Hoofdvraag Hoe viel het Romeinse rijk? Deelvragen 1. 2. 3. 4. 5. Wanneer begint het verval van het Romeinse rijk? Wie zijn de laatste keizers, en hoe regeerden zij? Welke volkeren bedreigden het Romeinse rijk? Welke invloed had de opkomst van het Christendom? Welke theorieën bestaan er over de val van het Romeinse rijk Inleiding De afgelopen zes jaar is het onderwerp “Het Romeinse rijk” natuurlijk vaak voorbij gekomen in de geschiedenislessen. Ik durf dan ook wel van mezelf te zeggen dat ik een bepaalde basiskennis heb over dit onderwerp. Maar de val van het Romeinse Rijk bleek, bij nader inzien, voor mij een minder bekend onderwerp te zijn. Hierin vond ik dus een mooi onderwerp voor mijn werkstuk. Ik zal eerst het verval en de inkrimping van, voornamelijk, het West-Romeinse rijk behandelen en hiervoor oorzaken proberen aan te wijzen. Daarna ga ik onderzoeken of bepaalde keizers hebben bijgedragen en de ondergang van hun rijk. Als derde en vierde behandel ik de volkeren die het Romeinse rijk bedreigden en de opkomst van het Christendom, en als laatste ga ik verschillende theorieën over de val tegen elkaar afwegen. Wanneer begint het verval van het Romeinse rijk? Voordat het Romeinse Rijk geheel uiteen valt en verdwijnt wordt het in twee delen verdeelt, het West-Romeinse Rijk en het Oost-Romeinse Rijk (wordt ook wel Byzantijnse Rijk genoemd). Deze scheiding vond plaats in het jaar 300, toen het Rijk onder het bewind van Keizer Diocletianus viel. De grens van deze twee gebieden lag ergens tussen het Latijs sprekende Italië en het Grieks sprekende Oosten. Het ontstaan van deze twee verschillende rijken kwam vooral doordat er steeds meer problemen kwamen in het bestuur, in de economie en met de grensbewaking. Tot in de 5e eeuw wordt nog een paar keer een poging gedaan om de twee rijken weer te herenigen, maar vooral door grote verschillen in cultuur en economische welvarendheid lukt dit niet. Het verschil in economische welvarendheid was vooral een gevolg van feit dat de in het Oost-Romeinse Rijk liggende steden veel ouder waren en dus ook een beter bestuur hadden. Ook was het Oost-Romeinse Rijk dicht bevolkter dan het WestRomeinse Rijk. Maar aan het uiteen vallen van het Romeinse Rijk in deze twee delen is natuurlijk het één en ander vooraf gegaan. Een nieuwe periode van ellende en bloedvergieten breekt aan bij de moord op Keizer Commodus. Keizer Commodus, een zoon van Marcus Aurelius, regeerde van het jaar 180 tot 192. Aan de belangen en welzijn van zijn volk besteedde Commodus niet veel aandacht, ook verwaarloosde hij het bestuur en militaire zaken. Veel dingen liet hij afhandelen door de praetoriaanse garde. De praetoriaanse garde was een groep militaire elite die tevens de lijfwachten van de keizer waren. De keizer kreeg nog meer vijanden nadat hij besloot vrede te sluiten met de Germanen. Veel mensen van de hogere klassen in het Rijk beschouwden dit als verraad en uitten daarom flinke kritiek op Commodus. Dit kostte veel van deze senatoren het leven; Commodus strafte ze met de dood en nam hun bezittingen in. Door dit geweldadige optreden van Commodus ontstond er een samenzwering in zijn paleis, dit moest hij met de dood bekopen. De dood van de keizer zou weer leiden tot een burgeroorlog. Nu er geen keizer meer was zorgden de legers van de provincie ervoor dat er voor hun een gunstig persoon op de troon terecht kwam. De Senaat koos Helvius Pertinax in de hoop dat hij de traditie der Antonijnen zou herstellen. Maar Pertinax werd niet gewaardeerd door de Praetoriaanse garde, zij waren tenslotte erg verwend onder het bewind van keizer Commodus. Pertinax vond dan ook snel de dood door toedoen van de Praetoriaanse garde, daarna verkocht de garde de troon aan de senater Didius Julianus. Maar veel Romeinse legers waren het niet eens met het optreden van de Praetoriaanse garde daarom trokken verscheidene legers naar Rome om zich te wreken. De legers van Lucius Septimius Severus kwamen als eerste aan in Rome. Legers van bijvoorbeeld Clodius Albinus en Pescennius Niger waren ook op weg naar Rome. Door de omvang van de legers van Severus werd de Praetoriaanse garde gemakkelijk afgezet, hij verving de garde met zijn eigen mannen (voornamelijk Illyrische en Thracische boeren). Wat moeizamer ging het met het afrekenen met de legers van Albinus en Niger, die op dat moment ook in de buurt van Rome kwamen. Toen uiteindelijk ook dit gelukt was rekende hij af met al zijn vijanden in Rome, Italië en de provinciën. Nu was Lucius Septimius Severus dus de heerser over het Romeinse rijk. Severus deed zichzelf voor als zoon van Marcus Aurelius, een broer van keizer Commodus dus. Net als het beleid van zijn zogenaamde broer bracht zijn beleid het rijk niet veel