten
(let op de beperking in tijd gestipuleerd in de polis)
Wanneer spreekt men van B.A. Na Levering ?
1. Na levering van producten
d.i. na de materiële bezitsovergang wanneer de verzekerde effectief zijn
beschikking - en controlemacht over de producten verliest
26
2. Na uitvoering van werken d.i. na de eerste van volgende feiten :
voorlopige oplevering
inbezitneming
ingebruikneming
inbedrijfstelling
wanneer verzekerde effectief zijn beschikking - of controlemacht over de werken
verliest
Welke schade kan vergoed worden ?
1. Lichamelijke letsels
2. Zaakschade
3. Onstoffelijke gevolgschade
1.3.
Rechtsbijstand
Strafrechtelijke verdediging n.a.v. een schadegeval door de verzekering B.A. gedekt
Verhaal op aansprakelijke derden om vergoeding te bekomen voor schade door
verzekerde in het kader van zijn activiteit geleden.
2. BEROEPSAANSPRAKELIJKHEIDSVERZEKERING
deze polis dekt naast de extracontractuele aansprakelijkheid ook de contractuele
aansprakelijkheid.
De beroepsaansprakelijkheidsverzekering bestaat echter niet voor alle beroepen (meest
voorkomende zijn de polissen voor de vrije intellectuele beroepen …)
27
3. BA PRIVE LEVEN OF DE FAMILIALE VERZEKERING
In deze verzekering dekt de maatschappij ten belope van de gewaarborgde bedragen,
de burgerrechtelijke aansprakelijkheid die krachtens de artikelen 1382 en 1386 bis van
het Burgerlijk Wetboek en gelijkaardige bepalingen van buitenlands recht, kan ten
laste vallen van de verzekerden voor de schade berokkend aan derden in hoofde van
het privé-leven.
3.1.
-
Wie zijn verzekerden ?
De verzekeringnemer voor zover hij zijn hoofdverblijf in België heeft.
De met hem samenwonende echtgenoot
Alle bij hem inwonende personen, ook leerlingen en studenten die om
studieredenen buiten de hoofdverblijfplaats van de verzekeringsnemer verblijven
Het huispersoneel en de gezinshelpers wanneer zij handelen in de privédienst van
de verzekerde.
Telkens hun aansprakelijkheid in het gedrang komt, de personen die buiten elke
beroepsbezigheid, kosteloos of bezoldigd, belast zijn met de bewaking van de met
de verzekeringnemer samenwonende kinderen of de in de waarborg opgenomen
dieren die aan de verzekeringnemer toebehoren.
3.2.
Vrijstelling
Per schadegeval wordt een geïndexeerde vrijstelling voor de stoffelijke schade
toegepast. Deze vrijstelling kan niet afgekocht worden. (dd. 08/2004 – 198,33 euro)
3.3.
Dieren
De dekking geldt voor schade veroorzaakt door huisdieren. De dekking geldt niet voor
schade veroorzaakt door rijpaarden waarvan de verzekerde eigenaar is.
28
3.4.
Gebouwen en hun inhoud
Zijn meebegrepen in de waarborg, de schade toegebracht door :
- het gebouw dat door verzekerde als hoofdverblijfplaats bewoond wordt, evenals de
inboedel
- het gebouw of het gedeelte van het gebouw dat door verzekerde studenten
bewoond wordt in het kader van hun studies, inbegrepen de inboedel
3.5.
verplaatsingen en vervoermiddelen
De verzekerden zijn gedekt tijdens hun verplaatsingen als voetganger, als gebruiker
van eender welk vervoermiddel zonder hulpmotor, alsook als passagier van om het
even welk voertuig, met uitsluiting van de aansprakelijkheid gedekt door de verplichte
verzekering motorrijtuigen.
3.6.
Uitbreiding op basiswaarborgen
Kunnen als verzekerden beschouwd worden :
- de inwonende kinderen als zij tijdens de schoolvakantie of vrije tijd diensten
verlenen aan derden, zelfs tegen bezoldiging
- de inwonende kinderen die als leiders, aangestelden of organisatoren van jeugd- of
gelijkgestelde bewegingen aansprakelijk gesteld worden voor de daden van
personen voor wie ze moeten instaan
- de minderjarige kinderen die tijdelijk onder toezicht van de verzekerden staan,
kosteloos of bezoldigd, maar buiten elke beroepsbedrijvigheid.
