Het Business Maturity Model Het BMM benoemt vijf pijlers waarop een bedrijf is gebaseerd: Strategie & Beleidsvorming, Organisatie & Processen, Besturing & Beheersing, Informatietechnologie en Mensen & Cultuur. Binnen die pijlers zijn vier ontwikkelingsniveaus mogelijk, die de mate van ontwikkeling van de organisatie binnen de desbetreffende pijler aangeven. Bedrijven waarbij de vijf pijlers in evenwicht zijn, presteren gemiddeld 30 procent beter dan de markt. Bedrijven waarvan alle pijlers zich op niveau 4 bevinden, mogen zich complexity master noemen. Dergelijke bedrijven paren marktkracht, efficiency en duurzaamheid aan optimale flexibiliteit. Zij zijn de winnaars op de wereldmarkt. Niveau’s Niveau 1: Pionier Initiële visie en doelstellingen als belangrijkste leidraad Informele samenwerking, mogelijk door beperkte organisatieomvang Niveau 2: Proces Professionaliseren van de organisatie: per afdeling of team worden procesafspraken gemaakt en vastgelegd Binnen de ‘eilandorganisatie’ werkt elke eenheid met eigen systemen en procedures Samenwerking binnen de units is gestructureerd, samenwerking tussen eenheden op ad hoc basis Niveau 3: Systeem Uniforme processen, procedures en systemen Informatie-uitwisseling en nauwe samenwerking tussen verschillende organisatie-eenheden Gezamenlijk geformuleerde strategie en organisatiedoelstellingen zijn de basis voor samenwerking Niveau 4: Netwerk Partners uit de waardeketen in het netwerk zijn betrokken Samenwerking op strategievorming, informatie-uitwisseling en besturing van de waardeketen Systemen. Processen en procedures zijn zowel intern als extern op elkaar afgestemd Hoe meer balans des te hoger de prestaties Twee veronderstellingen staan centraal: Wanneer het ontwikkelniveau van de vijf afzonderlijke pijlers beter in balans is (synchronisatie), zijn de prestaties hoger. In zeer competitieve industrieën presteren organisaties met een hoog ontwikkelniveau beter dan organisaties die minder ver ontwikkeld zijn. Ook in de publieke sector drijft de omgeving het ontwikkelniveau omhoog, maar dan op basis van wensen & eisen uit de omgeving (politiek en publiek). Beide veronderstellingen zijn wetenschappelijk getoetst. Onderzoek onder diverse populaties, zowel publiek als privaat, toont aan dat de veronderstelde relaties bestaan tussen het ontwikkelniveau van de organisatie en de prestaties. Een organisatie die én in balans is én een ontwikkelniveau heeft dat past bij de omgeving, is een zogeheten complexity master. Deze organisaties presteren tot 30% beter dan gemiddeld. Concreet betekent dit dat: Een evenwichtige ontwikkeling op alle pijlers noodzakelijk is om een organisatie goed te laten presteren Een hoger ontwikkelniveau vaak leidt tot betere prestaties. Dit hangt wel af van de omgeving van de organisatie en welk ontwikkelniveau de omgeving van de organisatie vraagt Naast dit organisatiemodel omvat BMM ook een analyse van de omgeving, de prestaties van de organisatie en het vermogen van de organisatie om te veranderen. Als denkkader helpt het Business Maturity Model bij het ontwikkelen en bouwen van een meer gebalanceerde organisatie. Hierbij wordt vaak gebruik gemaakt van één van de online Business Maturity Scans om het huidig en gewenst ontwikkelniveau van een organisatie te bepalen. Gecombineerd met een inventarisatie op de aanvullende elementen, kan in korte tijd een uitgebreide analyse plaatsvinden van die zaken die de organisatie moet oppakken om haar ambitie te realiseren. Bron: Gertjanschop.com, businessmaturity.nl