Rijzend gist - Its Academy

advertisement
Enge monsters in je broodzakje
Extra opdracht voor een cijfer, te maken als 4-tal
Lever elke les een blaadje in met daarop wat jullie hebben gedaan, doe dit in een plastic
mapje met daarop jullie namen
INFO
Een broodzakje openen kan niet altijd goed voor je maag zijn. Je boterhammen kunnen
bezaaid zijn met veelkleurige, pluizige schimmels en de geur die uit het zakje komt is niet
bepaald fris.
In dit onderzoek ga je kijken wat schimmels zijn, hoe ze groeien en welke factoren de groei
bevorderen
Schimmels zijn afvaleters. De meeste soorten gebruiken enzymen om het voedsel waarop ze
groeien te verteren. Ze houden het ecosysteem in evenwicht door dode organismen zo af te
breken. Ze breken ook afvalproducten van organismen af. Om te overleven hebben ze vocht,
voedsel, warmte en duisternis nodig.
Brood bevat veel zetmeel waarvan veel schimmels leven. Dezelfde soorten schimmels die op
brood leven, leven ook bijv. op fruit. Ze zijn vaak groen, zwart en pluizig. Ze breken met de
enzymen het zetmeel af tot glucose die ze als energiebron gebruiken. Broodschimmels maken
net als andere schimmels sporen voor de voortplanting. Wanneer de sporen via de lucht op
geschikte plaatsen terecht komen maken ze nog meer schimmels.
DE PROEF
Per groep van 4
3 bekerglazen met suikeroplossing, kraanwater, citroensap
3 pipetten
4 boterhammen (wit brood)
4 plastic zakjes
1 markeerstift
Vragen voor de proef
Schrijf een aantal plaatsen op waar je wel eens schimmels hebt gezien.
Wat zijn de overeenkomsten tussen deze plaatsen en wat de verschillen?
Was je handen. Gooi naar de proef alle voedingsmiddelen zorgvuldig weg.
Doe stickers op 4 boterhamzakjes. Noteer op de stickers: droog wit brood, water op wit brood,
citroensap op wit brood, suikerwater op wit brood. Doe een droge witte boterham in het eerste
zakje en sluit het zakje goed. Doe 20 druppels water op een andere witte boterham, stop deze
in een zakje en sluit het zakje. Herhaal het zelfde alleen nu met citroensap en suikerwater.
Vragen tussendoor
Welke variabelen variëren bij deze proef?
Wat is de hypothese bij deze proef?
Welke boterham zal de meeste schimmels krijgen?En welke de minste?
Welke boterham dient als controle?
Doe alle 4 zakjes in een donkere warme ruimte . Bedenk zelf een leuke plaats.
Bekijk de zakjes na 1 week, 2 weken en na 3 weken.
Bij elke meting bekijk je per boterham hoeveel schimmelcultures je ziet. Een schimmelculture
is een groep schimmels bij elkaar. Meet met een centimeter de grootte van elke groep
schimmels en noteer de kleur van elke groep.
Schrijf de gemiddelde resultaten per boterham op in een tabel en maak er een grafiek van.
Maak nu de volgende vragen
Wat zijn de belangrijkste conclusies die je uit de proeven kunt trekken op basis van je
resultaten?
Kwamen er nog andere opvallende dingen uit de proeven? Welke?
Gingen er dingen fout bij de proeven en had dat invloed op de resultaten?
Wat zou er gebeuren als de broodzakjes voor onbepaalde tijd op de donkere plaats blijven
liggen?
Verzin nu 2 vervolgproeven.
Schrijf bij beide de hypothese op. Schrijf ook de procedure op bij beide proeven waarin staat
welke variabele er is, hoe je controle eruit ziet, wat je gaat meten en hoe vaak en wanneer.
Schrijf dit zo op dat een leerling van jouw leeftijd de proef kan begrijpen en uitvoeren.
Download