Kunnen als derden beschouwd worden :
- Het huispersoneel en de gezinshelpers wanneer zij handelen in de privé dienst van
de verzekerde
- de minderjarige kinderen die tijdelijk onder toezicht van de verzekerden staan,
kosteloos of bezoldigd, maar buiten elke beroepsbedrijvigheid
In veel polissen worden uitbreidingen voorzien voor :
- de schade die U aan derden toebrengt door het redden van verzekerde personen of
goederen
- de burenhinder overeenkomstig art. 544 BW voor zover deze het rechtstreekse
gevolg is van een ongeval
- schade door vuur, brand, ontploffing, rook aan een gehuurd vakantieverblijf
- schade toegebracht door motorboten tot max. 5 pk en door zeilboten tot max. 300
kg.
- stoffelijke schade door grondverschuiving
- rechtsbijstand
Voor wat dieren en gebouwen betreft kunnen in afspraak met de maatschappij en tegen
een bijpremie uitbreidingen bekomen worden (vb. voor buiten - verblijven of voor
paarden).
29
4. OBJECTIEVE AANSPRAKELIJKHEID BRAND EN ONTPLOFFING
Basiswet : 30/07/1979
Waarbij een aantal exploitanten van inrichtingen die opengesteld worden voor het
publiek wettelijk verplicht worden een verzekering af te sluiten die hun
aansprakelijkheid dekt in geval er zich in die richting een brand of een ontploffing zou
voordoen.
Principe = de objectieve aansprakelijkheid van de uitbater.
d.w.z. het slachtoffer dient enkel te bewijzen dat zijn schade, het gevolg is van een
brand (en dus niet langer dat de uitbater hierbij ook een fout heeft begaan)
Dekking per schadegeval (tot augustus 2002) 18.122.243,31 euro lichamelijke
906.112,16 euro stoffelijke
(bedragen jaarlijks geïndexeerd)
Het is een verplichte verzekering (lijst van inrichtingen cfr. KB 28/02/91 –
Belg.staatsblad 13/04/1991) te nemen door de exploitant van de geviseerde
instellingen.
(Opmerking : ook van toepassing op kantoren met een publieke toegankelijke ruimte
van meer dan 500 m2)
Opmerking : door de meeste maatschappijen wordt een degelijke polis slechts
aangeboden in combinatie met de polis B.A. uitbating of brand.
30
III. PERSOONSVERZEKERINGEN
OVERZICHT
1. WERKNEMERS : Arbeidsongevallenverzekering
2. ZELFSTANDIGEN :
- arbeidsongeschiktheid
- hospitalisatie
- pensioen
- overlijden
1. ARBEIDSONGEVALLENVERZEKERING
1.1.
1.2.
1.3.
1.4.
1.5.
1.6.
1.1.
Juridische basis
Arbeidsongevallenwet 10/04/1971
Arbeidsongevallenverzekering
Controle
Collectieve ongevallenverzekering
Huispersoneel
Juridische basis
Basis in de privé sector is de arbeidsongevallenwet van 10/04/1971 waarbij de
verzekering
verplicht is voor alle werknemers. De schadeloosstelling maakt deel uit van de sociale
zekerheid van de werknemers maar is uitbesteed aan particuliere verzekeraars. Vandaar de
specifieke regels naar controle op de correcte toepassing en strafrechterlijke sanctionering.
In de openbare sector staat de overheid zelf in voor de vergoeding voorzien in de wet van
03/07/1967 (met specifieke regels voor provincie, gemeente, OCMW, intercommunales
en openbare nutsbedrijven en tevens van de militairen en NMBS).
31
1.2.
