essay - Eo Wijers

advertisement
SAMEN PIONIEREN
LOKALE BOUWSTENEN ALS STRATEGIE VOOR EEN NIEUWE TOEKOMST
BT 005
PANEL
BOEKJE1
interventies ‘SAMEN PIONIEREN.’
Wateraa
nvoe
kelin
r
vanuit IJ
sselmee
r
lastig te
Stimuleer
geringe bouw van
eengezinswoning.
Hierdoor komen ook
starterswoningen
vrij.
beheren
Tekort aan betaalbare
starterswoningen
kt weg in
Natuur tre
hting.
2015
Enkele grote bedrijven van buiten
de veenkolonieen willen invest
eren in
grootschalige ontwikkelingen.
Winsten blijven echte niet in
het gebied.
Veenkolonieen
(inter)nationaal op de
kaart zetten door
recreatie en
waardeproducten
Weinig werkgelegenheid
hoger
opgeleiden
Organiseren
nieuwe
organisatievorm voor
waterbeheer.Verminderen
afhankelijkheid
gebiedsvreemd
water.
Landbouw is de grootste
economische drager.
Vormgeven
Veenkoepel en van
daaruit enthousiasmeren
ondernemers om de
bouwstenen op te
pakken.
telijke ric
Babyboomers wonen nog in eengezinswoningen waar de
kinderen zijn opgegroeid. Hierdoor komt de doorstroming niet
op gang.
noordoos
Grote akkerbedrijven mome
nteel gerund
door agrariers die van buiten
de Veenkolonieen komen.
Babyboomgeneratie (geboren in de periode
1945-1955) gaat met pensioen.
Waterpe
il
Economische ontwikkelingen
concentreren zich vooral in
de A7-zone.
Bouwen
starterswoningen, die
op termijn eenvoudig te
transformeren zijn tot
seniorenwoning. Hierdoor
komt de stroming op
gang.
Oxidatie
va
deel van n het veen in he
t zuidelijk
het gebi
ed.
e
maat.
Grootschalige energieprojecten
zorgen voor
veel discussie, maar lijken er
wel te komen
autonome ontwikkeli
ng economie
auto
n o me o
ntwik
r en kli
g natuu
r, wate
autonome ontwikkeling demografie
Bevolking kent een gezonde mix van jong en oud. Nog relatief veel
jongeren <20j aanwzeig. Zeker in
vergelijking met andere krimpregio’s.
autonome ontwikkeling woningaanbod
Tekort aan betaalbare
starterswoningen
2012
Economische rol landbouw
neemt af > toekomst hiervan
lijkt in
de periferie van het gebied te
liggen.
Agrarische bebouwing komt
Vraag naar starterswoningen neemt af doordat
jongeren wegtrekken.
Aanbod eengezinswoningen blijft beperkt
doordat babyboomer in de woning blijft.
Vrijkomende
agrarische bebouwing
niet meer transformeren
tot woonruimte, maar
inzetten op nieuwe
bedrijvigheid en
recreatie.
vrij.
*
KRITISCH PUNT WATER EN NATUUR = ONVOLDOENDE
WATER VOOR HUIDIGE VORM LANDBOUW + WEGTREKKENDE NATUUR NAAR NOORDOOST.
FIGUUR 1 / DEEL 1: Tijdslijnen en interventies bouwstenen
dee
65+
eengezin
ki
Startersw
transformeren
te schuiv
s
Starters
ge
een
Doo
Verdere verbr
landbouw noo
ESSAY
Groot
deel van de bevolking is
65+, maar woont nog in
eengezinswoning waar ze met hun
kinderen woonden.
Starterswoningen zijn eenvoudig te
transformeren. Stimuleer senoiren om door
te schuiven naar deze voormalige
starterswoningen.
Starters vormen inmiddels jonge
gezinnen en zoeken
eensgezinswoningen.
Doorstroming blijft zo in
stand
Verdere verbreding en schaa
lvergroting van de
landbouw noodzakelijk.
Werkgelegenheid neemt verde
r af >
kennis trekt weg.
Overgro
KRITISCH PUNT ECONOMIE = LANDBOUW LEVERT
NIET MEER DE GEWENSTE WERKGELEGENHEID
*
KRITISCH PUNT DEMOGRAFIE = DOOR LAGE VOORZIENINGENNIVO
ZIJN OUDEREN NIET IN STAAT IN HUN DAGELIJKS BENODIGDHEDEN
TE VOORZIEN.
bewoners.