goeds. In tegenstelling tot Commodus had hij wel aandacht voor militaire zaken. Hij ontnam de senatoren het recht militaire commando’s te geven, hij schonk dit recht aan leger officieren. Het gevolg hiervan was dat de legers steeds meer hun eigen weg volgden, ook verloren de soldaten hun lust om te vechten en verwaarloosden zij hun plichten. Mede hierdoor lukte het keizer Severus het niet de Parthen te verdrijven en Brittannië in te lijven. In 211 stierf hij in Brittannië na een lange strijd tegen de Schotten. Na de dood van keizer Severus was het Romeinse rijk helemaal ontregeld, om de haverklap was er een nieuwe bestuurder. Het werd de Romeinse legioenen namelijk steeds duidelijker dat zij de macht hadden om keizers aan te stellen en ook weer af te zetten, van deze macht maakte zij daarom ook handig gebruik. Dit was dus een grote verandering voor het rijk, het was natuurlijk al een paar eeuwen gewend aan het bestuur van het senaat en de keizer. Het resultaat spreekt voor zich, in een periode van 50 jaar (235 tot 285) waren er 26 verschillende keizers. Hier kwam ook nog eens bij dat maar één van hen een natuurlijke dood stierf. Deze keizers waren voornamelijk oude leger-aanvoerders, ze wisten daarom ook geen stabiel politiek systeem te creëren. Door hun militaire kennis lukte het hen wel goed de grenzen te verdedigen, dit zagen zij tevens als hun belangrijkste taak. De grenzen van het Romeinse rijk werden in deze periode voortdurend aangevallen, samenwerkende Germaanse stammen vielen verschillende provinciës in Europa aan; Saksen belegerden de kusten van Gallië en Brittannië en in het Noorden kwam er dreiging van de Franken. Nog steeds bleef de toestand van het Rijk verslechteren, hierdoor werd ook de druk op de grenzen groter. Deze druk werd ook opgemerkt door de Romeinse soldaten, zij gingen hun plichten dus ook weer serieuzer nemen en het leger raakte weer beter geörganiseerd. Door de reörganisatie van het leger groeide de macht van de keizers, daarentegen stierven zij wel nog vaak een geweldadige dood. De eerste keizer die profiteerde van de reörganisatie van het leger was keizer Claudius, hij regeerde van 268 tot 270. Claudius bevreidde het Romeinse Rijk, met een overwinning op de Goten, van de druk op de Donau-grens. Na het bewind van keizer Claudius kwam Aurelianus aan de macht, hij wist behalve de grenzen met succes te bewaken ook de eenheid in het rijk te herstellen. Ook zijn opvolgers Probus en Carus wisten te grenzen van hun rijk te bewaken. Carus benoemde zijn zoon Carinus tot keizer, maar na de dood van Carus werd Carinus afgezet en benoemde het leger Gajus Valerius Aurelius Diocletianus tot de nieuwe keizer. Diocletianus deed erg zijn best om de orde in het Romeinse rijk te behouden, maar zoals gezegd lukte dit niet door de problemen in het bestuur, de economie en de grensbewaking. Dit zou uiteindelijk leiden tot het ontstaan van het West-Romeinse rijk en het Oost-Romeinse rijk. Wie zijn de laatste keizers, en hoe regeerden zij? Één van de laatste keizers van het West-Romeinse rijk die nog een poging deed om zelfstandig op te treden en wat te betekenen voor zijn rijk was keizer Anthemius (467472). Keizer Anthemius was op de troon geplaatst door de paus en door de keizer van het Oost-Romeinse rijk. Anthemius probeerde bijvoorbeeld nog de Vandalen in het noorden van Afrika tegen te houden. Na keizer Anthemius kwam keizer Olybrius aan de macht, keizer Olybrius nam het rijk in jaar 472 onder zijn hoede. Na alweer een jaar kwam het Romeinse rijk in handen van een andere keizer, namelijk keizer Glycerius. Glycerius was eerst een gewone paleisfunctionaris in Ravenna, Ravenna was sinds de 5e eeuw de hoofdstad van het West-Romeinse rijk. In maart 473 werd hij tot keizer benoemd. Glycerius heeft niet zoveel als keizer Anthemius ondernomen om het keizerrijk in stand te houden, wel heeft hij nog verbazend goed stand gehouden tegen Visigothen en de Ostrogothen. De Visigothen bedreigden het rijk, dat op dat moment alleen nog maar uit Italië en een stukje van gallië bestond, vanuit Spanje en het gebied dat nu Zuid-Frankrijk is. De Ostrogothen bedreigden vooral de provincie Dalmatia. Ondanks dat deze keizer maar een korte regeringsperiode had wist hij te voorkomen dat deze twee groepen samen de strijd tegen het kleine West-Romeinse rijk zouden aanbinden. Na de opéénsplitsing van het rijk was er een grote vijandigheid ontstaan tussen de twee rijken, de keizer van het Oost-Romeinse rijk bleef ook veel invloed hebben op het West-Romeinse rijk. Het Oost-Romeinse rijk was op het moment van Glycerius’ bewind onder leiding van keizer Leo. In het jaar 474 wees keizer Leo zijn verwant Julius Nepos aan als nieuwe keizer van het West-Romeinse rijk.