Arbeidsongevallenwet 10/04/1971
1.2.1. Kenmerken :
1. Sociaal
2. Van openbare orde
3. Verplicht voor aanvang tewerkstelling
4. Sanctie : ambtshalve aansluiting Fonds voor Arbeidsongevallen + bijdrage
Let op : ook voor huispersoneel
5. Eenheid van verzekering, een polis voor alle categorieën van tewerkstelling.
6. Forfaitaire vergoeding
1.2.2. Toepassingsgebied
1. Werknemer en Werkgever in privé-sector verbonden door een arbeidsovereenkomst
en onderworpen aan RSZ
2. Gelijkgestelde (niet onderworpen aan RSZ)
- dienstboden
- studenten
- occasionele arbeid
- socio culturele sector …
3. Tewerkgestelde in buitenland
Niet RSZ =/ arbeidsongevallenwet , tenzij : DETACHERING
1.2.3. Definitie arbeidsongeval
a) 6 constitutieve elementen
1. plotse gebeurtenis
2. uitwendige oorzaak
3. tijdens de uitvoering van de arbeidsovereenkomst
4. en door het feit van de uitvoering
5. met een letsel als gevolg
6. dat in oorzakelijk verband staat met de gebeurtenis
b) Bewijslast van deze elementen
Slachtoffer heeft 2 wettelijke vermoedens :
1. een plotse gebeurtenis waarvan bewezen is dat ze zich heeft voorgedaan
tijdens de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, wordt vermoed te zijn
gebeurd door het feit van de uitvoering ervan.
2. Wanneer het slachtoffer het bewijs levert van de plotse gebeurtenis en
het letsel, wordt het oorzakelijk verband vermoed.
maar : deze vermoedens zijn omkeerbaar
32
1.2.4. Definitie ongeval op weg van en naar het werk
a) 5 constitutieve elementen :
1. plots
2. uitwendig
3. letsel
4. oorzakelijk verband
5. normale traject
b) normale traject : volgens rechtspraak :
“het traject dat de werknemer gekozen heeft op basis van gerechtvaardigde motieven”.
dubbel criterium
- territoriaal : de geografisch normale route
- chronologisch : op een gerechtvaardigd tijdstip
c) Beschermde trajecten :
- van verblijf (dorpel) naar arbeidsplaats
- van arbeidsplaats naar maaltijd
- van arbeidsplaats naar leergangen of vormingscentra
- van ene arbeidsplaats naar andere
- (eventueel naar vroeger werk of nieuw werk)
- van arbeidsplaats naar hobby
-…
d) Bewijslast
Slachtoffer maar oorzakelijk verband wordt vermoed.
33
1.2.5. Schadeloosstelling
“Vergoeding voor de economische gevolgen en de daarmee gepaard gaande aantasting
van de fysische integriteit”. Niet gedekt : - zuiver esthetische
- morele
- materiele (uitz. prothesen)
(waarvoor eventueel een vordering in gemeen recht
openblijft : cfr. art. 56 §1)
1. Uitgangspunt : het minimum / geplafonneerd basisloon gedurende de referteperiode
( 25.893,45 euro bruto jaarloon cijfer 2005)
2. Uitkering overlijden
- limitatieve lijst van personen die afhankelijk zijn van het inkomen van het slachtoffer
- vergoeding overlevende echtgenoot : lijfrente = 30 % van basisloon
(max. 1/3 kan omgezet in kapitaal, 1/3 x omzettingscoëfficiënt).