Speel in op
stijgende vraag maar
(openbaar) vervoer en
lokale voorzieniingen door
ouderen. Hun mobiliteit
wordt minder vanzelfsprrekend door
ouderdom
door wegvallen oude
2025
Woningbouw komt vrij
*
*
KRITISCH PUNT WONINGAANBOD = INDIEN ER GEEN
WONINGEN VRIJKOMEN LOOPT WONINGMARKT VAST.
ot deel babyboomers met pensioen. 1/3 van
de bevolkings is 65+
Door autogebruik blijft de actieradius van
de inwoners groot. Gemis aan
voorzieningen worden zo gecompenseerd
Jongeren gaan studeren en trekken weg.
Hierdoor is het aandeel jongeren in
de bevolkingsopbouw fors afgenomen en
neemt totale bevolkingsaantal af.
2020
Babyboomers
bereiken de meer
hulpbehoevende leeftijd
van 75+. Hierdoor wordt
actieradius kleiner en
neemt vraag naar lokale
voorzieningen toe.
Langere droge periodes. Intensere
regenbuien.
komen vrij.
Behoefte aan extra berging in de
zomer.
Eengezinswoningen
Babyboomers bereiken de leeftijd van 75+. Een
leeftijd die kenmerkt wordt door meer
lichamelijke gebreken. Autorijden is niet meer
vanzelfsprekend.
n neemt toe door
woninge
Vraag naar kleinere
vraag ouderen.
Behoefte aan water neemt niet alleen
vanuit landbouw toe, maar watervraag
vanuit burgers stijgt.
Doordat het aantal
ouderen in gemeenten
fors is toegenomen, veel
75+, vraagt dit om
ontwikkeling van vast
steunpunt voor zorg in
de gemeente
2030
Sterk toegen
vraag (open
vervoer en
voorzieningen do
Hun automobili
minder vanzelf
door ouder
FIGUUR 1 / DEEL 2: Tijdslijnen en interventies bouwstenen
“Niet weer een visie, die hebben we al genoeg voorbij zien komen” was de duidelijke boodschap die we meekregen
van bewoners. Wanneer het niet op draagvlak bij de bewoners kan rekenen komt het er niet, bleek uit de talrijke
gesprekken die wij voerden met inwoners van de Veenkoloniën. Uit deze gesprekken bleek ook een sterke wens van
bewoners om zelf richting te kunnen geven aan de toekomst van hun omgeving. Deze wens is de basis van onze
inzending: geen grootse visie met plannen en tekeningen, maar een strategie om bewoners zelf hun toekomst te
laten bouwen en hen daarbij te helpen.
Onze strategie
Vier tijdslijnen geven de ontwikkelingen weer die op de Veenkoloniën afkomen wanneer niet wordt ingegrepen,
van nu tot 2040. Deze tijdslijnen staan voor de belangrijkste thema’s die spelen in de Veenkoloniën:
‘bevolkingsontwikkeling, ‘economie en landbouw’, ‘natuur, water en klimaat’ en ‘woningbouw’. Per thema is een
kritieke grens en breekpunt in de tijd weergegeven en toegelicht. Tot slot is aangegeven wanneer en hoe bewoners
zelf kunnen interveniëren om te voorkomen dat hun leefomgeving te ver achtergaat.
Om bewoners te helpen interveniëren, stellen wij ‘bouwstenen’ voor: succesvolle en winstgevende initiatieven
waarmee bewoners en bedrijven zelf aan de slag kunnen: ‘niet oplossen voor, maar oplossen met’. Zo bepalen
bewoners hun toekomst. Vergelijkbare initiatieven bewezen in andere regio’s in Nederland al hun succes!
De tijdslijnen
De tijdslijnen laten zien dat 2025 een belangrijk moment wordt voor de Veenkoloniën wanneer er niet wordt
ingegrepen. De bevolking kent nu nog een gezonde mix van oud en jong, zeker in vergelijking met andere
krimpregio’s. Maar in 2025 zijn veel (hoger opgeleide) jongeren weggetrokken door gebrek aan werk, perspectief en
geschikte woonruimte. Van de achterblijvende bevolking is een derde 65+. Werkgelegenheid neemt verder af vanaf
2025 doordat de landbouw minder werkgelegenheid biedt. Dit omdat het steeds moeilijker wordt gebiedsvreemd
water aan te trekken en nog meer op schaalvergroting in te zetten. De rek is er dan uit. Momenteel is al merkbaar dat
water problematischer wordt in het gebied: de natuur schuift steeds verder op in noordoostelijke richting. Het water
achterna.
