Ontstaan: Hoe en wanneer is het boeddhisme ontstaan? Ongeveer

advertisement
Ontstaan:
1. Hoe en wanneer is het boeddhisme ontstaan?
Ongeveer 560 v.c.j. Siddharta is voorbestemd voor grote dingen, Hij wil bedelmonnik worden,
hij ziet de weg van verlossing en de kringloop van wedergeboorten.
2. Wat betekent de naam ‘Boeddha’?
De ontwaakte of de verlichte, die naam kreeg hij nadat hij de weg zag die verlost uit het lijden.
3. Wat heeft het hindoeïsme met het ontstaan van het boeddhisme te maken? Het is een afgeleide
variant: Er zijn geen goden, maar de wet van het Karma.
4. Welke vier ontmoetingen had Siddharta? Een ontmoeting met een oude man, een zieke, een
rouwstoet voor een dode en een bedelmonnik.
5. Welk thema komt steeds terug? Wat ontdekt Siddharta in die ontmoetingen?
Hij ontdekt dat het leven niet eeuwig is en dat er lijden is in de wereld. Hij gaat nadenken over
de zin van het leven en het doel van lijden en de dood.
Verlossingsleer:
6. Beschrijf in je eigen woorden wat de boeddhisten bedoelen met ‘de wet van het karma’. Wat
zegt deze ‘karmaleer’ over het geloof in een god?
Er is maar een bovenaardse macht ‘ de eeuwige wetmatigheid van de kosmos’. Alles wat
gebeurt wordt bepaald door voorafgaande gebeurtenissen, de positieve en negatieve gevolgen
zijn een beloning of straf.
7. Wat wordt bedoeld met de ‘kringloop van wedergeboorten’?
De goede en slechte daden van de mensen van nu zorgen voor het gevolg dat de mensen in de
toekomst mensen in goede of slechte omstandigheden worden geboren.
8. Verwoord wat in dit opzicht het verschil is met het hindoeïsme.
Bij het hindoeïsme gelooft men in reïncarnatie. De ziel van mens en dier wordt geboren in een
nieuw lichaam van een wezen. Wat voor wezen hangt af van hoe je hebt geleefd.
9. Welke 2 begrippen houden die kringloop in stand? Licht de betekenis van die begrippen in dit
kader toe.
Begeerte en onwetendheid. Mensen begeren onophoudelijk naar aardse bezittingen. Dat houd
je vast aan de aarde. De onwetendheid dat men het inzicht mist om de weg te vinden naar
verlossing uit de kringloop.
10. Hoe is volgens het boeddhisme verlossing uit deze kringloop mogelijk?
Het juiste inzicht in de situatie en de juiste weg waarlangs je moet gaan om te ontsnappen uit de
kringloop.
11. Noem de 4 edele waarheden en geef kort aan wat ermee bedoeld wordt.
Al het leven is lijden, we zijn gehecht aan het leven. Het lijden ontstaat door verlangen, je wilt
het beter en nog beter. Het opgeven van verlangens stopt het lijden. Het achtvoudige pad maat
vrij van verlangens.
12. Geef vanuit jouw christen- zijn aan waarin het christelijk geloof wezenlijk verschilt van het
boeddhisme, doe dit t.a.v. de kringloop van wedergeboorten en waarvan en hoe je verlost wordt.
Bij het boeddhisme moet je verlost worden door je eigen goede daden en je eigen kunnen. Bij
ons (het christelijk geloof) hoef je niets te kunnen. Je wordt gered door Jezus en niet door jezelf.
13. Wat is ‘nirwana’?
\
Wanneer een mens zijn onwetendheid en daarmee zijn begeerten overwint. Hij zal dan geen
negatieve dingen meer doen en daarmee de kringloop van oorzaak/gevolg doorbreken.
14. Leest het verhaal van de Japanse steenhouwer en leg uit wat de (boeddhistische) moraal van dit
verhaal is.
Wees tevreden met watje hebt en over win de onvrede met leven dat je leidt.
Wereldbeschouwing:
15. Beschrijf iets over de verspreiding van het boeddhisme. Leg hierin de volgende termen uit
‘Dharma’ en ‘stoepa’.
Boeddha hield zijn eerste toespraak en van hieruit begon het boeddhisme zich te verspreiden
(Dhrama). Veel mensen vonden deze leer aantrekkelijk en de leer van Boeddha verspreidde zich
door heel India. Toen Boeddha overleed werz ijn as in 8 stoepa’s (kegelvormige bouwwerken)
bewaard.
16. Beschrijf 2 stromingen binnen het boeddhisme.
Hinayane: volgelingen laten alles achter en gaan een monikenleven leiden kent niet heel veel
aanhangers. Mahayana: massale stroming van Boeddhisme.
17. Wat is het verschil tussen beide?
Hinayane: Gericht op de verlossing van het individu iedereen is bezit met zijn eigenverlossing.
Mahayana: Gericht op de verlossing van heel de mensheid.
18. Waar is de levensstijl van de boeddhisten op gebaseerd? Welke 5 geboden passen daarbij?
De mens zelf kan proberen het verlossende inzicht te bereiken. alle mensen zijn aan elkaar gelijk
en de mens is in staat de kiezen tussen goed en kwaad. Geboden: geen leven wezen doden, niet
nemen wat je niet gegeven is, seksualiteit niet misbruiken, geen onwaarheid spreken en geen
bedwelmende middelen gebruiken.
19. Hoe ziet het boeddhisme de plaats van de mens in de natuur? Wat betekent ‘ahimsa’?
Alle
levende wezens zijn even waardevol, want door de reïncarnatie kan het dier morgen wel mens
zijn. Dit heet Ahimsa.
20. Geeft commentaar op deze mensvisie vanuit jouw christen- zijn.
Gebruik hierbij Genesis 1 vanaf vers 26. 21. Vat de beschrijving van ‘leven in een klooster’ samen. Wat zijn de drie ‘heilige juwelen’?
De
jongen heeft 2 leiders. Na een tijdje kiest de jongen of hij blijft of niet. De drie juwlen zijn. De
Boeddha: Leraar, de Dharma: de leer en de sangha: de monnikengeemeenschap.
22. Waarom biedt en offert een boeddhist? Waarom bidt een christen?
Een boeddhist offert, omdat hij dan de goden en de geesten te vriend houdt en zo de evenwicht
in de kosmos te handhaven. Een christen bidt vanuit dankbaarheid. (denk ik)
23. Wat zijn de 3 belangrijkste boeddhistische feesten? Geef in een zin aan wat tijdens deze feesten
wordt herdacht.
Vesaka Puja, Magha Puja, Asalha Puja. De 3 juwelen worden herdacht. Bij elk feest wordt een van
de 3 juwelen herdacht.
24. Welke speciale vorm van boeddhisme kom in Japan voor?
Zen-boeddhisme: Het juiste inzicht over jezelf, de verlichiting (satori).
25. Waaruit wordt de huidige populariteit van het boeddhisme verklaard? Wat vind jij als christen
van deze verklaring.
Het is populair omdat jezelf de verantwoordelijkheid hebt (de persoonlijke verantwoordelijkheid
van het individu). Dat is in strijd met het christendom. Daar kun je niet jezelf redden dat doet
Jezus.
Download