- vergoeding kinderen
15 % basisloon per kind, max. 45 % alle kinderen samen
- andere ascendenten 15 % of 10 %
3. Uitkering blijvende arbeidsongeschiktheid
- economisch criterium
- na consolidatie (behoudens herziening, 3 jaar)
- uitkering : rente = basisloon x graad
maar (1/3 kapitaal / slachtoffer)
- kleine uitkeringen = bijzondere regeling via F.A.O. (nu tot 16 %)
4. Tijdelijke arbeidsongeschiktheid
- economische in functie van beroep
- vergoeding = 90 % x gemiddeld dagloon (basisloon / 365)
- opmerking : gewaarborgd loon blijft behouden maar mag uiteraard niet gecumuleerd
worden morden met uitkering tijdelijke arbeidsongeschiktheid
- gedeeltelijke = verschil
5. Kosten terugbetaling
1. kosten voor verzorging
2. prothesen
3. reis- en verplaatsingskosten
4. begrafeniskosten
1.2.6. Aangifte van arbeidsongeval
1. elk ongeval dient aangegeven aan arbeidsongevallenverzekeraar door werkgever
(aangestelde, of erkend sociaal secretariaat)
2. Termijn : BINNEN DE 8 DAGEN, volgend op deze van het ongeval (opm kortere
voor de ernstige)
Opmerking : ook aangifte van het brutoloon :
- dodelijke of blijvende arbeidsongeschiktheid : binnen 30 dagen
- volledig of gedeeltelijk tijdelijke > 30 dagen : (30 + 10) 40 dagen
- andere enkel op verzoek en dan binnen de 10 dagen na ontvangst verzoek)
34
3. Modellen - ongevalsteekkaart
- aangifte arbeidsongeval
- aangifte bruto bezoldiging
- medisch attest
Procedureregeling : cfr. schema
35
1.3. Arbeidsongevallenverzekering
1. Onderlinge maatschappij - gemeenschappelijke kas
of
maatschappij vaste premies
2. Verplicht + controle : zowel ministerie economische zaken als ministerie sociale
voorzorg
3. Tarifiëring :
- Nace-code
- schadestatistiek
- algemene waarderingsfactoren
4. Premieberekening : voorlopige premie en dan afrekening op loonmassa (einde jaar)
5. Duurtijd : in principe één jaar, vervaldag 01/01
Uitzondering : mag 3 jaar als WN > 10 of loonmassa > 10 x plafond
1.4.
Controle
Fonds voor Arbeidsongevallen, Troonstraat 100, 1050 Brussel
Ministerie sociale voorzorg, dienst arbeidsongevallen
1.5.
Collectieve ongevallenverzekering
Gezien de beperkingen in de arbeidsongevallenverzekering kan deze met een collectieve
ongevallenverzekering aangevuld worden om volgende redenen :
1. wettelijk plafond (basisloon)
2. materiele omschrijving arbeids(weg)ongeval
3. personele toepassing (zaakvoerders, familie, meewerkende echtgenotes)
4. andere begunstiging (partners)
5. privé-ongevallen
6. andere vergoedingsberekeningen (vaste kapitalen / multiplicatoren)
1.6.
Huispersoneel
Arbeidsongevallenverzekering = wettelijk verplichte verzekering
36
specifieke situatie : huispersoneel / dienstboden
Huispersoneel
Dienstboden
inwonend
Criteria
-dan 4/24
niet inwonend
vanaf 4/24
Ander personeel dan dienstboden
arbeider of bedienden
occasioneel
regelmatig
max. 8u
onderwerping RSZ
ja
neen
ja
neen
ja
onderwerping AOW
ja
ja
ja
ja
ja
voorbeeld van
betrokken
werknemers
kok(kin)
werkster
werkster
babysitter
tuinman
verpleegster
babysitter
tuinman
verpleegster
chauffeur
Arbeidsongevallenpolis dient ook onderschreven te worden voor personeel niet
onderworpen aan R.S.Z.
 specifieke polis « werkvrouw », « tuinman » …. met waarborg voor beperkt
aantal prestaties en met forfaitaire jaarpremie
Niet-onderschrijven van de polis heeft zware boetes tot gevolg.
37
2.VERZEKERINGSINVLOED SOCIALE ZEKERHEID VAN
ZELFSTANDIGEN
Vaststelling : Naast het ontbreken van een werkloosheidsuitkering faalt het sociaal statuut
van de zelfstandige op vier domeinen
1. In geval van arbeidsongeschiktheid door ziekte of ongeval
2. Bij hospitalisatie
3. Bij pensionering
4. Bij overlijden
ARBEIDSONGESCHIKTHEID
 Oplossing :
Sociaal statuut van de zelfstandige :
 eerste maand
: niets
2e
e

tot 12 maand
: minimaal
e
 vanaf 13 maand
: te weinig
Verzekeringspolis die U voorziet van een gewaarborgd inkomen
bij ziekte of ongeval.
Er zijn 2 mogelijkheden bij onderschrijving van een « gewaarborgd inkomen » :
1. Een klassieke polis gewaarborgd inkomen, d.i. één contract dat U een maandelijkse
rente geeft bij arbeidsongeschiktheid door ziekte of ongeval.