De bouwstenen bij start
De inzet van bouwstenen op het juiste moment in de tijd, kan het tij keren. Daarbij staat samenwerking door
bewoners voorop, omdat draagvlak een voorwaarde is. De bouwstenen hebben daarom veelal de vorm van
coöperaties, verenigingen of stichtingen. Bovendien zien wij in dit vermogen tot collectieve samenwerking een van de
bijzondere krachten van de bewoners en de Veenkoloniën. Het gebied biedt letterlijk ruimte, de mensen zijn gewend
hieraan zelf vorm te geven. Groot voorbeeld is de succesvolle aardappelencoöperatie AVEBE in de Veenkoloniën. Al
hoeft niet iedere coöperatie deze omvang te krijgen uiteraard. Deelname levert bewoners en bedrijven werk, (vooral
voor hoger opgeleiden) en inkomsten op. Investeren door bewoners in een bouwsteen betekent dat met een geringe
investering (geld, kennis of tijd) een groot resultaat bereikt kan worden. Resultaat waarmee bewoners sturing kunnen
geven aan de toekomst van de Veenkoloniën.
De volledige lijst met bouwstenen en toelichting daarop staat op de panelen. Enkele voorbeelden hebben we een
lokale naam gegeven:
• Zorgcoöperatie Buinerveen (thema bevolkingsontwikkeling). Coöperatie rondom nieuwe zorg naar voorbeeld
van It Skewiel in het Friese Trynwalden: het bejaardentehuis in de grote stad is afgebroken en een nieuw
zorgsysteem opgezet waarbij ouderen zo lang mogelijk zelfstandig thuis kunnen blijven wonen. Zorg komt aan
huis en vervoer naar dagopvang is geregeld door een goede haal- en brengservice. Deze vervoersdienst brengt
ook de kinderen van huis naar school en omgekeerd. Bewoners blijven zo gebruik maken van voorzieningen in
hun eigen omgeving;
• Waterhouderij Baggerveen (thema water). Coöperatie naar voorbeeld van het op Walcheren in ontwikkeling
zijnde concept Waterhouderij. Hierin zijn functies en economische dragers (natuur, recreatie, voedselvoorziening,
drinkwater, energie, wonen, industrie) in één gebied met elkaar verbonden. De grondgebruikers bergen
zoet water en stellen dit beschikbaar aan hun omgeving voor verschillende functies. De afhankelijkheid van
gebiedsvreemd water verdwijnt hierdoor;
• Zonneschurencoöperatie Oude Pekela (thema economie). Kleinschalig energiebedrijf waarbij particulieren geld
inleggen voor zonnepanelen op daken van boerenschuren in de Veenkoloniën. De RUG heeft een vergelijkbaar
initiatief lopen waarbij inwoners uit stad Groningen geld investeren in zonnepanelen op daken van agrariërs in de
Veenkoloniën. Uiteraard kan dit ook rondom andere energiebronnen worden georganiseerd.
Veel bouwstenen zijn al aanwezig binnen de Veenkoloniën, andere zijn elders met succes ontwikkeld of in
ontwikkeling. Wij adviseren om de bestaande bouwstenen te verzamelen, stimuleren en delen door een instituut
als Agenda voor de Veenkoloniën nieuwe stijl (zie volgende paragraaf). Op deze manier ontstaat een bottom-up
strategie die centraal wordt gestimuleerd en gefaciliteerd. De kracht van bewoners en het gebied om collectief te
handelen wordt zo geactiveerd. ‘Samen pionieren’ noemen wij dit. Pionieren met de tijdslijnen en de bouwstenen.
Maar vooral door communicatie van alle bewoners in het gebied met elkaar. Bedoeld om te begrijpen waarom
gezamenlijk investeren in een bouwsteen bijdraagt aan verbetering van de leefomgeving. Stap voor stap samen
bouwen aan een nieuwe toekomst.
Sterk toegenomen
vraag (openbaar)
vervoer en lokale
voorzieningen door ouderen.
Hun automobiliteit wordt
minder vanzelfsprekend
door ouderdom
2030
Overige deel van de bevolking zijn mensen in de
leeftijdscategorie 40-50j met hun kinderen.
Vraag naar lokale voorzieningen neemt toe door
babyboomers omdat actieradius kleiner wordt.
Waterproblematiek veregert door klimaatverandering.
2035
2040
FIGUUR 1 / DEEL 3: Tijdslijnen en interventies bouwstenen
Het Veenmodel
Onze aanpak hiervoor noemen wij het Veenmodel; een lintvorming van initiatieven. Als belangrijkste belemmering
voor het succesvol ‘coöperatief’ toepassen van bouwstenen zien wij de betrekkelijke onbekendheid met deze
bouwstenen en de beperkte slagkracht van solitaire initiatieven. Om dit te voorkomen stellen wij voor om deze
succesvolle bouwstenen aan elkaar te rijgen, zoals de lintdorpen de bewoners verbinden. Hieronder een voorbeeld.