2. Een ontdubbeling van polissen waarbij 2 contracten worden afgesloten :
- een polis « persoonlijke ongevallen » die U een vergoeding verleent bij ongeval
- een klassiek gewaarborgd inkomen dat U een maandelijkse rente geeft bij
arbeidsongeschiktheid door ziekte
Waarom een ontdubbeling van polissen ?
In geval van ongeval is voorzien :
gewaarborgd inkomen
persoonlijke
ongevallen wet 24/24
vrijstelling
25 %
geen
wachttijd
30 dagen
1e dag
overlijdensdekking
geen
volgens AOwet
blijvende invaliditeit
dagvergoeding
volgens AOwet
38
2.1. Persoonlijke ongevallen
Wat is een ongeval ?
“Elke toevallige en plotselinge gebeurtenis die de lichamelijke integriteit van de
verzekerde aantast en die veroorzaakt wordt door een factor die uitwendig is aan zijn
organisme en onafhankelijk is van zijn wil.”
Uitgangspunt ? Gekozen jaarloon = contractueel overeengekomen bedrag.
 bepalend voor de berekening van de vergoedingen bij schadegeval
 bepalend voor de berekening van de premie
Welke vergoedingen worden betaald ?
1. Bij overlijden
- Begrafeniskosten : contractueel loon x 30
-------------------------365
- Overbrenging overledene tot max. 2.500 euro
- Kapitaal aan partner : contractueel loon x 30 % x leeftijdscoëfficiënt
- Kapitaal aan kinderen : contractueel loon x 15 % x leeftijdscoëfficiënt
2. Bij blijvende invaliditeit :
Kapitaal blijvende : contractueel loon x % invaliditeit x leeftijdscoëfficiënt
Eventueel tot 200 %, indien blijvende hulp van een derde nodig is.
3. Bij tijdelijke invaliditeit :
Dagvergoeding : contractuele x 90 %
----------------------- x % invaliditeit
365
2.2. Gewaarborgd inkomen ziekte
Uitkeringsprincipe = dagvergoeding voor alle arbeidsongeschiktheden t.g.v. ziekte
voorzover de invaliditeitsgraad hoger is dan 25 %.
Er zijn diverse verzekeringsformules mogelijk :
1. Rente is ofwel
- vast = uitgekeerde bedrag blijft constant (ongeacht de duur van de uitkering)
- herwaardeerbaar = uitgekeerde bedrag stijgt met een bepaald % per jaar (zodat het
vervangingsinkomen meestijgt met de stijgende kosten van levensonderhoud in de
loop der jaren)
2. Wachttijd = periode die men moet overbruggen vooraleer een eerste uitkering kan
gebeuren. De duur van de wachttijd kan gekozen worden : 30 / 60 of 90 dagen of 365
dagen.
39
3. Uitkeringsduur
- zolang de invaliditeit duurt
- maximaal tot de gekozen eindleeftijd : 55 / 60 of 65 jaar
De premie is afhankelijk van :
- de gekozen jaarrente (vervangingsinkomen die men wenst te ontvangen bij
volledige arbeidsongeschiktheid)
- de gekozen wachttijd
- de leeftijd waarop men deze polis onderschrijft (hoe hoger de instapleeftijd hoe
duurder de premie)
- de gekozen einddatum
- de gekozen formule (vaste rente of geherwaardeerde rente)
Bij de keuze van maatschappij moet gelet worden op :
- de algemene polisvoorwaarden
- mogelijkheid van de maatschappij om eenzijdig premieverhogingen door te voeren
- eventuele bijpremies voor vrouwen die deze polis onderschrijven
- mogelijkheden tot herwaardering van de uitgekeerde rentes
- medische formaliteiten die moeten vervuld worden
Fiscaliteit :
 ongevallenverzekering
- individuele contracten : premies niet aftrekbaar  vergoedingen niet belastbaar
- collectieve contracten : premies aftrekbaar  vergoedingen belastbaar
 gewaarborgd inkomen : premies zijn aftrekbaar  vergoedingen zijn belastbaar als
vervangingsinkomen
2.3. Hospitalisatiekosten
2.3.1. Waarom een verzekering hospitalisatie onderschrijven ?
De financiering van onze gezondheidszorg is een actueel thema. Niemand kan nog
ontkennen dat onze sociale zekerheid ziek is. Er is een verontrustende stijging van de
uitgaven inzake geneesmiddelen en hospitalisatie.
Het verschil tussen het bedrag dat terugbetaald wordt door het wettelijk stelsel en dat
gevraagd wordt door het medisch corps wordt steeds groter. Bijgevolg moet de patiënt
steeds meer remgeld betalen.
Bepaalde geneesmiddelen en bepaalde behandelingen zijn niet of nog niet erkend door de
mutualiteit. De kosten ervan kunnen sterk oplopen en worden niet door de mutualiteit
terugbetaald.
Dit alles maakt dat een degelijke polis ziekteverzekering een pure noodzaak is geworden.
Wie zich niet verzekert tegen de risico’s van ziekte, hospitalisatie, invaliditeit brengt het
hele gezinsbudget in gevaar.
40
2.3.2. Waaraan moet een goede hospitalisatiepolis voldoen ?
1. Terugbetaling van alle kosten : artsen, chirurg, kamer, medicamenten, alle
behandelingen .…
2. Onbeperkte terugbetaling : alle kosten moeten voor 100 % worden terugbetaald
Veel polissen beperken hun vergoeding tot 2 of 3 x het bedrag dat door de mutualiteit
wordt betaald. Het bedrag dat door de patiënt moet worden betaald en dat boven deze
vergoedingslimiet zit, zal ten laste van de patiënt blijven. Bovendien betekent dit dat
behandelingen of geneesmiddelen waarvoor de mutualiteit niet tussenkomt, ook niet
zullen terugbetaald worden door de verzekeraar.
3. Kosten gemaakt voor en na de ziekenhuisopname die in verband staan met de
ziekenhuisopname dienen eveneens vergoed te worden. De kosten voor nazorg,
geneesmiddelen, kinesitherapie, thuisverpleging … kunnen sterk oplopen.
4. Er moet een uitbetaling zijn vanaf de 1e dag (geen wachttijden bij ziekte of ongeval).
5. De waarborg moet wereldwijd worden verleend.
6. Het moet voor de verzekeraar onmogelijk zijn om de polis op te zeggen. Indien de
maatschappij na een tussenkomst beslist om de polis op te zeggen, is het mogelijk dat
U gezien uw gezondheidssituatie en leeftijd op dat ogenblik niet meer verzekerbaar
bent bij een andere maatschappij.
7. Kosten verboden aan bevallingen dienen mee vergoed te worden. Een aantal
maatschappijen komen enkel tussen bij zwangerschapscomplicaties.
Premie : is afhankelijk van
- de leeftijd
- het geslacht
- de gekozen vrijstelling
- de geboden waarborgen
2.4 pensioen :
Vaststelling : Het wettelijk pensioen van een zelfstandige is nu al ontoereikend.
Zelfs
indien men een volledige carrière van 45 jaar heeft, blijft de pensioenuitkering onder
het bestaansminimum. Indien zich dan na het pensioen onverwachte uitgaven
voordoen is dit rampzalig.
Oplossing : Bijkomend extra-wettelijk pensioen opbouwen.
Bijkomende pensioen-opbouw kan via verschillende formules gebeuren : spaar- en
beleggingsformules, al dan niet fiscaal ondersteund :
- vrij aanvullend pensioen (vanaf 01/01/2004 ook via verzekeringsmaatschappij
mogelijk)
- pensioensparen (via verzekeringsmaatschappij)
- levensverzekering
en voor vennootschappen : levensverzekering met groepsreglement (bedrijfleidersverzekering)
41
Welke formule past U het best ? De mogelijkheden zijn individueel te bespreken
naar gelang uw specifieke situatie, financiële mogelijkheden en individuele noden.
2.5.
Overlijden
Groeps ( werkgeversbijdragen – persoonlijke bijdragen ), en individuele
levensverzekeringen.
Fiscaliteit : aftrekbaarheid nagaan
-
verzekering pensioensparen
individuele levensverzekering
groepsverzekering : 80 % regel
W.A.P.
42
Download