Regionale pioniers, zoals de personen die wij spraken, activeren ondernemers om een eerste stap te zetten
voor een energiecoöperatie. Samen informeren zij bij Texelenergie.nl hoe daar de energiecoöperatie succesvol
ontwikkeld is door bewoners. Met deze kennis gaan de ondernemende pioniers de Veenkoloniën in. Allen vertellen
op verjaardagen en verenigingen over de voordelen van deze bouwsteen voor bijvoorbeeld werk en inkomen. En
waarom een geringe investering van bewoners hierin loont. Meerdere initiatieven vormen meerdere ‘webben’, linten
van bouwstenen en initiatieven. Langzaam worden zo de coöperaties gevormd die bottom-up richting geven aan de
Veenkoloniën.
Wij zien een belangrijke rol weggelegd voor een instituut ter ondersteuning van de pioniers, ‘de Veenkoepel’. De
Agenda voor de Veenkoloniën is volgens ons uitermate geschikt om te transformeren tot deze Veenkoepel. Deze
organisatie heeft al de kennis, het netwerk en vooral de drive om dit te gaan doen. De bottom-up strategie heeft een
centrale katalysator nodig met een dubbele rol:
1. Monitor: Monitoren van de ontwikkelingen in de Veenkoloniën volgens onze methodiek van tijdslijnen. Onze
tijdslijnen gaan uit van een situatie waarbij niet wordt geïntervenieerd, maar in werkelijkheid gebeurt dit uiteraard
wel, waardoor (autonome) ontwikkelingen anders gaan lopen. Communicatie met bewoners, bedrijven en
overheden is een belangrijke taak. Dit maakt bewoners bewust van de ontwikkelingen en de urgentie om actief
te worden.
2. Kennis- & aanjaagcentrum. Wij zien de Veenkoepel als spin in het web tussen ondernemers in de Veenkoloniën,
kennis en ervaring van de bouwstenen elders in Nederland en in de toekomst tussen de succesvolle bouwstenen
in de Veenkoloniën.
De regionale comfortzone en ruimtelijke kwaliteit
De Veenkoloniën vormen ons middelpunt. Vanuit de lucht, zo’n 100 kilometer van dit centrum, zien we de
rest van Nederland. Deels vonden we daar bouwstenen met bewezen succes. Deze bouwstenen worden
op lokaal niveau uitgevoerd, in gebieden van zo’n 5 kilometer doorsnede. Op dit schaalniveau worden de
bouwstenen binnen de Veenkoloniën ontwikkeld. Het effect heeft een groter bereik. Een bouwsteen uit ons
voorstel voor de toekomst van de Veenkoloniën heeft altijd meer positieve effecten dan voor één specifiek
thema. Het maakt de regio eromheen, van minimaal 20 kilometer, net even wat prettiger. Dat is voor ons
een regionale comfortzone.
Ruimtelijke kwaliteit zien wij in deze prijsvraag niet als een esthetische waarde, zoals een fraai
vormgegeven landschap, maar benaderen wij vanuit de sociaal economische kant. Wanneer het bewoners
samen lukt om richting te geven aan de toekomst van de ruimte om hen heen, is dit voor ons ruimtelijke
kwaliteit. Coöperatie zorgt ervoor dat het collectieve belang gewaarborgd blijft.
Samen pionieren: waarom het Veenmodel werkt
Om mensen te leren kennen en een realistisch beeld te krijgen hoe de inwoners naar hun toekomst kijken, voerden
wij talrijke interessante gesprekken met diverse mensen in de Veenkoloniën. Daarnaast hebben wij een ruimtelijk
analyse gedaan. Enerzijds om het gebied te ‘proeven’: er zijn, kijken, ervaren. Anderzijds een meer vaktechnische
analyse om het gebied ruimtelijk te kunnen afpellen. Onze strategie sluit aan op de belangrijkste conclusies uit beide
onderdelen:
• Bewoners willen niet dat voor hen wordt besloten;
• Het denken in samenwerkingsverbanden zoals coöperaties leeft in de regio: “AVEBE is tenslotte ook zo
begonnen”;
• Bewoners willen zelf investeren wanneer ze de noodzaak en voordelen zien;
• Het gebied kent nu nog veel kwaliteiten en voorzieningen, zeker in vergelijking met andere krimpregio’s;
• Grote zorg is dat deze verdwijnen (bijvoorbeeld saamhorigheidsgevoel dat verdwijnt wanneer hoger opgeleide
jongeren niet terugkeren na de studie);
• Het westelijk deel van de veenkoloniën kent een geïsoleerde ligging en is hierdoor niet aangetakt op de
dynamische zones van Groningen en Emmen. Andere deelgebieden hebben een sterkere relatie met
omliggende gebieden;
• Het delen van kennis over het gebied, maar ook over initiatieven voor een betere toekomst, gebeurt nu zeer
beperkt.
Download